ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
EEN DAG RIDDER
No, 8805
MA AND AG 29 FEBRUARI 1932
72e Jaargang,
MM4 t
B1NNEHLAN0.
FKUIIiLKTOlI.
:t ?el
BGITENLAHD;
58)
HULP .AAN PACHT- EN HYPOTHEEK-
BOEREN.
"v Dames!
Nieuwe Modecorsets
.TaaBBws,.. v^%.'"tombk.mwam
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1.40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post 6.60 per jaar
Voor Belgie en Amerlka f 2,25, overige Ian den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnermenten voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
OltgeefsterFirma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150
TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 1 0,20
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement te gen verminderd tanef, 'netwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzendtng van advertentien llefst eon dag voor de oitgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
J ACHTWET
De Burgemeester van TER NEUZEN,
teeng-t het navolgende ter algemeene kennis:
De Minister van Staat, Minister van Binnen-
landsche Zaken en Landbouw,
gelet op artikel 30 der Jachtwet. 1923;
Heeft goedgevonden:
te bepalen, dat in het geheele Rijk
a. het zoeken, rapen en buiten openbare
wegen en voetpaden vervoeren van eieren van
kemphanen, wulpen, scholeksters, grutto's,
kureluurs, meerkoeten en waterhoentjes is
toegestaan vanaf heden tot en met 28 April
1932;
b. het ten verkoop in voorraad hebben te
ksoop aanbieden, verkoopen, afleveren en langs
openbare wegen en voetpaden vervoeren van
•ieren van het onder a genoemde waterwild is
toegestaan vanaf heden tot en met 30 April
1932;
c. het zoeken, rapen, ten verkoop in voor-
■aad hebben, te koop aanbieden, verkoopen,
afleveren of vervoeren van eieren van zwaneri,
ganzen, eenden (alle soorten) duikers, water-
unippen en goudplevieren niet is toegestaan.
Ter Neuzen, 29 Februari 1932.
De Burgemeester voomoemd,
J. HUIZ1NGA.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
De Voorzitter deelt mede, dat is in-
lekomen een initiatiefvoorstel-Van den Bergh
(6. d.met de strekking, niet invorderbaar te
verklaren schulden, die met het oog op crisis-
•mstandigiheden niet kunnen worden betaald.
Aan den heer De Visser (com.) .wordt
verlof verleend te interpelleeren over het ver-
lies van burgerrechten door Nederlanders, die
in Russischen staatsdienst zijn of geweest
lijn. Deze interpellatie zal op een nader te
bepalen dag gehouden worden.
De heer Albarda (s. d.) interpelleert
hiema over het sturen van een torpedojager
aaar Shanghai.
Spreker acht het optreden van de oorlog-
voerenden en van den Volkenbond beschamend
on vraagt met welk doel een oorlogsschip
naar Shanghai is gezonden. Zjns inziens zou
•en passagiersschip veel beter de Nederlan
ders aan boord kunnen nemen, en bovendien
hggen schepen van de Java-Ghina-Japanlijn
tot dat doel gereed. Spreker wenscht de in-
•tructie te kennen, die den commandant is
gegeven. Hij wijst op de groote gevaren, die.
de zending van een oorlogsschip medebrengt.
Interpellant vraagt terugroeping van het
achip, en wenscht, dat voorkomen wordt, dat
•r geld geleend en munitie geleverd wordt
aan de oorlogsvoerenden.
Minister Ruys antwoordt, dat de re-
geling van de evacuatie van Nederlanders niet
kan worden opgedragen aan personeel der
Java-China-Japan-lijn. De Nederlandsche
■chepen zullen ver van de stad moeten liggen,
•n het transport van de kaden naar de sche
pen zal met groote moeilijkheden gepaard
gaan. Het marinepersoneel alleen is voor die
taak geschikt. De commandant heeft de in-
■tructie, zeer neutraal, voorzichtig en beleid-
vol te zijn. De regeering acht geen gevaar
aanwezig en weigert de Van Galen terug te
soepem.
De Regeering mist de bevoegdheid, de uit-
door
K. R. G. BROWNE.
Vervolg.)
Maar Mr. Gibbs, die zich door zooveel
ondankbaarheid tot in het diepst van zijn
ziel gewond voelde, liet zich niet zoo ge-
makkelijk overbluffen.
,,Hoor es, Mr. Hopper, dat is niet eer-
lijk. Ik heb 't geld noodig, hard noodig en
ik heb 't verdiend. Als ik
„Zoo, heb je 't verdiend", beet Mr.
Hopper hem ironisch toe. ,,Nou, ik vind
van niet Kerel, schei uit. Je maakt rile
doodmoe met je argumenteeren. Denk je
nou werkeliik, dat ik zoo'n ezel ben, om
die vijfhonaerd pond voor niets te beta-
len? Als ik dat schilderij van je krijg
voor goed, begrijp je, niet voor vijf minu-
ten, dan krijg jij je geld, eerder niet
,,Maar
Schei nit!" viel Mr. Hopper hem ver-
woed in de rede en daarbij keek hij zoo
liddellij'
ethische vraagstukken mocht Mr. Hopper
ultra-veniinig, dat Mr. Gibbs onmiddellijk
in zijn schulp kroop. Op het gebied van
dan al geen betrouwbare autoriteit zijn, in
het regeeren van zijn medemenschen
en vooral van iemand van het type Gibbs
was hij een expert. Een poos lang
bleef hij zijn helper aankijken of hij hem
tartte, om nog een tegenwerping te ma-
ken; dan schakelde hij de heer- en mees-
e uit en zette zijn plan de campagne
terpose
verder
uiteen.
gifte van een leening, welke hoogst onwaar-
schijnlrjk is, tegen te houden.
Inzake wapenleverantie handelt Nederland
krachtens de wapenconventie. Verder behoeft
het niet te gaan.
RIJKSINKOMSTEiVBEEASTING 1930—1931
De eerste aflevering van het Maandschrift
van het Centraal Bureau voor de Statistiek
vermeldt van de rijksinkomstenbelasting we-
derom de voomaamste ajjfers en wel thans
over het belastingjaar 19301931, die in ver-
gelijking worden gebracht met de cijfers ovet
enkele voorafgaande jaren.
Voor alle natuurlijke binnen het rijk wo-
nende belastingplichtigen tezamen volgen
hier allereerst enkele cijfers betreffende een
aantal achtereenvolgende jaren.
Opgemerkt zij, dat bij onderstaande gege-
vens geen rekening is gehouden met de in
den loop der jaren igewijzigde waarde van het
geld.
Jaren Aant. aan- Bedr. v. h. ink. Bedrag
geslagenen in mill, guldens der bel.
in hoofds.
f 1000
1921—1922 1.638.456 4.292 153) 130.093
1922—1923 1.690.155 4.138 (—154) 110.987
1923—1924 1.631.980 3.848 (—290) 94.852
1924—1925 1.624.580 3.761 87) 90.519
1925—1926 1.657.883 3.864 (+103) 96.571
1926—1927 1.694.049 3.903 39) 98.937
1927—1928 1.719.376 3.932 29) 100.056
1928—1929 1.746.075 4.029 97) 83.579
1929—1930 1.830.875 4.285 (+256) 90.694
1930—1931 1.892.553 4.367 82) 91.048
De vprmeerdering of vermindering van het
totaal der ftikomens ten aanzien van het
voorafgaand jaar is telkens tusschen haak-
jes vermeld.
Uit deze cijfers blijkt, dat, als gevolg van
de in 1920 ingetreden malaise, het totale in-
komen van alle belastingplichtigen van 1921
—1922 tot 1924—1925 is gedaald met 530
millioeri en van laatstgenoemd jaar tot 1930
1931, als gevolg van de verbetering in den
algemeenen economischen toestand, is geste-
gen, met 606 millioen gulden, zoodat laatst
genoemd jaar weer 76 millioen hooger is dan
het jaar 19211922. Daar de inkomstenbe-
dragen '•in het algemeen betrekking Hebben op
de inkomsten, genoten in het voorafgaande
kalenderjaar, zijn de cijfers over 19291930
nog niet en die over 19301931 nog slechts
in geringe mate beinvloed door de in het na-
jaar van 1929 opnieuw ingetreden economische
crisis.
De bevolking is van 1 Januari 1922 tot 1931
toegenomen met 13.51 met welk percen
tage een vermeerdering der gezamenlijke in-
komens correspondeert van 580 millioen, zoo
dat, rekening houdend met de toeneming der
bevolking, het totaal der inkomens over 1930
1931 nog 504 millioen achterblijft bij het
totaal over 19211922. De totaalcijfers der
belasting doen overeenkomstige dalingen en
stijgingen zien.
HET CRISIS-VOORSTEL-v. d. BERGH.
Aan de memorie van toelichting tot het in-
gediende voorstel van wet van den heer Van
den Berg c.s. houdende bepalingen strekken-
de om den rechter de gelegenheid te geven
dadelijke uitwinning te voorkomen naar aan-
leiding van geldelijke moeilijkheden tengevol-
ge van de heerschende oeconomische crisis, is
het volgende ontleend:
Toen de oorlogscrisis 1914 velen in gelde
lijke moeilijkheden dreigde te brengen, heeft
de regeering zich gehaast in die moeilijkheden
te voorzien door het indienen van een ontwerp
van wet, strekkende om den rechter de gele-
„Luister nou eens goed. We moeten zoo
dicht mogelijk bij Sir W. in de buurt
blijven. Die hoort natuurlijk 't eerste,
als er wat van het schilderij bekend is en
dan moeten wij bij de hand zijn. Je hebt
zelf gehoord wat hij zei van die twee
ezelsveulens dat hij vast en zeker ver-
wachtte, dat ze vandaag nog ingerekend
zouden worden. t Zou dus niks gek zijn.
als wij vandaag een paar keer aangingen,
om es te vragen, ofter ook nieuws was.
Dat staat meteen belangstellend. Dus
nu maar zachtjes-an, denzelfden kant op.
Vooruit, Gibbs, rij op".
HOOFDSTUK XIII.
De onbetrouwbare sexe.
Ieder van ons, die zich de moeite geeft,
wat dieper in de dingen des levens door
te dringen, moet het wel opgevallen zijn,
dat vele vooraanstaande persoonlijkheden
in de geschiedenis, in de wereld der mis-
daad of die van handel en nijverheid hun
naam en faam voor een groot deel te dan-
ken hebben aan hun keuze hun ver-
standige keuze van collega, handlan-
ger of compagnon, zonder wiens hulp ze
stellig nooit die mate van beroemdheid
verkregen zouden hebben, die ze thans
genieten. Het is wel eens aardig, ook al
spint men er geen zij bij, om je gedachten
te laten gaan over de vraag, wat Da/id
zonder Jonothan, Robinson Crusoe zonder
Vrijdag en Van Gend zonder Loos bereikt
zou hebben. En wat voor uitwerkina zou
't gehad hebben op Fortmann, als Mason
hem op een critiek oogenblik plotseling en
onverwacht in den steek had gelaten?
Dezelfde uitwerking, dunkt ons, als de
plotselinge en onverwachte verdwijning
van Jane Craig op Peter had. Er zijn
genheid te geven dadelijke uitwinning te voor
komen naar aanleiding van de tegenwoordige
buitengewone omstandigheden". Dit ontwerp
is geworden de wet van 4 September 1914,
welke is ingetrokken bij de wet van 30 Juli
1926.
Al heeft deze wet, dank zij het feit, dat de
oeconomische omstandigheden gedurende de
oorlogscrisis hiei^ te lande in het algemeen niet
bijzonder ongunstig waren, geen ruime toe-
passing gevonden, ontkend kan niet worden,
dat zij nuttig heeft gewerkt en dat van haar
bepalingen ook een preventieve werking is
uitgegaan.
De voorstellers van het onderhavige ontwerp
zijn van oordeel, dat de heerschende oecono
mische crisis het in hooge mate gewenscht
maakt de wet te doen herleven.
Het moet den rechter weer mogelijk worden,
uitstel toe te staan, wanneer schuldenaren
tengevolge van de crisis tijdelijk geldelijke
verpliehtingen niet kunnen nakomen, die zij
v66r de crisis op zich hebben genomen.
De oude wet is naar hun oordeel in hoofd-
zaak onveranderd ook voor de huidige crisis-
omstandigheden bruikbaar.
E6n belangrijke wijziging, tevens aanvul-
ling, hebben zrj gemeend in de oude wet te
moeten brengen. Art. 10 van de wet ver-
klaarde haar niet van toepassing „ten aan
zien van de verpliehtingen, aangegaan na 29
Juli 1914", dus na het begin van de oorlogs
crisis. Een overeenkomstige regeling ten aan
zien van de heerschende oeconomische crisis
is niet wel mogelijk, reeds hierom niet, om-
dat een bepaalde begindatum dezer crisis
moeilijk is aan te geven, vooral daar dit be
gin op verschillend oeconomisch terrein op
diverse tijdstippen valt. Bovendien heeft op
een aantal gebieden de crisis zich eensklaps
dermate verscherpt, dat ten aanzien van ver
pliehtingen, aangegaan na het begin der cri
sis, maar v66r de verscherping, deze verscher-
ping als het ware als een nieuwe crisis moet
worden beschouwd, zoodat ook voor de na-
koming van die verpliehtingen eenig uitstel
onder omstandigheden gerechtvaardigd kan
zijn. Ook in de toekomst behoort zulk een
verscherping helaas nog, niet tot de moge-
lijkheden, waarmede emstig rekening moet
worden gehouden.
Zij meenen niet gerechtigd te zijn langer
werkeloos toe te zien, hoe meer en meer
sjachtoffers van de crh-- vallen, die door een
wettelijken maatregel geholpen zouden kun
nen zijn. Zij zouden er de voorkeur aan heb
ben gegeven, indien in deze het initiatief door
de regeering ware genomen. Mocht de regee
ring alsnog bereid worden gevonden, binnen
korte tijd een ontwerp van wet van gelijke
strekking in te dienen dan zullen zij, na de
indiening van dat ontwerp, onverwijld tot in-
trekking van dit voorstel van wet overgaan.
In een te 's-Gravenhage gehouden vergade
ring van de dagelijksche besturen van den
Ohr. Boeren- en Tuindersbond, het Kon. Ned.
Landbouw Comite en de Kath. Boeren- en
verlangt ge
gemakkelijk en sterk, be-
stel deze in het Huis
JULIENNE SCHELFHOUT,
Brabantdam 6, Dampoort-
straat 25, Gent. Trouwe
bediening. Afzonderlijke
modellen voorzwaarlijvige
Dames.
(Ingez. Med.)
situaties in het leven, waarin een man
werkelijk een sterke behoefte voelt aan
een steunende vriendenhand en een van
die situaties bestaat uit het wandelen door
Sussex op een mooien Zondagmorgen in
een soort van carnavalspak en zonder een
cent op zak. Geen wonder dus, dat het
onverwachte verdwijnen van zijn bond-
genoote Peter met wanhoop vervulde.
Eerst dacht hij nog, dat Jane, uit ver-
veling, een eindje was gaan wandelen;
maar een tien minuten lang energiek
doorzoeken van de onmiddellijke nabij-
heid van de plek, waar hij haar achter-
gelaten had, zette een punt achter die
theorie. Hij liep den weg op en hij liep den
weg af; hij riep haar naam; hij gluurde
over hagen; hij doorzocht droge slooten en
zoo radicaal was hij in de war hij
inspecteerde de boomen. Maar van de
zuster van Lord Fairwater ontdekte hij
geen spoor.
Verbaasd en niet weinig verontrust
over dit zonderlinge verschijnsel bleef hij
staan en probeerde na te denken. Maar
op hetzelfde oogenblik zag hij iemand in
de verte aankomen.
Die iemand was een echte inboorling
van Sussex, een knoestig en verweerd
manneke met een gezicht vol rimpels en
groeven en een mond met dunne perka-
mentige lippen en zonder tanden. Hij
was uitgedost in z'n Zondagsche pak, aan
zijn voeten prijkten schoenen met hoera-
neuzen en op zijn hoofd een bespottelijk
klein petje. Bij het zien van Peter bleef
hij staan, knikte beminnelijk en begroette
hem als volgt:
„Merge, menier. Mooi weertje menierl'
Peter voelde niet veel lust voor meteo-
rologische beschouwingen en dus stelde
hij zich tevreden door even kort te knik-
ken.
,,Ben uwe de menier die naar de jonge
Tuindersbond is o.m. besloten op korten ter-
mijn in overleg te treden met de regeering
omtrent de mogelijkheid van het verleenen
van hulp aan pacht- en hypotheekboeren die
in moeilijkheden verkeeren en om in verband
met de overweging de kosten van de sociale
lasten in den landbouw tijdelijk voor rekening
van het Rijk te doen komen, de aandacht van
de regeering te vestigen op hetgeen te dien
aanzien in de wet is bepaald.
Voorts is besloten aan de regeering te ver-
zoeken aan 'de commissie van advies inzake
stichting van boerderijen op woesten grond op
te dragen, een onderzoek in te stellen naar de
bedrijfsresultaten dezer ontginningsboerderijen
in verband met een eventueel tijdelijk opschor-
ten van de verplichting tot betaling van rente
en anuitfeit.
BETALING VAN BELASTING OP
POSTKANTOREN.
Bij de Tweede Kamer is een suppletoire be-
groottng van Financien voor 1931 ingediend,
waarbij de gewone dienst wordt verminderd
met 86.400 en de kapitaaldienst verhoogd
met 54.960.400. De verhooging van den
kapitaaldienst is een gevolg van .een uitbrei-
ding van het kapitaal der Bank voor Neder
landsche gemeenten, in welker aandeelenka-
pitaal de Staat voor de helft deelneemt.
Bij een der voorgestelde verminderingen op
den gewonen dienst wordt o.m. opgemerkt dat
het instituut der betaling van belasting op
postkantoren geheel aan de verwachtingen be-
antwoordt; het aantal postbetalingen over
1931 bedraagt reeds bijna drie millioen. Het
ligt hi het voomemen de postbetalingen in
den loop von dit jaar ook voor het overige
gedeelte van het land in te voeren.
DE INVOER VAN BROOD.
Het Tweede Kamerlid Hermans heeft tot
den Minister van Arbeid, Handel en Nijver
heid de volgende schriftelijke vragen gerioht:
1. Heeft de Minister, na zijn verklaring
in de Tweede Kamer op 2 December 1931,
„dat het brood een der eerste artikelen is,
waarvan men moet nagaan of het niet voor
bescherming in aanmerking komt, ook om-'
dat de overheid ten aanzien van het brood
heeft ingegrepen door de Tarwewet", nader
overwogen of hier de wet op de contingen-
teering moet worden toegepast, en heeft om
trent deze vraag de betrokken commissie
reeds advies uitgebracht?
2. Zoo ja, kan de Minister dan mededee-
len, welke de resultaten zijn van die overwe
ging en tot welke gevolgen dat eventueel
advies zal leiden
WAAR ZITTEN DE KAPITALISTEN
In „Het Volk" heeft de heer Matthijsen
uiteengezet, dat thans bijna 9 milliard aan
obligaties uitstaat. Daarvan wordt, althans
dooreengenomen, nog aardig wat aan rente
genoten.
Laat deze kapitalisten maar niet klagen
en tevens op de loonen der arbeiders beknib-
belenDoch waar zitten deze kapitalisten
,,Patrimonium" merkt op
De berekening van den heer M. is absoluut
fout. De socialistische lezers slikken dit na
tuurlijk wel, maar ons is het te machtig.
Het totaal van de obligaties, uitgegeven
door Staat, provincies en gemeenten, bedraagt
5 a 6 milliard. Maar die obligaties zijn wer
kelijk niet alleen in het beat van de „kapi-
talistisehe klasse". Een zeer groot deel van
die obligaties is in handen van de verschil-
lende pensioenfondsen, van spaarbanken, ft
lantropische dnstellingen, verzekeringsmaat-
schappiijen, vakvereenigingen. Weet de heer
M. niet, hoeveel obligaties alleen reeds het
eigendom zijn van de ,,modeme," vakbewe-
juffer zoekt?" informeerde de dorps-
relikwie verder.
,,He?" schrok Peter op. ,,Ja waar
is ze?"
,,Weg!"
„Wat? Weg? Waar naartoe?"
,,Innen vrechtwoage".
„Een wat?"
..Innen vrechtwoage. Zoa eentje met
een motoor. Ze he me een boadskap
veur je mitgegeve. 't Is noa in z'n wark
egoan", legde de bejaarde Mercurius
Peter uit: „Toe 'k 'n poar oogenblikkies
eleje de weg afkwam, za' k een vrecht
woagen de weg afkomme mit n maisie
noast de soafeur, begraip-ie? Nou, dat
maisie ziet main en ze stap ter uut en zaid
teuge main: Feythe, zait ze, as je varder-
op een menier noar een jong maisie ziet,
zoeke, zait-ze, zeg m dan, as dat't maisie
tot Sandhaven met 'n vrechtoto mee heb
kenne raije, zait-ze, en dat as-ie der kompt
en zai der neit is, haid der moar achterna
mot goan, zait-ze. Dat most 'k je zegge.
'n Knap maise was 't", voegde Mercurius
er in herinnerings-bewonderend aan toe.
Gedurende den tijd, dien een man
noodig heeft om tot tien te tellen, zei
Peter niets. lets dergelijks had hij niet
verwacht. Wat bezielde Jane, om zoo,
zoo onsolidair, zoo on-Jane-achtig, te han-
delen om iemand, die zoo moedig en
onverschrokken voor haar gestreden had,
zoo onkameraadschappelijk in den steek te
laten? Ze hadden ontegenzeggelijk haast,
groote haast zelfs; maar zoo groot was
hun haast toch niet, dat ze het eerste het
beste aanbod om mee te rijden had be-
hoeven aan te nemen, terwijl ze, door die
daad, toch hem, haar ongelukkigen mede-
plichtige in een vreemde en vijandige
wereld alleen had gelaten. Dat ze. op
zoo'n oogenblik, zoo egoi'stisch had kun
nen handelen, leek hem toch wel een
Zorg dagelijks voor Uw
keel - gorgel droog met
het behoort tot de hygiene,
net als 't poetsen van Uw
tandenl
Allltn In ort(lneele doozen 1 25, 45 en 65 cts.
(iiigez. Mea.)
ging Ook zijn er gelukkig onder de breede
groep der minder-gesitueerden, die niet, zoo-
als het overheidspersoneel, pensioen ontvan-
gen, nog wel eenigen, die op hun ouden dag
een kleine rente trekken uit obligaties, pand-
brieven, enz.
Het is dan ook een demagogische voorstel-
ling, dat jaarlijks 600 millioen vaste rente
aan de „kapitalisten" komt. Tot die „kapi-
talisten" behooren vele sociale instellingen,
vakvereenigingen, betrekkelijk arme wedu-
wen, weezen en ouden van dagen. Dank zij
het jubileumfonds behoort in de laatste jaren
ook Patrimonium tot de kleine „kapitalisten."
De vakbeweging kan wel bij de groote kapi
talisten" ingedeeld worden.
Aldus „Patrimonium."
Toevallig kwam de „Residemtiebode" in
handen het verslag van het Pensioenfonds
voor de grafische vakken over het eerste
boekjaar. Het geeft ook een staat van effec-
ten, die bijna een millioen aan obligaties in-
houdt. Let wel, dat is nog maar een fondsje.
dat 6en jaar bestaat.
Waarlijk het is onberekenbaar, hoeveel mil-
liarden al zulke fondsen, spaarbanken enz.
in obligaties bezitten.
KANALEN IN WEST-BRABANT.
In Roosendaal is, op initiatief van het Ka-
nalencomito van West Brabant en Zeeuwsch-
Vlaanderen, een vergadering gehouden, waar-
op prof. Van Vuuren een lezing heeft gehou
den over: De functie van het deltagebied en
zijn beteekenis voor den Nederlandschen stam,
in het bijzonder voor Noord-Brabant.
Spreker verdedigde daar het Brabantsche
standpunt, dat z.i. geen ander kan zijn dan
het volgende:
Een g e s 1 o t e n kanaalverbinding tusschen
de Belgische grens met welk punt ook van
het nieuwe z.g.n. tusschenwaterkanaal, is door
Nederland eens en voorgoed onaanneme-
1 ij. k verklaard en moet dat blijven.
Een noordelijker monding dan Dintelsas
kan niet worden aanvaard.
Het zg.n. tusschenwaterkanaal moet zoo
kort mogelijk zijn en de gelegenheid laten om
Bergen op Zoom in zijn oorspronkelijke histo-
rische positie als Scheldehaven te herstellen.
Daarom moet het te Dintelsas beginnend
kanaal eindigen dn een open Scheidelhaven
ten Noorden van Bath.
Prof. Van Vuuren besloot zijn lezing met
een opwekking tot het comite om thans de
handen ineen te slaan met Zeeland en Lim-
burg en de haven van Bergen op Zoom aan
te leggen. Beide provincies hebben belang bij
het kanaal, Limburg om de voor haar bevol
king noodzakelijke nevenindustrieen en Zee-
land om haar rechtstreeksehe verbinding met
West-Brabant te behouden.
DE BRIEF VAN STIMSON.
Stimson heeft schrijft de N. R. Crt.
aan Borah naar aanleiding van bepaalde vra-
smetje te werpen op een karakter, dat hij
tot dusver zoo smetteloos als het karakter
van een vrouw maar zijn kan, had gezien.
Als ze tenminste nog maar zoo verstandig
of zoo... beleefd! geweest was, om den
chauffeur te vragen even te wachten
,,Alle goden!" riep Peter uit. Zooals
een onverwachte bliksemstraal het zoon-
tje van den buurman tusschen de bessen-
struiken verraadt, zoo deed een plotse
linge, toevallig daar in de nabijheid
staande, intelligente-fiets hem de oplos-
sing van deze puzzle aan de hand. Het
was hem opeens duidelijk, ontstellend en
beangstigend duidelijk, dat Jane's aftocht
naar Sandhaven niet ten doel had om de
Constable aan haar rechtmatigen eigenaar
terug te geven, maar om de Romney weg
te nemen,een onderneming, waarbij ze
hem, gezien zijn opinie over dergelijk
soort praktijken, zeer zeker niet noodig
had. Nu herinnerde hij zich ook weer de
dociliteit, waarmee ze zijn veroordeeling
van haar gewaagd plan had aaangehoord
en hoe mak ze erin had toegestemd, om te
doen, wat hij voorstelde te doen. In zijn
verblindheid had hij haar houding als het
gevolg van zijn overredingskracht gezien,
terwijl hij toch had moeten weten, dat zij
er niet het meisje naar was, om zich zoo
gemakkelijk gewonnen te geven. Omdat
ze wist, dat hij haar haar plan afkeurde,
had ze de eerste, de beste gelegenheid
aangegrepen, om zich van haar onge-
wenschten raadsma'n te ontdoen en zoo
een toestand in het leven te roepen, waar
in ze haar waanzinnig voornemen onge-
hinderd ten uitvoer kon brengen. Ja, zoo
had zich de zaak toegedragen, dat was de
waarheid, de zeer onpleizierige, niet be
paald complimenteuse waarheid.
,,0, vertikke!" zei Peter geprikkeld.
(Wordt vervolgd.)