Ma de Wasch
Uw CORSETS
v.-t.
KECHT SZAKEN
Wanneer am half drie, onder leiding van
den heer Wolterbeek uit Breda, wordt begon-
nen, blijkt, dat bij Terneuzen den rechtsbuiten
Riemens is vervangen door Van Hecke, ter-
wijl bij MEVO de spil Serre niet van de
partij is.
De eerste aanvallen zijn voor Terneuzen.
Laurens breekt door en schiet juist in de han-
den van den keeper. De middenvoor van
MEVO vangt daarna den bal op en rent naar
het doel; het is tenslotte Riemens, die redding
brengt. Terneuzen onderneemt enkele mooie
aanvallen, welke alle door den keeper onder
schept worden. Wanneer dan Laurens den bal
voor zijn voeten krijgt, schiet hij tegen de lat.
Geers vangt het leder op en schiet rakelings
over.
Terneuzen domineert goed. Doch daarna
komt MEVO meer opzetten. Zij doen het ech-
ter wat al te forsch en herhaaldelijk is het
het een of ander lichaamsdeel van een Ter-
neuzen-speler, dat kennis maakt met een
MEV O-schoen.
Bij een aanval van MEVO krijgt haar
rechtsbuiten het leder toegespeeld, hij zet voor,
maar Van Haucke onderschept deze en zendt
den bal naar zijn voorhoede, Laurens krijgt een
kans en met een hard schot geeft deze aan
Terneuzen de leiding. 10.
Even later krijgt MEVO een vrije trap te
nemen. Door buitenspel gaat echter een kans
verloren. Een daarop volgend schot van Lau
rens scheert de lat.
MEVO onderneemt thans weer eenige aan
vallen. Bij een dezer istelt de achterhoede van
Terneuzen zich niet juist op en met een schui-
ver, buiten het bereik van Dooms, wordt de
stand op 11 gebracht.
Thans komt Terneuzen weer aan het woord.
Goede aanvallen langs de vleugels worden
ondernomen, doch de keeper van MEVO be-
zweert elk gevaar. Het is vooral in deze pe-
riode, dat hij Vrouwe Fortuna aan zijn zijde
vindt. Toch kan hij tenslotte niet verhinderen,
dat Dobbeleir, uit een voorzet van Van
Hecke, den bal in de touwen jaagt. 21. Even
later schiet dezelfde speler den bal tegen de
lat.
MEVO krijgt dan een paar comers te
nemen, welke niets opleveren. Oak Terneuzen
krijgt eenige comers toegewezen, uit een
waarvan Kouwijzer rakelings naast kopt.
MEVO neemt dan een vrijen trap; deze levert
geen isucces op. Wanneer daarop haar midden
voor alleen op het doel afgaat, is het Dooms,
die door uitloopen redding brengt.
Over en weer worden nog ettelijke aanval
len ondernomen, totdat de scheidsrechter het
sein tot rusten geeft.
In de tweede helft lost Laurens al direct
een zeer hard schot, dat de keeper weet te
stoppen. Kouwijzer krijgt dan den bal toege
speeld, geeft door aan Laurens en deze ten
slotte weer _aan Dobbeleir, en met een goed
gericht schot maakt deze er 31 van.
Door Terneuzen wordt nu een mooi samen-
spel geleverd. Haar vleugels, welke voor
elkaar niet onder doen, worden herhaaldelijk
aan het werk gezet. Zoowel Van Hecke als
Geers spelen goed en herhaaldelijk plaatsen
zij den bal voor den doelmond. Wanneer dan
Kouwijzer doorgeeft aan Dobbeleir, maakt
deze er 41 van.
Dan gaat de voorhoede van MEVO er van
door, een voorzet van rechts volgt. De mid
denvoor krijgt den bal en werkt hem in het
doel dochmet de hand, wat den scheids
rechter niet ontgaan is.
Nu komt er een periode, waarin Terneuzen
corner op comer krijgt te nemen, zoowel van
links als van rechts. Allen worden zeer goed
genomen. Uit een ervan weet tenslotte Home-
link den stand op 51 te brengen.
Het spel van MEVO is thans veel minder;
de verdediging van Terneuzen heeft het niet
druk meer. De thuisclub is geheel en al de
baas. Laurens schiet rakelings over, terwijl
Kouwijzer de paal op zijn weg vindt. Wanneer
daama Van Hecke voorzet, laat Dobbeleir op
listige wijze den bal loopen voor Laurens en
met een geweldigen kogel geeft deze den kee
per geen kans. 61. Daarop is het weder
Laurens, die tegen de lat schiet. Geers vangt
den terugspringenden bal op en schiet op
doel. De keeper kan het leder nog juist be-
reiken en wegwerken. Laurens plaatst daar
op den bal weder voor doel. Van Hecke komt
naar binnengeloopen en brengt daarop den
stand op 71.
Oogenblikkelijik daarna ontstaat weder een
gevaarlijk moment voor het doel von MEVO,
maar tenslotte brengt de keeper redding.
De middenvoor van MEVO heeft dan pech,
doordat ook hij tegen de lat schiet. Dan krijgt
MEVO een comer te nemen. De bal komt
voor de voeten van Dooms; hij wil schoppen,
maar mist, en MEVO maakt haar tweede
doejpunt. 72.
Als dan Geers voorzet, krijgt Laurens een
kans. Hij wil echter Kouwijzer de eer gunnen,
doch deze schiet naast. Het is echter maar
uitstel, want oogenblikkelijk daarop weet
Kouwijzer toch te sporen. 82.
Het is opmerkelijk, hoe geweldig hard en
zuiver er dezen middag door alle voorhoede-
spelers van Terneuzen geschoten wordt.
Wanneer eenigen tijd daarop MEVO een
vrijen trap krijgt te nemen, weet Dooms op
prachtige wijze te redden. Terneuzen pakt nu
niet meer zoo hard aan. Mooie staaltjes van
samenspel krijgt men echter nog herhaaldelijk
te zien. De enkele keeren dat MEVO een aan
val onderneemt, vindt zij Temeuzens verdedi
ging op haar weg.
Doelpunten worden in den nog resteerenden
tijd niet meer gemaakt, zoodat de stand 82
blijft.
De heer Wolterbeek, die voor de eerste maal
een wedistrijd voor Terneuzen leidde, liet een
goeden indruk achter. Op kalme en het spel
niet voor allerlei kleinigheden onderbrekende
wijze, heeft hij deze voor hem gemakkelijke
partij, tot een goed einde weten te brengen.
AXEL II—TERNEUZEN III. 3—2.
Het derde elftal van Terneuzen speelde
gister voor de competitie te Axel tegen de
reserves van Axel.
Nadat Terneuzen het eerst de leiding had
genomen en verder tot ongeveer een kwartier
voor het einde nog met 21 had voorgestaan,
behaalde tenslotte Axel met 32 de overwin-
ning.
Z. S. C. I—AXEL II.
Zaterdag had te Zaamslag een vriendschap-
pelijke voetbalwedstrijd plaats tusschen ge-
noemde vereenigingen. De thuisclub won deze
wedstrijd met sprekende cjjfers 82.
AANSLUITING OEVRAAGD.
Naar wij vememen is door de voetbalver-
eeniging ZSC te Zaamslag aansluiting ge-
vraagd bij den Zeeuwschen Voetbalbond.
HONTENISSESTOPPELDIJK.
Voor een zeer talrijk publiek had gisteren
te Kloosterzande een ontmoeting plaats tus
schen Hontenisse en Stoppeldijk. Vanaf den
aanvang ontspon zich een vinnige strijd. Beide
doelen werden om beurten bestookt, doch
het besliasende schot ontbrak of .de verdedi-
gingen grepen resoluut in. Rust 00.
Na de hervatting was de strijd nog vuri-
ger. Als nog 20 minuten te spelen zijn ont-
stond een schermutseling voor het doel der
gasten, waaruit de thuisclub de leiding nam
10. Dit werd de Stoppeldijksche supporters
te bar en begonnen hunne favorieten luide aan
te moedigen, wat een goede uitiwerking had.
De gasten ondernamen nu aanval op aanval
en spoedig wisten zij den gelijkmaker te
scoren 11. Stoppeldijk bleef verder het
meest in den aanyal, doch de Hontenisse-kee-
per liet zich niet meer verschalken, zoodat
deze spannende wedstrijd in een gelijk spel
eindigde.
Stoppeldijk heeft nog 2 wedstrijden te spe
len en moet er slechts een gelijk spelen om
kampioen van haar afdeeling te worden.
Komaan, Hollandsche
Dames-clienten, bestel met
Uw eerste bezoekteGent
in het Huis JULIENNE
SCHELFHOUT, Brabant-
dam 6, Dampoortstr. 25.
Daar kunt ge Uwe Maat-
corsets tegelijkertijd aan-
passen.
De nieuwste schoonste
Parijzer modellen aan ge-
ringe prijzen.
(Ingez. Med.)
Wedstrtfduitslagen van Zondag.
Kon. Ned. Voetbalbond, afd. IV.
le Klasse:
LONGAEindhoven 02
NAC—NOAD 8—1
PSVBleijerheide 20
MW—BW 3—1
2e klasse A;
DOSKOMiddelburg
Hero—RBC
TSCAlliance
TerneuzenMEVO
3e klasse A:
Middelburg IIZeelandia n
Vlissingen IIHansweert
3e klasse B:
WalcherenMEVO II
Vlissingen IZierikzee
1—3
2—3
3—3
8—2
1—0
6—5
1—0
8—1
le Klasse
PSV
Eindhoven
NAC
MW
NOAD
LONGA
Willem H
De Valk
Bleyerheide
BW
2e Klasse A
DO
a
17
17
16
17
16
17
15
16
17
16
TO
n
11
12
10
8
6
5
6
5
3
4
IKS
n
doelp
T3
C
4
5
4
6
5
8
8
10
9
11
52 31
46-30
44 30
41 40
38 36
38 38
38 31
27-62
25 37
37-51
24
24
22
19
17
14
13
11
11
9
Middelburg
18
12
4
2
71-25
28
Dosko
19
10
5
4
60 38
25
Hero
18
11
2
5
48 28
24
R. B. C.
18
9
3
6
58 40
21
Terneuzen
18
9
2
7
50 49
20
T. S. C.
18
8
3
7
44 45
17
Breda
17
7
1
9
35-47
15
Alliance
19
5
3
11
34 55
13
Mevo
18
5
2
11
37-67
12
De Baronie
18
5
2
11
37 62
12
Velocitas
17
4
3
10
30-50
11
3e Klasse A
Hulst
14
9
3
2
46-20
21
Axel
14
9
2
3
42-18
20
Vlissingen II
14
8
1
5
45-29
17
Middelburg II
14
5
5
4
38 42
15
Sassche Boys
12
4
3
5
30-34
11
Hansweert
14
3
4
7
32-55
10
De Zeeuwen
12
4
1
7
33-40
9
Zeelandia H
13
2
1
10
23-51
5
3e Klasse B
Vlissingen I
16
15
1
111-17
31
Zeelandia I
13
10
1
2
57 22
21
Goes
16
9
3
4
56 30
21
N.-Borgvliet
15
9
6
36-41
18
Zierikzee
13
6
1
6
27-39
13
DOSKO II
15
3
3
9
25 51
9
SINOTO
16
4
1
11
20 69
9
MEVO II
14
3
2
9
27-54
8
Walcheren
14
1
13
12 47
2
ARRONDISBEMENTS-RECHTBANK TE
MIDDELBURG.
Zitting van 19 Februari 1932.
De volgende zakem werden behandeld:
C. v. D., oud 31 j., landbouwer te Graauw,
werd verdacht dat hij te Graauw, terwijl hij
bij vonnis der rechtbank te Middelburg d.d. 7
September 1931 failliet was verklaard, ter be-
driegelijke verkorting van de rechten zijner
schuldeischers op of omstreeks 2729 Aug.
1931, terwijl hij wist dat toen zijn faillisse-
ment niet meer was te voorkomen, een zijner
schuldeischers en wel A. D. Boenne heeft be-
voordeeld, eenige goederen aan zijn boedel
heeft onttrokken en niet aan zijn Curator
Mr. Tichelman heeft verantwoord, hebbende
hij toch 18 kalveren, 4 runderen, 4 melk-
koeien, 4 paarden, 1 eenjarig paard, 2 veu-
lens, 1 dorschmachine, 1 motor, 1 kapmachine,
2 hou.ten sleden, 1 landploeg, 3 ijzeren ploe-
gen, 2 Cappons met voorstellen, 2 houten
eggen en een houten egge met ijzeren tanden,
ter betaling van z'rjn schuld aan Boenne op
diens erf gebracht en niet aan den Curator
verantwoord. Subsidiair werd hem ten laste
gelegd dat hij een beclrag van f 2870, dat hij
als koopsom voor bovenvermelde goederen
had ontvangen, heeft onttrokken aan zijn
faillissement.
Deze zaak werd uitgesteld, omdat eenige
getuigen niet waren verschenen.
Door J. D. P., oud 33 j., landbouwer te
Cadzand is hooger beroep aangeteekend tegen
het vonnis der Arrond. Rechtbank te Middel
burg van 8 Februari j.l. waarbij h'ji wegens
diefstal is veroordeeld tot 1 maand gevange-
nisstraf.
VALSCHE SCHEEPSVERKLARING.
Zooals destijds in de dagbladen reeds werd
vermeld, zou in den avond van 26 October
1.1. op de Ooster-Schelde een schippersvaar-
tuig aan den grond zijn geloopen onder de ge
meen te Kruiningen op de Vondelingenplaat.
Het vaartuig zou een zeer kostbare lading
bloembollen aan boord hebben gehad, welke
de schipper genoodzaakt zou zijn geweest,
ter redding van het vaartuig en een gedeelte
der lading, gedeeltelijk over boord te zetten.
De lading was hoog verzekerd en in de om
standigheden waaronder de schipper zeide te
hebben gemeend1 zich van een gedeelte der
lading te hebben moeten ontdoen, en waar
van hij ten overstaan van een notaris te
Kapelle een beeedigde scheepsverklaring had
afgelegd, hebben de assuradeuren der lading
termen gevonden, de politie in deze zaak te
mengen, die een onderzoek instelde, hetgeen
tot gevolg had, dat de justitie te Middelburg
den schipper, zekere J. E. v. D., 57 jaar,
wonende te Rotterdam aan boord van het
tjalkschip „Vertrouwen" te doen aanhouden
en overbrengen naar het huis van bewaring
te Middelburg.
Vrijdag diende deze zaak voor de rechtbank
te Middelburg.
Blf,kens de ter terechtzetting voorgelezen
dagvaarding wordt verdachte ten laste ge
legd dat hij op 27 October 1.1., ten over
staan van notaris Kram te Kapelle en in
tegenwoordigheid van getuigen, een beeedig
de scheepsverklaring heeft afgelegd, die in
het kort hierop neerkomt, dat hij op 26 Oct.
1.1. met zijn zeilschip genaamd ,,Vertrouwen",
groot 76 ton, geladen met 700 H.L. tulpen, bij
goed weer varende was van 's Gravendeel
naar de Koningin Emmahaven in de gemeente
Ciinge. Dat hij op dienzelfden dag omstreek.3
6 uur n.m. op de Ooster-Schelde in de nabij-
heid kwam van de gasboei in het Brabantsch
Vaarwater en plan makende het Engelsch
Vaarwater door te varen, eenigszins bakboord
aanhield, waarop hij bemerkte, dat zijn schip
op de Vondelingenplaat vastliep. Het water
was eb. Verdachte zou een anker hebben uit-
gebracht en bij peiling hebben bevonden, dat
het achterschip in diep water zat. Het schip
zou hard hebben geschuurd en gevaar duch-
tende, heeft verdachte de roode lantaam ge-
heschen. Aangezien hulp niet opdaagde, heeft
hij toen besloten, ten einde schip en lading
te redden, een gedeelte der lading over boord
te werpen. Terwijl hij; en zijn knecht daar-
mede bezig waren, zou de wind in hevig-
heid zijn toegenomen en toen verdachte be
merkte, dat zijn schip behouden was, is men
met het uitwerpen der lading gestopt en zou
hij er in geslaagd zijn in den vroegen morgen
van 27 October zijn vaartuig in diep water te
brengen, waama hij zijn reis naar de plaats
van bestemming heeft voortgezet.
Deze scheepsverklaring nu zou, aan de
hand van hetgeen nader is gebleken, valsche-
lijk door verdachte zijn afgelegd, omdat hij
wist, dat de inhoud daarvan in str/jd met de
waarheid was.
Van de zijde van het O. M. waren in deze
zaak 12 getuigen gedagvaard. Verdachte werd
rechtskundig bijgestaan door Mr. A. H. Kui-
pers, advocaat te Middelburg.
Als eerste getuige in deze zaak werd ge-
hoord J. Vermeulen te Middelburg, die op ver-
zoek van den President op 'n ter zitting aan-
wezige zeekaart aanwijzingen deed van de
plaats waar verdachte met zijn vaartuig vol-
gens diens zeggen aan den grond zou hebben
gezeten. Getuige kan niet zeggen welk weer
het op 26 Oct. was, doch volgens getuige heeft
het vaartuig met den achtersteven geen grond
kunnen raken en zou er voor het vaartuig
geen gevaar hebben bestaan wel als het met
steenen was afgeladen geweest. Volgens ge-
tuige schuurt het daar niet. Indien getuige
in eenzelfden toestand als verdachte zou heb
ben verkeerd, zou hij de hoeveelheid lading
niet zooals verdachte, over boord hebben
gezet.
Op een vraag van den Officier van Justitie
of, wanneer er geen gevaar voor schuren is,
men met een lichte lading vaart en er dus
geen gevaar voor het breken van het schip
bestaat, men niet mag verwachten, dat een
bevaren schipper niet tot werpen overgaat,
zooals onder gegeven omstandigheden, acht
deze getuige vanzelf sprekend, en ook na-
tuurlijk dat men noodseinen geeft.
Verdediger tot getuige: Dit is toch alles
na een onderzoek ter plaatse?
Getuige: Ja.
J. Verdoom, kapitein bij den Prov. stoom-
bootdienst te Zierikzee zegt tweemaal daags
van Zierikzee naar Wolphaartsdijk te varen
en dat ook op 26 October te hebben gedaan,
gaande door het Engelsche vaarwater. Ge
tuige was aanvankelijk van gedachte, dat het
een andere plaats was waar verdachte met
zijn schip zou hebben gezeten. Getuige heeft
evenwel niets gezien. Als het vaartuig daar
gezeten had, zou hij dit naar alle waarschijn-
lijkheid hebben gezien, aangezien het dieu
dag mooi weer was. Getuige heeft ter plaatse
nog nimmer een schip zien zitten.
Op een vraag van den verdediger, of ge
tuige toch niet de mogelijkheid uitsluit, dat
het schip daar zou kunnen vastgezeten heb
ben antwoordt getifige neen.
Op een vraag van den President of een
schip ter plaatse waar verdachtes schip heeft
gezeten, kan vastloopen, antwoordt getuige
ja, als er zandbanken zijn wel. Ook deze ge
tuige geeft een uitlegging aan de hand van
de kaart.
A. Fenijn, opperwachtmeester der ma-
rechaussee te Hansweert, had vemomen dat
er een schip had vastgezeten en de lading ge-
worpen was. Getuige heeft daama een onder
zoek ingesteld, waarbij hij vemam dat ver
dachte op 27 October de sluis te Hansweert
was gepasseerd op weg naar Ciinge. Hij
heeft zich daama naar Ciinge begeven, en
het vaartuig van verdachte daar aaagetroffen
waar aan boord 196 zakken bloembollen
waren. Den daarop volgenden dag had hij een
onderhoud met den expert en toen bleek dat
van de dure soorten die onder de lading zou-
den zijn geweest, er geene meer aanwezig
waren, wei van de mindere soorten, doch niet
van die, welke verzekerd waren voor f 5400
on 9500. Verdachte heeft toen opgegeven
waar, de zakken met bollen door hem waren
geweest en bij die eerste keer zjn er over
boord gegooid. Getuige is daarheen, gegaan
en heeft daar eenige bloembollen gevonden op
de Vondelingenplaat. Later is hij met ver
dachte nog eenmaal ter plaats geweest.
De verdediger van verdachte merkt op, dat
dit zoeken en visschen op 4 November is ge-
beura met het bloote oog.
Als getuige a decharge wordt nu gehoord
A. van Beveren, Rijkstonnenlegger te Veere.
Dfeze verklaart op een vraag van den Presi
dent en met verwijzing naar de zeekaart, of
het ter plaatse waar het schip van verdachte
zou hebben gezeten, schuurt, bevestigend en
dat die plaatselijke mogelijkheden overal be
staan. Onder die omstandigheden bestaat zeer
groot gevaar dat een schip van achteren vol-
loopt.
Volgens getuige moet een schipper eerst
voor zijn schip zorgen en dan voor de lading,
want als men dat niet doet, zeggen ze later,
waarom heb je den boel niet over boord ge
gooid? De rechtbank en de verdediging gaan
met dezen getuige nog breedvoerig na de
situatie van het schip.
A. Breen, duiker te Wemeldinge, was op
26 October als gezagvoerder van het bergings-
vaartuig „Zeehond", varende van Zijpe naar
Wemeldinge. Getuige zegt het schip van ver
dachte te moeten hebben gezien als het ter
plaatse heeft gezeten waar deze beweert. Het
was dien dag mooi helder weer en getuige
heeft zelf aan het roer gestaan. Met wacht-
meester Haars heeft hij een paar dagen later
gevischt met een mosselkor op last van de
Assurantiemaatschappij, doch niets gevonden.
Op een vraag van den President aan ver
dachte, hoeveel zakken hij overboord heeft
gezet, zegt deze, ongeveer 1200 zakken.
Getuige Boekee, bloembollenkweeker te
Zoeterwoude, lieeft op 25 October een onder
houd gehad met zekeren Homan, die hem
verzocht van de lijst die hij bij zich had, een
op eenige dagen te voren gedateerde rekening
op te maken voor aan zekeren Stuurstraat
geleverde bollen tot een bedrag van 20.900.
Dat is gebeurd en die factuur is in tegen
woordigheid van getuige op het kantoor van
Mr. Beek Calkoen verscheurd.
Getuige had verschillende vorderingen
wegens geleverde bloembollen, op de N.V.
Beek Calkoen-Stuurstraat. Een week later
hoorde getuige dat er een schip met bollen
vergaan was. Getuige heeft tijdens het be-
zoek in Dordrecht een accept gekregen, wat
hem uitbetaald is ten kantore van Boulier in
Den Haag. Later heeft hij bij Calkoen nog
eens f 800 gehad. Stuurstraat liet doorsche-
meren dat het schip geladen met bloembollen,
ziinken moest. Hij zeide als het goed gaat,
dan betaalt de Assurantie 'n reisje naar
Berlrpn.
M. D. de Fouw, schippersknecht te Zwijn-
drecht, is op 31 October 1.1. met het motor-
schip Johanna" ook ter plaatse omhoog ge-
varen en geborgen, door de firma Van der
Tak Co. Getuige heeft toen op de plaat ge
loopen en aidaar eenige bloembollen gevon
den die hij aan de marechaussee heeft ge
geven.
De schipper van het motorsohip, Tempelaar,
legt een geiijkluidende verklaring af.
De majoor der Rijksveidiwacht Van Dorst
te Numansdorp, heeit in deze zaak ook een
onderzoek ingesteld. Volgens dezen getuige
kan niet women aangenoinen, dat geiet op
het getij, verdachte aaar heeft vastgezeten.
Getuige is er met het politievaartuig naar toe
geweest en heeft het vaartuig op aanwijzin
gen van verdachte precies zoo vast gezet, zoo
als verdachte's schip zou hebben gezeten en
hij, acht het onmogelijk dat daar ter plaatse
een scnip van voren hoog en van achteren
laag kan zitten.
Getuigen Van Beveren, nogmaals voorge-
roepen, blijft een gansch tegenovergestelde
meening toegedaan.
Getuige De Visser, bloembollenkweeker te
Oegstgeest, heeft in dien zomer van 1931
bloembollen gekocht en geleverd aan Stuur
straat en zou daarvoor 1500 ontvangen. Hij
heeft zich daartoe gewend tot Mr. Calkoen te
Dordrecht, waar werd medegedeeld, dat als
de Assurantiepenningen binnen waren, hij
zou worden betaald. Volgens getuige hebben
wemige van de door hem geleverde bollen in
het schip gezeten, diat zijn bollen uit 's Gra
vendeel geweest.
Op een vraag van den President, zegt ge
tuige, dat Stuurstraat beweerde, dat de dure
bouen van 600 per HJ-,. in het schip hebben
gezeten. Ook hier waren weer valsche nota's
in het spel. Getuige heeft nog aangedrongen
op betaling. Ook tegen dezen getuige had
Stuurstraat gezegd, dat wanneer de assurantie
uitbetaalde, zij een reis naar Frankrijk zou-
den krijgen.
Getuige zegt toen den indruk te hebben ge
kregen dat de manipulaties met het schip van
verdachte gefingeerd waren.
Getuige A. van Dam, schipper te Dordrecht
a decharge gehoord, verklaart veel in Zee-
land te hebben gevaren en de wateren goed
te kennen. Getuige is van meening, dat ver
dachte met zijn vaartuig best ter plaatse kan
hebben vastgezeten en de situatie van het
schip gevaarlijk is geweest.
Getuige J. Smits, scheepsbevrachter te
Wemeldinge is op den bewusten dag komen
varen van Zijpe naar Wemeldinge.
Op een vraag van den President, of getuige
verdachte had aangenomen, antwoordt deze
bevestigend.
President: Wist U dat hier geknoeid zou
worden
Getuige: Neen.
President: Was het U bekend, dat het
schip moest vastloopen? Is daar te voren
niet over gesproken?
Getuige: Neen.
President: Durf U dit onder eede te ver-
klaren
Getuige: Ja.
President tot getuige: Ga dan maar zitten.
De Officier tot getuige: Heeft U nadien
geen brieven ontvangen uit Dordrecht?
Getuige: Ja, ik ben ook in Dordrecht ge
weest en heb daar de zoon van verdachte ge
sproken.
Op een vraag van den verdediger aan den
getuige a decharge Stuurstraat, oj deze met
verdachte afspraak gemaakt had over het
werpen der lading of het vastloopen van het
schip, zegt getuige nergens van te weten.
Hij had verdachte nooit eerder gezien, alleen
3 keer vluchtig gesproken.
President tot verdachte: Wie heeft je aan
genomen
Verdachte: Smits te Hansweert.
President: Wat moest je doen.
Verdachte: Bloembollen varen van 's-Gra-
vendeel naar Ciinge voor 110.
President: Hoeveel is er in geladen.
Verdachte: 700 H.L.
President: Ben je per ongeluk of opzette-
Ijjk op de plaats gevaren
Verdachte: Per ongeluk, want daar heb je
niets anders den schade van.
President: Is je niet gezegd, dat alles
zwendel was
Verdachte: Natuurlyk niet mijnheer.
President: Hoe kunnen ze zeggen, dat je
moet. zorgen niet, voor den tweeden ijiaal door
Smits in het ongeluk te worden gebracht?
Verdachte: Dat is nooit gezegd,
President: Dus je durft hier den inhoud
van de afgelegde scheepsverklaring te beves-
tigen.
Verdachte: Ja.
Na de getuigenverklaringen kwam de
officier van justitie aan het woord, die zeide
dat het hier een zaak betreft, met een ver
dachte, die het slachtoffer is van een zaak
waarvan de anderen achter de schermen
zitten. Waar het hier om gaat is, of de
scheepsverklaring van verdachte in strijd met
de waarheid is afgelegd en het bewijs daar
van zal moeten worden gevonden in conclu-
sies en aanwijzingen. Wat betreft het vast-
zitten van het vaartuig, zegt het rapport van
den deskundige Vermeulen, dat het niet noo-
dig is geweest om een gedeelte der lading te
werpen en dat er ook geen gevaar voor
het schip is geweest om door het schuren
te breken. Indien er gevaar was geweest,
dan mag men aannemen, dat verdachte
teekenen had gegeven, terwijl verdachte be
weert vast gezeten te hebben, zijn verschil
lende schepen gepasseerd en had men hem
moeten zien, daar het helder en mooi weer
was. Er zijn wel bollen gevonden te Vrou-
wenpolder en eenige anidere plaatsen, doch
slechts ongeveer 5 H.L., dus verra van de
hoeveelheid, die verdachte zegt over boord
te hebben gegooid.
Zijn verklaringen zijn dus niet juist. Ook
kan de situatie van het schip niet zoodanig
zijn geweest, dat gevaar voor schip en lading
bestond. Al deze feiten worden bevestigd
door de voorgeschiedenis, die thans voor de
rechtbank te Dordrecht wordt behandeld.
Ook is gebleken, dat valsche nota's zjp op-
gemaakt voor in schijn geleverde bloembollen,
waarvan de factuur op een kantoor te Dord
recht is verscheurd. Ook getuige Visser heeft
men, nadat het schip gezonken was, een val
sche nota doen opmaken. Voor het schip van
's-Gravendeel vertrok, waren de komende ge-
beurtenissen reeds alle afgesproken.
Spreker acht het wettig en overtuigend be
wijs in deze zaak geleverd.
Ten aanzien van de strafmaat zal hij niet
uit het oog verliezen, dat verdachte lets heeft
gedaan, wat anderen hem hebben ingeblazen,
en waarvan hij het slachtoffer is.
De officier eiseht een gevangenisstraf van
6 maanden, met aftrek van het voorarrest.
De verdediger van verdachte aan het woord
komende zegt, dat hoewel deze zaak belang-
rijk is door hetgeen zich op den achtergrond
heeft men vaak last van schrijnende handen.
Dit schrjnen houdt dadelijk op door Purol.
(Ingez. Med.)
afspeelt, zij op zich zelf bepchauwd, en nuch-
ter bezien, vrij eenvoudig is, docht het O. M.
heeft ze ingewikkeld gemaakt. De alles be-
heerschende vraag is, of de inhoud van de
door verdachte afgelegde; schieepsverklaring
onjuist is. De officier moest ddt bewijzem
doch i3 daarin volgens spreker niet geslaagd,
Niet geleverd is het bewijs, dat verdachte
niet aan den grond geloopen is. Tegenover de
verklaring van verdachte, heeft het O. M.
niets anaers dan vermoedens en gissingen
doch daar gaat het ook ten slotte niet om
alleen en uitsluitend hierom, of het mogelijk
is, dat verdachte vastgeloopen is en gemeend
heeft met zijn schip in gevaar te verkeeren.
Volgens spreker zal verdachte moeten wor
den vrijgesproken en verzocht hij de recht
bank dezen onmiddellijk in vrijheid te stellen,
te meer waar ook juist Donderdag een ver
dachte in deze zaak door de rechtbank te
Dordrecht in vrijheid is gesteld.
De officier van justitie zag om persoonlijke
redenen van repliek af.
Na in raadkamer te zijn geweest, gelastte
de rechtbank de invrijheidstelling van ver
dachte en bepaalde de uitspraak in deze zaak
op 29 Februari a.s.
DE ALCOHOL- SMOKKELZAAK VAN
ZEEBRUGGE.
Vrijdagmiddag kwam de bekende smokkel-
zaak van Zeebrugge voor de boetstraffelij'ke
rechtbank te Brugge.
Wij ontleenen hieromtrent aan het Dagblad
van Noord-Brabant en Zeeland:
Mr. Claeys, die de burgerlijke partij namens
den staat vertegenwoordigde, sprak als volgt:
Er dient geen onderscheid gemaakt tus
schen de beschuldigden A., S., en De S., die op
heeterdaad werden gesnapt en M., en De B.,
zooals in gemeen recht, alien hebben gehan-
deld met het doel de belangen van de Staats-
inrichting te krenken die voor nagenoeg
100.000 frank zou benadeeld worden.
De verdediger van De S. zal pleiten dat
het bij toeval is, dat hij betrokken werd in de
zaak; dat het buiten zijn wil om is, dat ht'rj| tot
buiten de grenswateren is gevaren; niets is
minder waar, want beschuldigde had alle ge-
legenheid, moest dat zijn inzicht niet geweest
legenheid, moest dat zijn inzicht niet
geweest zijn terug te keeren met de Neder-
landsche loodsboot. Hij is het daarenboven
die de alcohol aan boord heeft gebracht van
de „Aurore", did de voetstappen heeft aan-
gewend bij den Nederlandschen tolddenst am
de waar op het schip te brengen.
M., is de inrichter van de smokkelzaak; hij
is het die de bemoaning aanwerft, die de
onderhandelingen voert voor den aankoop van
de boot en van den motor, die aan A. de kaart
van de Schelde voorlegt en hem het middel
aan de hand doet voor het bezorgen van een
kleine roeiboot, die aan De S. het geld bezorgt
voor den aankoop in Schiedam van alcohol en
die daarenboven te zien is op het strand van
„Den Haan" om gunstige aanlandingsplaats
te zoeken. Besehuldijgde Martens is de geest
van de onderneming.
Voor wat de schuld aangaat van De B., hij
is het die de boot heeft afgekocht van M., die
medewerkt voor het vervoeren van den motor
vamuit Gent naar Burcht, die helpt aan het
herstel van den motor en de logeerkosten be
taalt van de smokkelbende te Ter Neuzen.
Getuigen komen beweren, dat beschuldigde te
Gent was dien avond van de smokkelzaak;
een zaak staat echter vast, dat ooggetuigen
twee personen hebben zien de_ vlucht nemen,
een moest daarvan De B. zijn en mogelijk
kon hij wel te Gent gezien geweest a-in. als
men rekening houdt van de snelle vervoer-
middelen, waarover men thans beschikt. Zijn
mede-beschuldigden verklaren overigens, dat
hij ook van de partij was.
De verdediging.
Mr. Ancot pleit voor A. Het oordeel van den
verdediger is, dat S., De B. en De Br. de
hoofdschuldigen zijn. A. is een werktuig ge
weest in de handen van M., die zelf niet wist,
dat de alcohol in Belgie zou g'esmokkeld wor
den, vermits de scheepspapieren op Duinker-
ken opgemaakt werden. De gansche zaak
was veel meer een kiochtspel, de daders waren
volstrekt niet geschoold om zoo'n waagstuk
uit te voeren! Het is zoodanig waar, dat bij
een eerste beproeving van de zeewaardigneid
van de boot, A., De S. en S., door de uitwase-
ming van den motor bijna onpasselijk zijn
geworden. A. heeft zich laten bekoren, hij
die niets bezat, om eenig geld te verdienen.
Pleiter vraagt 'n geringe straf.
Mr. Vermaut verdediger van S., richt een
wel afgeteekende lijn tusschen de plichtigheid
van de bescauldigden. Zeker is het, dat die-
gene, die het plan heeft opgemaakt De B. is;
M. en De Br hebben het uitgewerkt, terwijl
A., S. en De S., de arme duivels die door hen
werden in het gedrang gebracht zijn. S. is
slachtoffer van De B., zooals A. het slacht
offer is van M. Wat zij met De S. aan het
zaakje zouden verdienen, de twee eersten 1.50
frs. de liter en De S. in totaal 500 frank voor
zijn medewerking, is 'n bespottelijk cijfer bij
vergelijking van de grove winst die de ande
ren op hun rug zouden maken. Beschuldigde
S. was zonder geldmiddelen, hij had veel
tegenkanting gekend; hij was gemakkelijk te
beinvloeden. Pleiter vraagt een milde straf.
Mr. De Clerck, verdediger van De S.: De
zaak moet niet tragisch opgenomen worden,
beschuldigden hebben zich laten verleiden
door het voorbeeld van Amerikaansche gang
sters; het Beheer van Financien mag echter
op beide ooren slapen, want met dergelijke
onervaren menschen zal het nadeel niet erg
zijn, dat ze kunnen stichten. De S. is de
derde beschuldigde en ook zijn schuld is van
derden rang.
M. steekt zich voortdurend achter hem
weg. We zien het bij den aankoop van den
alcohol waarvoor hij de factuur op zijn naam
doet plaatsen. De heer onderzoeksrechter,
bekende, dat de rol van De S. van onderge-
schikt belang was. Men merkt het des te
meer als men nagaat, welk profijt hij uit de
zaak zou halen. Dat hij niet betrokken was
in de smokkelzaak, blijkt nog uit het
feit, dat hij nagenoeg niet heeft medegeholpen
aan het lossen van bussen alcohol, zooals
blijkt uit de verklaringen van A. en S. Pleiter
vraagt meedoogendheid voor beschuldigde
wiens verleden tot hiertoe niets te wenschen
overliet.
Mr. Schramme, verdediger van M.: Evenals
bij inbreuk inzake gemeen recht moet ook in
fiskaal recht de voile plichtigheid bewezen
worden. De bedoeling bestond niet bij; be
schuldigde de alcohol in Belgie binnen te
smokkelen. Iedereen weet, dat alcohol ge-
smokkeld wordt aan boord van schepen met
bestemming voor Amerika en de Hollandsche
of Belgische toldiensten zien zulks met kwaad
oog aan; het komt er immers op aan een tak
van de nijverheid te doen bloeien en het is
begrijpelijk, dat men de oogen sluit.
M. bekent de alcohol betaald te hebben,
maar wat buiten zijn weten is gebeurd, is dat