BTJRQERLIJKEN STAND. vol. Zoo'n minister moet afhangen van zijn ambtenaren en dat is juist het kwade, want als die er dan niet veel voor gevoelen komt een en ander niet tot stand. Hij geeft de voorkeur aan ministers als de heeren Deckers en Donner, die het niet aan him ambtenaren moeten vragen. De heer D. DEES zal aan het voorstel gaame zijn stem geven, het is hem altijd een grief geweest, dat landbouw is gevoegd bij Binnenlandsche Zaken. Een afzonderlijk ministerie zal we] geld kosten, maar daar moet men dan maar over heen stappen. Het is echter wel de vraag, of het verzoek succes zal hebben. De VOORZITTER: Wij kunnen het zien in Duitschland en Frankrijk, waar men een minister van landbouw heeft, wat daar niet allemaal voor den landbouw gebeurt. Als men dat alles wist, zou men verbaasd staan en in ons land wordt niets gedaan. Het voorstel wordt verworpen met 6 tegen 4 stemmen. Voor stemmen de heeren Haak, Van Hoeve, Bakker en D. Dees; tegen stemmen de heeren Bulijze, Koopman, A. Dees, Wisse, Maas en Hamelink. f. Een schrijven van Burgemeester en Wethouders der gemeente Graauw en Lan- gendam, houdende toezending van een af- schrift van het besluit van den raad dier gemeente waarbij wordt verzocht de in uit- zicht gestelde financieele steunregeling voor de vlascultuur en vlasindustrie voor 1932 ook te willen toepassen voor de voorraden van den oogst 1931 met verzoek hieraan adhaesie te willen betuigen. Burgemeester en Wethouders stellen voor daartoe te besluiten. De heer BUIJZE wijst er op, dat, als men eens terugziet op de tarwewet, de daarvoor van wege de regeering gegeven ondersteuning voor de arbeiders zeer treurig is geloopen. Alles laten de landbouwers door de machine bewerken, en zoo voorziet hij dat bij het ver- leenen van steun voor de vlasindustrie ook weer alleen de vlassers zullen zijn geholpen. De vlascultuur is met steun niet meer te hel- pen. Hij kan zijn stem aan het voorstel niet geven, en is tegen het betuigen van adhaesie. De heer HAAK weet, dat er ontzettend veel moeite gedaan is om voor het vlas regeerings- steun te verwerven en hij gelooft, dat men de moeite om meerderen steun te krijgen, wel sparen kan, daar het zeer moeilijk gaan zal om voor den oogst van '30 en '29 nog steun te krijgen, hij is er niet voor om adhaesie te betuigen en wil het schrijven voor kennis- geving aannemen. De heer MAAS is tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders, omdat de land bouwers geen rekening houden met de land- arbeiders. De landbouwers krijgen steun van de regeering voor tarwe en voor bieten, om het loon op peil te houden en om hun men- schen in het werk te kunnen houden. Maar er zijn landbouwers, die hun menschen op straat zetten en zeggen: „dan gaan ze maar om steun!". Zij zullen daarvan rekening moeten afleggen. De arbeiders moeten daarvoor de hitte en de koude van den dag dragen en om hun brood op te eten beschutting zoeken. Die landbouwers moeten rekening houden met Deuternomium 24 vers 14 en 15, waar geschre- ven staat: „Gij zult den armen daglooner niet verdrukken, die uit uwe broederen is, of uit uwe vreemdelingen, die in uw land en in uwe poorten zijn. Op zijnen dag zult grj zijn loon geven, en de zon zal daarover niet ondergaan, want hij is arm, en zijne ziel verlangt/daar- naar; dat hij tegen u niet roepe tot den Heere, en zonde in u zij." Die landbouwers kan spreker niet prijzen, maar de landbouwers die hun menschen in het werk houden daarentegen kan hij wel prij zen. Er zijn landbouwers die 8 tot 11 men schen in het werk houden. Als alle landbou wers er zoo over dachten, naar evenredigheid, dan zouden er in de gerq^ente van Zaamslag weinig werkloozen zijn. De landbouwers, die voor een zware pacht of een zware hypotheek zitten, wil hij er buiten laten. Het is diep treu rig, dat er zulke landbouwers zijn. Die heeren brengen verbittering onder de werklooze menschen. De VOORZITTER geeft te kennen, dat ook Burgemeester en Wethouders het prijzen, dat er landbouwers zijn die hun menschen aan het werk houden, maar daartegenover behoeft men nog geen afkeuring uit te spreken over hen die dat niet doen, en behoort men zich eerst af te vragen, of die menschen nog wel over de middelen beschikken om hunne werk- lieden als ze die zouden aanhouden nog te betalen. Men kan er van overtuigd zijn, dat een groot percentage der landbouwers niet meer over die middelen beschikt. Er wordt voorts zoo schrikkelijk opgegeven van den steun die aan de boeren die aan de landbou wers is gegeven voor de tarwe en de bieten. De steun voor de tarwe was goed, maar nu was de opbrengst zoo miniem dat er ook weer geen winst mee te behalen was, en de steun voor de bieten was veel te gering. Ook de heer Maas kan het wel weten, dat hij de tegen- woordige prijzen het landbouwersbedrijf niet ineer rendabel is. En wat zijn opmerking be- treft dat alles met de machine en de zelfbin- der bewerkt wordt, wat zouden de heeren Buijze en Maas zelf doen, als zij landbouwer waren? Wie zal er thans nog aan denken om zijn graan met den sikkel te laten snijden en het met den vlegel te dorschen. Dat deed men nog in de tachtiger en negentiger jaren, doch toen kostte dat aan loon 60 cent en nu /1,25. De steun die het vorig jaar voor de bieten uitgeldofd is, beteekende zoo goed als niets, dat was een zeer luttel bedrag en het was misschien nog beter geweest, dat die niet ver- leend was. De cooperatieve suikerfabriek heeft 7,50 per 1000 K.G. betaald. De fabriek van Zevenbergen betaalt niets uit. Wat be- teekent dan het verleenen van steun? Nu is het bedrag verdubbeld, doch wanneer de prijs der suiker niet naar boven gaat, dan zullen de landbouwers er nog slecht mee uitkomen. Er komt niets meer in het laadje. Uit de statistiek is bewezen, dat de opbrengst der tarwe niet meer is geweest dan 1000 tot 1100 K.G. per Hectare, terwijl het stroo onverkoop- baar is. Nu was de tarwe het beste artikel En als dan de uitkomst daarvan z66 slecht is, kan men wel nagaan, dat het er voor het geheele bedrijf treurig bijstaat. Er zijn vele landbouwers die geen pacht kunnen betalen of geen cent rente van hun geld maken. Het pu- bliek gelooft dat wel niet, maar het is een feit, dat de toestand zeer slecht is. 4 De heer BUIJZE merkt op, dat de Voorzit- t'er vraagt„wat zouden de heeren Buijze en Mans zelf doen? Hij antwoordt hierop, dat zij werkmenschen zijn en zich niet in dien toe- stand kunnen verplaatsen. Er wordt meer en meer om steun gegaan en dat mag niet. Ook de landbouwers gaan om steun. Spreker zit hier als lid van den raad, om den toestand in het algemeen te bespreken, doch wanneer men hem vraagt, zich in den toestand van den werkgever te verplaatsen, dan kan hij dit niet, evenmin als naar het schijnt de boeren zich in den toestand van den arbeider kunnen indenken. De heer HAAK w!ijst er op, dat de heer Maas nogal hard van stapel is geloopen. De steun die aan de tarwe gegeven wordt, laat voor den landbouwer de kans op een klein winstje, maar die voor de suikerbieten was beter niet gegeven geweest. Daarmede zijn de landbouwers van den kant in de sloot ge- raakt. De heer Maas kan weten, dat een Hectare suikerbieten aan den landbouwer 200 kost. Als men nu nagaat, dat betaald is f 7,50 per 1000 K.G. en dat de opbrengst 13.000 a 14.000 K.G. gemiiddeld is geweest, dan blijkt daaruit dat er nog 100 bijgeiegd moet worden en de landbouwer dus vooraeeliger was geweest indien hij heelemaa! geen bieten had gezaaid. Of er landbouwers zijn, die hunne arbeiders zonder noodzaak op straat zetten kan spre ker niet beoordeelen, want hij kan niet over eens anders kas oordeelen. Hij gelooft, dat als de toestand anders was, dit niet gebeu- ren zou, want dat doen de werkgevers niet graag. Ze worden daartoe vermoedelijk ook nu wel door htm eigen toestand gedrongen. De heer MAAS geeft te kennen, dat de heer Haak niet weet wat het wil zeggen werkman te zijn; spreker werkt reeds van af zijn veer- tiende jaar. Als de heer Haak het wist, zou hij wel uit een ander vaatje tappen, Spreker heeft daarover nog nimmer geklaagd en heeft gelukkig altijd werk gehad. Maar toch valt het niet mee, als men van den Maandag tot den Zaterdag b.v. vlas moet boken. Als de heer Haak het eens wil ondervinden, wil spreker hem zijn bookjiamer wel eens leenen. Na die ondervinding, zou de heer Haak wel uit een ander vaatje tappen. De heer HAAK wil gaarne aannemen, dat het niet meevalt, werkloos te zijn. De heer MAAS: Maar werkman te zijn ook niet! De heer HAAK: Jadan moet ik zwijgen, daar weet ik niets op te zeggen. De heer KOOPMAN betoogt, dat de steenen op straat den bestaanden nood voelen, door het verleenen van steun, blijft de werkman voor den hongerdood ggspaard, ze hebben te eten, en zoo is het met de boeren ook, die eten ook nog. Maar toch moet men niet denken, dat die vrij zijn van zorgen, en men kan ge- rust aannemen dat er verscheidene zijn die niet weten hoe ze de eindjes aan elkaar zul len knoopen, die voortdurend in zorg zitten door verschillende dreigbrieven, sommaties en wat dies meer zij. Hij denkt, dat er zeer veel werkgevers zijn, die hun werklieden graag zouden houden, als ze maar konden, evengoed als dat er zullen Zijn die hun volk op straat hebben gezet, hoewel het nog niet noodig was. Door steun te geven wordt toqh de kas van den landbouwer sterker gemaakt en is deze ook in de gelegenheid meer te laten werken. Hrj zou daarom zeggen: laat ons hier nog aan meewerken. De VOORZITTER: Wij hebben gemeend het verzoek te moeten ondersteunen, omdat we het verleenen van den steun in het alge meen belang achten, zoowel van den werk gever als van den werknemer. Men kan ge- rust gelooven, dat er nog veel boeren zijn, die er erger voorzitten dan de armste werkman. De steun, die aan den landbouwer gegeven wordt, beteekent voor hem zoo goed als niets, dat beoogt alleen hem in de gelegenheid te stellen zijn bedrijf gaande te houden, alzoo ten bate der werknemers, doch de risico op het bedrijf blijft voor hem. Wat beteekent een toeslag van 50 voor een hectare vlas? Laat ons daarom nog helpen wat geholpen kan worden. Over dit voorstel staken de stemmen met 5 tegen 5. Voor stemmen de heeren Koopman, Van Hoeve, Bakker, D. Dees en Hamelink; tegen stemmen de heeren Buijze, Haak, A. Dees, Wisse en Maas. g. Een adres van de Provincial e Commis- sie voor werkloozenzorg, ingesteld vanwege de S.D.A.P. en de Modeme Vakbeweging die daarin te kennen geeft, dat op een 3peeiaa! daarvoor gghouden vergadering dat doel is besproken. De ondersteuning, de werkverschaffing, de ontwikkeling en de ontspanning voor de werk loozen had hare aandacht. Aangenomen werd de volgende motie: De provinciale vergadering van bestuurders van Bestuurdersbonden, Soc. Dem. Raads- en Statenleden en Vak- en Partijafdeelingen, bij- eengeroepen door de Federatie van Bestuur dersbonden in de provincie Zeeland en door het Gewest Zeeland der S.D.A.P. inzake de bestrijding der werkloosheid, op Zondag 29 November 1931, te Middelburg; gehoord de besprekingen betreffende de hui- dige economische toestand; constateerende, dat de omvang der werk loosheid in Zeeland thans grooter is dan in 1930 om deze tijd en dat in de komende win- termaanden naar alle verwachting deze werk loosheid nog meer zal toenemen en langer dan andere jaren zal duren in verband met de zeer ongunstige vooruitzichten van oordeel, dat in verband hiermede buiten- gewone maatregelen behooren te worden ge- nomen en dat voor alles gezorgd dient te wor den, dat de door werkloosheid getroffen ar beiders-in staat zullen zijn, htm levenspeil en arbeidskracht intact te houden: van oordeel, dat de Regeering door het ver- strekken van ruime financieele steun het de gemeentebesturen mogelijk dient te maken, de noodig zijnde maatregelen te treffen, terwijl zij daamaast die maatregelen dient te nemen, welke het economische leven versterken; waardeerende de financieele medewerking, tot nog toe gegeven en/of toegezegd voor uit- voer van waterstaatswerken; acht deze medewerking, gezien de tijdsom- standigheden, echter onvoldoende; dringt er ten sterkste op aan, dat de regee ring zoo spoedig mogelijk over gaat tot: le. het aanleggen van de Rijksweg Nieuw- en St. JooslandVlissingen; 2e. de bebossching van de duinenreeks van Vlissingen tot Domburg; 3e. ontwatering van West-Zeeuwsch-Vlaan- deren, aanleg van het kanaal Sluis Breskens, en verbetering der Zeewerin- gen te Breskens; 4e. ontwatering van Oost Zeeuwsch-Vlaan- deren en de aanleg van kanaal Hulst Axelsche Sassing; 5e. bevordering van de arbeiderswoning- bouw in het industriecentrum van Oost Z.-Vlaanderen; 6e. het bevorderen en aanleggen van een drinkwatervoorziening in Zeeuwsch- Vlaanderen; 7e. ontwatering van West- en Oost Zuid- Beveland; aanleg van de spoorweg Z.- I^eveland-Antwerpen over Woensdrecht; 8e. versnelde uitvoering van de bebossching op Schouwen en Duiveland; 9e. de Provincie in staat te stellen in een vlugger tempo de secondaire en ter- tiaire wegen te doen uitvoeren; lOe. de loonen en overige arbeidsvoorwaar- den, geldende in werkverschaffing, op peil te brengen, opdat de daarbij tewerk gestelde arbeiders voldoende zullen kun nen verdienen, om in het onderhoud hunner gezinnen te kunnen voorzien; lie. de beperkende bepalingen voor tewerk- stelling bij de werkverschaffing, waar- door slechts ddn arbeider uit ddn gezin bij de werkverschaffing kan worden ge- plaatst op te heffen; 12e. de gelegenheid te openen opdat ook jon- gere arbeiders worden tewerkgesteld; 13e. steunregelingen in bet leven te roepen voor de werklooze arbeiders, die niet bij de werkverschaffing zijn tewerkge steld; 14e. sterke bevordering van het onderwijs aan jeugdige arbeidsters en arbeiders, die werkloos zijn geworden; vertrouwt dat de besturen van Partij en Vakbeweging niets zullen nalaten, wat bevor- derlijk kan zijn aan krachtige doorvoering van bovengenoemde eischen; gaat over tot de orde van den dag. De memorie van toelichting luidt, met be- trekking tot de punten betreffende Zeeuwsch- Vlaanderen, of die van algemeene strekking, als volgt: 3. In verband met de opkomende land- bouwcultuur in West Zeeuwsch-Vlaanderen tufcibouwcultuur, bessencultuur) is het nood- zakelijk, dat meer dan tot nu toe aandacht be- steed wordt aan een behoorlijke ontwatering van West-Zeeuwsch-Vlaanderen. Het is ons niet onbekend, dat deze ontwa tering moeilijkheden oplevert, in verband met de ontwatering van het er achter liggende Belgie, maar naar onze meening moet thans krachtiger dan ooit deze ontwatering ter hand worden genomen, omdat het vrijwel uitgeslo- ten is, dat intensieve cultures, die in West- Zeeuwsch-Vlaanderen bestonden (bieten, tar< ■ve- en aardappelcultuur) nog ooit him oude hoogte zullen bereiken, zoodat een blijvende werkloosheid onder de landarbeiders dreigt indien niet overgegaan wordt tot andere inten sieve cultuur (groente- en fruitcultuur), waar- ivyx West-Zeeuwsch-Vlaander»-- zoo bii "it- stek gunstig ten opzichte van Engeland ge- legen is. Hetzelfde wat wij hiervoren betoogden, geldt voor de ontwatering van Oost-Zeeuwsch- Vlaanderen. Wij weten, dat hiervoor reeds geruimen tijd plannen bestaan en wij meenden, dat, waar de landbouw thans in een tijdperk van malaise veraeert, deze werken, dien ten slotte grond- verbetering beoogen, moeten worden aange- vat. Met klem mogen wij ook aandringen op de aanleg van een kanaal BreskensSluis. De aanleg van dit kanaal zal de gelegenheid openen, om te komen tot een goedkoop vracht- vervoer van de landbouwproducten uit Z.- Vlaanderen. De nieuw geoutilleerde haven van Breskens mag niet ongebruikt gelaten worden. De beteekenis van deze haven moge blijken uit de onderstaande cijfers. In 1930 kwamen binnen 15.625 binnen- schepen met een laadvermogen, in tonnen) van 2.086.000. Deze beteekenis zal ongetwijfeld nog toene men indien het kanaal BreskensSluis tot stand komt. 4. Reeds jaren bestaat een plan voor Iw* aanaal HulstAxelSluis, waarvoor door be- langhebbenden reeds bijdragen werden toege zegd. Nu ook deze streek, die voomamelijk van landbouw moet leven, in het gedrang komt, is het aanleggen van dit kanaal zeer gewenscht, waardoor het mogelijk zal worden, in het vervolg de landbouwproducten te ver- voeren. Bovendien zal de ontluikende tricotage-in- dustrie in Hulst en omliggende plaatsen van dit kanaal voor de aanvoer van grondstoffen kunnen profiteeren. 5. In Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen is in de laatste jaren snel industrie tot stand ge- komen. De arbeiders benoodigd voor deze in- dustrieen, komen van ver afgelegen streken, omdat geen woningen voor hen beschikbaar zijn. Het is wenschelijk, de arbeiderswoningbouw te bevorderen, waarvoor het noodig is, thans reeds over te gaan tot het bouwrijp maken der gronden. Beide objecten zullen de werkgelegenheid langen tijd verruimen. 6. Nog steeds ligt het plan voor de water- voorziening klaar voor Zeeuwsch-Vlaanderen, hetgeen tot nu toe afstuitte op de onwil van enkele gemeentebesturen. Meer dan ooit is het thans noodzakelijk over te gaan tot de'uitvoering van dit werk, waar door niet alleen werkverruiming plaats vindt, maar bovendien de bewoonbaarheid van het platteland sterk wordt bevorderd. 10. Dit punt behoeft naar onze meening geen toelichting. Het is voor onze geheele maatschappij van buitengewoon veel belang, dat het levenspeil en de arbeiderskracht van onze arbeiders- klasse op peil wordt gehouden omdat, indien hier een sterke achteruitgang zou worden ge- constateerd, dit zou beteekenen, dat, indien straks het productieproees dezer arbeiders weer opvraagt deze lichamelijk niet meer in staat zouden zijn, met hun oude intensiviteit aan dit proces deel te nemen. 11. De bepaling, dat slechts een arbeider bij de werkverschaffing uit een gezin mag worden tewerkgesteld, beteekent, dat in de groote gezinnen een te gering bedrag bjnnen- komt, om in het onderhoud van het gezin te voorzien. 12. De bepaling, dat jonge arbeiders niet bij de werkverschaffing mogen worden tewerk gesteld, beteekent, dat deze arbeiders aan alle ellende van de werkloosheid worden prijs ge geven. 13. Indien het niet mogelijk is alle werk looze arbeiders te plaatsen bij de werkver schaffing, moet voor deze arbeiders en ook voor eventueele perioden, dat geen arbeid kan worden verricht een steunregeling in het leven worden geroepen. Door den Minister van Binnenlands6he Za ken is bij de interpellatie van Van den Tem- pel op een desbetreffende vraag geantwoord: „Ik moge opmerken, dat de Regeering niet kan dwingen. Met besprekingen en overleg is intusschen wel iets gedaan te krijgen. Indien men mij deze zoogenaamde achterlijke ge- meenten noemt, ben ik gaarne bereid, in deze door een bespreking en overleg te zien, of niet iets in de goede-richting is te verkrijgen." Uit dit antwoord van den Minister blijkt dus wel ten zeerste, dat ook de Regeering op het standpunt staat, dat een steunregeling als aanvulling op de werkverruiming en werk- verschaffingswerken noodzakelijk is en dat drang op deze gemeentebesturen niet alleen geoorloofd, maar ook zeer dringend is. Van de zijde van het Gewest Zeeland, van onze Raads- en Statenleden en van de federa tie van Bestuurdersbonden en ons werk- comitd, moet hierop bij voortduring aange- drongen worden, opdat deze regelingen in de betrokken gemeenten tot stand komen. Door onze vakbeweging in de Provincie Zee- land moet hiervoor een groote activiteit wor den ontplooid, waarop ik nog nader terug kom. 14. Het is van het allergrootste belang, dat zeer veel aandacht wordt geschonken aan de opleiding en de verhooging van de vakbe- kwaamheid van onze jeugdige arbeiders. Daartoe moeten, waar noodig, cursussen worden ingericht, ook voor plattelandsarbei- ders, opdat deze straks in de nieuwe cultures, die ongetwijfeld zullen ontstaan, een emplooi zullen kunnen vinden. Burgemeester en Wethouders stellen voor, deze motie aan te nemen voor kennisgeving. De heer BUIJZE vraagt, wat Burgemeester en Wethouders hiervan denken. De heeren openen met dit stuk een groot vooruitzicht en hij zou gaarne zien, dat dit in behandeling kwam. Mogelijk dat er verschillende werkloo zen bij die werkverschaffing te werk gesteld zouden kunnen worden. Reeds jaren lang be staat er een plan voor een kanaal naar Axel en Hulst, hetgeen een groot voordeel voor het vervoer zou wezen. Hij gelooft, dat het wel van belang is, die eens onder het oog te nemen. Als het voor kennisgeving wordt aan genomen is het zonder meer weg. De heer MAAS sluit zich hierbij aan. De heer HAMELINK ziet in die plannen ook eenig uitzicht en meent, dat men die niet naast zich moet neerleggen; men moet ze eens nagaan en als er iets inzit, Sat opzoeken. De heer KOOPMAN heeft die stukken ook bestudeerd; er staat veel op, maar er kan niets van komen. Hij had graag gewild, dat de hee ren die op het stuk willen ingaan, nu ook eens voorstellen hadden gedaan, waarvan de raad kon zeggen: daar gaan we op in. Er staan wel veel aanlokkelijke zaken op, maar... er staat niet bij waar men de financien daar voor vandaan moet halen. Toch acht hij het hard, om het zoo maar voor kennisgeving aan te nemen. Hij zou dat willen doen, onder dank- betuiging aan de opstellers voor het gelever- de werk, want dat is toch een werk van stu- die geweest. Aan wegenaanleg kan deze ge meente niets doen, evenmin aan aanleg der waterleiding en de ontwatering is een kwes- tie voor den minister en de polders. Er is echter van het stuk veel studie gemaakt. De heer HAMELINK merkt op, dat de heer Koopman van hen voorstellen heeft verwacht en wijst dan op punt 11. Hij kan zich daarbij geheel aansluiten. Wanneer men een groot gezin heeft, met groote jongens, dan vindt hij het hard, dat er van dat gezin bij de werk verschaffing maar een te werk gesteld mag worden. Wanneer de raad dddrin eens ver- andering kon brengen, was dat althans iets. De VOORZITTER deelt mede dat Burge meester en Wethouders deze stukken breed- voerig hebben besproken. Verschillende van die plannen zijn reeds aanhangig gemaakt in een tijd dat men over veel kapitaal kon be schikken. De hooge oomes van rijk en pro vincie hebben het echter toen niet aangepakt. Ook Burgemeester en Wethouders moeten toejuichten, dat de opstellers van het stuk hierop weer eens de aandacht hebben geves- tigd, maar Gedeputeerde Staten zien evenmin als de gemeenten kans om er iets van tot stand te brengen. Men is over het kanaal reeds jaren en jaren bezig, over verbetering van de ontwatering was men al bezig toen spreker nog een kleine jongen was, die is niet in orde, maar het eenige dat tot verbetering gedaan is, was het maken van nog een uitlaatjoker in den Oostbeer te Ter Neuzen, in de jaren 1911 of 1912. De afwatering deugt op verre na niet, maar er is geen geld voor verbetering. We zullen alle zeilen moeten bijzetten, om de zaken gaande te houden. Groote gemeenten staan al onder curateele van de regeering, laat ons toch voorkomen dat het met Zaam slag zoover komt. Er zijn nu al veel zaken, waarin Gedeputeerde Staten en niet het ge- meentebestuur beslist, maar als de gemeente onder toezicht staat. kan men het gemeente- bestuur en den raad wel geheel opdoeken. De heer BUIJZE meent, dat men toch kon trachten het in goede banen te leiden, dan blijkt, dat de leden van den raad ambitie er voor toonen. De VOORZITTER meent, dat de heer Buijze toch wel moet overtuigd zijn, dat alle de ge- noemde werken zijn, die van de regeering of de provincie moeten uitgaan. De gemeenten kunnen daar niets aan of toe doen. Met algemeene stemmen wordt overeen- komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. (Wordt vervolgd.) BOSCHKAPELLE. Geboorten. 6 Jan. Bemardus Eduardus, z. van Alexander Apolonia van der Walle en van Wilhelmina van der. Veeken. 8 Jan. Alfred Eduardus, z. van Triphon Josephus van der Veeken en van Maria Cornelia de Waal. 10 Jan. Mathilda Cornelia Apolonia, d. van Leo Ferdinandus Hermans en van Flo- rentina Pieters. 22 Jan. Alice Maria Sera- phina, d. van Petrus Cerilus Mangnus en van Anna Alice Maria van Pottelberghe. Overlijden. 23 Jan. Maria Mathilda de Rijk, oud 8 m., d. van Petrus en van Maria Paulina Gelderland. 26 Jan. Maria van Den- deren, oud 81 j., wed. van Petrus Kool. GRAAUW. Huwelijks-aangiften. 14 Jan. Gustave Hulshout, oud 24 j., jm. en Irma Maria Vanacker, oud 21 j., jd. Huweljks-voltrekkingen. 5 Jan. Alphon- sus Neeve, oud 48 j.., jm. en Anna Catharina van Hove, oud 35 j., wed. 5 Jan. Theophilus Eduardus de Deijn, oud 28 j., jm. en Julia Catharina Boerjan, oud 27 j., jd. 27 Jan. Gustave Hulshout, oud 24 j., jm. en Irma Maria Vanacker, oud 21 j., jd. Geboorten. 11 Jan. Joseph Marie, z. van Theophile de Bot en van Martha Cornelia Bisschop. 13 Jan. George Petrus, z. van Jo hannes Franciescus de Rooij en van Elisa Petronella d.'Hont. 13 Jan. Josephus, z. van Jacobus Alorjsius Peersman en van Albertina Maas. 17 Jan. Achele Julia, d. van Josephus de Block en van Maria Adorina Dankaart. 27 Jan. Johannes Franciscus, z. van Joseph Antonius Maria Weemaes en van Maria Jo hanna Kindt. Overlijden. 17 Jan. Emelie Maria, d. van Adrianus Rens en van Elisabeth Verlinden, HONTENISSE. Huwelijks-aangiften. 14 Jan. Willem Mahu, oud 28 j., jm. en Martha Paulina Buijsrogge, oud 29 j., jd. Alouisius Stephanus Boone (van Graauw), oud 26 j., jm. en Martha Maria Louisa de Backer, oud 24 j., jd. 15 Jan. Isedorus d'Olieslagers (van Hulst), oud 35 j., jm. en Elisa Angelina van Kerkhoven, oud 32 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 8 Jan. Leonard Jacobus Julien Moorthamer, oud 27 j., jm. en Paulina Maria Collet, oud 23 j., jd. Petrus Johannes Baart, oud 25 j., jm. en Mathilda van Geersdaeie, oud 25 j., jd. Josephus Petrus Augustinus Vink, oud 28 j., jm. en Emma Maria van Stevendaal, oud 21 j., jd. Joseph Gustaaf Theodoor van Dorsselaer (van St. Jansteen), oud 21 j., jm. en Louisa Wil helmina Blommaert, oud 25 j., jd. 29 Jan. Isedorus d'Olieslagers (van Hulst), oud 35 j., jm. en Elisa Angelina van Kerkhoven, oud 32 j., jd. Alouisius Stephanus Boone (van Graauw), oud 26 j., jm. en Martha Maria Louisa de Backer, oud 24 j., jd. Geboorten. 1 Jan. Theresia Louisa Isabella, d. van Alph. P. d'Hont en van Joh. Cath. van den Bosch. 3 Jan. Willy Julianus Flori- mond, d. van Al. Fr. Menu en van Maria de Waal. 4 Jan. Maria Anna, d. van Jos. Pau- wels en van Clem. M. Hoop. 7 Jan. George Johannes Emelia, d. van Alb. P. M. Joossen en van M. C. van Damme. 9 Jan. Petrus Wilhelmus Marie, z. van Rich. A. Lampo en van Wilh. Al. van Rijn. 10 Jan. Maria The resia, d. van Petrus Aug. Pauwels en van Wilh. E. Pauwels. 14 Jan. Anna Rosalia, d. van Ed. A. Cornelissens en van M. A. van Steene. 15 Jan. Paula Emelia, d. van Prud. van Itegem en M. C. Theenaart. Maria. Pau lina Magdalena, d. van Theod. C. van Laere en van M. R. Verdurmen. 16 Jan. Susanna Jacomina, d. van Willem M. van Dixhftom e* van J. M. Vinke. 17 Jan. Anny, d. van Al van Denderen en van M. W. Theenaart. Overlijden. 3 Jan. Apolonia Weij, oud #4 j., wed. van Jan Franoies Verschuren. 5 Jan- Maria Coieta Theresia van Jole, oud 50 j., echtg. van Alphonsus Hoefe^zers. 6 Jan. Johannes Francies Bun, oud 32 j., echtg. van Rosalia Paulina van Deursen. 8 Jan. Floren ce Josephine Schillemans, oud 26 j., d. van Petrus en van Stephanie van Linden. 12 Jan. Maria Sophia Theresia Verdurmen, oud 5 m., d. van Petrus en van Rozalia Beck. 13 Jan. Francies Ivens, oud 93 j., weduwn. van Anna Catharina Vermorken. 27 Jan. Maria Loui sa Pieters, oud 68 j., d. van Adriaan en van Rozalia Steijaert. 29 Jan. Leonie Johanna d'Hont (overl. te Hulst), oud 40 j., echtg. van Petrus Comelis Alouisius de Schrijver. KOEWACHT. Huwelijks-aangiften. 5 Jan. Antonius Joan nes Bours (van Ter Neuzen), oud 23 j., jm. en Delina Marchella Clemence Vervaet, oud 21 j., jd. 23 Jan. Edmondus Maria Francisca van der Sijpt, oud 22 j., jm. en Maria de Witte, oud 25 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 7 Jan. Arthur Petrus Armanaus Segers (van Antwerpen), oud 27 j., jm. en Alma Maria Catharina de Potter, oud 28 j., jd. 20 Jan. Josephus Jo hannes de Rechter (van Hulst), oud 25 j., jm. en Josephina Maria Louisa van Acker, oud 21 j., jd. 27 Jan. Antonius Bours, oud 23 j., jm. en Delina Marchella Clemence Vervaet, oud 21 j., jd. Geboorten. 14 Jan. Camiel, z. van Carolus Alouisius Ferket en van Maria Josephina Meijs. 18 Jan. Maria Josephina, d. van Hector Domien de Caluwe en van Octavia Ludovica Michielsens. 20 Jan. Roger August Marie, d. van Leon Augustien Petrus Baert en van Irma Augusta van Damme. Roger Camiel, z. van Honore Marice Vlijminck en van Elsa Leonia Louisa de Schepper. 23 Jan. Antonius Andre Marie, d. van Henricus Aloijsius van Vooren en van Emma Maria Coieta Poppe. 25 Jan. Paula Maria, d. van August van der Vloet en van Clemence de Vos. 1 Febr. Willy Emiel, z. van August Marie Raes en van Josephina Leonia Buijs. Overlijden. 14 Jan. Stephina Vermast, oud 84 j., echtg. van Modestus van Nieulande. 18 Jan. Hendrik Pieter Helmstrijd, oud 23 j., z. van Pieter en van Jannetje Verbeek. 20 Jan. Petrus Martens, oud 70 j., z. van Char les Louis Martens en van Anna Maria Sturte- wagen. 30 Jan. Theophilus Joannes Poppe, oud 61 j., z. van Gustavus Donatus en van Melania de Mette. OVERSLAG. Huwelijks-aangiften. 12 Jan. Rene ran Hoecke, oud 24 j., jm. en Irma de Coninck, oud 21 j., jd. SINT JANSTEEN. Huwelijks-aangiften. 4 Jan. Francies An tonius Verstraeten, oud 25 j., jm. en Adriana Janssens, oud 21 j., jd. 14 Jan. Joseph Cle mence Pluijm, oud 25 j., jm. en Emelia Maria De Letter, oud 20 j., jd. 22 Jan. Emile Domi- nicus van Gassen, oud 28 j., jm. en Irma An- tonia Thoen, oud 21 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 5 Jan. Theophile van Looij, oud 33 j., jm. en Mathilda Maria van Bunder, oud 30 j., jd. 22 Jan. Rend Augusta Sturtewagen, oud 25 j., jm. en Leo nia Maria Boeckling, oud 21 j., jd. 29 Jan. Francies Antonius Verstraeten, oud 25 j., jm. en Adriana Janssens, oud 21 j., jd. Joseph Clemence Pluijm, oud 25 j., jm. en Emelia Maria De Letter, oud 20 j., jd. Geboorten. 3 Jan. Josepha Maria Leonie, d. van Gustaaf Oonstantinus de Deckere en van Marie Mathilde Vereecken. 16 Jan. Gemma Augusta, d. van Desire Carolus Wee maes en van Leonia Maria de Schepper. 19 Jan. Agnes Leonie, d. van Theophilus Dan- ckaert en van Emma Maria de Caluwd. 21 Jan. Josephus Franciscus, z. van Franciscus Theophilus Allefs en van Coieta Petronella Everaard. 23 Jan. Elfirda Maria, d. van Joseph Bemaerd en van Johanna Maria van Bunder. Overlijden. 12 Jan. Pietemella Rosier, oud 70 j., wed. van Dominicus Strooband. 17 Jan. Josephus Franciscus Herwegh, oud 70 j., echtg. van Mathildis de Boeij. 22 Jan. Ma thilda van Acker, oud 89 j., wed. van Fran ciscus Xaverius de Rechter. 25 Jan. Petrus Martinet, oud 82 j., weduwn. van Paulina Verschelden. VVESTDORPE. Huwelijks-aangiften. 14 Jan. Alphonsius Theodoras de Vrieze, oud 21 j., jm. en Elodie Maria Kindt, oud 23 j., jd. 28 Jan. Emeric Alberic Joseph Daelman, oud 49 j., jm. en Alice Julie Prudenel Spuesens, oud 33 j., jd. Geboorten. 2 Jan. Josd Antoine, z. van Alfred Camilus de Vrieze en van Celina Do rothea Kaas. 11 Jan. Ria Margaretha, d. van Alfred Constantinus Thomas en van Alina Maria van Vooren. Overlijden. 8 Jan. Eduardus Lammens, oud 73 j., echtg. van Rosalia van Goethem. 14 Jan. Norbertus Weijman, oud 96 j., weduwn. van Viergenie Steppel. 24 Jan. Maria D'haene (overl. te Ter Neuzen), oud 64 j., echtg. van Johannes Leonardus Goethals. 30 Jan. Johanna Francisca Vervaet, oud 76 j., d. van Eugenius en van Pietemella Scheppers. IJZENDIJKE. Huwelijks-aangiften. 8 Jan. Rene Louis Marie D'Hert, oud 26 j., jm. en Celina Maria Dellaert, oud 26 j., jd. Pieter Bruggeman, oud 25 j., jm. en Johanna Susanna Versprille, oud 21 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 28 Jan. Pieter Bruggeman, oud 25 j., jm. en Johanna Suzan na Versprille, oud 21 j., jd. Geboorten. 26 Jan. Johanna, d. van Ge- rardus Netten en van Johanna Catharina van Poppel (van Gorinchem). 25 Jan. Maurice Leon, z. van J. M. Th. van Poucke 'en van M. A. Th. H. Maron. 27 Jan. Willy Petrus, z. van Aloijsius Kouijzer en van Leonie M. Apers. 28 Jan. Johannes, z. van Eugenie Victor Dellaert en van Carolina Loura Hoeck. Overlijden. 16 Jan. Nathalie Regalie Du- sarduijn, oud 72 j., wed. van Gustavus Fran ciscus Daens. 26 Jan. Amelia Maria de Greve, oud 77 j., wed. van Petrus van Waes. ZAAMSLAG. Geboorten. 7 Jan. Eva Willemina, d. van Evert Oomelis Steendijk en van Elisabeth Dieleman. 26 Jan. Jacob, z. van Johan Adriaan Wisse en van Suzanna Maria Stof- fels. Overlijden. 1 Jan. Cornelia de Braal, oud 92 j., wed. van Adriaan Willemsen. 2 Jan. Wilhelmina Pietemella Andriessen, oud 87 j., wed. van Pieter Duijvestein. 7 Jan. Alexan der van Fraeijenhove, oud 81 j., weduwn. van Neeltje Bakker. 9 Jan. Jacobus Hamelink, oud 77 j., weduwn. van Neeltje Goossen. Een als levenloos aangegeven kind van het vrouw. geslacht van Francois de Koeijer en van Catharina Cornelia Verpoorte.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 8