Pluimvee-mbriek. gegeven aan tegen werkloosheid verzekerde arbeiders, omdat deze door het betalen van een wekelijksche bijdrage toonen zooveel mo gelijk voor zichzelf te willen zorgen, wat, voor TX>over dat kan, door de overheid behoort te word en aangemoedigd; «tat objecten voor werkverschaffing zijn: 1. de verlegging van de westelijke water- leiding, beginninde bij de begraafplaats te Sluiskil, en acbter door bet land gaande, ein- digende bij de chriatelijke school, lengte 800 a 900 meter, a 100 per strekkenden meter, in de kosten waarvan waterstaat 75 r/c, rijk an gemeente te samen 25 bijdragen, 2. bet overhalen van den dijk langs de Nieuwe Kerkstraat, in de door verlegging vervallen leiding, waardoor een belangrijke hoeveelheid bouwgrond zal worden verkregen, 3. aanvulling van aan te koopen water- poelen en land in de nabijbeid van de stort- plaats te Sluiskil, waardoor ook aan die zijde van Sluiskil bouwgrond beschikbaar komt; dat waar het onder 2 en 3 genoemde, voor- namelijk grondanbeid is, bet rijk in deze werk verschaffing zeer waarschijnlijk zal willen aubsidieeren. s. Een adres, namens het Bestuur van den Ter Neuzenschen Besturenbond, waarin ad- haesie wordt betuigd aan vorenstaand adres. t. Een adres van de Provinciale Commis- sle voor Werkloozenzorg, ingesteld van wege de S.D.A.P. en de Modeme Vakbeweging, die daarin te kennen geeft, dat op een speciaal daarvoor gehouden vergadering dat doel is be- sproken. De ondersteuning, de werkverschaffing, de ontwikkeling en de ontspanning voor de werk- loozen had hare aandacht. Aangenomen werd de volgende motie: De provinciale vergadering van bestuurders van Bestuurdersbonden, Soc. Dem. Raads- en Statenleden en Vak- en Partijafdeelingen, bij— eengeroepen door de Federatie van Bestuur dersbonden in de provincie Zeeland en door het Gewest Zeeland der S.D.A.P. inzake de bestrijding der werkloosheid, op Zondag 29 November 1931, te Middel-burg; gehoord de besprekingen betreffende de hui- dige economische toestand; constateerende, dat de omvang der werk loosheid in Zeeland thans grooter is dan in 1930 om deze tijd en dat in de komende win- termaanden naar alle verwachting deze werk loosheid nog meer zal toenemen en langer dan andere jaren zal duren in verband met de zeer ongunstige vooruitzichten van oordeel, dat in verband hiermede buiten- gewone maatregelen behooren 'te worden ge- nomen en dat voor alles gezorgd dient te wor den, dat de door werkloosheid getroffen ar beiders in staat zullen zijn, hun levenspeil en arbeidskracht intact te houden; wan oordeel, dat de Regeering door het ver- "strekken van ruime financieele steun het de gemeentebesturen mogelijk dient te maken, de noodig zijnde maatregelen te treffen, terwij zij daarnaast die maatregelen dient te nemen, welke het economische leven versterken; waardeerende de financieele medewerking, tot nog toe gegeven en/of toegezegd voor uit- voer van waterstaatswerken, acht deze medewerking, gezien de tijdsom- standigheden, echter onvoldoende; dringt er ten sterkste op aan, dat de regee ring zoo spoedig mogelijk over gaat tot het aanleggen van da Rijksweg Nieuw- en St. JooslandVlissingen de bebossching van de duinenreeks van Vlissingen tot Domburg; ontwatering van West-Zeeuwsch-Vlaan- deren, aanleg van het kanaal Sluis Breskens, en verbetering der Zeewerin- gen te Breskens; ontwatering van Oost Zeeuwsch-Vlaan- deren en de aanleg van kanaal Hulst Axelsche Sassing; bevordering van de arbeiderswonmg- bouw in het industriecentrum van Oost Z.-Vlaanderen; ■bet bevorderen en aanleggen van een drinkwatervoorziening in Zeeuwsch- Vlaanderen; ontwatering van West- en Oost Zuid- Beveland; aanleg van de spoorweg Z - Beveland-Antwerpen over Woensdrecht, versnelde uitvoering van de bebossching op Schouwen en Duiveland; de Provincie in staat te stellen in een vlugger tempo de secondaire en ter- tiaire wegen te doen uitvoeren, de loonen en overige arbeidsvoorwaar- den, geldende in werkverschaffing, op peil te brengen, opdat de daarbij teweik gestelde arbeiders voldoende zullen kun- nen verdienen, om in het ondeihoud hunner gezinnen te kunnen voorzien, de beperkende bepalingen voor tewerk- stelling bij de werkverschaffing, waar door slechts een arbeider uit een gezin bij de werkverschaffing kan worden ge- plaatst op te heffen; de gelegenheid te openen opdat ook jon- gere arbeiders worden tewerkgesteld; steunregelingen in het leven te roepen voor de werklooze arbeiders, die niet bij de werkverschaffing zijn tewerkge steld; sterke bevordering van het onderwrjs aan jeugdige arbeidsters en arbeiders, die werkloos zijn geworden; vertrouwt dat de besturen van Partij en Vakbeweging niets zullen nalaten, wat bevor- derlijk kan zijn aan een krachtige doorvoering van bovengenoemde eischen; gaat over tot de orde van den dag. De memorie van toelichting luidt, met be- trekking tot de punten betreffende Zeeuwsch- Vlaanderen, of die van algemeene strekking, als volgt: 3 In verband met de opkomende land- bouwcul'tuur in West Zeeuwsch-Vlaanderen (tuinbouwcultuur, bessencultuur) is het nood zakelijk, dat meer dan tot nu toe aandacht be- eteed wordt aan een behoorlijke ontwatering van West-Zeeuwsch-Vlaanderen. Het is ons niet onbekend, dat deze ontwa tering moeilijkheden oplevert, in verband met de ontwatering van het er achter liggende Belgie, maar naar onze meening moet thans krachtiger dan ooit deze ontwatering ter hand worden genomen, omdat het vrijwel uitgeslo- ten is. dat intensieve cultures, die in West- Zeeuw'sch-Vlaanderen bestonden bieten, tar- we- en aardappelcultuur) nog ooit hun oude hoogte zullen bereiken, zoodat een blijvende werkloosheid onder de landarbeiders dreigt, indien niet overgegaan wordt tot andere inten sieve cultuur (groen'te- en fruitcultuur), waai- voor West-Zeeuwsch-Vlaanderen zoo bij uit- stek gunstig ten opzichte van Engeland ge- legen is. Hetzelfde wat wij hiervoren betoogden, geldt voor de ontwatering van Oost-Zeeuwsch- Vlaanderen. Wij weten, dat hiervoor reeds geruimen tijd plannen bestaan en wij meenen, dat, waar de landbouw thans in een tijdperk van malaise verkeert, deze werken, dien ten slotte grond- verbetering beoogen, moeten worden aange- vat. Met klem mogen wij ook aandrmgen op ae aanleg van een kanaal Breskens Sluis. De aanleg van dit kanaal zal de gelegenheid openen, om te komen tot een goedkoop vracht- vervoer van de landbouwproducten uit Z Vlaanderen. De nieuw geoutilleerde haven van Breskens mag niet ongebruikt gelaten worden. De beteekenis van deze haven moge blijken uit de onderstaande cijfers. 2e. 3e. 4e. 5e. In 1930 kwamen binnen 15.625 binnen- le. schepen met een laadvermogen (in tonnen) van 2.086.000. Deze beteekenis zal ongetwijfeld nog toene men indien het kanaal BreskensSluis tot stand komt. 4. Reeds jaren bestaat een plan voor het kanaal Hulst—Axel—Sluis, waarvoor door be- langhebbenden reeds bijdragen werden toege zegd. Nu ook deze streek, die voornamelijk van landbouw moet leven, in het gedrang komt, is het aanleggen van dit kanaal zeer gewenscht, waardoor het mogelijk zal worden, in het vervolg de landbouwproducten te ver- voeren. Bovendien zal de ontluikende tncotage-m- dustrie in Hulst en omliggende plaatsen van dit kanaal voor de aanvoer van grondstoffen kunnen profiteeren. 5. In Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen is in de laatste jaren snel industrie tot stand ge- komen. De arbeiders benoodigd voor deze in- dustrien koftien van ver afgelegen streken, omdat geen woningen voor hen beschikbaar ^Het is wenschelijk, de arbeiderswoningbouw te bevorderen, waarvoor het noodig is, thans reeds over te gaan tot het bouwrijp maken der gronden. Beide objecten zullen de werkgelegenheid langen tijd verruimen. 6 Nog steeds ligt het plan voor de water- voorziening klaar voor Zeeuwsch-Vlaanderen, hetgeen tot pu toe afstuitte op de onwil van enkele gemeentebesturen. Meer dan ooit is het thans noodzakelijk over ■te gaan totidfe uivoering van dit werk, waar door niet alleen werkverruiming plaats vmdt, maar bovendien de beiwoonbaarheid van het platteland sterk wordt bevorderd. 10. Dit punt behoeft naar onze meening geen toelichting. Het is voor onze geheele maatschappij van buitengewoon veel belang, dat het levenspeil en de arbeiderskracht van onze arbeiders- klasse op peil wordt gehouden omdat, indien hier een sterke achteruitgang zou worden ge- constateerd, dit zou beteekenen, dat, indien straks het productieproces dezer arbeiders weer opvraagt deze lichamelijk niet meer in staat zouden zijn, met hun oude intensiviteit aan dit proces deel te nemen. 11. De bepaling, dat slechts edn arbeider bij de werkverschaffing uit den gezin mag worden tewerkgesteld, beteekent, dat in de groote gezinnen een te gering bedrag binnen- komt, om in het onderhoud van het gezin te voorzien. 12. De bepaling, dat jonge arbeiders met bij de werkverschaffing mogen worden tewerk gesteld, beteekent, dat deze arbeiders aan alle ellende van de werkloosheid worden prijs ge- 4e. 5e. geven. 13. Indien het niet mogelijk is alle werk le. 2e. 3e. 4e. fee. 6e. 7e. 8e. 9e. lOe. lie. 12e. 13e. 14e. looze arbeiders te plaatsen bij de werkver schaffing, moet voor deze arbeiders en ook voor eventueele perioden, dat geen arbeid kan worden verricht, een steunregeling in het leven worden geroepen. Door den Minister van Binnenlandsche Za- ken is bij de interpellatie van Van den Tem- pel op een desbetreffende vraag geantwoord: Ik moge opmerken, dat de Regeering niet kan dwingen. Met besprekingen en overleg is intusschen wel iets gedaan te krijgen. Indien men mij deze zoogenaamde achterlijke ge- meenten noemt, ben ik gaarne bereid, in deze door een bespreking en overleg te zien, of niet iets in de goede richting is te verkrijgen. Uit dit antwoord van den Minister blijkt dus wel ten zeerste, dat ook de Regeering op het standpunt staat, dat een steunregeling als aanvulling op de werkverruiming en werk- verschaffingswerken noodzakelijk is en dat drang op deze gemeentebesturen niet alleen geoorloofd, maar ook zeer dringend is. Van de zijde van het Gewest Zeeland, van onze Raads- en Statenleden en van de federa- tie van Bestuurdersbonden en ons werk- comite, moet hierop bij voortduring aange- drongen worden, opdat deze regelingen in de betrokken gemeenten tot stand komen. Door onze vakbeweging in de Provincie Zee- land moet hiervoor een groote activiteit wor den ontplooid, waarop ik nog nader terug kom. 14 Het is van het allergrootste belang, dat zeer veel aandacht wordt geschonken aan de opleiding en de verhooging van de vakbe- kwaamheid van onze jeugdige arbeiders. Daartoe moeten, waar noodig, cursussen worden ingericht, ook voor plattelandsarbei- ders, opdat deze straks in de nieuwe cultures, die ongetwijfeld zullen ontsta/an, een emplooi zullen kunnen vinden. De adressen letters r, s en t worden gesteld in handen van burgemeester en wethouders om bericht en raad. u. Een schrijven van den gemeente-bouw- meester, die er daarin op wijst, dat het ver- keer langs den oprit tusschen de De Feijter- straat en den Baandijk te Ter Neuzen en terug gevaarlijk is, omdat het vrije zicht wordt belemmerd door een houten bergplaatsje van L. I. van den Akker, wonende aan den Baan dijk no. 1. Het komt. hem noodzakelijk voor, dat maat regelen worden genomen om te voorkomen dat daardoor ongelukken ontstaan. Op de bij het schrijven overgelegde teekening is de toe- stand ter plaatse aangegeven. De beste oplossing zou zijn om een gedeelte van de houten bergplaats over eene lengte van pl.m. 3,5 M. af te breken. Genoemde Van den Akker is genegen om een stukje grond ter oppervlakte van ongeveer 15 M2, waarop ook genoemd gedeelte van het bergplaatsje staat, aan de gemeente te verkoopen voor den eenheidsprijs van 10 per M2. Een andere, minder afdoende, oplossing is, om voorloopig twee- waarschuwingsborden met aanwijzing „gevaarlijke bocht" aan de einden van den oprit te plaatsen. D4t schrijven wordt gesteld in handen van burgemeester en wethouders om bericht en raad. v. De VOORZITTER deelt mede, dat de heer Aug. Verstraeten, die door aankoop eigenaar is geworden van het waohtlokaal van de conducteurs der spoorwegmaatschapp'j1 GentTer Neuzen aan den Stationsweg. be reid is bevonden het buiten de aangrenzende perceelen uitstekende deel van dit gebouwtje af te breken en de voorgevel op te trekken in de rooilijn van de andere gebouwen, en dan de daardoor vrij komende grond (ongeveer tien vierkante meter) aan de gemeente te verkoopen voor f 200, Burgemeester en wethouders achten het in het belang van het voetverkeer in den Stationsweg dat de gemeente de beschikking over dat strookje grond verkrijgt, aangezien het buiten de ter plaatse vastgestelde rooi lijn is gelegen. In verband met de noodzake- lijkheid tot het afbreken en weder opbouwer van den voorgevel komt hen de gevraagde koopprijs billijk voor, waarom zij voorstellen te besluiten: Aan te koopen van Augs. Verstraeten te Ter Neuzen in onbezwaarden eigendom een perceeltje gemeentegrond ter oppervlakte van ongeveer tien vierkante meter (10 M2.), of zooveel meer of minder als later bij do kadastrale opmeting blijken zal, gelegen aan den Stationsweg, op de bijbehoorende teeke- I ning in roode kleur aangegeven, voor den pr "s van twee honderd gulden 200, en I onder de volgende voorwaarden: de verkooper moet het op het betrokken i 3e perceeltje staande gedeelte van het ge- bouw laten afbreken en den nieuwen voorgevel laten bouwen binnen de ter plaatse vastgestelde rooilijn; dat de gemeente komt in het bezit en op het gebruik van haar gekochte onmiddel- lijik na de onderteekening der op te maken akte; de betaling zal plaats hebben wanneer de nieuwe voorgevel binnen de vast gestelde rooilijn zal zijn gebouwd; de grondlasten en alle andere belastingen, lasten en sohuldplichtigheden van het ge kochte geheven wordende of later te heffen zijn voor rekening van de ge meente vanaf den 1 Januari 1932; alle rechten en kosten op den verkoop en koop en op de levering van het ge kochte vallende zijn voor rekening van de gemeente. De beer VAN DRIEL verklaart met dit voorstel niet accoord te gaan, aangezien naar zijn meening de raad bij het koopen van de strookjes grond in de De Jongestraat op een dwaalspoor is gebracht. Als hij toen alles van te voren geweten had, zou hij daarin ook niet hebben meegestemd. Men loopt daar nog steeds gevaar de beenen te worden afge- reden, er is nu f 11.000 voor uitgegeven zon- der dat het in orde was. De heer VERLINDE noemt dat een andere kwestie. De heer HAMELINK is het er niet over eens, dat hier de noodzakelijkheid bestaat tot I het doen dezer uitgaaf, daar tooh niet kan gezegd worden, dat hier zoo'n slechte gele genheid voor passage bestaat. De weg is daar nog breed genoeg. De heer SCHEELE wijst er op, dat dit het eenige gebouwtje is dat daar zoo vooruit- steekt. Er is nu gelegenheid om dat terug te dringen tot in de rooilijn, zonder bezwa- rende uitgaven. Die gelegenheid behoort nu te worden aangegrepen, anders beloopt men de kans dat men, het later wegens toenemen- de drukte bij het station noodzakelijk ach- tende, er wel 1000 of 2000 voor moet geven. De heer HAMELINK meent, dat daar nimmer een druk voetverkeer komen zal. De heer SCHEELE noemt dat letterzifterij. De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat hij zich het vervangen van het station anders denkt, en wil dat brengen bij Van den Acker; dan kan ter plaatse heel den troep ver vallen. De VOORZITTER verklaart, dat men zich geen illusies moet scheppen, dat het station aan den Baandijk zal komen. Het voorstel wordt aangenomen met 10 tegen 4 stemmen. Voor stemmen de heeren Geelhoedt, Scheele, De Jonge, Verlinde, Van Aken, De Bruijn, De Bakker, Colsen, Van Cadsand en Huijssen; tegen stemmen de heeren Hamelink, Van Driel, Van den Bulck en Van Doeselaar. n wethouders deelen 6e. 7e. 8e. de kooper komt in het bezit en op het gebruik van zijn gekochte onmiddellij'k na de onderteekening der op te maken akte; de grondlasten en alle andere belastin gen, lasten en schuldplichtigheden van het verkochte geheven wordende of later te heffen zijn voor rekening van den kooper vanaf den 1 Januari 1332; de kooper is verplicht binnen drie maan- den na den dag waarop door gedeputeer- de staten van Zeeland de vereischte goedkeuring aan dit besluit is verleend, eene koopakte te doen opmaken en te onderteekenen; alle rechten en kosten op den verkoop en koop en op de levering van het ver kochte vallende zijn voor rekening van den kooper; het gekochte moet worden bestemd voor den bouw van vijf woningen met boven woon- en slaapvertrekken en moet be- bouwd zijn binnen twee jaar nadat de akte van koop en verkoop is ondertee- kend; in deze woningen mogen geene inrichtingen worden aangebracht bedoeld in de drankwet, hinderwet en veiligheids- wet; wanneer het perceel niet bebouwd is binnen twee jaar na de onderteekening der akte, vervalt de grond weer aan de gemeente, zonder dat deze verplicht is het gestort bedrag geheel of gedeeltelijk terug te betalen en moet de kooper bovendien de kosten betalen voor da weder ten name stelling van de gemeente. De heer HAMELINK vraagt of het niet w. Burgemeester het volgende mede: Door bemiddeling van de provinciale griffie zrm wij in de gelegenheid gesteld met de ge meente Ierseke een kasgeldleening te plaat sen van 20.000 voor een tijdvak van zes maanden tegen een rentevergoeding van 3y2 enkel onder deze voorwaarue, dat wan neer de gemeente Ierseke voor afloop van dit tijdperk de gelden opvraagt in verband met haar kaspositie en de gemeente Ter Neuzen de leening niet aflost, het rentepercentage tot 5 wordt verhoogd, teneinde Ierseke schadeloos te stellen voor door haar te be talen hoogere rente. Daar het wegens de ongunstige geldmarkt thans niet wel mogelijk is een vasi.e leening te plaatsen is het voor de financiering van ae kapitaalsuitgaven noodzakelijk, dat wij deze tijdelijke leening sluiten. Het is ons met dit bedrag mogelijk aan onze gewone verplichtingen te voldoen. Wij stellen U daarom voor het navolgende besluit te nemen. De gemeenteraad van Ter Neuzen, besluit: met de gemeente Ierseke aan te gaan een geldleening groot 20.000 voor den tijd van zes maanden tegen een rentevergoeding van 31/2 welk rentepercentage tot 5 wordt verhoogd, indien het leeningsbedrag in ver band met de kaspositie van de gemeente Ierseke vroeger wordt opgevraagd. De rente dezer leening wordt gevonden uit de gewone inkomsten der gemeente, de aflos- sing uit de kapitaalsinkomsten. De VOORZITTER deelt nog mede, dat het niet kan gelukken de leening van 107.000 te plaatsen voor een rente van 4y2 doch dat er wel vooruitzicht is, dat dit voor 5 zal kun nen gesohieden. Hij vraagt den raad machti- ging de rente te verhoogen tot 5 Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. Een missive van het gemeentebestuur Wehl, waarbij, met verzoek daaraan adhaesie te willen betuigen, wordt toegezon- den een besluit van den raad dier gemeente, waarbiji een verzoek werd gericht tot de Kroon, om over te gaan tot instelling van een Ministerie van Landbouw. Aangenomen voor kennisgeving. 3. verkoop van gemeentegrond. Naar aanleiding van een verzoek van L. de Bruijne, 'om aan hem te verkoopen het perceel bouwgrond, gelegen aan de Scheldekade tus schen de woning van den heer P, M. Maat, en het onbebouwd gedeelte van de Provincie Zeeland, stellen burgemeester en wethouders voor, het volgende besluit te nemen: x. van De gemeenteraad van Ter Neuzen, Gezien een op 7 November 1931 ingekomen verzoek van L. de Bruijne te Ter Neuzen, om aankoop van een perceel gemeentegrond, ter oppervlakte van ongeveer 785 M-., gelegen aan de Scheldekade, op de bijbehoorende teekening in roode kleur aangegeven,- besluit: Aan L. de Bruijne te Ter Neuzen te ver koopen een perceel gemeentegrond ter opper vlakte van ongeveer zeven honderd vijf en tachtig vierkante meter (785 M2.), of zooveel meer of minder als later bij kadastrale op meting blijken zal, gelegen aan de Schelde kade, op de bijbehoorende teekening in roode kleur aangegeven, voor den prijs van tien gulden (/10) per vierkante meter en onder de volgende voorwaarden: de kooper moet de koopsom voor de onderteekening der op te maken akte voldoen ten kantore van den gemeente- ontvanger; de kooper aanvaardt zijn gekochte in den staat waarin het zich den dag van de onderteekening der op te maken akte zal bevinden geheel voetstoots en alzoo met alle vo-or- en nadeelige rechten, bekende en onbekende gebreken, erfdienstbaar- he-den, buurlasten en alle andere gevolgen welke er toe mochten behooren: le. 2e. gewenscht zou zijn, den termijn waar binnen de grond moet bebouwd zijn terug te bren gen tot 1 jaar, omdat anders de kans bestaat, dat de grond op speculatie wordt gekocht, Het betreft hier niet een eigen bouwer. De VOORZITTER ontraadt, om, nu het laatste stuk grond wordt verkocht, nog wijzi- ging in de voorwaarden te brengen. Er be staat toch ervaring, dat de aanvrager op den door hem gekochten grond huizen bouwt. De heer HAMELINK meent, dat het toch te lang duurt, als ze 2 jaar mogen wachten. De heer DE BAKKER vraagt, of het niet gewenscht was een strook grond naast he,, terrein van de provincie vrij te houden, voor de automobielen. De VOORZITTER noemt dat overbodig aangezien daarvoor op een andere wijize za1 gezorgd worden. 4. Wijziging bouwverordening. Burgemeester en wethouders schrijven het volgende De in uwe vergadering van den 29 October ji. vastgestelde wijziging der bouwverorde ning wordt ons door gedeputeerde staten teruggezonden, met verzoek daarin alsnog de voorziening te regelen in het geval dat ons college niet binnen den in artikel 5 der bouwverordening vastgestelde termijn een besluit inzake eene aangevraagde bouwver- gunning zou hebben genomen. Gevolg gevende aan dit verzoek stellen wij U voor tot intrekking van Uw besluit van den 29 October 1931, 'no. 2396 en tot vaststelling van het volgende besluit: De gemeenteraad van Ter Neuzen, Gelet op het advies van de Gezondheids- commissie alhier d.d. 29 October 1931, no. 113, besluit: De verordening op het bouwen, sloopen enz. in de gemeente Ter Neuzen, vastgesteld in de openbare vergadering van den gemeente raad van 26 Januari 1911, gewijzigd in die van 4 April 1918, 31 Augustus 1926, 2 Mei 1929, 20 Juni 1929, 28 November 1926, 26 Februari 1931 te wijzigen als volgt: De artikelen 71, 72, 73 en 74 te lezen als volgt: Artikel 71. Van de besluiten van burgemeester en wet houders als bedoeld in artikel zes, zesde lio der Woningwet kan de aanvrager der ver- gunning binnen 30 dagen, nadat hem van het besluit is kennis gegeven bij den gemeente raad in beroep komen. Gelijke voorziening is toegelaten, mede binnen 30 dagen indien burgemeester en wet houders niet binnen den in artikel 5 dezer verordening be-doelden termijn een besluit hebben genomen. Wanneer voorziening wordt gevraagd, we- o-ens het overschrijden van den gestelden termi'n, voor eene beslissing gesteld, wordl de termijn van 30 dagen, bedoeld in het vonge lid geacht te zijn ingegaan op den derden dag na den datum, waarop uiterlijk eene be slissing had moeten zijn genomen. Artikel 72. Van de besluiten van burgemeester en wet houders, waarbij zij, krachtens deze verorde ning nadere eischen met betrekking tot ge bouwen, enz. vaststellen, kan degene aan wien de eischen zijn gesteld, binnen 30 dagen, nadat hem van het besluit is kennis gegeven, bij den gemeenteraad in beroep komen. Artikel 73. Het beroep in de vorige artikelen bedoeld wordt ingesteld door een aan den gemeente raad te richten verzoekschrift. Artikel 74. De gemeenteraad neemt binnen een maand na het instellen van het beroep eene beslis sing, doch kan deze eenmaal v66r den trjd van ddn maand verdagen. De artikelen 75 en 76 vervallen. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 5. Beschikbaarstelling van gelden aan het R.K. schoolbestuur te Ter Neuzen voor nieuwe kachels. Burgemeester en wethouders stellen voor, het volgende besluit te nemen: De gemeenteraad van Ter Neuzen, Gezien een op 23 November 1931 inge komen verzoek van het Roomsch-Katholiek Kerkbestuur der parochie „6t. Willebrord" te Ter Neuzen om ingevolge artikel 72 der Lager Onderwijswet 1920 gelden beschikbaar te wil len stellen voor de aanschaffing van nieuwe schoolkachels, n.l. twee in de school voor uit- gebreid lager ondeywijs en drie in de school voor gewoon lager onderwijs; overwegende, dat de thans aanwezige kachels in zoodanige toestand verkeeren dat reparatie niet meer mogelijk is, zoodat tot vernieuwing moet worden overgegaan; dat is voldaan aan het bepaalde bij artikel 77 eerste lid der lager onderwijswet 1920, besluit: zijne medewerking te verleenen. De VOORZITTER deelt mede, dat dit voor stel strekt tot verbetering van een reeds aan genomen besluit, ingevolge een verbeterde Vragen, deze rubriek betreffende, aunnen door de abonne's worden gezonden aan Dr. Te Hennepe, Diergaardesingel 96a. Rotterdam. Postzegel van 6 cent voor ant woord in sluiten en blad vermelden. OVER DEN SMAAK DER EIEREN EN WATERIG EI WIT. Deze week werd mij een vraag of liever een aantal vragen gesteld, die van zonder groot belang zijn inzake de kenms van eieren en die thans, nu men meer op de kwaliteit. der eieren gaat letten, in allerlei landen d« wereld de aandacht trekken. De brief luidde als volgt: „Een aantal kip- pen van het bedrijf legt eieren die z6dr klei* van formaat zijn en die wanneer ze gekooW worden wel een vaste dooier vormen, doch waarvan het eiwit niet of zeer onvolkomeB wil stollen. Ook de smaak der elfenl'net aangenaam. Het zijn Barnevelder hennen, maar zij leggen eieren ter groote van de eerst gelegde eieren van jonge Leghorns. Verio- den jaar kwam het voor en dit jaar is het weer precies hetzelfde. Het zijn een achttien hennen die verleden jaar gekocht zijn. ue andere hennen op het bedrijf leggen eieren waarvan het eiwit bij koken volkomen nor- maal stelt en die ook goed van smaak zijn. De hennen zijn goed gezond en mboi van lriemt Ik heb aan de voeding gedacht, die bestaa uit maismeel, tarwemeel, mais en tame als korrelvoer en verder wat de dieren in de weide en op het erf en het bouwland vinden. Ver leden jaar werd geen mais gevoerd en geen maismeel, daar ik verband zocht tusschen de mais en te groote vetafzettmg en het on ver- mogen van het eiwit tot stollen. Hier hebben we feitelijk in 6dn brief dne hoofdvragen: le kleine eieren; 2e onstolbaar eiwit, 3e minder goed smaken der eieren. Over elk dezer onderdeelen zou een sene artikelen te schrijven zijn, doch daar kunnen we niet aan denken, omtrent de kleine eieren zee ik in het kort slechts dit: Het kan een voedingsfout zi)n doch is meestal een fok-fout. Bij de fokkerjj te veel letten op het aantal eieren en te wemig op de maat der eieren leidt spoedig tot een veel te hoog gehalte aan kleine eieren. Een on- aangenaam en zeer duidelijk voorbeeld hier- van werd gedurende twee jaren in Engeland aanvraag. Hat voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen. (Wordt vervolgd.) op een intemationale legwedstrijd gedemon- streerd door een inzending Hollandsche Wit Leghorns. Deze kippen sioegen een droevig fiauur, niet omdat ze te weinig legden, mte- gendeel ze legden veel, doch allemaal haast ondermaatsche eieren. Het leggen van kleine eieren kan dus, als men niet goed oppast, bij het fokken snel in een stam kippen ip hooge mate voorkomen en daar helpt geen goed voeren meer aan. Ook kan het voorkomen dat men jonge die ren te veel op den leg forceert en ze dan aan den leg gaan voor ze feitelijk goed uitgegroeid ziin. Hierdoor bederft men de hennen voor den verderen leg en blijft de maat der eieren bii de in hun groei belemmerde dieren te klem. Bii Barnevelders is het leggen van kleine eieren al een heel leelijk gebrek, daar dit juist dieren zijn die om hun mooi groot en brum ei het meest gewaardeerd worden, evenals de Welsummers. Bij beide rassen komt men licht tot de fout dat men ze gaat fokken op veel eieren en dan verliest men de kwaliteit der eieren te veel uit het oog. Nu geef ik toe dat in het geval van den briefschrijver de voeding wel erg karig is. Mais en tarwe alleen is voor een kip met voldoende als zij tenminste buiten niet veel wormen, insecten enz. kan vinden. In het voorjaar en den zomer gaat dat op de boeren- bedrijven nog wel en daarin ligt ook een van de redenen waarom deze vorm van kippen- houderij nog wel loonend kan zijn als een hoenderpark reeds lang vastloopt. Maar m den winter is het dierlijk leven buiten gering en krijgt dus de kip te weinig eiwithoudend voer. Ik zou dus in dit geval beginnen met eiwitrijk meelvoer bij te voeren in den wm- f a p" Nu de tweede vraag: De smaak der eieren. Hier wordt de zaak moeilijker, want erg veeJ is daaromtrent niet met zekerheid bekend Men zegt wel eens over den smaak valt met te twisten en dat is bij eieren heel sterk het aeval Ik heb menschen rustig eendeneieren zien eten van eenden die met visch gevoerd waren, zelf walg ik er van en verschillende menschen die dergelijke eieren bij ongelmt aten, hebben in weken geen eieren meer kun nen eten. In Engeland vemam ik dat er in de mijn- werkersdistricten veel van deze visch-eenden- eieren gegeten worden (met spek gebakken) en dat deze mijnwerkers deze eieren lekkerder vinden dan die van eenden welke geen visch- voedering krijgen. Er zijn menschen die hee- lemaal geen eendeneieren lusten al voert men de eenden precies als de kippen en anderen vinden zulke eieren juist heel lekker. Het eendenei is sterk verschillend in samenstei- ling met het kippenei en deze afwijkende vast- heid en vetheid in den mond heeft invloed op het smaakgevoel. Dus in het algemeen is het idee „smaak van een ei" sterk afhangend van den beoordeelaar. Toch is er over den smaak der eieren wel wat te zeggen. Het eiwit zelf heeft weinig smaak, de dooier bevat in hoofdzaak de smaak- en reukstoffen en bepaalt den smaak. Een zacht gekookt ei smaakt anders dan een hard go- kookt el- en de vraag is dus bij welke hard- heid men het beoordeelt. In Engeland en trouwens elders ook wel zegt men, dat bruine eieren fijner smaken en ruiken dan witte eieren en zelfs wordt er vaak beweerd, dat de eieren van de Veluwe fijner smaken aan die van hetzelfde soort kippen uit andere provin- cies Ik proef dat verschil absoluut niet, maar geef toe dat de een een beter fijnproever is dan de ander en dat er ook heel veel suggestie bii in het spel kan zijn. Over het algemeen weet men ook dat het voer invloed heeft op den smaak. Ik besprak dat zoo juist al met visch-eieren, doch er zijn meer stoffen bekend die invloed op den smaak hebben. t Bij proeven in Duitschland omtrent den in- vloed van groenvoeder op den smaak der eieren bleek dat klaver, lucerne, salade en koolsoorten geen invloed hadden. Suikerbie- ten gaven een licht onaangename smaak en knollen hadden een zeer onaangename invloed. De versche eieren roken als bedorven hoewel ze er best uitzagen. Van venkel, anijs, brand- netels en roode peper zegt men dat de eieren een goede smaak zouden krijgen en van uien krijgt men oneetbare eieren. Dit bleek b$j proeven in Amerika, waar men een aantal kippen fijngehakt uienloof voerde. Men gaf per kip maar eeti paar gram per dag. De eerste twee weken ging het goed, toen kre- gen de eieren een lichte uiensmaak en na enkele dagen waren ze finaal oneetbaar. Toen men de uien wegliet werden de eieren na een week weer normaal van smaak. Meer interessant is het echter dat bepaalde hennen in sommige tijden van het jaar on eetbare eieren leggen. Hier heeft dus niet het voer de schuld, doch de hen zelf. Ilier- over een volgende keer, waarbij we tevens de belangrijke kwestie van het waterige eiwit zullen gaan beschouwen. Dr. TE HENNEPE.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 8