De heer SOHEELE: Maar wanneer nu van de zijde der Arbeidsbeurs zou verklaard wor- den dat bet niet kan? De heer HAMELINKIndien dit zou wor- den beweerd zou ik wel eens uit een ander vaiatje tappen! De heer SCHEELEEr kunnen toch vol- gens hun standpunt hezwaren zijn? De heer HAMELINK verklaart wel over voldoende gegevens te beschikken om aan te toonen dat bet wel kan. Hij zou het 't best achten dat met nieuwe jaar de nieuwe regeling werd ingevoerd. De VOORZITTER vraiagt, welk bezwaar er toch is een beslissing aan te houden. De heer Hamelink is bang de beslissing daardoor een maand te verschuiven, maar dat is toch niet noodzakelijk? De heer HAMELINK: Het is toch regel dat er minstens een maand verloopt, eer het weer vergadering is. De VOORZITTER: Dat behoeft met van invloed te zijn; als „Het Orgaan" de zaak heeft besproken en het er mede eens is, kan de maatregel worden ingevoerd; dat is maar een kwestie van uitvoering. De heer HAMELINK: U verwart de zaak; u verlegt de beslissing hierover naar „Het Orgaan". De VOORZITTER: Het zal ook moeten kunnen. De heer HAMELINK: Wij zeggen: dat het lean! Ik hoop niet in de noodzakelijkheid te worden gebracht dat nader aan te toonen, maar als dat noodig mocht worden, zal ik het doen. De VOORZITTER moet toch opmerken, dat de heer Hamelink de zaak wel wat te een- ziidig beziet en dat is in deze verkeerd. Het betreft toch niet alleen de gelegenheid voor aanmelding van werkloozen, doch die aanmel- ding bedoelt ook controle en daarom is het gewenscht die aanmelding op ongeregelde tijdstippen te houden. Door het permanent op een tijdstip tusschen 11 en 2 uur te laten doen vervalt het effect van de controle, want dan komen ze altijd op denzeifden tijd en daarom moet dan daarop iets anders gevon- den worden. De controle op de werkloozen wordt op on geregelde tijden gehouden. Het lijkt nu wel gemakkelijk, om ook te Sluiskil gelegenheid te geven tot aanmelding, maar het is toch inderdaad niet zoo eenvoudig. Men krijgt dan dadelijk ook een administratie voor Sluiskil allien Wanneer men er zich nu aldus in kan vin- den, dat de zaak nog eens bij „Het Orgaan" besproken wordt en indien het dan mogelijk blijft een goede controle te houden, kan er toe overgegaan worden den maatregel in te voeren. Morgen vergaderen burgemeester en wethouders, die dan een beslissing kunnen nemen en vanavond nog vergadert „Het Or gaan". Burgemeester en wethouders hebben geen bezwaar tegen het uitvoeren van den maatregel als zoodanig, maar zij wenschen een zoodanige uitvoering, dat zij verantwoord kunnen zijn voor een goede uitvoering. De heer HAMELINK verklaart het op geen etukken na eens te zijn met de uiteenzetting van den voorzitter, en betoogt, dat hetgeen hij zegt over de waarde der controle niets be- teekent De heer VAN DRIEL verklaart ook niet accoord te kunnen gaan met de opmerkingen van den voorzitter. De kwestie is bij zijn fractie besproken en aan den heer Van Doe- selaar ter verdediging opgedragen. Het on- derwerp is nu vrijwel afgewerkt. De heer Colsen wenscht de controle niet aan de or ganisaties op te dragen, en de heer Van Doe- selaar meende dat dit wel kon. Nu blijkt, dat er te Sluiskil 110 werklieden zijn georga- niseerd in den Modemen bond, 85 in den R.K. bond en dat er 25 uitgetrokkenen zijn, die door „Het Orgaan" worden gesteund. Nu had zijn fractie gedacht, dat, indien de controle door de organisaties plaats had, de verdiende loo- nen beter zouden worden opgegeven, omdat men elkaar gemakkelijker kan controleeren en dat dan de 25 uitgetrokken ongeorgani- seerden dan ook bij een organisatie moesten worden aangewezen. Indien de man vsm de beurs er met de bus naar toe kan gezonden worden, zal het ook wel gaan. Spreker komt er op die wijze ook wel eens op dat tijdstip. Als er een goeden wil is, is er ook een weg en zou spreker er genoegen mee kunnen nemen als het met Januari werd ingevoerd. De heer VERLINDE meent, als hij goed heeft geluisterd, den heer Colsen te hebben hooren zeggen, dat de man van de Arbeids- beurs had gezegd, dat het wel kon. Dan kan er ook geen bezwaar tegen zijn. Spreker heeft dat aanvankelijk niet zoo ingezien. In de vergadering van „Het Orgaan" is er over gesproken alsof het noodzakelijk zou worden daarvoor iemand anders te nemen, b.v. van de secretarie, en toen is ingezien dat dit niet kon, dat daar te veel bezwaren tegen zouden zijn. Indien het door iemand van de Arbeidsbeurs kan gedaan worden, kan men hiervoor op spreker rekenen. Hij gelooft ook dat bet kan. Hij adviseert, een beslissing aan te houden en het verloop eens aan te zien. Hij gelooft, dat het nu wel in orde zal komen, is het niet over de Arbeidsbeurs dan over de gemeente- secretarie. Vanavond vergadert ,,Het Orgaan", morgen zooals men heeft gehoord burgemees ter en wethouders. Hij ziet hier geen kwaden wil en meent, dat men in goed vertrouwen den loop van zaken kan afwachten. De VOORZITTER vraagt, of men dan kan goedvinden, dat de zaak wordt terugverwezen naar burgemeester en wethouders ter afdoe- ning; het college zal dan gebruik maken van het advies van „Het Orgaan" en hij meent reeds nu wel te kunnen toezeggen dat, indien er geen onoverkomenlijke bezwaren blijken te bestaan, de maatregel begin Januari zal wor den ingevoerd. De heer COLSEN begrijpt de zaak toch niet goed. De Arbeidsbeurs werkt toch onder bur gemeester en wethouders? Zij behoeven dat toch niet te verzoeken? Zij kunnen toch zon- der meer opdracht geven het te doen? Hij eiet niet in welk bezwaar er is, dat de con trole op een vast tijdstip zal worden gehou- den. t De heer HAMELINK stemt hiermede in, er op wijzende dat de menschen nu toch ook bijna alien des morgens om 9 uur komen. Met algemeene stemmen wordt goedge- vonden het verder verloop dezer zaak af te wachten. b. Verzoek van den gemeenteraad van Graauw en Langendam om aan zijn adres, ge- richt aan Z. Exc. den Minister van Binnen- landsche Zaken en Landbouw, adhaesie te be- tuigen, inzake verhooging van de Steun aan de Bietencultuur voor 1932. Het besluit luidt als volgt: De Raad der Gemeente Graauw en Lan gendam, in openbare zitting bijeen op 22 October 1931, besprekende den noodtoestand onder de landbouwbevolking, kennis genomen hebbende aan de voorgenomen regeling var Zijne Excellence den Minister van Binnen- landsche Zaken en Landbouw, waarb'j voor het jaar 1932 eenzelfden financieelen stem voor den Suikerbietenverbouw, als geldendi voor 1931 in uitzicht wordt gesteld; Overwegende, dat de bietencultuur voor de~ landbouwer en landarbeider op de eerst plaats enr voor den middenstander op d tweede plaats van groote financieele beteekf nis is; Dat met den meerderen of mirderen v" zaai van dit product de werkloosheid voor ee groot deel samengaat; Acht de door den Minister voorgestelde Steunregeling onvoldoende en dringt er bij Zijne Excellence ten zeerste op aan, om als nog voor 1932 een ruime bijdrage toe te ken- nen, en besluit deze motie ter kennis te bren- gen van Z. E. den Minister voornoemd, als- mede van alle Gemeenteraden in Zeeuwsch- Vlaanderen, met beiieefd verzoek aan deze laatsten, hieraan adhaesie te betuigen, en gaat over tot de orde van den dag. Aangenomen voor kennisgeving. c. Verklaring van de N.V. Handelmaat- schappij ,,Ter Neuzen" betreffende het aan- vaarden der voorwaarden waaronder bij raadsbesluit van 29 October 1.1. vergunning verleend is rioleeringen, straten enz. te mogen aanleggen in den Zeven Triniteits- en Zuid- landpolder. Aangenomen voor kennisgeving. d. Een bericht van D. Scheele Az., dat hij de benoeming tot lid van het Burgerlijk Arm- bestuur niet zal aannemen. De heer VAN DRIEL spreekt er zijn af- keuring over uit, dat de heer Scheele, die vroeger zoo dikwerf critiek op den gang van zaken bij het burgerlijk armbestuur heeft uit- geoefend, nu hij als lid van dat college ge- kozen is, de consequentie van zijn critiek niet durft aanvaarden, om nu eens te kennen te geven hoe het dan daar w61 moet. Temeer neemt spreker, die met zijn fractie de keuze van den heer Scheele heeft helpen bevorderen, dezen kwalijk, dat hij zijn weigering nog niet geschreven op een behoorlijk briefje, doch op een aanzichtskaartje aan den raad zendt, hetgeen toch zeker niet met den goeden toon overeenstemt. Uit een en Binder blijkt, dat de heer Scheele zeker van oordeel is, dat er op dien weg toch te veel voetangels en prikkel- draad liggen, en dat die zaakjes maar door het uitschot moeten worden opgeknapt. Spreker wil thans te kennen geven dat hem dat niet alleen spijt, maar dat het voor zijn fractie onder deze omstandigheden niet meer mogelijk is mede te werken aan de benoeming van leden van dit college, zoolang het op 18 November 1926 genomen besluit, dat tot gevolg had dat hij uit het college moest treden blijft bestaan, en waardoor uit zijn kringen geen personen in het burgerlijk arm bestuur een zetel kunnen bezetten, blijft be staan. Overigens zegt hij nog, dat, indien men steeds woorden van groote critiek uitspreekt, over een zaak die onder moeilijke omstandig heden wordt uitgevoerd, men zich ook niet aan medewerking aan zoo'n zaak moet ont- trekken, wanneer men daartoe geroepen wordt. Hij zal hierover straks de rest zeggen. De heer SCHEELE wenscht een antwoord te geven, op de woorden van den heer Van Driel, die in de eerste plaats weinig met kaarten op de hoogte schijnt te zijn. Spreker toch heeft zijn antwoord niet op een aan- zichtskaart, een kaart met een plaatje ge schreven, doch daarvoor een gewone blanco- correspondentiekaart gebruikt. De heer VAN DRIEL: Als het van een ander kwam zou je het afwrjzen en in de snippermand gooien. De heer SOHEELE wil voorts de critiek die de heer Van Driel over zijn spreken over het beheer van het burgerlijk armbestuur, op den heer Van Driel terugwerpen. Het is de zaak van spreker en niet die van den heer Van Driel of hij al of niet reden heeft om voor de benoeming te bedamken. Hij behoeft er dezen ook geen rekenschap van te geven of daarvoor zeer dringende reden bestaan. En wat het uitoefenen van critiek op het burgerlijk armbestuur betreft is het aan spreker, toen hij als afgevaardigde van den gemeenteraad een samenspreking met dat be- stuur had over een bepaalde uitkeering, dat juist de critiek die door den heer Van Driel op dat college in den gemeenteraad is uitge- oefend het burgerlijk armbestuur het meest heeft gegriefd en het zich beklaagt over alle gemis van waardeering van die zijde over den verrichten arbeid. De heer Van Driel moet dus het uitoefenen van ongeoorloofde critiek niet op een andermans rug willen laden. Spreker kan dat ten voile op hem zelf terug werpen. Overigens wil spreker wel verklaren, dat hij zich voor de toekomst tot niets bindt en dat zijm bedanken voor de benoeming als lid van dat college hem niet zal weerhouden, om, zoo noodig, de handelingen van het burgerlijk armbestuur aan critiek te onderwerpen, doch dan zal het zijn opbouwende, maar geen af- brekende critiek. De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat hij met zijn critiek de leege plekken die hij ontdekt tracht weg te nemen. En wat de klassegenooten van spreker betreft is er voor het optreden als lid van het burgerlijk arm bestuur een prikkeldraad versperring ge- legd. De heer Scheele wil echter wel critiek uitoefenen zonder zelf daarvoor de verant- woordelijkheid te willen dragen, ofschoon hem dat mogelijk is, hij wenscht dat anderen de zaak volgens zijn dnzicht zullen uitvoeren. Aan sprekerspartij is in dit opzioht het. grondwettige recht ontnomen, door het in- lasschen van art. 3a in het reglement van het burgerlijk armbestuur, waardoor spreker er uit is gedreven. Ook de heer Scheele heeft v66r dat artikel gestemd; de fractie van den Vrijheidsbond stemde er tegen. De partij van spreker moet zich alzoo onthouden van mede- werken aan de keuze van leden van het arm bestuur, aangezien ze daarvoor geen hunnei kunnen aanwijzen, daar iedere werkman de kans loopt in de omstandigheid te komen bedoeld in het genoemde artikel 3a. Alleen him partijgenoot A. Hamelink heeft nog voor 100 procent de kans dat hij daar buiten blijft, wil deze in die functie werkzaam blijven, dan moet hij dit weten, maar aan anderen zal de fractie deze zaak niet in de schoenen schuiven Het schrijven wordt aangenomen voor ken nisgeving. e. Dankbetuiging van het bestuur der R.K. Vereeniging „Wit-Gele Kruis" te Sluis kil, voor de toegekende subsidie voor het jaar 1932. Aangenomen voor kennisgeving. f. Een adres van G. P. de Feijter en 34 anderen, die daarin verzoeken om een tege- moetkoming in de kosten die verbonden zijn aan een autodienst, rijdende van Ter Neuzen naar Sluiskil en terug. Deze dienst is inge- steld voor de arbeiders die werkzaam zijn op de l'Azote. Burgemeester en wethouders stellen voor, op dit adres afwijzend te beschikken. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. g. Het raadsbesluit van 29 October 1931. tot verkoop van een perceel gemeentegronci ian Z. D. M. Z. Koch, voorzien van het be- vjjs der goedkeuring door gedeputeerdr taten, Aangenomen voor kennisgeving. h. Het raadsbesluit van 29 October 1931 jt verkoop van een perceel gemeentegronci an L. de Bruijne, voorzien van het bewijs er goedkeuring door gedeputeerde staten. Aangenomen voor kennisgeving. i. Het raadsbesluit van 29 October 1931, j tot het aan gaan eener geldleening ad f 107.700, tot dekking van verschillende buitengewone uitgaven, voorzien van het be.vijs der goed keuring door gedeputeerde staten. Aangenomen voor kennisgeving. j. Een adres van de Firma J. de Smidt Pothoven te Ter Neuzen, die daarin te ken nen geeft, dat bij het instellen der wegkmarkt alhier door haar op het trottoir eenige arti- kelen zijn geetaleerd; dat op 18 November 1.1. .een agent van politie bij haar kwam, die bezwaar maakte tegen die etaleering, met de mededeeling, dat dit moest aangevraagd worden aan burge meester en wethouders; dat dit door haar inmiddels reeds is aange vraagd, doch met het resultaat, dat haar telefonisch door den inspecteur van politie werd meegedeeld, dat door burgemeester en wethouders op dat adres afwijzend was be- schikt; dat de firma, aangezien door andere win- keliers, zoowel in de Noordstraat als in de zijistraten ook een gedeelte van het trottoir gebruikt wordt, zij den raad verzoekt ook haar, evenals aan andere winkeliers, vergun ning (te willen verleenen een klein gedeelte van het trottoir voor etaleering op den dag der weekmarkt te mogen gebruiken. Burgemeester en Wethouders stellen voor dit adres aan te nemen voor kennisgeving. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. k. Een schrijven van het bestuur der Ver eeniging „Het Groene Kruis" dat, onder dank betuiging voor de toegekende subsidie voor 1932 het genoegen heeft te berichten, dat deze contributie, ad 1200 voor dat jaar tot 1000 kan worden teruggebracht. Het bestuur hcopt, door zuinig beheer, zon der schade voor de verpleging van zieken, met deze financieele hulp van wege de gemeente rond te komen en spreekt den wensch uit, dat het den gemeenteraad mocht behagen, de door de bezuiniging vrij komende gelden, slechts aan te wenden tot extra-delging van gemeenteschuld Burgemeester en wethouders stellen voor, dit schrijven aan te nemen voor kennisgeving. De heer DE BAKKER geeft te kennen, dat het wel een prachtig idee van die vereeniging is geweest, dat ze, nu ze dit konden, iets hebben teruggegeven van de toegekende sub sidie. Bij het Wit-Gele Kruis in de kom is het anders. Die vereeniging moet zich be- helpen met een tekort. Hij doet daarom een beroep op den raad, om alsnog daaraan f 100 meer te geven, zooals gevraagd was. Hij vindt het prachtig, als vereenigingen die met overschotten werken geld teruggeven, maar het is bedroevend, dat anderen met tekorten moeten werken. Hij verzoekt burgemeester en wethouders dit nog eens aan te zien. Met algemeene stemmen wordt overeen- kostig het voorstel van burgemeester en wet houders besloten. De heer VAN DRIEL verzoekt nog te mogen terugkomen op het adres vermeld onder letter f, dat aan zijn aandacht was ontsnapt. Hij wilde voorstellen een beslissing daar- omtrent nog eens aan te houden, omdat hij daaromtrent nog een en ander wilde onder- zoeken. De heer VERLINDE acht daarin niet veel duisters, het is een duidelijike zaak. Die adres- santen vragen van de gemeente een vergoe- ding voor de kosten die ze maken om zich naar him werk te begeven. Hij is daar tegen. De heer VAN DRIEL merkt op, dat men niet bepaald het voile bedrag zou behoeven te geven. Er wordt naar hq meent door 42 of 43 personen gebruik van gemaakt en zij moeten 1 per week voor dat vervoer be- talen. Er zijn er bij, die niet kunnen fietsen, maar als het beter weer wordt, dan verralt die autobus weer, omdat de meesten dan per fiets gaan. Voor hen was het de vraag, of het niet mogelijk zou zijn met een subsidie van wege de gemeente die bus het geheele jaar door te laten rijden. Dan zijn de men schen die niet kunnen fietsen ook uit de moeilijkheid. Daarom stelt hij aanhouding voor. Als men echter meent, dat er op prin- cipieele gronden hierop niet kan worden in- gegaan, kan het ook wel als afgewerkt wor den beschouwd. De heer VERLINDE vindt het voor de menschen wel erg, dat ze zoover moeten rij den om hun werk te bereiken, maar vindt het toch geen tijd om op het verzoek in te gaan. Indien men ziet dat tegenwoordig menschen van heinde en ver naar hun werk komen, en die dus in dezelfde positie ver- keeren, zonder dat ze voor de kosten van hun verplaatsing tegemoetkoming krijgen, ziet hij niet in, waarom zulks dan in dit ge- val wel zou moeten gebeuren. Naar aanleiding dezer nadere bespreking wordt met algemeene stemmen nader be sloten het adres aan te houden. 1. Een schrijven van de Commissie voor werkverruiming in Zeeuwsch-Vlaanderen, luidende als volgt: 't Zijn geen omstandigheden waarin ons het zwijgen past; geen dingen die enkel in Gods hand liggen, als natuurrampen, misoogsten e.d. zijn oorzaak dat het economisch leven hokt. 't Zijn niet minder, maar ook niet meer, dan de gevolgen van denkbeelden en daden van menschen waaronder wij lijden. Onze Commissie heeft lettende op den buitengewonen moeilijken toestand ge- meend, pen bijzonder verzoek te richten aan de gemeentebestureh behoorende tot onzen kring. Het is bekend, dat door enkele be- sturen aan dezen buitengewonen toestand wordt gedacht; het komt er echter op aan dat er ook iets waar mogelijk wordt gedaan. Onze Commissie dringt bij de ge- meentebesturen aan, eens emstig te over- wegen of binnen hun gebied iets kan worden gedaan, in het belang der werkloozen, die ver- langend uitzien naar werk. Wil dus mede- werken den crisis-invloed te helpen wegnemen, wat niet altijd behoeft te gebeuren met uit voering van groote werken. De gemeentebe- sturen kunnen dikwijls door kleine dingen, den stoot geven naar het uitzien van meer grootere zaken, die ons brengen kan tot op- lossing van bestaande moeilijkheden. Wanneer we in dit rondschrijven zoo nu en dan gewagen van moeilijkheden, denken we hier allereerst aan de werkloozen en de werk loosheid. Wij mogen ons wel bekommeren over de gevolgen van den lediggang van ouderen en jongeren; doch allereerst om de jongeren, voor wie de gevolgen funest kun nen zijn. De langdurige werkloosheid demoraliseert; kan oorzaak zijn of worden van ernstige wan- toestanden. Kan dus de werkloosheid door werkver- schaffing worden weggenomen, moet dit wor den aangegrepen. Kan dit niet, dan is het zeker gewenscht den lediggang op andere wijze te bestrijden. Immers wij hebben den duren plicht, het moreel van de bevolking en dat der noodlij- denden te sterken, om de menschen voor on- dergang te behoeden. Wij hebben enkele gemeenten op eenig werk in die gemeenten de aandacht gevestigd. Het is daamaast ons voornemen zeer m het algemeen, de aandacht te vestigen op hetgeen wellicht onder de tegenwoordige omstandig heden, gedaan zou kunnen worden. I. Naar ons oordeel is het gewenscht in gemeenten, waar dit mogelijk is, over te gaan tot het uitvoeren van werken, waarbij een grooter of kleiner getai werkloozen te werk kunnen worden gesteld. Zeker, het is ons bekend, dat de gemeenten niet bepaald ruim in de middelen zitten; doch het is bekend, wanneer men voor de uitvoe ring van groote werken overleg pleegt met de Regeering, veel is te bereiken. Zijn er wat men noemt geen bijzondere groote werken, welnu, wil dan uitzien naar werken van meer beperkter aard en laat door samenwerking beproefd worden, in den be- staanden nood te voorzien. II. Het is zeer wel mogelijk, dat in Uwe gemeente geen werk is in verband met wat onze Commissie onder I heeft genoemd. Toch zijn daarmede de mogelijkheden niet uitgeput. Enkele jaren geleden heeft onze Commissie de aandacht gevestigd, dat de taak der ge meenten kon zijn, mede te werken tot den wederopbloei van de vlasindustrie. De mede werking was toen niet groot; doch sedert dien is er met betrekking tot deze zaak een ander inzicht gekomen, waardoor het mogelijk is, dat men thans alsnog tot vlasbewerking durft over te gaan, indien men de werkgevers met een bijslag op het loon zal willen helpen, gelijk in Clinge en St. Jansteen reeds ge- schiedt. Wij vragen ons af, indien er elders gemeen ten zijn, die 50 en meer jaren door het doen bewerken van vlas, hunne arbeiders hebben verzorgd, hoe zou dat dan niet mogelijk zijn in Zeeland, op de wijze als door ons genoemd. III. Dan is er nog de zorg voor de jeug- dige ongehuwde werkloozen, voor wie het rondloopen zonder werk een schadelijken in vloed heeft. In groote steden is voor deze jeugdige per sonen veel te bereiken door hen een of ander vak te leeren, of wel hun verschillende tech- nische cursussen te laten volgen, hen op te leiden voor een of ander beroep. Tot d' laatste zijn wij op het platte land niet in staat. Daar moeten wij op een meer beschei- den schaal iets zoeken. Allereerst wenschen wij voor hen de aan dacht te vestigen op conversatielokalen. In overleg met de.vakvereenigingen zou hier iets te bereiken zijn. Indien men wil, is er moge lijk wel gelegenheid iets te vinden. Daarnaast vestigen wij de aandacht op het in het leven roepen van een cursus voor eer ste hulp bij ongelukken, een cursus in vreem- de talen, in geschiedenis en andere vakken. Indien de gemeentebesturen willen, kunnen zij in deze richting wat doen. Helaas, bij het afwijzen van dezen arbeid, speelt gemakzucht een groote rol. Wij vestigen er hier de aandacht op om het kwaad van den lediggang zooveel mogelijk tegen te gaan. Een kwaad dat ons met kom- memis vervult. Mocht men een werkplan in dezen noodig hebben, dan is onze Commissie gaarne bereid U daaraan te helpen. Zal er iets gebeuren moet er echter aange- pakt worden en zoo men elders geen raad weet, laten wij dan als bestuurders van ge meenten onzen tijd verstaan en ons wat moeite getroosten eenige leiding te geven, omdat zij, die dreigen onder te gaan, daar voor worden bewaard. Door het geven van richtige hulp, bewijst men bovendien de maat- schappij een weldaad. Aangenomen voor kennisgeving. m. Een adres van het Bestuur van den Ter Neuzenschen Bestuurdersbond, dat daar in te kennen geeft: dat naar hun meening de groote werkloos heid in deze gemeente bijzonderen steun noo dig maakt; reden waarom het den raad verzoekt in den vorm van een Kerstgave aan werklooze ar beiders te willen uitkeeren een bedrag van: a. twee gulden en vijftig cent, indien in het tijdperk van 1 Juli tot en met 30 Novem ber 1931 het aantal werklooze dagen ligt tus schen 50 en 76; b. vijf gulden, indien dit aantal ligt tus schen 50 en 76; c. zeven gulden en vijftig cent, zoo dit aantal werklooze dagen in genoemd tijdperk 75 te boven gaat. Jif Een adres van de R.K. Werklieden- vereeniging ,,St. Antonius" luidende als volgt: Acht uw geacht college het niet noodig, met de a.s. Kerstdagen aan de werkloozen weer, zooals vorig jaar, een Kerstgave te doen? Is uw geacht college niet met ons over- tuigd dat, nu de crisis-periode reeds zoo lang duurt, deze alsdan te geven „Kerstgave" zoo ruim mogelijk zal moeten zijn? Is uw geacht college niet doordrongen met de gedachten dat deze Christelijke feestdag zoo vredig en genoeglijk mogelijk worde doorgebracht ook door onze diepgetroffen Ter Neuzensche werkloozen? Welnu, geacht college, helpt dan deze diep- bedroefde menschen aan eenige oogenblikken van vrede en blijheid, door een zoo ruim mo- gelijke Kerstgave" te doen. In een ondersehrift verklaart het bestuur onder werkloozen ook „gedeeltelijk werkloo zen'' te verstaan. o. Een adres van den Ter Neuzenschen Bestuurdersbond, den Christelijken Besturen- bond en de R.K. Werkliedenvereeniging „St. Antonius", die daarin te kennen geven: dat zij kennis dragen van het feit, dat de Minister van Binnenlandsche zaken bereid is aan gemeentebesturen, die daartoe een ver zoek indienen, bij te dragen in eventueele toe- slag op uitkeeringen van hen, die crisis- steun ontvangen, alsmede van hen die uit keering uit hun werkloozenkassen ontvangen, indien zulk een toeslag zou worden be schouwd als brandstoffentoeslag; dat genoemde besturen overtuigd zijn, dat er aan dezen toeslag groote behoefte bestaat; redenen waarom zij den raad verzoeken, zoo spoedig als mogelijk is over te willen gaan tot het toekennen per week van een kolen- bon ter waarde van 1,— aan hoofden van gezinnen en daarmee gelijkgestelden en deze bon te verstrekken via de organisaties. p. Een adres van het bestuur der R.K. Werkliedenvereeniging te Sluiskil, dat daarbij adhaesie betuigt aan het adres van het be stuur der R.K. Werkliedenvereeniging „St. Antonius" te Ter Neuzen gezonden verzoek in zake het verstrekken eener Kerstgave aan werkloozen. q. Een adres van het bestuur der R K. Werkliedenvereeniging te Sluiskil, dat daar in te kennen geeft, dat, gezien de noodzake lijkheid dat er gezorgd wordt voor de werk loozen en dat het er voor vele werkloozen dezen winter maar nijpend uitziet, evenals de Ter Neuzensche Besturenbond, de Chr. Besturenbond en de R.K. Werkliedenvereeni ging „St. Antonius" van meening is, dat aan de werkloozen die van hun werkloozenkas of van ,,Het Orgaan" uitkeering krijgen, een bon zou behooren te worden verstrekt tei waarde van 1,en voor elke week, tot nader te bepalen tijd. Zij: meenen bij deze aan het adres nut bovengenoem.de besturen adhaesie te moete* betuigen, en hopen dat dit op de uitvoering' van invloed zal zijn. Burgemeester en wethouders stellen voor, op deze onder letters m tot en met q vermeld* verzoeken afwijzend te beschikken. De heer COLSEN vraagt, of hier van weg« het crisis-comity een uitkeering zal worden gedaan. De heer GEELHOEDT kan hierop beve®- tigend antwoorden. De heer COLSEN vindt het dan niet noodig, dat ook van wege de gemeente nog een gave wordt verstrekt. Hij zal niet zeggen, dat zulks binnen enkele weken niet noodig kan zijn, maar door het comite te Sluiskil zal een uitkeering van 4 worden verstrekit, be- nevens kolen, zoodat de menschen het daar niet noodig hebben. Hoe het in de kom staat weet hij niet. De heer VAN DOESELAAR verklaart het niet eens te zijn met den heer Colsen, dat de werkloozen te Sluiskil van wege de gemeente geen uitkeering noodig hebben, de menschen hebben dat wel degelijk noodig. De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat de zaak niet is geloopen, zooals zijn fractie had verwacht, n.l. dat er een algemeene Kerstgave zou verstrekt worden uit de belas- tinggelden. En hij hoopt daarop nog op een voorstel uit den raad, opdat een Kerstgave zal worden verstrekt verkregen langs parle- mentairen weg en door de organen die daar voor betaan. Het verzoek om een Kerstgave is ook door de andere organisaties gesteund, terwijl het verzoek om brandstoffen door alle organisaties is gedaan. Ziji hebben gemeend, dat het crisis-comltd iets anders was, n.l. het beoefenen van par- ticuliere liefdadigheid, terwijl de kerkelqke en particuliere liefdadigheid schromelijk In verzuim zijn, hetgeen wel daaruit kan blijken, dat, sinds spreker lid van den raad is, door het Burgerlijk Armbestuur niet minder dan f 300.000 is uitgegeven. In de moeilijkste jaren die achter ons lig gen is de ondersteuning ook uit de gemeea- schapskas gekomen en met de giften die het crisis-comitb inzamelt, zal toch niet in den nood kunnen worden voorzien. Bovendien zou men dan weer moeten vervallen in de ouderwetsche soeploods, waar de vriendjes en beschermelingen voorgaan. Dat heeft de praktijk genoegzaam geleerd. De menschen, die van het comity deelmaken mogen van goeden wil zijn, maar sprekers fractie heeft op de resultaten van haar werk een slecht oog. Bovendien is het crisis-comity op de slechtste wijze in elkaar gezet. Was het een afdeeling van het Nationaal Comity, dan zou ook de gemeenteraad er nog eenige zegging- schap in hebben gekregen, doch daaraan had men blijkbaar geen behoefte. Wat nu de armbesturen betreft, van wege het R. K. armbestuur gaat weinig ondersteu ning van armen uit, maar dat kan het niet helpen, want die diaconie is zelf arm, en kan dus aan haar verplichting niet voldoen. Wat de diaconie van de grootste kerk betreft, waartoe behoort de partij' van de mannen met 2 namen, dat is een rijke diaconie, maar die heeft groote uitgaven voor haar rusthuis; die diaconie met haar kapitalistisch bezit doet niet de helft van hetgeen zij zou moetec doen. De kerk van den heer Scheele zou bq ult- breiding ook in moeilijkheden komen De heer SCHEELE: Die kent u niet! De heer VAN DRIEL geeft te kennen, daar toch ook wel iets van te weten. Wat de kerk- genooten van den heer Van Cadsand betreft, daar worden de menschen vrij goed gesteund, daarvan heeft hij weinig klachten. Maar er zijn ook nog anderen, de men schen die niet zijn aangesloten bij eenig kerk- genootschap, dat in een steenen gebouw samenkomt, waar men ofschoon aan Gods- dienst doende, zeer ver af komt van de leer van de behandeling van den evennaaste zooals Christus die heeft geleerd. Met het oog daarop doet spreker en u^n medestanders een beroep op de gemeen- schapskas, omdat de kerkelijke liefdadigheid toch niet genoeg kan doen. Wanneer men nagaat dat volgens de sta- tistiek over het geheele land 85 van de armenzorg uit de overheidskassen wordt be- taald, dan moet men niet zoo hard roepen of niet zoo hoog gaan opidie particuliere armen zorg. In Sluiskil is er op de lijlsten van het crisis- comity vrij druk geteekend, doch in de kom van Ter Neuzen heel weinig en blijkt dus dat er weinig op het particulier initiatief te reke nen valt. Ondertusschen wordt die commis sie nu toch als motief aangegrepen om on* een Kerstgave te onthouden. Ten slotte betoogt spreker, dat de uitgaven niet zoo bijzonder groot zouden loopen; het aantal dergenen, die meer dan 75 werklooze dagen hebben en alzoo het maximum zouden krijgen, zou nogal meevallen. Maar boved- dien zullen zij die 75 of meer dagen werkloos zijn geweest, en waar als gevolg van dien in huis armoede moet heersohen, indien ze een Kerstgave krijgen van f 7,50 nog geen over- daad hebben, in zulke gezinnen, waar de honger voor de deur staat, zal men zich dan nog niet aan overdaad schuldig maken. De heer VAN CADSAND heeft met voldoe- ning vemomen, dat de heer Van Driel sprekers kerkgenootschap thans rekent tot die, welke jegens de behoeftigen hun plicht doen, want het is nog niet zoolang geleden, dat dezelfde heer Van Driel hem toevoegde, dat hjj kerke- lijk tot de kwakzalvers behoorde. De heer VAN DRIEL: Dat ging over lets anders, dat ging er over, dat uw kerk geen officieele dominy had en betrof het een ver- gelijking met den heer Drop. De heer HAMELINK wil in de eerste plaats als een grief naar voren brengen, dat er zoo lang is gewacht met het bijeen roepen dezer vergadering. Het was bekend dat deze ver zoeken waren ingekomen en ook dat de Minister bereid was iets te doen, doch door het lange wachten met het beleggen eener raads- zitting is feitelijk de tijd verloopen dat de raad nog iets zou kunnen doen en wordt deze voor een fait h compli gesteld. Door de be- zwarende bepalingen die door den Minister aan de goedkeuring voor het verleenen eener extra-bijdrage worden verleend, is het nu prac- tisch niet meer mogelijk dat die zaak als de raad er toe besloot nog een oplossing zou krij gen. Van 29 October 1.1. tot op dezen datum is de gemeenteraad niet in de gelegenheid ge weest zich over de gemeentebelangen uit te spreken, die termijn is veel te lang en er wordt daardoor te kort gedaan aan de rechten van den raad. Misschien is dit wel met opzet geschied, want toen de verzoeken inkwamen, was er van de werking en de samenstelling van een crisis- comity nog niets bekend. Er waren ver schillende verzoeken tot verbetering van den toestand der werkloozen en de gemeenteraad kon er zich niet over uitspreken. Ook betreyrt hij het, dat het crisis-comity alhier niet aan gesloten is bij het Nationaal Comity, aange zien men dan daarvan ook steun had genoten, men had dan 20 cent per inwoner, of f 2000 voor het verleenen van extra-steun ontvangen, met de 2000 die de gemeente er dan zelf bjj

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 6