ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Tweede Biad.
No. 8772.
VRIJDAG 11 DECEMBER 1931.
71e JAARGANG.
BINNEHLAND.
BPITBHIAWP.
Feuilleton-vertelliDgen.
PRKPIKBBIJRTBB.
L ANEB0UWBEBICHTE1
TER NEUZEN, 11 DECEMBER 1931.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
kECHTSZAKEM.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Besloten wordt, na Binnenlandsche Zaken,
de onderwijsbegrooting te behandelen.
Toortgezet wordt de behandeling van de
begrooting van binnenlandsche zaken.
■Aan de orde is de afdeeling landbouw.
De heer Ebels (v.-d.) dringt aan op een
■poedige beslissing in zake de spoorwegtarie-
ven voor land- en tuinbouwproducten; op
krachtigen steun aan onderwijs en voorlich-
ling en op bevordering van den afzet van
onze land- en tuinbouwproduoten.
De heer Loerakker (r.-k.) vraagt meer
steun voor de vlasindustrie en overleg met
organisaties, om te komen tot meer werkge-
Jegenheid.
Uevrouw Bakker-Nort (v.d.) pleit voor
betere vogelhescherming, minder primitief
veevervoer en voor stipte uitvoering van de
Trekhondenwet.
De heer Braat (plattel.) betoogt, dat de
regeeringsmaatregelen van het vorige jaar
brjzonder weinig hebben uitgericht. Hij
wenscht een betere steunregeling voor de sui-
kerbietencultuur, door het geven van een toe-
l&ge voor 1000 K.G. bieten.
De heer J. Vos (r.-k.) doet het genoegen,
dat de regeering ziet, dat de tot nu toe ver-
leende steun aan de bietencultuur niet vol-
doende is.
DB EXPEDITIE VAN MINISTER HYMANS
Men zal moeilijk kunnen bestrijden, schrijft
de N. R. Crt., dat het onze Belgische buren
■tiet aan oeconomische activiteit ontbreekt.
Men herinnert zich hoe mr. Van Cauwelaert,
de burgemeester van Antwerpen, zelf op
relzen toog en hemel en aarde bewoog toen
het er om ging den toevoer van kali voor de
haven van Antwerpen te redden.
Nu is minister Hymans persoonlijk naar
Louden gegaan om te trachten voor zijn land
een zoo voordeelig mogelijke behandeling te
verkrrjigen bij de regeling der Engelsche
tariefpolitiek. Het ligt voor de hand om te
glssen. dat hij tevens een woordje heeft wil
len spreken over het vraagstuk der betalingen
voor schadeloosstelling, waarin Be!gie veel
meer de Fransche dan de Britsche opvattingen
deelt. En zonder twijfel heeft hij dat onder-
werp te Londen, ook ter sprake gebracht. Of
hjj veel daarmede heeft kunnen bereiken lijkt
twijfelachtig. Men is, vooral op dit punt, in
Engelsche regeeringskringen al jaren lang
vrrj prikkelbaar tegenover Belgische vertoo-
gen. Steeds heeft men het daar Brussel tot
•en verwijt gemaakt, dat het al te angstvallig
het Fransche kielzog volgde. Moeilijk zal
men er vergeten, dat het de houding van Bel-
gig in de Commissie voor Herstel was, die in
1923 de bezetting van het Roergebied mogelijk
maakte en daarmede Engeland in scherp en
nadeelig conflict bracht met de geallieerde
van het vasteland. Toen een goed half jaar
later de Belgen, zelf beducht geworden voor
gevolgen dezer bezetting (die gelukkig uit-
gebleven z'rjn) tegenover de Engelschen hun
hart kwamen uitstorten, zijn zij niet ontvan-
gen met de vreugde, die het betaamt tegen
over den bekeerden zondaar aan den dag te
leggen, maar kregen zij duidelijk te merken,
welke gevoelens him beleid te Londen had
aangekweekt. Wij vermoeden, dat deze ge
voelens in het Departement der Volhardende
Tradities in Downingstreet ook nu nog niet
geheel verdwenen zijn en dat daarom Hy
mans, wederom een Fransch-Belgisch beleid
tegenover Engeland vertegenwoordigende, niet
al te gretige belangstelling zal hebben ont-
moet.
Nu wij echter meer weten van de geschie-
denis van zijn reis blijkt duidelijk, dat de
kwestie van het herstel niet het hoofddoel
ervan is geweest, maar dat zij wel degelijik
•en proefje was van de ondernemende, per-
soonlijke activiteit van Belgische hoogwaar-
aHgheidsbekleeders. Zij is voorbarig gebleken,
maar dankbare vaderlanders behooren, in
overeenstemming met de slotconclusie van
Tollens' epos over Nova Zembla, niet den uit-
slag maar alleen het doel te tellen. Is dit
thans weer het geval, dan mag men in Belgie
op het oogenblik erkentelijkheid jegens den
minister verwachten.
Brussel wilde eerst een specialen afgezant
•aar Londen sturen om met de Engelsche
autoriteiten over de Belgische belangen te
praten. De Engelsche regeering antwoordde
echter, dat zij op het oogenblik niet in de ge-
Jegenheid was met vreemde staten over tarie-
ven te onderhandelen. De rechten, die nu
waren ingesteld moesten beschouwd worden
als een tijdelijke maatregel, genomen terwille
van onmiddellijke en dringende behoeften van
Engeland zelf. Voor besprekingen met ande-
ren wilde de Engelsche regeering wachten tot
de toestand was opgehelderd en het parlement
had vastgesteld hoe de permanente fiscale
politiek van Engeland er zou moeten uitzien.
Verder verklaarde de regeering zich niet m
staat bet onderwerp tegenover derden in be-
aehouwing te nemen v66r de aangekondigde
besprekingen met de dominions hadden plaats
gevonden en men een tariefpolitiek voor het
Rijk had ontworpen.
De Belgen lieten zich zoo echter niet af-
schepen. Zij wilden niet achter het net vis-
schen. Een afgezant kon men weigeren te
ontvangen, niet echter de minister van buiten-
landsche zaken zelf, als hij zijn bezoek aan-
kondigde; te minder kon men niet-thuis geven
daar de minister aan zijn bezoek een verdere
"trekking gaf en aankondigde ook over alge-
meene oeconomische en politieke onderwer-
pen te willen spreken.
Hijmans heeft inderdaad ontmoetingen ge-
had met Sir John Simon, den minister van
buitenlandsche zaken, en met Runciman, den
minister van handel. De gesprekken hebben,
naar het heet, zeer uiteenloopende aangele-
genheden tot onderwerp gehad. Wat Hijmans
vooral naar Londen heeft gedreven was. naar
men zegt, bezorgdheid voor den Belgischen
uitvoer van ijzer en staal. In dat opzicht is
hij wel op een zeer ongelukkig oogenblik ge-
komen, daar juist beschermende rechten op
deze artikelen op voor de Britsche regeering
pijnlijke wijze in het middelpunt der parle-
mentaire discussie staat. De regeering verzet
zich nog tegen de onmiddellijke invoering
dezer rechten, waarschuwt voor onberaden
daden in die richting, maar zij staat onder
sterken druk van een rumoerig en krachtig
gedeelte van haar aanhang. Het vermoede-
lijke hoofddoel van Hijmans kan die oppositio-
neele aanhangers nog slechts tot te grooter
ijver hebben geprikkeld. De Belgische minis
ter zal daarom wellicht het gevoel hebben ge-
kregen dat men op dit punt zijn uiteenzettin-
gen niet met geestdrift aanhoorde.
Verder verluidt nog, dat hij een ander pijn-
lijk punt, ditmaal de internationale politiek,
zou hebben aangeroerd. Hij zou over het toe-
nemende streven naar een uitstel der ont-
wapeningsconferentie hebben gesproken. Het
is inderdaad niet te loochenen, dat zekere
regeeringen op het vasteland op het oogenblik
onderhands ijveren voor een uitstel dezer con-
ferentie. Verklaarbaar is dit streven in ieder
geval, als men den toestand van dit oogenblik
in Europa, met zijn talrijke elementen van
tijdelijke onzekerheid, in aanmerking neemt.
Engeland echter wil er niet van hooren.
Heeft Hijmans ook in dezen voor het Fran
sche standpunt gepleit? Er wordt niets ge-
zegd van de richting van zijn betoog, maar
tegen uitstel pleiten te Londen ware uilen
naar Athene dragen.
Alles bij elkaar genomen lijkt ons de positie
van den heer Hijmans te Londen wat kittelig
te zijn geweest. Waar hij de hand heen uit-
stak moest hij netels raken. En de Belgische
politiek is er niet altijd in geslaagd Engelsche
netels op het eerste gezicht van goedaardiger
vegetatie te onderscheiden.
Maar hoe het zij, Hijmans heeft zich met
moed op een expeditie begeven, die in onaan-
genaamheid voor een gematigden Pooltocht
niet onderdeed. Wij weten niet, in welk van
beide gevallen meer koelheid te verwachten
was.
Dapper was dus zijn dead. En moge ook al
zijn eigen relaas de zeer negatieve Engelsche
berichten bevestigen, de verdienste van die
dapperheid blijft.
Laat ons hopen dat hij Nederlandsch genoeg
verstaat om de vertroosting te kunnen vinden,
die uit Tollens' hierboven aangeduide uitspraak
te putten is.
LUXOR-THEATER.
In het programma van deze week is, be-
halve de film ,,De Orlow-diamant", opgenomen
het groote filmwerk „Zwei Welten", dat de
bezoekers op spannende wijze laat zien den
strijd aan het Oostelijk front in den grooten
wereldoorlog, toen in Gallicie voortdurend
met afwisselend succes werd gestreden door
Oostenrijkers en Russen, terwijl tusschen deze
tafreelen door een zeer boeiende geschiedenis
is gevlochten van twee jonge menschen.
Het is weder een mooi programma.
In de middagvoorstelling wordt vertoond
het bekende filmwerk „De Ark van Noach",
dat dus voor de tweede maal in het program
ma wordt opgenomen.
GESLAAGD.
Bij het examen in Den Haag, ter verkrij-
ging van het Telegraaf-radicaal, slaagde onder
meer, de heer Joh. de Vries, werkzaam ten
kantore Ter Neuzen.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Bij den gemeente-veldwachter J. van Wes-
tenbrugge zijn als gevonden gedeponeerd:
twee portemonnaie's met geld.
Rechthebbenden vervoegen zich aldaar.
SAS VAN GENT.
Gemeenteraad.
Aan de agenda voor de op a.s. Maandag te
houden vergadering van den gemeenteraad
alhier (opgenomen in ons Eerste Blad) moet
nog worden toegevoegd:
5. Rapport van de Commissie van Advies
inzake werkeloosheidszorg.
Ulvenhout, 8 December 1931.
Menier,
Dustere dagen
beleven me. Don-
kere tijen; don-
kere dagen veur
Kerstmis. Maar
keb de tijen nog
nooit z66w donker
gezien, amico, as
ze nouw zijn.
En zelden hS'k
z66w naar 'n bie-
tje licht gesnakt
as teugeswoorig.
As teugeswoo
rig, ja sjuust
nouw, nouw me
d'n illetriek emmen, die z'n witte licht den
diepsten duster aan flarren scheurt; nouw de
radejoow van d'n vruugen mergen tot in d'n
nacht z'nen muziek, z'nen tarraraboemdejee,
deur de luchten galmt; sjuust nouw, nouw
is 't om 't stikken van de benauwenis, nouw
me de 66rde en de zeeen en de lochten be-
heerschen op alle diepten en in alle hogten.
Sjuust nouw, nouw de weareld stinkt van
de rottende dampen van weggegooiden oogs-
ten-overvloed, sjuust nouw is 't hier zwart
van d'n Sremoei!
Sjuust, nouw, nouw elke mensch z'n eigen
'nen vredes-apostel vindt, z'nen naam zet op
vredespampieren, walgt van oorlog en deinst
van de herinderingen d'raan, sjuust nouw ziet
de weareld rood van de misdaad!
Neee, keb de tijen nooit zoow donker ge-
kend. as in decs verlichte eeuw! En nogeens:
ik snak naar 'n bietje licht van de vruugere
,,dustemis".
Naar d'n tijd, da-d-'nen mensch z'n eigen
den tijd gunde, om z'n pepke leeg te krabben,
't nog's lekker deur te steken mee 'nen steu-
vigen spriet, dien ie daarveur uit z'n gras-
veldje zocht 't dan stopte, lekker vast,
om laank veuruit te kunnen mee z'n neus-
wermerke, 't netjes aanstook, heelegaar in d'n
rondte van d'n bollen kop, mee z'nen duim t'
opbollend vuur nog wa-d-indouwde en nog 's
steuvig aantrok dan, 't ijzeren dopke d'r op-
zette en dan mee 'n gezicht, da glom van stille
tevrejenheid, z'n pepke leegsmoorde tot 't
leste restje.
In denzelfden tijd van 't aansteken van da
pepke blazen ze nouw twee piraatjes de locht
in, zonder da ze 'r erg in emmen.
Van da-d-eene pepke van vruuger, had 'nen
mensch meer plazier, as d'n dieen van teuges
woorig van tien nieketienevergiftigingen.
,,Me leven nouw", zee d'n leste van die
piraatjes.
„De menschen van vruugeren dan
hikt ie 's van d'n smerigen siegrettendamp,
gooi 't end weer weg en schudt medelijdend
z'n glad meidenhoofd!
Maar 'k geef 'm op 'n briefke, amico, dat
dieen mensch van vruuger heel wa meer
levenskunst bezat as dieen piraat-hikker van
vandaag. Dat dieen mensch van vruuger heel
wa meer had aan z'n zeuven stuirers Zon-
dagsgeld, as dieen piraatjeskappitalist aan z'n
steun toelage
Ze zeggen dat de weareld zoow haard veur
uit gaat, teugeswoorig.
't Is meugelijk maar dan net as 'n kreeft
zekers, die achteruit gaat as ie lopt!
Ik mot oew zeggen, da'k er gin bal van
merk, van d'n veuruitgaank. En al ben 'k
nouw honderd keeren 'nen boer, dan h6'k ok
honderd keeren m'n oogen om te zien, honderd
keer m'n hersenpan, om 't te begrijpen.
En al ben 'k nouw honderd keeren 'nen
boer, die tusschen twee hokskes z'n ideeen
al honderdduuzend keer hee zien gappen in
„geleerde" en mee mooie letters gedrukte ver-
halen dan h&'k ok honderd keeren de zeker-
heid dat de maatschappelijke macbien van
vandaag veul haarder lopt as die van vruuger,
maarzonder van d'r plak te komen!
Keb vandaag 'n reuzenbui veur die waar-
heid, amico, en as die hier en daar wa-d-
haard aankomt, ollee d'n tijd is er naar, om
hier en daar's mee d'n teut van oewen klomp,
de piraatwellustelingen wakker te schuppen,
uit d'ren ,,renteniersdroom zonder kapitaal".
't Is of de weareld vol is (om 'n aander
veurbildje te gebruiken!) van domme Augus-
ten, die d'r jaske-n-aan en uit loopen te trek-
ken, maar ondertusschen 'n aander 't zware
werk laten doen!
En wa-d-et ergste-n-is: d'r zijn er mee
hooge boorden om, mee lange zwarte jassen
aan, mee hooge en mee ronde hoedjes op, die
mee doen aan da soort van baliegekluif
Udelheid, afgunst, nijd en menschenhaat,
da-d-is 't wa-d-in de plak van seerjeuzen
arbeid is gekomen.
Wa nie aamders meugelijk is.
Zoowgaauw as ge zelvers meeboert op d'n
zwaren levensakker en dus wit, wa-d-et zeg
gen wil om daar 't ploegijzer uren en uren,
dagenlaank deur te trekken; zoowgaauw as ge
krom lopt van d'n zwaren wie-arbeid op die
velden om 't onkruid en ontuig mee wortel-
en-al uit te trekken; zoowgaauw as ge de
zurgen kent bij dieen arbeid veur 'nen goeien
oogst ollee, kan kunde waardeeren en ge-
nieten van 'n schuur mee graan, van 'n kuil
mee 6£rpels, van 'nen zolder mee hooi, alle-
gaar deur 'n aander van den akker gewonnen!
Maar 6k d&n pas!
As ik ze soms zie zitten, in deus moeilijke
t'tjien, die renteniers-zonder-kaptaal, die ge-
leerden zonder verstaand, die kunstkenners-
zonder-bewijs, in 'nen makkelijken stoel, bij
wa radejoow-muziek, nost de werme platte-
buis, d'r ogskes dicht van lui genot, d'ren
kop zwemmend in de blaauwe krinkels van
'n lekkere segaar en 'k heur ze dan afbreken
d'n zwaren arbeid van Regeerders; 't kloeke
werk van kearels die in deus dagen nog groote
bedrijven laten bloeien; d'n scheppenden
arbeid van eerlijke kunstenaars, dan
zouw ik ze gere over d'n grond rollen.
Niks zoo gemakkelijk as regeeren", heurde-
n-ik 'r van de week eenen zeggen in 'n kefee-
ke. En toen 'k 's informeerde wat da veur
'nen gewelden66r was, toen heurde-n-ik, dat
dieen kearel pas gedaan had gekregen op 'n
kantorke, omdat ie daar nie in staat was 'n
afdeelingske te regeeren, bestaande-n-uit z'n
eigen, 'nen jongsten bediende en 'n prullen-
maand!
Zoow zijn d'r nog heel wa van die veurbil-
den van da zwammend soort aan te halen,
amico, maar ge zul ze zelvers ok wel kennen.
,,Salarisverlaging", zee 'r lest zo'n zwam-
neus teugen me: „daar ben 'k in princiep
teugen!" En een seconde later sting ie mijn
't vel over m'nen nek te stroopen veur de
levering van 'n haalf mundje derpels.
'n Zijn donkere, zwarte tijen.
En as ik dan denk aan die zwarte bosschen
daar in 't Zuien van Limburg, waar de grond
vol van lijken schijnt te zitten, danwel
dan begrijp ik daar mee mijn boerenverstaand
niks aanders van, as dat daar 'nen mensch
hee rondgespokt, die sjuust in deuzen tijd
past.
'Nen mensch die d'n haat teugen z'n mede-
menschen zat opgekropt tot in z'n strot en in
de zwartste dusternis van't nachtelijke bosch,
't geweer teugen d'r hart zette en ze mee 'nen
doffen knal 't leven uit-schoot om ze dan, as
'n dooie kat onder wa-d-e6rde te smijten.
Dan snap ik drommels goed, da-d-ier 'nen
duuvel in menschelijke gedaante hee geleefd,
die z'nen vrok, z'n zwarte ziel bevredigde in
't donkere bosch, as 'n dier da dorstte naar
werm bloed.
En as ik lees van 'nen Matuschka, die mee
'n skabbelierke in z'n moordeneershaanden,
kalm, veur 'n verzetje, groote, razendsnelle
spoortreinen in afgronden liet tuimelen, dan
vraag ik m'n eigen af, of da nouw wel net
zoo'n groot wonder is, as geleerde menschen
in kolommen en nog 's kolommen van de
kraanten, ons perbeeren te verklaren!
Of die ..gespleten ziel" volgens de piess-
logen, van dieen misdadiger, nouw wezenlijk
wel zo'n eigenaardige ziel-mee-'ni-scheur is,
dat die maar eens in de honderd jaren veur-
komt.
Amico, kekt de menschen vandaag maar 's
diep in d'r oogen, heel diep, danwemelt
't vandaag van die zieltjes-mee-spleten, waar
't zoow gemeen deur tocht.
Aan d'n eenen kaant van de weareld d'n
eerde-opbrengst in de zee of in't vuur gooien
en aan d'n aanderen kaant de evenmenschen
laten krepeeren van den honger, in zo'n
weareld is Matuschka ginnen enkeling. En in
zo'n weareld is olleen maar plots veur
malaise
Me maken 'nen kollesalen krisis mee.
Zekers: maar nie eenen van enkelt geld-
gebrek
Heel de weareld bl6ert om vrede, maar
meteen verklaart d'n eenen mensch d'n aan
der d'n oorlog en steelt 'm z'n brooike uit z'n
mond om 'm langzaam dood te laten gaan!
Krisis
Ja, maar aanders as geschreven wordt!
Malaise
Zekers, maar van aandere oorzaken as me
bekennen willen!
En daarom geleuf ik nie da-d-et meugelijk
is om 'n end te veurspellen van een, twee of
drie jaren aan deuze malaise.
De weareld is ziek, ziek as 'n hondje; de
dokters kijken allegaar naar z'nen binnenzak;
ze moesen kijken naar z'nhaart.
Vliegschepen, radejoow, illectriek, ollee
de weareld gaat daar nie van veuruit. De
eerste fiets was evengoed 'n .wonder" as de
eerste autemobiel en as de eerste tillefon. As
't nuuwke d'r af is, dan is 't mee 't .wonder"
gedaan.
En't leven is olleen maar ongelukkiger
geworren mee al die wonders! Wemmen gin
tijd meer om op ons gemak 'n pepke aan te
stekenj
't Steenen tijdperk of 't illektrieke, 't j
zgn namen veur de geschiedenisboekskes. De i
weareld bestaat nie uit steenen 6f uit illek- i
triek. Die bestaat uit menschen!
En of de Matuschka's en boschwachters
nouw zooveul beter en veuruit zijn aan de i
Battevierenik kan dan honderdduuzend
keeren 'nen boer zgn, ik geleuf 't tegendeel
eerder.
't Zijn wel donkere dagen veur Kerstmis,
amico. En ik zag deuze week gin kaans, om
'r 'n lichtje op te laten schijnen. Laten me
hopen van de noste week!
Veul groeten van Trui en as altij, gin horke
minder van oewen
toet voe
DR6.
Door L. C., oud 42 j., melkventer te IJzen-
dijke is hooger beroep aangeteekend tegen
het vonnis van den Kantonrechter te Oost-
burg, waarbij hij ter zake van het niet vol-
doende zorg dragen voor het onschadelijk
houden van een onder zijn hoede staanden
hond is veroordeeld tot 8 boete of 8 dagen
hechtends en betaling van f 5,75 schadever-
goeding.
Eveneens door J. M. S., oud 29 j., schilder
te Hontenisse tegen een vonnis van den Kan-
tnorechter te Hulst, waarbij hij is veroordeeld
ter zake van in staat van dronkenschap de
orde verstoren en overtreding van de Motor-
en Rijwielwet tot 25 of 5 dagen hechtenis
en 10 of 5 dagen hechtenis.
Eveneens door den Ambtenaar van het
Openbaar Ministerie tegen een vonnis van den
Kantonrechter te Hulst, waarbrj in de zaak
tegen M. A. B., huisvrouw van J. R., oud 56
j., te Hontenisse, de dagvaardiging ter zake
van overtreding van de Vleeschkeuringswet,
is nietig verklaard.
Door den Ambtenaar van het O. M. werd
ook hooger beroep aangeteekend tegen een
vonnis van den Kantonrechter te Hulst, waar
bij in de zaak tegen A. M., oud 43 j., artist
te Amsterdam, verdacht van het plaatsen van
voorwerpen op den openbaren weg te Hulst,
zonder toestemming van Burgemeester en
Wethouders, de dagvaarding nietig werd ver
klaard.
ZONDAG 13 DECEMBER 1931.
Ned. Hervormde Kerk.
Ter Neuzen. 9% u., de heer L. Dek en 2 u.,
Dr. L. J. Cazemier.
Sluiskil. 2 u., de heer L. Dek.
Hoek. 9 u. en 2 u., Ds. E. Raams.
Zaamslag. 9 u., leesdienst en 2 u., Ds. G. van
Dis.
Sas van Gent. 9% u., Ds. H. AKersloot van
Houten Roos.
Philippine. 2 u., Ds. H. Akersloot van Hou
ten Roos.
Jirandt met Up de tuny
(Ingez. Med.)
Gereformeerde Kerk.
Hoek. 9y2 u. en 2 u., Ds. J. B. Vanhaelen.
Zaamslag. 9% u., en 2 u., Ds. A. Kok.
Chr. Gereformeerde Kerk.
Zaamslag. 9^ u. en 2 u., Ds. Tolsma.
Gereformeerde Gemeente.
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 5% u., Ds. B. van
Neerbos.
Axel. 9% u. en 2% u. leesdienst.
Oud-Gereformeerde Gemeente.
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 5y2 u., leesdienst.
Lokaal „Eben-Haezer".
Kerkhoflaan, Ter Neuzen.
Nam. 5% u., Evangelisatie.
R.K. Kerkdiensten te Ter Neuzen.
Zondag zijn de H.H. Diensten om 7, 8% er.
10 uur. 'sNamiddags om 2% uur Lof.
REGELING BIETEN STEUN
De algemeene lijnen, volgens welke de voor-
gestelde garantie-verleening voor den suikerbie-
tenteelt zal kunnen geschJeden, zijn neergelegd
in het navolgend plan van uitvoering:
1. Voor de campagne 1932 wordt van Rijks-
wege aan de cooperatieve suikerfabrieken en aan
de Centrale Suikermaatschappij, in deze regeling
aangeduid als: „de fabrieken", garantie verleend
tot een bedrag, hetwelk overeenkomt met het
verschil tusschen 25,50 en de berekende geza-
menlijke opbrengst van suiker, pulp en melasse
per 1000 KG garantiebieten en ten hoogste
8,25 per 1000 KG garantiebieten zal zijn.
2. Als garantiebieten wordt per bietenteler
aangemerkt eene hoeveelheid, overeenkomende
met 80 ten honderd van zijne gemiddelde binnen
landsche productie, resp. van die zijner rechts-
voorgangers, over de jaren 1928, 1929 en 1930.
3. De opbrengst van de suiker wordt bere-
kend op basis van 140 KG witte suiker per
1000 KG verwerkte bieten, terwijl als grondslag
voor den suikerprijs zal gelden de gemiddelde
Nederlandsche pariteit per 100 KG van de ge-
middelden der termijn-noteeringen voor witte
suiker te Hamburg (bieden) over de maanden
Augustus en September 1932 voor levering Oc
tober-December 1932 en der loco-noteeringen
over de maanden October 1932 tot en met Juni
1933 te vermeerderen met f 2,20 per 100 KG.
Ingeval de Hamburgsche noteering gedurende
4 dagen of langer niet tot stand komt, wordt de
noteering op basis Hamburg vervangen door de
noteering van de Amsterdamsche Liquidatiekas
(bieden), verhoogd met 1,90 per 100 KG. Mocht
ook de Amsterdamsche noteering niet tot stand
komen, dan zal de met de zaken van den land
bouw belaste Minister voor de vaststelling van
e suikeropbrengst in overleg met de fabrieken
een andere basis vaststellen.
De totale opbrengst der pulp wordt berekend
op den grondslag van de opbrengst van natte
pulp op basis van 600 KG op 1000 KG verwerkte
bieten. Voor ieder der cooperatieve fabrieken
wordt het gemiddelde der cooperatieve fabrieken
tot basis genomen.
De opbrengst van melasse wordt berekend op
basis van 18 K.G. melasse suiker (Clerget) per
1000 KG verwerkte bieten en op grondslag van
een nader aan te wijzen melasse-noteering,
4. De commissie, ingesteld ten behoeve van
de uitvoering der garantieregeling aan de suiker
fabrieken voor de campagne 1931, treedt bij de
onderhavige regeling eveneens als zoodanig op
en zal daarbij de aanwijzingen van den met de
zaken van den landbouw belasten Minister vol-
gen.
5. De commissie is bevoegd om van hen, die
in 1932 garantiebieten wenschen te leveren, v66r
een door de commissie vast te stellen tijdstip
opgave te verlangen van de hoeveelheid garan
tiebieten, die men wenscht te leveren, en van
andere gegevens, welke de commissie voor de
richtige uitvoering dezer regeling nuttig zal oor-
deelen. Indien deze opgave niet of niet tijdig
geschiedt, vervalt het recht tot levering van
garantiebieten. Wanneer bijzondere omstandig-
heden daartoe aanleiding geven, is de commissie
bevoegd het recht tot levering, hetwelk op laatst-
bedoelde wijze is vervallen, wederom toe te
kennen.
De fabrieken zenden v66r een door de com
missie te bepalen tijdstip lijsten in, bevattende
de voor de berekening der garantie benoodigde
gegevens.
De Centrale Suikermaatschappij verleent hare
tusschenkomst voor de verkrijging van dezelfde
gegevens voor de telers van naar het buitenland
geleverde binnenlandsche bieten.
6. De commissie stelt vast de hoeveelheid
garantiebieten welke iedere bietenteler gerech-
tigd is te leveren. Overdraging van het recht
om garantiebieten te leveren kan door de com
missie worden toegestaan op aanvrage door of
namens overdrager en verkrijger, bij de commis
sie in te dienen.
7. De commissie is bevoegd om het recht tot
levering van garantiebieten eveneens toe td
staan in die gevallen, waarin zij zulks wegens
het in den jongsten tijd ter hand nemen der bie-
tenteelt of ter voorkoming van onredelijkheden
bij de toepassing dezer steunregeling billijk acht.
Tevens kan de commissie het recht om garan
tiebieten te leveren op ruimere schaal toesbaan.
zoolang het totaal der ingewilligde aanvragen
80 der hoeveelheid der jaren 1928, 1929 en
1930 niet overschrijdt.
8. Behoudens bestaande leveringsverplichtin-
gen staat het den bietenteler vrij de garantie
bieten te leveren aan welke der fabrieken hg wil.
9. De vaststelling van de gezamenlijke op
brengst van suiker, pulp en melasse volgens de
regelen, bedoeld onder 3, geschiedt door de com
missie.
10. Bij verschil van meening in den boezem
der commissie beslist de met de zaken van den
landbouw belaste Minister.
11. Op nader te bepalen voorwaarden kunnen
aan de fabrieken voorschotten op de garantie
worden verstrekt.
MEDEDEELING VAN HET RIJKSLAND-
BOUWUROEb STATION TE MAASTRICHT.
De fijnmeelbepaling van Kalkmergel.
Over bovenstaand onderwerp werd dit voorjaax
reeds een mededeeling gedaan, waarbrj er de aan-
dacht op werd gevestigd, dat de door weten-
schap en practijk gestelde eischen aan de fijn-
heid niet overeenstemmen met de resultaten ver-
kregen met de thans gevolgde methode voor
onderzoek. Met deze methode wordt weliswaar
als fijnheid ook uitsluitend opgegeven het per
centage deeltjes dat kleiner is dan 0,17 m.M
(een intemationaal aangenomen zeefwijdte voor
de bepaling van fijnheid in meststoffen, aange
duid door zeef No. 100 Kahl) doch het monster
wordt daarbij voor het zeven met een verdunde
ammonia-oplossing behandeld, waarbij: kluitjes.