EEN DAG REDDER
Ter Net jensche Courani I
Tweede Blad.
biknehland.
runiLLKTOH.
BUITKffLAND.
Maandag 30 Nov. 1931. No. 8767
door
K. R. G. BROWNE.
26)
DR AlSlfl a vam-VALK EhBURG'5
LEEUWARDEN
VAN
naar billiikheid meende te kunnen doen gel-
den Hoewel De Nederlandeehe Bank haar
standpunt handhaaft en hare pogingen voor-
zet, meende zij onder deze omstAndig'neden
het koers-risico, €L&n haar pondenbezit verbon-
den, niet verder te mogen loopen. Zij he eft
derhalve naar een oplossing gezocht
welke
bliek als tot beoordeeling van de vraag, in
hoeverre vcor de betreffende branches verdere
niaatregelen tot prijsdaling mogelijk z;a. Bo
dit laatste stellen de besturen zich echter uit-
drukkelijk op het standpunt, dat de prijsdaling
het bestaan der betrokkenen niet in gevaar
mag brengen. Te dien aanzien meent de
haar in staat zou stellen het grootste deel j georganiseerde middenstand te mogen uitgaan
van haar pondenbezit zonder verder koers-
risico aan te houden. In samenwerking met
I <je regeering is deze oplossing hierin gevon-
den dat de ponden, voor zoover deze bestemd
i kunnen worden voor aflossing van de twee
Ned.-Indische, in ponden luidende, leeningen,
welke aflossing in haar geheel te beginnen
met resp. 15 Juli 1933 en 15 Augustus 1933
kan geschieden, op later levering aan de Ned.-
Indische regeering verkocht zrjn.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
De begrooting van kolonien wordt aange-
nomen met 49 tegen 23 stemmen. Tegen
stemden de socaal-democraten, de communis-
ten en de heer Floris Vos.
Aan de orde is de conclusie inzake den
Kon. Holl. Lloyd.
De heer Schouten (a.-r.) betoogt, op grond
van het rapport der commissie van onderzoek,
dat de beste oplossing is, dat de kasvoor-
schotten worden opgezegd, tenzij v66r 31 Mei
1932 een financieele reconstructie is verkre-
gen.
Dr. Vos (lib.) bestrijdt de conclusie. Hrj
acht het onredeljjk, in deze omstandigheden
een termijn te stellen, hetgeen het crediet zal
sohaden.
De heer Wijnkoop (comm.) hermnert eraan,
dat hij van het begin af aan tegen ieder kas-
voorschot aan den Kon. Holl. Lloyd is ge-
weest. De kasvoorschotten komen terecht in
de zakken der renteniers. Spreker wenscht
te weten, wie deze bevoorrechten zijn.
Aan de orde was Vrijdag het wetsontwerp
tot toekenning aan de Regeering van de be-
voegdheid tot het tijdelijk treffen van maat-
regelen ter beperking van den invoer van
goederen door middel van contingenteering.
De heer Ament (R.K.) zag in dit wetsont
werp het groote voordeel, dat de binnenland-
sche markt van land- en tuinbouwproducten
door contingenteering van den invoer uit het
buitenland wordt verrui/md. Hierdoor zal onze
export kunnen verminderen, waartoe ook
thans reeds de maatregelen van het buiten-
land dwingen. Overigens betwijfelde hij of
dit wetsontwerp wel zooveel zal kunnen bij-
dragen tot verbetering van onze betalings-
balans.
Het zal van belang worden voor den toe-
stand van het veehoudersbedrijf nu de invoer
van Deensch vleesch kan worden beperkt.
Reeds daarom zou het wetsontwerp aanvaard
moeten worden.
De heer Ament informeerde vervolgens
naar de wijze, waarop de minister de wet
denkt uit te voeren en hij stelde in dit ver-
band verschillende vragen.
De heer van Hellenberg Hubar (R.K.) die
zich eveneens met de wet ingenomen toonde,
vroeg of de minister er ook gebruik van zou
maken om buitenlandsch brood te weren.
Hoopvol was diens antwoord, maar de minis
ter moest niet de werking van de Tarwewet
uit het oog verliezen, de bedoeling van die
wet is om zooveel mogelijk inlandsche tarwe
te gebruiken, waarmee dus in strijd is, om
Belgisch brood hier toe te laten. De invloed
van de Tarwewet op den broodprijs beteekendt
2.1 cent per brood. Het is redelijk om van de
wet gebruik te maken tegen den invoer van
Belgisch brood.
BETALING MET FRANKEERZEGELS.
Het komt herhaaldelijk voor, dat kleine
schulden voldaan worden door in een brief
postzegels tot het vereischte bedrag in te slud-
ten. De geadresseerde wenscht de zegels dan
gewoonlijk weer tegen geld in te wisselen,
doch ondervindt dat het postkantoor geen
zegels terugneemt of ruilt.
Men make dus in dergelijke gevallen liever
gebruik van de bestaande middelen aan geld
verkeer (giro, postwissel, aangeteekende brief,
postbewijs), indien men er althans prijs op
stelt zijn schuldeischer met contanten schade-
loos te stellen. Want de postkantoren wisse
len onder geen beding eenmaal verkochte
zegels weder in, noch ruilen zij deze tegen
andere waarden.
DE NEDERLANDSCHE BANK EN HAAR
PONDENBEZIT.
De N. R. Crt. schrijft:
De airectie van De Nederlandsche Bank
deelde in haar communique van 27 Septem
ber 1931 mede, dat zij alle reden meende te
hebben om aan te nemen, dat voor de bank
in de toekomst geen verlies op haar ponden
bezit zou te duchten zijn.
Het daama mondeling en schriftelijk ge-
pleegde overleg heeft aangetoond, dat de
Bank of England niet bereid is de aanspraken
te erkennen, welke De Nederlandsche Bank
van de stelling, dat ook hem, evenals andere
bevolkingsgroepen, een behoorlijke bestaans-
mogelijkheid toekomt.
In de vergadering werd verder van ver-
scheidene zij den bezwaar gemaakt tegen de
redactie van het communique der vorige ver
gadering, dat de besproken kwesties eenzijdig
in het licht stelt en dan ook in middenstands-
kringen ontstemming heeft gewekt. Ook werd
evenals in de vorige vergadering
aiscne regeeimg J nop- eens, evenals m ae vorige veigaucnug
De ponden, welke niet voor bovenstaand j mgt klem aangedrongen op vertegenwoordi-
doel konden aangewend worden, zijn bereids
gerealiseerd. De hieruit en uit den boven-
omschreven termijnverkoop voor De Nederl.
Bank voortvloeiende verliezen zullen er toe
leiden, dat het boekjaar 1931-32 met een be-
langrijk nadeelig saldo zal sluiten. Maatrege
len ten einde zoowel op materieele als op per-
sonee'le uitgaven te bezuinigen, zijn ten deele
reeds genomen, ten deele in bewerking. De
voorzieningen, welke overigens, in verband
met de zooeven bedoelde verliezen, zullen ge-
troffen moeten worden, zijn in voorbereiding.
Te alien overvloede wordt hierbij met na-
druk geconstateerd, dat, na de hierboven om-
schreven transactie, uit het pondenbezit van
De Nederlandsche Bank geen nadeelen te
duchten zijn voor de vervulling van hare taak
om de goudwaarde van het Nederlandsche
ruilmiddel te handhaven. De gouddekking van
alle opeischbare verplichtingen der bank be-
draagt volgens de laatste weekbalans 70.22
pet. of 30.22 pet. meer dan de voorgeschreven
minimum metaaldekking van 40 pet. Hierin
is hare kraeht voor de vervulling van de zoo-
even bedoelde taak gelegen en deze kracht
blijft geheel onverzwakt.
DE CRISIS EN DE MIDDENSTAND.
Men meldt aan de N. R. Crt.:
In het departement van arbeid, handel en
nijverheid is dezer dagen wederom een con-
ferentie gehouden tusschen de besturen van
de drie landelijke middenstandsbonden. Daar
bij zijn, onder voorzitterschap van den heer
C. J. G. Struycken in eigen kring voortgezet
ging van de drie middenstandsbonden in de
crisiscommissie-Kan.
1NSTELLING VAN BEDRIJFSRADEN.
Ingediend is een ontwerp van wet inzake
de instelling van bedrijfsraden, aan de toe-
lichting waarvan het volgende is ontleend:
Dat de Overheid met betrekking tot de
arbeidsverhoudingen een bepaalde taak heeft,
wordt thans weinig meer betwist. Verschil
lende factoren hebben er toe bijgedragen deze
gedachte meer algemeen te doen doordringen.
Daar is in de eerste plaats het feit, dat het
geheele bestaan van den arbeider van het
productie-proces afhankelijk is. Hij is de
economisch zwakkere. Ook voor den vlijtigen
arbeider bestaat geen bestaanszekerheid. Ach-
teruitgang der ondememing, maatregelen
van rationalisatie, enz. kunnen hem zijn posi-
tie doen voorlezen, zonder dat de wijze, waar
op hij zijn taak vervult, daartoe aanleiding
geeft. Bovendien bedreigen hem dikwrjls
i physieke gevaren, die zooveel mogelijk moeten
worden afgewend. Nog een andere factor
vestigde de overtuiging, dat de Overheid zich
niet buiten de sociale verhoudingen kan hou
den. Het belang der gemeenschap eischt im-
mers, dat het productieproces zooveel moge
lijk zonder schokken verloopt, Voor zoover de
Overheid in de gelegenheid is zulks te bevor
deren, behoort zij ook langs dezen weg de al-
gemeene welvaart te dienen.
De groote uitbreiding, die de sociale wet-
geving in de laatste 25 jaren heeft ondergaan,
q t/ V Ixi VAX/ lUrtAvwwv J O
de besprekingen, welke reeds vroeger onder j deed meer en meer de wenschelijkheid gevoe
leiriinir van dsn Minister an Arbeid. Handel I lgn dat de Qverheid, zoo noodig, onder haar
leiding van den Minister an Arbeid, Handel
en Nijverheid een aanvang hadden genomen.
Besproken werd de vraag, of het mogelijk
zou zijn de aanpassing van de prijzen der
eerste levensbehoeften aan de daling der
groothandelsprijzen, waar die eventueel nog
niet voldoende mocht zijn, in sneller tempo
te bevorderen. In verband daarmede stelde de
vergadering nogmaals uitdrukkelijk vast, dat
het publiek in de meeste gevallen ten on-
rechte klaagt.
Met tal van voorbeelden werd het feit, dat
vele prijzen reeds scherp daalden soms
zelfs te sterk aangetoond. Daarbiji werd
tevens in het licht gesteld, dat vele lasten van
economischen en socialen aard verdere prijs
daling tegenhouden, terwijl ook de overheid
door handhaving van bedrijfstarieven, slacht-
en keurloonen, e.d., op hetzelfde peil en het
instellen van nieuwe maatregelen, (belastin-
gen, invoerrechten) weinig medewerkt. Op
deze lasten kan de middenstand zelf geen
invloed oefenen.
In dit verband werd overwogen, langs wel-
ken practischen weg de reeds ingetreden da-
ling nog eens aan het publiek kan worden
gedemonstreerd. Gedacht is daarbij aan het
publiceeren van prijslijsten, die het dalend
verloop van de kleinhandelsprijzen kunnen
aantoonen. Intusschen bleken hieraan vele
moeilijkheden verbonden, als gevolg van ge-
westelijke en plaatselijke verschillen.
Daamaast kwam wederom ter sprake de
wenschelijkheid van invoering van een twee-
prijzenstelsel voor afhaal- en bezorgartikelen.
Dit zou misschien een verdere daling kunnen
stimuleeren, doordat een der vele door het
publiek zelf 'opgelegde lasten hiermede zou
kunnen vervallen. Ook hierbij kwamen echter
tal van moeilijkheden aan het licht, welke
even wel nog vaksgewrjze nader zullen worden
beschouwd.
Teneinde een zoo volledig mogelijk inzicht
in de materie te verkrijgen en de uitvoer-
baarheid van bepaalde maatregelen te kunnen
beoordeelen werd besloten op korten termijn
een enquete houden onder de vakorganisaties
van het voomaamste branches, die levens
behoeften produceeren en distribueeren.
Voor het onderzoek, dat reeds in de komen-
de week zal plaats vinden, zijn, deels telegra-
fisch, opgeroepen vertegenwoordigers van de
organisaties in het bakkers-, kruideniers-,
zuivel- en slagersbedrijf, alsmede van de han-
delaren in groenten, aardappelen en brand-
stoffen.
De te verwachten gegevens zullen dienen,
zoowel tot informatie van autoriteiten en pu-
Vervolg.)
toezicht, een deel van haar omvangrijke en
moeilijke taak aan het bedrijfsleven zelf zou
overlaten.
Naar de meening van den Minister moet de
overheid in de eerste plaats consolideerend de
gunstige resultaten, die in de sociale ontwik-
keling van het economische leven werden
bereikt. Maar daarbtf behoeft het niet te
blijven. Zij kan bovendien de mogelijkheden
scheppen voor een verdere ontwikkeling van
de organisatie van het bedrijfsleven. Op deze
wijze kan zjj stimuleeren tot het bereiken
van nieuwe resultaten.
Bedrijfsraden en Ondememingsraden, Bij
de behandeling der bedrijfsorganisatie kan
onderscheid worden gemaakt tusschen de be
drijfsraden en de ondememingsraden. Bedrijfs
raden zijn instellingen, die in een bedrijf,
d.w.z. in een complex van ondernemingen, die
een soortgelijk product voortbrengen, worden
gevormd. Ondememingsraden daarentegen
zrjn instellingen in de afzonderlijke ondeme
ming. Zij worden in ons land veelal als
fabrieksraden of kemen aangeduid en als zoo-
danig ook in het bedrijfsleven aangetroffen
Het onderhavige wetsontwerp brengt een
wettelijke regeling der bedrijfsraden.
Het maakt in art. 2, lid 1, de instelling van
een bedrijfsraad mogelijk ,,wanneer de om
standigheden daartoe aanleiding geven". Door
deze zeer mime formule bestaat voldoende ge
legenheid om met de hijlzondere omstandig
heden, waarin elk bedrijf verkeert, rekening
te houden.
Men zal veelal als regel kunnen aannemen
dat alleen die bedrijven rijp zijn, voor een be
drijfsraad, waarin het organisatorisch overleg
tusschen werkgevers en arbeiders voldoende
is gevorderd.
De samensmelting van den bedrijfsraad. Bij
de samensmelting van den bedrijfsraad doet
zich in de eerste plaats de vraag voor, op
welke w^jze de leden van de bedrijfsraden die
nen te worden aangewezen.
Twee mogelijkheden behooren daarbij vooral
onder de oogen te worden gezien. Men kan
de werkgevers en arbeiders uit een bedrijf in
de gelegenheid stellen persoonlijk hun stem
uit te brengen. In dat geval geldt een indi-
vidueel kiesrecht. Maar men kan ook van het
standpunt uitgaan, dat de organisaties van
werkgevers en arbeiders de leden moeten aan
wijzen. In dat geval beweegt men zich in de
lgn van een organisch kiesrecht.
In het wetsontwerp wordt een regeling in
laatstbedoelden zin voorgesteld. Art. 3, lid 3,
bepaalt, dat de leden en de plaatsvervangende
leden van den bedrijfsraad voor de helft wor
den benoemd door de, door den Minister daar
toe aangewezen vakvereeniging of vakver-
eenigingen van werkgevers en voor de helft
door de, door den Minister aangewezen, vak
vereeniging of vakvereenigingen van arbei
ders, wier leden alien of voor een gedeehe
in het bedrijf werkzaam zijn.
De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat het
betrokken bedrijf er prijs op blijlkt te stellen,
dat voor alle of bepaalde werkzaamheden nog
eenige personen, die niet in het bedrijf werk
zaam zijn, aan den bedrijfsraad worden toe-
gevoegd. In dat geval opent artikel 4, lid 2,
daartoe de mogelijkheid.
Omtrent de werkwijze van den bedrijfsraad
kan zooveel mogelijk aan het inzicht van den
raad zelf worden overgelaten.
Art. 10, lid 1, schept waarborgen, dat de
raad geen besluiten neemt in een vergadering,
waarin het werkgeverselement of het arbei-
derselement op onvoldoende wijze vertegen-
woordigd is.
De werkkring van den bedrijfsraad is zoO
gedacht, dat de raad zal optreden als volgt:
orgaan van overleg, van advies, van uitvoe-
ring, ven beslechting van geschillen en als
orgaan van bemiddeling.
DE MOEILIJKHEDEN OM CREDIETEN TE
KRIJGEN.
Op vragen van het Tweede Kamerlid Kor-
tenihorst:
I. Heeft het de aandacht van den Minis
ter getrokken, dat het onder de tegenwoor-
dige omstandigheden voor vele ondernemin
gen onmogelijk is geworden credieten te ver
krijgen onder verband met schepen en van
onroerend goed?
II. Is de Minister niet van oordeel, dat het
hierdoor in vele gevallen onmogelijk is ge
worden, om zoowel in aanbouw zijtnde schepen
en bouw- en aanverwante werken te vol-
tooien, alsook om nieuwbouw ter hand te
nemen, met gevolg, dat de werkgelegenheid
in de bedrijven in gevaar wordt gebracht en
bovendien aan vele andere daarmede verband
houdende ondernemingen het voortbestaan
onmogelijk wordt gemaakt?
IH. Is de regeering bereid in overleg te
treden met de directie der Nederlandsche
Bank en met de daarvoor in aanmerking
komende bankinstellingen, teneinde te bevor
deren, dat een tijdelijke organisatie in het
leven wordt geroepen, waardoor deze soort
van credietverleening weer mogelijk wordt
gemaakt?
heeft de Minister van Arbeid, Handel en
Nijverheid geantwoord:
I. De eerste vraag wordt bevestigend be-
antwoord.
H. De ondergeteekende is inderdaad van
oordeel, dat de moeilijkheden om credieten te
verkrijgen voor verschillende bedrijven groo-
tere of kleinere bezwaren oplevert.
IH. Ofschoon de bovengeschetste moeilijk-
heid de voile aandacht der regeering heeft,
kan geen toezegging worden gedaan, dat in
deze credietverleening door maatregelen
van overheidswege zal worden voorzien. Een
dergelijke kunstmatige credietverleening zou
de intrinsieke credietwaardigheid der betrok
ken ondernemingen meer schaden dan bevor
deren en bovendien op eenigszins ruime
schaal toegepast, de natuurlijke grenzen van
alle economisch verantwoorde credietver-
strekking uitwisschen, waardoor ten slotte
de veiligheid van ons ruilmiddel zou kunnen
worden in gevaar gebracht.
,,Wacht even", zei Jane langzaam.
,,Wacht even Er vormt zich
vaag een ideeIk heb t!" Ze keer-
de zich met een gezicht, stralend van
geestdrift, naar hem toe. ,,Geef me m'n
boezelaar, Peter".
„He?"
,,Mijn boezelaar je zit erop. Ik wou,
dat ik m'n muts niet kwijt wasMaar
daar is nu niets aan te doen".
Peter rees overeind, zocht ergens
achter zich, op de hoogte van zijn kuiten,
den boezelaar, en overhandigde nem haar.
Jane strikte hem om en streek de kreukels
het gevolg van zijn honderd zeventig
pond er zoo goed mogelijk uit.
,,Luister!" beval ze hem daarna. ,,Ik
aa naar Hopper's kamer nu, terwijl
Gibbs nog in het bad is".
Peter staarde haar met open mond aan.
,,Wat?" Ik bedoel, waarom? Dat kan
je toch niet doende man is zich aan
het aankleeden!"
,,Wees niet zoo ouderwetsch, Peter.
Hopper heeft me nog nooit van zijn leven
gezien en ik doe net, of ik een van de
kamermeisjes ben. Ik ga hem vragen,
wat hij voor zijn ontbijt wil hebben".
„Waarom wil je dat weten?" vroeg
Peter nog steeds verbaasd.
..Doedel! Dat's een excuus om bin-
nen te komen. Als ik eenmaal erin ben.
ga ik er niet weer uit, of ik moet t schil-
derij hebben. Hij verdenkt me natuurlijk
niet en dat maakt het veel gemakkelij-
ker".
Peter keek haar bewonderend aan. Dat
was me nu nog eens een meisje met origi-
neele ideeen! Op het oogenblik was het
hem nog wel niet duidelijk gested, dat
het haar lukte om kamer nummer 30 bin-
nen te dringen, hoe ze het klaar zou
spelen, om zonder een soort van opstootje,
met de Romney, er weer uit te komen...
maar dat was van later zorg. Het was
natuurlijk zeer goed mogelijk, dat ze, een
maal ter plaatse, wel de een of andere
ingeving zou krijgen. In elk geval was
dat een plan, al was het dan een zeer
gewaagd plan en het stond niet aan hem
om het zonder meer af te keuren. Als
het nu maar niet
,,Het klinkt veelbelovend", zei hij twij-
felend, ,,maar overigens voel ik er niet
veel voor. Stel je voor, dat hij van de
kook gaat, of zoo, en een stoel naar je
hoofd gooit? Met die excentriekelingen
kun je net nooit vooruit weten. Weet je
wat laat mij gaan. Ik zeg, dat ik de
schoenenjongen, of de portier, of zoo iets
dergelijks ben".
Jane schudde minzaam glimlachend,
maar zeer gedecideerd haar hoofd.
,,In die plunje? Hij luidt meteen de
brandklok, Peter. Neen, ik moet gaan...
Trouwens, wat kan er gebeuren? Jij blijft
buiten voor de deur staan. En nu moeten
we voortmaken. Gibbs kan ieder oogen
blik terugkomen."
Ze keerde zich om en ging, op den voet
gevolgd door haar trouwen, maar nu in-
wendig bibberenden, lijfknecht de kamer
uit. Buiten in de gang bleven ze staan,
om de kust te verkennen, maar alles was
nog stil. Ook al leek 't hun, dat ze uren
achter het scherm hadden staan luisteren,
in werkelijkheid had het onderhoud tus-
GEEN EXTRA-UITKEERING TE
ARNHEM.
Bij het gemeentebestuur van Amhem is,
naar de Telegr. meldt, bericht ingekomen, dat
de minister van Binnenlandsche Zaken be
zwaar maakt tegen het verstrekken van een
extra uitkeering door de instelling van Maat-
scihappelijk Hulpbetoon aan de ondersteunden.
Tot die uitkeering was onlangs besloten, doch
zij kon niet plaats vinden alvorens de minis
ter zijn toestemming had verleend. De minis
ter vestigt de aandacht er op, dat het ver
strekken van extra hulp aan werkloozen voor
aanschaffing van kleeding, schoeisel e.d. is
overgedragen aan het Nationaal Crisiscomite
en dat deze hulp naar individueele behoefte
zal worden verleend. De minister meent der
halve, dat de gemeente zich behoort te rich-
ten tot dat comite. B. en W. hebben zich nu
met een verzoek tot den minister gewend om
de gebruikelijke extra-uitkeering omstreeks
Kerstmis, welke Maatsehappelrjk Hulpbetoon
gewoon is te geven, te willen goedkeuren.
EEN NIEUWE VEILIGHEIDSWET.
Ingediend is een ontwerp van wet, houdende
bepalingen tot beveiliging bij den arbeid in
het algemeen en bij het verblijven in fabrie-
ken of werkplaatsen in het bijzonder.
De opzet van dit ontwerp eener nieuwe
veiligheidswet heeft het belangrijke voordeel,
dat telkens wanneer een nieuw element van
gewenschte veiligheidsvoorzieningen optreedt,
de gelegenheid reeds aanstonds aanwezig is
om tegen het e.v. nieuwe ongevallengevaar
regelend op te treden.
RIJKSINSPECTEUR VOOR DE STEUN-
VERLEENING.
De minister van Binnenlandsche Zaken
en landbouw heeft met ingang van 1 Decem
ber benoemd tot rijksinspecteur voor de
steunverleening, den heer C. W. F. van Hoe-
ven, hoofdeommies bij zijn departement.
INVOERBEPERKING GROENTE, FRUIT
EN BLOEMEN.
Uit de Engelsohe bladen blijkt, dat de Don-
derdag gepubliceerde lijst van luxe groenten,
-fruit en bloemen, waarop een invoerrecht
van maximum 100 pet. wordt voorgesteld,
eenigszins afwijkt van die welke Reuter sein-
de. Wrj laten haar hier geheel volgen: kersen,
krenten, aalbessen, kasdruiven, pruimen, broc
coli en andere bloemkool, wortelen, Brus-
selsch lof, komkommers, andijvie, salade, pad-
destoelen, doperwten, nieuwe aardappelen,
knollen, tomaten; snijbloemen, bloeiende plan-
ten, bloemen aan bollen, loof, bollen, roze-
struiken.
De politieke medewerker van de Evening
Standard vindt de regeeringsvoorstellen zeer
beperkt. Zij betreffen bijv. niet veel meer dan
10 pet. van den invoer van versch fruit. Van
versche groenten wordt nog niet de helft be-
last naar hij berekent.
VERHOOGING VAN INVOERRECHTEN
IN BELGIe.
De afdeeling Handel en Nijverheid van het
Dep. van Handel en Nijverheid maakt be-
kend, dat volgens bericht van Hr. Ms. gezant
te Brussel de Belgische regeering op 27 Nov.
jl. een besluit heeft uitgevaardigd, waarbij de
invoerrechten verhoogd worden voor de arti-
kelen boter, en wel van 0.20 frs. tot 1.40 per
K.G.; margarine van 0.60 fr. tot 1 fr. per
K.G. en onbewerkte tabak van 240 tot 250
fr. per 100 K.G. Verder wordt ook bevroren
vleesch, dat tot dusver vrij van rechten was,
door een invoerrecht getroffen.
De hier bedoelde verhoogingen zijn onmid-
dellijk, d.w.z. op 27 Nov. in werking getreden.
REGELING VAN PACHT EN PACHT-
COMMISSIES.
Blijkens een nota naar aanleiding van het
eindverslag der Eerste Kamer inzake de
pachtwetten kan de voorgenomen reorgani-
satie, waarbij de belangen van den landbouw
zullen worden toevertrouwd aan een departe
ment van Economische Zaken en Arbeid, geen
reden vormen tot opschorting van de behan
deling dezer wetsontwerpen. Eerder zou de
op handen zijnde reorganisatie het naar het
oordeel van de ministers van Justitie en van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw wensche-
lijk maken, dat de verdere behandeling spoe-
dig plaats vindt.
NIET ROOKEN.
De correspondent der N. R. Crt. te Brussel
meldt, dat het rookverbod, op de spoorwegen,
sedert Juni 1930, zeer streng wordt toege
past. Het bedrag der door de treinconduc-
teurs onmiddellijk opgelegde en geinde geld-
boeten bereikt thans reeds 86.670 frank.
MEER OPTIMISME TE I'ARIIS.
De Mantsjoerijsche kwestie blijft schrijft
de N. R. Crt. zoo ingewikkeld als zij was,
maar in de kringen van den Raad van den
Volkenbond is men optimistischer geworden
omtrent de mogelijkheid van een spoedig en
betrekkelijk bevredigend einde van de raads-
zitting, en dat is niet meer het voorgewende
optimisme, waarmede men in het begin van
de week zoo gul is geweest.
De toestand in den Raad was dagenlang in
derdaad heel moeilijk. Het besluit van Octo
ber, dat slechts niet rechtsgeldig was gewor
den omdat Japan zijn stem eraan onthield
en besluiten bij een procedure volgens art. 11
van het handvest moeten immers met een-
parigheid van stemmen genomen worden
was tot een aanfluiting geworden. Dit be
sluit had Japan moeten voorschrijven dat op
16 November zijn troepen terug moesten zijn
binnen de spoorwegzone in Zuid Mantsjoerije.
(Ingez. Med.)
schen de heeren Hopper en Gibbs maar
zoo kort geduurd, dat Let hotel nog niet
den tijd gehad had om behoorlijk wakker
te worden. Behalve wat vage keuken-
geluiden, heerschte er overal nog diepe
rust.
Na een vlug raadplegen van de kamer-
nummers om 24, sloegen ze naar links af.
Geen twee meter de gang in kwamen ze
aan een deur met een matglazen boven-
stuk, waarop met groote, zwarte letters de
kennisgeving: „B A D." prijkte en waar-
achter geluiden opstegen, die niet alleen
vertelden van een vlijtige bewerking met
spons en water, maar tevens, dat de tijde
lijke bewoner zich aan pogingen. om met
niet al te luide, maar zeer opgewekte stem
een liedje te zingen, te buiten ging.
„Aha zei Peter, terwijl hij op de be-
wuste deur afschoot. Maar het geluk was
niet met hem en bijna dadelijk keerde hij
zich om. ,,Wat een pech, zeg Geen
sleutel."
,,Hindert niet," verklaarde Jane. ,,Als
't ons een beetje meeloopt zijn we het
hotel uit, voor hij uit zijn bad is... Zeven
en twintig... Acht en twintig... Ha!
Hier den hoek om.
Op dit punt boog de gang, onder een
stompen hoek, naar links af en liep nog
een meter of tien rechtuit verder. Het
einde vormde een hoog raam. Aan hun
rechterhand hadden ze de deur van kamer
29 en aan hun linkerhand die van kamer
30. Op de mat voor kamer 30 stonden
een paar groote schoenen met elastieken
zijstukken.
„DacJst ik 't niet", zei Peter met een
blik vol afgrijzen op de onschuldige klee-
dinastukken.
,,Wacht jij nu hier beval Jane. Of
nee ga liever daarachter staan." Ze
wees op een smalle maar hooge kast, die
rechts van Mr. Hopper's deur tegen den
muur van de gang stond. Anders loopen
we de kans, als hij op een gegeven oogen
blik de gang inkijkt, dat hij jou ziet. En
nu... zie ik er behoorlijk uit?"
Peter bekeek haar zeer nauwgezet en
niet zonder, inwendig, de noodige vol-
doening.
„Je ziet er buitengewoon uit, Jane
gaf Peter dan, met overtuiging, als z'n
meening te kennen. ,,Gewoonweg la reine
des reines uit de keuken. Maar nu zonder
gekheid, zeg Ik wou, dat je mij
..Vooruit, Peter. We hebben geen tijd,
om er nog langer over te praten. Als ik
je noodig heb, roep ik je wel."
Peter zag het vruchtelooze van verder
protesteeren in. Hij zuchtte en begaf zich
met looden schoenen naar zijn schuil-
plaats. Jane wachtte, tot hij zich behoor
lijk achter de kast verschanst had; dan
pakte ze de schoenen van de mat op,
klopte, bleef wachten tot een hooge,
nasale stem ,,ja riep, haalde diep adem.
draaide den knop om en stapte naar
binnen.
Kamer nummer 30 was, wat vorm en
meubilair betrof, een tweelingszuster van
nummer 24, met dit kleine verschil: num
mer 30 was geen scherm rijk. Mr. Hop
per stond, nu in pantalon en overhemd,
bij het raam en verrichte daar een han-
deling, waarbij een wijnglas en een groote
flesch met een veelkleurig etiket een
hoofdrol speelden. De aanwezigheid van
en rij medicamenterig uitziende flesschen
plus ettelijke zalfpotjes, pillen, doosjes en
tuben, legde er bewijs van af, dat de man
met den geitebaard niet alleen met zijn
gezondheid sukkelde, maar dat sukkelen
met energie en toewijding deed. Op een
tafeltje naast hem lag een voorwerp, dat
Jane, zoodra ze het zag, gretig een stap
vooruit deed doen: een lange dikke rol
keurig in bruin papier gepakt.
Toen ze binnenkwam keek Mr. Hopper
niet om, maar ging conscientieus door met
zijn taak: het afmeten van zooveel drop-
pels van een vies-uitziend vocht in een
wijnglas met water.
,,Zeg, Gibbs," begon hij met een opge-
wonden klank in zijn stem, ,,heb je Liver-
more's Longenwijn al es geprobeerd
Kan ik je aanraden, hoor t is uitste-
kend. Drie maal daags tien droppels in
een wijnglas met water" op dat oogen
blik viel de tiende druppel en kon hij zich
dus omkeeren. Hij zag zijn vergissing en
keek hoogelijk verbaasd.
Hallo Neem me niet kwalijk, kind.
Dacht, dat je iemand anders was.
,,Goeden morgen, meneer. zei Jane
beleefd.
,,Morge," wenschte Mr. Hopper haar
minzaam toe. Hij zette de flesch neer en
hief het glas, met een ouderwetsch, be
leefd gebaar naar haar kant, op. „Op je
gezondheid." Hij dronk het manmoedig
leeg, zette het neer en zuchtte lang en
diep. „Ziezoo, dat is voor de eerstkomen-
de vijf uur gedaan."
Hij likte zijn lippen tevreden af en mon-
sterde Jane met een blik, die naast vader-
lijke belangstelling een zekere bewonde-
ring inhield. „Je bent een nieuwe, he?
Ik geloof niet, dat ik je gezicht al eerder
gezien heb."
„Ja, meneer. 't Meisje dat u gister-
avond bediend heeft, is... voelde zich van-
morgen niet ,,goed
„0 nee Dat is onplezierig voor haar.
zei Mr. Hopper, een en al medevoelen.
,,Wat scheelt haar Misschien heb ik
hier iets, dat helpt." Hij gebaarde met
rechtmatigen trots naar het regiment fles
schen op den schoorsteenmantel. ,.Ik heb
hier voor alle kwalen watWat
heeft
voor
ze
(Wordt vervolgd.)