De heer VAN DRIEL betoogt. dat het, in
verband met den tegenwoordigen toestand
zeker aanbeveling zou verdienen, dezen post
met de belft te verhoogen. Hjj heeft in de af-
deelingsvergadering de motieven daartoe vol-
doende uiteengezet. Ieder kan toch wel
grijpen, dat een bedrag waarmede men m nor-
male tijden toekwam, nu niet toereikend zal
zijn. H\j zou het met 500 willen verhoogen.
Zou daarop bij den raad geen kans zijn
De heer VAN CADSAND verklaart zich
om ziin bekende principieele bezwaren tegen
dezen post; hij zou die willen doen verdwijnen,
ai moge hij daarin misschien alleen staan.
Wanneer stemming gevraagd wordt, zal hy
tegen stemimen.
De heer SCHEELE zal ook, indien er ge-
stemd wordt, tegen stemmen. Hij ziet de
noodzakelijkheid van hetgeen de heer Van
Driel vraagt niet in. Als elk zijn roepmg ge-
voelt, gelooft hij dat deze zaak heelemaal met
noodig is. In het afgeloopan jaar is er voor
de school aan de Jozinastraat, waar 230 kin-
deren ter school gaan, voor dat doel 15 ge
vraagd. Als aan alle scholen per kind gere-
kend geen hooger bedrag noodig was, hield
de commissie veel geld over.
De heer DE BAKKER zag deze post graag
verhoogd met f 1000. In een vergadering met
de hoofden van scholen die deze week gehou-
den werd, werd opgemerkt, dat er nu al jaar-
lijks een groot tekort was, zoodat men niet
de beschikking over de voile 1000 had.
De heer SCHEELE vraagt hoe dat zit.
De heer DE BAKKER vernam, dat, als de
subsidie ontvangen wordt, men daarop zit te
wachten om een paar honderd gulden van
net vorige jaar te betalen. Hij is gemachtigd
dat mee te deelen, want dat heeft hij eerst
gevraagd.
De heer SCHEELEDaaruit zou dan bly-
ken, dat de commissie gaat boven het tot hare
beschikking gestelde bedrag; daaruit zou
voor haar wel eens een moeiljjkheid kunnen
ontstaan, indien b.v. eens geen bedrag meer
werd beschikbaar gesteld.
De heer De BAKKER: Ja, maar wat
moeten de menschen er mee doen, als het
noodig is.
De heer VAN AKEN leidt uit een en ander
af, dat ze dan toch probeeren met het toe-
gekende bedrag toe te komen. Ze weten toch
ook, dat ze moeten toekomen en dan zou het
wel eens kunnen zijn, dat ze op een ge-
geven oogenbik zeggen „we scheiden er uit,
want er is niets meer". Als het moeiljjk was
om toe te komen, zou hij wel bereid zijn er
nog 500 bij te geven.
De heer COLSEN is daar ook voor.
De VOORZITTER merkt op, dat hij als
voorzitter der commissie, hierover wel de
noodige inlichtingen kan geven. Er wordt
jaarlijks voor f 1000 aan klompen en kleeding
gekocht. In het jaar '24 of '25 is het echter
mlsgeloopen, door het zeer laat ontvangen
eener rekening, waarop niet meer gerekend
was. Die werd in het nieuwe jaar ontvangen
en die kon uit de subsidie van het jaar die zij
betrof niet meer betaald worden. Zij is be-
taald uit de subsidie van het volgend jaar en
in de commissie is toen afgesproken, dat men
elk jaar een bedrag zou inhouden om dat
tekort ten slotte weg te werken. Het volgend
jaar zal men er wel van af komen. Hij ont-
raadt verhooging der subsidie, daar de be-
staande voldoende is. Er wordt getraoht aan
de aanvragen zooveel mogelijk te voldoen,
ofschoon men ook moet toezien want er
komen ook wel eens aanvragen van menschen
waarvan men zeggen kan: ze denken zeker
dat het er toch voor gegeven wordt. Ook op
de verstrekking van klompen moet wel eens
worden toegezien, vooral om na te gaan welk
gebruik de dragers er van maken.
Hij zou dezen post laten staan. Tegen hen
die principieele bezwaren hebben zegt hij: de
wetgever eischt, dat de kinderen op school
komen, zoodat het dan ook de plicht der over-
heid is om ten behoeve der kinderen die
wegens gemis aan kleeding en klompen van
de school zouden moeten wegbljjven tusschen-
beide te komen.
De heer DE BAKKER wijst er op, dat, aan-
gezien in 24 en '25 de 1000 werd overschre-
den, toch bleek, dat de behoefte grooter was,
terwijl men nu om dien achterstand in te
halen afneemt van de f 1000. Dan moet er
toch te weinig gegeven worden?
De VOORZITTER geeft te kennen, dat de
raad moet weten wat hij doet, maar hij moet
ontraden den post te verhoogen Hij wil niets
tekort doen aan de mededeelingen, gedaan
door een der hoofden van scholen, tegenover
den heer De Bakker, maar acht verhooging
niet noodig. Er is nu een jaar of vier, vjjf
gewerkt om dien achterstand weg te werken.
De heer DE BAKKER: Heeft u daardoor
niet tekort gedaan aan de kinderen?
De VOORZITTER had gehoopt, dat de heer
De Bakker deze vraag niet zou hebben ge
steld. Hij kan verzekeren dat aan de behoor-
lijke verzoeken steeds is voldaan kunnen wor
den. Alleen kan niet steeds aan verzoeken
om klompen worden voldaan, wanneer die
komen binnen den normalen tjjd, dat ze ver-
sleten kunnen zijn.
De heer DE BAKKER: Ziet u, daar heb je
het al!
De VOORZITTER: U moet niet uit het
oog verliezen, dat we ook opvoedend moeten
werken! De zaak marcheert goed.
De heer DE BAKKER wilde er tegen op
komen, dat een deel van de nu uitgetrokken
subsidie moet dienen om een tekort van voor-
gaande jaren te dekken.
272. Tegemoetkoming in of vergoeding
van de kosten van onderwijs als bedoeld in
art. 13, eerste lid, der lager onderwjjswet 1920.
200.
13. Middelbaar onderwijis.
Uitgaven
273. Kosten der gemeente hoogere burger-
scholen: (behalve vakscholen). f 25.
274. Kosten ter zake van verzekering, pen-
sionneering enz. van ambtenaren en beamb-
ten. 1.
275. Rente van geldleeningen ten laste
van hoofdstuk VIII 13 komende. 1610.
276. Aflossing van geldleeningen ten laste
van hoofdstuk VIII 13 komende. /3790.
277. Kosten van handelsonderwijs. /99.
278. Kosten van tuinbouwonderwjjs. /50.
279. Kosten van landbouwonderwjjs. f 50.
280. Subsidie aan het Rljk voor de oprich-
ting en instandhouding eener R H B S
f 3000.
281. Erfpacht van grond voor een speel-
terrein ten dienste van de R. H. B. S aan-
gelegd. f 300.
15. Nijverheidsonderwjjs.
Inkomsten
282. Bjjdragen van gemeenten in de kos
ten van soholen voor het nijverheidsonderwjjs.
f 4500.
283. Restitutie wegens bij afrekening ge-
bleken te veel betaalde subsidie voor scholen
voor het lager nijverheidsonderwjjs. Memorie.
Uitgaven:
284. Subsidie voor scholen voor het lager
nijverheidsonderwjjs. 13.500.
285. Bjjdragen aan gemeenten in de kos
ten van scholen voor het lager nijverheids
onderwjjs. f 100.
286. Bijdragen aan gemeenten in de kosten
van scholen voor het middelbaar nijverheids
onderwjjs. f 700.
16. Onderwjjs, kunsten en wetenschappen.
(niet vallende onder de 1 t/m 15).
Uitgaven
287. Kosten voor musea of openbare bi-
bliotheken. 200.
De heer DE BAKKER vraagt, of het ver-
strekken dezer subsidie wel noodig is. De
St. Vincentiusvereeniging bestrjjdt de kosten
harer bibiiotheek zelf.
De VOORZITTER merkt op, dat niemand
hierdoor tekort wordt gedaan.
De heer VAN CADSAND heeft ook aan-
merking op dezen post, hij wil ook opvoedend
te werk gaan en aangezien anderen hun pos-
ten kunnen dekken, behoort deze ondememing
dat ook te doen. Als men zoo iets wil m
standhouden moet men er zich opofferingen
voor getroosten.
Hjj wens oh t geacht te worden tegen te heb
ben gestemd.
288. Uitgaven voor volksfeesten. f 30.
289. Subsidien aan schouwburgen of mu-
ziekkorpsen. 450.
Op dezen post is uitgetrokken een subsidie
van 400 voor het muziekgezelschap „De
vereenigde werklieden" en 50 voor de zang-
vereeniging Polyhymnia'' te Sluiskil.
De heer SCHEELE wenscht op de door hem
ontwikkelde gronden geacht te worden tegen
dlezen post te hebben gestemd. Hij is niet
tegen instandhouding van het muziekgezel
schap, maar moet er bezwaar tegen maken,
dat wordt voortgegaan een groot deel van
ons volk te ergeren door het houden van op-
tochten met muziek op Zondag.
De heer DE JONGE moet daartegen op
komen en meent, dat ook andersdenkenden
des Zondags recht hebben op de openbare
straten en pleinen en ziet niet het minste
bezwaar tegen het maken van muziek in het
openbaar op Zondag. Hjj wjjst er op, dat ook
de Roomsch-Katholieken er evenzoo over den
ken en dan ook zelfs met medewerking van
hun geestelijkheid optochten organiseeren.
Hjj wjjst voorts ook nog op de bjjeenkomsten
die het Leger des Heils des Zondags in het
openbaar houdt, en welks officieren propa-
geeren, dat men vrooljjk naar den Heer moet
gaan. Het maken van muziek is toch niet
misdadig? Het gaat niet aan, dat sommige
partijen iets dat aan zoovelen genot schenkt,
trachten te sabotteeren? Het muziekgezel
schap heeft voor zjjn instandhouding die
400 hard noodig.
De heer SCHEELE heeft geen bezwaar
tegen het maken van muziek op Zondag, doch
heeft er wel bezwaar tegen, dat men er mede
op straat komt, die aan alle menschen be
hoort en die zich daar onbelemmerd moeten
kunnen bewegen. Door die handelingen wordt
de Zondagsstemming en de rust op den Sab
bath verstoord.
De heer VAN CADSAND vraagt, of inder-
tjjd aan de zangvereeniging te Sluiskil op
voorstel van den heer Colsen een subsidie
van 50 is verleend, op voorwaarde dat ze 2
keer per jaar een uitvoering zouden geven
in Ter Neuzen.
De VOORZITTER: Zoo is het niet, de voor
waarde werd gesteld, dat ze tweemaal in het
publiek een uitvoering zouden geven.
De heer VAN CADSAND zal er de notulen
eens op nazien.
De heer VAN DOESELAAR is bestuurslid
der zangvereeniging en weet er dus iets van.
De subsidie is verleend in verband met de
vergoeding vdor lokaalhuur die de vereeniging
moet betalen, sinds ze uit het schoollokaal
verbannen is. Er is geen voorwaarde aan ver-
bonden.
De VOORZITTER: Dan is dit ook in het
reine.
De heeren VAN AKEN en VAN CAD
SAND wenschen ook aanteekening dat zij
tegen dezen post stemmen.
Hoofdstuk IX.
Ondersteuning aan behoeftigen en werkloozen.
1. Ondersteuning aan behoeftigen.
Inkomsten
290. (Bijdragen van particulieren in de
kosten van verpleging van arme krankzinni-
gen. 1114.
291. Ouderdomsrente van voor rekening
der gemeente verpleegde krankzinnigen. Me
morie.
292. Invaliditeitsrente van voor rekening
der gemeente verpleegde krankzinnigen. 220.
293. Verhaal van pensioensbjjdragen. f 94.
294. Terugontvangst van het burgerlijk
armbestuur van de pensioensbjjdragen, ver-
schuldigd voor ambtenaren en beambten dier
instelling. f 75.
Uitgaven
295. Belooning van doctoren, heelmeesters,
vroedmeesters, vroedvrouwen enz. 3750.
De heer COLSEN informeert naar de op-
lossing der vacature van geneesheer te Sluis
kil.
De VOORZITTER: Er zal een oproeping
worden gedaan.
296. Kosten van overbrenging, plaatsing
en verpleging van arme krankzinnigen. f 9880.
297. Subsidie Burgerljjk Armbestuur.
28000.
De heer HAMELINK merkt op, dat op deze
begrooting de jaarwedde van den secretaris
van dat college 100 hooger is uitgetrokken.
Hjj meent dat het niet op den weg van het
burgerljjk armbestuur ligt, dat salaris op te
voeren en dat dit behoort aan den gemeente-
raad die den functionaris benoemt. Indien het
college zulks had willen bevorderen, dan had
het dit afzonderljjk aan den raad in overwe-
ging moeten geven, die zich dan daarover kon
uitspreken.
De heer VAN DRIEL verklaart dat zjjn
fractie dit ook heeft opgemerkt, doch er is
aan deze zaak een geschiedenis verbonden en
men heeft zich toen op het standpunt gesteld,
zich met het interne van het college maar niet
te bemoeien. De verhooging schjjnt gebaseerd
te zjjn op meerdere werkzaamheden en hjj
stelt zich op het standpunt, dat een arbeider
zijn loon waard is.
De VOORZITTER deelt den heer Hamelink
mede, dat het niet de bedoeling is, de begroo
ting van het armbestuur thans reeds af te
handelen, die komt nader aan de orde, zoodat
de raad zich dan over dien post nog altjjd kan
uitspreken.
298. Kosten ter
pensionneering enz.
ambten. 620.
299. Plaatsen van advertentien. /15.
300. Contributie aan het centraal archief-
en inlichtingenbureau in zake maatschappe-
ljjk hulpbetoon voor Nederland. 10.
301. Subsidie aan de vereeniging ,,Hu1d in
Nood". 50.
302. Belooning voor de bereiding van ge-
neesmiddelen voor de geneeskundige armen-
verzorging. /920.
2. Ondersteuning aan werkloozen.
Inkomsten
303. Bjjdrage van het rijk in de kostea
van steunverleening aan werkloozen. f 17500.
Uitgaven
304. Steun aan werkloozen. f 35.000.
305. Rente van geldleeningen ten laste van
hoofdstuk IX 2 komende. /1915.
306. Aflossing van geldleeningen ten laste
van hoofdstuk IX 2 komende. f 1540.
307. Toelage aan de commissie voor werk-
verruiming voor Zeeuwsch-Vlaanderen. 5.
308. Kosten vallende op werkverruiming.
f 1500.
zake van verzekering,
van ambtenaren en be-
Hoofdstuk X.
Landbouw.
Uitgaven
309. Subsidie aan het comite inzake be-
studeering en bestrijding der iepenziekte. f 25.
Hoofdstuk XI.
Handel en nijverheid.
Inkomsten
310. Bjjdrage van het rijk in de belooning
van den correspondent der arbeidsbemidde-
ling. f 2140.
311. Verhaal van premien ingevolge de
ziektewet. f 105.
Uitgaven
312. Subsidien voor openbare middelen
van vervoer. f 1610.
313. Subsidie aan werkloozenkassen. f 4500.
314. Kosten van de districtsarbeidsbeurs
en van de intereommunale arbeidsbemidde-
ling. 4300.
315. Kosten ter zake van verzekering, pen
sionneering enz. van ambtenaren en beomb-
ten. 485.
316. Kosten van doorloopende openstellmg
van telefoonkantoren. 1150.
317. Kosten van verzekering tegen brand-
schade en stormschade van het kantoor der
arbeidsbeurs. 5.
Hoofdstuk XII.
Belastingen.
Inkomsten
318. Uiitkeering van het bijk wegens
hoofdsom der grondbelasting op de gebouwde
eigendommen. f 12.500.
319. Uitkeering van het rijk wegens hoofd
som der grondbelasting op de ongebouwde
eigendommen. f 5900.
320. 80 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting op de gebouwde eigendommen.
13.700.
321. 20 opcenten op de hoofdsom der
grondbelasting op de ongebouwde eigen
dommen. 1500.
322. Hoofdsom der personeele belasting.
34.000.
323. 50/85 opcenten op de hoofdsom der
personeee belasting. 23.000.
324. Uitkeering van het rjjk wegens 48
opcenten op de hoofdsom der dividend- en
tantiemebelasting. j 1000.
Uitgaven
325. Kosten van toezicht op en invorde-
ring van plaatseljjke belastingen. /415.
326. Teruggave van belasting. 50.
327. Uitkeering aan het rjjk van het aan-
deel in de kwade posten, wegens de directe
belastingen. f 3500.
328. Belooning der schatters en herschat-
ters van de huurwaarden der localiteiten,
waarvoor vergunning voor den verkoop van
sterken drank in het klein is verleend. /40.
De heer DE BAKKER zou die post willen
schrappen; hjj ziet niet in dat die schatter
noodig is; burgemeester en wethouders zjjn
daarvoor zelf mans genoeg!
De VOORZITTER: Daarvoor moet iemand
worden aangewezen.
De heer DE BAKKER: Nou, mjj ljjkt die
post niks.
329. Kosten ter zake van verzekering, pen
sionneering enz. van ambtenaren en beamb
ten. f 36.
Inkomsten
330. 80 opcenten op de hoofdsom der ge-
meentefondsbelasting. 49.000.
331. Belasting wegens classificatie der
gemeente (gemeentefondsbelasting). 74.000.
332. Zuivere opbrengst der belasting naar
het inkomen over vorige belastingjaren.
Memorie.
333. Gewetensgeld. Memorie.
334. Belasting op de honden. f 1500.
335. Oninbaar geleden belasting, welke
alsnog is geind. Memorie.
336. Opbrengst van het vergunningsrecht
wegens verkoop van sterken drank in het
klein. f 1300.
337. Opbrengst van waarschuwingen en
aanmaningen. 165.
338. Verhaal van pensioensbjjdragen. 7.
3. Woningbedrjjf.
Inkomsten
339. Uitkeering van het bedrjjf. 8314,63.
340. Bjjdrage van het Rjjk krachtens arti-
kel 38, 3e lid, der Woningwet. 2448,65.
Uitgaven
341. Kosten ter zake van verzekering, pen
sionneering enz. van ambtenaren en beamb
ten. 42.
342. Uitkeering aan het bedrjjf. f 3265.
343. Annuiteiten van geldleeningen ten
laste van hoofdstuk XIII 3 komende. 7480.
344. Bjjdrage aan hoofdstuk VH van den
kapitaaldienst tot het herkrjjgen van ver-
vreemde kapitalen. 78,78.
345. Bjjdrage aan hoofdstuk VH van den
gewonen dienst wegens derving van rente
van vervreemde kapitalen. 552,50.
Hoofdstuk XIV.
Kasvoorzieningen.
Inkomsten
346. Teruggave van het rjjk. 100.
347. Teruggave van voorschotten, aan
ambtenaren verstrekt voor het doen van uit
gaven ten behoeve van de gemeente. 1010.
Uitgaven
348. Voorschotten ten behoeve van het
rjjk. S100.
349. Voorschotten aan ambtenaren der ge
meente, ten einde daaruit voorloopig kleine
betalingen ten behoeve der gemeente te doen.
1010.
HOOFDSTUK XV.
Overige inkomsten en uitgaven.
Inkomsten
350. Verantwoording van het verschil tus-
schen de v66r 1 Januari 1933 ontvangen op
brengst van de opcenten op de gemeentefonds
belasting over het belastingjaar 1932/1933 en
het ter zake op hoofdstuk XII verantwoorde
bedrag. Memorie.
351. Verantwoording van het verschil tus-
schen de v6<5r 1 Januari 1933 ontvangen op
brengst van de belasting wegens de classifi
catie der gemeente (gemeentefondsbelasting)
over het belastingjaar 1932/1933 en het ter
zake op hoofdstuk XII verantwoorde bedrag.
Memorie.
352. Verhaal van bjjdragen voor inkoop
van pensioen ten behoeve van het Rjjk. 48,11.
Uitgaven
353. Overboeking naar den dienst 1933
van het verschil tusschen de v66r 1 Januari
1933 ontvangen opbrengst van de opcenten op
de gemeentefondsbelasting over het belasting
jaar 1932/1933 en het ter zake op hoofdstuk
XII verantwoorde bedrag. Memorie.
354. Overboeking naar den dienst 1933 van
het verschil tusschen de v66r 1 Januari 1933
ontvangen opbrengst van de belasting wegens
de classificatie der gemeente (gemeentefonds
belasting) over het belastingjaar 1932/1933
en het ter zake op hoofdstuk XII verant
woorde bedrag. Memorie.
355. Betaling aan het Rjjk van verhaalde
bjjdragen voor inkoop van pensioen. 48,11.
Hoofdstuk XVI.
Onvoorziene uitgaven.
356. Onvoorziene uitgaven. 6477,56.
De VOORZITTER merkt op, dat deze post
met 100 moet verminderd worden in ver
band met de toelage voor de kick te Sluiskil.
KAPITAALDIENST.
Hoofdstuk I.
Vroegere diensten.
Inkomsten
357. Batige sloten van den kapitaaldienst
der laatst-jvastgiesteldjs rekening, voor zoo-
verre daaraan niet reeds eene bestemming is
gegeven. f 97,57.
Hoofdstuk III.
Openbare veiligheid.
Inkomsten
358. Bjjdrage van hoofdstuk III van den
gewonen dienst. Memorie.
Hoofdstuk VI.
Openbare werken.
Inkomsten
360. Bjjdrage van hoofdstuk VI van den
gewonen dienst. f 3000.
361. Storting van het op het spaarbank-
boekje bij de Coop. Boerenleenbank uitstaand
bedrag voor vorming van een wegenfonds.
680.
Uitgaven
362. Kosten van den aanleg van straten
en wegen. Memorie.
Hoofdstuk VII.
Eigendommen, niet voor den openbaren
dienst bestemd.
Inkomsten
363. Batig slot overgebracht van hoofd
stuk I. Memorie.
364. Opbrengst van den verkoop van
gemeente-eigendommen. f 10.200.
365. Ontvangsten wegens uitloting en
conversie van effecten. 10.000.
366. Bijdragen van de volgende hoofdstuk-
ken van den gewonen dienst tot het herkrjj
gen van vervreemde kapitalen. 4.078,78.
Uitgaven
367. Aankoop van rentegevend goed.
24.078,78.
367a. Terugbetaling van gelden bjj ver
koop van gemeenitegrond. 200.
Hoofdstuk VIII.
Onderwijs, kunsten en wetenschappen.
Inkomsten
2. Openbaar gewoon lager onderwijs.
368. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI. Memorie.
368a. Bjjdrage van hoofdstuk VIII i 2 van
den gewonen dienst. f 800.
Uitgaven
369. Kosten van stichting, uitbreiding,
verbouwd of verandering van inrichtlng van
gebouwen en van aankoop en inrichting van
terreinen voor het onderwijs in lichameljjke
oefening. 800.
4. Openbaar uitgebreid lager onderwjjs.
Inkomsten
370. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI. Memorie.
370a. Bjjdrage van hoofdstuk VHI 4 van
den gewonen dienst. 500.
Uitgaven:
371. Kosten van stichting, uitbreiding, ver-
bouw of verandering van inrichting van ge
bouwen en van aankoop en inrichting van
terreinen voor het onderwijs in lichameljjke
oefening. 500.
7. Bijzonder gewoon lager onderwjjs.
Inkomsten
372. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI. Memorie.
Uitgaven
373. Kosten van stichting, uitbreiding, ver-
bouw of verandering van inrichting van ge
bouwen en van aankoop en inrichting van
terreinen voor het onderwijis in lichameljjke
oefening. Memorie.
9. Bjjzonder uitgebreid lager onderwijs.
Inkomsten
374. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI. Memorie.
Uitgaven:
375. Kosten van stichting, uitbreiding,
verbouw of verandering van inrichting van
gebouwen en van aankoop en inrichten van
terreinen voor het onderwijs in lichameljjke
oefening. Memorie.
Hoofdstuk XIH.
Bedrijven.
3. Woningbedrjjf.
Inkomsten
376. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI.. Memorie.
Hoofdstuk XVI.
Geldleening.
Inkomsten
378. Geldleening. Memorie.
Uitgaven
379. Kosten van het sluiten van geldlee
ningen. Memorie.
380. Buitengewone aflossing van geldlee
ningen. Memorie.
381. Kosten van vervroegde aflossing en
conversie van geldleeningen. Memorie.
Het eindcjjfer van den gewonen dienst be-
loopt 247.165,56 en dat van den kapitaal
dienst 3680,
Voor zoover daarbjj niets anders is vermeld,
zjjn de posten aangenomen met algemeene
stemmen.
De begrooting wordt vastgesteld met alge
meene stemmen.
In verband met de vaststelling der begroo
ting komen thans nog aan de orde:
a. Een voorstel van burgemeester en wet
houders tot vaststelling van de
VERORDENING op de heffing van
opcenten op de gemeentefondsbelasting
in de gemeente Ter Neuzen.
Artikel 1.
Er zullen jaarljjks, met ingang van het
belastingjaar 1 Mei 1932 tot en met 30 April
1933, ten behoeve dezer gemeente, op de
hoofdsom der gemeentefondsbelasting worden
geheven tachtig (80) opcenten.
Artikel 2.
De opcenten worden niet gegeven op de
aanslagen van hen, die binnen het Rijk geen
vaste woonplaats hebben.
Artikel 3.
De invordering geschiedt overeenkomstig de
verordening van heden.
Artikel 4.
Deze verordening wordt herzien zoodra de
gemeente voor de heffing der gemeentefonds
belasting wordt gerangschikt in een andere
dan de tweede klasse.
De heer VAN AKEN vraagt, of het met
eenige zekenheid is vast te stellen of die 80
opcenten noodig zjjn en of niet met 75 zou
kunnen worden volstaan. Het is niet noodig,
dat er groote overschotten zjjn, want dan ge-
ljjkt het alsof het er met de financien roos-
kleurig voor staat.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat de
wethouder van financien deze zaak nauwkeu-
rig onder de oogen heeft gezien en burge
meester en wethouders naar aanleiding van
zijn onderzoek tot de conclusie moestea
komen, dat inderdaad een heffing van 80 op
centen noodig is.
De heer SCHEELE bevestigt dit; hij wijet
er op, dat ook Vele inkomens achteruit zjjn
gegaan,, en dat geheel het vroeger goed slat
thans is opgeteerd aan bijzondere werken.
Het voorstel wordt met algemeene stem-
men aangenomen.
b. Voorstel van burgemeester en wethou
ders om aan te houden het adres van de
Woningbouwvereeniging „Werkmansbelang",
houdende verzoek gronden te willen beschik
baar stellen voor den bouw van arbeiderswo-
ningen en het garandeeren van de rente en
aflossing der door haar ten behoeve daarvan
aan te gane leeningen.
Rlijkens hun toelichting wenschen burge
meester en wethouders af te wachten wat
van particuliere zijde op het gebied van de
voorziening in de volkshuisvestipg zal worden
verricht.
In verband met dit voorstel, is van den ad-
ministrateur der Woningbouwvereeniging het
volgend schrijven ontvangen:
Ondergeteekende heeft de eer UwEd. Achtb.
College te berichten, dat het Bestuur der
Woningbouwvereeniging „Werkmansbelang"
hem in zjjn op 23 dezer gehouden vergadering
heeft opgedragen het volgende onder Uwe
aandacht te brengen:
dat, zooals reeds in de conferentie met het
Dageljjksch Bestuur der gemeente en raads-
leden op 8 April 1.1. breedvoerig is medege-
deeld, en bevestigd in ons adres aan Uw Col
lege het bestuur zich verplicht heeft gezien
ernstige pogingen aan te wenden om te voor-
zien in de behoeften der volkshuisvesting,
daar, aangezien het particulier inltiatief zich
bleef onthouden van het aanbouwen van
arbeiderswoningen voor verhuring, de woning-
nood, zooals uit de aan Uw College overge-
legde gegevens bljjkt weer zeer groot is ge-
worden;
dat het juist met het oog op dien grooten
nood voor het Bestuur een teleurstelling is,
dat in strjjd met daaromtrent in openbare
raadszitting gedane toezegging, eene beschik
king op het verzoek om medewerking te ver-
leenen dat de vereeniging door verderen aan-
bouw aan dien nood kan tegemoetkomen zoo
geruimen tjjd op zich heeft laten wachten;
dat die teleurstelling nog grooter is, nu
bljjkt, dat het voorstel van het college van
burgemeester en wethouders aan Uwe verga
dering strekt om eene beslissing op het ver
zoek nog verder te verdagen tot <jen loop van
het volgend jaar;
dat dit voorstel wel wordt gedaan op grond
van de overweging dat inmiddels van parti
culiere zijde voldoende in de behoefte aan ar
beiderswoningen zal worden voorzien, doch
dat ons Bestuur de verwachtingen van bur
gemeester en wethouders in dat opzicht niet
kan deelen;
dat immers in het voorstel de verwachting
wordt uitgesproken dat binnenkort 40 arbei
derswoningen zullen zjjn gebouwd, waaronder
evenwel 20 betere woningen, voor beter gesi-
tueerden, en als gevolg daarvan de verwach
ting wordt uitgesproken dat die betere wonin
gen door beter gesitueerde huurders van wo
ningen onzer vereeniging zullen worden be-
trokken, en daarin alzoo ruimte zal komen.
dat deze uitgesproken verwachting echter
moet berusten op een misverstand of op door
deroen aan burgemeester en wethouders ver-
strekte onjuiste mededeelingen, aangezien,
behoudens misschien 66n uitzondering die
dusgenaamde beter gesitueerden die de wonin
gen onzer vereeniging zouden wenschen te
verlaten om een duurdere woning te betrek-
ken daarin thans niet meer wonen, en het
bouwen van die 20 betere woningen dus geen
ruimte voor de volkswoningen kan doen ver-
wachten
dat het Bestuur meende den raad hiervan
mededeeling te moeten doen, opdat deze zjjn
oordeel zal kunnen uitspreken met kennis van
de juiste feiten;
dat ondertusschen het langdurig uitstel met
het nemen eener beslissing op het verzoek,
voor de voorziening in de volkshuisvesting
toch reeds tot betreurenswaardige gevolgen
zal leiden, aangezien de plannen zijn ontstaan
in een voor het stichten van woningen zeer
gunstigen tijd, doch dat het veranderd aspect
van de geldmarkt doet vreezen, dat, indien
daartoe in de toekomst moet worden overge-
gaan, weer beduidend hoogere uitgaven met
als gevolg bijdragen uit de openbare kassen
zullen noodig zijn.
De heer VAN DEN BULCK merkt op, dat
er bjj de woningbouwvereeniging nog onge-
veer 85 gezinnen voor een woning ingeschre-
ven staan en dat het daarom wel wat vreemd
is, dat, gezien dien nood, burgemeester en
wethouders voorstellen om het verzoek nog
aan te houden. Hij gelooft dat er wel degeljjk
aanleiding is, om de vereeniging in de gele-
genheid te stellen haar werk voort te zetten.
Er moeten nu meerdere gezinnen bjj elkaar
inwonen en dat is een onhoudbaren toestand.
Hjj zou daarom gunstig op het verzoek willen
besohikken.
De heer VAN DRIEL wjjst er op, dat er
ook te Sluiskil nog woningbehoefte is; naar hjj
vernam staan er daar ook nog 25 gezinnen
ingeschreven.
De heer DE BAKKER meent, dat het t-banH
met de woningvoorziening in een goede rich-
ting zal gaan, nu de particuliere bouwers in
de behoefte gaan voorzien, en ziet hjj er van
af, om aan de woningbouwvereeniging voor
verderen aanbouw steun te verleenen. De
tjjden zijn slecht en zoolang het slecht bljjft,
is het zeer riskant. En als er een tekort
dreigt, moet de gemeente het betalen. Hjj zou
er daarom niet zoo vlug mee willen zjjn, om
op het adres in te gaan.
Er is nu een plan voor woningvoorziening
van andere zijde ingediend; zoo even is het
stratenplan goedgekeurd en kan met bouwen
worden begonnen. Hjj voorziet, dat de woning-
bouwvereenigingvoor de gemeente toch al een
strop zal worden en als de tijd zoo bljjft, kun
nen de menschen de huur niet opbrengen.
Hjj zou daarom zelfs het verzoek niet willen
aanhouden.
De heer SCHEELE geeft te kennen, dat wel
gebleken is, dat de leden van dit college in
zijn meerderheid in mindere of meerdere mate
sympathiek staan tegenover de oplossing der
woningvoorziening, zooals de vereeniging die
zich voorstelt. Er is nu echter een wjjziging
in den toestand gekomen, daar er een verzoek
is van de N.V. Handelmaatschappjj voor stra-
tenaanleg, die daar wil beginnen arbeiders
woningen te bouwen. Deze geeft reeds 10
woningen aanbesteed en heeft toegezegd daar-
mede voort te willen gaan. Onder de huidige
omstandigheden gelooft hjj daarom dat het
voor het oogenblik goed gezien is een beslis
sing op het verzoek op te schorten en eens af
te wachten hoe het met de voorziening van
andere zijde loopen zal.
De heer HAMELINK wijst er op, dat de
arbeidende bevolking niet alleen wordt ge-
drukt door een normaal woningtekort, doch
dat als gevolg van dat tekort verschillende
woningen ook tegen abnormaal hooge prjjzen
kunnen worden verhuurd, hetgeen voor velen
ook een bezwaar is. Het is daarom ook een
bezwaar, dat de woningvoorziening geheel in
particuliere handen zou komen, omdat die
particulieren, zoodra er eenige ruimte zou
komen, den bouw stop zullen zetten, teneinde
de markt hoog te houden. Men dient daarom