ALGEMEEN HIEUWS- F.N APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
EEN DAG RIDDER
^JPIRIN dewereld
Jaar lang
NTo 8737
Ligger Wegen en Voetpadan.
Verkeersovertredingen.
P 8 PILLKTOM,
BINNENLAND.
BUITENLAND.
n.
De Zwarte Lieve Vrouw
UZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post 1,80 per 3 maanden Brj voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgcefster: Firma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer S
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentlen bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrrjgbaar Is. Inzending van advertentien liefst efen dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAO-, WOENSDAG- en VKIJDAGAVOND.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
ZAAMSLAG maken bekend:
dat van 28 September 1931 tot en met 27
October 1931 in het gemeentehuis kosteloos
voor een ieder ter inzage zal worden neder-
gelegd een door Burgemeester en Wethouders
opgemaakte ontwerp-wijziging van den lig
ger der wegen en voetpaden in deze gemeente
met de daarbij behoorende kaart.
Binnen vorengenoemde termijn kunnen bij
den Raad dezer gemeente schriftelijk bezwa-
ren tegen de wijziging worden ingebracht.
Zaamslag, den 21sten September 1931.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
JOH. DE FEIJTER Pzn, Burgemeester.
J. STOLK Lzn, Secretaris.
Thans zijn de bestuurders van rij- en voer-
tuigen aan de beurt. Deze komen er in het
motor- en rijwielreglement nogal gemakke-
l(jk af.
Onder rij- en voertuigen zijn te verstaan
behalve rijtuigen, bespannen wagens en kar-
ren, handkarren en dergelijke.
Evenals de fietsen moeten voertuigen des
avonds van een lantaam en een reflector
voorzien zijn; waar echter voor het rijwiel
niet bepaald is, wa&r de lantaam moet zijn
aangebracht, is dit bij de voertuigen wel het
geval. De lantaam namelijk vddraan aan de
linkerzijde van het voertuig, of als er lading
uitsteekt, v66raan de linkerzijde van het
meest uitstekende deel van de lading. De lan
taam mag geen gekleurde zijglazen hebben.
Een reflector (eventueel een rood lichtje)
behoort er aan de linkerachterzijde te zijn, of
als de lading uitsteekt achter aan het meest
uitstekende deel. Indien men zich het vrease-
ljjk ongeluk herinnert dat eenige jaren ge-
leden overkomen is aan den auto-bestuurder
die des nachts brj het achterop rij den van een
wagen, als het ware gespietst is door een
paar palen die van achteren buiten de kar
uitstaken en waaraan geen reflector of rood-
lichtje bevestigd was, dan zal men inzien
dat een oogenschijnlijk weinig beteekende be-
paling als deze wel zin heeft.
Aan voertuigen die den bestuurder het uit-
zicht op het links achterliggend gedeelte van
den weg belemmeren, moet een spiegel be
vestigd zijn, tenzij deze bezwaarlijk aan het
voertuig kan worden aangebracht of beves
tigd blijven (b.v. een hooiwagen).
Verder komen in het Provinciaal Reglement
op de Wegen en Voetpaden voor de geleiders
nog eenige bepalingen voor ten aanzien van
hun voertuigen b.v. over de maximum breedte
en de wijze van aaneenkoppeling bij het rijden
met twee wagens achter elkaar, doch het zou
te veel plaatsruimte nemen hierover verder
uittewijden.
Dan komen we aan de bestuurders van
motorrijtuigen. De wet kent namelijk geen
,,motorfietsen" en „auto's", maar spreekt
over motorrijtuigen op twee, drie en vier wie-
len- Welnu, aan de bestuurders van motor
rijtuigen heeft de wet terdege aandacht be-
steed. De administratieve en technische voor-
schriften voor bestuurders van motorrijtuigen
beslaan het grootste deel van wet en regle
ment.
Van de administratieve bepalingen noem ik
b.v. het voorzien zijn van rij- en nummerbe-
wijzen, die hun geldigheid niet verloren mogen
hebben; het aan de v66r- en achterzijde van
het motorrijtuig bevestigd hebben van num-
door
K. R. G. BROWNE.
2)
Vervolg.
Voor hem lag een kleine baai, geflan-
keerd door hooge, witte klippen. Een
smal strand hield het Kanaal gescheiden
van een vrij breede strook ruig grasland,
waarop een half dozijn zomerhuisjes van
verschillende afmetingen stonden. De
stem van de zee vervulde de stille, warme
lucht met lokkende geluiden, en een regi
ment zeemeeuwen manoeuvreerde boven
Peter s hoofd in de heldere lucht, maar
nergens was er van menschelijke activi-
teit, in welken vorm ook, een spoor te
bekennen. Een vredig, typisch-zomersch
tafreel; een tafreel, dat het hart van
iederen man, die zijn dagen in het oor-
verdoovende rumoer van een groote stad
doorbrengt, moest goed doen, tot tevre-
denheid moest stemmen. Maar het hart
van Peter Quentin Cardinal voelde zich
op dat oogenblik albsoluut niet g<
daan, of tot tevredenheid gestemd.
..O, verdikkie!" zei Peter.
Niets is zoo irriteerend als het weten
dat je een fout gemaakt hebt, waarvoor
je onmogelijk iemand anders de schuld
kan geven. Met het onomstootelijke be-
wijs voor zijn incompetentie als raad-
pleger van kaarten in handen of beter,
voor oogen, zou Peter er veel, zeer veel
voor g eg even hebben, als hij een zonde-
bok in de buurt gehad had. Maar zelfs
merplaten, die wat plaatsing, vorm en kleur
betreft moeten voldoen aan verschillende ver-
eischten. Dit is nu in een paar woorden ge-
zegd, maar de ingewijden weten wat er aan
vast zit, vddrdat men hieraan werkelijk vol-
daan heeft. Hoe licht wordt niet b.v. een
rijbewijs vergeten. Als ik U een raad mag
geven, leg dan een aparte portefeuille aan,
waar alle paperassen in kunnen en geef de
portefeuille een vast en veilig plaatsje in uw -
wagen. i.
De techniek is echter geenszins achter ge-
steld bij de administratie. Men vindt er
voorschriften over de remmen, het voorzien 1
zijn van een spiegel, de afwerking van gas- I
sen, het geven van signalen en de wijze van j
verlichting.
Wat de remmen betreft is voorgeschreven
dat er minstens twee en wel onafhankelijk
van elkaar werkende remmen moeten zijn,
waarmede de motorfiets of de auto direct tot
stilstand is te brengen. Aan een auto zitten
in den regel wel twee remmen, maar bij tal-
looze controles is gebleken, dat de wagen
niet binnen een normale afstand tot stilstand
was te brengen. Gezien het steeds toene-
mende verkeer is het hebben van goede rem
men geen overdreven eisch.
Het geven van signalen mag in de bebouw-
de kom slechts geschieden met een hoorn
(voor twee- en driewielers met een schellen,
voor vierwielers met een zwaren toon). Bui
ten de bebouwde kom zijn ook sirene, de fluit
en de claxon toegestaan.
Over de verlichting het volgende: tweewie-
lers van voren 6dn lantaam en aan de ach
terzijde een rood lichtje of een reflector;
motor met zijspan en auto's aan de voorzijde
twee lichten en aan de linkerachterzijde een
rood licht. Tevens moet het links aan de
achterzijde bevestigde nummerbord wit ver-
licht zijn; het roode en witte licht kunnen
echter zonder bezwaar gecombineerd zijn,
zooals bij de moderne auto's in den regel het
geval is. Wat de sterkte aangaat, de voor-
verlichting moet helder zijn, maar mag bin
nen de bebouwde kom en bij het tegenkomen
van een anderen weggebruiker in geen geval
verblindend zijn.
Ben ik nu aan een eind? Geenszins, er
volgen nog talrijke bepalingen b.v. wanneer
een motorrijtuig ingeschreven moet worden
en verder over aanhiangwagens, maar deze
bepalingen hebben slechts belang voor een
klein gedeelte der weggebruikers.
In een slotartikel hoop ik enkele fundamen-
teele verkeersregels aan te stippen.
v. W.
DE KONINGIN TE AMSTERDAM.
In verband met de verscherping van de
moeilijke economische omstandigheden, waar-
door alle lagen van de bevolking worden ge-
troffen, heeft de Koningin besloten, af te zien
van haar voornemen, gedurende haar verblijf
in de hoofdstad feestelijke ontvangsten ten
paleize te doen plaats hebben, zoodat het
avondfeest en de officieele maaltijden niet
zullen doorgaan.
het Groote Kleedingmagazijn voor
HEEREN en KINDEREN
is wederom het
GOEDKOOPST dezen WINTER
Rijke keus, Schoonste snede
Zuivelbrug 7 - GENT.
Er is maar 66n ingang, die is juist a. d. Brag.
(Ingez. Med.)
i-jju. J »*r-irs.
die schrale troost gewerd hem niet. Dus
bleef hij een poos onbewegelijk zitten,
bekeek 't vredige zee-landschap met ge-
metelijke oogen en vertelde den zee
meeuwen alles, wat hem op dat oogenblik
aan vriendelijiks over het onderwerp
kaarten en auto's te binnen schoot. Maar
daar hij hiermee geen stap verder kwam
verder in de richting van een eet- en
drinkgelegenheid begreep hij dat er
niets anders op zat dan om te keeren,
naar den hoofdweg terug te rijden en het
opnieuw te probeeren. Toen hij uitgepraat
begon te raken, besloot hij dus dit te
doen.
Maar toen hij op den zelfstarter druk-
te, kwam hij tot de ontdekking, dat de
Wonder' het in dezen niet met hem eens
was. Nu ze eenmaal stil stond, voelde ze
er blijkbaar niets voor om weer in bewe-
ging te komen, en dus weigerde ze perti
nent om het te doen. Peter bedrukte den
electrischen starter tot de batterij den
geest gaf, hij bewerkte het handle tot de
rechter-achterknoop van zijn bretel voor
nog langer-dienst-doen bedankte; hij
goochelde met de ontsteking, met den
carburator, met alles, waarmee maar
eenigszins te goochelen viel. Alles te ver-
geefs. De Wonder" bleef even onbe-
weeglijk en onbewogen als de Matterhorn
en even weinig toegankelijk voor een
overredend woord als een juffrouw van
de telefooncentrale; het leek werkelijk on-
gelooflijk, dat een auto, die er zoo leven-
ioos uitzag, werkelijk eenmaal gereden
kon hebben.
Zoo verstreken de minuten. Peter
raakte, wat zijn geduld, lichaamskracht
en woordenrijkdom betreft, op hetzelfde
oogenblik uitgeput, richtte zich met een
pijnlijk gezicht op en veegde zich ver-
moeid het zweet van het oververhitte
EEN RIEGEERINGSMEDEDEELING
INZAKE WEKJKVERSCHAFFING EN
STEUN VERLEENIN G.
De minister van binnenlandsche zaken en
landbouw heeft besloten, aan de besturen van
de gemeenten, welke voor toekenning van
subsidie ten behoeve van de steunverleening
en de werkverschaffing in aanmerking komen, j
in verband met de voorloopige toezegging,
welke in de afgeloopen maanden is gedaaa,
den volgenden brief te doen toekomen:
's Gravenhage, 21 September 1931.
Aan B. en W. der gemeente
Tot nu toe is voor uwe gemeente niet vast-
gesteld, hoe groot de rijksbijdrage ten be
hoeve van de werkverschaffing/oteunverlee-
ning na 2 Mei 1931, zal zijn.
Ik heb thans in beginsel besloten, deze bij-
drage in het algemeen te bepalen op pro-
cent. Ik moet mij evenwel voorbehouden, ten
aanzien van bijzondere werkverschaffingsob-
jecten een ander percentage vast te stellen.
Opdat duidelijk blijke hoe de regeering het
vraagstuk van de werkloozenzorg ziet, acht
ik mij verplicht, eenige opmerkingen van al-
gemeenen aard hierbij te uwer kennis te bren
gen.
Ik behoef u niet uiteen te zetten, hoe hoogst
ernstig de tijden zijn. Er wordt thans van de
overheid het uiterste gevergd om met wijs be-
leid datgene te doen en te laten, wat, in over-
eenstemming met hare verantwoordelijkheid,
gewenscht en toelaatbaar is. Het is niet alleen
de zorg voor de financien van staat en ge
meente, welkfe dwingt deze gedragslijn te vol
gen, doch ook en vooral de overtuiging, dat
het de plicht is van de overheid, om het zoo
onontbeerlijk herstel van het bedrijfsleven te
bevorderen.
Aanpassing van ons geheele leven aan de
verminderde welvaart is, zie (ik het goed, on-
vermijdelijk. Wijs beleid zal Zijn, dat er alles
op wordt gezet, dit herstel mogelijk te maken
en niets te doen wat in verkeerde richting
werkt.
U zult het ongetiwijfeld met mij eens zijn,
dat het ook de werkloozenzorg is, welke in
deze tijden veel ertoe kan brjdragen, dat de
ontwikkeling van het maatschappelijke leven
in juiste, dan wel in verkeerde richting wordt
gestuwd.
Het zijn deze leidende beginselen, welke
voorop moeten staan bij elken maatregel op
het gebied van de werkloosheidszorg, zoowel
by de reeds bestaande als bjj die waarvan de
invoering overwogen wordt.
Ga ik er dan ook toe over uwe gemeente
subsidie te verleenen, dan geschiedt dit onder
de nadrukkelijke voorwaarde, dat er voortaan
tusschen uwe gemeente en mijn departement
een nauw contact moet bestaan ten aanzien
van alles wat de werkloozenzorg in den bree-
den zin van het woord (ik doel hier dus niet
het minst op voorzieningen, welke door aan
u rekenplichtige coTporaties, zooals burger-
lijke armbesturen, diensten voor maatschappe-
lijk hulpbetoon enz., worden getroffen) be
treft Uw college dient zich daarom, alvorens
ik mijne definitieve toezegging doe, schrifte
lijk tegenover mij te verbinden, geen enkelen
maatregel als hierbedoeld in te voeren of te
laten invoeren, vddrdat u zich ervan over-
tuigd heeft hoe de regeering tegenover de te
nemen voorziening staat.
Bestaat er bij de regeering tegen het voor-
gestelde plan bedenking, dan reken ik erop,
dat niet tot invoering ervan wordt overgegaan
ook niet door corporaties als hiervoren ge-
noemd. Wordt echter wel tot invoering over
gegaan, dan zal in den regel de subsidie-toe-
zegging worden ingetrokken. Ik stel mij voor,
mij door een regelmatig toezicht ervan te
j overtuigen, hoe de werkloozenzorg in uwe
gemeente wordt toegepast.
Zoodra ik van u de hierbedoelde schrifte-
lijke verklaring zal hebben ontvangen, zal u
mijne definitieve beslissing worden medege-
deeld.
voorhoofd. En juist toen hij voor den der-
den keer zijn zakdoek, in een poging om
een schoon plekje te vinden, binnenste
buiten gekeerd had, kwam uit den hem
omringenden ether een stem en die stem
zei:
Defect
Peter keerde zich met een ruk om. Op
een meter afstand stond een wezen, dat
hij, door zijn concentratie op het probleem
voor hem, niet had zien aankomen: een
kleine, dikke man, gekleed in een sport-
pak van ruige tweed. Die man stond met
zijn handen in zijn zakken, zijn hoofd met
kalen schedel en zonder hoed op een kant
en een uitdrukking van beleefde belang-
stelling op zijn breed gezicht, naar 't
schouwspel, dat Peter plus auto bood, te
kijken. Hij zag er goed doorvoed, welge-
steld en tevreden uit; naar zijn uiterlijk te
oordeelen kon hij zoo ongeveer alles zijn,
van een slager in ruste af tot een boeren-
politicus toe. Peter merkte dit uiterlijke
kenteekenen op en knikte kortaf.
,,Ja. Defect", gaf hij ten antwoord.
De corpulente man bekeek de recalci-
trante auto met een kennersoog.
Wat is 't er voor een vroeg hij on-
schuldig.
„Een „Wonder"."
,,Dat is-ie zeker. Geboortedatum acht-
tien-vijftig
,,'n Beetje later. U mag hem voor 'n
tientje hebben."
,,Dank u. Ik heb moeilijkheden zooveel
als me lusthoef er niet voor te be-
talen. Wat is er aan de hand
,,Wil niet vooruit."
,,Dat begrijp ik. Waarom niet
,,Geen idee van," zei Peter verbitterd.
,,Kramp in z'n zuigers, of zoo iets derge-
lijks".
,,Hm. Afijn. U is hier, en dat is de
zijn de bekende Aspirin-Tabletten in den
handel. Sedert 30 jaar bestrijdt men ver-
koudheidsziekten, rheumahek en al e
soorten pijn met Aspirin-Tabletten. U
kunt dus het volste vertrouwen in dit
middel stellen.
fSjjjTLrt op dsn oranjeband. Prijs 75 cts.
(Ingez. Med.)
NEDERLAND EN BELGIE.
De Nederlandsch-Belgische onderhandelin-
gen zijn, naar ,,Het Vad." thans kan verzeke-
ren, zoover gevorderd, dat men binnenkort
zal kunnen overgaan tot de bekendmaking
van een nieuw ontiwerp-verdrag.
Bij de jongste onderhandelingen, aldus het
blad, is men geenszins uitgegaan van eenigen
eisch van Belgie of van de zooveel besproken
grieven, maar wel van een door de Neder-
landsche onderhandelaars geuiten wensch om
te komen tot een economische samenwerking
tusschen de beide landen. Het resultaat, dat
bereikt is, houdt dan ook eenigszins het mid
den tusschen de Conventie van Oslo en het
eenigen tijd geleden veel besproken plan van
een Nederlandsch-Belgische tariefunie. Wel-
iswaar blijft men, zeer voorzichtig, nog heel
wat dichter bij Oslo dan bij het andere uit-
einde, maar het ontwerp bevat de kiemen van'
een verdere ontwikkeling in de richting eener
steeds nauwere samenwerking.
Waar dit het algemeene karakter is van
het nieuwe ontiwerp-verdrag, spreekt het van
zelf, dat ieder afzonderlijk punt slechts in
verband met die algemeene strekking mag
worden beoordeeld. Zoo zal men bijv. geen
oordeel kunnen vormen over de in het ont
werp voorkomende regeling betreffende de
Rijn-Scheldeverbinding, zoolang men met
weet, in hoever de beginselen van reciproci-
teit, van samenwerking en van solidariteit,
in het geheel erkend zrjn.
Bij de nieuwe onderhandelingen over dezen
waterweg is men uitgegaan van het plan van
Konijnenburg en van de noodzakelijkheid om
binnen de historische grenzen te bljjven, dit
laatste echter meer met de door minister
Beelaerts gemaakte reserve der technische
eischen en der vrijwaring van eigen Neder-
landsche belangen. In het debat in de Eerste
Kamer in Maart is die reserve zeer duidelijk
gemaakt en na een vrij scherpe discussie tus
schen den minister en prof. Lohman, ook door
dr. Colijn in een slotwoord aannemelijk en bil-
lrjk verklaard.
Zoo is men dan op drie punten tot min of
meer belangrijke afwijking van het oorspron-
kelijke plan gekomen:
De eerste is, blijkens het laatste memoran
dum van de Nationale Unie, door ir. Van
Konijnenburg zelf voorgesteld en betreft het
ontwijken van de groote bocht tusschen Fort
Maurits en Dintelsas.
De tweede is ook reeds sinds lang aange-
kondigd: de minister heeft namelijk in de
Eerste Kamer reeds medegedeeld, dat men
met het oog op de belangen van de eigenaars
der oesterputten en ook nog wel om techni
sche redenen hier en daar, het nieuwe kanaal
iets meer Oostelijk zal laten loopen dan de
oude historische waterweg;
de derde afwijking is de voomaamste: waar
het plan van Konijnenburg bij de grens tus
schen Bath en Santvliet een groot bassin be
vat, dat zich evengoed op Belgisch als op
Nederlandsch gebied uitstrekt, maar door
kleine openingen in den afsluitdam van het
bassin de communicatie met het aan eb eu
hoofdzaak, zou ik denken."
„Dat zou 't zijn," zei Peter zwaarmoe-
dig, „als ik hierheen had willen gaan.
Maar dat is het geval niet. Ik ben op weg
naar Wellbridge."
,,Wellbridge Dan bent u kilometers
uit den koers. Dan doet u het beste om
die laan daar in te gaan tot u aan het
dorpje komt en dan naar links af te slaan.
't Is meer dan tien kilometer hier van-
daan."
Peter kreunde en liet zich met een
smak op de treeplank neervallen.
,,Hoe heet dit verschrikkelijke oord
hier informeerde hij zwakjes.
,,Sandhaven," was het prompte ant
woord. ..Tenminste dit hier maakt er deel
van uit. Het dorp zelf ligt ginder tegen
den heuvel op."
Peter knikte en onderwierp zijn om-
geving aan een wat nauwkeuriger onder-
zoek. En terwijl hij keek, begon het tot
hem door te dringen, dat dit niet zoo'n
verschrikkelijk oord was, als hij aanvan-
kelijk had gedacht.
Eerste indrukken zijn altijd onbetrouw-
baar en de manier, waarop hij met Sand-
haven kennis gemaakt had, was er niet
op berekend geweest, om hem voor het
plaatsje in te nemen. Nu echter, nu de
eerste ergernis-schok voorbij was en hij
wat begon te bekoelen, begreep hij, dat
hij in zijn leven wel eens in verschrik-
kelijker oorden vertoefd had. Ten eerste
was Sandhaven vredig en na een halven
dag worstelen met des „Wonders" eigen-
aardigheden, verkeerde Peter in een toe-
stand, om vrede te waardeeren. En ten
tweede vormden de zee, de klippen en de
strook grasland een geheel, dat het oog
moest streelen van ieder die zijn „zee-
natuurschoon" het liefst geniet zonder
boulevards, tentjes-met-limonade en bad-
vloed onderhevige Scheldewater laat bestaan,
wil men thans in het nieuwe ontwerp die
openingen dicht maken. Daardoor vervalt
dan natuurlijk de noodzakelijkhedd van een
sluis bij Bath en van een sluis op Belgisch
gebied bij den ingang van 't kanaal naar de
Antwerpsche dokken, dat ook in het jongste
plan van de Nationale Unie is voorzien. Na
tuurlijk beteekent dit dichtmaken van de
twee gaten in den strekdam Bath-Santvliet
een belangrijke concessie aan Belgie, daar er
daardoor twee sluizen komen weg te vallen,
welke steeds eenige belemmering voor de
scheepvaart vormen.
Wat het Hellegat betreft: de regeering en
de onderhandelaars blijven wat dit betreft bjj
hun op grond der adviezen van Waterstaat
gevormde overtuiging, dat dit vaarwater na
uitvoering van de werken, die volgens een
door ir. Van Konijnenburg gemaakt plan wor
den uitgevoerd, aan alle billijke eischen zal
voldoen. De Belgen echter blijven op dit
dit punt sceptisch en meenen onze wateren
beter te kennen dan de Nederlandsche Water
staat; teneinde de onderhandelingen niet op
nieuw te laten vastloopen, heeft men nu ge-
meend zijn toevlucht te moeten nemen tot een
voorstel dat eenige maanden geleden in net
Handelsblad is verschenen; men zou zich na
melijk van Nederlandsche zijde bereid verkla-
ren, voor het geval het Hellegat later in-
derdaad nog moeilijkheden zou opleveren voor
de Belgen, dezen toe te staan op eigen kosten
een latenaal kanaal te graven tusschen Din
telsas en Willemstad. Dit punt is echter nog
steeds niet geregeld; de Belgen blijven aan-
dringen op een directe verbinding tusschen
Fort Maurits en Willemstad, wat de Neder
landsche onderhandelaars echter niet kunnen.
toestaan.
DE SUIKERBIETENSTEUN.
Het Hbld. weet thans mede te deelen, dat
de commissie-Dovink haar advies aan de
regeering heeft verstrekt, doch dat er in den
Raad van Ministers het tegendeel van een-
stemmigheid heerscht over de quaestie van
het al dan niet opvolgen van genoemd ad
vies. Bedoeld advies zou bij uitvoering een
uitgave van de schatkist hebben gevergd van
achttien millioen gulden.
Afgewacht dient te worden of en zoo ja
in welke mate nog zal worden overgegaan
tot een steunverleening aan de suikerbieten.
In elk geval kan thans een grootere uit-
zaai van wintertarwe tegemoet worden ge
zien, dan anders het geval zou zrjn geweesr.
DE INDRUK VAN DE ENGELSOHE
BESLUITEN TE GENEVE.
Het besluit van de Engelsehe regeering
om den gouden standaard buiten werking te
stellen, gaf, schrijft de N. R. Crt. Maandag te
Geneve aanleiding tot een tooneel, dat het
karakter kreeg van een plechtigheid, waar-
koetsjes. In de oogen van de gelukkige,
joelende en pretmakende dagjesmenschen
van het hard-gekookte eieren-, vettige pa-
pieren- en apennootjes-type was het waar-
schijnlijk een verschrikkelijk gat, maar
voor iemand met oog voor natuurschoon
was het niet van aantrekkelijkheid ont-
bloot.
Peter Quentin Cardinal was onder ge-
wone omstandigheden een doodgewoon
normaal jongmensch, maar als de geest
over hem vaardig werd, kon hij, tot groote
verbazing van zijn vrienden en kennissen
en als de aanval voorbij was tot niet ge-
ringe verlegenheid van zichzelf, dingen
doen, waarvan een onverantwoordelijk
genie zou hebben staan te kijken.
Bij het zien van het vredige landschap
met de kleine knusse baai en de overhan-
gende klippen kreeg hij een zoodanigen
aanval en met dien aanval een ingeving,
waarnaar hij, zonder zich een oogenblik
den tijd voor nadenken te gunnen, onmid-
dellijk handelde. Hij sprang van zijn zit-
plaats op, pikte den corpulenten man voor
hem met zijn wijsvinger in de regionen
boven diens vest en vroeg:
„Vertel me eens ,vriendliefzijn er
hier in de buurt gemeubileerde kamers te
huur
De corpulente man keek hem twijfelend
aan.
,,'k Weet 't niet. Maar waarschijnlijk
is 't niet. Er zijn in het dorp maar een
paar behoorlijke huisjes en die zijn niet
bepaald gastvrij uitgevallen. Ik weet 't,
want ik heb er zelf mee te doen gehad.
De moeite die 't me gekost heeft om wat
te vinden. Bent u dan van plan hier
te blijven
(Wordt vervolgd.)