ALGEMEEN HIEUWS- F.N APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
il
ionair tegen wil en dank
ALLES
No. 8709
MAANDAG 20 JULI 1931
71e Jaargang.
S1HHENL AID.
FETTILLETOH,
BUITEVLAVD.
AUTOS
MOTORS NIJVERHEI0
TER NEUZENSCHE COURANT
4i ysONNEMENTSPRUS Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Bulten Ter Neuzen
p.,r nut 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post 6,60 per Jaar
Vx>r Beigid en Amerika 2,25, overige Ian den f 2,60 per 3 maanden fr. per post
M.!wnnementen voor het buitenland alleen bt} voorultbetaling.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
Gttgeefster: Ftrma P. i. VAN DE 8ANDE.
ADVERTENTieN: Van 1 tot 4 regeki 0,80 Voor elken regel meer 0,
Grootere letters en cliches worden naar plaatarulmte berekend.
Handelsadvertentien bfl regelabonnement tegen vermlnderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar Is. Inzending van advertentlen liefst 66n dag voor de ultgavs.
DIT BEAD VERSOHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVON©.
DE RIJKSMIDDELEN.
Over de maand Juni hebben de Rijksmid-
delen 34.842.685 opgebracht, zijnde
S 4.315.335 beneden de raining en f 4.855.420
minder dan in Juni 1930.
Gedurende de eerste zes maanden van
1931 bedroeg de opbrengst f 232.914.703
of 2.033.421 minder dan geraamd was en
f 26.827.758 minder dan in de overeenkom-
stige periode van bet vorige jaar.
ONZE NEDERLANDSCHE BANK.
Men scbrijft ons:
De president van de Nederlandscbe Bank
staat in zijn verslag over bet afgeloopen
jaar uiteraard stil bij de gevolgen van de
malaise. Zijn uitlatingen daarover bebben
groote beteekenis, omdat bet bedrijf van onze
centrale bankinstelling in velerlei opzicht,
als een gevoelige plaat, de indrukken van bet
intemationale gebeuren op geld- en zaken-
gebied opvangt en vastlegt. Niet in beelden
maar an cijfers. Men denke aan de reusach-
tige kapitaalverplaatsingen, waarbij de Inter
nationale goudbeweging een groote rol speelt.
Over dat alles bevat bet dezer dagen gepubli-
ceende verslag interessante mededeelingen.
Verscbillende overzeescbe landen, welker be-
talingsbalansen in hoofdzaak afbankelijk zijn
van den export van grondstoffen, waarvan de
prijzen thans sterk zijn gedaald, zagen bun
goudvoorraad aanmerkelijk slinken. Brazilie
b.v. zag vrijwel zijn geheelen goudvoorraad
wegvloeien.
Nederland beboorde in dit opzicbt tot de
gelukkige uiitzonderingen. Onze goudvoor
raad vertoonde dit jaar per saldo een stijging
van 14 millioen. ,,Het spreekt echter vanzelf",
merkt Mr. Vissering in zijn verslag op, ,,dat
een land als bet onze, dat door zijn buiten-
landschen bandel, zijn belangen in overzeescbe
gebieden en zijn positie als financieel cen
trum zoozeer op bet intemationale verkeer
is aangewezen, niet gespaard is gebleven
voor de gevolgen der economdsche depressie.
Geconstateerd kan echter worden, dat bet
economisch leven van Nederland een groote
mate van weerstandsvermogen aan den dag
beeft gelegd, en dat de teruggang der con-
junctuur zicb er later en in het algemeen ook
minder scherp dan elders beeft doen ge-
voelen."
Deze woorden van den president zijn niet
bedoeld als pleister op de wonde. Wij mogen
er ons echter wel degelijk rekensehap van
geven, met de dankbare erkenning, dat ons
land voor mogelijk nog ergere onbeilen ge
spaard is gebleven. Om welke redemen Neder
land niet dieper in het moeras der depressie
is weggezakt Het verslag van de Bank
noemt daarvoor o,a. ,,het feit dat Nederland
tot 'dusver aan het beginsel van den vrijhandel
is blijven vastbouden." Mede aan dezen fac
tor is het te danken, meent Mr. Vissering,
dat b.v. de werkloosbeid in Nederland al is
baar omvang ten gevolge van de depressie
aanmerkelijk gestegen, toch in de verste
verte niet de afmetingen heeft aangenomen
die zij in verscbillende andere landen heeft
bereikt. Nauwkeurige gegevens omtrent het
aantal werkloozen ontbreken weliswaar, doch
als hoogste schatting kan een totaal cijfer
van 200.000 worden aangenomen. Zelfs met
dit cijfer, dat bovendien geldt voor een tijd-
stip, waarop de seizoen-invloeden op de
werkloosbeid zich bet kracbtigst deden gel-
den, maakt Nederland, vergeleken met de
meeste andere landen, een gunstig figuur.
Ook de cijfers van den buitenlandschen han-
del van ons land over het kalenderjaar 1930
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
40) (Vervolg.)
,,Ik zie niets, wat mevrouw Buxton
aanstoot kan hebben gegeven," merkte
Stephen op.
,,Er wordt heel behoorlijk gedanst,"
verklaarde George Henry. ,,De polka
uit onze jonge dagen vereischte zeer
zeker veel meer beweging."
Op dat oogenblik kreeg Ross de ge
broeders in de gaten. Deftig boog hij
zich tot den leider van het orkest over en
fluisterde hem iets toe. Berst scheen de
man hem niet te begrijpen, doch de butler
bleef aanhouden.
Op zijn twee voorste vingers floot hij
een deuntje voor, terwijl hij intusschen
zijn dame bleef vasthouden. Eensklaps
klaarden de gezichten der musici op; ze
bogen zich over hun instrumenten heen en
in een minimum van tijd werd de dans
muziek veranderd en lieten ze het popu
laire Engelsche lied ,,For he is a jolly
good fellow" hooren. Ross wierp een blik
op de galerij en boog. Kort daarop zong
iedereen het refrein mee. Stephen en
Gorge Henry dankten glimlachend. Zoo
dra de muziek zweeg, begon Stephen:
,,Ik hoop dat u zich alien zult ver-
maken," zei hij eenvoudig. ,,Mijn broer en
ik hebben er met de grootste belangstel-
ling naar gekeken hoe u danst op zulke
inspireerende muziek."
Luid applaus weerklonk, en Stephen
en George Henry trokken zich terug.
geven blijk aldus het verslag van Mr. Vis
sering van het opmerkelijk weerstands
vermogen dat Nederland tot dusver tegenover
de depressie aan den dag heeft gelegd. Wel
daalde, vergeleken bij het vorige kalenderjaar,
de waarde van onzen uitvoer van 1989 mil
lioen op 1718 millioen en die van onzen in-
voer van 2752 millioen op 2418 millioen, doch
deze verminderipgen zijn betrekkelijk aan
merkelijk geringer dan die welke de meeste i
andere landen te zien geven. Bovendien zijn jj
zij uitsluitend toe te scbrijven aan de prijs-
daling, want het gewicht zoowel van den ex- j
port als van den import is nog gestegen. On-
daniks de depressie was Nederland dus in 1930
in staat zijn buitenlandschen bandel in vollen
omvang te handhaven en bovendien een quan- j
titatief grooter-invoer-overschot met een ge
ringer bedrag 699 millioen tegen 762 mil
lioen in 1929) te betalen.
Wij hebben deze regels uit bet verslag aan-
gebaald, niet alleen omdat zij getuigen van
een ruimen kijk op het vraagstuk van den
vrijhandel, maar tevens omdat zij komen van
een volkomen tot oordeelen bevoegd autori-
teit, wiens zienswij'ze nu eens niet door poli-
tieke brjbedoelingen wordt vertroebeld. Tot-
nutoe is Nederland altijd den dans ontspron-
gen, al beeft het sams weinig gesoheeld; er is
in het kamp van de protectionisten hard ge-
werkt voor een zoogenaamd bescheiden tarief-
muurtje, maar de regeering is voor dien
drang niet gezwicbt. En tbans, nu bet aan
den horizon begint te lichten ook het
vraagstuk van de tariefmuren zal wel ter
sprake komen bij de onderhandelingen over
de herstelbetalingen is Nederland klaar
om onmiddellijk van elke opleving te profi-
teeren.
Wij .hebben geen protectionistische nalaten-
schappen te liquideeren!
NEDERLAND EN BELGIe.
Bij de behandeling van de begrooting van
Buitenlandscbe zaken is in den Belgischen
Senaat ook de Nederlandscb-Belgische kwes-
tie ter sprake gekomen.
Daarbij heeft de beer Segers met betrek-
king tot de Wielingen-kwesitie verzekerd, dat
er voor Belgie geen sprake van is, dat het af-
ziet vein een deel van zijn souvereiniteit op de
territoriale wateren. Spreker informeerde dan
naar het resultaat der Nederlandscb-Belgi
sche bespreking over het statuut van de
Schelde en de kanalen tusschen Schelde en
Rijn. Hij meende dat de onderhandelingen
temauwemood vlotten en bepleitte dan een
toenadering tussoben beide landen. Elken
maatregel in dien zin genomen, juicshte de
heer Segers toe, want beide landen zijn als het
ware gescbapen om in goede verstandhouding
te leven.
Zoowel op economisch als strategisch ge-
biied zal men binnen enkele weken een oplos-
sing vinden, met name wat betreft het ,,gat
van Limburg".
De Gentsche liberate senator De Kerckhove
d'Exaerde besprak vooral de kwestie van het
Ter Neuzen-kanaal. Hij zette uiteen, welke
nadeelen de Gentsche haven ondervindt van
den toestand, waarin het kanaal zicb tbans
bevindt. Hij verweet de regeering, dat zij zich
de kwestie niet zou aantrekken, terwijil
Nederland bereid was, de noodige credieten
beschikbaar te stellen om een tweede sluis te
bouwen. Hij was overigens van oordeel, dat
de kwestie afzonderlijk opgelost beboorde te
worden en niet kon worden besohouwd als een
deel van een complex vraagstukken, die tege-
lijk met Nederland dienden opgelost te wor
den,
Minister Hijmans beeft in zijn antwoord
verklaard, dat de betrekkingen met Neder
land sedert eenigen tijd aanzienlijk zijn ver-
beterd. De atmosfeer, zoo zeide de minister,
is opgeklaard en de ^betrekkingen zijn weer
van vriendschappelyken aard geworden. Na
de verwerping door de Nederlandscbe Staten-
Generaal van het verdrag, dat wij, met Jhr.
Van Kamebeek badden voorbereid, bebben wij
gemeend, dat het dngewenscht zou zijn,
nieuwe officieele onderhandelingen te openen,
alvorens zekerbeid te hebben omtrent bet
welslagen daarvan. Wel werd voor officieuze
contacten gezorgd. Deze hebben ons toege-
laten, een heel eind vooruit te komen en tal
van aspecten van de Nederlandsch-Belgische
vraagstukken onder de oogen te zien.
De kwestie van het kanaal GentTer Neu
zen en van de nieuwe zeesluis te Ter Neuzen
inbegrepen. Dank zij deze contacten zijn ook
heel wat misverstanden uit den weg geruimd,
wat ons toelaat, de hoop te koesteren, dat wij
binnen niet al te langen tijd een overeen-
komst zullen bereiken, welke niet alleen in
bet belang is van onze beide landen, maar van
geheel Europa.
HET ONTWAPENINGSPETITIONNEMENT.
Aan de N. R. Crt is de volgende verklaring
toegezonden van Erich Maria Remarque, den
schrijver van ,,Im Westen nichts Neues" en
„Der Weg zuriiok", naar aanleiding van het
Petitionnement der Nederlandsche Dagblad-
peTs:
,,Ik beveel het Petitionnement der Neder
landscbe Dagbladpers ten krachtigste aan.
Het streven er van is immers ook mijn levens-
werk. Bovendien is het op het psychologisch
juiste oogenblik ondernomen.
Er zou geen sprake meer kunnen zijn van
een „volgenden oorlog", wanneer de men-
scben thans beseften, hoe die zijn zou.
Een volgende oorlog zou niet de oorlog der
loopgraven zijn, maar de oorlog tegen de be-
volkingen in bet Hinterland",, tegen de man-
nen, vrouwen en kinderen in de steden en dor-
pen, ver acbter het front. Londen, Parijs en
Berlijn zouden door middel van de modeme
oorlogstecbniek van de aarde weggevaagd
worden. Niemand zou zicb storen aan het
verbod van bet gebruik van gifgassen en an
dere duivelsche uitvindingen.
Laten wij ons niet meer in gedachten op-
bouden bij den vorigen oorlog. Laat ons be-
seffen wat een volgende oorlog voor de
menschheid zou beteekenen."
De Nederlandsch Hervormde en Gerefor-
meerde predikanten van Bussum hebben in
de plaatselijke pers een opwekking geplaatst
om op de lijsten van de Dagbladpers te
teekemen.
Onlangs laizen wij dat van een regiments-
commandant dezelfde opwekking was uitge-
gaan lot zijn manschappen.
Het Petitionnement ldgt aan ons Bureau
ter teekening en wordt krachtig aanbevolen.
,,Het was zeer bevredigend," mompelde
de eerste.
.Volkomen" gaf George Henry toe.
„Ik geloof, dat wij ons met een gerust
geweten ter ruste kunnen begeven. Ge-
lukkig liggen onze kamers in het andere
gedeelte van het gebouw, zoodat het
leven niet tot ons kan doordringen."
Stephen opende de deur van de biblio-
theek. Op de tafel stond een flesch mine-
raalwater, twee glazen en twee schijfjes
citroen klaar.
„Het is zeer attent van de bedienden
dit niet vergeten te hebben," verklaarde
Stephen. Onder ons gezegd en gezwe-
gen, George Henry, ik geloof niet, dat
wij mevrouw Buxton erg zullen missen.
Niettegenstaande onze nadrukkelijke in-
structies heb ik in haar kasboek ontdekt,
dat zij volkomen gerechtvaardigde uitga-
ven heeft vermcden."
,,Het is allesbehalve vriendelijk van
haar," zei George Henry, ,,het dienst-
meisje in haar kamer naaiwerk te laten
verrichten terwijl haar collega's zich amu-
seeren."
,,Wij zullen wel een andere huishoud-
ster vinden," besloot zijn broer, ,,die een
breederen kijk op de dingen heeft. Laten
we niet vergeten Harold voor de volgen
de week uit te noodigen. Ik weet zeker,
dat hij dergelijke feestjes waardeert."
Het was inderdaad niet zoo moeilijk
een opvolgster voor mevrouw Buxton te
krijgen. Een zekere mevrouw Harmon-
Browne bood zich aan en aangezien haar
referenties buitengewoon bevredigend
waren, werd zij zonder de minste aarze-
ling aangenomen. Ze was een heel
knappe vrouw van middelbaren leeftijd,
met keurige manieren en een zedige uit-
drukking op haar gelaat. Haar haar was
FRANSCHE VOORWAARDEN?
De Fransche bladen, die Vrjjdag de door
de Fransche regeering gestelde voorwaarden
voor bet verleenen met intemationale mede-
werking van een leening van 2 milliard mark
bebben bekend gemaakt, kunnen er zicb
scbrijft de N. R. Crt. niet op beroemen
den toestand in Europa te bebben verbeterd.
Zoolang geen officieele bevestiging komt van
deze voorwaarden, kunnen wij de juistheid
van de opsomming der Fransche pers niet
geheel aannemen. Het valt echter belaas
moeilijk eraan te twijfelen, daar iedere tegen-
spraak of rectificatie tot nogtoe is ultgeble-
ven. De houding der Engelschen en Ameri-
kanen, die door hun ontstemming blijk geven,
geprikkeld te zrjn door de voorwaarden der
Fransche regeering is een kwade aanwijzing
te meer. Wat Castle de „niet noodzakelijke
bijzonderheden" noemt, die aan een snelle
hulpaotle niet in den weg mogen staan, is
dus iets dat men voorloopig allerminst kan
wegcijferen.
Overvragen is ook in de diplomatieke nego-
tie niet onbekend. Er is echter een wijze
van overvragen, die den behoorlijken handel
afscbrikt en die zeker niet bevorderlijk is
voor bet aanzien van dengene, die baar toe-
past. Wij kunnen dus niet aannemen, dat
de Fransche regeering als zij deze eischen
werkelijk heeft gesteld, zooveel van haar
eischen zou willen afdoen dat zij aan-
nemelijk worden. Een Duitsche regeering
echter, die een overeenkomst zou sluiten in
den geest van de gemelde voorwaarden, zou
politiek en wij vreezen zelfs op nog af-
doender wijze zelfmoord plegen. Het lot
van Erzberger en Rathenau zou dergelijke on-
derhandelaars niet zonder reden moeten af-
schrikken. In bet Duitsche volk zou dezen
keer, ondanks alle beklemming, heel weinig
instemming gevonden worden voor een fei-
telijke onderwerping, die naar omstandighe-
den niet minder zwaar zou zijn dan de capi-
tulatie van Versailles. Dit lijkt kras gefor-
muleerd en toch is bet niet anders. Daarom
zijn wij bereid bet onjuiste der berichten aan
te nemen tot het tegendeel bewezen is.
Duitschland zou dan een leening krijgen,
die in 10 jaar uit de douane-inkomsten moet
worden afbetaald. Tot de douane als waar-
borg neemt men zjjn toevlucht als in bet land
zelf elk bruikbaar onderpand ontbreekt.
Duitschland zou daarbij, wat credietwaardig-
beid betreft, met China gelijk- gesteld zijn.
Voor deze zoo weinig riskante leening zou
Duitschland dan verder allerlei andere waar-
borgen moeten vervullen. Het zou ondanks
zijn toestand en de zware last, der nieuwe
afbetaling moeten beloven, geen verder mora
torium te vragen voor het plan-Young. Het
zou zijn leening-politiek onder toezicht moe
ten stellen; de controle op zijn financien,
zooals die was onder bet regime van het plan-
Dawes, zou worden hersteld. Zijn oorlogs-
begrooting zou niet mogen worden verhoogd.
Na de buitengewoon scherpe beperking van
Duitschland's middelen tot landverdediging
en die het verdrag van Versailles bevat, zou
onmiddellijk voor de ontwapeningsconferentie
waar overigens alle andere volken vrij aan
deelnemen, Duitschland nieuwe boeien worden
aangelegd. De lezer weet dat wij geen be-
wonderaars zrjn van de militalre politiek der
Duitsche regeering. Maar nog verkeerder
dan deze politiek lijkt ons een dergelijke
voorwaarde. Immers, als Frankrijk niet ge
rust is na de zeer zware beperkingen, die
Duitschland te Versailles zijn opgelegd, dan
ligt dit niet aan te geringen omvang dezer
beperking, maar aan verschijnselen die in
Duitschland zijn waar te nemen als bevesti
ging van de leer, dat de natuur van mensch
nocb volk zich laat onderdrukken. Een
nieuwe dwang, die het Duitsche volk als een
nieuwe, zware vemedering zal voelen, zou
slechts beteekenen: een uitermatige krach-
tige propaganda voor die verschijnselen, wel
ke buiten het bereik van Fransche voorwaar
den liggen. De eenige manier om verbetering
en veilagheid te bevorderen, is niet noodeloos
en met vertoon van vrees, bitterheid te zaaien
in bet Duitsche volk door machtelooze maar
kwetsende beperkingen. Trouwens, de ver
schijnselen, die Frankrijk het meest veront-
bruin en vertoonde verscheidene koper-
kleurige tinten, Het bleek, dat zij eenigs-
zins bekend was met Harold, die haar had
gerecommandeerd.
,,Ik geloof, dat wij een schat hebben
ontdekt," gaf Stephen den avond van
haar aankomst te kennen. ,,Ze was zeer
enthousiast omtrent mijn instructies om
niet al te zuinig te zijn. Ik geloof, dat
wij zeer veel hulp aan haar zullen heb
ben."
,,Ze schijnt zich nu al volkomen op haar
gemak te gevoelen," merkte George
Henry op.
,,Het moet een vreeselijke slag voor
haar zijn geweest op zulk een jeugdigen
leeftijd haar man reeds te verliezen," zei
Stephen. Harold heeft ons er niets van
verteld, dat zij weduwe was. Wij zullen
er voor zoroen, dat ze hier een prettig
tehuis heeft."
Mevrouw Harmon-Browne vertoonde
alle mogelijke neigingen hiervoor zelf te
zullen zorgen. Aan het eind van de
eerste week hield ze niet meer voortdu-
rend haar oogen neergeslagen. Een half
verdrietige, half verleidelijke glimlach
speelde van tijd tot tijd om haar lippen.
Ook scheen ze genegen te zijn, wanneer
ze haar kasboek had binnengebracht, nog
een weinig te blijven dralen. Kort daarop
kwam George Henry haar onverwacht in
de gang tegen, door welk feit hij geheel
in de war was.
Na verloop van nog geen zeven dagen
was ze volmaakt ingeburgerd. Ze was de
ziel van de bedienden-avondjes, en het
aantal bezoekers, dat zij ontving, nam
dagelijks in omvang toe. Niettemin be-
gonnen de broers zich toch over haar op-
treden een weinig ongerust te maken.
Niet gewend geheimen vopr elkaar te
hebben, bespraken zij dit onderwerp op
rusten, komen niet ten laste van de miTitaire
begrooting.
Bij zonder vreemd lijkt ons de eiscb, <J*X
Duitschland tien jaar lang vrede neemt met
bet territoriaal statuut van Europa, zug»!sf
dat in 1919 is geregeld. Men voelt
dellrjk de vraag brj zich opkomen: en daarnaT
Deze voorwaarde lijkt ons, hoe paraaoMtatK
het klinkt, afbraak van bet territoriaal'
tuut. Na tien jaar zou Duitschland dus ..writsT
zijn; ware verzet van Duitschland tegen bet:
territoriaal statuut dus indirect door Frank
rijk gelegitimeerd. Totnogtoe hebben wij
nooit iets gemerkt van officieele Duitsdje
protesten tegen dit statuut; zoo voorziebtfg-
is Berlijn geweest. Daarmede zou bet later
uit kunnen zijn, na deze legitimatie. Men:
stelle zich voor, dat het verdrag van Locarno
Duitschland brj dwang en voor een termijn
was opgelegd; boe zou de toestand dan wezen
na afloop van dien termijn?
Moet echter deze voorwaarde een efndte:
maken aan de betoogingen en agitatfe tegen
de territoriale regelingen in bet Duitsche volk"
zelf, dan is dit slechts mogelijk op de wijze,
die volgens de Echo de Paris ook bednekt
zou zrjn: door bet verbieden van betoogingen
in Duitschland.
Het is natuurlijk ondenkbaar dat Duitsch
land zich een politieke dlctatuur van braten
af zou kunnen laten welgevallen. Een regee
ring, die deze voorwaarde aannam, zou een
voorwaarde aanvaarden overeenkomende met
de onaannemelijkste bepalingen van 't als on-
aannemelrjk bedoelde ultimatum van Jul! 1914
dat de Oostenrijksche regeering tot Belgrade*
ricbtte. Het is ook niet denkbaar dat eemge
Duitsche regeering in staat zou zijn deze
voorwaarde, als zij die had aangenomen, te
vervullen. Het zou de zegepraal zijn van de:
nationaal-socialisten, die dan bondgenooten
zouden vinden, talrijker dan de troepen, waar—
over zij thans beschikken.
Een dictatuur van dien aard in Duitschland
kan slecbts een nationalistiscbe zijru
Het zijn al deze overwegingen die bet on—
waarschijnlijk maken dat een Fransch minis
ter zulke ondoordachte en onmogelijke voor
waarden emstig zou stellen. Het is te be-
treuren, dat in de wereld, en vooral in Duitsch
land, de voorstelling is gewekt, dat voor
waarden van die soherpte zijn gesteld, daar
daardoor reeds de bewegingsvrijheid van dr.
Briining zeer wordt beperkt.
Nu zijn Briining en Curtius te Parijs. Het
is te hopen dat men erdoor praten in slageir
zal veel wanbegrip en misverstand aan beide
kanten uit den weg te ruimen. Moge inm
bezoek den weg openen voor een Londensche
conferentie op redelijke basis, en moge het.
niet ten gevolge hebben, dat de weg daar-
heen bij voorbaat reeds wordt afgesloteu.
RELLETJES AAN DE FRANSCH-
BELGISCHE GRENS.
Vrijdag deden zich in het N. Fransche ttr-
tielgebied dicht bij de Belgische grens «m-
stige incidenten voor. Autobussen met BelgF
een avond zes weken na haar aankomst.
Ze hadden Harold voor het diner uitge-
noodigd, doch hij was nog niet ver-
schenen.
George Henry," begon Stephen, ter
wijl hij een slokje van zijn port nam en
angstig keek, of de deur goed gesloten
was, „vertel mij eens openhartig, wat is
jouw opinie omtrent mevrouw Harmon-
Browne
,,Ik vrees, gaf George Henry toe, ,,dat
zij niet is wat men bepaald een ,,succes"
zou kunnen noemen."
„Ze is heel beminnelijk," merkte Ste
phen critisch op, ,,en gastvrij. De onder-
geschikten houden van haar, en ze helpt
ze zonder twijfel bij het organiseeren van
hun avondjes. Doch aan den anderen
kant zijn er enkele factoren, die niet heele-
maal bevredigend zijn."
,,Dat ben ik met je eens," zei George
Henry. „Volkomen met je eens, Ste
phen."
,,Ik vond bijvoorbeeld dat zij geheel in
tegenspraak handelde met de positie,
welke zij hier inneemt, toen ze verleden
week Dinsdag ons liet uitnoodigen met
een van haar kennissen een partijtje
bridge te spelen."
,,Het was zelfs erg onbescheiden," er-
kende George Henry volmondig.
Verder kwam Donderdag, heel laat in
den avond, een auto vol gasten voor haar.
Zooals je je zult herinneren, werd er tot
twee uur in den nacht piano gespeeld, en
we konden niet helpen, dat wij, den vol-
genden morgen vroeg opstaande, de deur
van haar zitkamer wijd open vonden en
deze als bezaaid was met ledige cham-
pagneflesschen."
,,Ik ben niet precies op de hoogte van
de voorrechten van een huishoudster,"
zei George Henry, „doch ik zou zeggen,
voor
FOURNITURES GENERATES
Borluutstraat 8, GENT. Tel. mi&.
(Nabij 't Stadhuis)
(Ingez. Meft>
dat mevrouw Harmon-Browne wel een
weinig te ver gaat Men deelt mij mede-,
dat een van de jonge mannen in het Inns
is blijven slapen."
„Ross achtte het zijn plicht ons hier-
van in kennis te stellen," verklaarde Ste
phen. ,,Hij voegde er aan toe, dat de be-
wuste persoon te ziek was om vervoerd
te kunnen worden. Het viel mij op,* dat
hij bijzonder den nadruk legde op het
woord ,,ziek"."
Tegenover iemand anders, zou hij ver-
moedelijk van ,,dronken" gesproken heb
ben," was George Henry's meening.
Bovendien schijnt ze een slaapwande-
laarster te zijn," vervolgde Stephen., ter
wijl hij aandachtig naar zijn glas keek.
,,Verschillende malen heb ik voetstappec
vlak voor onze slaapkamer gehoord. Gis--
terenavond gelukte het mij mijn deur half:
open te maken en naar buiten te kijkert
Ik vind het niet te pas komen, dat oaze-
huishoudster door de woning dwaalt.
slechts gehuld in een rose peignoir."
,,En op bloote voeten," bracht George
Henry in het midden. ,,Ik heb haar dert,
avond van te voren gezien."
,,Ze had ook nog iets op haar hoafe.
wat waarschijnlijk een modern nacht-
mutsje moet voorstellen. Als ik me met
vergis, George Henry," ging zijn broer~
na een oogenblik aarzelend voort, ,,heh ik
zelfs stemmen gehoord."
,,Ze merkte, dat ik om het hoekje van
de deur keek," bekende George Henry
,,en vroeg me toen haar een verklaring te
willen geven van eenige der schilderijen
op de gang."
Goede hemel riep Stephen aft.
,,Wat moet dat een onaangename positie
voor je zijn geweest."
(Wordt vervolgd.