ALGEMEEN HIEUWS- EH APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREH.
Aspirin
GILLET
Millionaii tegen wil en dank
bihnehland.
MOTORS
No. 8687
MAANDAG 1 JUNI 1931
71 e Jaargang,
FBUILLKTOH,
leenig op dewereld
8UITEULAHD.
Voor/
Uw gezondheld
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen
fr per post M 80 per 3 maanden - Bij voor uitbetaling fr. per post 6.60 per jaar
Voor Brtgie en Amerika 2,25, overlge lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post -
A-Ponneraenten voor het buitenland alleen bt) vooruitbetaling.
(Jitgeefster: Firma P. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TEUEFOON No. 25.
ADVERTENTI8N: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor eIken re&®1 mctl: 1 °,2C;
Grootere letters en clichFs worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentlfin bjj regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrtjgbaar Is. - Inzendlng van advertentlen liefst 6*n dag voor de uitgave
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVONB
DIENSTPLICHT.
De Burgemeester van TER NEUZEN
maakt bekend, dat vanaf 2 tot en met 11 Jum
a s op de gemeente-secretarie voor een leder
ter imzage is nedergelegd bet Inschrijvings-
register met een daaruit opgemaakt Alpnabe-
tisch Register, alsmede een afschrift van het
gemeenschappelijk alphabetised register, voor
zoover betreft de groep waartoe deze ge-
meente behoort, van de dienstplichtigen der
lichting 1932.
Binnen ibovengenoemd tiji&vak kan tegen
deze registers Ibij een met redenen omkleed
venzoekschrift, in te dienen bij den Burge
meester, taezwaar iworden ingebracht.
Ter Neuzen, 1 Juni 1931.
De Burgemeester van Ter Neuzen,
J. HUIZINGA.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
Bij de hervatting van de beraadslaging over
de Indische begrooting heeft minister de
Graaff zijn gisteren afgebroken rede voortge-
zet en medegedeeld, dat de instelling van een
commissie van adivies ter voorkoming van
dubbele heffing ingevolge de vennootschaps-
belasting wordt voorbereid. Het optreden van
den heer Kiewit de Jonge kon naar buiten
den indruk maken van slapiheid der regeering
tegenover de tegen haar gerielite beweging.
De salariskorting is volstrekt nood'zakeiijk-
heid en niet ombillijk. Zij is door spr. in schrif-
telijk overleg met den landvoogd als ultimum
remedtum aangegeven, dooh door de Indische
begrootingscommissies zelfstandig voorge-
steld. Omtrent verdere bezuinigingen kan spr.
geen concrete mededeelingen doen. Op den
duur izal bezoldiging van een amfotenaren-
conps op den tegeniwoordigen voet voor Indie
ondragelijlk worden. Overwogen dient te wor
den of de salarissen, ook van het Europee-
sdhe personeel, niet op een andere basis, in
overeenstemming met de Indischen levens-
standaard, moeten worden gebracht.
De heer Briet (a.r.) betoogt, dat uit de me-
dedeeling van den minister, dat de regeering
den heer Oolijn condities had moeten stellen,
die hij niet zou kunnen aanvaarden, volgt, dat
dit condities van staatkundigen aard hadden
moeten zijn en dat daarom de minister een
grondwettelijken plicht heeft mede te deelen,
waarom de heer Colijn niet is aangezocht voor
de functie van gouvemeur-generaal. Blijft de
minister zwijgen, dan zal dat een ongunstigen
indruk in het land maken.
De heer Mendels (s.d.) betoogt, dat de mi
nister inzake de benoemingskwestie of geheel
had moeten zwijgen of open kaart had moeten
spelen. Zijn mededeeling van gisteren was van
zijn standpunt onvoorzichtig.
De heer Slingenberg (v.d.) bestrijdt het
standpunt van den heer Briet als zou de mi
nister door niet te antwoorden de Grondwet
hebben geschonden.
De heer de Savornin Lohman (c.h.) betoogt
dat de minister fonmeel het recht had niet te
antwoorden, maar dat hij, nu hij dat formeele
standpunt niet innam, doch een antwoord gaf,
verder had moeten gaan.
De heer Blomjous (r.k.) dringt eveneens
aan op nadere inlichtinigen.
WAT IEDEREEN VAN DE UITBREIDING
DER ZIEKTEWET MOET WETEN.
Van 1 Juli 1931 af wordt een uibbreiding
der wettelijke ziekteverzekering van kracht,
waardoor van dien datum af mede verplicht
verzekerd zijn:
a. Personen in loondienst werkzaam bij in-
richtingen, staande onder beheer van een na-
tuurlijk of rechtspersoon, mits zij ingevolge
de pensioenwet 1922 geen am'btenaar zijn of
als zoodanig worden beschouwd.
ib. Personen in loondienst van hen, die een
vrij beroep uitoefenen zooals advocaten, pro-
cureurs, zaakwaamemers, geneesheeren, nota-
rissen, architecten, accountants ten behoeve
van de uitoefening van dat beroep.
c. Personen in dienst van rechtspersoon-
lijkheid bezittende vereenigingen of sticbtin-
gen, behoudens enlkele uitzonderingen.
d. Personen in loondienst als tuinman,
boschwadhter of in een soortgelijke betrek-
king.
e. Personen in loondienst voor de verzor-
ging van dieren of voor de bediening van rij-
tuigen, motorrijtuigen, vliegtuigen en pleizier-
vaartuigen (fbetrekkinigen die wijzen op een
zekeren welstand of luxe bij den werkgever).
f. Personen in loondienst werkzaam bij
aanibouw, aanleg, onderhoud, herstelling of
slooping van bouw-, water- of grondwerken,
uibgevoerd in eigen beheer.
De verplichte ziekteverzekering wordt uit-
gevoerd door Bedrijfsvereenigingen en door
de ziekenlkassen van de Raden van Arbeid.
De premie welke door de werkgevers, aan-
gesloten bij de ziekenkassen der Raden van
Arbeid, moet worden betaald is door de Kroon
vastgesteld op een vast percentage van het
loon der arbeiders, als regel f 23 per jaar per
f 1000 loon. Daarentegen zijn de Bedrijfsver
eenigingen vrij in de bepaling van de hoe-
grootheid der door haar te heffen premie. De
meeste Bedrijfsvereenigingen vorderen een
voorschotpremie, varieerende van 15 tot 28
per 1000 uit te keeren loon, terwijl zij vaak
na afloop van het boeikjaar alsnog een om-
slagpremie heffen.
Werkgevers, die personen als vorenbedoeld
in dienst helbben, zullen verplicht zijn daarvan
aangifte te doen en te kiezen bij welk uitvoe-
ringsorgaan der verzekering zij zich wenschen
aan te sluiten. Zij zullen goed doen door zich
voordien volledig te doen inlichten. De Raad
van Arbeid is daartoe, voor zoover mogelijk,
bereid.
MR. J. D. C. BARON VAN HEEKEREN
VAN KELL. f
Te Angeloo is op kasteel Bingerden, 77 jaar
oud, overleden mr. J. D. C. baron van Heeke-
ren van Kell, oud-gezant in Zweden en oud-
lid der Eerste Kamer.
UITVOERING TAR WE WET.
Het Nederl. Correspondentiebureau in Den
Haag melidt:
In verband met mededeelingen als zou, als
gevolg van het in werking treden van de
Tarwewet 1931, de broodprijs met 2 cent per
brood a 8 ons worden verhoogd, wordt er van
bevoegde zijde op gewezen, dat bedoelde mede
deelingen niet als juist zijm te aanvaarden.
Verhooging van den broodprijs als gevolg van
genoemde wet zal zich, zelfs indien al met het
oag op de bloemkwaliteit een wat duurder
buttenlandsche grondstof zou moeten worden
vermalen dan thans, kunnen beperken tot 1
cent per brood van 8 ons.
SCHENDING VAN HET BRIEFGEHEIM
Het Tweede Kamerlid De Visser heeft den
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
21) Vervolg.)
HOOFDSTUK IX.
Stephen en George Henry schenen in
een eenigszins melancholieke stemiming te
zijn toen ze op een morgen, ongeveer een
week later, plaats namen aan hun gewone
tafel in de grill-room van de Milan" om
hun lunch te ge)bruiken.
„Heb je ook toevallig onze prive-uit-
qaven van deze maand nagezien vroeg
Stephen aan zijn broer, terwijl hij zijn
mineraal-water, waarop een stukje citroen
dreef, zat te drinken.
„Ik iheb daaraan vanmorgen een paar
minuten besteed," luidde het sombere ant
woord.
,,Het resultaat was, naar ik vrees, heel
teleurstellend."
,,Buitengewoon."
,,Wij zijn in een zeer moeilijke positie,"
vervolgde Stephen, terwijl hij achterover
in zijn stoel leunde, en door de vensters
van het restaurant keek. Zonder twijfel
hebben wij het veriangen geld uit te
geven, George Henry, doch door ons ge-
brek aan ervaring sohijnen wij de noodige
moeilijkheden niet te kunnen overfcomen.
Wij hetbben er beiden een afkeer van geld
weg te smijten. We zouden bijvoorbeeld
niet een flesch champagne kunnien bestel-
len, waarin wij geen trek hadden, en deze
half laten staan, alleen met de bedoeling
Ministers van Waterstaat en van Justitie de
votgende vragen gesteld:
1. Is het de regeering bekend, dat het
briefgeheim voor arbeiders, werkzaam aan de
Philipsfabrieken te Eindhoven, hlijikbaar niet
is gewaarborgd, en dat ten gevolge daarvan
twee arbeiders, daar werkzaam, zijn ont-
slagen
2. Is het de regeering bekend, dat van de
correspondentie van die arbeiders een dos
sier is gemaakt, door hun correspondentie
te kopieeren of photografeeren, van welk
dossier afschriften zich in banden bevinden of
hebben bevonden van zekeren Leysen, secre-
taris van den Modernen Metaalbewerkersbond
te Eindhoven?
3. Is het de regeering bekend, dat de ar
beiders ter plaatse de particuliere Philips-
politie, in samenwerkinig met personeel van
de posterijen van de schending van dit brief
geheim verdenken, van welke schending ge
noemde Leysen op de hoogte zou zijn ge-
weest?
4. Is de Minister van Waterstaat bereid
ernstig te doen onderizoeken wie van't postper-
soneel zich eventueel sch-uldig heeft gemaakt
aan de schending van het briefgeheim of
hierbij heeft geholpen, en de noodige maat-
regelen te treffen, opdat dit in het vervolg
niet meer plaats heeft?
5. Is de Minister van Justitie bereid, te
bevorderen dat een rechtsvervolging wordt in-
gesteld tegen hen die direct of indirect zich
hebben schuldig gemaakt aan de scbending
van het briefgeheim, zooals te Eindhoven
heeft plaats gehad en waardoor arbeiders
broodeloos zijn geworden?
E'lTKEERINGEN AAN MOBILISATIE-
SLACHTOFFERS.
Het bestuur van den Bond van mobilisatie-
invaliden en van hun natoestaanden, te Draoh-
ten, heeft van den secretaris van den Raad
van State bericht ontvangen, dat over het
wetsontwerp tot wijziging en verhooging van
het VIHste Hoofdstuk der Rijksbegrooting
voor het dienstjaar 1931 (uitkeeringen aan de
z.g. mobilisatieslachtoffers) en het wetsont
werp strekkende tot het vaststellen van een
regeling inzake het verleenen van geldelijke
uitkeeringen aan de moibilisatie-slachtoffers
reap, op 5 en 12 Mei aan de Ivoningin advies
is uitgebracht en deze wetsontwerpen dienten-
gevolge den Raad van State reeds he'biben ver-
laten.
Het bestuur heeft zich thans tot de Konin-
gin gewend met verzoek den meest mogelij-
ken spoed in deze te bevorderen.
INSTELLING COMMISSIE BINNEN-
SCHIPPERIJ.
De Minister van Arbeid, Handel en Nijver-
heid heeft ingesteld eene kleine commissie
die tot opdracht heeft den economischen toe-
stand der particuliere hinnenschipperij te on
derizoeken en daarover aan hem verslag uit
te brengen.
Als voorzitter dezer commissie treedt op de
heer J. Warner, voorzitter van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te Zwolle; leden
zijn de heeren H. Booy Thzn., secretaris van
den Nederlandsch Protestantsch-Christelijken
Schippersbond, Joh. Brautigam, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, F. J. H.
Geraets, referendaris biji het departement van
arbeid, handel en nijverheid (die met het
secretariaat is belast), H. H. Holthuizen,
secretaris van den Nederlandschen R. K. Bond
van reeders en schippers ,,St. Nicolaas", T.
P. Keyzer, secretaris der Schippersvereeni-
ging „Schuttevaer" en C. H. Zijlstra, inspec-
teur voor de scheepvaart.
De commissie is Vrijdagmiddag namens ge-
noemden Minister door den heer F. K. J. He-
ringa, chef der afdeeling handel en nijiverheid
van diens departement, gelnstalleend, die
daarbij eene korte uiteenzetting van de taak
der commissie gaf.
De installatierede van den heer Herlnga
werd beantwoord door den voorzitter der com
missie.
Het secretariaat is gevestigd Bezuidenhout-
scheweg 30, 's-Gravenhage.
GEKNOEI MET CANDIDATENLIJSTEN
VOOR DEN GEMEENTERAAD.
Te Stein bij1 Sittard is op last van de
justitie beslag gelegd op de ingediende can-
didatenlijsten voor de ajanstaande Gemeente-
raadsverkiezing. Een viertal lijsten zouden
valsche handteekeningen bevatten. Het jiusti-
tieel onderzoek is in vollen gang.
is het beste juisf gasd
genoeg. Eischt daarotn
uitsluitend Aspirsn-
tabletten in de origs-
neele verpakking
het wereldberoemd«
BAYER-kruis.
IbayerJ
Let op oranje band en Bayerkruij. Prljl 75 cts.
(Ingez. Med.>
onze dagelijksche uitgaven te vergrooten.
Ons gevoel van redelijkheid spreekt nog
veel te veel. We waren wel bereid onzen
vriend, Professor Hirscihfelt te steunen in
zijn onderneming om rubber uit zeewier
te maken, omdat hij ongetwijfeld een
wetenschappelijk man is en wij niets in
zijn nadeel weten. Daartegenover konden
wij het niet van ons zelf gedaan krijgen
aandeelen te nemen in een diamantmijn
van iemand, die zich voorgtelde onder den
naam van Douglas Fitzgerald, terwijl we
toevallig later te hooren kregen, dat hij
inderdaad Tozeph Levenstein heette en in
staat van faillissement verkeerde."
,,Het was geheel onmogelijk, gaf
George Henry toe. ,,Geld uitgeven wil
nog niet zeggen, dat men het moet weg-
gooien."
„We hebben ook de noodige teleurstel-
lingen ondervonden," zei Stephen pein-
zend. ,,De man, die bew^erde goud uit
zeewier te kunnen maken, heeft nooit
meer iets van zich laten zien."
„En we hadden hem slechts een on-
noozele vijf pond als voorschot gegeven."
zei George Henry op bitteren toon. ,,Hij
had er tenminste om twintig moeten vra
gen... Verder zijn al je calculaties be-
treffende „De zingende Vogel" op niets
uitgeloopen."
,,Dat geef ik toe," zei Stephen: „Ik
neem graag alle schuld op me. Maar aan
den anderen kant heb je er ooit van ge-
hoord, dat twee onoordeelkumdige men-
schen als wij een fortuin maken uit de
eerste en beste theater-speculatie welk ze
op touw zetten
„Een feit is het," gaf George Henry te
kennen, „dat wij de gave schijnen te be-
zitten geld naar ons toe te trekken, dooh
niet de kunst verstaan dit weer kwijt te
raken. Het is een heel ernstige kwestiie
voor ons."
H. VAN DE CALSEYDE
8 Borluutstraat (dicht bjj Stadhuis)
GENT. Tel. 12415.
(Ingez. Med.)
DE POLITIEKE MOEILIJKHEDEN IN
OOSTENRIJK.
De reeds lang dreigende crisis in de Oosten-
rijksche binnenlandsche politiek schijnt,
schrijft de N. R. Crt., thans inderdaad uit-
gebroken te zijn. Dr. Schuerff, de Groot-Duit-
sche minister in het coalitiekabinet Ender is
afgetreden. Als de voorteekenen niet bedrie-
gen beteekent dit dat de Groot-Duitschera
verder van deze coalitie geen deel meer zullen
uitmaken. Niettemin zal vermoedelijk het ka-
binet Ender toch aanblijven en zal eenvoudig
dr. Schuerff door een ander vervangen wor
den. De breuk in de coalitie was al lang te
voorzien. Er moet in Oostenrijk dringend noo-
dig bezuinigd worden. De druk der belastin-
gen is van dien aard, dat belastingverhooging
niit alleen venmeden moet worden, maar dat
belastingverlaging zelfs wenschelijk is. Een
groote post op de begrooting vonmen de amb-
tenaarssalarissen en dr. Ender wil dan ook om
te beginnen van de amlbtenaren een offer ver-
gen om de staatsfinancien te redden. De Gr.-
Duitschers, die hun steun voomamelijk uit
ambtenaarskringen krijgen, meenden zich daar
niet mede te kunnen vereenigen. Zij stelden
voor de rechten op koffie en thee en den sui-
keraccijns te verhoogen en een vrijgezellen-
belasting in te voeren. Zij vonden hierin ech-
ter hun bondgenooten uit den verkiezingsstrijd
de plattelanders, tegenover zich. Na lanig on-
derhandelen om te trachten de tegenstellingen
te verzoenen heeft Ender de bezuinigingsplan-
nen ingediend zonder er het fiat van de Groot-
Duitschers op te krijgen. Hun verzet maakt de
positie van dr. Schotber, de minister van bui-
tenlandsche zaken, uiterst moeilijk. Schoiber
is van hilis uit geen partijman. Bij de jongste
verkieizingen heeft hij zich edhter beijverd om
de partijen die van den uiterst-rechtschen
koers Vaugoin-Starhemberg niet gediend wa
ren, bijeen te brengen. Hij heeft het daarbij
niet verder gebracht dan tot een verkiezings-
vertbond van de Groot-Duitschers en de Platte
landers. Om zelf gekozen te kunnen worden
moest Schoiber zich op een van de Groot-
Duitsche lijsten candidaat laten stellen. Hij is
dus afgevaardigde van die partij en komt nu
voor de moeilijke keuze zijn partij te laten
schieten of haar, tegen zijn overtuiging in. te
volgen en als minister af te treden. Vermoe
delijk zal Schober het eerste kiezen. Naar zrjn
oordeel is het thans geen tijd voor politieke
crisis en is het aanblijven van het huidigc-
kabinet, zoowel als het invoeren van drasti-
sche bezuinigingen, ook ten koste van de
ambtenaren, onvermijdelijk.
Door het uittreden van de Groot-Duitschers
wordt het Ikabinet Ender een minderheidsre-
geerinig; de 66 christen-socialisten en de 10
plattelanders geven het tezamen 76 stemmett,
daartegenover staan de sociaal-democrateK
met 72 stemimen, de Groot-Duitschers met 9
en de burgerwacht met 8 stemmen. Intusschen
zal Ender in veel gevallen op den steun van
de bungerwachten kunnen rekenen, terwijl ook
voor menigen maatregel de socialistische
steun te verkrijgen zal zijn. Dit verklaart
waarom de bondskanselier voorloopig nog aan
geen aftreden behoeft te denken.
BRIANDS POLITIEK BHKRACHTIGD.
Eerder dan verwacht werd heeft, schrijft de
N. R. Crt., de Fransche Kamer gelegenheid
gekregen zich uit te spreken over het aanblij
ven van Briand en het voortzetten van zijn:
buitenlandsche politiek. De interpellatie
Franklin Bouillon bood daartoe een geschikte
aanleiding. De interpellant heeft het door zijn
overdreven, gezwollen aanval Briand en Laval
wel gemakkelijk gemaakt. Toch was de meer-
derheid voor de regeering bij de stemming
over het verleenen van den voorrang aan de
radicale motie niet overweldigend, 57 stem-
men, hoewel Laval de kwestie van vertrouwen
had gesteld. Bij de stemming over het tweede
deel van de motie-Drouot was de meerderheid'
even groot en ten slotte bedroeg zij brj de
stemming over de motie-Drouot in haar geheel
76 steimmen. Uit de ontledinig van de stemmen
hlijkt, dat verscheidene socialisten en socialis
tische radicalen tegen de motie van vertrou
wen hebben gestemd, hoewel zij met Briand!^
politiek vollkomen meegaan. Zij wilden echter
geen vertrouwen uitspreken in het ministerie-
Laval. Omgekeerd moeten verscheidene recht-
ische Kamerleden tegen de motie gestemd heb
ben, hoewel zij wel vertrouwen stellen in het
ministerie, om zich zoodoende tegen Briand
uit te spreken. Alles bijeengenomen kunnen
dus zoowel Briand als Laval jnet den uit-lag
der stemming tevreden zijn, die ongetwijfeld'
ook in breede kringen in het buitenland voi-
doening zal wekken. Niet het minst bij Briands
medestanders te Geneve, die zoo pas nog dui-
delijk te kennen hebben gegeven, dat zij voor
zich den man van de Europeesche Unie niet
gaarne uit hun midden zouden missem
„En ihet lijkt mij, alsof er niemand is.
die ons kan helpen," ging Stephen voort.
..Biina al de voorstellen, welke men ons
komt doen, zijn of een beleediging voor
onis intellect, of deze maken zulk een goe-
den indruk, dat wij er geen geld in durven
steken. Onze eenige hoop is op het °oge"-
blik gevestigd op Professor Hirschfelt,
maar hij weigerde meer dan vijf duizend
pond te accepteeren... Ah, daar komt
monsieur Louis met onze port.
De eerste ober-kellner verwaardigde
zich persoonlijk hun glazen te vullen uit
een met stof bedekte flesch, welke in een
mandje stond. Beleefdheids-phrases be-
treffende het weer werden gewisseld.
„Mijnheer Margetson vroeg een oogen-
blikje geleden naar LI, mijnheer Under
wood," deelde Louis hem mede. ,,Hij zit
daar ginds aohter het soherm."
„Alleen informeerde Stephen.
„Ik geloof het niet, mijnheer." luidde
het bescheiden antwoord. Stephen zuchtte.
Als een van ons tweeen slechts dezelfde
zwakte voor het vrouwelijk geslacht had
als Harold," betreurde hij. „Er bestaat
geenerlei twijfel aan, of dames zouden ons
bij het uiitgeven van geld zeer behulpzaam
kunnen zijn. Een werkelijk verkwistende
jonge dame, tot wie wij ons een van bei
den aangetrokken aevoelden. zou een
ware ui'tkomst zijn. Heb je juffrouw Ro
binson den laatsten tijd nog gezien,
George Henry
,Deze week niet. klonk het eenigszins
neerslacbtige antwoord. ,.Ze zegt, dat zij
het niet kan bekostigen hier iederen dag
alleen te lunchen, en beweert dat, wan-
neer ze veel aan onze tafel zit, ze mij aan
praatjes zal blootstellen.
„Dat is heel attent van haar en buiten-
gewoon kiesch, merkte Stephen enthou-
siast op.
,,Nu zie ik Harold," kondigde George
Henry eensklaps aan. ,,Hij zit met een
jonge dame in zwaren rouw en een heel
dikken man. Ze kijken op het oogenblik
toevallig in onze ridhtinig."
,,Het is volstrekt niet uitgesloten,"
merkte Stephen op, „dat ze het over ons
hebben."
Dit was dan ook inderdaad het geval.
,,Wat wij noodig hebben", verklaarde
de heer Hiram B. Pluck uit New-York,
„is iemand, die ons financieel steunt."
,,Een dwaas met een bom duiten,
bracht Harold in het midden.
Iemand die van geschiedenis houdt en
een artistieken smaak heeft," mompelde
de jonge dame in het zwart.
De oogen van den heer Hiram B. Pluck
straalden, toen hij het groote glas whisky-
and-soda naar zijn lippen bracht en vol-
daan luisterde hij naar het rammelen van
het ijs tegen den rand. Even later zette
hij het glas leeg neer en sdheen volkomen
opgefrischt te zijn.
,,De reohte persoon moet ergens op de
wereld bestaan," verklaarde hij. „Waar-
om zou die niet in Londen zijn Er be
vinden zich menschen met hersenen hier
in de stad, mijnheer," ging hij voort, ter
wijl hij zich tot Harold wendde, ,,mannen
met geld en met fantasie. Zeer zeker zijn
er onder hen ook eenige, die kunstzinnig
zijn aan gelegd."
Het jonge meisje wisselde een blik met
Harold.
„Oom," zei ze, .mijnheer Margetson
heeft een idee."
Hoewel de glimlach van den heer Hiram
B. Pluck zeer aanmoedigend bedoeld
was, bleek het toch heel duidelijk, dat hij
verre van optimistisch was betreffende de
idees, welke uit het brein van hun metge-
zel konden voortkomen. Niettemin keek
hij hem beleefd en belangstellend aan.
„Ik heb twee ooms," kondigde Harold
aan, ,,die gewoonweg in het geld rollen.
Tot op zekere hoogte zijn ze nog al lasttg.
maar het schijnt alsof ze in den laatsten
tijd bezig zijn heel groote uitgaven te
doen. Tot voor een jaar terug hebben ze
nog nooit een cent gestoken in andere
ondernemingen dan hun eigen zaak. en
bewoonden ze een huis in Hampstead.
waarvan de huur slechts negentig pond
bedroeg. Op het oogenblik bezit'ten ze
een flat hier in het hotel, en zij hebben
„De zingende Vogel" gefinancieerd.
Mijnheer Pluck begon eenige interesse
te toonen.
,,Dat laatste," gaf hij toe. ,,is zonder
twijfel een zeer aanmoedigende factor. Ik
zou graag kennis willen maken met uw
ooms, mijnlheer, en dit is iets, wat mijn
nichtje ook zeer aangenaam zal zijn.
,,Ze zijn grappige oude mannen.' ver
klaarde Harold, ,,en het is gemakkelijk
u aan hen voor te stellen. Ziet u
?el daar aChter de deur
,,}a," bekende mijnheer Pluck. .Verder
ontdekt ik ook nog twee gezonde. een-
voudige droogstoppels, die door den een
of anderen kleermaker uit het West-Enc£
zijn aangekleed. ging hij hoopvol voort.
,,Zijn ze dat, beste jongen Ik denk. dat
er wel iets met ben te beginnen is.
,,Het komt me soms zelfs voor, dat ze
op alle mogelijke dingen zitten te wach-
ten," bekende Harold. ,,Wat een intro-
ductie betreft
„Vijf percent van alles, wat we van ze
los kunnen krijgen," beloofde mijnbeer
Pluck.
„En m ij n dank," fluisterde het bleeke
jonge meisje, dat geheel in het zwart ge-
kleed was en een weduwen-sluier droeg.
Harold stond op.
(Wordt vervolgd. i