a o 11 h a l a d.
GEMkyGDEBERICHTEH.
HET TORENDKAMA TE AMSTERDAM.
ECHTPAAR VERDRONKEN GEVONDEN.
KAMER VAN KOOPH. EN FABRIEKEN
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
TE TER NEUZEN.
Rubriek van den Arbeid.
op de drooggelegde gronden gekweekt zullen
■worden, veel grooter zal zijn dan die van de
visch, welke thans wordt gevangen, en de cul-
tnur der nieuw te winnen gronden zal veel
meer arbeiders vorderen dan thans direct en
indirect bij de vis3oherij zijn betrokken.
Het sfcaken van de uitvoering der werken,
waanbij thans, wisselende naar het seizoen,
2500 tot 6 7000 arbeiders rechtstreeks te
werk zijn gesteid, zou juist een in dezen tijd
ongunsLige invloed op de werkloosheid ver-
oorzaken.
De slotsom van het comit6 dat het achter-
wege laten van een werk, waarvan men de
kosten op een milliard meent te moeten stel-
len, tot groote werkverruiming zou leiden, is
dan ook zeer wonderliyk.
Ten slotte zegt de Minister, een hemieuwd
onderzoek overbodig te achten. Een tydelijke
onderbreking van het werk aan den afsluit-
dyk is bovendien technisch gevaarlijk.
Het comitd heeft op dezen brief geant-
woord, dat het zijn standpunt handhaaft en
op een onpartijdig onderzoek blrjft aan-
dringen.
HET WANKELE DOUAMEBESSjLAMD.
itiei. is aGhryft de N. H. Crt. den
VojAeakondsoonxerenues voor een gezamen-
lijae oeconoiiuscne aerie, cue Deooguen een
incemauonaai tanetoestand te verwezen-
mec voor uen wma gegaan. Van ae
2d scacen, ace ter tweeue comerentie te
Geneve vertegeuwoordigd zyn, ntaocii nog
siecnvs tfwaan: ae veneuen jaar geceekenue
conveutie gerauueeeru, zooaac de mogeiiyiK-
heia uui naa.r met 1 A,pni in werking te laten
treuen, ai oy vooroaac niet gunsug leek.
tue reue, waarxueae ae voorzicier Dr. coiyn
de nyeenkomsc opende, was aan ook tereenc
in niiiiH.nr genouaen. uy schetste ae gevod-
gen van een nnsiamcing, aie rampspoedig zou-
aen zyn voor net genceie oeconomisone werk
van ucn voucenoona en voor ae oecononuscne
toenauenng van ae Europeescne si.ai.en. Een
misuuutuiig zou metteruaaa ae aeur openzet-
ten voor een aigeuieene opzegguig van nan-
deiaveroragen en voor on'oeperwce tarieis-
vernoogingen.
Deize waarsdhuwing is wa&rlyk niet over-
dreven, want er waait een procectiomstiscne
wiuu over Europa, cue zeiis vat neeit op vry-
hauueiaars van scnynoaar beproeiae trouw
eels aen Engeischen oeconoom iveynes.
Er waren te Geneve wei eiuteie ucnLpunten
aan te wyzen; een ervan was de goeaaeunng
van net ramicatieontwerp door den Duitschen
Rynsuag, aat ecnter naar nauer is geoieaen,
nog geen ungemaakte zaaK sonept, aocn ai-
leen ue 'ryksregeermg machtigc, tot ratnicatie
over te gaan. Ziy zal aaarvoor aus zexr het
tijasrip Kunnen kiezen en het is iang met on-
mogeiyk dat zy pas zal ratificeeren ais ae
tariexsverhoagingen waartoe ae KyKsaag haar
omangs neeit geoiacntiga, onaer aan zyn.
Hoopgevend was ook ae venaaring van den
Franacnen vertegenwoordiger, aat ue Senaat
hoogstwaarsdhyniijK eeriang tot ratificatie
zal oeaiuiten en aat Frankryk in afwacnting
daarvan de conventie zou naieven, m. a. w.
niet tot tariefsvernoogingen zou overgaan.
Daarmee was dan ook alles, wat eemg op-
timiame kon rechtvaaraigen, gezegd, want ae
anaere woordvoerders meiden ox slagen om
den arm, of gaven, zooals die van Ewitser-
land hoogst ontmoedigende beschouwingen
ten beste, die hierop neerkwamen, dat net
maar het beste zou zijn de conventie dood te
verklaren en te begraven.
Om dat te vernoeden, heeft de voorzitter
Colya kieaxmende argumenten gevonden. Hy
roerde o.a. asm hoe onnatuurii^iK het zou zyn
als deze conferentie, in hoofdzaak bestaahde
uit hooggeplaatste ambtenaren haar eigen
conventie-Kind in de wieg smoorde en acntte
haar daartoe geenszins oevoegd. De verant-
woordeiijkheid voor een misiukking diende
z.i. aan een hooger Volkenbondsorgaan te
worden gelaten en wei aan de Europeesche
commissie, welke onder leiding van Briand
op 5 Mei weer te Geneve bijeenkomt en die
in Januari zich zoo krachtig beeft uitgespro-
ken voor ratificatie der conventie. In die by-
eenkomst van Januari heeft Colyn zelf een
nadrukkelijk beroep op de ministers van bui-
tenlandsche zaken gedaan, om meer aan-
dacbt te wijden aan de groote oeconomische
vraagstukken en uit de jongste rede van
Grandi is gebleken dat zyn stem niet die eens
roependen in de woestijn is geweest.
Ma deze rede kwamen niet minder dan vijf
voorstellen in om de conventie nog te redden,
docb geen ervan heeft tot een bevredigend
besluit geleid en zoo is de conferentie ge-
strand, zonder nochtans tot parate executie
over te gaan. De heele zaak is metterdaad
nu naar de Europeesche commissie verwezen.
Of dit uitstel zal baten staat te Ibezien.
Wellicht krijgt Briand er den Franschen Se-
naat toe, nu wat haast te maken met de rati
ficatie, zoodat hij in Mei niet met leege han-
den te Geneve ibehoeft te komen. Mogelijk is
ook dat in de ongekend nevige oeconomische
crisis, welke nog steeds voortduurt, geduren-
de de zeven weken die ons nog scheiden van
de bijeenkomst der Europeesche commissie,
een kentering ten goede komt.
Bedenkelijk daarenteigen is dat juist Enge-
land, dat twee jaar geleden het initiatief had
genomen voor de actie om tot een tarief-
beatand te komen, thans elke voorloopige
schikking heeft verhinderd. De vraag rijst
of dit misschien een voorteeken is, dat de
EIngelsche regeering, als de voorgenomen on-
derhandelingen over tariefsverlaging met de
protectionistische landen niet mochten slagen,
ook over stag zal gaan en heil zal zoeken in
bescherming.
De Haagsche leidekkerspatroon M., die
verdacht wordt in den toren van de Garar-
dus Majellakerk te Amsterdam zijn compag-
non van het leven beroofd te hebben, zit nog
steeds in de hoofdstad in voorarre,:t. Dezer
dagen is, naar de ,,Nwsbr." meldt, door de
schuld van M. zelf in deze zaak een verras-
sende wending gekomen, waardoor de ver-
moedens tegen hem ten zeerste worden ver-
sterkt.
M. heeft n.l. aan een mede in het Amster-
damsche Huis van Bewaring vertoevenden
gedetineerde een briefje ter hand gesteid,
waarin hij dezen trachtte om te koopen tot
het afleggen van een valsche verklaring,
waardoor de vermoedens tegen zijn gewezen
knecht W. zouden worden versterkt.
M. had dit briefje verctopt in een stuk
brood, dat hij daarna dik met boter, hem
uit de cantine verstrekt, had besmeerd.
Tijdens het luchten* trachtte hij dit stuk
brood aan den medegedetineerde te overhan-
digen, hetgeen door een bewaker werd ge-
zien. Deze nam het brood in beslag en ont-
dekte daarbij het briefje, dat aanstonds aan
den rechter-commisearis is ter hand gesteid.
Zooals te begrijpen is, wordt de geloofw-
digheid van de uoor M. ten opzichte van W.
geuite beschuldigingen thans tot een mini
mum teruggebracht.
Ook in andere opzichten zijn er tegen M.
ernstige vermoedens naar aanleiding waar
van ook een instructie wegens brandstichting
indertijd te Zwijndreeht gepleegd, tegen hem
is geopend.
Als verdediger van M. is aangezocht mr.
F. A. Kokosky te Amsterdam, die dit aan-
zoek voorloopig heeft aanvaard, doch zich
zijn definitieve beslissing heeft voorbehouden
tot tyd en wijle de instructie zal zyn ge-
sloten,
GEVAARLIJKE TWIST.
De directeur-hoofdingenieur van den Prov.
Noord-Hollandschen Waters.taat, jhr. C. J. A.
Reigersman, heeft in antwoord op het tot
hem gericht verzoek, om toestemming te
geven tot het doen openen van de op zijn
last „gestempelde" .sluisdeuren van de weste-
lijke kolk der Muider zeesluizen, medegedeeld
dat een dergelijke toestemming door hem niet
verleend wordt. Hierdoor moest worden afge-
zien van het geopperde voornemen, om de
nog op den bodem der sluiskolk achtergeble-
ven zandmassa met behulp van baggerbeugels
te verwijderen en moet worden volstaan met
het zooveel meer tyd-eischende duikerswerk.
Zoodra het plan bestond, om de resteeren-
de hoeveelheid zand uit de kolk te baggeren,
werd voor dat werk een der losse arbeiders
aangewezen, die tot nu toe op andere wijze
bij het duikerswerk behulpzaam was geweest.
Iu zijn plaats werd tegelijkertijd reeds een
andere arbeider aangesteld, om zijn vroegere
plaats in te nemen. Toen het bericht afkwam
dat de Waterstaat niet kon toestaan, de sluis-
deuren te doen openen, was er geen werk
voor eerstbedoelden arbeider. Op zijn verzoek,
aldus de Tel., om weer in zyn oude plaats
werkzaam te worden gesteid, kreeg hy ten
antwoord, dat dit niet meer ging, aangezien
reeds een ander met dat werk was belast.
Hierover ontstak de arbeider, wiens hulp niet
meer noodig was, z66 in woede, dat hij een
der gebr. H., aan wien het duikerswerk is op-
gedragen, op den sluismuur te lyf ging. Ter-
wrjl zij over den grond rolden, kwamen zij
ongemerkt, op den luchtslang terecht, waar
door de broer van den aangevallen duiker,
die op dat oogenblik op den bodem werkzaam
was, van versche lucht wordt voorzien.
De arbeiders, die aan de luchtpomp ston-
den te draaien, stopten een oogenblik den
arbeid, hetgeen echter van funeste uitwer-
king moest zijn op den luchttoevoer voor den
aan het werk zijnden duiker. Een voorbij-
varende schipper besefte onmiddellrjk het
gevaar en riep uit alle macht: „Draaien,
mannen, draaien!" Daaraan werd gelukkig
onmiddellijk gehoor gegeven, maar nog was
het gevaar niet geweken, indien de twee
vechtende mannen niet uit de nabijheid van
de luchtslang werden gebracht. Men slaagde
er ten slotte in den duiker en zijn aanvaller
te scheiden.
ONDER EEN AUTO.
Op den weg naar Winsum (Gr.), ter hoogte
van Maarhuizen, is Woensdagmorigen in de
vroegte een doodelijk ongeluk geschied. Eenige
arbeiders gimgen per fiets in de richting Men-
singeweer en ontmoetten een auto uit Een-
rum. Doordat de bestuurder van deze auto
door de opkomende zon werd verblind, ge-
raakte een der arbeiders, de 42jarige ,onge-
huiwde Gaaie Hoeksema onder de auto. Hij
t werd zwaar gewond en overleed even later.
Te Goutum heeft men Dinsdagmorgen den
i heer J. H. en zijn echtgenoote niet ver van
i hun woning, in de vaart verdronken gevon-
den. Men en vrouw waren ieder ongeveer
60 jaar oud.
(Slot.)
4. Postbestelling te Aardenburg.
Een schrijven van den Inspecteur der Pos-
terijen, Telegrafie en Telefonie te Middelburg,
deelt aan de Kamer mede, dat hare opvatting
omtrent verslechtering van den toestand in
t verband met het tijdstip der eerste postbe-
stelling en dat der eerste verzending te Aar-
denburg onjuist is.
Het Bureau heeft dit antwoord om advies
gesteid in handen van het lid der Kamer, den
I heer Catsman, om advies. Deze is van oor-
deel, dat er bij den Inspecteur een misver-
stand bestaat, omtrent de werkelijke uren van
bestelling en verzending. Wei toevailig is
er echter juist na de vergadering van 20
December 1.1. een verbetering in den toestand
ingetreden, en wordt, voor wat de verzending
der eerste correspondentie betreft tegemoet-
komend tegenover het publiek gehandeld,
zoodat hij in overweging geeft het voorloopig
eens af te zien.
Aldus wordt besloten.
5. Aanlegplaats voor den veerdienst te
Hoede kenskerke.
Van den Minister van Waterstaat is een
schrijven ingekomen waarin hij mededeelt,
dat het voorshands bij hem bezwaar ontmoet
het veer HoedekenskerkeTer Neuzen voor
koplading in te richten, wegens de hooge kos-
i ten aan de aamchaffing van een boot, ge-
j schikt voor voor-, zij- en achterlading ver-
bonden, terwijl de kosten van het wijzigen der
I pontons enz. mede niet gering zullen zijn.
Het inrichten van het veer voor het over-
brengen van spoorwegmateriaal ontmoet be
zwaar, omdat de tramwegen in Zeeuwsch-
Vlaanderen een andere spoorwijdte hebben
dan de spoor- en tramwegen aan de overzijde
der Schelde, zoodat overlading van goederen
toch niet voorkomen zou worden, en de ver-
binding der aanlegplaats met den spoorweg
Mechelen-Ter Neuzen aanleiding zou geven
tot vele bezwaren en groote kosten.
Het Bureau merkt naar aanleiding hiervan
op. dat de Minister blijkens zijn antwoord aan
het schrijven der Kamer, voor wat het eer
ste gedeelte betreft, een verdere strekking
heeft gegeven, dan daaraan ten grondslag
lag. Althans, er Is geen nieuwe boot, inge-
richt voor kop-. en zijlading gevraagd. Wei
is de veronderstelling uitgesproken, dat de
tegenwoordig in de vaart zijnde booten in
de toekomst door een van zoodanig systeem
zal moeten worden vervangen.
Ook is er, op verschillende gronden op ge
wezen, dat de wenschelijkheid van het over-
zetten van spoorwegwaggons naar Zeeuwsch-
Vlaanderen zich meer en meer naar voren
dringt en het der Kamer voorkwam dat dit
juist bij dit veer het gemakkelijkst zou zijn
tot stand te brengen, indien men dit eenmaal
zou willen bevorderen. Gedachtig aan de ge-
schiedenis van het veer Vli-singen-Breskens
werd thans alleen de vraag gesteid, of, nu te
Hoedekenskerke nieuw werk werd gemaakt,
n.l. een ponton met toeleidende brug, of het
geen aanbeveling verdiende bij het cons-
trueeren van dat nieuwe werk, daarmede
rekening te houden. Uit dit antwoord, zoo-
wel als uit hetgeen van de zijde van Water
staat v(56r dezen is te kennen gegeven over
die aangelegenheid met betrekking tot Vlis-
singen-Breskens is de conclusie te trekken,
dat men aan dat Departement nog niet voor
dien uit Zeeuwsch-Vlaanderen naar voren
gekomen wensch geporteerd 13.
Het Bureau, vorenstaande onder de aan-
dacht der Kamer brengende, meent dat er
voor het oogenblik niets anders rest, dan het
schrijven voor kennisgeving aan te nemen.
Aldus wordt besloten.
6. Aanvoer van post te Sas van Gent In
den avond.
Het Bureau deelt mede, dat het, naar aan
leiding van een schrijven van het lid der
Kamer, den heer Van Goethem bij vemieu-
wing een verzoek tot de Administratie der
Posteryen wenscht te richten, om de post
voor Sas van Gent, aangevoerd met trein
3083 uit Roosendaal, (welke o.m. bevat Rot-
terdamische avondbladen, via Vlake door te
zenden over Walsoorden en verder per tram
en die post op te nemen in de laatste bestel
ling, waardoor dan de avondbestelling zou
worden hersteld, zooals die ongeveer was
v66r den oorlog.
Met algemeene stemmen wordt hieraan
goedkeuring verleend.
7. Recht voor telegrainadressen en bus-
recht.
De Minister van Waterstaat bericht, dat
met betrekking tot het in ons land geheve^
recht voor telegramadressen en busrecht een
onderzoek gaande is en te zyner tijd de uit-
slag daarvan zal worden meegedeeld.
Aangenomen voor kennisgeving.
8. Reorganisatie van den dienst der
Directe Belastingen, Invoerrechten en
Accynzen.
Door de Kamer te Groningen werd de aan-
dacht gevestigd op het door den Minister van
Financien bij de indiening zijner begrooting
aangekondigde voornemen tot het reorgani-
seeren van den dienst der Directe Belastingen,
invoerrechten en accijozen, door splitsing van
den dienst der invoerrechten en accynzen en
dien der directe belastingen, bij welke laatste
dan de Registratie zou worden gevoegd.
De Kamer wees er in een adres aan den
Minister op, dat die reorganisatie ongerief en
stagnatie voor den handel zou veroorzaken,
aangezien er mede gepaard zou gaan een
aanzienlijke beperking van het aantal met
dien dienst belaste Inspecteurs (d.w.z. voor
Invoerrechten en Accynzen) waarvan er be-
houdens in enkele hoofdplaatsen slechts een
in elke provincie zou gevestigd worden.
Dit schrijven was aanleiding, dat van de
zyde van het Bureau een onderzoek werd in-
gesteld, waarbij bleek, dat die kwestie voor
Zeeuwsch-Vlaanderen, met zijn internationa-
len handel, van zeer groote beteekenis is.
Op grond daarvan zijn onverwijld namens
de Kamer aan den Minister de ook hier tegen
die reorganisatie bestaande bezwaren naar
voren gebracht en er subddiair op aangedron-
gen, dat, indien de regeling ondanks hetgeen
daartegen (ook uit administratieve kringen)
wordt aangevoerd toch tot stand zou komen,
te willen bevorderen, dat, in verband met de
geografische ligging, ook in Zeeuwsch-Vlaan
deren een inspecteur van Invoerrechten en
Accijnzen zal worden gevestigd.
Het Bureau verzoekt hierop de goedkeu
ring der Kamer.
Deze wordt met algemeene stemmen ver
leend.
9. Tentoonstelling voor Handel en Indus
trie te Breskens.
Van de Vereeniglng voor Vreemdelingen-
verkeer is een mededeeling ontvangen, dat zij
besloten heeft, dit jaar een tentoonstelling
voor Handel en Industrie te houden, welke
den naam van le Zeeuwsch-Vlaamsche Jaar-
beurs dragen zal:
dat het in de bedoeling ligt, bij welslagen
deze tentoonstelling telken jare te organi-
seeren
dat zij daarmede de aandacht op deze streek
wil vestigen en de mogelijkheid die zij biedt
voor handel, nijverheid, landbouw en ver-
keer;
dat, aangezien de groote financieele offers,
die deze organisatie van de kas der vereeni-
ging vergen zal, zij tot dekking der kosten
verzoekt haar een subsidie te verleenen van
250.
Teneinde te kunnen beoordeelen of deze
onderneming inderdaad die beteekenis voor
den handel en de industrie van het gewest kan
hebben dat een subsidie als tot het gevraagd
bedrag gewettigd kan zijn en of de vereeni
glng die ook inderdaad noodig heeft, zijn
door het Bureau na de ontvangst van dit
schrijven aan de Vereeniging omtrent een en
ander inlichtingen gevraagd.
Dit verzoek zal in besloten vergadering
worden behandeld.
9. Statistiekrecht voor zendingen naar
het buitenland per post.
Door de Regeering is bij de Tweede Kamer
ingediend een wetsontwerp houdende nadere
bepalingen omtrent de heffing van Statistiek
recht, met de bedoeling, dat daaronder ook
zullen vallen de naar het buitenland per post
vervoerde goederen.
De Rotterdamsche Kamer zend in verband
hiermede een afschrift van haar adres aan de
Tweede Kamer, waarin zij er op wijst dat de
heffing van het statistiekrecht ten doel had
de kosten te dekken van het samenstcllen der
Handelsstatistiek. Dat de opbrengst in 1930
echter 4.029.941,83 bedroeg en slechts een
gering bedrag dier som voor de handelssta
tistiek wordt uitgegeven, zoodat veilig kan
worden aangenomen dat de handel thans
tegen de 4 millioen offert voor doeleinden
die met de Handelsstatistiek niets uitstaande
hebben. Hoezeer zij het ook toejuicht, dat
de zendingen per post in het vervolg ook in
de Handelsstatistiek zullen worden begrepen,
maakt zij toch bezwaar, dat de handel, die
thans toch reeds zoo'n surplus boven de wer
kelijke kosten betaalt, nu nog eens een uni-
formr^cht van 5 cent zal betalen, waardoor
tegenover de geraanjde uitgaaf van 62.500
weer een geraamde opbrengst van 89.000
komt te staan. Daardoor ontstaat weer een
extra-bate voor de schatkist, bij de 4 millioen.
De Kamer verzoekt aan te sturen op een
vrijstelling der postpaketten van statistiek
recht en matiging van het bestaande tarief.
Het Bureau geheel onderschrijvende de in
dit adres aangevoerde argumenten, stelt voor,
daaraan adhaesie te betuigen.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
10. Vrachtvervoer te land.
Door den Bond van Bedrijfsautohouders in
Nederjand zijn toegezonden beschouwingen
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
van Amsterdam, over het vraagstuk betref-
fende het vervoerwezen, in antwoord op de
vragen van de Staatscommissie, die indertijd
ook door onze Kamer zijn beantwoord en
voorts het artikel van den Ingenieur W.
Simon Thomas in het Tijdschrift „Spoor- en
Tramwegen" van 11 November 1.1., getiteld
,,De Vrachtauto, een gevaar voor de volks-
welvaart" en een critiek op dit artikel, zijnde
een verdediging van het vrachtautovervoer.
Deze beschouwingen worden gedeponeerd
op het Secretariaat der Kamer ter kennls-
neming voor de belangstellende leden.
11. Rekening der Kamer over 1930.
Het Bureau stelt voor, de Financieele Com
missie te machtigen de rekening der Kamer
over het dienstjaar 1930, nadat die gereed
zal zijn, vast te stellen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
12. Omvraag.
De heer DE FEIJTER: In de eerste plaats
kunnen we het Bureau dankbaar zijn voor de
samenstelling van de verhandeling die naar de
betrokken autoriteiten is gezonden.
Aanvankelijk is succes bereikt met de tarwc
en suikerbietenteelt. Wat de uitkomsten zullen
zijn kan nog niet worden geconstateerd, de
tevredenheid is er nog niet, doch die zal met
zooveel hoofden en zooveel zinnen ook moei-
lijk te bereiken zyn. In elk geval, de boeren
die niet tot de cooperatie behooren, zullen
een vastgestelden prijs voor hun bieten ont
vangen, terwijl de cooperatieve teelers de
buien zullen moeten afwachten. Hoe groot
het verlies zal zijn dat met het telen van
suikerbieten Is verkregen zal de toekomst
ultmaken. Bvenzoo met de tarweteelt. Mijns
inziens zijn beide besluiten lapmiddelen, welke
veel geld zullen kosten en weinig zullen uit-
halen, doch ik hoop dat ik het mis voor heb.
Thans is nog de teelt en verwerking van
vlas aan de orde. Uit verschillende berichten
blijkt, dat hieraan ook gewerkt wordt en wil
ik trachten duidelijk te maken dat alles wat
tot dusver gebeurt, een werk is dat reusach-
tig geld kost en ten slotte weinig uithaalt.
Volgens de verschillende gegevens die mij
geworden zijn, bedraagt de beteelde opper-
vlakte aan suikerbieten in ons land 65.000
H.A., welke in totaal aan onkosten bedragen
tot suiker gemaakt 487 per H.A., waarin
aan werkloon 238. In deze totale onkosten
zijn niet begrepen pacht en op te brengen
renten. De opbrengst is pl.m. 496 per H.A.,
zoodat zoo ongeveer f 9 overschiet voor pacht
of rentebetaling, gerekend aan een prijs van
12 per 1000 K.G.
Uit deze berekening blijkt, M. d. V., dat
deze teelt niet loonend is en derhalve met
verlies zal moeten geiwerkt.
Evenzoo is het ook met het vlas.
Een berekening door deskundigen opge-
maakt geeft ons aan dat aan den teeler, die
zijn vlas te land verkoopt een uitgaaf vast-
zit van pl.m. f 200 per H, A., waarvan 65
loon, zonder inbegrip van pacht of rente
betaling.
Voor den teler of den handelaar die afge-
repeld verkoopt, bedragen de onkosten tot
f 370 per H.A., minus 56 voor zaad, is 310
per H.A., ongerekend pacht, rentebetaling of
koopsom, met een werkloon van 240 per
H.A.
De landbouwer of handelaar zal dus, onge
rekend koopsom, pacht of rentebetaling, met
een opbrengst van 5200 K.G. gerepeld vlas
per H.A., hetgeen in doorsnee niet zoo weinig
is, een prijs hebben te ontvangen van 6 per
100 K.G., dat natuurlijk veel te weinig is.
Een zeer schamele winst, absoluut oneven-
redig aan de verbonden risico, zou de prys op
f 10 per 100 K.G. brengen.
Het aan de industrie verkochte vlas wordt
door deze verwerkt met een verlooning van
360 per H.A.
Een gemaakte berekening wijst op hoogere
uitgaven, doch Ik wensch my aan het mini
mum te houden.
De totale onkosten voor een H.A. vlas zijn
dus zonder berekening van pacht, koopsom of
rentebetaling 730, waarvan 600 aan werk
loon per H.A.
In Nederland worden geteeld pl.m. 12.000
H.A. vlas zoodat ongeveer 7.200.000 aan
werkloon wordt uitibetaald, hetgeen naar ver-
houding heel wat meer is dan de suiker
bietenteelt, welke, 5% maal zoo groot, pl.m.
15.600.000 aan loon betaalt.
Beide takken van nijverheid eischen dus een
bescheiden plaats in de zorg der regeering in
deze crisistyden.
Voornamelyk omdat de Regeering in de
oorlogsjaren ook een byzondere zorg aan den
dag legde, door ons speciale vragen te stel
len omtrent de productie en... ook speciale
betaling te eischen aan oorlogswinst. Het ver-
goeden van oorlogs- of crisisverlies is dan ook
gerechtvaardigd en op zijn plaats.
Hoe deze zorg in de suikerbietenindustrie
er uit ziet, kan men zien en hooren. Hoe staat
het nu in de vlasindustrie
Volgens de berichten in de verschillende
bladen wordt aangeraden, en reeds plaatse-
lijk toegepast, een steunbijdrage voor loon tot
55 met een maximum arbeidsloon van 12
per week. Een dergelijk standpunt zou dus
uitmaken dat bijv. voor de gemeente Ter
Neuzen de betrokken ongeorganiseerde arbei
der voor ongeveer 2 per week zou moeten
werken in plaats van werkloos zijn met werk-
loozensteun. Ieder voelt de scheeve verhou-
ding.
Die scheeve verhouding gaat dan in do
teelt en eerste bewerking, terwijl het blijkt
dat juist ook daar een groote achterstand is
Wanneer men toch voor een speculatief ge-
was als vlas met zooveel risico met een kilo-
prijs van 8 nog niet rendeert en men aan de
huidige toestand nog niet aan 5 komt, dan
ligt het voor de hand dat teelt onmogelijk
is en de industrie en handel vanzelf zonder
grondstof komen te zitten.
Anderen meenen, dat een teeltpremie uit-
komst biedt en alsdan met succes vlas kan
geteeld worden. Mogelijk doch waar dan
met den grondstof heen?, waarvan thans
reeds grooten voorraad aanwezig is, zonder
noemenswaardlge afname, wegens de dum
ping van Sovjet-Rusland.
Een teeltpreimie zal wei product verschaf-
fen, dat echter waardeloos wordt door de ge-
ringe afname.
Anderen, en hierin wil de Regeering vol
gens de berichten ook heen sturen, willen de
huisindustrie bevorderen en de zelfwerkers
gelegenheid geven hun kunsten te toonen met
bijslag op loon enz. Een geweldige zwaai zou
dit zijn, en een grief voor de groot-indusrtrie,
want herhaalde malen is er op gewezen en
in die ridhting ook plannen gemaakt, om de
huisindustrie te verbannen. En nu zou deze
voor de vlasindustrie in het leven worden ge-
houden, zouden de hokjes en krotjes weder in
eere komen, tegenover de goed geoutileerde
fabrieken met enorme kosten overeenkomstig
de voorschriften van arbeids- en veiligheids-
wetten en wat dies meer zij gebouwd. Laat
ons, M. d. V., als Nederlanders onzen naam
ophouden en in deze niet weder worden aan
gezien als de Chineezen van Europa. En
dan de kosten, administratieve rompslomp,
ambtenaren enz.
Gemeenten met lagen loonstandaard zouden
daartoe kunnen overgaan en anderen niet,
dat gaat toch niet? en ten slotte zijn hier-
mee alleen de werknemers gebaat. Doch
waar blijven de werkgevers?
Hoe zal een handelaar ondanks 55 toe-
slag op loon uit moeten komen met een be-
hoorlijke teelt of kooppriis?
En waar moet de industrie heen met den
verkoop van het product, waarvoor momen-
teel geen crediet wordt verstrekt?
Zonder berekening wat deze rompslomp
kost aan controle en ongemakken, komen de
verhoudingen beslist niet uit. tegen een ge-
makkelijke en succesvolle oplossing.
Wanneer het zou opgaan, M. d. V.. in elke
gemeente te volstaan met een toeslag van
55 op alle loon, dan kost dit de Regeering
reeds 4 millioen, waartegen geen noemens-
waardige baten staan. Immers, wanneer we
berekenen dat een H.A. vlas. te v°lde ver-
kocht, bfina geen en afgero-neld f 2*0 kost
aan arbeidsloon, zonder knoneom, nacht of
rent eve rrekenlng en kunstmest, dan voelt
men dat men er aan de huidige pryzen van
het stroovlas nog totaal naast is. En aan wie
komt dan alles ten goede? Aan de werk
nemers die in staat gesteid worden arbeid te
verrichten, terwijl de werkgevers voor het
verlies en risico blijven zitten. De vergade
ring gevoelt zeer goed dat dit het paard acfa-
ter den wagen spannen is.
Oe groote vraag in deze materie is niet
alleen het bevorderen van arbeidsgelegenheid,
doch vooral afzetgebied aan mogelyke pryzen.
Voor het individu is dit onmogelijk. De
dumping van Sovjet-Rusland, dat in 1929 d«
vlasprijzen van 94 Pond per ton deed dale*
op 44, doet ons alien zien, dat hiertegen niet
is te vechten. Deze catastrophe geldt dua
niet alleen de industrie, doch de teelt en ]»«-
werking in alle geledingen. Daarvddr heeft
de Regeemig op te komen. Ik geloof dat die
eisch op zijn plaats is.
En de teelt, handel en industrie is m.t niet
te redden door toeslag op loon of teeltpremie,
omdat deze beide edn enkele catagorie steu-
nen, doch niet de gansche iinie tot steu* te
zijn.
Voor hetgeen ik hier als middel tot stetm
te berde wil brengen ben ik al meermalen
als socialist betiteld. Dat kan mij niet eche-
len, M. d. V. Ik ben dat niet, ik wensch me
met de politiek niet meer op te houden, daar
ik al meermalen de droeve ervaring heb op-
gedaan, dat de politiek de geheele wereld
naar den kelder helpt. De groote vraag waar-
om het gaat is niet welke politieke groep
regeert, doch welke regeering helpt mede dec
economischen druk te verlichten.
Wanneer ik dit middel wil bezlen dan ktua
ik dit noemen staatshulp in den vorm ra*
koophandel.
Wanneer toch de Regeering het gezvringeld
vlas tegen vastgestelde prijzen door daartoe
aangewezen deskundigen doet aanvaarden,
dan weet men precies de uitkomst ea ka*
ieder zijns weegs gaan zooals voorheen.
De teler tracht den hoogst mogelirjiken prfja
te bedingen, de handel tracht zoo laag moge
lijk te koopen, de Industrie tracht er zooveel
mogelijk uit te werken. Niet, M. d. V., dat
dan het eldorado verkregen is, o neen, want
het is niet te bezien dat de prijs alsdan nog
loonend zal zrjn. Doch, en dd&r gaat het om,
de bestaansmogelrjkheid van telen tegen
over andere vruchten, is daar; de mogeiyb-
heid van handelen is niet uitgesloten en d«
reden van niet verwerken is weggevallen.
Laat ons het maar zoo zeggen, M. d. V., voor
elk bedrag dat wordt verhandeld, komt ee*
bedrag terug en dat Is nu niet zoo, en dat
is ook niet het geval met teeltpremie of loon
toeslag.
Ik hoop dan ook, M. d. V., dat er van weg*
het Bureau alsnog in dien geest stappen kun
nen worden gedaan en wil gaarne des v«-
langd het Bureau in deze van advies dienen.
De VOORZITTER zegt overweging toe.
Hij sluit de openbare vergadering.
SUBSIDIES TER BESTRIJDING VAN
WERKLOOSHEID.
Bij het debat over het werkloosheidsvraag-
stuk, dat dezer dagen in de Tweede Kamer
naar aanleiding van een tweetal interpella-
ties is gehouden, is niet alleen gesproken over
de bestrijding van de financieele gevolgen di*
de werklooslheid meebrengt, doch zijn ook
verschillende opmerkingen gemaakt omtrent
de wrjze waarop de werkgelegenheid zou kun
nen worden uitgebreid.
Een dezer opmerkingen zal hier behandeld
worden omdat zij op het eenste gezicht zoo
volkomen logisch lrjkt, doch, wanneer men at
verder over nadenkt, zooveel bezwaren mee
brengt, dat het zeker van belang is da aan
dacht op deze bezwaren te vestigen.
Wanneer een werkgever door gebrek aa*
orders zyn productie moet inkrimpen en daajr-
bij niet in de mogelijkheid verkeert door ver-
korting van den werktijd voor alle arbeider*
het te verrichten werk over alle arbeiders te
verdeelen moet hij, wil de onderneming ren-
dabel blyven, een gedeelte van zijn personeel
ontslaan. Deze ontslagen arbeiders krijgen
dan, als zij verzekerd zijn, werkloozenuitkee-
ring of anders vallen zij, indien deze bestaat,
onder de steunregeling of als zij niet bestaat,
worden zij naar de Armenzorg verwezen. In
alle gevallen echter kosten deze werklooze*
de gemeenischap geld, terwijl daartegenov*r
geen productieve arbeid staat.
Wat is nu loglscher dan dat men gaat zeg
gen: „Als nu toch de Overheid geld voor deze
personen moet uitgeven, waarom zou dan d*
Overheid dit geld niet besteden om de onder
neming een zeker subsidie toe te kennen dat
haar in staat stelt de betrokken werklooze*
aan het werk te houden? Dit kost de Over
heid niets meer en er staat tegenover, dat er
geen werkloozen zijn, doch dat de betrokken
personen productieven arbeid verrichten."
Deze gedachtengang is zoo logisch, dat e»,
vooral in Duitschland, waar momenteel zeer
veel werkloosheid heerscht, heel wat personen
zijn geweest, die deze gedachten op de een of
andere manier hebben uitgewerkt en getracM
hebben ze in praktijk te brengen.
Dan echter komen pas de moeilijkheden.
Immers, men gaat dan een bepaalde onder
neming steunen, terwijl de concurrent zonder
dezen steun moeten werken. Het is best mo
gelijk, dat deze concurrent door een bepaald*
methode van werken of door andere omstan-
digheden veel economischer kan produceeren
en dan gaat het toch niet aan om een ander,
die dat niet kan en daar misschien zelfs geen
pogingen toe heeft aangewend, in staat t*
stellen op kosten van de gemeenschap in d*
oude sleur te blyven doorwerken. Men begaat
dus een groote onbillijkheid tegenover de
ondememingen, die hun best doen en trachten
zoo goedkoop mogelijk te produceeren en ais
men daarover doordenkt, moet men wei haast
tot de conclusie komen, dat men eerder di*
goede onderneming moet steunen en moet
trachten haar nog grooter te maken, dan dat
men de slechte onderneming laat doormodde-
ren. Bovendien is het ook ontzettend moeilijk
te bepalen waar de grens van het subsidie is.
Het is duidelyk, dat, zoo gauw een onder
neming de smaak er van te pakken krijgt,
zij zal trachten zoo veel mogelijk kosten op
de Overheid af te wentelen.
Daarbij komt nog een andere kwestie. In
dien de Overheid steunt, moet zij, al was het
alleen maar om haar steun te kunnen verant-
woorden, een zekere controle kunnen uitoefo-
nen en bepaalde voorwaarden moeten stellen.
Begint men hieraan, dan betreedt men een
weg, waarvan het einde niet is te overzien
en waarbij men voortdurend conflicten zal
krijgen over de vraag wat nu eigenlijk wei en
wat niet tot de bevoegdheid van de Overheid
moet worden gerekend. Afgescheiden van dit
alles is het duidelijk, dat, wanneer een be
paald land eenmaal op groote schaal subsi
dies zal gaan verleenen, in andere concur-
reerende landen eenzelfde gedragslijn zal wor
den gevolgd, waardoor men intemationaal
steeds tegen elkaar zal gaan opbieden om
maar zoo veel mogelijk werkgelegenheid in
het eigen land te houden en men een toestand
zou krijgen, die met alle begrippen van eco-
nomische productie zou spotten.
Het is dan ook maar goed, dat er slechts
weinig personen zijn, die deze subsidiemaat-
regelen wenschen te zien toegepast.