GEMEENTERAAD VAN
ZAAMSLAG.
genieten van een regeling zooals die thans is
vastgesteld? Spreker kan niet inzien, dat
het toezenden der motie zou kunnen worden
heschouwd als een ongeoorloofde inmenging
in de zaken van het burgerlijk armbestuur.
Het betrefit hier toch een ibnitengewone om-
\standi(gfheid Spreker zou "net niiet billijk
achten, als bet burgerlijk armbestuur er geen
rekening mee hield. Hij weet wel, dat de raad
geen recht heeft, zich te menigen in de uitkee-
rimgen van het burgerlijik armJbestuur, maar
men mag toch wel een verzoek doen en bij
meent, diat de motie zoo kalm mogelijk is
gesteld.
De beer VERLINDE vermeent, dat de motie
van den beer Hamelink feitelijik beoogt, op de
zaak der steunregeling vooruit te loopen.
De heer HAMELINK: Neen, er valt in elk
geval een deel der menschen die de raad wilde
ateunen uit.
De heer VERLINDE: Het gaat dus over
het verschil, voor de menschen van 60 tot 65
jaar; daar kan iik me ook wel voor verklaren,
maar ik vertrouw, dat bet burgerlijk armbe
stuur daarmede wel rekening zal willen
bouden. Over bet uitkeeren der steunver-
leening zou ik me tagenover bet burgerlijk
armbestuur niet willen uitspreken en dan
maar eens afwachten wat ze doen.
De heer HAMELINK zegt, ook geen be-
zwaar te hebben zijn motie te wijziigen en in
plaats van te verzoeken bet vertrouwen uit te
spreken dat het burgerlijk armbestuur aldus
handelen zal.
De beer GEELHOEDT meent bemerkt te
hebben, dat de heer Bedet het zenden eener
motie eenigszins prikkelend beschouwt. Zou
de heer Bedet niet kunnen toezeggen, dat bet
burgerlijk armbestuur rekening zal bouden
met betgeen hier besproken is? Dan zou de
beer Hamelink missohien wel bereid zijn de
motie in te trekken. Men kan aniders het
geval hebben, dat de motie wordt toegezonden
doch bet burgerlijk armbestuur die toch naast
zddh neeriegt.
De VOORZITTER meent, dat, als de heer
Bedet bierop zou ingaan, zulks een uitvoerig
debat zou uitlokken.
De heer OOLSEN: En de heer Bedet is in
bet burgerlijk armbestuur toch ook niet alleen
de baas.
De beer BEDET kan best toezeggen, dat
betgeen hier besproken is bij bet burgerlijk
armbestuur zal worden overgebracbt.
De beer HAMELINK wil dan zijn motie
intrekken, aangezien toch bet gevaar bestaat,
dat deze op formeele gronden tegenstand zou
vinden. Mocbt hetgeen hij beoogt niet volgen,
dan zullen wel andere middelen ten dienste
staan om dat doel te bereiken.
(Wordt vervolgd.)
De beer DE KOEIJER merkt op, dat de
vrijstelling gevraagd wordt met het oog op het
platteland.
De VOORZITTER stemt daarmede in. Bur
gemeester en Wethouders zijn van oordeel,
dat b.v. in deze gemeente, waar vele kinderen
een grooten afstand moeten afleggen om de
school te bereiken, het geven van onderwijs
in lichamelijke opvoeding niet noodig is. Voor
de steden is dat iets anders, daar acht hij het
wel noodig, maar hier is er geen gebrek aan.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
g. Het raadstoesluit van 30 Januari 1930,
tot wijziging der begrooting van 1930, voor-
zien van het bewijs der goedkeuring door Ge-
deputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
5. Benoemiug leden der plaatselijke schat-
tingsconunissie.
1 Mei 1931 is verstreken het vierjarig tijid-
perk waarvoor de benoemde leden zitting
hebben.
Vermits de aftredende berbenoembaar zijn,
leggen Burgemeester en Wethouders hderbij
over en bevelen zij met de aftredenden aan:
1. A. de Feijter (aftr.) en K. L. de Kraker.
2. K. de Kraker en J. Soheele.
3. C. H. H. Wisse en J. C. Eijke.
4. C. A. Wisse (aftr.) en»D. Dees.
De VOORZITTER noodigt de heeren De
Regt en Jansen uit, met hem het stembureau
te vormen.
Herbenoemd wordt de heer C. A. Wisse met
9 en de heer A. de Feijter met 8 stemmen;
benoemd worden de heeren K. de Kraker en
C. H. H. Wisse ieder met 8 stemmen.
Voorts venkreeg de heer J. Scheele 2 en de
heer K. L. de Kraker 1 stem.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot benoeming van stembureaux
voor de verkiezing van leden van de
Provinciale Staten.
Te benoemen zijn voor stembureau I: twee
leden en twee plaatsvervangende leden.
De Burgemeester is van dit bureau ambts-
balve Voorzitter.
Voor stembureau II: een Voorzitter; twee
leden en twee plaatsvervamgende leden.
Voor stembureau III: een Voorzitter; twee
leden en twe plaatsvervangende leden.
Burgemeester en Wethouders bevelen aan:
Stembureaux Provinciale Staten:
Voor stembureau I: A. Dees en A. Haak,
als leden en als plaatsvervangende leden: J.
C. Eijke en D. Dees.
Voor stembureau II: A. de Feijter, Voor
zitter, A. de Koeijer en C. H. H. Wisse als
leden en als plaatsvervangende leden: H.
Bakker en J. P. Geelhoedt.
Voor stembureau III: S. van Hoeve, Voor
zitter, J. de Regt en A. Jansen als leden en
als plaatsvervangende leden: M. Dekker en
■Joh. Scheele.
De aanbevolen heeren worden met alge
meene stemmen benoemd.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot benoeming stembureaux voor
de verkiezing van leden van den
gemeenteraad
Te benoemen zijn voor de stembureaux I:
twee leden en twee plaatsvervangende leden.
De Burgemeester is van dat stembureau
ambtshalve Voorzitter.
Voor stembureau II: een Voorzitter, twee
Vergadering van Vrijdag 27 Februari 1931,
des namiddags 1 uur.
Voorzitter de heer Joh. de Feijter, Burge
meester.
Verder tegenwoordig de leden: A. de Feij
ter, S. van Hoeve, A. de Koeijer, C. H. H.
Wisse, M. Dekker, A. Haak, A. Dees, J. de
Regt en A. Jansen, benevens de Secretaris J.
Stolk.
Afwezig de heeren D. Dees en H. Bakker.
1. Opening.
De VOORZITTER opent de vergadering leden en twee plaatsvervangende leden
door het uitspreken van het gebedsformulier. - w TTT-
De VOORZITTER schorst de openbare ver
gadering die overgaat in een zitting met ge-
sloten deuren.
Na het weder openbaar worden der vergade
ring komt aan de orde.
2. Mededeelingen.
De VOORZITTER deelt mede, dat de heer
D. Dees heeft bericht wegens drukte in zaken
de vergadering niet te kunnen bijwonen, ter-
wijl de heer Bakker berichtte verhinderd te
zijn wegens familie-omstandigheden.
3. Notulen.
Het vaststellen van de notulen der vergade
ring van 30 Januari 1.1. wordt aangehouden,
aangezien die nog niet aan de leden zijn toe
gezonden,
4. Ingekomen stukken.
a. Een schrijven van de Commissie tot
wering van schoolverzuim, daarbij toezenden-
de haar jaarverslag over het jaar 1930.
Burgemeester en Wethouders deelen mede,
dat dit verslag voor de leden ter secretarie
t-er inzage ligt.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Een schrijven van Gedeputeerde Staten
houdende terugzendimg voorzien van bewijs
van goedkeuring van het besiuit van den raad
betreffende wijiziging tarief stroomlevering.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Schrijven van als voren houdende terug-
•zending voorzien van Koninklijke goedkeuring
van het besiuit van den raad tot w iziging
verordeninig heffing opcenten op de grondbe-
lasting.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. Schrijven van den heer P. C. de Moor,
houdende bericht van aanneming zijner be
noeming tot lid van de plaatselijke school-
cogimissie.
Aangenomen voor kennisgeving.
e. Brieven van J. de Jonge, P. C. de Moor
J Kosten, K. Hamelink en J. Dees, houdende
bericht van aanneming hiunner benoeming tct I vast te stellen de volgende
Art. 3.
De Ontvanger "noudt de gemeentekas afge-
zonderd van andere kassen en van eigen mid
delen.
Art. 4.
De Ontvanger teekent de ontvangsten
wegens naar kohieren of lijsten geheven be-
lastingen, behalve in het kastooek of hulpkas-
boek, ook in het kohier of de lijst bij den
naam van elken belastingplichtige aan.
Art 5.
De Ontvanger houdt nevens de in artikel 1
der Boekhoudvoorsohriften 1924 voorgeschre-
ven boeken nog de boeken, welke door den
raad of Burgemeester en Wethouders noodig
worden geoordeeld.
Art. 6.
1. De Ontvanger geeft van a lie ontvangsten
bewijs van kwijting af, met vermelding van
het nummer waaronder zij in het kasboek of
hulpkastooek geboekt zijn. Geen bewijs van
kwijting mag door hem in bianco worden ge-
teekend. Het gebruik van een handteekening-
stempel is verboden.
2. Hij mag na het uur, voor de sluiting van
zijn kantoor voorgesohreven, Zijn kantoor niet
verlaten voordat hij het saldo, hetwelk in de
gemeentekas is, met de boeken heeft verge-
leken.
Art. 7.
1. Van alle misslagen in bevelschriften tot
betaling en van elke overschrijding van be-
grootingsposten geeft de Ontvanger bij ont-
dekking onmiddellijk kennis aan Burgemees
ter en Wethouders. De betaling der bevel
schriften, waarin hij misslagen ontdekt of
door welker betaling bagrootingsposten zou-
den overschreden worden, stelt hij tot nader
order van Burgemeester en Wethouders uit.
2. Indien hij, anders dan in de gevallen be
doeld in lid 1, een betaling meent te moeten
weigeren, geeft hij daarvan eveneens onmid
dellijk kennis aan Burgemeester en Wethou-"
ders, wier beslissing hij afwacht.
Art. 8.
1. De vervoiging ter zake van plaatselijke
belasting wordt zoodra mogelijk ter hand ge-
nomen, tenzij in bepaalde gevallen Burge
meester en Wethouders, gedurende een door
hen vast te stellen termijn, uitstel hebben ver-
leend.
2. Op 31 December van ieder jaar, en ver
der zoo dikwijls Burgemeester en Wethouders
dit verlangen, zendt de Ontvanger aan Burge
meester en Wethouders een staat van alle na-
latigen in de betaling van het aan de ge
meente verschuldigde, met opgaaf van de
maatregelen ter invordering genomen.
Art. 9.
1. Ten name van de gemeente wordt een
rekening genomen bij den postcheque- en giro-
dienst.
2. Bij de aanvraag daartoe wordt de be
paling gemaakt, dat de Ontvanger over die
rekening per giro en per cheque beschikken
kan, behoudens dat het advies omtrent de be-
sohikking per cheque behalve door den Ont
vanger, ook door den Burgemeester of een
der Wethouders moet zijn geteekend.
3. De Ontvanger vergewist zich van de
juistheid der van den postcheque- en giro-
dienst te ontvangen dagelijksche afrekenings-
biljetten.
Art. 10.
1. Wanneer de kas een bedrag van twee
duizend vijfhonderd gulden te boven gaat,
geeft de Ontvanger daarvan onmiddellijk ken
nis aan Burgemeester en Wethouders.
2. De Ontvanger is verplicht, zooveel als
10. Bepaling van het bedrag waarvoor de
Ontvanger der gemeente zekerheid moet
stellen.
Art. 109 al. 2 der gemeentewet bepaalt dat
voor de benoeming van den Ontvanger der
gemeente de Raad bepaalt het bedrag waar
voor hij zekerheid moet stellen.
Mitsdien wordt overgelegd het navolgende
concept-besluit
De Raad der gemeente Zaamslag;
Overwegende, dat de jaarlijksche inkomsten
der gemeente, berekend op de wijze als is
aangegeven in artikel 110, tweede lid, der
gemeentewet, volgens de vastgestelde ge-
meenterekeningen over de jaren 1924 tot en
met 1928 hebben bedragen respectievelijk
98.226,3iy2; 94.014,49%f 84.815,71;
83.105,28% en 91.955,09%; alzoo gemiddeld
90.403,34;
dat dus de zekerheid dient te bedragen:
plus minus /9Q00;
dat het echter billijk is, de zekerheid op een
minder bedrag te stellen, vermits aan den
ontvanger de verplichting is opgelegd om zijn
kas voorzoover zij f 2500 overtreft, te storten
bij een instelling waaruit hij zonder medewer-
king van Burgemeester en Wethouders geen
gelden kan lichten;
besiuit
1. het bedrag, waarvoor de te benoemen
ontvanger ten behoeve van de gemeente*
zekerheid moet stellen, te bepalen op
f 5000;
2. te bepalen, dat het nominaal bedrag der
te verpanden inschrijvingen op een van
de Grootboeken der Nationale Schuld
zoodanig moet zijn, dat de reeele waarde
dier inschrijvingen, berekend tegen haar
laagisten koers op den eersten beursdag
der maand van de zekerheidsstelling ter
beurze van Amsterdam, het onder 1 ge-
noemd bedrag met ten minste 10 over
treft;
3. de oveiwaarde der te verbinden onroe-
rende goederen te bepalen op ten minste
25 van het bedrag der zekerheid;
4. te bepalen, dat de te verpanden inschrij
vingen en de te verbinden goederen vrij
en onbezwaard moeten zijn;
5. de volgende regelingen vast te stellen,
volgens welke bij daling van den koers
der inschrijvingen of van de waarde der
onroerende goederen aanvulling van het
onderpand kan worden gevorderd
a. bij zoodanige daling van den koers
der grootboekinschrijvingen dat de reeele
waarde daarvan het bedrag der zekerheid
niet langer met 10 te boven gaat, is
de ontvanger verplicht op de eerste aan-
schrijving van den Raad binnen vier
weken het onderpand zoodanig aan te
vullen, dat de reeele waarde der verpan-
de inschrijvingen het bedrag der zeker
heid weder met ten minste 10 te boven
gaat;
b. bij zoodanige daling van de waarde
van eenig verbonden onroerend goed, dat
zij het bedrag der zekerheid niet langer
met 25 te boven gaat, is de ontvanger
verplicht op de eerste aanschrijving van
den Raad bmnen vier weken het onder
pand zoodanig aan te vullen, dat de waar
de der verbonden onroerende goederen het
bedrag der zekerheid weder met tenimin-
ste 25 te boven gaat.
De heer HAAK kan het voorstel van burge
meester en wethouders steunen; volgens de
wet zou het J 9000 k f 10.000 moeten zijn, doch
na voorlezing onveranderd
alles een vriendschappelijk en ordelijk verloop
zal hebben.
Aan de orde komt alsnu:
1. Notulen.
Deze worden
goedgekeurd.
2. Uitbetaling presentiegelden.
Elk lid ontvangt het hem toekomende part
van 42.
3. Ingekomen stukken.
1. Van Ged. Staten bericht, dat zij hun
beslissing omtrent de begrooting 1931 hebben
verdaagd tot 1 April.
2. De circulaire van Z. Exc. den Commis-
saris der Koningin om op de loopende be
grooting een post uit te trekken ter tegemoet-
koming in de kosten van een op te richten
politiecursus, wordt voor kennisgeving aange
nomen.
3. Een verzoek van het R K. .schoolbestuur
om een voorschot van 900, wordt met alge
meene stemmen ingewilligd.
4. Van den heer J. Krieckaert kennisgeving
dat hij ontslag neernt als raadslid, wegens
zijn benoeming tot bouwkundig amibtenaar der
gemeente. Voor kennisgeving aangenomen.
5. Rapport van het bestuur der Zeeuwsch-
Vlaamsche Landbouwmaatsohappij over Ar-
beidsbemiddeling wordt voor kennisgeving
aangenomen, nadat de Secretaris de hoofdpun-
ten en die, welke de gemeente in 't bijzonder
hetreffen, heeft gereleveerd.
6. Verzoekschrift van de R.K. Werklieden-
vereeniging tot het invoeren van een steun
regeling, of het verschaffen van werkgelegen-
heid, begeleid van een reglement van steun
regeling.
De Voorzitter verklaart namens het Dag.
Bestuur, dat er op werkverschaffing geen uit-
zicht bestaat en dat men daarom bereid is een
steunregeling in 't leven te roepen.
Burg, en Weth. hopen, zoodra de uitkeering
toij den Bond ophoudt met een concept-steun-
regeling gereed te zijn. Eerst zal men echter
inlichtingen moeten inwinnen hieromtrent en
zal er tijdig een raadsvergadering worden be-
legd ter bespreking en vaststelling der normen
van uitkeering.
De heer v. Heese vraagt hoe het zal gaan
als de zes weken verstreken zijn, waarin ver-
lenging van uitkeering bij den Bond is ver-
leend.
De Voorzitter herhaalt, dat Burg, en Weth.
alsdan met een concept klaar zullen zijn, zoo-
dat den dag na het ophouden der uitkeering
toij den Bond, de steunregeling in werking
treedt, dat sluit dus aan elkander aan.
De heer v. Heese vraagt of er geen werk
verschaft kan worden bij de landbouwers, zoo
als het bewerken van vlas, het zuiveren van
afwateringen en dergelijke.
De Voorzitter verklaart, dat Burg, en Weth.
daarnaar een onderzoek hebben gedaan met
als resultaat, dat daarin weinig heil te vinden
is, om de werkloozen afdoend te helpen.
Dp de vraag van den heer v. Heese of de
steunregeling enkel de georganiseerden betreft,
antwoordt de Voorzitter bevestigend.
De heer Warrens vraagt of de ongeorgani-
seerden ook daartoij betrokken kunnen worden.
De Voorzitter zegt, dat men dat regelen kan.
maar spreker persoonlijk is daar tegen, omdat
ze toonen niets over te hebben voor de orga-
nisatie.
De heer v. Heese: Als de crisis niet ophoudt,
dan zal men de ongeorganiseerden naar het
Armbestuur moeten verwijzen.
De heer v. Deursen: U zegt, dat U er tegen
doch in elk geval het bedrag waarmede het j zekerheidsstelling van 5000 volkomen gedekt.
kasgeld de gestelde zekerheid overtreft, te j De VOORZITTER is het daarmede eens; er
storten bij een door den raad aangewezen in- mag nooit meer dan f 2500 in kas zijn.
8.
ZiiZC WUt/VaugOl AKJ ux I WW» «-*«* jis de ongeorganiseerden in de steunregeling te
Voor stembureau III: een V(mrzitter, twee hy b;nnen een tijdsverloop van aoht dagen niet aangezien de ontvanger niet meer dan 2500 j netrekken, maar 't is toch ellendig voor
leden en twee plaatsvervangende leden. j noodig heeft voor het doen van betalingen, in kas mag houden, is de gemeente met een j iemand; die dan de dupe WOrdt, de menschen
Stembureaux Gemeenteraad: ka| Ji-"*^alfv
Voor stembureau I: D. Dees en C. H. H.
Wisse, als leden en als plaatsvervangende
leden: A. Haak en J. C. Eijke.
Voor stembureau II: A. de Feijter, Voorzit
ter; H. Bakker en A. Dees als leden en als
plaatsvervangende leden: A. de Koeijer en W.
M. Ferdinandusse.
Voor stembureau III: S. van Hoeve, Voor
zitter; M. Dekker en A. Jansen als leden en
als plaatsvervangende leden: J. de Regt en
J. P. Geelhoedt.
De aanbevolen heeren worden met alge
meene stemmen benoemd.
Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot benoeming van een hoofdstem-
bureau tevens centraal stembureau voor
de verkiezing van leden van den
gemeenteraad.
Te benoemen zijn:
Vier leden en drie plaatsvervangende leden.
De Burgemeester is van dat bureau ambts
halve Voorzitter.
Hoofd tevens centraalstembureau voor den
gemeenteraad: J. Stolk Lzn, H. J. Wijn, J.
Kosten en P. C. de Moor, leden; plaatsver
vangende leden: A. de Feijter, S. van Hoeve en
J. C. Eijke.
De aanbevolen heeren worden met alge
meene stemmen benoemd.
9. Vaststelling instructie voor den ge-
meente-ontvanger.
De thans nog geldende instructie voor den
Ontvanger dezer gemeente dateert van 14
Februari14 April 1896.
Het komt Burgemeester en Wethouders ge-
wenscht voor met intrekking van gemelde in
structie de navolgende nieuwe vast te stellen:
De raad der gemeente Zaamslag,
besiuit
lid der commissie tot wering van school
verzuim.
Aangenomen voor kennisgeving.
f. Een schrijven van Burgemeester en Wet
houders der gemeente Amemuiden luidende
als volgt:
Door den raad dezer gemeente is 26 Januari
een adres aan H. M. de Koningin verzonden
luMende als volgt:
Geeft eerbiedig te kennen de raad der ge
meente Amemuiden;
dat bet vak lichamelijke oefening, vermeld
in art. 2 onder j der L. O.wet 1920, krachtens
art. 195 dier wet met 1 Januari 1936 ver
plicht wordt voor alle openbare en bijzondere
scholen;
dat dit voor de plattelandsgemeenten
waar over het algemeen lokalen en terreinen
voor dit onderwijs onttoreken zeer hooge
kosten met zich zal brengen en daardoor
wederom verzwaring der belastingen zal ten-
gevolge moeten hebben;
redenen waarom adressant zich tot Uwe
Majesteit wendt met het eeibiedige verzoek
zoodanige wrjeiging van artikel 195 der L. O.
wet 1920 aan de Staten Generaal te willen
voorstellen, dat van de verplichting tot het
geven van bedoeld onderwijs ook na 1 Januari
1936 vrijstelling worde verleend.
Venzocht wordt aan dit adres adhaesie te
willen betuigen.
Burgemeester en Wethouders stel'len voor
daaraan gehoor te geven.
De heer WISSE geeft te kennen, aan dit
voorstel zijn stem niet te kunnen geven; voor
het platteland moge het geven van dat onder
wijs minder noodig zijn, maar voor de steden
is het toch zeker noodzakelijk.
INSTRUCTIE voor den Ontvanger der
gemeente Zaamslag.
Artikel 1.
1. Het kantoor van den Ontvanger, het
welk moet worden gehouden in een door Bur
gemeester en Wethouders aangewezen lokali-
teit, is, behalve op Zondag en de met den
Zondag gelijk gestelde dagen, bedoeld in arti
kel 149 der Gemeentewet, voor het publiek
geopend des Maandags, Woensdags, Donder-
dags en Zaterdags, van 912 en des Maan
dags en Vrijdags van 14.
2. De Ontvanger is verplicht gedurende
dien tijd te zijnen kantore aanwezig te zijn.
tenzij amfotsbezigheden zijn tegenwoordigheid
elders vereisdhen.
Art. 2.
1. De Ontvanger geeft aan den raad, aan
de Commissien uit den raad, aan Burgemees
ter en Wethouders, aan den Burgemeester en,
indien de raad van de hem in artikel 116,
tweede lid, der Gemeentewet gegeven be-
voegdheid gebruik heeft gemaakt, aan de
krachtens het tweede en derde lid van dat
artikel aangewezen personen alle inlichtingen,
welke van hem in verband met zijn admini-
stratie worden gevraagd en verleent daarbij
de hulp, die van hem mocht worden gevorderd.
Overigens geeft hij aan niemand inzage van
zijn registers of andere tot zijn administratis
behoorende bescheiden, noch verschaft hrj
eenige inlichtingen, dan met schriftelijke
machtiging van Burgemeester en Wethouders.
2. De Ontvanger woont, indien hij daartoe
uitgenoodigd wordt, de vergaderingen van den
raad, van de Commissien uit den raad en van
Burgemeester en Wethouders bt)1.
bij
stel'ling.
3. Deze storting zal geschieden bij ronde
sommen van f 100,
4. De Ontvanger mag bij vorenbedoelde
instelling alleen gelden opnemen tegen afgifte
van een door den Burgemeester of een der
Wethouders afgageven gedagteekende verkla-
ring, inhoudende dat dezen de opneming tot
het daarin genoemde bedrag goedkeuren.
Art. 11.
Vo6r of op 1 Juld zendt de Ontvanger aan
Burgemeester en Wethouders de rekening der
inkomsten en uitgaven over het afgeloopen
dienstjaar, vergezeld van de daarbij behooren
de bescheiden.
Art. 12.
1. De Ontvanger zorgt, dat alle registers
in geregelde orde, zonder witte vakken, wor
den bij'gehouden.
2. Aan hetgeen eenmaal in de registers is
geschreven, mag niets worden veranderd, dan
bij behoorlijk gewaarmerkte doorhaling of bij-
voeging.
3. Het radeeren in de registers is verboden.
Art. 13.
1. De Ontvanger heeft recht op een verlof
van ten minste twee weken per jaar.
2. Verlof tot afwezigheid wordt verleend:
voor drie dagen of korter door den Burge
meester, voor langer tijd door Burgemeester
en Wethouders.
3. Van de beslissing van den Burgemees
ter staat beroep open b'rji Burgemeester en
Wethouders.
4. Van de beslissing van Burgemeester en
Wethouders staat beroep open bij den raad.
5. Van afwezigheid wegens ongesteldheid
of om andere reden wordt door of vanwege
den Ontvanger onmiddellijk kennis gegeven
aan den Burgemeester.
Art. 14.
Bij afwezigheid of ongesteldheid wordt de
Ontvanger vervangen door een door Burge
meester en Wethouders aangewezen persoon,
onder verantwoordelijkheid van den Ontvan
ger. Die aanwijzing geschiedt op voordracht
van den Ontvanger.
2. Bij ontstentenis van den Ontvanger
wordt door Burgemeester en Wethouders in de
waameminig voorzien.
Art. 15.
1. De Ontvanger moet zijn boeken, kas en
geldswaardige papieren bewaren op een brand-
vrije plaats, door Burgemeester en Wethou
ders daarvoor bestemd.
2. In geval van oproerige bewegmg, van
samenscholing of van andere stoomis der
openbare orde, begeeft hij zich zoo spoedig
mogelijk naar zijn kantoor, eveneens wanneer
in de nabijheid daarvan brand ontstaat.
Art. 16.
De Ontvanger mag ter zake van zijn bedie-
ning noch middel'lijk, noch onmiddellijk giften
of geschenken, onder welken naam ook, aan-
nemen.
Art. 17.
De Ontvanger zendt, ter toekoming van eer-
vol ontslag, zijn aanvraag daartoe ten minste
drie maanden voor den dag, waarop hij den
gemeentedienst wenscht te verlaten, aan den
raad in.
Art. 18.
Deze instructie treedt in werking op 1 April
1931, met in gang van welken datum de be-
staande instructie vervalt.
De instructie wordt met algemeene stem-
n.en vastgesteld.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
11. Benoeming onderwijzeres aan de open-
bare lagere school te Othene.
Overgelegd wordt de door Burgemeester en
Wethouders in overleg met den Inspecteur
van het Lager Onderwijs te Ter Neuzen na
ingewonnen bericht van het betrokken hoofd
der school opgemaakte voordracht luidende:
1. H. A. Chevalier; 2. C. L. C. de Doelder;
3 C. Wezeman.
Wordt voorgesteld de benoeming te doen
ingaan met ingang van 1 Maart a.s.
Met 8 stemmen wordt benoemd mej. Cheva
lier; op mej. De Doelder is 1 stem uitgebracht.
12. Vaststelling kohier Hondenbelasting,
dienst 1931.
Het door Burgemeester en Wethouders op
gemaakte kohier omvat 68 honden eerste
klasse en 80 honden tweede klasse en is mits
dien opgemaakt tot een bedrag van 500.
Zij stellen voor dit kohier dien overeenkom-
stig vast te stellen met bepaling dat de beta
ling moet geschieden in een termijn verval-
lende 1 Juli 1931.
Met algemeene stemmen wordt dienovereen-
komstig besloten.
13. Bespreking verkoop school met woning
in den Grooten Huijssenspolder.
In verband met de door u in de vorige ver
gadering verleende machtiging zijn wij over-
gegaan tot het houden van eene inschrijving,
welke den navolgenden uitslag had:
L. de Bruijne 2326 in massa; L. Hamelink
f 250 voor schoolgebouw, 150 voor speel-
plaats; J. C. Missu 1006 in massa; C. de
Jonge te Schore f 666 voor de gebouwen voor
afbraak, 1005 in massa; C. Hamelink 1000
in massa; A. de Kraker Kzn en J. C. Houg
voor f 2705 in massa, vrij op naam.
Wij zullen gaame hieromtrent de meening
van den Raad hooren in een te houden ver
gadering met gesloten deuren.
De heer A. DEES zou, in aanmerking ne-
mende de besprekingen in besloten vergade
ring, de school enz. niet voor de geboden be
dragen willen gunnen, doch die nog eens op-
roepen, verder heeft hij er niets over te zeggen.
De heer HAAK steunt het denkbeeld van
den heer A. Dees.
De heer WISSE eveneens.
Het voorstel wordt aangenomen met 6 tegen
3 stemmen.
Voor stemmen de heeren Haak, A. Dees, van
Hoeve, Wisse, Jansen en Dekker; tegen stem-
men de heeren De Koeijer, De Regt en De
Feijter.
(Wordt vervolgd.)
GEMEENTERAAD VAN HENjGSTDIJ'K.
Alle leden zijn aanwezig; edn vacature.
Voorzitter burgemeester van Esbroeck, secre
taris de heer Hermans.
Op de tribune waren meerdere belangstel-
lenden.
Na opening richt de Voorzitter een welge-
meenden nieuwjaarswensch tot de leden en
den Secretaris. Hij dankt hun voor hunne
welwillende, vriendischappelijke en vruchtbare
medewerking in het belang der gemeente in
't verleden ondervonden en drukt den wensch
uit dat dit ook zoo moge zijn in de toekomst
en 'hoopt, dat bij de aanstaande verkiezingen
moeten toch eten.
De Voorzitter verklaart gezegd te hebben,
dat men dat regelen kan, maar principdeel is
hij er tegen, aangezien men niet tot de orga-
nisatie toetreedt.
Met algemeene stemmen wordt goedgevon-
den, dat Burg, en Weth. voor een concept-
steunregeling zullen zorgen.
7. Een circulaire van de Z.-Vl. Waterlei-
ding Mij., waarin de raad nogmaals op zijn
verantwoordelijkheid wordt gewezen en ver-
zocht wordt voor 25 Jan. te besluiten of hij
bij B'ijp besiuit tot onhbinding der Mij. vol-
bardt, dan wel dit besiuit in te trekken en tot
storting van 10 op de aandeelen over te
gaan. Volhardt de raad bij zijn besiuit lot
ontbinding, dan acht de Mij. het recht en bil
lijk, dat de gemeente bijdraagt in de vroeger
gemaakte kosten.
De Voorzitter verklaart voorstander te blij-
ven van een waterledding en licht zijn stand-
punt nader toe. De totstandkoming ervan
brengt wel geen werkverschaffing maar werk-
verruiming.
De heer v. Heese: Die werkverruiming zal
wat zijn! Ja, voor de mannen van de pen.
De Voorzitter verwacht uitbreiding van de
industrie, zooals men dat ook elders ziet.
De heer v. Heese verklaart er zich hard
tegen en hjj veronderstelt 90 der inwoners
met hem, want de armen kunnen het niet be-
talen en zijn met hun drasbak tevreden.
Nog meerdere leden denken er ook zoo over,
waarom besloten wordt, dit schrijven nog eens
aan te houden.
4. Wijziging begrooting 1930.
In deze begrooting worden een paar wijzi-
gingen aangebracht van administratieven
aard.
5. Benoeming leden stembureau ver
kiezingen.
De burgemeester is amibtshalve Voorzitter.
Gekozen moestem worden twee stemop-
nemers en twee plaatsvervangers.
Het resultaat van herhaalde stemmingen en
herstemmingen was, dat als stemopnemers
werden aangewezen de beide wethouders
Schelfout en de Bakker en als plaatsvervan
gers de leden Warrens en de Waal.
B(j de rondvraag wijst de heer v. Heese op
den miserabelen toestand, waarin het Ketk-
pad (Konmgsdijk) verkeert. Daar is wel wat
aan gedaan, maar het is zoo maar bovenop.
Dit pad is doorgaans slecht; er is geen vol-
doende afwatering; de kanten zijn wel afge-
stoken maar de zoden zijn weggegooid m
plaats van opgezet enz.
De leden zijn het hiermede eens en de Voor
zitter beloofd in den loop dezer dagen het pad
eens op te nemen met de wethouders.
De heer de Waal zegt, dat daaraan heel wat
werk zal zijn om het goed in orde te maken
De heer v. Heese vimdt dit juist goed met
het oog op werkverschaffing.
De heer De Bakkr vreest, dat de eigenaar
v d Bulck het wellicht niet zal toestaan, men
dient derhalve eerat aanvraag te doen.
De heer v. Heese brengt het electnsch net
ter sprake en pledt ervoor het van de hand te
doen, evenals andere gemeenten hebben ge
daan De stroomprvjs is veel te hoog (55 en
18 cent oer K.W.U.) in vergelijking met an
dere plaatsen, deze moet belangrijk omlaag of
bet net overdragen.
De Voorzitter zegt, dat men er 4000 voor
krijgen kan, er blijven dus 8000 schuld
Om dit kapitaalverlies zoo veel mogelijk te
reduceeren zijn reeds stappen gedaan en zal
men in die richting blijven voortgaan.
Hiema sluiting.