Tar Neu/ensche Courant
Tweede 81ad.
De Purperen Schaduw
Suikerbieten-Wetje verschenen,
8INN2NL&ND
rSUILIBTOH,
Maandag 2 Maart 1931. No. 8650.
door
EDMUND SNELL.
38)
RECHTSZAKEN.
VAN
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
Besloten wordt Woensdag a.s. op te maken
ate voordracht voor de benoeming van een
ra&dsheer in den Hoogen Raad. Verschillende
kletne ontwerpen en conclusies komen hiema
aan de orde, die meerendeels zonder beraad-
slaging worden vaatgesteld.
Bij bet ont-werp tot toekenning van een
scbadevergoedinig aan den gewezen rijksbouw-
meester, den heer Vrijman vraagt mevr.
ItallieVan Emibden (v.-d.) den Minister ook
jets te doen voor andere personen bij deze
zaak betrokken, die haar inziens te zwaar zijh
gestraft.
Minister De Geer zegt dit te zullen nagaan,
maar spreker kan geen uitzicht openen.
Het ontwerp wordt aangenomen, waarna
voortgezet wordt de behandeling over de
Indische begrooting.
De heer Beumer (a.-r.) bestrijdt de heer
De Visser en zegt, dat alle krachttermen,
welke hij gebruikte juist op Rusland van toe-
passing zijn. Spreker zou het een ramp
achten als Nederland zich uiit Indie terugtrok.
Voorts bestrijdt spreker den heer Cramer
en betwist de wenschelijkheid van de benoe
ming van een vrouiw in den Voiks raad op
grond van de structuur in de Indische maat-
schappij, die geheel van de onze verschilt.
Voor 80 va n het normale kwantum bieten, gemiddeld over
drie jaar, wor dt aan de ooop. en speculatieve fabrieken een
garantie verle end van maximaal f 4,per ton bieten, welke
volgens een bepaalde sehaal, afhankelyk van den stygen-
den suikerprij s vermindert, te beginnen by f 8,90 per 100
K.G. suiker.
Wij ontleenen daaromtrent aan het Alg.
rtbl. het volgende:
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziginy
van hoofdstuk XI der Rijksbegrooting voor
1931 (uitkeeringen ten behoeve van verbou-
wens van suikerbieten). Na overleg met de
organisation van suikerproducenten heeft de
eommissie, ingesteld in verband met de heer-
scfaende crisis in de akkerbouwbedrijven, een
regeling ontworpen welke den grondslag heeft
gevormd voor de steunverleening, waartoe de
regeering heeft besloten.
Zij strekt, om voor de campagne 1931 aan
de beetwortelsuikerfabrieken een gelimiteerde
en bjj bepaalden, stijgenden suikerprijs afne-
mende garantie met betrekking tot den sui
kerprijs te verleenen, teneinde een zdddanigen
bietenprijs mogelijk te maken, dat uitgaan-
de van de noodzakelijkheid van inkrimping van
den bietenbouw en zoo zuinig mogelijke ver
werking een redelrjk in stand blijven van
de bietenteelt voor dit jaar te verwachten is.
In het volgende plan van uitvoering zijn le
algemeene lijnen der garantieverleening neer
gelegd:
1. Voor de campagne 1931 wordt van ryks
wege aan de coop, suikerfabrieken en aan de
Centrale Suiker Mij. (verder aangeduid als
,,de fabrieken") garantie verleend tot een be-
drag, overeenkomende met ten hoogste f 4 per
duizend K.G. ,,garantie-bieten".
2. Als „garantiebieten" wordt per bieten
teler aangemerkt een hoeveelheid, overeen
komende met 80 van zijn gemiddelde bin-
nenlandsche productie, resp. van die zijner
rechtsvoorgangers, over de afgeloopen drie
jaren.
Met bietentelers worden gelijkgesteld zij.
die zonder zelf bieten te telen als lid
eeaer cooperatie tot levering verplicht zijn.
Voor hen wordt het gemiddelde hunner
levering van binnenlandsche bieten over de
afgeloopen drie jaren tot grondslag genomen.
3. De garantie wordt verlaagd:
a. In verband met den suikerprijs volgens
een sehaal, aanvangende bij een prijs van 8.90
en eindigende bij een prijs van f 12.36 en wel
in dier voege, dat tot 10.10 de garantie wordt
verlaagd met 70 van hetgeen de suikerprijs
hooger is dan f 8.90, benevens boven f 10,10
met 140 van hetgeen de suikerprijs hooger
is dan 10,10;
b. met van hetgeen de gezamenlijke op-
brengst van pulp en melasse de som van 3
per duizend K.G. bieten te boven gaat.
Als suikerprijs" in den zin dezer bepaling
geldt de gemiddelde Nederlandsohe pariteti
per 100 K.G. van de gemiddelden der loco-
noteeringen voor witte suiker te Hamburg
fbieden)over de maanden Aug. 1931 tot en
met Juni 1932.
De totale opbrengst der pulp wordt bere
kend op den grondslag der opbrengst van
natte pulp op basis van 600 K.G. per 1000 K.G.
venwerkte bieten.
Voor elk der cooperatieve fabrieken wordt
het gemiddelde der cooperatieve fabrieken tot
basis genomen.
De opbrengst van melasse wordt berekend
wp den grondslag van de gemiddelde pariteit
▼an de Hamburgsche melasse-noteeringen op
basis van 18 K.G. melasse suiker (Clerget)
per 1000 K.G. verwerkte bieten over de maan
den Aug. 1931 tot en met Juni 1932.
4. Ingesteld wordt een eommissie van drie,
bestaande uit 6en vertegenwoordiger der coop.
Vervolg.)
Ho-Min, die deed voorkomen, alsof hij
niets wist van den moordenaar, had een
wijze om hem te herinneren aan zekere
vaststaande feiten, die Hies weer op losse
schroeven scheen te zetten.
Hij herinnerde zich nu, dat hij juist
waker No. 3 had uitgekozen om het huis
te bewaken, omdat hij hem zfekere vragen
wilde stellen over het onderhoud met het
bruine meisje. Door al de opwindende
gebeurtenissen van dezen avond was hij
dit feit weer vergeten. Hij had geloofd,
dat de moordenaar den oppas uit den weg
had geruimd, omdat deze tusschen hem
en het venster. waardoor hij wilde klim-
men, stond. Het scheen nu, dat dit een
moord was met voorbedachten rade.
De planter fronste het voorhoofd.
Er daagde iets in zijn hersens. Hij was
er nu zeker van, dat het eenige, wat er
in deze keten van misdaden op aan kwam,
de dood van Kennard was. De andere
waren een gevolg daarvan, de pogingen
van een wanhopig man om een ieder uit
den weg te ruimen, die bezwarende getui-
genis zou kunnen afleggeq. Hij vroeg
zich af, of het mogelijk zou zijn om hem
uit zijn tent te lokken door te doen voor
komen, dat men iets belangrijks wist, er
rond voor uit te komen en intusschen zijn
oogen open te houden. Het was gewaagd
maar het was mischien de moeite van liet
fabrieken, een vertegenwoordiger der Centraie
Suiker Mij., benevens een door de regeering te
benoemen voorzitter.
5. De fabrieken zenden v66r een door de
eommissie te bepalen termijn listen in, bevat-
tende de voor de berekening der garantie be-
noodigde gegevens.
De Centrale Suiker Mij. verleent haar tus-
schenkomist voor de verkrijging van de zelfde
gegevens voor de telers van naar het buiten-
land geleverde binnenlandsche bieten.
6. De eommissie verstrekt aan de bieten
telers bewijzen, vermeldende de hoeveelheid
,,garantiebieten", welke zij gerechtigd zijn te
leveren.
Deze bewijzen zijn, voor zoover gegrond op
vroegere levering aan binnenlandsche fabrie
ken overdraagbaar.
7. De eommissie is bevoegd, om in bijzon-
dere gevallen, waarin zij zulks wegens het
eerst in den jongsten tijd ter hand nemen van
de bietenteelt of uit anderen hoofde billijk acht,
het aantal der voor de bepaling van de hoe
veelheid ,,garantiebieten" tot grondslag te
nemen jaren, terug te brengen tot 2 jaren of
1 jaar.
8o. Behoudens bestaande leveringsverplich-
tingen staat het den bietenteler vrij, om de
,,garantiebieten" te leveren aan welke der
fabrieken hij wil.
9. De vaststelling van den suikerprijs en
de gezamenlijke opbrengst van pulp en me
lasse volgens de regelen, bedoeld sub 3 ge--
geschiedt door de eommissie.
10. Bij verschil van meening in den boe-
zem der eommissie beslist de minister van
Binn. Zaken en Landbouw.
11. Op nader te bepalen voorwaarden kun
nen aan de fabrieken voorsohotten op de ga
rantie worden verstrekt.
Beschouwingen van de Regeering.
Ter toeliehting van deze regeling merkt de
minister van Binnenl. Zaken en Landbouw
o.m. op: Bij het aardappelmeel heeft de Re
geering een crediet aangevraagd met het doel
voorsohotten aan de veenkoloniale aardappel-
verbouwers op volgende uitkeeringen mogelijk
te maken en hen tevens te helpen, hun tijde
lijk opgehoopten voorraad aardappelmeel te
financieren en geleidelijk te liquideeren.
Bij de suikerbietenteelt zijn de verhoudingen
anders, aangezien suiker een der voornaamste
wereldartikelen is, op welker prijsvorming de
Nederlandsche beetworteleuikerproductie niet
den geringsten invloed vermag uit te oefenen.
Van een tijdelijk onverkoopbaren, bij de pro-
ducenten opgehoopten voorraad suiker is dan
ook geen sprake. De productie uit de cam
pagne 1929 is verkocht en het verlies is ge-
leden.
Niettemin is er in beide gevallen overeen-
stemming in dien zin, dat de Regeeringshulp
hare eenige rechtvaardigiing vindt in het ver-
trouwen, dat hinnen beperkten tijd de prijs
van het eindproduct weder eene loonende cul-
tuur zal mogelijk maken.
Zonder dat vertrouwen, mist de Staatshulp
die in dat geval sleohts zou leiden tot verzwa-
ring der Overheidslasten zonder eenig blijvend
resultaat, elken rechtsgrond. Hieruit vloeit in
het voor de suikerbieten gekozen stelsel voort,
dat de in redelijkheid na de depressie te ver
wachten wereldprijs van het eindproduct het
uitgangspunt zoowel als de volstrekte begren-
zing der Staatshulp vormen.
In het gekozen stelsel van een garantiever
leening moet de garantie uiiteraard aan een
maximum zijn gebonden, dat rekening moet
ouden met het belang, dat voor den Staai
aan hetinstandhouden .van dezen bedrijfstak
is verbonden. Mede volgens de Commissie
voor de Economisehe Politiek zou dit op een
bedrag van 4,50 per 1000 K.G. bieten te hoog
zijn gesteld. De garantie is mitsdien beperkt
tot een bedrag overeenkomende met f 4 per
1000 K.G. bieten. Bij eene dergelijke regeling
blijft ook voor den bietenteler een risico be-
staan voor het geval de pulp- en melasse- zoo
wel als de suikerprijzen op het tegenwoordige
zeer lage niveau zouden blijven staan of mo-
gelijkerwijs nog verder zouden dalen.
Getracht is echter, dat risico zooveel moge
lijk te neutraliseeren, vooreerst door alle
meevaller3 ten aanzien van de interne facto-
ren (pulp- en melasseprijzen, betere benut-
ting van het compenseerend invoerrecht, zui-
nige verwerking e.d.) ten voordeele van deu
bietenteler te laten, met dien verstande alleen,
dat de opbrengst aan pulft en melasse per
1000 K.G. bieten, boven 3, voor de helft ten
voordeele van den Staat komt, voorts door den
suikerprijs. waarbij de garantie eindigt, zod
hoog te stelien, als in de gegeven omstandig-
heden slechts verantwoord scheen en einde-
lijk door eenige speling te laten tusschen den
tegenwoordigen suikerprijs en den prijs, waar-
op de Staatsgarantie met het voile bedrag
der strjging van den suikerprijs gaat dalen.
Uit de cijfers blijkt, hoe in 1929 de uitge-
sproken algemeene hoogconjunctuur den sui
kerprijs op het na de voorafgaande daling be-
reikte niveau ongeveer stabiel gehouden heeft,
tot in de maand November met de algemeene
crisis de acute prijsval een aanvang nam. In
het in Augustus 1930 hereikte buitengewoon
lage peil is tot dusver nog geenerlei verbete
ring te bespeuren.
Een gelijksoortig verloop doet zich voor ten
opzichte van verschillende andere voomame
agrarische producten, welker cultuur trouwens
voor een deel met de suikerbietencultuur ver-
wisselbaar is.
Wanneer de tegenwoordige stellig te lage
prijzen weder een meer normaal te achten
niveau zullen bereiken, valt niet te zeggen.
Eene emstige belemmering van het natuurlijk
evenwichtsherstel vormen de beschermende
maatregelen, waarmede die in tal van landen
als gevolg van den acuten prijsval nog verder
zijn verhoogd. Suiker staat hierbij mede in het
eerste gelid.
Onder deze omstandigheden moet het ge
middeld niveau, waarop de suikerprijs in 1929,
v66r de crisis, zich bewoog, als ulterste grens
worden aangemerkt tot welke garantie zich
zou kunnen uitstrekken.
Wat de inkrimping der bietenproductie be-
treft, kan worden geeischt, dat de uit garan-
tiebieten vervaardigde suiker in beginsel niet
wordt uitgevoerd. Hoe meer de productie zich
bovendien aan de binnenlandsche consumptie
aanpast, hoe vollediger het compenseerend in
voerrecht tot uitwerking kan komen. Wil men
inderdaad met verwerking hier te lande van
alle garantiebieten de binnenlandsche produc
tie dichter tot de stijgende consumptie doen
naderen, dan zal het, in aanmerking genomen
dat de consumptie gemiddeld in de laatste
jaren 78 van de binnenlandsche productie
van beetwortelsuiker bedraagt, gewenscht zijn
de hoeveelheid garantiebieten te beperken tot
80 van de gemiddeld in de laatste jaren
geleverde bieten.
Voorgesteld is, het maximum der garantie
te stellen op 4 per 1000 K.G. bieten. De vraag
met welken bietenprijs eene zoodanige garan
tie overeenkomt, is moeilijk met een precies
cijfer te beantwoorden. Hierbij toch spelen
verschillende onzekere factoren een rol.
Ten ,slotte wijst de minister op een Scart
tusschen den Hamburgsohen pariteitsprijs en
den binnenlandschen suikerprijs, gevormd door
plaatsverschil, invloed van het compenseerend
invoerrecht en betere kwaliteit van de in het
binnenland verkochte suiker.
De suikerprijs Hamburgsche pariteit, welke
volgens de Hamburgsche termijn-noteeringen
als vermoedelijke prijs in het begin van 1932
mag worden aangenomen, is ongeveer 8,90,
welk cijfer tevens overeenstemt met het laag-
ste bedrag der in de regeling opgenomen
sehaal. Aanvamkelijk wordt de helft gekort van
de in den prijs der garantiebieten uitgedrukte
strjging van den suikerprijs. Daar uit 1000 K.G.
bieten gemiddeld 140 K.G. suiker wordt gefa-
briceerd, komt deze korting overeen met ?/10
van de stijging van den suikerprijs. Eerst bij
f 10,10 Hamburgsche pariteit wordt de ge-
heele in bietenprijs uitgedrukte garantie ge
kort overeenkomende met w/10 van de stij
ging van den suikerprijs. Hieruit zit dus eene
speling van 0,84 per 1000 K.G. garantie
bieten.
Voorts wordt er op gewezen, dat uit de in-
dexcijfers basis 1924/29 blijkt, dat met inbe-
grip der garantie de suikerprijs zich niet
onlbelangrij-k boven het gemiddelde verheft.
Een enkel artikel, met name de consumptie-
aardappelen, is hooger. Dit is aan speciale
ooigstverhoudimgen te wijten.
Intusschen moet in aanmerking worden ge
nomen, dat de productiekosten van bieten in
die verschillende deelen des lands zeer sterk
uiteenloopen. Voor een deel gaan deze ver-
schillen in productiekosten min of meer
parallel met verschillen in opbrengst per
hectare. Voor een ander deel is deze parallel-
liteit echter niet aanwezig. Dit geldt o.a.
voor het loon-niveau. Zeer groote verschillen
doen zich ook voor in de opbrengst van het
loof.
In de reeds vermeide regeling wordt voor
gesteld, de suikemoteeringen, waaruit de tot
grondslag te nemen suikerprijs wordt bepaald,
in het algemeen te doen samenvallen met de
normale verkooptermijnen van de suiker. Dit
maakt het voor de fabrieken onnoodig, zich
uit dezen hoofde voor termijntransacties te
dekken. De definitieve afrekening wordt hier-
door eveniwel vertraagd, weshalve de mogelijk-
heid diende geopend te worden voorschotten
op de garantie te verstrekken.
Een niet onbelangrijke hoeveelheid bieten
in de laatste 3 jaren gemiddeld 292 mil-
lioen K.G. pleegt naar het buitenlan'd te
worden verkocht en aldaar te worden ver-
werkt. De regeling betrekt ook deze bieten,
worden zij ditmaal in Nederland verwerkt, in
de garantie. Bij uitvoer vervalt het garantie-
aandeel.
Het maximum der garantie op
6,85 millioen gld. geraamd.
Het gemididelde van de totale binnenland
sche bietenproductie over de laatste drie
jaren bedraagt ongeveer 2140 millioen K.G.
bieten. Tachtig procent hiervan bedraagt
1710 millioen K.G. bieten. Mitsdien is het
maximum der garantie op rond 6.850.000,
te stellen. Naar het schijnt is de kans groot.
dat van de tot dusver naar het buitenland
verkochte bieten, niettegenstaande zij aan de
garantie deel hebben (indien zij althans in het
binnenland worden verwerkt) ook in dit jaar
een belangrijk deel naar het buitenland gaat.
Mocht hierdoor de hoeveelheid garantiebieten
niet onbelangrijjk dalen, dan ondergaat het
maximum der garantie eveneens eene niet
onbelangrijke vermindering.
BOVCOT VAN RUSSISCH HOUT.
De heftige propaganda in Engeland gevoerd
tegen den invoer van Russisch hout, heeft tot
resultaat gehad, dat de Londensche Graaf-
schapsraad, althans zijn bouweommissie, be
sloten heeft. het gebruik van Russich hout bij
alle stedelijike bouwwerken te verbieden. De
orders zullen thans grootendeels geplaatst
worden in Britsch-Indie of Scandinavie.
De .Morning Post" weet te melden, dat tot
nog toe 20 pCt. van het voor stede-lijke bouw
werken benoodigde hout uit Rusland kwam.
Het besluit zal onmiddellijk in werking treden.
RUSSISCH GRAAN.
De Belgisehe regeering heeft in antwoord
op vragen van het Kamerlid Joris medege-
deeld, dat in aansluiting op het koninklijk
besluit van 25 October tot wering van Rus
sisoh graan, naar middelen wordt omgezien,
die zouden kunnen worden aangewend om den
oorsprong van sommige leveringen minder
twijfelachtig te maken.
DE ENGELSCHE REGEERING EN HAAR
WETSONTWERP OP DE ARBEIDS-
GESCHILLEN.
Terwijl de eerste-minister MacDonald te
Bournemouth vertoefde om rust te nemen en
zich met golf-spel te ontspannen, hebben de
conservatieven en liberalen schrijft de N.
R. Crt. zijn wetsontwerp op de arbeidsge-
schillen in de commissie udt het Dagerhuis
doodgemaakt. Een politieke verrassing was
dit allerminst, want men wist dat het zwaard
van Damocles in deze kwestie boven het hoofd
der arbeidersregeering hing en dat het neer
moest vallen bij de stemming in de commissie
over het eerste officieele amendement der
liberale party. Dit had tot strekking het
eerste artikel in dier voege te wijzigen, dat
een algemeene of in omvang of trjdsduur
eenigszins uiitgebreide staking met het doel
om door verlamming van openbare diensten
en bedrijven de inwilliging van politieke of
oeconomische eischen af te dwingen, onwettig
zou zijn. Hiermee werd met Sen slag de in
1927, na de revolutionaire algemeene staking
ingevoerde, wetgevende maatregel hersteld en
het doel dat de arbeidersiregeering, ingevolge
haar verkiezingsbeloften, zich gesteld had, om
zulk een staking niet bij voorbaat als onwet
tig te brandmerkem, verijdeld. Daar de vak-
beweging van het aldus geamendeerde artikel
niet meer gediend is blijft de regeering niets
meer over dan het een fatsoenlijke begrafenis
te bezorgen. In de commissie uit -het Dager
huis zitten 29 conservatieven en 7 liberalen
en aangezien er 37 stemmen voor het liberale
amendement zijn uitgebracht, kan het niet
anders, of de liberalen hebben met een aaneen-
vesloten front, zonder ongehoorzaamheid aan
de partrjtucht, voor het officieele amendement
van hun partij gestemd.
MacDonald's regeering is er andermaal aa»
herinnerd, dat zij een minderheidsregeering is
die tegen een vereenigd front van conserva
tieven en liberalen niets kan uitriohten. Na
het lot dat de wet in de commissie beschoren
is geweest, kan zij ook in de vergadering van
het Dagerhuis geen kans meer hebben. In
normale omstandigheden zou de regeering de
wet nu nog in de voile vergadering van het
Lagerhuis in stemming moeten brengen, en.
na ook daar verslagen te zijn, moeten aftre-
den, maar zrj sohijnt daartoe niet gezind t«
zijn. Haar verontschuldiging tegenover haar
eigen partij is dat zij gedaan heeft wat zij! kan
om haar belofte gestand te doen, maar dat zrj
tegen de meerderheid in -het Lagerhuis niets
vermag. Ook een ontbinding van het Dager
huis en een verkiezing onder de leus dat het
ontwerp wet moet worden, kan haar geen
meerderheid bezorgen, want de arbeiders-
partij zou daar stellig met een verminderd
aantal zetels uit te voorschijn komen, waar-
voor de loop van de jongste tusschentijdsche
verkiezingen reeds een aanwijzin.g is.
De liberalen hadden nog meer amendemen-
ten in petto om het karakter van de wet ge
heel te veranderen. Zij waren ook van plain
een amendement voor te stellen waarbij leden
van een vakvereeniging vooraf konden bedin-
gen dat hun bijdragen voor de kas niet voor
politieke doeleinden gebruikt mochten worden.
Voorts waren zij van zins hun best te doen om
regeeringsambtenaren en beambten bij een
amendement te verbieden aan de politieke
vakfoeweging deel te nemen en het artikel ge-
schrapt te krijgen, volgens hetwelk gemeente-
besturen bij de indienstneming van overheids-
personeel de voorwaarde moeten stellen dat
het in een vakvereeniging georganiseerd is.
Kor-tom, aan de heele wet zou geen stuk heel
gebleven zijn, omdat de conservatieven steeds
de liberale amendementen gesteund zouden
hebben.
Door him houding in de commissie heeft de
liberale partij nu met een forsch gebaar ge-
toond dat zij niet voor een brjloopster van de
arbeidersregeering wil doorgaan. De liberale
leiders hebben ingezien dat dit hard noodig
was, om het aanzien van hun partij in het
land en de ontevredenheid in hun eigen ge-
lederen te bedaren. Vele liberalen waren zeer
misnoegd geweest over de gesprekken die er
den jongsten tijd achter de schermen tusschen
de leden van de regeering en Lloyd George
c.s. gevoerd waren, waaruit men den indruk
moest krijgen dat deze laatsten bereid waren
tot een accoord te komen. Brj de laatste tus
schentijdsche verkiezingen is dit misnoegen
sterk tot uiting gekomen. In Oost-Islington
hadden de liberalen een sterken candidaat.
maar konden zij het tot niet meer dan 4450
stemmen brengen, een verlies van meer dan
6500 kiezers in vergelij-king met de vorige (al
gemeene) verkiezing. In Oost-Bristol daalden
de op den liberalen candidaat uitgebrachte
stemmen van ruim 12.500 tot even 4000 en in
Fariham van ruim 8600 op goed 3500, aoodat
de liberaal daar zelfs zijn -deposito verbeurde,
aangezien hij minder dan een achtste van het
geheele aantal uitgebrachte stemmen gekre-
gen had. Bij al deze verkiezingen is de wet
op de arbeidsgeschillen de politieke inzet ge
weest en hebben de liberalen uit den mond
van hun conservatieve tegenstanders heel wat
te hooren gekregen over hun annvankeltjke
1-auwheid na de indiening van de wet.
Alles te zamen genomen is dus de stemming
van meer beteekenis geweest voor het lot van
de liberale partij dan voor dat van de arbei
dersregeering, die waarschrjnlijk zal blijven
voortploeteren, met het nu nog toegenomen
besef. dat zij aan handen en voeten gebon
den is.
Zitting van 27 Februari 1931.
De volgende zaken werden behandeld:
L. M., oud 32 j., rijwielhersteller te Axel,
was door den Kantonrechter te Ter Neuzen
op 23 December j.l. vrijgesproken van de ten
lastelegging als zoude hij; van een 14-jarigen
jongen een rijwiel gekocht hebben voor een
Rijksdaalder.
De Ambtenaar van het Openibaar Ministerie
was in hooger beroep gekomen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van den
kantonrechter.
P. J. v. W., oud 54 j., brouwerskneaht te
Hoofdplaat, was door den Kantonrechter te
Oostburg op 2 December j.l. veroordeeld tot
f 20 boete of 20 dagen hechtenis, terzake van
gepleegde overtreding van de Motor- en Ry-
wielwet (de linkerzijide van den weg houden
terwijl dat ter plaatse niet noodzakelijk was).
De verdachte was in hooger beroep ge
komen.
Eisch: bevestiging van het vonnis van den
kantonrechter.
Mr. Heijse achtte het ten laste gelegde met
bewezen en vroeg vrijspraak.
i
probeeren w>el waard. Alles scheen de
moeite waard om te probeeren, dat hoon
gaf om de rust op Baniak-Harap eindelijk
te herstellen.
Ho-Min was langzamer gaan loopen,
zoodat hij nu bijna gelijk met hem Was.
,,De toewan-controleur zoekt naar een
geest", waagde hij opnieuw, „en u, toe-
watn, zoekt naar een man. Maar dat, wat
in de duisternis treft, is noch het een, noch
het ander. Ik weet dit, want ik heb met
de houthakkers gepraat, waar de groote
boom is gevallen."
Westerman glimlachte.
,,Hjoeveel weet je wel, Ho-Min?"
De Chinees wreef met een vuile hand
langs zijn gezicht.
„Twee menschen maar", verklaarde hij,
,,weten dit geheel: Arangoi, die dood is
en Alimah, die is gegaan, waar heen
weet men niet. Maar in de kampong
hebben ze veel gehoord en zij hebben het
mij verteld."
,,Wat zeggen zij?" wilde de planter
weten.
Ho-Min dacht na.
„Zij zeggen, toewan, dat het Spook,
1 dat op Baniak-Harap rondgaat, er uit ziet
als een man, maar handelt als een kwade
geest. Men fluistert, dat toen de boom
viel en Arangoi stierf, de geest neerdaal-
de op een man, die de zonde in zijn hart
had en bij zich zelf beslootDoor dezen
man zal ik vernietigen en niemand zal
weten hoe het geschiedt en waarom het
gescihiedt."
Westerman zag in het licht van de
lantaarn een glimp van Ho-Mins somber
gezicht en barstte in lachen uit.
„Wat is dat voor een griezelig geloof,
Ho-Min, waartoe je mij tracht te bekee-
ren Wat is dat voor een gezwam over
een man, die een geest is en een geest,
die een man is Ik zeg je, dat ik jou be-
roemd spook vannacht gezien heb. Ik
schoot op hem en verwondde hem en zijn
bloed is even rood als het jouwe en het
mijne! Je draagt nu den handschoen
mede: - en die is er van doortrokken.'
„Hiet bloed behoort aan den man", hield
de bediende vol,,maar de kracht, waar
mede hij doodt en de snelheid, waarmede
hij vlucht, waren tienmaal grooter dan de
uwe, o toewan
,,Dus die waren dan zeker van den
geest
,,Saja, toewan", verzekerde de ander
ernstig. ,,Die waren van den geest."
Westerman lachte opnieuw.
,,Je bent er me toch eentje, Ho-Min".
zeide hij, „en je theorieen zijn oorspron-
kelijker, dan ik nogooit gehoord heb, maar
ze zijn nog al ver gezocht in zeker op-
zicht. Heb je dien kerel met de schaduw
al gevonden
Ho-Min schudde zijn hoofd.
„Totdat die man gevonden is, toewan
antwoordde hij norsch, ,,za'l niemand in
deze streek rust vinden."
Hij haastte zich verder, ongetwijfeld ge-
krenkt door de luchtige woorden van zijn
meester, misschien hoopte hij ook, dat
iets, van alles wat hij zoo juist gezegd had,
zou bezinken. Maar Westerman's ge-
dachten waren weer teruggedreven naar
andere dingen en hij trachtte opnieuw de
sensatie te doorleven, die hij gevoeld had,
toen April zich anstig en bevend in zijn
armen had genesteld.
Onder aan den tuin hield Ho-Min het
hek voor den planter open, om er door te
gaan. Het was nog nauwelijks in het slot
gevallen, toen hij zijn meester aanstootte
en naar het huis wees.
Onbewegelijk, juist in t licht. dat door
de zonnezeilen scheen, zag Westerman
Alimah staan. Ze tuurde naar boven en
was zoo verdiept in wat zij in de breede
voorgalerij waarnam, dat ze zich niet om
wendde, eer Westermna vlak bij haar ge-
kropen was.
Zich herinnerende, dat Barnes zijn re
volver geleend had, richtte hij den steel
van zijn pijp op haar, en toen hij dit deed,
viel er een lang mes uit haar vingers en
bleef steken in den zachten grond bij het
pad.
De planter wenkte haar bij zich.
,,Wat voer je daar uit vroeg hij
zacht.
Ze bleef uitdagend en heel recht-op
voor hem staan.
„Ik kwam, o toewan", fluisterde ze
heesch, „om de vrouw, die mijn minnaar
van mij genomen heeft, te dooden."
Westerman bewoog zijn hoofd lang-
zaam op en neer.
,,Er is hier den laatsten tijd veel ge-
dood, Alimah", zeide hij. ,,Dadelijk zal
ik den toewan controleur halen. Het zal
hem belang in boezemen te hooren, wie
af en aan sluipt in het duister en
moordt."
Haar handen bracht zij naar haar
hoofd.
,,Niet ik doe deze dingen."
,,En toch", zei de planter. „Vind ik
je hier met een mes
Ze maakte een plotselinge beweging,
als wilde ze hem in het struikgewas ont-
vlieden, maar zijn vingers sloten als een
schoef om haar polsen.
Ho-Min", riep Westerman zacht,
,,haal twee garboe's. Zeg hun op mij bui-
ten het hek te wachten."
Toen hij haar naar het open terrein
droeg, worstelend en krabbend als een
tijaerin, keek hij naar den donkeren koe-
pel met zijn sprenkeling van sterren en
glimlachte.
H/.j voelde, dat hij dien nacht iets be-
reikt had.
HOOFDSTUK XXVI.
Het was lang na middernacht, toen
Westerman weer in de administrateurs-
woning terugkwam. Het licht in de voor-
galarij brandde nog en hij hoorde een ge-
roes van stemmen, toen hij het pad in-
sloeg.
Eenige seconden bleef hij onder aan de
trap staan, trok zijn jas wat af en veegde
zijtn handen schoon. Daarop nam hij de
zes treden in een paar lange stappen en
keek glimlachend om een hoekje van de
zonnezeilen.
„Nu jolige samenzweerders! lachte hij.
,,Nogal niet in bed
Ze zaten alle drie om de speeltafel,
waarop een karaf, glazen en speelkaarten
nog in de hulzen, lagen.
Barnes, die het dichtst bij den ingang
zat, trachtte evenals Westerman te glim-
lachen. Hij had de lijnen van vermoeid-
heid om zijn oogen en de voortdurende
spanning van de laatste dagen had te veel
van zijn zenuwen gevraagd, waardoor hij
de onaangename gewoonte had om met
zijn oogleden te knippen als hij sprak.
..Eindelijk riep hij uit, blijkbaar op-
gelucht. ,,We begrepen niet, waar je
toch bleef."
De planter viel in een stoel neer.
,,Ik voel, dat ik me bij de dames moet
verontschuldigen", verklaarde hij. ,,Eer-
lij.k gezegd, dacht ik heelemaal" niet meer
aan jullie, toen ik wegstormde. Barnes
had er geen flauw idee van waarop ik
vuutde. Ik denk dat hij wel nooit een
behoorlijk jager wordt."
,,Mijnheer Barnes is een wanhopig
iemand", verklaarde Isobel. ,,Hij heeft
van het oogenblik af, dat hij hier kwam
aldoor gepraat en ons niets verteld van
wat we dolgraag weten wilden."
(Wordt vervolgd.)