GEMEENTERAAD VAN HOEK. »aai aanleiding van het resultaat van dat onderzoek stellen zij voor een bedrag van 20; dat is voldoende. De VOORZITTER: Bl'ijikens het ingestelde omderzoek, komen de kosten overeen met het Items voorgestelde bedrag. Het voorstel wordt met algemeene stem- xaea aangenomen. IS. Behandeiing reclames schoolgelden dienst 1930. Naar aanleiding van ingekomen reclames jsrtellen Burgemeester en Wethouders voor: den aan A. Cornelissen opgelegden aanslag te verminderen met 5,40 wegens foutieven aanslag; den aan J. Scheele opgelegden aanslag te vermmderen met f 11,60 eveneens wegens fonljeven aanslag; <*p het verzoek van M. Seheele, D 125, af- asfjzend te besohikken, vermits deze is aange slagen overeenkomstig zijnen aanslag in de JRiptsinkomstenbelasting an de 2de klasse; op het verzoek van C. de Feijter, welke ont- toeffing vraagt over de maaniden Maart en April waarin zijn dochtertje de school wegens ziefkte niet heeft bezocht, eveneens afwijizend te beschikken, aangezien het kind ook tijdens de ziekte als leerling der school was inge schreven de belasting moet worden betaald over het tijdvak waarin het kind als leerling eener school staat ingeschreven; den aan W. Dees te Boschkapelle, opge legden aanslag te verminderen met f 7,20 ver mits zijn aanslag in de Rijiksinkomstenbelas- tmg op reclame is teruggebracht, waardoor liig valt onder de 5de klasse. De heer JANSEN deelt mede, dat hij den beer Scbeele heeft gesproken, en dat deze hem vesrkiaarde in het vorige jaar slechts f 976 vercBend te hebben, zoodat hij overeenkomstig de eerste klasse zou moeten aangeslagen wor den, doch nu folijft hij nog aangeslagen vol- gens de 2e klasse. Hij heeft bij den inspec ted der Rijksbelastingen gereclajmeerd en ze bebben hem ook gelijk gegeven. De SECRET ARTS deelt mede, dat Scheele js aangeslagen overeenkomstig zijn laatst be- taende aanslag in de inkomstenbelasting in overeenstemming met de verordening op de huffing van schoolgeld en dat was die over 1928/29; daarop heeft hij niet gereclameerd, wwdat de raad niet anders doen kan dan hem in de tweede klasse plaatsen. Eerst het vol- gtxud jaar kan daarin verandering worden ge- baracht. De VOORZITTER deelt ook nog mede, naar Aanleiding van het geval van C. de Feijter, dat voor een kind schoolgeld moet betaald worden over den geheelen tijid dat het als leerling staat ingeschreven. Als een kind ziek is en dit eenigen tijd zal duren, zou men het moeten laten afschrijven. Dan kon ook af- .arhrijving van schoolgeld worden verleend. De heer JANSEN merkt op, dat, als een Kind ziek wordt, men toch in de meeste ge- wallen niet weet of dit lang zal duren. Dat is this niet uit te voeren. De VOORZITTER: De bepalingen der ver- ®rdening zijn nu eenmaal zoo. Het voorstel wordt met algemeene stemmen asmgenomen. IB. Voorslel van Bnrgemeester en Wethou ders tot remaindering van den verkoop- prijs van het perceeltje bouwland ge- legen in de Axelschestraat. IZooals uw college bekend is, is de gemeente nog steeds eigenares van een perceeltje bouw- terrein gelegen in de Axelschestraat kadas- traaJ bekend gemeente Zaamslag, Sectie F 2815. Dit perceeltje is groot 5 Are 14 c.A. en ge- schikt om daarop hoogstens een tweetal woningen te bouwen. Het laatst werd- een stuikje grond verkocht nar> den heer C. Dieleman alhier, terwijl sedert dien geen enkele aanvrage om verkoop van bouwterrein meer binnenkwam. Inmiddels wordt het strookje land telken jare verhuurd en brengt dit slechts gemiddeld flO voor den hoop op. 1 Het is naar aanleiding daarvan, dat-wij uwe -vergadering voorstellen den Verkoopprijs terug te brengen op f 2,per meter, waardoor den verkoopprijs van een jstrook grond bestemd voor eene woning wordt bepaald op 514. De heer D. DEES: Zijn Burgemeester en "Wethouders van meening, dat er dan gelegen- beid zal zijn om den grond te verkoopem? De VOORZITTER: We kunnen het in elk geval probeeren. Het voorstel wordt met algemeene stemmen ■wangenomen, J7. Opheffing openbare lagere school in den Grooten Huijssenspolder. "Wij hebben de eer uwe vergadering mede te deelen, dat de tegen het door Gedeputeer de Staten van Zeeland goedgekeurde besluit van den gemeenteraad ingestelde beroepen bij Koninklijk besluit van 19 December 1930, No. 37 zijn ongegrond verklaard. De opheffing van gemelde school is dus hier mede een feit geworden. Wij stellen u daarom voor het onderwijs met inigang van 31 Januari te doen ophouden en het hoofd der school door het nemem van het hiema vermelde besluit op wachtgeld te stellen. De raad der gemeente Zaamslag, Gelet op zijn besluit van 31 Aug. 1928 zoo- aJs dit nader is gewijzigd bij zijn besluit van 26 April 1929 tot opheffing van de openbare lagere school in den Grooten Huijssenspolder met ingang van den datum waarop gemeld besluit in kracht van gewijsde is gegaan; dat gemeld besluit door Gedeputeerde Sta ten van Zeeland bij: besluit van 18 Juli 1930, No. 248, lste afdeeling, is goedgekeurd en de tegen dat besluit ingestelde beroepen bij Koninklijk besluit van 19 December 1930, No. 37 zijn ongegrond verklaard; Op voorstel van Burgemeester en Wethou ders; gelet op de Lager Onderwijsiwet 1920, Besluit •met ingang van 1 Februari 1931 eervol ont- alag te verleenen wegens opheffing der be- trekking aan Jacobus Jansen, hoofd der open- bare lagere school in den Grooten Huijssens polder. Waar het voorts gewenscht is en de woning ■en het schoolgebouw van de hand te doen, verzoeken wij uwe vergadering machtiging een en ander in het openbaar te verkoopen. De heer JANSEN vraagt, of Burgemeester en Wethouders al eens hebben gedacht, hoe net nu met de leerlingen dier school zal moe ten gaan. Hrj heeft van ter zijde al eens -vemornen, dat de ouders voomemens zijn htm kinderen naar Othene te zenden. Hebben Burgemeester en Wethouders al eens over- wogen, of daarvoor van gemeentewege ver- goeding kan gegeven worden? De VOORZITTER antwoordt, dat Burge meester en Wethouders hierover nog niet heb ben gedacht; men weet dat dit een zeer lang- durige kwestie is geworden, die in de pericles gekomen is, juist omdat Burgemeester en Wethouders indertijd een tegemoetkomend -voorstel hadden gedaan. dat in het raadsbe sluit was opgenomen. Toen er van de zijde der ouders verzet tegen het raadsbesluit is gekomen, is dat vemietigd op grond dat er een bepaling in opgenomen was, dat voor het vervoer der leerlingen zou worden gezorgd. Daarom is die bepaling er later uit verwijderd, maar nu stellen Burgemeester en Wethouders zich op het standpunt, dat de betrokken ouders. indien ze iets wenschen, daarvoor zelf naar Burgemeester en Wethouders of den ge meenteraad moeten komen met een verzoek. De heer JANSEN krijgt den iindruk, dat Burgemeester en Wethouders dus een verzoek van die menschen inwachten, en dat zij dan wel bereid zijn, vergoeding voor te stellen. Naar hij heeft vemomen, zou het de bedoeling zijn, de kinderen te laten fietsen, doch zijn een paar ouders niet bij machte om een fiets aan te schaffen. Zouden Burgemeester en Wethouders bereid zijn, voor te stellen hen daarvoor een voorschot te verleenen De vraag is misschien wel voorbarig, maar hij zou graag het gevoelen van Burgemeester en Wethouders weten. De VOORZITTER wijst er op, dat Burge meester en Wethouders op dit gebied niet kremterig zijn, en dat zij vermoedelijk nog wel op* hetzelfde standpunt van vroeger zullen staan. De heer JANSENDus, ze kunnen op een gunstig onthaal rekenen? De heer DE FEIJTER: We kunnen niet anders zeggen, dan dat, als er een verzoek bij Burgemeester en Wethouders inkomt, dit zal worden behandeld. De heer JANSEN: Ja, maar ik zou graag een lichtje willen opsteken. De heer DE FEIJTER: Indertijd hebben Burgemeester en Wethouders de ouders eens uitgenoodigd, om eens te komen praten, in verband met de voorgenomen opheffing der school. Burgemeester en Wethouders hebben de ouders toen te vergeefs gewaoht. Ze moe ten nu zelf maar eerst eens komen om hun belangen voor te dragen. De heer JANSEN: Het was mijn bedoeling, om de meening van Burgemeester en Wethou ders hierover eens te hooren. De heer D. DEES wijst er op, dat Burge meester en Wethouders machtiging vragen om de school enz. in het openbaar te verkoo pen. Daarover valt te praten, maar hrj vraagt, of er geen andere weg is, om de ge- bouwen van de hand te doen. De VOORZITTER deelt mede, dat Burge meester en Wethouders ook nog een ander voornemen bestaat, om het n.l. te probeeren met inschrijving, in 3 afzonderlijke perceelen, het huis, het complex grond en dan de school. Dan zullen ze evenwel bij den raad machti ging vragen om den koop te gunnen. De heer D. DEES had ook inschrijving op 't oog; men moet zien er zooveel mogelijk voor te krijgen. Het voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen. De VOORZITTER sluit de vergadering, door het uitspreken van het dankgebed. •v Op 30 Jan. j.l., des namiddags twee uur, hield de raad dezer gemeente eene openbare spoedvergadering. Voorzitter Mr. J. A. van Tienhoven, burge meester. Secretaris. de heer Dregmans. Aanwezig de heeren H. Pladdet, J. van 't Hoff, M. de Feijter, J. D. de Feijter, A. Meertens, D. J. Jansen en J. A. Meertens. De VOORZITTER opent de vergadering met het uitspreken van den gebruikelijken Nieuw- jaarswensch, waarbij de heer J. D. DE FEIJ TER als oudste raadslid zich aansluit. De notulen der vorige vergadering worden zonder hoofdelijke stemming onveranderd vastgesteld. Ingekomen stukken. Een adres van de verschillende in deze ge meente op het gebied der werkloosheidsver- zekering zich bewegende lichamen, met ver zoek met het oog op de zeer groote werk- loosheid in deze gemeente, te willen besluiten tot werkverschaffing, en bij gebreke daarvan tot extra-steun van de eventueel uitgetrokken leden. De VOORZITTER deelt mede, dat Burg, en Weth. van oordeel waren dat de kwestie waarop dit verzoek betrekking heeft zeer ur gent is en dat er van gemeentewege iets moet worden gedaan in het belang der werklooza gezinnen. Burg, en Weth. staan op het stand punt, dat het beter is zoo mogelijk tot werk verschaffing over te gaan om het geld dat de gemeente ten slotte zal geven eenigszins pro- ductief te maken, en aan de andere zijde de menschen zelf liever er voor werken dan dat wij het z<56 zouden geven. Misschien is het ook mogelijk om voor bepaalde werken van Rijkswege een bijdrage be krijgen, waardoor de last voor de gemeente lichter wordt. Burg, en Weth. hebben enkele kleinere werken op het oog voor directe uitvoering terwijl gedu- rende den tijd dat die worden uitgevoerd er naar meer omvangrijk werk kan worden uit- gezien. Als de heeren soms nog andere ideeen hebben dan willen Burg, en Weth. dat gaame vememen. Ten eerste hebben Burg, en Weth. zich voorgesteld het oude gedeelte van het kerkhof te laten egaliseeren, aangezien daar in zeer groote kuilen liggen. Ten tweede zou het aanbe^eling verdienen om het riool in de Tramstraat te doen ont- graven en opnieuw leggen aangezien de uit- watering veel te wenschen overlaat. Ten derde ligt daar de sloot in de St. Hu- brechtstraat die zeer verontreinigd is en wat een goed werk zou zijn om die te zuiveren, opdat daar een meer aanzienlijke toestand zal ontstaan. Ten vierde is het aanbevelenswaardig den Binnendijk te egaliseeren en de bermen af te steken wat ook langs andere wegen zou kun nen geschieden. En verder is het misschien met geldelijke bijdrage van de Gemeente wel mogelijk om bij particulieren tuinen te doen spitten. Ik zeide U reeds dat dit slechts kleine wer ken zijn en dat het in de bedoeling ligt, meer grootere werken te laten uitvoeren die echter meer voorbereiding eischen. Ik zou gaame vememen hoe de heeren tegenover deze dingen staan. De heer M. DE FEIJTER zou ook de sloot aan de Langestraat tusschen Dieleman en An- driessen willen doen rioleeren dan wordt de straat daar ook breeder. De VOORZITTER merkt op dat daarvoor dan ook rioolbuizen moeten worden gekocbt en dat het te betwijfelen is of de toestand in haar geheel daarmee zou verbeteren, aange zien dan wordt aangesloten op het geheele riool van de Langestraat dat verre van goed ligt. Eerder zou men de afwatering achter- uit brengen. De heer M. DE FEIJTER hecht. meer waarde aan het dempen van den door hem genoemden sloot dan aan het verbeteren van de Tram straat, al was dat ook een goede verbetering. Maar daar bij Dieleman is de straat zeer smal en heeft men de kans dat wanneer men met een zwaargeladen voertuig elkander passee- ren moet men met slootkant en al wegzakt. De VOORZITTER beaamt de doelmatigheid van dat gedeelte wel maar wijst er op dat dit eenige voorbereiding eischt en men thans voor directe hulp zorgen moet. De heer A. MEERTENS veriwondert er zich over dat de voorzitter van tijd van voorberei ding spreekt. Hij is van oordeel dat Burg, en Weth. nu toch werkelijk voor sommige wer ken tijd genoeg hebben gehad. In April heeft de raad al belot en om het riool vanaf den Secretaris door te trekken en er is nog niets gebeurd. Men heeft daarvoor nu toch al wel tijd genoeg gehad. De VOORZITTER betwijfelt of dat al zoo- lang is geleden. De heer A. MEERTENS antwoordt dat het toch zoo is. En nu komen Burg, en Weth. bij den raad voor verschillende werken en het is goed dat de menschen worden geholpen maar men zou toch eenigszins de kosten daar van dienen te weten. De VOORZITTER antwoordt dat de begroo- ting daarvoor nog niet is opgemaakt, en dat daarvoor de tijd heeft ontbroken, De heer A. MEERTENS had toch van Burg, en Weth. mogen verwachten, dat zij bij be- nadering eenige kosten zouden kunnen opge- ven. De VOORZITTER antwoordt, dat het in de bedoeling ligt thans door den heer De Bruijne de begrooting te doen opmaken en dat deze vergadering gehouden is om den raad te vra gen aan Burg, en Weth. een zeker bedrag als crediet te willen toestaan voor het uitvoeren der verschillende werken. De heer A. MEERTENS vindt het goed al begonnen de menschen een Maandag al te werken, maar als Burg, en Weth. nu gisteren toch een geheelen dag hebben vergaderd, dan is er toch wel tijd geweest om een kleine glo- bale begrooting te maken. Burg, en Weth. dienen toch met berekende en beredeneerde voorstellen bij den raad te komen. De VOORZITTER antwoordt dat ten spoe- digste zal worden gezorgd voor een begroo ting. De heer A. MEERTENS verzoekt, nu er een belegging is van ongeveer f 18000 kasgeld, waarbij nu het goed slot van 1930 nog komt dat men dan niet te karig is met het ver- schaffen van werk. Deze kleine werkjes heb ben niet veel te beteekenen en wanneer men laat werken laat men dan een fatsoenlijk loon betalen naar omstandigheden. De VOORZITTER antwoordt dat het in de bedoeling ligt in de eerste plaats de uitge trokken menschen aan het werk te zetten. De heer A. MEERTENS merkt op, dat het niet aangaat om die werkloozen, die niet zijn georganiseerd niet te helpen, die moeten toch ook leven. De VOORZITTER antwoordt dat daarmee ook rekening zal worden gehouden. De heer A. MEERTENS vindt dat goed, maar wat zal er gebeuren als de overige men schen allemaal zijn uitgetrokken? De VOORZITTER hoopt in dien tijd meer omvangrijk werk te vinden. De heer A. MEERTENS merkt op dat on der het regime van den vorigen burgemeester pogingen zijn aangewend om in samenwerking met de polderbesturen werk te verschaffen, zou men dat nu niet weer eens probeeren? En als de gemeente dap eens een paar dui- zend gulden liet verwerken. De VOORZITTER antwoordt dat het ook zijne bedoeling was een crediet van 2000 aan den raad te vragen. De heer A. MEERTENS: De landbouwers zullen toch ook begrijpen dat wanneer men geen werk verschaft men minder belasting ontvangt door de mindere inkomens. De VOORZITTER dankt den heer Meer tens voor zijn inlichtingen en zei reeds aan het begin der vergadering dat hij zich daar voor aanibevolen hield. De heer A. MEERTENS zegt dat destijds ook getracht is met den heer W. de Feijter overeen te komen om bij wijze van werkver schaffing dien put in de Van Wijekhuizen- polder te dempen met grond uit den Braak- man, misschien zou men nu meer kails van slagen hebben. De VOORZITTER wist niet dat dit reeds vroeger was besproken, maar had toevallig ook zelf daaraan gedacht en er met den heer De Bruijne over gesproken. De heer A. MEERTENS antrwoordt, dat dit werken zijn, die iets beteekenen en werk ver schaffen. De VOORZITTER hoopt dat van de Domei- nen gedaan zal worden gekregen dat men uit de oude kaai slijk mag weghalen gratis, daar men er in alle andere gevallen f 0,50 per kubieken meter voor vraagt en het peil in de kade is toch veel hooger dan er buiten. De heer A. MEERTENS meent toch te heb ben verstaan dat het de bedoeling is voor zulk soort werkverschaffing steun aan het Rijk te vragen. De VOORZITTER antwoordt bevestigend en wijst in dit verband op de gemeente Biervliet waar men een voetbalveld laat egaliseeren bij gebrek aan ander werk. De heer A. MEERTENS merkt op, dat wij hier geen voetbalveld hebben. De VOORZITTER haalde dit maar aan als voorbeeld. De heer J. A. MEERTENS hoorde de heer A. Meertens een opmerking maken dat de uit voering van het riool in de Langestraat nog niet was geschied ondanks de raad hiertoe reeds in April het besluit nam, maar wil even toelicbten dat de uitvoering daarvan is afge- stuit op de tegenwerking van de zijde der eigenaars van den grond, waarover de afwa tering zou worden gelegd. En wat de kwes tie van het dichtgooien van dien sloot van Dieleman tot aan Andriessen betreft, wanneer men er een stuk tusschen gaat steken dan betwerkt men een grootere verstopping. Het is beter een goede sloot te leggen tot aan den polderwatergang achter den boomgaard van de Kraker. Maar om op dat riool ierug te komen, zouden die eigenaren daarvoor nu nog niet zijn te vinden wanneer de gemeente voor het onderhoud daarvan de verplichting op zich neemt Dan was de oplossing voor die slechte afwatering gevonden. De VOORZITTER zou dat ook beter vin den. De heer J. A. MEERTENS adviseert om eens met den Dijkgraaf van den Koudenpolder te spreken om die sloot desnoods 25 c.M. bree der te maken. En verzoekt dan aan den Minister om vergunning om het kapitaal van de werkloozenkas tot 50 te mogen ver minderen en daar ook voor te gebruiken, in verband met den crisissteun. De VOORZITTER durft niet te zeggen of de menschen door den Minister als crisiswerk- loozen zullen worden beschouwd, te meer waar het hier een telken jare terugke<"-»nde werk- loosheid is. Het zou misschien aanbeveling verdienen als proef voor een paar landarbei- ders eens een aanvrage te doen. De heer J. A. MEERTENS meent dat men toch een krachtig motief heeft dat de vlasin- dustrie thans geheel stii ligt waarin verschil lende menschen ook jaren te voren hier werk- ten. En wat nut heeft ten slotte die kapi- taalvorming in de werkloozenkas? Men mag nog zelfs de rente niet gebruiken. Per slot van rekening wordt de werkloozenkas rijker dan de gemeente zelf die er steeds aan moet betalen. De VOORZITTER antwoordt dat er verleden aar in deze gemeente door de werken te Sluiskil weinig werkloozen zijn geweest maar als U daarv66r ziet dan was er toch altijd en groote werkloosheid. Misschien dat er -®1<~ zflii die onder ae crisisbepalingen val- 3n, maar velen mogelijk ook niet. Wij zul- n enkele van de door U genoemde personen lis proef nemen. De heer J. A. MEERTENS is van oordeel, at wanneer de leden van d-e werkloozenkas dulbbel konden trekken men al een heel stuk /oorui't was en voor de rest kon men dan verk verschaffen. De heer PLADDET (wijst er op, dat de verklooasnkas ,,Ons Belang" en uitkeering twee afzonderlijke zaken zijn. Br zyn hier nu n de gemeente vier verschillende lichamen die de werkloosheidsverzekering verzorgen, maar het is jammer dat er zijn die maar vier weken steiun betalen. Nu is het de vraag of die menschen kunnen vallen onder de uitgetrok- kc-nen. Het is jammer dat de gemeente dat moet uitzoeken en niet de organisatie zelf. De heer JANSEN is het er niet mee eens, dat de werkloozen hier niet onder de crisis zouden vallen, aangezien er een zeer groot aantal arbeiders daardoor wel degelijk zonder werk is. Spreker wil dit bewijzen door het feit dat er verschillende landbouwers met vlas zitten dat zij niet kunnen laten verwerken, omdat er geen handel is. Daar moet geld bij. Enkede jaren terug hadden daar veel men schen werk in. De SECRETARIS is het met den heer Jan sen eens speciaal ten opzichte van de leden van ,,Ons Belang", omdat daarin werklieden van allerlei aard zitten wat niet het geval is met de organisatie voor to.v. de fabrieks- arbeiders. De Christelijke vereeniging van Landarbei- ders heeft wel een vereeniging maar geen werkloozenkas. De heer JANSEN vraagt of die menschen dan op een houtje moeten bijten. De SECRETARIS merkt op, dat dit in be- werking is en dat die later zullen kunnen uit- keeren. De heer PLADDET verwacht, dat er Maan dag a.s. 25 tot 30 werkloozen zijn die geen steun meer hebben en daarvoor moet gezorgd worden. De heer A. MEERTENS adviseert nog- maals te onderhandelen met de,personen over wier terrein die rioolaansluiting zou worden gelegd. Hij is van meening dat men eens per- soonlijk met die menschen moet spreken en niet per brief en dan gelooft hij niet dat den heer De Putter er tegen zal zijn. Men dient voor zoo iets persoonlijk naar de menschen toe te gaan om er over te spreken ter toe- lichting. De VOORZITTER wil gaarne den wenk van den heer Meertens accepteeren eh een bezoek bij die menschen brengen. Ook de heer J. D. DE FEIJER gelooft niet, dat men het dan nog zal tegenhouden. De heer J. A. MEERTENS is van oordeel, dat de menschen bang zijn dat er een vervui- ling zou ontstaan maar de gemeente moet het onderhoud op zich nemen. De heer A. MEERTENS wijst er op, dat de straatjes in de Hoeksche weide altijd onder water staan waarover in September hier al is gesproken, maar laat Burgemeester en Wet houders trachten te komen tot verbetering van den polderwatergang, desnoods op kosten van de gemeente. De VOORZITTER wil dat onderzoeken en als de heeren na deze zitting nog voorstellen mochten hebben, dat zij dan naar de secreta- rie komen. De heer A. MEERTENS vraagt of het niet mogelijk is het terrein te verhoogen waar het tehuis voor ouden van dagen zal worden gebouwd. De heer J. D. DE FEIJTER ziet daarvan ook de mogelijkheid in met het oog op den bouw. De VOORZITTER deelt mede, dat bij voor zich buiten om de wethouders ook heeft ge dacht aan de mogelijkheid om daar aan De Ridder op de Knol dien put te dempen en den weg te verbreeden en rechter te maken. Dit is vroeger ook al eens in Burgemeester en Wethouders ter sprake geweest. De heer J. D. DE FEIJTER zou het beter vinden de weg langs de trambaan door te trekken. De VOORZITTER merkt op, dat dit mis schien een 70.000 tot 80.000 gulden kosten zou. Maar men zou het fietspad aan de andere zijde van den Molendijk ook breeder kunnen laten maken, en den grond die daar van komt in dat gat brengen. Dit zijn echter dingen waarvoor het nu al wat laat is om er nog iets aan te hebben in dit seizoen. De heer A. MEERTENS vindt dat het te probeeren is, men zal overal iets vlugger tot medewerking te vinden zijn dan vroeger, zie maar overal in ons land. ril VOORZITTER antwoordt dat wanneer dit op bezwaren van de betrokken eigenaars mocht afstuiten men misschien wel vergun ning zou kunnen krijgen tot het afsteken van slootkanten bij verschillende personen. De heer J. A. MEERTENS gelooft niet, dat men vergunning zal krijgen om den tragel van den Molendijk af te steken aangezien dit de tweede zeedijk is en men voor peilveria- ging daarvan vergunning moet hebben van Gedep. Staten. Bovendien zou dan de daaraf komemden grond eigendom blijven van de eigenaars van dien dijk, ofschoon misschien in dit geval de eigenaars daartegen geen be- zwaar zouden hebben. Wat dien put betreft aan De Ridder die is puur eigendom van de familie Wolfert. De VOORZITTER zal deze kwestie gaarne onderzoeken. De heer J. A. MEERTENS merkt op dat dit duur zou zijn en er veel geld in voermansloon "zou weggaan. De VOORZITTER merkt op, dat dien kant van den dijk toch moet worden afgegraven. De heer A. MEERTENS antwoordt, dat dit niet veel beteekent voor werkverschaffing. De heer J. A. MEERTENS deelt mode, dat reeds vroeger onder wethouder Kaan is ge sproken over het dempen van dat gat met grond van het dijkje dat ligt langs het land van den Ter Neuzenschen Kerkelijken Armen- De VOORZITTER antwoordt, dat dit mis schien nog mogelijk is. Hrj vraagt of de heer Meertens denkt, dat er kans bestaat dat er verschillende slootkanten zouden mogen wor den afgestoken. De heer J. A. MEERTENS antwoordt dat dit in elk geval de afwatering bevordert maar het zou beter zijn meer nabii werk te vinden. De VOORZITTER antwoordt, dat het hem zeer geschikt zou voorkomen den weg die thans om het Mauritsfort loopt, daar recht doorheen te leggen, maar dat dit voor direct te veel voorbereiding vergt. Eep renteloos voorschot daarvoor is van provinciewege toegezegd. De heer A. MEERTENS vraagt wat Burge meester en Wethouders denken noodig te heb ben voor de verschillende uitvoeringen. De VOORZITTER antwoordt dat er een cre diet aan den raad wordt gevraagd van /2000 en mocht dit te weinig blijken dan kan er ver der worden gezien. De heer M. DE FEIJTER zou maar een beetle goed toe willen pakken, liever dan alle oogenblikken een beetle De heer A. MEERTENS zegt, dat het hem tegenvalt dat de wethouders niet uit hun stroo komen, maar zou willen laten beginnen in afwachting van de nadere goedkeuring van Gedeputeerde Staten op het raadsbesluit. De VOORZITTER wil naar den Commissaris gaan om bespoediging te vragen in de beslis- sing. De heer J. A. MEERTENS merkt op, dat men met de gewone onderhoudswerken toch wel kan doorgaan zonder toestemming van Gedeputeerde Staten, wij mogen toch ons ge wone werk laten doen! De VOORZITTER zou den Raad een bedrag van f 2000 willen vragen. De heer A. MEERTENS herbaalt dat de wethouders steeds den burgemeester maar de zaak laten verdedigen zonder zelf iets te zeg gen, hij zou toch gaame ook hen eens hooren. De heer VAN 't HOFF antwoordt, dat het zijn bedoeling is het kerkhof eens goed te laten opknappen en is van oordeel dat daarvoor toch geen begrooting noodig is, men moet toch in Burgemeester en Wethouders eenig vertrou- wen stellen en hen niet aan banden willen leg gen. Het is moeilijk daarvan een begrooting te geven. De heer A. MEERTENS dacht, dat Burge meester en Wethouders niet geheel homogeen waren in hun voorstel. De heer VAN 't HOFF antwoordt, dat de Voorzitter hem dan verkeerd heeft begrepen, hij was niet tegen de verschillende werkea, maar beschouwde verschillende uitvoeringen als toekomstmuziek en wij moeten werk heb ben waaraan wij direct kunnen beginnen. De VOORZITTER merkt op, dat ook hij toch heeft gezegd. dat er verschillende werken ztjn die voorbereiding behoeven. De heer J. A. MEERTENS moet den heer Van 't Hoff wel eenigszins gelijk geven dat het moeilijk is eene begrooting te geven. De heer A. MEERTENS antwoordt, dat de heer Van 't Hoff het moet kunnen plaatsen dat de leden opmerkingen maken. De heer VAN 't HOFF antwoordt, dat ook wel te kunnen toegeven, maar dat het eigen- lijk de bedoeling van den heer Meertens was hem uit zijn tent te lokken. De heer A. MEERTENSNatuurlijk, je moet hier niet met je armen op een stoel zit ten en zwijgen en de volgende week op den Hoek staan kankeren. Ik dacht dat Burge meester en Wethouders verschillend van 6p- vattingen waren. De VOORZITTER antwoordt, dat er van ernstig verschil geen sprake was en dat er prettig vergaderd is geworden. De heer PLADDET heeft er op gewezen dat het misschien nog beter was daar aan de Ridder den weg te verleggen achterom de wo ning van P. Klaassen, anders houdt men nog een bocht. We hebben destijds al eens gepro- beerd om den weg aan de achterste kreek te verbreeden, maar geen medewerking van de eigenaars en die weg is daar beslist te smal. Spreker voor zich heeft zich bezig gehouden met verschillende plannen en hij is ook niet tegen de voorgestelde werken, maar dat is tenslotte maar werk voor een 25 tot 30 man eii we zullen er misschien 200 krijgen. Oas verschil bestond hierin dat ik a.s. week wou vergaderen, maar niettemin nu is het ook goed, maar voor zooveel menschen kunnen wij toch geen werk vinden. De heer A. MEERTENS zou dan ook gaame zien, dat terwijl de kleinere werken worden uitgevoerd men zal uitzien naar grootere wer ken. De VOORZITTER dacht dat men misschien op het Boeregat ook dien weg onder langs den dijk zou kunnen verbeteren. De heer A. MEERTENS antwoordt dat het daar nooit goed te krijgen is, omdat de onder- grond niet deugt. De heer J. A. MEERTENS antwoordt dat het waterpeil daar gelijk staat met den weg, waaraan niets is te doen. De heer PLADDET zou willen trachten van Provincie en Rijk subsidi# te krijgen om den weg aan de Knol te verbreeden. De heer VAN 't HOFF is van oordeel dat dat veel te lang duurt. Wij moeten tier de be- schikking krijgen over f 2000. De VOORZITTER zal als de Raad het be sluit neemt naar Middelburg gaan om te ver- zoeken de goedkeuring van het raadsbesluit te bespoedigen. De heer JANSEN ziet er geen bezwaar in direct te beginnen. De SECRETARIS adviseert de bespreking te Middelburg af te wachten. De heer A. MEERTENS zou er voor zijn, om den officieelen weg te bewandelen. De men schen moeten ook een beetje geduld hebben als de Raad hun helpen wil. De heer M. DE FEIJTER zou toch met het kerkhof willen beginnen. De VOORZITTER merkt op, dat ten slotte toch alles werkverschaffing is. Met algemeene stemmen wordt aan Burge meester en Wethouders een crediet van 2000 toegestaan. De heer JANSEN wou nog even vragen wie nu door Burgemeester en Wethouders aan die werkverschaffing zullen worden geplaatst. De VOORZITTER meent, dat het toch de bedoeling As, dat die uitgetrokkenen daarvoor worden aangeiwezen. De heer JANSEN vraagt hoe het dan gaan moet wanneer in 66n gezin meerdere werk loozen zijn. De VOORZITTER antwoordt dat all een hoofden van gezinnen in aanmerking komen met inachtneming van de zwaarte van het gezin. De heer J. A. MEERTENS zou dan ook willen vragen te trachten steunverlenging te mogen geven uit de werkloozenkas. De VOORZITTER zal daarvoor pogkigen aanwenden maar vreest er voor. De heer A. MEERTENS merkt nog op, dat alleen het vlas, die werkloosheid niet teweeg brengt maar over het algemeen de lage prij- zen van de landbouiwproducten. Rondvraag. De heer A. MEERTENS wou gaame eenige inlichtingen hebben over de gehouden volks- teliing. Er zijn voor de hulp daarbij twee personen aangenomen tegen wien ik persoon lijk niets heb, alhoewel ik liever gezien had, dat daarvoor werkloozen waren aangenomen. Doch dat ter zake. Er is voor de geheele volks- telling een totaal bedrag uitgetrokken, wat onderling wordt verdeeld door te tellers, maar nu wil ik dit iwel zeggen, dat het werk van de tellers Stoffels en Van Alton nergens op trekt en dat ze op de secretarie de zaak zoo goed als geheel zonder hen moeten klaar maken. Het is gewoon een fiasco. Er is veel meer werk aan dan dat ze er niet aan gehol pen hadden want er is geen kaart die goed is en nu heeft men de handen vol, om de fouten te corrigeeren. Ik zou willen voorstellen, om de tellers ter secretarie die daardoor vele overuren moeten maken eene gratificatie uit te betalen naar gelang van het aantal uren dat zij extra hebben gewerkt. De heer J. A. MEERTENS was van gedacht dat de kosten van de volkstelling door het Rijk werden betaald. De VOORZITTER antwoordt dat dit 7% cent per inwoner is. De heer VAN 't HOFF: Het spijt me mijn- heer de Voorzitter, dat Meertens die volks telling aanhaalt, we mogen De heer A. MEERTENSDat had ik daarom wel gedacht!

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1931 | | pagina 6