r'n :r iot - i t^'^ssr^tsrjrjs^s
Pluimvee-rubriek.
Huis en Hof.
GEMEENTERAAD VAN
HENGSTDIJK.
14. Reclames schoolgeld dienst 1930/31.
Naar aanleiding van ingekomen verzoeken
am afschrijving van den aanslag wegens
schoolgeld voor den dienst 1930/31 stellen
burgemeester en wethouders voor te beschik-
ken als volgt:
J. J. de Ridder, ontheffing te verleenen voor
da helft wegens vertrek.
stemming de posten betrekking hebbende op
de jaarweddeverhooging.
Deze worden aangenomen met 7 tegen 4
stemmen.
Voor stemmen de heeren J. de Feijter, Kos-
ter, Esselbrugge, P. de Feyter, Oggel, Kruijsse
en Wolfert; tegen stemmen de heeren Diele-
man, 't Gilde, Van de Bilt en Claessens.
De heer OGGEL verklaart te hobben voor-
De VOORZITTER: We kunnen dan nader
zien.
Met algemeene stemmen wordt besloten de
behandeling van dit schryven aan te nemen.
18. Omvraag.
dienst der gemeente, hem moet derhalve een
vaste jaarwedde worden toegekend.
Alvorens tot benoeming over te gaan, wil
de Voorzitter mededeelen, dat door hem bij
verschillende (omliggende gemeenten, inlich-
tingen zijn ingewonnen betreffende de benoe-
p.
v L.i ue xieex vci n.i<adti l uc lxcuiwcia. vwi-
Goossen, ontheffing te verleenen over- gestemd en te hopen op een radicale algeheele
a. De heer OGGEL acht zich genoopt lets d« Jaarwedde van dezen ambtenaar
te zeggen naar aanleiding van het verslag dat I laa!.doo.r,tot. d?_,con^lusi® gekomen, dat
omtrent de laatste raadszitting is verschenen
eenkomstig zijn verzoek (tengevolge van
minder schoolgaande kinderen).
J. J. Hoebd, ontheffing te verleenen alsvoren.
W. van Everdingen, afwijzend te beschik-
ken, op grond, dat zijn aanslag juist is.
aL B. van de Velde, alsvoren.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
herziening der salarissen.
Het voorstel tot wijziging der begrooting
voor 1931 wordt hiema in zijn geheel met
algemeene stemmen aangenomen.
17. Zeeuwsch-Vlaamsche waterleiding.
15.
Wijziging gemeeatebegrooting voor den
dienst 1930.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
•de gemeentebegrooting voor den dienst 1930
te wijzigen als volgt:
onder de inkomsten te verhoogen den post
„uitkeering van het bedrijf" f 12,50;
onder de uitgaven te verhoogen de posten:
reisgeld voor passanten en overige uitgaven
der politie 150, kosten onderhoud schoolge-
bouwen enz. 75, vergoeding aan besturen van
bijzondere scholen art. 72 lager onderwijswet
15, rente van geldleeningen ten laste van
hoofdstuk XIII 12,50;
te verminderen de volgende posten: ver-
lichting, verwarming, schoonhouden van
schoolgebouwen f 75, onvoorziene uitgaven
955.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
16.
Wijziging
1931.
gemeentebegrooting voor
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
de gemeentebegrooting voor den dienst 1931
te wijzigen als volgt:
onder de inkomsten te verhoogen de pos
ten: verhaal van bedragen voor eigen en
weduwen en weezenpensioen 10, no. 172b en
no. 190a opbrengst van waarschuwingen en
aanmaningen, memorie;
onder de uitgaven te verhoogen de volgende
posten: jaarwedden van de wethouders 20,
jaarwedde van den secretaris 333,33, jaar
wedde van den ontvanger 150, bijdragen
voor eigen en weduiwen en weezenpensioen
/50; premie voor verzekering tegen diefstal
van kasgeld /30, steun aan uitgetrokken
werkloozen of aan niet georganiseerde werk-
loozen 2000;
en te verminderen den post onvoorziene uit
gaven met f 2573,33.
De heer DIELEMAN verklaart zich, in ver-
band met de in dit voorstel vervatte ver-
hoogde bedragen der jaarwedde, ingevolge de
beslissing van Gedeputeerde Staten daartegen.
De VOORZITTER vraagt, of die houding
wel juist is.
De raad heeft toch te doen wat hem over-
eenkomstig de wet van hooger hand wordt
opgelegd, of men daarmede accoord gaat of
niet. Het betreft nu toevallig alleen den
secretaris en den ontvanger, aangezien de
jaarwedde van den burgemeester niet hooger
wordt. Het zijn toch maar kleine getallen.
Om in dezen regel te blijven, indien inge
volge de wet op het middelbaar onderwijs aan
de gemeente bijdragen worden opgelegd voor
de hoogere burgerschool te Ter Neuzen dan is
daar toch ook geen enkel lid tegen, al vindt
men de betaling onaangenaam? Is het nu wel
juist, dat men bezwaar maakt tegen dezen
post?
De heer DIELEMAN noemt het van hooger
hand gemakkelijk, om aan de gemeenten maar
uitgaven op te leggen, Het loopt niet over het
bedrag, maar wel dat ze de gemeenten als
nulliteiten beschouwen. Het gaat niet aan,
dat daartegen nooit iets gezegd wordt en
maar alleen zou gezegd worden, ja, het is
goed!
De VOORZITTER herinnert, dat dit nog
nooit is gebeurd, de raad heeft in Middelburg
nog steeds bezwaren hierover ,inigediend.
De heer DIELEMAN is van oordeel, dat, al
helpt dat den raad niets, deze toch ook wel
eens „neen" mag zeggen.
De VOORZITTER acht er niets tegen, dat
men bezwaren inbrengt, maar men moet niet
recalcitrant worden.
De heer DIELEMAN spreekt uit, dat het
misschien wel gewenscht was, dat de ge
meenteraden dat allang geworden waren; hij
meent, dat de raad dat optreden van Gedepu
teerde Staten al lang moe is. Hij is tegen
dien post.
De heer OGGEL merkt op, dat er weinig
nan te doen is. De gemeenteraad kan alleen
zijn spijt uitdrukken, dat Gedeputeerde Sta
ten geen ruimen blik in de toekomst blijken
te hebben, en niet hebben doen zien, dat ook
zy er het mes in durven zetten. Hij wijst op
redevoeringen, gehouden door de heeren Zim
merman en Schouten, over den economischen
toestand, die hebben betoogd, dat het niet
mogelijk is den levensstandaard nog hooger
op te voeren, dat integendeel de salarissen
zullen moeten worden verlaagd en dat de
maatschappij anders niet van den ondergang
gered zal worden. Dat zijn wel bittere genees-
middelen, maar men moet den moed hebben
om deze aan te wenden.
Het is daarom jammer dat gebleken is, dat
het hoogste college in onze provincie dien
moed niet bezit. Men moet toch ook beden-
ken, dat ook voor de ambtenaren van be-
teekenis is de vraag hoe in de toekomst de
belastingen, waaruit zij moeten worden be-
taald, moeten worden opgebracht. Als er ten
slotte geen volksinkomen meer is, kan er
geen belasting betaald worden. Dat geldt
zoowel voor de provincie als voor het rijk
em de gemeenten. Men zal in dit opzicht dus
tot verbetering van standpoint, tot wijziging
in de leiding moeten komen.
De heer P. DE FEIJTER weerspreekt, dat
nog nooit opmerking zou zijn gemaakt over
de bijdragen aan de H. B. S., daar is meer-
malen bezwaar tegen gemaakt. Hij gelooft
dat het hoog tijd is, dat de gemeenteraden
tegen een en ander stelling nemen. Men laat
thans de gemeenteraden maar dansen zooals
de hooge heeren spelen. Indien niet volgt
waarop de heer Oggel als noodzakelijk is ge-
wezen, loopt geheel de boel in het honderd.
De heer CLAESSENS wijst er op, dat het
in deze niet alleen gegaan is over jaarwedde
verhooging, maar ook is er iets nieuws in-
gebracht, de kindertoeslag. Als die aan deze
ambtenaren gegeven wordt, kan men die aan
de mindere ambtenaren ook niet onthouden.
De heer P. DE FEIJTER merkt op, dat men
door den weg in te slaan die de heer Dieleman
blijkt te wenschen, op een gevaarlijk terrein
komt. Dat zou een heele hoop kosten na zich
kunnen sleepen. Men krijgt dan een heele
agitatie en het voorbeeld van 's-Gravenpol-
der volgen, zou hij niet aandurven.
De VOORZITTER acht dat ook absoluut
onmogelijk. Dat helpt bovendien niets, want
als de raad de gelden niet op de begrooting
brengt, doen Gedeputeerde Staten het.
De heer 't GILDE sluit zich aan bij het be-
toog van den heer Oggel; hij behoeft daaraau
geen woord toe te voegen
De VOORZITTER brengt nu allereerst in
De VOORZITTER deelt mede, dat tijdens de
vergadering is ingekomen het volgende schrij-
ven van den Raad van Toezicht der N.V.
Zeeuwsch-Vlaamsche Waterleidingmaatschap-
Plj:
De Raad van commissarissen acht zich ver-
plicht U mede te deelen dat de gemeenten
Ter Neuzen, Sas van Gent en Hulst besloten
hebben een drinkwaterleiding voor zich tot
stand te brengen. De zich ontwikkelende in-
dustrie, de scheepvaart, het verkeer en de ge-
heele ontwikkeling der gemeenten eischt dit
dringend.
Ook de gemeenten Breskens, Oostburg en j
Aardenburg zouden onmiddellijk de drink- i
waterleiding tot stand wenschen gebracht te
zien. Door het Rijksbureau voor drinkwater-
voorziening is een klein plan ontworpen, al
leen voor die drie gemeenten in het Oosten
en een voor deze drie benevens de 3 in het
Westen benevens Biervliet en Sluis. Intus-
schen besloten Biervliet en Sluis niet tot dat
kleiner plan toe te treden, zonder daarom hun
eerder genomen besluiten tot deelname in onze
Mij. teiug te trekken, hetgeen ook bezwaarlijk
rechtskundig zou kunnen geschieden.
Ook wy zijn van oordeel dat wy niet zou
den kunnen blijven. Onze Maatschappy mag
geen belemmering zijn voor de tot stand-
koming van een drinkwaterleiding, waar men
deze verlangt. Aan den anderen kant moet
bet algemeen belang steeds in het oog ge
houden worden en dus ook de drinkwater-
voorziening van geheel Zeeuwsch-Vlaanderen.
welke ontwikkeling en toekomst ook van een
behoorlijke drinkwatervoorziening afhankeiijk
is. Eenmaal zal dit door alle gemeenteraden
worden ingezien, vooral wanneer men de resul-
taten daarvan ziet in de andere deelen der
Provincie en Zeeuwsch-Vlaanderen door het
gemis er van in menig opzicht daarbij zal
achterstaan.
Komt een kleiner plan tot stand, dan kun
nen mogelijk wel door het Rijk en de Provincie
aan een te verleenen risico-garantie voor-
waarden worden verbonden, "die het belang
van het geheel beoogen, maar in ieder geval
zal dan toch de latere aansluiting van som-
mige gemeenten vrij aanzienlijk meer kosten
met zich brengen, waarvoor de risico-garan
tie niet geldt en welke de Mij. niet kan dra-
gen, en die dus eenig en uitsluitend ten laste
der betrokken later aansluitende gemeenten
zullen komen.
Ook is het zeker dat dan in elk gegeven
geval zal moeten overwogen worden of deze
dan wel gene gemeente wel aangesloten zal
kunnen worden, hetgeen door vermindering
van rentabiliteit der ondememing tengevolge
van zoodanige aansluiting zoude kunnen wor
den verhinderd.
Waar nu U gegarandeerd is en blijft dat bij
de totstandkoming der Waterleiding volgern
onze plannen de gemeentekassen niet er in
betrokken worden, tenzy in zoodanige bijzon
dere gevallen welke zich altijd kunnen voor-
doen, doch zich in Nederland nimmer hebben
voorgedaau, zelfs niet bij een Maatschappij
als de Zuid-Bevelandsche, die vlak voor den
oorlog in werking is getreden, achten wij ons
en de voile verantwoordelijkheid van niet
medewerking tot de totstandkoming van een
waterleiding voor geheel Zeeuwsch-Vlaan
deren thans op U te leggen.
Het spreekt vanzelf dat zonder samenwer-
king dat niet mogelijk is.
De verantwoordelijkheid dat wanneer in
latere jaren aansluiting gewenscht wordt, dit
6f niet meer kan of Uw gemeente meer of
minder aanzienlijke offers zoude kosten, rust
dan ook op Uw tegenwoordige Raad.
Er moet intusschen worden voortgewerkt.
Wij verzoeken U derhalve voor den 25 Januari
eerstkomende ons te willen berichten of Uw
raad alsnog bereid is aan het bewerkstelligen
van het algemeene plan mede te werken, door
de geldleeningen waartoe Gij reeds besloot of
waarvan een besluit U gevraagd werd, prak-
tisch door onze ibemiddeling te laten aan-
gaan en eerste storting daaruit op Uw aan-
deelen te doen van 10 overeenkomstig de
statuten en wijders te besluiten tot de ver-
zochte wijziging der bouw- en woonverorde-
ning, inhoudende tenzij Burg, en Weth. ont
heffing verleenen verplichte aansluiting
binnen 40 meter van de hoofdbuis gelegen,
wanneer dit door U nog niet is geschied.
Mochten de Raden Uwer gemeenten hier-
toe alsnog besluiten, dan kan het algemeen
plan geleidelijk worden uitgevoerd en zal het
vanzelf toch nog geruimen tijd duren alvo
rens dat geheel is uitgevoerd. Maar dan
kunnen de gemeenten welke niet langer kun
nen wachten, tenminste spoedig voorzien zijn
en komen de andere gemeenten successievelijk
in den loop des tijds.
Dan blijft Gij er van meet af bij en loopt
geen risico eenmaal niet te zullen kunnen
worden aangesloten, of wel extra kosten voor
uw rekening te krijgen wanneer dat wel moge
lijk blijkt.
Mocht gjj blijven volharden bij Uw wensch
de Maatschappij te ontbinden en te liquidee-
ren, dan zal daaroimtrent een voorstel onzer-
zijds worden gedaan hetzij tot ontbinding,
hetzij een dat de mogelijkheid Uwer uittre-
ding schept, en kan een formeel besluit daar-
toe genomen worden, waardoor de baan voor
de welwillende gemeenten zij het tot uw
schade geheel vrij is. Wij zullen dan ook
bij ontbinding afstand doen van de aan onze
Mij. verstrekte en door haar aanvaarde risico-
garantie van Rijk en Provincie, zoodat deze
kunnen worden verstrekt aan de welwillende
gemeenten, en onze plannen met de resulta-
ten van on3 voorbereidend werk kunnen oyer-
doen aan een nieuwe Maatschappij, tenzij na
eventueele uittreding der onwillige gemeenten
onze Maatschappij het werk voortzet.
Het spreekt vanzelf dat, wanneer dan de
totstandkoming van het algemeene plan zou
worden verijdeld door Uw toedoen, het recht
en billijk is dat naar evenredigheid door U
zal worden gedragen in ae voorbereiding van
het werk gemaakte kosten.
Wij verzoeken U derhalve dringend om ant-
woord voor 25 Januari e.k., waarna een ver
gadering van aandeelhouders zal worden be-
legd.
De VOORZITTER heeft natuurlijk geen ge-
legenheid gehad dit stuk met de Wethouders
te bespreken en stelt voor, bet in de volgende
raadszitting aan de orde te stellen.
De heer CLAESSENS vraagt waarvoor dat
noodig is; er hebben zich geen nieuwe ge-
zichtspunten voorgedaan. Dat stuk kan thans
best afgewerkt worden.
De heer VAN DE BILT merkt op, dat dan
ook al vroeg in het jaar zal moeten verga-
derd worden, als v66r 25 Januari antwoord
moet worden gegeven.
in de Axelsche Courant. Daarin werd ge-
schreven, alsof spreker zich onheusch zou
hebben uitgelaten over den ambtenaar ter
secretarie De Smidt. Dat was geheel onjuist.
Spreker heeft integendeel met alle waardee-
rinig over diens werk gesproken, gezegd dat
hij flink zijn best doet en daar goed op zijn
plaats is. Uit het verslag kon gelezen wor
den, dat hij> den heer De Smidt laag weggezet
had. Hij heeft omtrent hem gezegd, dat deze
gelijk stand met een gediplomeerde, aange
zien hij over een goede routine beschikte en
daardoor verworven heeft hetgeen de ander
door voorstudie heeft verkregen.
Dan stond er in dat verslag ook, dat spre
ker zou geizagd hebben „wat doe je met een
boerenjongen?". Op de markt werd hem
daar cent rent door een landbouwer de opmer
king gemaakt, dat spreker zich maar min over
de boeren had uitgelaten. Gelukkig stond er
een landbouwer, mede-raadslid bij, die ook
aanstonds kon bevestigen, dat spreker zulks
niet had gezegd, doch dat hij had te kennen
gegeven dat men niets had aan een jongen
die alleen adressen kon schrijven.
Toen het officieele- verslag verscheen, stond
dat daarin dan ook heel anders. Spreker had
echter gemeend deze raadszitting te moeten
afwachten ten einde op deze wijze een on-
judste meening, die als gevolg van dat on-
juiste verslag zou zijn ontstaan weg te nemen.
b. De heer VAN DE BILT vraagt, hoe het
nu staat met de verlichting aan het Kanaaltje,
die is z.i. niet voldoende.
De VOORZITTER kan zeggen, dat daar-
over klachten zijn gekomen van enkele men-
schen. Er is eene verandering in de plaats
der lantaams aangebracht, doch verder uit-
breiding is werkelijk niet noodig, tenzij men
wel voor ieder huis een lantaam zou noodig
achten.
De heer VAN DE BILT wijst er op, dat er
daar verderop langs het kanaal geen lantaam
meer staat.
De VOORZITTER: Er staat een lantaam
vddr de brug en verderop wordt de linker-
zijde van het kanaal verlicht door de lan
taams van de rechterzjjde. Het is daardoor
behoorlijk en ruim verlicht. Ik ben er zelf op
een donkeren avond naar wezen kijken.
c. De heer WOLFERT vraagt macadam te
strooien op den Graaf Jansdijk. Door den
regen is de weg zeer vuil geworden.
De VOORZITTER dacht dat die weg goed
in orde was, doch zal er naar laten zien en het
zoo noodig in orde laten brengen.
De heer DIELEMAN dacht, dat het nu een
goede tijd zou zijn om macadam te strooien;
de grond is nu zacht.
d. De heer 't GILDE heeft met genoegen
gezien, dat Burgemeester en Wethouders zijn
begonnen met het laten uitvoeren van be-
stratingswerkenal is het in geringe mate,
zoo draagt dit toch ook bij tot verlichting der
werkloosheid. Over dit laatste zou hij gaarne
in besloten vergadering nog iets zeggen.
De VOORZITTER deelt mede, dat hij toch
voomemens was, de leden nog even in be
sloten vergadering bijeen te houden. Hij
schorst de openbare vergadering, die over
gaat in een zitting met gesloten deuren.
Na het weder openbaar worden der verga
dering wordt deze door den VOORZITTER
door het uitspreken van het dankgebed ge
sloten.
/25 jaarwedde voldoende is en meent te
moeten adviseeren te benoemen geen aan-
nemer, maar een architect, wijl deze laatste
geheel onpartijdig kan optreden; spreker laat
evenwel de heeren vrij in hun keuze.
Hierover ontspon zich tusschen den Voor
zitter en den heer Krieckaert eenige discus-
sie, waarin de laatste opmerkte, dat de Ge-
zondheidscommissie in dezen ook een woordje
meespreekt.
De Voorzitter verzoekt thans tot benoeming
over te gaan.
De eerste vrije stemming heeft tat uitslag:
J. Colsen (Ter Hole) 3 St., J. Krieckaert
(raadslid) 2 St., Burggrave (Hengstdijk) 1 st.,
terwijl een briefje bianco is. Niemand heeft
derhalve de meerderheid.
Bij de tweede vrije stemming is de uitslag:
J. Colsen 3 St., J. Krieckaert 3 st. en 1 bianco.
Volgt herstemming. (De Voorzitter ver
zoekt de briefjes niet openltjk in te vullen).
De uitslag is, dat de beide candidaten elk
weer drie stemmen verkrijgen, 1 bianco.
Volgt loting, waarby de heer Krieckaert de
gelukkige blijkt.
Op de vraag van den Voorzitter of de heer
Krieckaert de benoeming aanneemt, verklaart
deze ze in beraad te willen nemen, doch, nadat
de Voorzitter crop gewezen heeft, dat Ged.
Staten op spoed aandringen, geeft de heer
Krieckaert te kennen de benoeming te aan-
Vragen, deze rubriek betreffende,
kunnen door de aboone's worden
gezonden aan Dr. Te Hennepe,
Diergaardesingel 96a, Rotterdam.
Postzegel van 6 cent voor ant
woord insluiten en blad vermelden.
SLECHTE KIPPEN TOT HOOGE
PRODUCTIE BRENGEN.
Een droombeeld?
Voor ik aan mijn onderwerp begin eerst
een interessante brief uit Middelharnis waarin
staat: Ik kan niet nalaten misschien stelt
U er belang in dat hier in Middelharnis
huizen zijn waar naast de koopprijs bij ven-
koop „kapoengeld" betaald moet worden.
Vroeger moesten de koopem van zoo'n huis
een kapoen aan de verkoopers geven, later is
dit in een zekere som gelds veranderd. Maar
het kapoengeld wordt nog steeds betaald."
Dat vond ik een bij zonder aardige opmer
king, die wel bewijst, dat in die streek vroe
ger de kapoenen zeer in trek waren. Het zou
interessant zijn eens te weten te komen hoe
oud zoo'n gebruik al is, daar het ons het
dagelijksche leven van ons volk in vroegere
tijden leert begrijpen en een inzicht geeft is
de pluimveehouderij van dien tjjd.
Nu over de proeven inzake de belnvloedlng
van den leg bp kippen. Zooals we weten won
den de dooiers in den eierstok gevormd en
zoodra ze groot genoeg zijn komen ze in den
eileider, waar ze met eiwit, eivliezen en kalk-
schaal omgeven worden, allemaal bijzaken
eigenlyk, want het gaat tenslotte om de kiem
die op den dooier drijft. Deze wordt door
voor het in hem gestelde vertrouwen.
De Voorzitter dankt het stembureau voor
de genomen moeite, waarna de heer Van
Deursen gebruik maakt van de rondvraag om
i vaarden en spreekt zijn dank uit aan de leden eiwit en eierschaal beschut als zij :n de bui-
voor het in hem e-estelde vertrouwen. tenwereld komt en vindt bovendien in het
eiwit geruimen tijd voedsel.
Nu is de vraag maar: hoeveel eieren kan
uc een kip leggen en hoeveel legt zij er? Daar-
zijn beklag te doen over het niet branden der b'j moeten we uitgaan van de veronderstelling
lantarens op den eersten Kerstdag v66r het wii ^ip dusdanig voeren dat zij ook
begin der eerste Heilige Mis; hierdoor zijn werkelijk eieren kan leggen. Als het dier niet
veel kerkgangers gedupeerd geworden; de i genoeg te eten en te drinken krjjgt zal na-
veldwachter is toch verplicht de lantarens tuurlijk de eileg van zelf belnvloed worden e«
een half uur v66r de eerste godsdienstoefening tenslotte ophouden.
te ontsteken Maar maken we nu een goed gevoede kip
De Voorzitter verklaart hiervan wetende te open dan zien wij dat de eierstok, net een
zijn, want hij ontmoette toevallig dien morgen kleine druiventros, vol zit met allemaal kleine
den veldwachter; hij heeft hem toen op zijn I dooiertjes, sommige met grooter dan een spel-
Onder voorzitterschap van Burgemeester
van Esbroeck zijn alle leden present. Secre
taris de heer Hermans.
De notulen worden voorgelezen en onver-
anderd goedgekeurd.
Aan de orde komt:
1. Ingekomen stukken.
a. Van't Wit Gele Kruis te Hulst^een ver
zoek om subsidie ten bedrage van 25.
De Voorzitter geeft een uitgebreid over-
zicht van den werkkring dezer instelling. Zij
wijdt hoofdzakelijk haar zorgen aan de tuber-
culoselpders; zij steunt het Wit Gele Kruis te
Hontenisse met een belangrijke uitkeenng,
waardoor dit laatste mede in staat wordt ge-
steld onze gemeente de zegenrijke werking
te laten ondervinden van de wijkverpleegster.
Verder zal vermoedelijk in een kort ver-
sohict een lighal worden ingericht, waarin
uitsluitend worden opgenomen kinderen van
tuberculose ouders en wel van 's Maandags
tat 's Zaterdags, wanneer ze weer naar huis
gaan om de noodige verschooning te krijgen
en 's Maandags weer terugkeeren.
Alle leden zKn na deze uiteenzetting over-
tuigd van de heilzame werking dezer instel
ling, doch de heer Van Heese oppert de vrees,
dat de kinderen, wanneer ze 's Zaterdags in
den huiselijken kring terugkomen, gevaar loo-
pen besmet te worden.
De Voorzitter voert biertegen aan, dat deze
kinderen, als ze zes dagen uit de besmette
omgaving afweizig zijn geweest sterker van
•gestel zijn en dientengevolge aan de ziekte
meer weerstand kunnen bieden, ook wordt
door hun afwezigheid uit het gezin erger
voorkomen; hiermede zijn alle leden het vol-
komen eens.
b. Van Ged. Staten kennisgeving, dat de
raad der gemeente Groede het besluit heeft
genomen de kermis aldaar te verzetten. Nie
mand heeft hiertegen bezwaar.
2. Benoeming bouwkundig ambtenaar.
Tn de voorgaande vergadering was een
schrijven ontvangen van Ged. Staten waarin
zij verlangden, dat er een post op de begroo
ting zou worden gebracht voor het aansiel-
len°van een opzichter bij 't Bouwbedrijf.
Thans verzoekt dit college het zoo spoedig
mogelijk inzenden der vastgestelde instructs
voor dezen ambtenaar.
De Secretaris leest deze instructie artikels-
gewijze voor.
De heer Krieckaert vraagt naderen uitleg
over de bedoeling van art. 3. Deze wordt hem
door den Voorzitter en den Secretaris mt-
voerig gedaan, waarna de heer Krieckaert na
re- en dupliek genoegen neemt en de instruc
tie met algemeene stemmen wordt goed-
gekeurd-^er yan Deursen mformeert of een
raadslid, dat in deze functie wordt benoemd,
nog raadslid blijven mag.
Hierop wordt ontkennend geantwoord, aan
gezien deze alsdan ambtenaar der gemeente
wordt.
Xn de vorige vergadering was op de be
grooting als jaarwedde een post van 25 ge
bracht voor dezen functionaris.
De heer Van Heese zou het beter achten
een percentsgewrze belooning toe te kennen,
doch de Secretaris antwoordt, dat zulks niet
ma" want de functionaris is ambtenaar
plicht gewezen, doch de veldwachter erkende
ruiterljjk het aandraaien van 't licht te heb
ben vergeten.
De heer De Waal bevestigt deze woorden,
want ook hem had de veldwachter hetzelfde
verklaard.
deknop. Zoo'n eierstok wordt geschat wel
duizend kiempjes te bevatten en als dU3 alles
vlot ging, zou zoo'n kip ook wel een duizend
eieren kunnen leggen. In de praktijk zien we
daar echter niet veel van en zijn er nog niet
zoo heel veel kippen die bijvoorbeeld in een
De heer Van Heese noemt het een treurigen j ,vaf dr?e jaren 50° eie/en le^n. Al-
fferie v- i veel en de andere weinig. Er moeten dus nog
andere factoren in het spel zijn dan anatomi-
sche aanleg en voedering alleen.
Om daaromtrent meer inzicht te krijgen
gerief
Wethouder Schelfout zou de lantarens een
uur v66r 't begin der eerste godsdienstoefe
ning willen laten ontsteken, andere leden ach
ten dit te lang, waarom de Voorzitter advi-
seert den middenweg te nemen en op drie
kwartier vast te stellen, hetgeen wordt goed-
gevonden.
Nadat de Voorzitter den leden een zalig
uiteinde heeft toegawenscht, sluit deze de
vergadering.
DE GEVAAKLIJKE W1NTERTIJD VOOR
KAMERPLANTEN.
De wintermaanden zijn voor kamerplanten
een gevaarlijke tijd en doet er heel wat sneu-
velen. Allerlei nadeelige invloeden als licht-
getbrek, cemperatuur, atmosfeer, het stof en
een legertje schadelijke parasieten werken
dan broederlijk samen en zijn oorzaak, dat de
met liefde en zorg opgekweekte planten het
te kwaad krijgen. Komt daar dan nog een
minder juiste behandeling bij, dan wordt het
proces nog een weinig verhaast en is het
troosteloos einde des te spoediger aange-
broken.
Bij het opkweeken en verzorgen van planten
in de huiskamer kan men nooit aan alle
eischen voldoen, zoodat men voortdurend ge-
dwongen is naar een min of meer bevredi-
gend accoord te zoeken, vooral in den winter.
Het meest ideale is de planten gedurende de
wintermaanden zooveel mogelijk een rusttijd
te laten doormaken, door ze op een lichte,
onverwarmde en vorstvrije plaats te brengen,
waar groote temperatuurschommelingen uit-
gesloten zijn. Dan staat de groei stil en wordt
een gevaarlijke krachtsverspilling voorkomen.
Hoe kunnen we nu het best een bevredi-
gend accoord krr'igen en de nadeelen der
kamercultuur ontwijken of neutraliseeren
Wat het licht betreft kunnen we niets anders
doen dan de planten zooveel mogelijk in het
licht te brengen en ze van ieder schaarsch
zonnestraaltje doen profiteeren. De bladeren
zijn de longen der planten, die onder den in-
vloed van licht en zon haar taak kunnen ver-
vullen.
Bemesting in den winter blijft achterwege,
zoodat dus het busje met bloemenmest voor-
loopig gesloten blijft. Bemesting zou ons nog
meer van de wal in de sloot helpen. Een
plant kan alleen meststoffen verwerken als
ze groeit en groeien kan ze alleen, wanneer
de groene deelen der plant onder den invloed
van licht en zon organisch voedsel kunnen
bereiden en in den winter staat dit proces stil
of nagenoeg stil. In een volgend artikel zul
len we de voedselbereiding door de bladeren
wat uitvoeriger bespreken, omdat dit meer-
dere vragen, ook in vakbladen, steeds blijkt,
dat velen hiervan een onjuiste voorstelling
hebben.
Waar door het stoken veel stof ontstaa-,
moeten de bladeren geregeld worden afge-
sponst of gesproeid. Evenals voor het gieten,
wordt hiervoor steeds op temperatuur ge
bracht water gebezigd. Over het gieten zul
len we kort zijn. Dit blijft in de wintermaan
den tot het uiterste beperkt, vooral voor de
niet-bloeiende planten. Het aangeven van een
juiste maat is onmogelijk, plaatselijke om-
standigheden bepalen zulks en de praktijk
moet de juiste maat doen kennen. In den win
ter wordt eerder te veel dan te weinig vocht
gegeven.
Om de planten zooveel mogel^k van het
licht te doen profiteeren, verhuizen de kamer
planten dus zooveel mogelijk naar de vens.er-
bank. Met het oog op onverwachte aacbt/
vorsten is het evenwel verstandig de planten
's avonds uit de vensterbank te nemen en ze
midden in de kamer op de tafel te plaatsen.
Overvalt ons desondanks toch een stevige
nachtvorst, waardoor de planten gedeeitehjk
bevriezen, dan ze nimmer in de wa.rmte bren
gen doch juist op een zoo koel mogelijke
plaats, waar het ontdooien zoo langzaam
mogelijk plaats kan hebben. Niets is dan zoo
gevaarlijk als warmte en slechts by lan„-
zame ontdooiing bestaat er dan nog kans een
bevroren plant te redden. Niet-bloeiende
planten kunnen in zoo'n geval worden onder-
gedompeld in een emmer koud water, waar
door de kans op behoud stygt doch int de
werden aan de Universiteit te Edenburgh in
Schotland proeven genomen door Dr. Green
wood en Mej. Janet Blyth.
Bij jonge henkuikens van ongeveer 13 to*
37 dagen oud werden door een handige ope-
ratie vlak voor de nieren de klieren ingeplant
van jonge haantjes van denzelfden leeftijd.
Men staat vaak verbaasd hoever de operatl#
technisch gevorderd is, om zulke moeilijk#
operaties op zulke kleine beestjes met succe*
te volbrengen.
Nu liet men deze kuikentjes rustig op-
groeien, naast andere kuikentjes van dezelfd©
ouders, die niet geopereerd waren. Op dex»
manier kan men precies de verschillen con-
stateeren file ontstaan zouden. Zoodra nu de
controle kuikens legrijp waren geworden en
aan den leg gingen, kon men de geopereerd®
kuikens gaan vergelijken met deze. Wat bleek
nu?
1. Er waren er waarbij de operatie niets
veranderd had en die dus ook aan den leg
gingen.
2. Er waren er waarbij de leg belangrflk
vertraagd werd en veel later begonnen dan bij
normale kuikens. Een der geopereerde kui
kens ging pas op den leeftijd van 94 weken
leggen, dus toen het dier bijna twee jaar oud
was.
3. Er waren kuikens die heelemaal niet
aan den leg gingen! Hieruit blijkt dus al dat
bij normale eierstokken door deze operatie heel
vaak de geheele eierleg onderdrukt wordt.
Verder bleek echter dat bij de geopereerde
hennen die wel legden zeer veel gevallen van
legnood voorkwamen, zoodat de eieren vaak
operatief verwijderd moesten worden. D«
eieren van deze kippen waren abnormaal van.
vorm, n.l. lang gestrekt, al3 het ware rolvor-
mig. Toen men de oorzaak naging bleek dat
de beenderen van het bekken van de hennen
niet veerkrachtig en soepel waren zooal3 bij
normale hennen, maar hard en stijf. De bek-
keningang en -uitgang was, als men deze
uitdrukking bij vogels zou kunnen gebruiken,
sterk vernauwd en niet uitzetbaar. Verder
was de eileider veel nauwer dan van normale
kippen. Het .legapparaat was dui3 geheel ab
normaal gevormd.
Dat de eene kip nog wel legde en de andere
niet moet waarschijnlijk worden toegeschreven
aan het feit, dat in het eene geval de ope
ratie beter gelukt was dan in het andere en
dat dus in het eene geval de mannelijke klie
ren beter tot ontwikkeling waren gekomen,
Uit deze proeven blijkt dus dat er behalvc
de normale eierstok en goed voer nog andere
stoffen in het bloed circuleeren, die df een
goede leg veroorzaken df zelfs den leg kunnen
tegenhouden. Maar aan den anderen kant
bleek ook weer by proeven te Edenburgh, dat
een normale leg ook kan plaats hebben by een
gedeeltelijk weggenomen eierstok. Men nam
daartoe bij de kuikens een deel van de eierstok
weg en zag nu dat deze dieren later uitste-
kend legden. De eierstok bij een normaal dier
schijnt dan ook, als een deel weggenomen Is,
genoeg prikkel uit het bloed te ontvangen om
veel eieren te produceeren.
Maar het wordt nog veel eigenaardiger als
we de proeven van andere onderzoekers hler-
bij vermelden. Bij zoogdieren en vogels be-
vindt zich onder de hersenen een kleine kher,
welke voor het lichaam zeer noodige stoffen
afscheidt en zoodra deze klier ziek is ontstaan
allerlei ziekten van het lichaam. Welnu, Smith
en Engel opereerden zoogdieren en brachten
bij deze dieren de genoemde bersenklieren in.
Zii zagen dat deze dieren veel vroeger ge-
slachtsrijp werden dan niet geopereerde en
dat de eierstokken abnormaal veel dooiers pro-
duceerden. Nu is de vorming van een kleine
eicel in den eierstok van een zoogdier veel ge-
makkelijker dan van een, in verhoudmg tot
het lichaam reusachtig grooter dooier by een
kip, maar eigenaardig is het toch wel dat hier
de werking van den eierstok geweldig opge-
wekt blijkt te worden door de werkmg van de
hersenklier.
Wat zou er nu uit deze proeven voor onze
praktijk te halen zijn? Dat er dus stoffen zyn
die in een bijna onaantoonbare dosis in het
bloed gebracht, den eierstok tot 3ter^
king opwekken en dat... als het mogelyk was
dergelijke stoffen met de voeding m te geven,
men dus van elke kip als het ware by goede
voeding een massa eieren kan verwachten.
Mogelijk een droombeeld? Maar dan moeten
"bedenken dat vele droomen van gisteren
mraste gevallen hebben de planten dusdanig
gSeaTat d. of otorftof J 'tTwSSSIiV
rraVlOgll 19 HftdOrVen.
in geheel is bedorven.