GEMEENTERAAD VAN SAS VAN GENT. kamende j 400; grandlasten (zie hoofdstuk II volgn. 37) 35; uitkeeringen terzaike van venzekering krachtens de ongevallenwet memorie; bewaargeving van rentegevende stukken 20; kosten van onderzoek van solli- eilaniten en vergoeding van reiskosten f 50; teruggaaf van op een vorigen dienst te veel verhaalde pensioensbijdragen ingevolge artikel 86 der Pensioenwet 1922 /10; teruggaaf van op een vorigen dienst te veel verhaalde pen- sioensbijdjragen ingevolge artikel 36 der Pen- aSoeniwet 1922 5; belooning van doetoren, heelmeesters, vroedvrouwen enz. /200; totale vermeerdering der uitgaven f 1860; onder de uitgaven te vermindderen de vol gende post: oovoorziene uitgaven 1860. Kapitaaldienst onder de inkomsten te vermeerderen de volgende posten: geldleening overgebracht van hoofdstuk XVI 1930; waarborgsommen gestort door beeturen van bijzondere scholen /205; totale vermeerdering der inkomsten /2135; onder de uitgaven de vermeerderen de vol gende posten: kosten van stichting, uitbreiding, vertoouw of verandering van inrichting van gebouwen enz. 1930; belegging van waarborgsommen gestort door de besturen der bijzondere scholen f 205; totale vermeerdering der uitgaven f 2135. Als gevolg van de vorenstaande wijzigingen wordt de verzameling aan het slot der be- grooting gewijzigd als volgt: het nadeelig slot van afdeeling I Hoofdstuk XVI wordt gebracht op f 3470. Memorie van toelichting bij het ontwerp raadsbesluit tot wijziging van de ge- meentebegrooting dienst 1930, d.d. 18 December 1930. 3. Aan den pensioenraad is nog verschul- dlgd de pensioensbijdrage groot 18,90 ex art. 40 der pensioenwet voor de gemeenteambto- naren 1913 en art. 27 der wed. wet voor de gemeenteamhtenaren, ten beboeve van G. A. Hamelink, bode van de Kamer van Koop- handel en Fabrieken alhier over het tijdvak 1 Januari 1917 tot 1 April 1922. Deze post werd reeds in de begrooting voor 1929 ge- raamd, doch kon voor de afsluiting van dat dienstjaar niet worden uitbetaald. Voor het getoruik van gemeentegrond bij aanbouw van woningen en de door de ge- meente terzake verrichte verstratingen enz. is over afgesloten dienstjaren door aannemers te veel betaald f 35. Over het dienstjaar 1929 is ontheffing van schoolgeld verleend tot een bedrag van 83 (raadsbesluit 30 Oct. 1.1. 25,20 rbs van heden J 58,80). Van de in vorige dienstjaren uitge- lote obiigaties elk groot f 250 der leening groot 17.500 moeten nog vier stukken ver- zilverd worden. 43/132. Bij raadsbesluit van 22 Mei/26 Juni 1930 goedgekeurd door gedeputeerde sta- ten 4 Juli 1930, no. I, le afdeeling is beslo- ten voor de vemieuwing van de bestrating der Grenulaan en Schoolweg een geldleening aan te gaan groot f 57.000. Op 19 Augustus 1.1. is door beleening by de Nederlandsche Bank als gedeelte dezer leening opgenomen 42.500 (het restant zal begin 1931 opgeno men worden). De verrekening der rente heeft om de 3 maanden plaats. Overeenkomstig het schrijven van gedepu teerde staten van 27 Januari 1928, no. 132, le afdeeling, wordt op 1930 gebracht de rente van 19 Aug./19 Nov. 1930: 45 dagen k 4 212,50 45 dagen k 3% 185,94 398,44 123b. Een vastaangesteld gemeentewerk- man is een ongeval overkomen. Daar zgn loon tijidens dit ongeval door de gemeente biyft doorbetaald, worden terzake uitgekeerde gelden in de gemeentekas gestort. 149. Betreft gronidlasten voor de bouw- terreinen der gemeente. 156. Voor in 1930 aangekochte effecten moet voor bewaargeving worden betaald 16. 180a en 200a. In 1930 is van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen de afrekening ontvangen van de pensioens- bydragen der onderwijzers over 1927. Door de gemeente was te veel verhaald van C. F. Ktthler 9,30 (volgno. 180a) en J. van der Peyi f 1,88 (volgno. 200a) 252. Met ingang van 1 Juli 1930 is te Sluis- kil een gemeentearts benoemd op een wedde van f 400. 320a. By raadsbesluit van 30 October 1.1. is aan het bestuur van de sticbting R. K. ver- pleging en opvoeding te Sluiskil medewerking vefrieend ingevolge art. 72 der L. O. wet 1920 voor de verandering van inrichting harer school, waarvan de kosten worden geraamd op f 1361,30 en aanvulling van leermiddelen 568; totaal 1929,81. 320b. Waarborgsom gestort door het be stuur der R. K. verpleging en opvoeding over het in 320a genoemde bedrag ad 1361,30. 320c. Zie volgno. 320a. 320d. Zie volgno. 320b. 322. Zie volgno. 320a. 177a. Betreft kosten van onderzoek van sollicitanten in de vacature van onderwijzeres aan de openbare lagere school D te Sluiskil. 18. Vaststelling suppletoir kohier der hon- denbelasting voor den dienst 1930. Het suppletoir kohier der hondenbelasting voor het dienstjaar 1930 wordt met algemeene stemmen vastgesteld op een bedrag van 27,—. 19. Vaststelling suppletoir kohier der riool- belasting voor den dienst 1930. Het suppletoir kohier der rioolibelasting wordt met algemeene stemmen vastgesteld op een bedrag van f 4, 20. Ontheffing schoolgeld. Overeenkomstig het voorstel van burge- meester en wethouders wordt naar aanleiding van ingekomen verzoeken om ontheffing van schoolgeld beschikt als volgt: van aanslagen over den dienst 1929 wordt ontheffing verleend aan: A. M. Moggrd 22,80 voor lager en 18 voor U.L.O.; J. Dees 18 gehandhaafd wordt de aan slag van M. Nyssen; van aanslagen betreffende den dienst 1931 wordt ontheffing verleend aan: N. H. Hopman f 1.67; F. Dooms; 5,76; J. P. Fokke de Goede i 3,12; L. F. Kayser 7,20; M. Nyssen /30; J. H. Balnikker 7,20; J. Scheele f 33; J. Smallegange 15; J. Dieleman 12; Jos. Bonte 9; E. van den Eeckhout 8 en 20, A. Reuneker /2,40; L. H. van den Aikker /4,68; C. J. Witteveen 6; H. J. Oolsen 3 en C. de Bock /2,50; gehandhaafd worden de aanslagen van F. Dekker, F. Dekker Jz., P. M. Oostdijk en J. van Hoeve. 21. Ontheffing rioolbelasting over 1930. Overeenkomstig het voorstel van burge- meester en wethouders wordt naar aanleiding van ingekomen verzoeken afschrijving van rioolbelasting toegestaan aan: A. M. Ver- poorte voor perceel Veldstraat 5, F. C. Herre- bout voor perceel Zandstraat 10a en M. J. Riemens voor Schoollaan 13. 22. Benoemen raadscommissies. Tot lid der financieele commissie worden hertoenoemd de heeren D. van Aken met 12, N. A. Hamelink met 11 en A. de Bruijne met 10 stemmen. 1 stem is uitgebracht op den heer Van Driel. Tot lid der Commissie van Bijstand voor de openbare werken worden herbenoemd de hee ren De Bakker en Verlinde ieder met 12, de heer Scheele met 11 stemmen. 1 stem is uit gebracht op den heer Dekker. 23. Omvraag. a. De heer COLSEN vraagt, of burge- meester en wethouders nog g'een nadere plan- nen hebben met de openbare school te Sluis kil. Er is nu een stuk van het plafond afge- vallen en men heeft dat met balen gestopt. Hij acht het dringenid noodig, een grondig onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid tot het bouwen eener nieuwe school en aan dit oude gebouw geen kosten meer te be- steden, want dat is al geld verloren. Spreker heeft dezer dagen een bezoek gebracht aan de school te Koewacht. Deze is voor verder gebruik afgekeurd. Hy zal niet zeggen dat die zoo goed onder de verf zat als de school te Sluiskil, maar overigens zag die er van binnen toch nog heel wat beter uit. De school te Sluiskil vergelijkt hij bij een oude geverfde juffrouw, die zoo aan den man wil trachten te komen. De vloeren zijn verrot en bet pla fond stort in. Indien daardoor ongelukken zouden voorkomen, aan wien dan de schuld? Hij vindt de bestaanide toestand onverant- woord, en acht een grondig onderzoek noodig. In de tweede plaats herinnert spreker, dat in de vorige vergadering van acbter de groene tafel werd meegedeeld, dat Burgemeester en wethouders hadden verwacht in die vergade ring reeds een plan voor verbetering van den Benedenweg te Sluiskil te kunnen aanhangig maken, doch dat dit was vertraagd, door de ziekte van een familielid van den gemeente- bouwmeester, die voor een bezoek aan dat familielid uitstedig was geweest. Dat familie lid zal nu ondertusschen toch wel genezen zijn? Maar toch is er ook nu nog geen plan voor den Benedenweg ter tafel. In de derde plaats had hij verwacht, dat burgemeester en wethouders nu toch inmid- dels dat eindje Slikweg wel eens zouden heb ben laten opknappen, waardoor dan voor een aeel de hinderiyke april zou kunnen worden vermeden. Hij acht het meer dan tijd, dat hierin eindelijk eens voorzien wordt. Mocht er tegen de volgende vergadering nog geen verandering gekomen zijn, dan is hij voor- nemens voor te stellen een commissie uit den raad te benoemen om een en ander ten be- hoeve van Sluiskil eens grondig te onderzoe- ken en plannen tot verbetering te beramen. In een van de grootste ge'illustreerde bladen stond dezer dagen een foito van Sluiskil, en juist van de Slikstraat, hetgeen hij geen eer voor de gemeente acht. Hij komt terug op dat eindje weg mn den Ooegorspolder. Bij de besprekingen over de begrooting, werd sprekers denkbeeld om dat te verbeteren good ontvangen. Waarom laten burgemeester en wethouders dat toch niet aanpakken. Laten zij er desnoods werkloozen aan zetten. Het is er nu al modder. De heer Bedet die, naar aan spreker dezer dagen bleek ook te Sluiskil was, zal dat ook wel hebben gezien. Spreker had gemeend nog meer te zeggen, doch, aangezien de voorzitter hem verzocht heeft kort te zijn, zal hij het ditmaal hierby laten. De heer BEDET merkt op, dat hetgeen de heer Colsen omtrent de school gezegd heeft juist is; het plafond moet zich hebben be- geven De VOORZITTER: Omdat een ambacMs- rnan, die beizig was met werkzaamheden aan het daik er door heeft getrapt. De heer BEDET vemam dat het dak lekt en daardoor het plafond los laat. De heer GEELHOEDT geeft te kennen, dat burgemeester en wethouders van de bescha- diging van het plafond wetende zijn; dat wordt gerepareerd, dat moet in elk geval geschie- den, want, al zou men willen overgaan tot het bouwen eener nieuwe school, dan staat die daar ook nog niet opeens. Er bestaat geen gevaar voor verder afvallen van het plafond. Wat de Benedenweg betreft, zal de heer Colsen toch wel moeten toegeven, dat het in den laatsten tyd geen weer is geweest om werk van de wegen te maken. Dat zal zoo- dra mogelijk worden aangepakt. De heer BEDET is van oordeel, dat de kwestie van den Benedenweg bevredigend moet worden opgelost; hij is voornemens daarover eens emstig met den heer Geelhoedt te komen spreken. De heer GEELHOEDT zal hem wachten. De heer BEDET geeft voorts te kennen dat het eindje slikweg daar by Van Audenaerde te beschouwen is als niemandslandhet on- derhoud daarvan schuiven ze alien van zich af. Daar zal nog wel eens over gesproken dienen te worden, doch de kwestie van den Benedenweg is naar hy meent zeer goed op te lossen. b. De heer VERLINDE vraagt inlichtin- gen over de werking van de pomp op de rio- leering. De VOORZITTER: Dat komt straks. c. De heer BEDET wijst op de vroeger reeds door den heer Verlinde besproken samenscholingen aan het eind der Noord- straat, voor de winkel van den heer Van der Bent. Daarin is nog hoegenaamd geen ver andering gekomen. Hij vraagt bij vemieu wing, daaraan toch eens een eind te willen maken. De VOORZITTER: We zullen er moeite voor doen. Wat de bemerking van den heer Colsen betreft, over de opname van een foto betref fende Sluiskil in een der ge'illustreerde bladen wijst spreker er nog op, dat het steeds aange- naam is, indien een gemeente op die wijze naar voren wordt gebracht. En al was dat dan een opname van de door den heer Colsen genoemde slikstraat, moet spreker toch con- stateeren, dat dit nogal meeviel. Hij schorst de openbare vergadering, die overgaat in een zitting met gesloten deuren. 24. Afwyking van de bouwverordening. Na het weder openbaar worden der verga dering deelt de VOORZITTER mede, dat on dertusschen is ingekomen het advies der Ge- zondheidscommissie betreffende het onder let ter f der ingekomen stukken medegedeelde verzoek van I. Fonteijn, om ontheffing van art. 10 der Bouwverordening, voor het bouwen van een magazyn op het erf achter zijn win- kelhuis. In overeenstemming met het advies der Ge- zondheidscommissie stellen burgemeester en wethouders voor, de gevraagde afwijking toe te staan, onder voorwaarde, dat het op het erf staande schuurtje zal worden afgebroken, waardoor de open ruimte voldoet aan de Bouw verordening. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. De VOORZITTER sluit de vergadering. Dinsdag 23 December, des namidldags half zeven uur vergaderde de gemeenteraad. Met eendge phantasie en een beetje goeden wil kan deze vergadering 5n als Christmas- Eve, d.i. voorawondsche Kerstmis- hn als Sylversteravomid-vergadering beschouwd wor den. Het was de laatste maal in den loop van het aan gebeurtenissen rijke jaar 1930, dat de vroede vaderen elkander aan den groenen disch zouden ontmoeten. Of deze gabeurtemis de leden van te voren gesuggereerd heeft, waag ik niet te beweren, of te veronderstellen, doch zeker is het, dat alien aan den oproep van den Voorzitter had den gehoor gegeven. Zelfs het puibliek had zich niet willen laten ,,lompen", want ook dit was in meer dan gewomen getale opgekomen om bij het teeke- nen van het slot-protocol aanwezig te zijn. Te zeven uur werd de vergadering geopend. De notulen van de vergadering van 31 Octo ber 1.1. werden na voorlezing onveranderd goedgekeurd. Het proces-ver.baal van kasopname bij den administrateur van het Gemeenteiyk Elec- tirisch Bedrijf vermeldt een saldo in kas van f 1246,16. Dat bij den gemeente-ontvanger gewaagt van een kassaldo groot 14.923,62%, overeen komstig de boeken. Beide mededeelingen worden voor kennisgeving aangenomen. Ingekomen is een kennisgeving van Ged. Staten, dat bij1 besluit van 7 Nov. 1.1. is goed gekeurd het besluit van den raad der ge meente Groede, waarbij de kermis is bepaald van den dag v66r den e£rsten Paaschdag en den daaropivolgenden dag. Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aangenomen. TensLotte de mededeeling van Ged .Staten, dat de vaststelling der jaanwedden van Bur gemeester en Secretaris op 3500, met ingang van 1 Januari 1930 zijn goedgekeurd, met verzoek de belangheibbenden en den raad hiermede in kennis te stellen. Punt 2 van de agenda luidende: Benoeming van een lid van het Burgerlijk Armbestuur wegens overly den van het lid D. van den Berg, aftreding 1 April 1933, *wahrvoor op de voordracht geplaatst zijn, de heeren C. E. Ranschaert, magazijnmeester en H. H. Vermoet, rijksklerk, wordt, na voor lezing- der ingekomen mededeeling van het overlijden des heeren Van den Berg, door den Voorzitter ingeleid met de woorden: Naar aanleiding van het ingekomen schrij ven, mededeelencle het overlijden van den heer D. van den Berg, voorzitter van het Burger- lrjk Armbestuur maak ik mij tot tolk van Burgemeester en Wethouders en van den raad om eenige woorden van waardeering te wijden aan de nagedachtenis van den overledene. Van den Berg maakte meerdere jaren dee! uit van den gemeenteraad wiens vertrouwen als wethouder hij mocht genieten. Daama nam hij rust. Doch toen D. van den Berg werd aangericbt als voorzitter te willen optreden van het Burgeriyk Armbe stuur aarzeide hij geen oogenblik deze functie aan te nemen, iMeerdeire malen ben ik met den overledene in aanraking geweest en deze aanraking was steeds van aangenamen aard. Daar waar hij geroepen werd om zich het lot van de arme ingezetenen dezer gemeente aan te trekken, liet hy zich nimmer onibe- tuigd. Moge God hem daarvoor beloonen. Hy ruste in vrede. De heer De Mul: Gaatme zou ik voor de benoeming een woordje daarover spreken. Verscheidene malen hebben wij voor de moeilijkheid gestaan dat een persoon niet tweemaal zou bedeeld worden. Dit komt omdat er zoo weinig contact bestaat tusschen de leden van het Armbestuur en Vincentius. Als we eens kijken naar Hulst dan zien we daar dat het Armbestuur bestaat uit 3 personen plus 1 lid van de Diaconie plus 1 lid van de Vincentiusvereeniging. Nu weet ik dat er een verzoek is ingeko men' van de Vincentiusvereeniging om 1 lid in de plaats te krijgen van het overleden lid. Daarvan zie ik niets voor deze vergadering. Mag ik weten wat daarvan de reden is. De Voorzitter: Ja, de reden daarvan is, dat de voordracht reeds was opgemaakt v6or dit schrijven binnen kwam. Ten tweede hebben we dit schrijven beantwoord, mededeelende, dat B. en W. geen termen vinden daarop in te gaan omdat B. en W. onafhankelijk moe ten zijn in de voordracht van personen. Zij kunnen niet kijken naar een lijst, maar moe ten zien naar de gemeentenaren. Een lijst moet hen daarbij geen sta-in-den-weg zijn. Wat het contact betreft, B. en W. zullen niets liever zien dan wat meer samenwer- king. Maar tot heden hebben zij daarvan niets gemerkit. Nu moet men dat niet op zijn kop gaan zetten. Als de penningmeester van Vin centius zich in verbinding stelt met Stubbe en vraagt om met hem samen te werken, dan is het contact gevonden. B. en W. kunnen niet ingaan op elk ver zoek tot hen gericht. Want vandaag komt t.b.c., morgen komt die, overmorgen weer een ander. Maar samenwerking is de wensch van B. en W. De heer De Mul: Ja, maar als ze het nu vragen. 't Is geen opdringerij van het kerke- lijk Armbestuur. Het contact kan toch niet beter gevonden worden dan door samenwer king. De Voorzitter: Dus volgens u zou geen samenwerking mogelijk zijn als geen lid van het Kerkelijk Armbestuur er in zetelde? Ik heb gezegd wat B. en W. zijn overeengekomen. Ik heb mijn taak voleind. De heer De Leux: Het spyt mij dat tot heden altijd nog door B. en W. menschen op de voordracht gebracht worden, die geen rechtstreeksche arbeiders zijn. De heer De Mul klaagt dat geen lid op de voordracht staat van Sint Vincentius. Die twee zijn toch Katholieken. De Katholieken hebben dus niet te klagen. Maar B. en W. zouden eens met de arbeidersvereenigingen hebben moeten onderhandelen. Ik zou graag gezien hebben, dat er een arbeider inzit. Ik hoop dat B. en W. eens daaraan bij een volgende gelegenheid zullen denken. Ook zou het goed zijn dat eens een commissie uit den raad nevens het Burg. Armbestuur zetelde om van advies te dienen. De Voorzitter: B. en W. hebben meenen goed te doen bij de arbeiderspartij. Wij ken nen Ranschaert. Hij heeft getoond voor de noodlijdenden wat te voelen. Hij is altijd pa- raat. Hoe kunnen wp een beteren candidaat stellen. De heer De Leux: Daar zeg ik niets over. Maar over die commissie hebt u my niet ge- antwoord. De Voorzitter: Daarover zullen we by B. en W. spreken. De heer Stouithamer: 't Is my ook bekend dat er menschen zyn die tweemaal bedeeld worden. De heer De Mul klaagt dat geen lid van Vincentius in het Burg. Armbestuur zit. Dat is zoo'n groot bezwaar niet. Als Vincen tius navraag doet welke menschen door het Burg. Armbestuur ondersteund worden, zal men hun dat gaame mededeelen. Ik denk wel dat het Burg. Armbestuur zoo soepel is om hun daarvan in kermis te stellen. Zoo is vol- doende samenwerking te krggen. De heer Marquinie: Aangezien van hooger hand aandrang komt, om de verschillende be- drijven apart te administreeren, was het toch wenscheiyk dat het Burg. Armbestuur werd uitgebreid tot 5 personen. Ik ook ben er voor, dat een arbeider daarin zou zetelen. Zoolang echter met 3 volstaan wordt, geloof ik dat B. en W. goed gezien heeft en door de voordracht reeds dien kant opwerken. Daarom hoop ik dat de raad onze voordracht zal goedkeuren. De heer De Leux: Ik hoop dat de werk- verschaffing niet in handen gelegd wordt van het Burgerlijk Armbestuur. Na deze opmerking wijst de Voorzitter de heeren Venschaffel en IJsebaert aan als stem- opnemers en komt aan de orde de stemming voor een lid in het Burgerlijk Armbestuur. De voordracht luddt: C. E. Ranschaert, ma gazijnmeester, oud 53 jaar en H. M. Vermoet, rijksklerk, oud 43 jaar. Na stemming blijken te zijn uitgebracht op den heer Vermoet, drie en op den heer Ran schaert vier stemmen, zoodat laatstgenoemde gekazen is. Punt 3 van de agenda komt thans aan de orde, n.l.: Verzoekschrift van de vereeniging tot bevordering van de vakopleiding voor hanidwerkslieden om een geldelijke bijdrage voor de uitvoering harer congresplannen. Naar aanleiding van dit verzoek zegt de Voorzitter: Aangezien het handwerk in Sas van Gent zoo weinig aantrekking vindt en de zaak voor onze gemeente van geen belang is, stel len B. en W. voor dit verzoek voor kennis geving aan te nemen. De heer De Leux: 't Spijt me, dat de Voor zitter zegt dat deze zaak voor onze gemeente van geen belang zou zyn. 't Is waar, dat het handwork hier niet veel aantrekking vindt, maar er zijn toch verschillende personen op de ambaehtsscholen. U zult het met me eens zijn, dat het toch zijn nut heeft om die Ver eeniging in haar pogingen om te komen tot wijziging der methoden in de vakopleiding om de handwerkslieden aan te passen aan het modeme maatschappelijk leven, tegemoet te komen. Daarom doe ik het voorstel haar 25 te geven. De Voorzitter: Wij betreuren het ook, dat er zoo weinig belangstelling voor is, maar kunnen 't ook niet helpen. De heer Stouthamer: Dat er weinig ammo is, geloof ik ook. Maar ik meen toch, dat de industrie gebaat is, dat zij geschoolde werk- krachten krijgt. Me dunkt, dat Sas van Gent het zijne daaraan kan bijdnagen. De heer De Mul: Alle particulieren zijn daarbij ook gebaat, daarom mag dat wel in de hand gewerkt warden. Om die reden zal ik het voorstel ook steunen. De heer Neeteson: Mijnheer de Voorzitter, ik wil daarover ook een enkel woord zeggen. Het moet zijn opgevallen, dat geen een ver gadering voorby gaat of er komen verzoeken om steun binnen. 't Zijn allemaal vereenigin- gen waarvan ik het nut niet wil erkennen. Maar waar blijven we. We kunnen toch niet iedereen geven. De heer De Mul: Ik wil ook niet zeggen, dat 't juist f 25, moet zijn; ik ben voor een kleiner bedrag. Maar zoo klakkeloos voor kennisgeving aannemen, gaat toch niet. De Voorzitter: Het voorstel van B. en W. is toch niet klakkeloos. B. en W. hebben de zaak rijp overdacht. De heer Stouthamer; 't Kan zqn nut heb ben in de toekomst. Ik ben het eens met den heer Neeteson, dat we niet iedereen kunnen geven, maar is 't ook niet van nut als we meewerken voor verbetering van het ambacht. 't Hoeft ook niet juist f 25 te zijn. De Voorzitter: Blijft U bij uw voorstel van 25, mynheer De Leux. De heer De Leux: Ja. Als alle gemeenten geen steun gaven zou er niets van terecht komen. De Voorzitter: Steunt U het voorstel van f 25, mijnheer De Mul. De heer De Mul: Ja. De heer Neeteson: In onze omgeving hebben we 3 ambaehtsscholen. Om dergelijke zaken te steunen hoeven we toch niet naar Amster dam te gaan. Als we dan willen steunen, laat men het dan aan die scholen geven. Daar zal men meecr van profiteeren dan van een Oongres. De heer Stouthamer: Onze gemeente steunt toch die ambaehtsscholen. De heer Neeteson: Dat is geen steun. 't Is een verplichte bijdrage. De heer Verschaffel: Die steun aan am baehtsscholen heeft directe resultaten. Dat bedrag is te hoog. De heer De Leux: Wat wij! doen voor de amlbachtsscholen is geen steun. 't Is ver- plichting. Die steun komt ook niet direct ten goede aan den handwerker, maar aan de verbetering der arfbeidsmethode bij het toe- passen van het handwerk. Nu weet ik wel dat Sas van Gent niet zoodanig gewichtig is, maar't kan tooh zijn nut hebben. De heer Verschaffel: 't Is toch geen ver- houding om 25 voor het congres te geven. De heer Stouthamer: 't Is maar voor 6en- maal. De Voorzitter: Dan zou 't tooh geen 25 hoeven te zijn. De heer IJsebaert: Ik zou toch ook zijn voor steun, doch maar voor f 10. De heer De Leux: Ik wijzig dat voorstel niet maar trek het in, omdat het geen kans van slagen heeft. De Voorzitter: Dan is het van de baan. De heer Marquinie: Ik voel, dat de raad is voor steun. Als wy eens 10 nemen. De Voorzitter: Het voorstel van den heer Marquinie om 10 steun te geven wordt in stemming gebracht. Het wordt aangenomen met 6 stemmen v66r. Tegen de heer Neete son. Nu is de beurt aan punt 4 van de dagorde: Verzoekschriften van Achiel van Verdegem en van E. Vermeulen om gemeentegrond in erfpacht en om vergunning tot afwijking van de bepalingen vervat in art. 7 der Bouw verordening. De Voorzitter: Door Van Verdegem wordt 30 M2. gevraagd om dit toe te voegen aan zyn perceel. Dit meerdere ligt ten Noorden van zijn tuintje. De vroegere bewoner had dit stukje wel niet in beslag genomen, maar had het in getoruik. B. en W. zijn er voor om hem die 30 M2. in erfpacht toe te kennen. De heer Neeteson: Hgi vraagt het in erf pacht, maar beter is het hem in getoruik te geven zoolang als de erfpacht loopt. Daama kan hij het in erfpacht krijgen. Zoodoende hoeft hij nu geen kosten te maken. Aldus wordt goedgevonden. De Voorzitter: E. Vermeulen vraagt een perceel in afmeting van 7 bij 10 M. Hij is van plan zijn kolenmagazijn uit te breiden of een gebouw te zetten. Van morgen toen ik er nog geweest. Er is daartegen geen bezwaar. Het pad zou komen over het Dijkje, niet in de Flankstraat. B. en W. stellen voor dit ver zoek toe te staan, mits getoouwd wordt ten genoege van B. en W. De heer De Leux: Ik toen er voor mits die menschen him achteruit niet ontnomen wordt. Het voorstel wordt aangenomen. Overgaande tot het volgende punt: Verzoekschrift van P. M. Harte, om ont heffing van zijn aanslag in de hondenbelasting over 1930, wordt door den Secretaris voor lezing gedaan van bedoeld request, waarin vermeld wordt, dat adressant reeds voor een geheel jaar zijn hondenbelasting in de ge meente Ter Neuzen heeft moeten voldoen, terWijl hy zijn hond slechts 2 maanden hier gehad heeft, aangezien hij toen gestorven is. De Voorzitter: B. en W. vinden geen vry- heid U voor te stellen den verzoeker van zgn verplichting tot betalen te ontslaan. Wij kun nen hem niet ontheffen daar 't zou strgden, tegen de verordening. De politic heeft geconstateerd dat hij een honid had. Jammer genoeg is die gestorven, daaraan is niets te doen. Hij moet dus be- lasting betalen. De heer Verschaffel: 't Is toch niet biliyk in twee gemeenten belasting tb moeten be talen. Men zou hem toch ontheffing kunnen verleenen. De heer Neeteson: Dat strijdt tegen de ver ordening. De heer Verschaffel: Als het niet mogelgk is, moeten we de verordening laten wijzigen. Het voorstel van B. en W. wordt aange nomen. Thans wordt overgegaan tot vaststelling van de instructie voor den gemeente-archi- tect, waarvan de Secretaris het concept voor- leest. Zonder op- of aanmerking wordt de in structie goedgekeurd met algemeene stemmen. Na de vaststelling der instructie komt de jaarwedde aan de beurt. De Voorzitter: De heeren zullen zich nog herinneren, dat f 1500 op de begrooting ge bracht zijn. als jaarwedde voor een vasten gemeente-architect. Niemand heeft iets daar op aan te merken, zoodat dit punt ook weer achter den rug is. Na de jaarwedde komt de benoeming van den functionaris aan de orde. Er is slechts 6dn sollicitant, de heer Hen- ning, thans in tijdelijken dienst. De Voorzitter: B. en W. kunnen derr tegen- woordigen gemeente-architect, den heer Hen- ning, met een gerust geweten voordragen om hem in gemeentedienst te benoemen. De heeren Verschaffel en IJsebaert fungee- ren weer als stemopnemers. Van de 7 uitgebrachte stemmen is 66n bianco, de zes overigen, v66r den heer Hen- ning, zoodat deze met ingang van 1 Januari 1931 benoemd is als vaste gemeente-architect. Zijn pensioengrondslag wordt vastgesteld op hetzelfde als dat zijner jaarwedde, zijnde f 1500. Tot slot van de agenda worden een aantal wijzigingen in de begrooting van 1930 voorge- steld, welke zonder op- of aanmerkingen worden goedgekeurd. De Voorzitter deelt daarop mede, dat inge komen is een schrijven van het lid De Leux, waarin wordt aangedrongen om de vaste stadsreinigers voor onderhoud van trekdieren en aanschaffen van oliejassen elk een grati- ficatie van 120 toe te kennen. Als mondelinge toelichting bij dit ingezon- den voorstel deelt de heer De Leux mede, dat met een weekloon van 23 en f 21 het niet doenlijk is om ook nog 2 honden te onder- houden. Met 21 loon gaat het al krap genoeg om in het huishouden rond te komen. Wanneer daarvan nog twee honden moeten gevoed worden blijft er hoogstens 19 over. Daarvan- daan dit voorstel. De Voorzitter: Aan den wensch om regen- jassen aan te schaffen is reeds voldaan. Ook hebben beide mannen een zuidwester ont vangen. Wat nu het andere betreft, wil de Voor zitter den heer De Leux adviseeren dit schrg- ven in handen van B. en W. te stellen, ten- einde de zaak te bespreken. De heer De Leux: Ja, ik zal dit voorstel in handen van B. en W. stellen, mits B. en W. beloven in de volgende vergadering met een voorstel te komen. Beloven B. en W. zulks niet, dan zal ik mijn voorstel handhaven. De Voorzitter: B. en W. zullen de zaak be spreken. De agenda is doorloopen, zoodat nu gelegen heid geboden wordt voor de rondvraag, waar van de heer De Deux gebruik maakt om te informeeren naar den prijs van de electrici- teit. Volgens geruchten zegt hij vemomen te s hebben, dat op den Stuiver de electrieiteit slechts dezelfde centen zou kosten als in de kom van Sas van Gent. Hij vindt dit goed gezien. Maar in de Zandstraat wordt nog steeds een tarief van 55 cent per Kilowatt ge handhaafd. Het zou overweging verdienen de tarieven aldaar te verlagen als in 't Sas gebeurd is en als dat niet mogelgk is een gratificatie per Kilowatt. Die menschen hebben een garantie geteekend. Waarschijnlijk zijn zij daarmee te vroeg geweest. Nu zitten zij nog steeds op die zware tarieven. De Zandstraat is volgens spreker in dit opzicht erg stiefmoederlijk bedeeld. Terwgl wij in 't Sas voor hoog en laag tarief resp. 35 en 8 cent betalen, moeten zg daar voor laag tarief 25 cent betalen. Er zijn personen die geregeld maandelijks van 6 tot 7 licht moeten betalen. Dat Is te veel. Zg moe ten dezelfde rechten hebben als 't Sas en den Stuiver. Er moet op de een of andere wgze een oplossing aan deze zaak gegeven worden, hetzij door een gratificatie, hetzg door met de P.Z.E.M. in overleg te treden. Het zijn ook menschen van het Sas. De Voorzitter: Wat betreft de Stuiver, dat is zoo. Wat betreft de Zandstraat, de heer De Leux moet in aanmerking nemen, dat de bewoners van 't Sas aanvankelijk 60 cent be taald hebben. Nu is dat 35. B. en W. hebben echter ingezien dat het niet aanging, dat de menschen in de Zandstraat steeds duurdere tarieven te betalen hadden. Wij hebben daar om met den directeur van de P.Z.E.M. gecon- fereerd en nu kan Ik u het heugelijke bericht geven, dat de Zandstraat voortaan slechts 39 cent behoeft te betalen. Daarenboven zal de gemeente ook van de garantie ontslagen zijn. Een tweede aangelegenheid door den heer De Leux ter sprake gebracht, is, wanneer het fietspad in de Zandstraat wat zal opgeknapt worden. Volgens spreker moet de toestand allemachtig slecht zgn. Er zgn putten en geulen in, die het berrjden van het fietspad daar ter plaatse gevaarlijk maken. Het is hoog tijd, dat er een varharding van dat pad komt. De Voorzitter antwoordt daarop, dat hg 14 dagen geleden nog daar geweest is en toen gezegd heeft, dat men het opnieuw zou laten besintelen. Doch later heeft men hem ver zocht daarmee nog wat te wachten in verband met het verbeteren van den rgweg. De heer De Leux heeft het in de laatste dagen nog geconstateerd, dat het er slecht bg ligt en bedenkende, dat er dagelgks arbeiders zgn die daarvan in den donker ge bruik moeten maken acht hij het gewenscht, het zoo spoedig mogelijk te verbeteren. De heer Marquinie verklaart ook nog in de vorige vergadering van B. en W. te hebben aangedrongen op opknapping van het kwes- tieuse pad. De Voorzitter heeft hem toen

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1931 | | pagina 7