Ter Neuzc .ische Ccurant 530 tee"to,t'
Tweede Blad.
De Purperen Schaduw
BIHNENLAHD.
BUITENLAND.
Feuillet on - vertellin g en
F 8 TJ I i t E T ON,
Vrljdag 2 Jan. 1931. No. 8625.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
door
EDMUND SNELL.
16)
op 1300. Voorts zijn 850 huizen verbrand en
VAN
EERSTE KAMER.
Vergadering van Dinsdag.
Verschillende wetson twerp en zijn aan de
orde.
Biji dat tot tijdelijke verhooging van de op-
centen op de intvoerrechten in Ned.-Indle
maakt de beer Gelderman (lib.) bezwaren.
Spreker boopt, dat deze maatregel, die den
wetstand verxnindert, het volgend jaar niet
noodig zal zijn.
Minister de Graaff antwoordt, dat het een
punt van emstige overweging zal uitmaken,
of deze tijdelijke maatregel moet worden ge-
bandhaafd.
Het on twerp wordt aangenomen z. h. s.
Bij de behandeling van den verlengingsduur
der tijdelijke bepalingen betreffende de vac-
cinatie, wordt dit kraohtig bestreden door den
beer Rinik (lib.), die iedere verslapping van
de vaccinatie funest acbt, en er op wijst, dat
de wetensohap nooit zal kunnen verklaren, dat
vaccinatie absoluut gevaarloos is.
Mevr. Potbuis-Smit (s.-d.) acbt zich niet
verantiwoord voor bet ontwerp te stemmen.
Zij deelt mede, dat haar fractiegenooten dit
standpunt deelen.
Minister Verscbuur berekent, dat het her-
stel van den vaccinatieplicbt zou beteekenen
het voorkomen van 20 tot 25 gevallen van
encephalitis jaarlijks met 6 5, 8 sterfgevallen.
In dit verband bezien, ontbreekt z.i. iedere
recbtsgrond voor den staat om de vaccinatie-
verplichting te herstellen.
Het ontwerp wordt aangenomen met 19
tegen 15 stemmen. Tegen de s.-d., liberalen,
en de beeren de Jong r. k.en Kranenburg
(v.-d.)
gen zijn 2500 stuks groot vee verloren ge
gaan, terwijl meer dan 2600 hectaren sawahs
en bouwland zijn verwoest.
De totale schade door de ramp veroorzaakt,
wordt geraamd op f 250.000, waarbij gerekend
is op een niet al te langdurig onderhoud der
vlucbtelingen. Wamneer de steunverleening
langer noodig zal zijn, kan een en ander ge- I
raamd worden op f 350.000.
Het aantal permanent dakloozen zal zoo- j
veel mogelijk moeten worden overgebracht,
hetzij naar de Lampongs ,hetizij naar bet Be-
soekiscbe (de menscben zijn gewend aan j
tabakscultuur) aangezien het onwaarschijnlijik I
is, dat men hun in het berggebied nog een
redelijk bestaan zal ltunnen verschaffen.
DE OMROEP HOLLANDINDIe.
De heeren Mr. D. Fock, S. Wijnbergen en
W. J. Bastiaan, vormende het dagelijksch be-
stuur van de Vereeniging van Liberate Radio-
amateurs (V. L. R. A.), he'oben namens den
liberalen omroep een afires gericht aan den
Minister van Waterstaat, waarin zij mede-
deelen het ten zeerste te betreuren, dat de
radio uitzendingen van den omroep Holland-
Indie nog steeds gestaakt zijn. Adressanten
achten een hervatting van deze uitzendingen
in het belang van de saamhoorigheid van
Nederland en Indie zeer gewensoht en ver-
zoeken mitsdien den Minister te willen bevor-
deren, dat de Omroep Holland-Indie, zoo spoe-
dig mogelijk in staat gesteld wordt zijn uit
zendingen als voorheen, te hervatten.
DE CRISIS IN DEN LANDBOUW.
Het Tweede Kamerlid Van der Sluis beeft
aan den Minister van Binnenlandsche Zaken
en Landibouw de volgende vragen gesteld:
dan de financieele positie van den staat hoog
te houden.
Somri'.ge 'leden vree-xk® van fie verhooging
een herleving van de fraude. Verscheidene
andere leden waren van oondeel, dat daarvoor
geen gevaar behoeft te bestaan bij een zoo
geringe verhooging.
BEIEREN VERLAAGT DE AMBTENAARS-
SALARISSEN MET 6
De Beiersche regeering beeft volgens een
bericht uit Miinchen besloten met in gang van
1 Februari a.s. voor den duur van drie jaar
de salarissen der staatsambtenaren (minis
ters, de staatssecretarissen enz. inbegrepenj,
alsmede de staatspensioenen met 6 te ver-
lagen. Salarissen van 1500 mark en lager
zijn vrij. De gemeenten en districten moeten
denzelfden maatregel nemsn.
WAARBORGEN VOOR VEILIGIIEID.
Minister Hymans beeft aan een Franschen
persvertegenwoordiger verklaard, dat het doel
der Belgische politiek duurzame vrede is, wel-
ke de Belgische veiligheid waarborgt. In
dezen zin heeft Belgie zich de Volkenbond3-
gedachte eigen gemaakt.
Zoolang echter de veiligheid niet op vast-
staande waarborgen rust, moet Belgie die
maatregelen nemen, welke voor de veiligheid
en onafhankelijkheid van het land noodig zijn.
Het vraagstuk van een internationale orga-
nisatie der Europeesche landen, moet van den
economischen kant aangevat worden, omdat
op politiek gebied nog groote moeilijkheden
in den weg staan.
Volgens dit plan zal het water niet meer
geloosd worden in den Braakman, doch in de
Leopoldsvaart, welke in Belgie ligt en 38 kilo
meter lang is.. Dit kanaal zou door twee
groote stuwen in drie vakken verdeeld worden.
In de twee laagste vakken zou door een sterk
gemaal het waterpeil voldoende laag kunnen
gehouden worden, zoodat alle omliggende pol
ders vrij zouden kunnen loozen.
Volgens het eerste ontwerp zou een opper-
vlakte van 10.300 hectaren watervrij worden
en volgens het tweede ontwerp 16.000 hect
aren.
De commissie bovengenoemd heeft den zeer
dringenden wensch uitgesproken, dat ten
spoedigste met de uitvoering van het tweede
ontwerp-Mallems een begin zal worden ge
maakt.
Ulvenhout, Ouwejaar 1930.
Menier,
M'n leste brieflte
van deus jaar, op
lesten dag
't jaar, ami-
Blaans hoef
niet te ma-
uit ons
kunnen
ik wel
„louw"
Van economisch standpunt bezien is deze
1. Is het den Minister bekend, dat tal van j kwestie vrij dringend, omdat in de meeste
landen een verscherping der crisis op te mer-
ken is.
Belgie is te zeer van het buitenland afhan-
kelijk om niet den invloed dezer crisis te be-
werken.
TEGEN EENZIJDIGE ONTWAPENING.
pachters hoe langer hoe meer in moeilijkheden
komen, omdat ze de pacht niet kunnen be-
talen
2. Is het den Minister bekend, dat het-
zeifde geldt voor boeren en tuinders, die hun
land zwaar verhypothekeerd hebben en die
de rente en de aflossing van de hypotheek
niet kunnen betalen?
3. Kan de Minister mededeelen, wat tot
De socialistische ,,Populaire" publiceert een
j verklaring van den Belgischen leider der socia-
listen, Vandervelde, over de houding van ziin
Belgische credietcn voir
den bovenbedoelden noodlijdenden boeren en
tuinders te gemoet te komen?
4. Kan de Minister mededeelen, wat te
dezer zake door zijn Departement zal worden
gedaan?
VERHOOGING GEDISTILLEERD-ACCIJNS.
Het voorloopig verslag.
Verschenen is het voorloopig verslag over
het wetsontwerp tot verhooging van den ac-
cijns op gedistilleerd.
REGEERING EN KAMER.
De „Standaard" wijst er op, dat Kamer en
regeering bij de intrede van het reces, op niet
al te hartelijken voet van elkaar afscheid
namen.
Er was op een bepaald punt diepgaand
meeningsverschil en de Minister was er niet
in geslaagd een zeer groot deel der Kamer
te overtuigen. Het was allenminst duidelijk j Sommige leden wezen op de noodzakelijk-
geworden, dat de steun verleenid moest wor- j heid van een zekere stabiliteit in de belasting-
deu op de wijize als de regeering had voor- wetgeving, tegen de verstoring waarvan niet
opweegt het bedrag van ongeveer f 4 millioen
waarom het hier gaat. Indien de langs den
voorgestelden weg te verkrijigen geringe ver-
sterking van de middelen voor 1931 inderdaad
noodig wordt geoordeeld vroegen deze leden
zich af, waarom ter bereiking van dit doel
juist tot verhooging van den accijns op ge
distilleerd moet worden overgegaan.
Enkele andere leden sloten zich hierbij aan
en spraken bovendien de vrees uit, dat de
voorgestelde accijnsverhooging een prijsver-
hooging tengevolge zal hebben.
Vele leden verklaarden tegen dit laatste
volstrekt geen bezwaar te hebben. Een der
leden wenschte den immoreelen band tusschen
gesteld. Dat het niet anders kon als de re
geering zeide en dat het niet kon op de wijze
als een groot deel der Kamer verlangde. Noch
de Minister, noch de leden, die aan zijn zijde
stonden, hadden argumenten aangevoerd, die
bout sneden. Dit kwam vermoedelijk voort
uit de omstandigheid, dat de regeering zelf
nog niet wist, hoe haar eigen voorstel uitge-
voerd zou worden. Maar dat juist maakte de
vasthoudenidheid aan eigen voorstel en de on-
buigzaamheid tegenover een niet onredelijken
aandrang uit de Kamer des te onbegrijpelijker.
Ten slotte won de Minister het pleit door
de mededeeling, dat het wetsvoorstel zou wor
den teruggenomen, indien het door den Minis
ter bestreden amendement aangenomen werd. drankverbruik en schatkistbate verbroken te
Dan zou er dus ndets zijn geweest. Kwam er zjen en wag niet Nereid zijn medewerking aan
voorsihands van hulp aan onzen akkerbouw l de verhooging te verleenen.
niets terecht. Voor dat gevolge schrikte meer j
dan een, die den
wiide, terug en zoo
Wij vreezen echter, dat deze overwinning
schade heeft gedaan aan den positie van den
Minister en dus, omdat hij Minister van Land-
weg van het amendement uit mAVw le<?eD ^tmgden hun instemming v66r twee maanden, bleek het, dat grooten
oo kreeg de Minister zijn zin. riiks Tu°dr|WierP'ri J ac|jtten versterkln= ^an overlast van het water is ondervonden in de
L s rijks middelen dringend noodig en verwacht-
het leger.
Hij verklaart, dat hrj, toen hij na enkele
maanden afwezig te zijn geweest, terugkeerde,
een geheel veranderde mentaliteit vond.
Het fascisme, de uitslag van de verkiezin-
gen in Duitschland en de onder militair toe-
zicht gehouden verkiezingen in Polen hebben
tot gevolg gehad, dat de man-in-de-straat de
meening heeft gekregen, dat binnnekort in
Europa een nieuwe oorlog zal uitbreken, even
plotseling als in 1914.
De Belgische arbeiderspartij is tegen een
eenzijdige ontwapening, doch voor een alge-
meene en onder controle uitgevoerde.
Belgie is misschien het eenige land, dat een
grooter leger dan voor 1914 heeft, doch het
wenscht geen militaire hegemonie.
Verder verklaarde hij, dat het verdrag van
Versailles de mogelijkheid van een herziening
in zich draagt.
TER NEUZEN, 2 JANUARI 1931.
DE ISABELLA SLUIS TE PHILIPPINE.
Men schrijft uit Philippine aan de Midd.
Crt.
Algemeen bekend mag het heeten, dat een
belangrijke oppervlakte Belgisch polderland
uitwatering vindt in ons land door de Isa-
bellasluis onder onze gemeente aan het Zui-
delijkste punt van den Braakman. Geduren-
de de periode der overstroomingen in Belgie
dringend noodig
ten van een matige verhooging van den ac
cijns op geddstilleerd geen nadeelen.
Enkele leden vroegen zich af of het niet Rmnkman
bouw is, 66k aan de landbouwbelangem Wat beter ware est de voorkeur te Q aan i ™a°r
met nagenoeg aller medewerking had behoo- verh0oging van den tabaksacciinsandere j
ren tot stand te komen en tot stand had kun- leden zouden liever een klein invoerrecht ge-
nen komen ,is nu slechts door een minderheid h£wen zitlT1 „n koftip waarfAC,PT1
con amore aanvaard, terwijl de meerderheid
streken, die dienen uit te wateren door ge-
noemde sluis. De meerdere of mindere loo-
zing hangt af van den watertoestand van den
Sedert lang is deze met een
-j— o>te snelheid aan het verzanden.
taibaksaccijnsandere Vroeger kwam het stortbed der sluis bloot bij
k Pin i7T\r,optrrppri+ ctp_ i_ J
slechts verkregen is door een niet door de
zaak zelf of door den gang van het debat ge-
rechtvaardigd dreigement.
Misschien waait het slechte humeur nu nog
wel over. Maar een herhaling van een gebeur-
tenis als Dinsdag den 23en December voor-
Tiel, zou er wel eens toe kunnen leiden, dat
onze, in benarde omstandigheden verkeerende,
akkerbouwers, er de dupe van werden.
En in elk geval was het incident oorzaak,
dat het slot der bijeenkomst onbevredigend
was met het oog op de verhouding tusschen
regeering en Kamer.
WAT DE MERAPI VERWOESTTE.
Nu het mogelijk is een overzicht te ver-
krijgen van de gevolgen van de Merapi-ramp
en mag worden aangenomen, dat de vermis-
ten om het leven zijn gekomen, is het aantal
dooden zooals wij reeds meldden vastgesteld
heven willen zien op koffie, waartegen echter
vele leden in verzet kwamen.
Verscheidene leden waren niet overtuigd,
dat dit ontwerp door de financieele nood-
zakelijkheid werd geboden en konden zich ook
volstrekt niet vereenigen met de door den
Minister aangenomen houding tegenover de
in de Tweede Kamer tegen zijn voorstel te
berde gebrachte bezwaren. Nu dit in finan-
cieel opzicht zoo weinig beteekenende voor
stel geheel op zich zelf stond en geen deel
uitmaakte van een door den Minister nood-
zakelijk geachte reeks van maatregelen, ter
wijl het evenmin am een punt van beginsel
ging, was het stellen der portefeuillekwestie
hun onverklaarbaar. Constitutioneel achtten
zij deze handeliwijze onjuist en zij konden
er zich dan ook niet door laten beinfluen-
ceeren.
Vele andere leden daarentegen konden den
Minister niet zwaar vallen over zijn optreden.
Zij waren den Minister dankbaar voor zijn
kraohtig optreden, dat geen ander doel had
laag tij, nu blijft er geregeld 60 tot 70 centi-
meter water op het stortbed staan. Om de
te geringe loozing langs den Braakman te
verhelpen, heeft men het water gedeeltelrjk
afgeleid langs de Leopoldsvaart, doch bij zwa-
ren regenval komt in de betrokken polders
toch nog groot waterbezwaar.
De Belgische commissie der overstroomin
gen heeft enkele jaren geleden de zaak onder-
zocht. De hoofdingenieur van bruggen en
wegen te Gent had toen een ontwerp klaar,
bedoelende een groot watergemaal te bouwen
in een boezem v66r den Braakman om zoo
het water op peil te houden. Dit ontwerp
schijnt echter niet meer te voldoen aan de
technische eischen. De ontwerper van het
plan -en ook de Nederlandsche deskundigen
vreezen, dat de verzanding van den Braak
man in de toekomst nog veel vlugger zal
gaan dan vroeger, zoodat in het geheel geen
nuttig effect zou verkregen worden.
Daarom heeft hoofdingenieur Mallems thans
een nieuw plan ontworpen en ingediend bij de
reeds genoemde commissie.
Vervolg.
Toen hij den planter zag, bleef de be-
diende even wachten.
Man-Seng
,,Saja Toewan."
,,Zeg aan de Njonja besar, dat ik blijf
ontbijten."
,,Baik 1 oewanantwoordde Man-Seng
en staarde zonder uitdrukking van het
hoopje scherven, dat hij bijeen geveegd
had, naar de gedeukte metalen lamp.
Op dat oogenblik trok iets in dien vuil-
nishoop de aandacht van Westerman.
Hij liep de trap op en raapte een wit-
paarlen knoopje op, waaraan nog een
stukje waschleer van een handschoen zat.
Hij hield dit Man-Seng onder den neus.
,,Van wien hoort dit
De Chinees tuurde er naar en schudde
toen het hoofd.
,,Dat heb ik nog nooit eerder gezien,
Toewan.''
De planter draaide het nog heen en
weer tusschen zijn vingers, toen hij al bij
het hek was. Opeens liet hij het in den
borstzak van zijn jas glijden en reed toen
naar de koelieploeg, die het dichtst bij
werkte.
Het was al bij zevenen, toen hij einde-
lijk. na een langdurigen rit, Flavin vond,
die met zijn hoofd in zijn handen zat.
,,Morgen", groette de assistent zonder
een poging te doen om op te staan.
,,Morgen, Flavin Hoe voel je je wel?"
..Beroerd!"
,,Hoe laat was je in bed
,,Daar weet ik niets meer van. Goeie
God, mijn kop Westerman", vervolgde
hij zenuwachtig, ,,je hebt mij gisteravond
gezien. Ik en... ik heb toch niets ver-
schrikkelijks gedaan
Westerman fronste eens.
I,,Wat bedoel je?" wilde hij weten.
,.Was ik onbeschoft?"
,,Niet, dat ik weet. Je was nogal j
dronken
Flavin kreunde.
,,Zie je, ik herinner me heelemaal niet,
dat ik naar huis ben gegaan. Ik heb er
een vage voorstelling van, dat we Mah-
Yong gespeeld hebben. De stukken dans-
ten allemaal door elkaar en ik zag wel
veertien groene draken".
De andere glimlachte.
„Ik zou den alcohol maar afzweren",
raadde hij aan. „Je schijnt er niet best
tegen te kunnen".
Flavin rekte zich eens uit en huiverde.
,,Het kwam niet alleen door de cham
pagne", besloot hij. „Ik ben tot op de
huid nat geworden bij het terugkomen en
ik heb een qroote buil op mijn voorhoofd
gekregen. Denk je, dat Kennard er iets
op tegen zou hebben, als ik een beetje
neer huis ging?"
Westerman haalde eens diep adem.
Kennard is niet in omstandigheden om
er zich iets van aan te trekken, wat jij
uitvoert. Ik ben nu administrateur en ik
voel me niet geneigd om erg met je mee
te voelen".
Flavin staarde.
Jij administrateur. Wat vertel je
me nou".
De planter kwam van zijn paard en
ging naast den ander op de bank zitten".
,,Kijk eens hier, oude jongen", zeide
hij, „de een of andere schurk is gisteren
binnengekomen en heeft Kennard ver-
moord gisterennacht. Barnes en ik zijn
den heelen tijd daarginds geweest".
,,Te meent het niet?"
„Helaas wel. En wees nu om hemels-
wil een beetje bedaard en gebruik je ver-
stand. We krijgen hier nu een heele
bende landrechters en doktoren en God
weet wat nog meer, eer we weten, hoe
we het hebben. Iedereen zal natuurlijk
iedereen verdenken. En jij zult een ver
klaring moeten afleggen van de wijze,
waarop je je tijd hebt doorgebracht nadat
je van ons bent weggegaan".
,,Maar ik zeg je toch, dat ik me niets
meer herinner".
„Maar dat dien je toch te doen; ik kan
je geheugen wel wat opscherpen. Barnes
heeft je in den tuin zien dwalen en ik
d'n
van
CO.
ik
ken!
Z66w,
hoofd
Trui en
zeggen
Gisteravond, op
bed, ge wit
me zitten in de
lezjees, dus as ge
wa te bepraten
het doe-d-et maar in de bedstee, toen zee
ze zoo: ,,'t is dunne op 'nen riek, Dr6, van
't jaar."
O j6, doch ik 'k wiest da-d-et komen zou
daar heddet deur de ruiten. ,,Zoow", zee ik,
mee 'nen geeuw, „is ie zoo dunnekes uitge-
vallen? Ja, wa zumme d'raan doen, ee?" En
ik draaide m'n eigen om, op m'nen slaapkaant
om van da sjapieter af te komen. Toen gaf
ze me 'nen kanjer in m'nen lenden en foeter-
de„011ee, Pater Goedleven, draai-d-oew eigen
nog 's verom, mergen emmen gin gelegent-
heid en mergenavond is 't jaar om!"
„Veur d'n bakker, Trui", riep ik: „mergen
is 't ouwejaar, hoe sta-g-et mee d'n worsten-
brood; zijn de bullen veur mekaren?" en
ik gooide m'n eigen wfifir om en trok Trui d'r
slopmuts over d'r oogen. „Zeg t nouw maar
gaauw," geeuwde-n-ik, waant as ik nouw
weer op m'nen slaapkaant staai, draai ik nie
meer trug, ouwe! Ge mokt kepleet zo'n panne-
koekske van me, hoe hieten z'ok weer, oja,
'n wenteltifke!"
„As ge nouw nog's aan m'n slopmuts trekt,
vervelend end lol, dan za'k oew 'n opkaaier
verkoopen in oewen rug, da
„Eerst", zee ik.
„Trekt er nog's aan!" dreigde ze, as ge
't haart in oew lijf h6t!"
Toen dee 'k of ik weer zou trekken, 't
gebeurde-n-allemaal in de aartstikkedonkerte,
maar ik nam d'r goei ouw hoofd in m'n
haanden enge begrept!
,,Kan't nie wa zachter", vroeg ze? „Schaam
d-oew eiges veur de kienders, ouwe gek!"
,,'k Weet ommers wel wa ge zeggen wil,
bezurgd-wefke-van-me", suste-n-ik; ,,'k weet
goed da me van 't jaar ons duuzend guldens
nie overleed emmen, maar wa kan mijn die
duuzend guldens schillen. Wemmen alles! Be-
kare, gezondheid, 'n verken in de kuip om veur
in de houding te gaan staan, de schuren leg-
gen vol veur de biesten, de winterzaai staat
er bij om op te eten, raauw uit't vustje, wem
men 'n aarig kappetaaltje, en 'n onbelast ge-
doeike, wa kan me toch dieen rooien rug meer
of minder maken, ouwe kleppert?"
„Hedde gij soms de geldziekte?" vroeg ze
toen: ,,'t is toch veur de kienders, as wij 'r
's niemeer zijn.
„Dan zullen ze mee z'n alien duuzend gul
dens minder erven," foeterde-n-ik, „omdat-d-
et in heel de waereld zoo belabberd gaat, 't
zal er toch nog veul meevallen, Toeteloeris, en
daar wil ik nouw gin menuutje te minder om
slapen, horre!"
,,Maar
,,Niks! Ik ben wel 'nen ouwen gek, maar
leert ditte van me: kek nie naar 't bietje da
ge mist; zie naar't veule da ge bezit en veur
de rest: sloppfil!"
Hier, amico, hedde nouw m'nen blaans open-
en-bloot veur oew leggen en d'n jouwe mag
beter uitgevallen zijn, ik hoop asdat ie nie
slechter is, dan hedde nog gin klagen, man!
Ik zet er teminste gere m'nen naam veur, da-
d-eenendartig nie slechter aflopt. Keb heel 't
afgeloopen jaar lekker geschraanst, en 't is
me bekomen as 'n jonge spreeuw; keb veul
plazier g'ad, gin groote zurgen, gin droeve
dingskes van beteekenis, dus keb alle rejen om
te daanken!
Maar genogt: ik duikel weer mee alle ver-
trouwen 't nuuwe jaar in, zooas ik 's zomers
in onze Mark plens en ik ben van plan er deur
te zwemmen, tusschen de zulveren vischkes
en laangst de zuutgele dotterblommente
dompelen naar d'n laauwen, witten bojem en
op te drogen in 't zonneke. Hah! 't Is ieve-
vond je op het pad vlak bij mijn huis,
terwijl je verzen reciteerde voor de ster-
ren!"
Flavin wreef eens langs zijn onge-
schoren kin.
,,In Kennard's tuin! Wat had ik
daar in godsnaam te maken?"
,,Ja, dat weet ik niet".
De assistent schoof zijn zonnehoed
naar achter en er kwam een wilde gloed
1 in zijn oogen.
..Ik ga Isiah opzoeken", verklaarde hij.
j ,,En dan moet hij mij maar wat aspirine
geven. Want deze zaak moet eens goed
overdacht worden".
,,Dat moet zij", stemde Westerman toe
en maakte zich gereed om verder te gaan.
,,Als je denkt, dat aspirine wat licht in
deze duisternis zal werpen dan moet je
maar een heele tube meebrengen".
Hij sprong in het zadel. Opeens" schoot
hem iets te binnen. hij grabbelde naar het
paarlmoeren knoopje en liet het voor de
verbaasde oogen van Flavin bengelen.
Hoort dit thuis in jou garderobe?"
..Neenantwoordde de ander meteen.
„Waar heb je dat gevonden?"
,,In de voorgalerij van Kennard".
Hij had een twintig meter gereden toen
Flavin hem toeriep om nog even te wach
ten. De assistent liep hem na.
,,Zeg Westerman". hijgde hij, je ver-
onderstelt toch niet, dat een Europeaan
Kennard vermoord heeft?"
,.Ik veronderstel niets. Iemand heeft het
gedaan!"
laans altij zoo schoon. D'r zijn duuzend oogen-
blikken in 6en jaar, da'k teugen m'n eigen
zeg: ,,'t kan in den Hemel host nie choonder
zijn" en dan zwaai ik m'n eigen aan 'nen
boomlmoest,, da m'n klompen soms in de krui-
nen blijven hangen. En da's meer as duuzend
guldens, amico.
Veul meer! Waant een zo'n mementje ver-
patsen veur 'nen gulden, as da meugelijk was,
t zou verraad zijn. Da zouw Goud-verkoopen
veur-zulver zijn en veur die kaart pas ik!
Dan vuul-d-oew eigen mieljenefir, amico, maar
zonder de zurgen van zo'nen geldwolf.
Amico, da's allemaal goud, wa zukke men-
schen emmen, mee 'n kurke d'r op en da's
kep6t!
Waant 't bewijst olleen maar, dat er nog
'n mindere soort van goud is, maardat
er even mooi uitziet.
Maar „mijn" goud as 'k 't zoo dan is
zeggen mag, da-d-hee gin kurke noodig.
Da's zoo puur, z66 echt, da kunde vuulen in
oew haart. As d'n gouwen glaans van 't zon
neke weer op m'n akkerlaand lee te beven
en 'k zie m'n zaaisel mee schekskes deur d'n
zwaren eerde breken, dan zijn da de muljoe-
nen kurkes op 't zonnegoud, die 'k er hekstra
bijkrijg!
1 'a s zoow eerlijk, zo6w schoon, zo6w waar,
da vuul m'nen Blek nog wel deur z'n krul-
haren henen, as ie mee zukke dagen teugen
me-n-opspringt.
Neee, alles bij mekare genomen, keb
dan volgens Trui 'n kwaai jaar gemakt
maar 'k ben dubbel-en-dwars tevrejen. En as
me-net aander jaar d'r weer zoow deur ko
men en keb zo'n gevuul van ja ollee,
mfier he'k nie te wenschen. Kunnen er duu
zend guldens op overschietenzooveuls te
beter! Da's dan 'n bewijs, da-d-et alle men-
schen weer 'n bietje beter gaat!
V, aant d'r zijn boerkes, ollee, die kosten van
't jaar gin dubbeltje missen veur 'n kerske bii
't kribske!
De poUetiekers zeggen„da zit'm in't kap-
petaal..
Ochfirme!
Da kom van 't kappetaalNeee, dat zit
'm in't nie-kappetaal.
Me zitten nouw eenmaal in de magere ja
ren da's ok nie veur 't eerst en daar
motten me deurhenen.
Ge doe bij ons, in ons vak, nouw eenmaal
meer mee 66n schup mest as mee 'nen polle-
tieken speech van tien boekdeelen. Daar
groei nog ginnen braandnetel op. En as de
menschen gin centen emmen om genogt veur
ons perdukten te betalen, dan kunde de schuld
wel geven aan 't kappetaal, maar ge kun-d-
evengoed zeggen: „da-d-hee Jantje of Pieterke
gedaan."
Aanderen zeggen: ,,'t is de schuld van de
Bolsewiekers, ('t nie-kappetaal dus?!) die d'r
graan de waereld ingooien veur lage prijzen
en zelvers op n houtje zitten te bijten. En
ons Tweede Kamer zee: „brood-eten da van
erpelmeel gebakken is en de boeren zijn uit
d'n pinarie."
Witte da-d-ik denk? Nie-kappetaal, wel-
kappetaal, firpenmeelbrooikes, lopt allegaar
naar de schaans mee oew smoesjes! Aan nen
boer verkopte gin knollekes veur citroenen en
brood van erpelmeel? It ze mee hapkes. maar
dan gaai ik zelvers weer bakken, net as vruu-
ger. 'k Zouw't jammer vinden veur d'n Fielp,
onzen bakker, maar m'nen oven staat er nog!
Vandaag of mfirgen gaan ze pils brouwen
uit zagemeelamico, de kurkes!! Daar
zijn de keuren weer, jonk, die motten bewij-
zen da double gin goud en zagemeel echt
zagemeel is!
Maar gif mijn vanavond mee d'n ouwejaar
maar 'n pinteke pils van doodgewoon graan en
worstenbrood van zuiveren blom, horre.
Da's me 't heele jaar ok nog duuzend gul
dens weerd!
Maar 't is gek ee, zooas na den oorlog alles
veranderd is! Tot 't woordenboekske toe.
Vruuger, dan noemden me iemand 't-rnes-
op-z'n-ikeel-izettenuitzuigen! Teugeswoorig
hiet 't: ,,(bezuinigen".
Vruuger, dan noemden me brood van erpel
meel: knoeien vervalschen! Teugeswoorig:
„eekonnemie"!
'k Geef tote, amico, deus woorden klinken
futsoenlijker!
Maar op die manier gaan me mee al ons
futsoen zoo laankzamerhand naar de schaans!
Laten me de dingeskes bij d'ren waren naam
vemoemen. Da's dan wel nie polldtiek, maar
me zijn nouw zoo zuutjes aan zo6w deurge-
mazeld aan pollitiek, da me-n-ons bukske d'r
knapkes van vol emmen.
En pollitiekers, 'n gelukkig nuuwejaar
horre, mee alle plazier, moaar lot ons, boeren,
maar dorschen! Wemmen oew nie geroepen,
dus: nie noodig vandaag, kopman! zeggen wij
hier in de contrijen.
'k Wensch de heele waereld veur 1931 wa
minder „futsoen" toe en wa meer eerlijkheid,
daar zummen 't dan maar op houwen!
En gij, amico. Ollee! 'k Neem m'n pilske
op van eoht graan en ik klink mee oew op 'n
zalig, 'n heilvol nuuwejaar!
'k Wensch oew toe zegen op oew werk
oew fermilie, op alles wa-d-oev aanbelaangt
en dandan zal 't zekers nie slecht gaan!
'k Spreek Goddank! uit ondervinding!
Nogmaals: saantjes en da me 'm nog laank
meugen lusten!
Veul groeten van Trui en as altij, gin
horke minder van oerwen
toet a voe
DRe.
,,Geen kwestie van zelfmoord?"
..In het geheel geen. Het was het dui-
delijkste geval van moord. dat ik ooit
gezien heb".
Flavin Rilde.
„Was... was Kennard neergeschoten?
vroeg hij.
..Neen, geworgd.
De assistent trok Westerman aan zijn
mouw.
Westerman, weet je nog die geschie-
denis met den waringinboom en de
legende van den aap Arangoi zeide dat
zooiets gebeuren zou."
De planter keek hem ijskoud aan.
..Vergeet dat maar", antwoordde hij.
..Vergeet, dat er ooit een boom of een
legende geweest is. Barnes heeft dien
onzin ook in zijn kop, maar ik lach hem
er om uit. Kennard's moordenaar was een
van beiden: een kerel, die een wrok tegen
hem had of een schurk uit de rimboe, die
even kwam aanloopen om te zien. of er
iets van zijn gading was. In ieder geval
wist hij iets van die apengeschiedenis en
handelde op een oogenblik, dat hij kon
veronderstellen. dat we er nog erg gevoe-
lig voor waren."
„Je zult wel gelijk hebben", mompelde
de andere. ,,Dat heb je meestal."
Natuurlijk heb ik gelijk. Er is maar
een zienswijze ift dit geval."
Hij wuifde ten afscheid en reed weg
om het treurige bericht aan Isobel mede te
deelen.
(Wordt vervolgd.)