AL6EMEEN HIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. heeren-bmi Tweede Blad. 11® VOLKSTELLING r GRETA GARBO in No. 8622 WOENSDAG 24 DECEMBER 1930. 70e JAARGANG. BINHENLAND. Gecn Wo/. ^aarWybe/.f/ J 31 December 1930 1 Januari 1931 IN DE OOGEN VAN DE WERELD WAS ZIJ SCHULDIG CONRAD NAGEL EN HOLMES HERBERT REGIE JACQUES FEYDER GRETA GARBO STAAT VOOR DE JURY OORDEELT ZELF WAS ZIJ SCHULDIG RANT Wet van 22 April 1879, S. 63, gewijzigd bij wet van 26 April 1918; S. 270, Kon. Besl. van 18 December 1929, S. 535. Burgemeester en Wethouders brengen ter algemeene kennis, dat dit jaar zal worden gehouden de lie Alge- meene 10-jaarlijksche Volkstelling met daaraan verbonden Beroeps- en Bedrijfs- telling. De Volkstelling heeft o.a. ten doel de telling van alien, die zich te midder- nacht tusschen 31 December 1930 en 1 Januari 1931 in Nederland bevinden of, buiten Nederland vertoevend, tot de werkelijke bevolking van Nederland behooren. De noodige kaarten en andere stiikken zullen voor 31 December bij de ingezetenen worden thuisbezorgd en enkele dagen later worden teruggehaald. Burgemeester en Wethouders wekken de bevolking op, door nauwkeurige en volledige beantwoor- ding der op de kaarten gestelde vragen, tot het welslagen der Volkstelling mede te werken: overtreding der voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogstc 14 dagen of geldboete van ten hoogste 100 gulden (art. 20 van de Wet van 15 April 1886, S. 64). Ter Neuzen, 3 December 1930. Burgemeester en Wethouders van Ter Neuzen, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. Bimnen enkele dagen zal op de geheele be volking van Nederland een beroap worden gedaan om mee te werken aan de elfde Volks telling. Het Centraal Bureau voor de Statis- tiek doet ons daaromtrent onderstaan.de mede- deeilingen. Wanneer men ze bewaart en de volgende week naast de in te vullen kaarten legt, dan zullen ze het werk gemakkelijker kunnen maken. Het ondeellbare moment, waarop bet jaar 1931 zijn voorganger opvolgt, is bet tijdstip der elfde volkstelling. Dat wil zeggen, dat deze telling beoogt, een overzioht te krijgen van de bevolking, zooais zij op dat midder- nachtelijk tijdstip is samengesteld. Het bevolkingscijfer, dat bij benadering wel bekend is, zoo namvkeurig mogelijk vast te stellen, is noodzakelijk, omdat bet den wette- lrjken grondslag vormt voor de berekening van de bijdragen van het Rijk in de kosten der gemeentelijke huishoudiingen. De bevolkingsregisters vormen een niet ge- noeg te waardeeren bron voor de kennis van dit steeds veranderlijke eijfer, maar geen menscbenwerk is onfeilbaar en de bevolkings registers zijn afhankelijk van de nauiwgezet- beid, waarmee de bevolking de voorgeschreyen aangiften doet. Een contrdle eens in de tien jaren is niet te veel. Maar bovendien heeft de nauwkeiurige vast- stelling van bet bevolkingscijfer nog ander practisch en ook wetenschappelijk belang, en wordt in alle landen de Volkstelling be- nut om enkele gegevens te verzamelen over de samenstelling der bevolking, bare samen- woning, de beroepen, welke hare leden uitoe- fenem en zoo meer. Voor bet verkrijgen van gegevens voor belastingaanslagen dient de Volkstelling niet. In de laatste dagen van December worden de Volkstellingkaarten huis aan huis afge- geven ,in omslagen, welke er e6n bevatten voor afzonderlijk levende personen, een aantal voor gezinnen. Aan de gezinsboofden in dit laatste geval de taak om ze in te vullen. Is een lid van het gezin afwezig, dan vult het gezinshoofd niettemin diens kaart in. Heeft hij gasten of tijdelijk inwonenden, dan worden hem, behalve de gele en witte kaarten (man- nen en vrouwen), ook oranje en (of) rose kaarten voor tijdelijk aanwezigen uitgereikt. Is het geheele geizin afwezig en treft de teller dus als bij de kaarten wil afigeven niemand aan, dan zorgt bet Gemeentebestuur voor de verdere afwerking. Begin Januari worden de kaarten weer op- gehaald. De iiwuller heeft dus een paar dagen tijd om te doen, wat van hem verlangd wordt. Zoo dikwijls bij zich voor een vraag gesteld ziet, waarop het antwoord niet eens voor al vaststaat, moet bij nagaan: hoe is de toestand op 31 December te middemacht; wie maiken op dat moment deel uit van mijn ge zin; wat zijn op dat moment de beroepen van mij en van mijn gezinsleden en zoo verder. Ziehier de beteekenis van het tijdstip der telling", bet nul uur nul tusschen oud en nieuiw. De kaarten bevatten drieerlei. Op de voorzijde, heel bovenaan, staan vra gen, welke reeds door het Gemeentebestuur zijn beantiwoordmen moet ze nazien en, waar noodig, duidelijk zichtbaar verbeteren. Alleen de leeftijd moet er nog worden bijgezet. Het ..onderdeel" der Gemeente, waar men geboren is, heeft in hoofdzaak belang voor de Friesche g-emeenten. Aan denzelfden kant is, onder de dubbele streep, een reeks vragen gesteld, waarop ant woord moet worden gegeven. Vragen beant- woorden is lastlg, maar vragen stellen niet minder. Om een en ander te vergemakkelij- ken, zijn aan de achterzijde der kaarten toe- lichtingen gegeven. De eerste vragen betreffen bet geizin. Uit de toelichting blijkt, dat gezin is op te vat- ten als ,,huishoudiing". Met „imwonend" dienst- personeel wordt bedoeld personeel dat nacht- verblijf heeft in het huis van het gezinshoofd. Bestaat dit personeel uit een gehuwd paar, dan vormt dit paar (al of niet met kinderen) een afzonderlijk geizin. Hun kaarten behoo ren in een afzonderlijken omslag te liggen en door het hoofd van dit gezin te worden inge- vuld. Voor inwonende familieleden wordt door het gezinshoofd opgegeven in welke betrekkdng ze tot hem staan (moeder, schoon- zuster, enz.) Bij den burgerlijken staat moeten gehuw- den, ook als ze niet in dezelfde waning wonen, irrvullen gehuwd". Zijn ze krachtens rechter- lijike uitspraak ,,gescheiden van tafel en bed", <ten vullen ze dit laatste in. Bij. de vraag naar de kerkelijke gezindten is een reeks officieel bekende kerkgenoot- schappen en zelfstandige kerkelijke gemeen- ten in de toelichting opgegeven. Daaraan moet nog worden toegevoegd het, na het af- drukken van de kaarten bekend geworden, kerkgenootschap „Gereformeerde Kerken in hersteld verband". In geval van twijfel om- trent den juisten naam van het kerkgenoot schap, waartoe men behoort, kan men op- geven, bij wien men ter kerke gaat of welke kerk men bezoekt; de Gemeentesecretarie zal er dan den juisten naam bij kunnen zetten. Wie niet tot een kerkgenootschap gerekend wil worden, geeft op: „geen kerkgenoot schap". Beantwoording met „onverschillig" kan tot misverstand aanleiding geven, invul- ling met een streepje tot twijfel. Het een noch het ander is geoorloofd. De beantwoording der vragen naar de be- zetting der beschikbare woonruimten vereischt oplettendheid en juist inzicht. De eerste van deze vragen is alleen voor gezinsboofden bestemd; bij de aantallen, in het antwoord in te vullen, en aangevende de samenstelling van het gezin, hetoben zij zich- zelf mee te teilen. De volgende vragen zijn zoowel voor gezinsboofden als voor alleen wonenide personen. Onder de voor bewoning bestemde vertrek- ken moeten slaapvertrekken wel worden mee- geteeld, die dan ook nog eens afzonderlijk worden opgegeven ,doch mogen bijvoorbeeld bergzolders en -kelders niet worden mee- gerekend, zelfs al is men door gebrek aan voidoende woOnruimte gedwongen zao'n berg zolder of -kelder als wood- of slaapruimte te gebruiken. Men vinidt in dit geval twee af- zonderlijke vragen daarvoor aan het slot van deize ruibriek. Gangen, portalen, vestibules zrjm evenmin voor bewoning bestemde vertrekken; dwingt de krappe behuiizing bijvoorbeeld een portaal- als nachtverblijf in te richten, dan geldt hier- voor weer hetzelfde als voor de bergzolders. Bvenzoo wanneer een hall als wac.itkamer wordt gebruikt. Daarentegen moeten een badkamer waarin geslapen wordt of die als linnenkamer wordt gebruikt, of een serre die tot slaapvertrek dient, wel bij de woonvertrekken meegeteld. Het oniderscheld is hier niet zoo groot als bij een bergzolder of -kelder. In het algemeen teilen badkamers mee als woonvertrek, tenzij ze slechts bestaan in een afgeschoten ruimte b.v. onder een trap met douche of waschgelegenheid. Bedsteden, welke als kast of zoo worden gebruikt, teilen niet mee. Een voorbeeld: een gezinshoofd heeft voor zich en voor zijn gezin beschikking over 3 voor bewoning bestemde vertrekken, waarvan er 1 dient als slaapvertrek; in zijn woning is 1 bedstede. als zoodanig in gebrulk. Boven dien heeft hij beschikking over 2 eigenlijk niet voor bewoning bestemde ruimten, welke ech- ter noodgedwongen tooh bewoond moeten worden en wel 1 daarvan als slaapvertrek. De opvoigende vragen geven gelegenheid al deze cijfers in de genoemde volgorde in te vullen. Tot de lastigste vragen behooren die welke het beroep betreffen, omdat zich op dit gebied zooveel verscheidenheid voordoet en het te doen is om een zoo gespecialiseerd mogelijk overzicht te krijgen van alle beroepen welke in ons land worden uitgeoefend. Beoogd wordt bijvoorbeeld ten aanzien van hen, wier werkzaamheid ligt op het gebied van zaken, omdememingen, bedrijven of in- stellingen een splitsing te maken in 4 zoo- gen aamde beroepsposities a. personen, die in him beroep als „zelf- standigen" moeten worden beschouwd; dit zijn zij, die eigenaar zijn van een zaak, een ondememing, een bedrijf of een mstelling of die voor eigen rekening zonder personeel him beroep uitoefenen; b. personen, die als bedrijfshoofden zijn te beschouwen. b.v. Directeuren van Naamlooze Vennootsohappen of van Codperatieve instel- lingen, in het algemeen dus personen die aan het hoofd van zaken enz. staan, zonder dat zij daarvan eigenaar zijn; c. personen. die in meer ondergesohikte positie in een zaak enz. werkzaam zijn en belast zijn met toezicht over het gewone per soneel (b.v. bedrijfsleider, opziohter, meester- knecht, depot- of filiaalhouder, winkelchef e.d.) d. personen, die als het gewone personeel zijn te beschouwen en dus geen der onder a, b en c beschreven posities innemen (arbeiders, waaronder ook voormannen, employe's, be- ambten en dergelijke in een zaak enz. werk zaam). Om het mogelijk te maken de verschiUende door de bevolking uitgeoefende beroepen in een aantal groote bedrrjfsklassen en deze wederom in kleinere bedrijfsgroepen in te deielen, wordt voorts gevraagd den aard van de zaak, de ondememing, het bedrijf of de in stalling op te geven waarin men werkzaam is. is in vele gevallen onmisbaar om een juiste kennis van den aard van het opgegeven be roep te verkrijgen, b.v. in een machinefabriek de if dealing bankwerkerij. Opgave van de bijizondere, in gebruik zijnde benaming van de werkzaamheid strekt al mede om het juiste inzicht in dsn aard van het beroep te bevor- deren. Naam en adres van dc ziak, waar men werkzaam is. worden gevraagd om gelegen- heftd te openen tot het vragen van nadere inliohtingen, ingeval de beantwoording onvol- doende is voor een juiste rangschikking. Beantwoording met algemeene bewoordin- gen als ,,arbeider" of „werkman" is het blijikt wel uit het bovenstaande geheel onvoldoende. Wederom een voorbeeld: een ,,sterker" in de N.V. Textielmaatschiappij ,,Twente" heeft op te geven dat hij is „sterker"; in dienst van een ander? „ja" en /wel bij ,,de N.V. Textiel- maatschanpij Twente" ti „Hengelo", ,,Tex- tielfabriek", afdeeling ..WcVerij". Bestuurder, „neen", belast met toezicht ,,neen". Personen die meer dan £6n beroep uitoefenen, vermeldden alleen hun hoofdberoep, namelijk dat hetwelk de voomaamste dagtaak vormt. Gepensionneerden geven op: .zonder beroep" wanneer zij tenminste geen beroepswerkzaam- ehden meer verricbten. Doen ze dit wel dan geven ze deze werkzaamheden als beroep op, ook al vormen ze geen volledige dagtaak. Wie uitsluitend leeft van rente, uitkeerin- gen en dergelijke, vermeldt: „zonder beroep". Wie hoofdzakelijk leeft van huizenbezit (ver- huren) geeft op: „huizenexploitant" Bij'zondere moeilijkheden geeft het teilen van schippers en woonwagenhewoners. Een afzonderlijke regeling is getroffen voor deze personen zonder vaste woonplaats. Wanneer voor hen of door hen telkaarten zijn ingevuld en ingeleverd, wordt hun daarvoor een ont- vangbewijs uitgereikt, dat zij gedurende de maanden Januari, Februari en Maart 1931 moeten toonen aan elken ambtenaar van het Openhaar Gezag, die daarom vraagt. Het is van belang, dat zij er op letten dit bewijs gedurende die maanden goed te bewaren. In de omslagen bevinden zich ook groene kaarten. Deze dienen voor de Bedrijfstelltng, welke gelijktrjdig met de Volkstelling zal worden gehouden. Hierover wordt een afzon derlijke mededeeling uitgegeven. Tenslotte nog een korte mededeeling over een afzonderlijk onderzoek, dat op 31 Decem ber in een aantal gemeepten vanwege de Nederlandsche vereeniging tot bevordering van den arbeid voor onvolwaardige arbeids- krachten (A. V. O.) zal worden ingesteld, doch dat geen deel uitmaakt van de Volks telling. De bedoelde vereeniging hecht er terecht groote waarde aan, zoowel uit wetenschap pelijk oogpunt als om helpend te kunnen op- treden, in het bezit te komen van een over zicht van die inwoners van ons land, die lijden aan lichamelijke of geestelijke afwijkingen. Eer. eerste h(ertoet zal worden gedaan door de hesturen van een aantal gemeenten, welke zich op uitnoodiging van de vereeniging A. V. O. daartoe bereid hebben verlklaard, en wel door aan de volkstellers, die de volks- tellingsformulieren rondbrengen en ophalen, tevens ter uitreiking mee te geven afzonder lijke vraaglijsten, tot dit doel samengesteld. Ofschoon de beantwoording van deze vraag lijsten, welke buiten de volkstelling vallen, niet verplicht is verdient het wel aanbeveling door een juiste invulling mee te werken aan de door de vereeniging A. V. O. ondemomen poging, welke niet anders beoogt dan het be lang der bevolking zelve. ECHTE FRIESCHE "'I- per ons 4 (Ingez. Med.) TWEEDE KAMEK. De Tarwewet. Maandagnamiddag is de Tweede Kamer aangevangen met de behandeling van de tarwewet. Zrj gaf aanleiding tot breedvoerige bespreking. De beer Van Hellenberg Hubar (r.k.) wenschte te worden gerustgesteld, of het voorgestelde percentage van inlandsch meel beneden het gestelde maximum van 25 zou blijven. Door de heeren Boon en Knottenbelt (v.b.) werden verschillende bezwaren geopperd. Door de groote delegatie van bevoegdheid aan de regeering ontstaat groote onzekerheid bij de bedrijven. Voorts is een bezwaar de belemmering van den handel in bloem en meel waarmee samenhangt de arbeid in onze havens. De broodprijs en de prijs van bet kip- penvoer zullen istijgen. Het gaat niet aan een deel der bevolking te helpen ten koste van een ander deel. Bovendien ontbreekt een overzicht van de te nemen maatregelen. Hij zou aan de teeltpremie de voorkeur heb ben gegeven. Het ontwerp geeft dictatoriale macht aan de regeering en richt het bedrijf der meelimporteurs te gronde. Een meng- gebod staat gelijk met een invoerverbod. Er werd een motie ingediend door den heer v. d. Sluis (s.d.) de voorkeur uitsprekend aan een productie premie. En de heer Ebels (v.d.) wilde liever een vervoerverbod. De heer Colijn (a.r.) wilde een bevredigende toezeg- ging dat de eierproductie niet zou worden ge troffen. De heer Braat (pl.b.) vond het jam mer dat bet maximum percentage is vastge- steld. De heer Oud (v.d.) zag er een indireote belasting op brood in en de heer Kersten (s.g.) een vermeerdering van het aantal ambtenaren. Doch anderzijds (v. Voorst tot Voorst, Hiemstra) werd het ontwerp weer toege- juicht. De heer Lockefeer (r.k.) die het waardeer- de, dat de regeering de tarweverbouwer wil tegemoet komen, had eveneens ernstlge be- zwaren met name uit hoofde van de nadeelen, welke aan importeurs, grossiers en bakkers zullen worden toegebracht. Hij achtte het bovendien aan twijfel onderhevig, of door den voorgestelden maatregel niet in strijd geko- men wordt met de Internationale bescherming van handelsmerken. Bloem is ook een product, waarop de bak kers staat moeten kunnen maken. Het men- gen van tarwe door importeurs en fabrieken zal leiden tot bevoorrechting. De heer Locke feer verlangde de toezegging, dat dit zou worden uitgesloten. De heer Bierema (v.b.) nam een van zijn fractiegenooten afwijkend standpunt in. Hij verdedigde het ontwerp. Z.i. dient de land- bouw eerder geholpen te worden dan de in- dustrie, omdat een in nood verkeerend indu- strieel een ander bedrijf kan aanvatten en een landbouwer niet. Er zit in de naaiste toe- komst voor den landbouw geen perspectief en steun is noodig, om te voorkomen dat vele cultuurgronden braak komen te liggen. De beer Van Voorst tot Voorst (r.k.) was der regeering dankbaar voor de indiening van het ontwerp, en voor 't feit dat zrj bij nota van wiijziging aan bezwaren is tegemoet ge- komen. De heer Ebels (v.d.) verwachtte er niet veel goeds van voor den akkerbouw, omdat het ontwerp zal leiden tot uitbreiding van de tarweteelt. De heer De Visser (com.) bestreed het ont werp, terwijl de heer Van den Heuvel (a.r.) er zeer tevreden over is, en de heer Loer- akker de geopperde bezwaren overdreven achtte. Bezwaren had ook de heer Colijn (a.r.) die bij de toepassing de voorkeur zou geven aan het Zwitsersche stelsel. Hij wees Een das verwent Uw hals. Neem Wybert. Het beste atweermiddel tegen verkoudheid en besmetting. In orisrin. doozrn h 25, 45 en 65 cts. (Ingez. Med.) zullen worden ingespannen om de gevolgen zooveel mogelijk te verzachten. Moge het ge- voel van saamhoorigheid van alle deelen des Rijks hierbij tot uiting komen! Deze redevoeringen werden door de leden uitgezonderd de communisten, die bleven zitten in groote stilte staande aangehoord. Ontwerp-Tarwewet. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Danidlbouw, de heer Ruys de Beerenbrouok, was dezen middag aan het woord, ter ver- dediging van het ontwerp-Tarwerwet. Hij zeide, dat dit een economische en een teoh- nisohen kant heeft. Wat den eerste betreft, diende er voor gewaakt te worden, dat niet andere bedrijven worden getroffen en dat de maatregel zijn doel bereikt. Wat den tweede betreft, had men te maiken met de vermenging van een hoeveelheid inlandsche bloem en meel door het buitenlandsch product. Voor de toe- op de helangrijkheid van de eierenproductie. Terwijl in 1928 de tarweproductie in ons land 20 millioen bedroeg, was de waarde van den eierenuitvoer alleen al 70 millioen, waarbij nog 10 millioen komt voor den uitvoer van pluimvee. Hij hoopt daarom, dat deze wet geen aanleiding zal geven tot verhooging van den prijs van het kippenvoer, waarvoor in hoofdzaak inheemsche tarwe wordt gebruikt. De heer Hiemstra (s.d.) verdedigde het ontwerp, terwijl de heer Braat (pl.b.) hoewel hij het maal- en menggebod niet zoo mooi vindt, toch voor zou stemmen. De heer Oud (v.d.) deed een waarschuwend woord hooren. Als de tarwebouw hier niet loonend kan worden uitgeoefend zou deze be hooren te verdwijnen. Een groot deel van de voor de landbouwers verwachtte millioenen zullen naar hij verwacht naar de binnenland sche meelindustrie en de improductieve uit- voeringsmaatregelen gaan. De heer Kersten (s.g.p.) had emstige be zwaren tegen het ontwerp, al wenscht ook hij mee te helpen om den landbouw te helpen. Het amendement-Boon zou aan redelijke be zwaren kunnen tegemoet komen. Zijn ver- wachtingen van het ontwerp gaan niet hoog. Hij pleitte voor z.i. betere hulp, n.l. ontheffing van drukkende lasten uithoofde sociale ver- zekeringen. De heer De Bakker (c.h.) verklaarde te behooren tot hen, die met huivering hun stem aan het ontwerp zullen geven. Een voordeel is het tijdelijke van het ontwerp. Zijn groot- ste zorg is die van stijging van den broodprijs. De vergadering werd daarna verdaagd tot Dinsdag. Vergadering van Dinsdag. De vulcaan-ramp op Midden-Java. In den aanvang der vergadering nam de voortzibter het woord naar aanleiding van de vulkaan-ramp op Mididen-Java. Hij zeide: Blijkens de tot ons gekomen berichten is Midden-Java door een emstige natuurramp getroffen. Honderden ibewoners van den voet der Merapi zijn door een afschuwelijken dood verrast, auizenden hebben in wanhaop en ver- tiwijfeling in wilde vlucht hun have en goed aan het verzengend vuur moeten prijsgeven. Ik weet namens u alien te spreken, wan neer ik getuig, dat dit droeve lot van zoovele slachtoffers en van het door hen bewoond ge bied ons vertegenwoordigers van 't Neder- landsche volik met levendige deemis vervult, deemis diie niet grooter zou zijn, indien ons eigen grondgebied en zijn bewoners in zoo hevige mate zouden zijn geteisterd. De Minister-president, de heer Ruys de Beerenbrouck, zeide, dat de Regeering met de Kamer onder den indruk is van deze natuur ramp. Hij vertrouwde, dat in bet moederland en in de overzeesche gewesten alle krachten passing van de techniek moet de grootst mo- gelijke vrijheid worden voorbehouden. De strekking van het ontwerp is, om met gepaste voorzichtigheid te voorzien in de moeilijkheden, ontstaan door de daling van den tarweprijs. De Regeering zal er zich niet toe laten verleiden alle aaniwezige tarwe in het brood over te hevelen. Op de hoedanig- heid zal wel degelijik worden gelet, derhalve zal in het brood geen ongeschikte tarwe komen. Hieilbij merkte de Minister op, dat in tijden van grooten oogst toch reeds 10 a 15 pCt. inlandsche tarwe gebruikt werd, zonder dat het puibliek het zelf bespeurde. De meelimporteurs hebben inderdaad te maken met een verandering in hun bedrijf; de Regeering kan hun echter zeer veel vrij heid laten, hetgeen een kwestie van uitvoe- ring is. Het zou onbillijk zijn als de meel- im.porteurs ongemengd meel moohten Lnvoe- ren, terwijl de maalderijen uitsluitend ge- mengd meel in den handel mogen brengen. Vaardigt men een aankoopgebod van in landsch meel voor meelimporteurs uit, dan zou men de Regeering de bevoegdheid ont- nemen te verbieden het in voorraad hebben van ongemengd meel. Bij dit stelsel zouden de importeurs boven de maalderijen worden bervoordeeld. Wanneer men de bakikers ver plicht zelf meel te mengen, zouden de moei lijkheden met de controle slechts worden ver- plaatst. Inidien het inlandsch meel moet dienen als entrdebiljet voor buitenlandsch meel, zal dit entreebiljet op de goedkoopste wijze worden aangeschaft en krrjgt het slechte meel de voorkeur. De Regeering zal trachten aan de belangen der meel-importeurs zooveel mogelijk tege moet te komen. Zij wil zoo ver gaan, als haar mogelijk is, door toe te stemmen in een proef met 't stelsel van bijlevering van in landsch meel. Doch verder gaan, kan zij niet, zonder de ziel van het wetsontwerp aan te tasten. Komend tot de motie-van der Sluis, wees de Minister op de ernstige consekwenties, welke daaruit voortvloeien voor andere tak- ken van landibouw. Een teeltpremie is even- goed een kunstmatige hulp. Het is het meest onbeholpen en grove midd'el, dat kon worden aangeboden. Zou de Minister haar niet kun nen uitvoeren. Het aangepreizen accijnsstelsel zal niet het doel van de Regeering bereiken. Het Zwitsersche stelsel leidt tot groote Staatisbemoeiing met het particuliere bedrijf. Indien blijken mocht, dat de Regeering met haar voorstel het gestelde doel niet bereikt, zai zij emstig 't Zwitsersche stelsel over- wegen. Ten aanzien van de beschuitfabrikanten kon de Minister nog geen beslissing nemen, aangezien de deskundigen hier tegenover el- kaar staan. Het geldt hier een zuiver tech- nische kwestie.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 5