ALGEMEEH NIEUWS- EN APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
DIENSTPLICHT
Eerste Blad.
De Purperen Schaduw
I f ihj^jHEEREN'BAM
No. 8617.
VRIJDAG 12 DECEMBER 1930.
7Qe Jaargaog
FKUILIKTO*.
BI HIT E H L A N D.
re1
H.H. Kantoorhouders
Onze abonne's In het
Buitenland
Ifldange van type tabakketi-
URANT
worden verzocht het abonnementspeld
over het 4e ikwartaal 1930 van de Ter
Nemzensche Courant voor 1 Jan. a-s. in
te zenden.
"M^ij vestigen er de aandacht van onze
abonne's op, dat wij bij terup-ontvanpst
van eene onbetaalde kwitantie, onmiddel-
lHk de toezending van het blad zullen
DE UITGEEFSTER.
worden dringend verzocht, het verschul-
cftgde abonnementsgeld voor 15 Jan. a.s.
in te zenden. Bij niet-ontvanpst voor dien
datum wordt het abonnement gestaakt.
Abonnementen voor het buitenland
worden slechts aangenomen bij vooruit-
betalinq. D£ UITGEEFSTER.
INSCHRIJVING
VOOR DEN
De Burgemeester van TER NEUZEN
■iaakt bekend, dat in Januari a.s. voor den
dienstplicht moeten worden ingeschreven per-
sonen, die geboren zijn in 1912.
Voor de aangifte ter inschrijving zal in het
bjjaonder gelegenheid worden gegeven ter
gemeentesecretarie op de dagen en uren op de
persseonlijke kennisgevingen, omtrent aangifte
ier inschrijving vermield.
Omtrent deze inschrijving en omtrent de
Inschrijving, die in sommige gevallen binnen
een anderen termijn moet piaats hebben gel-
den de volgende bepalingen van de Dienst
plicht wet en van het Dienstplichtbesluit.
Wie wfel en wie niet ingeschreven moeten
worden.
Art. 6 der wet. 1. Behoudens de bepaling van
het tweede lid wordt voor den dienstplicht inge-
sahreven
a. de Nederlander, die op 1 Januari van hetjaar,
waarin hij 19 jaar oud wordt, woonplaats heeft in
Nederland of in een piaats in het buitenland, welke
Hint meer dan 15 K.M. van de Nederlandsche grens
n gelegen, of wiens wettige vertegenwoordiger op
aenoemd tijdstip aldaar woonplaats heeft;
k, de niet-Nederlander, die op genoemd tijdstip
iaaeietene is.
3. Voor den dienstplicht wordt met ingeschreven
<le Ingezetene, niet-Nederlander, die:
a is "eboren in Nederlandsch-Indie, Suriname oi
•«ra?ao; f&X# o ZZZZtKm
5. blijkt te behooren tot een Staat, waar de
Nederlanders niet aan verplichten krijgsdienst zijn
onderworpen of waar ten aanzien van den dienst
plicht het begins.l van wederkeerigheid isaangenomen.
In welke gemeente de inschrijving moet
geschieden.
Art. 8 van het besluit. 1. De inschrijving voor
den dienstplicht geschiedt:
a. indien de wettige vertegenwoordiger in Neder
land woonplaats heeft, in de gemeente, waarin deze
woonplaats is gelegen
b. indien de in te schrijven persoon in Nederland
woonplaats heeft, in de gemeente, waarin deze woon-
mEFOON No. 25
GT.RO 38189
AfiOMElKBNTSBBUB: Binnen Ter Neuzer f 1,40 per 3 mafmden Buiten Ter Nvuzec
fr per" post 1,80 per 3 maanden - Bii voor ultbetaling fr. per post 6,30 per jaar -
Veer BelgiS en Amerika 2,25, overige Ian dec 12,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bjj voonotbetallng.
Ultgeeteter: Ftnoa P. 1. VAN DE SANDE-
ADVERTENTI8N: Van 1 tot 4 regels f0,80 Voor elken regel meet 3 J-
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruiro^ bereksnd.
HandelsadvertentlSn btj regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvrzu^
crierijgbaar Is. - Inzendlng van advertentlgn llefst A6n dag voor de nltgav^,
mi BLAD VERSCHWNT IEDEREN MAA NDAG-, WOKNSDAG- en VRIJDAGAVONI?
piaats is gelegen, tenzij hij een wettigen vertegen
woordiger heeft, die in een andere gemeente in Neder
land woonplaats heeft
indien noch de in te schrijven persoon, noch
zijn wettige vertegenwoordiger in Nederland woon
plaats heeft
te Amsterdam, als de in te schrijven persoon of
zjjn wettige vertegenwoordiger woonplaats heeft in
Duitschland;
te Rotterdam, als de in te schrijven persoon of
zjjn wettige vertegenwoordiger woonplaats heeft in
Belgie
een en ander, indien de woonplaats is gelegen in
een piaats, welke niet meer dan 15 K.M. van de
Nederlandsche grens is gelegen.
2. Indien de in te schrijven persoon en zijn
wettige vertegenwoordiger beiden woonplaats hebben
binnen het onder c bedoelde gebied, doch een van
hen in Duitschland en de ander in Belgie, geschiedt
de inschrijving te Amsterdam of te Rotterdam, naar
gelang de in te schrijven persoon in Duitschland of
in Belgie woonplaats heeft.
3. Voor de toepassing van dit artikel wordt in
aanmerking genomen de woonplaats, op 1 Januari
van het jaar, waarin de in te schrijven persoon 19
jaar oud wordt, of, geldt het inschrijving op grond
van art. 7 der wet, de woonplaats op den dag, waarop
het in dat artikel bepaalde op den in te schrijven
persoon van toepassing is geworden.
Aangifte ter inschrtjving.
Art. 8 der wet. 1. Behoudens de hieronder ver-
melde uitzonderingen geschiedt de inschrijving voor
den dienstplicht op aangifte bij den burgemeester
der hierboven vermelde gemeente.
2. De aangifte geschiedt door den in te schrijven
persoon zelf of hij verhindering door zijn wettigen
vertegenwoordiger; zij kan geschieden doortusschen-
komst van een daartoe schriftelijk gemachtigde.
3. De aangifte geschiedt:
a. voor zooveel betreft de ingevolge art. 6 der
wet in te schrijven personen, in de maand Januari
van het jaar, waarin zij 19 jaar oud worden
b. voor zooveel betreft de ingevolge art. 7 der
wet in te schrijven personen lie hiema), binnen
dertig dagen na den dag, waarop het in dat artikel
bepaalde op hen van toepassing is geworden.
Art. 10 van het besluit. 1. Zonder aangifte wordt
voor den dienstplicht ingeschreven
a. hij, die is opgenomen in een krankzinnigen-,
idioten-, doofstomrnen- of blindengesticht, een rijks-
opvoedingsgcsticht, een tuchtschool, een gevangems
of een rijkswerkinrichting
b. hij, die ingevolge art. 39 van het Wetboek
van Strafrecht ter beschikking van de Regeering is
gesteld en niet in een rijksopvoedingsgesticht is
c als vrijwilliger behoort tot de landmacht, de
zeemacht of de ove.zeesche weermacht.
d. hij, wiens inschrijving wordt vervroegd krach
tens een toestemming, als liierna bedoeld.
Inschrijving v66r den gewonen tijd.
Art. 15 van het besluit. 1. Hij, die eerder wenscht
te worden ingeschreven dan naar zijn leeftijd zou
moeten geschieden, vraagt daartoe met opgaaf van
redenen toestemming bij een verzoekschrift, dat hij
aan den Minister van Defensie zendt voor 1 Mei van
het jaar, waarin hij 17 jaar oud wordt. Hij legt
daarbij over een bewijs van instemming van zijn
wettigen vertegenwoordiger. Indien de minister in
de opgegeven redenen aanleiding zou vinden het
verzoek toe te staan, stelt hij den belanghebbende
in de gelegenheid een onderzoek te ondergaan ter
zake van lichamelijke geschiktheid, voor zoover niet
bij het verzoekschrift verklaringen zijn overgelegd,
waaruit de geschiktheid voldoende blijkt.
Inschrjjving na den gewonen tijd.
Art. 7 der wet. 1. Voor den dienstplicht wordt
ook of wordt opnieuw ingeschreven voor zoover
hij niet reeds ingevolge art. 6 is ingeschreven
a. de Nederlander, die na 1 Januari van hetjaar,
waarin hij 19 jaar oud wordt, en voor 1 Januari van
het jaar, waarin hij 25 jaar oud wordt, zijn woon
plaats in Nederland of in een piaats in het buiten
land, welke niet meer dan 15 K.M. van de Neder
landsche grens is gelegen, heeft gevestigd of wiens
wettige vertegenwoordiger in dat tijdvak zijn woon
plaats aldaar heeft gevestigd;
ggiggV'SJWaiiiMIU1*"
b. hij, die in bedoeld tijdvak Nederlander of op
nieuw Nederlander is geworden, indien hij of zijn
wettige vertegenwoordiger in Nederland of in een
piaats, als onder a bedoeld, woonplaats heeft;
c. de niet-Nederlander, die in bedoeld tijdvak
ingezetene of opnieuw ingezetene is geworden
d. de ingezetene, niet-Nederlander, die in bedoeld
tijdvak ophoudt te behooren tot een staat, als be
doeld in art. 6, tweeife lid onder h, der wet (zie
hiervoor
2. Met betrekking tot het bepaalde onder c geldt
art. 6, tweede lid, der wet (zie hiervoor).
Zie omtrent de aangifte art. 8 der wet, derde
lid b, hiervoor).
Strafbep&lingen.
Art. 48 der wet. 1. Met hechtenis van ten hoog-
ste veertien dagen of geldboete van ten hoogste hon-
derd vijftig gulden wordt gestraft
a. hij, die niet voldoet aan een ingevolge art. 8,
tweede lid der wet op hem rustende verplichting
b. degene, die de in verband met deze wet van hem
gevraagde opgaven niet of niet naar waarheid ver-
strekt
diegene der bestuurders van krankzinnigen-,
idioten-, doofstomrnen- of blindengestichten, rijks-,
opvoedingsgestichten, tuchtscholen, gevangenissen of
rijkswerkinrichtingen, die niet voldoet aan een in
gevolge art. 8, tweede lid, der wet op de bestuur
ders rustende verplichting of die niet overeenkomstig
bij Koninklijk besluit gegeven voorschriften opgaven
verstrekt ter inschrijving voor den dienstplicht van
in die gestichten opgenomen personen.
2. Met gevangenisstraf van ten hoogste twee
maanden of geldboete van ten hoogste zeshonderd
gulden wordt gestraft hij. die opzettelijk een der
in het eerste lid bedoelde feiten pleegt.
Vrjjstelllng van den dienstplicht.
Hij, die vrijstelling wenscht wegens broederdienst
of wegens het bekleeden van een geestelijk of een
godsdienstig-menschlievend ambt of opleiding tot
zoodanig ambt, behoort daartoe, voor zoover mogelijk,
aanvraag te doen hij de aangifte ter inschrijving.
Bij die aangifte bestaat tevens gelegenheid om indien
de in te schrijven persoon vermoedelijk een andere
reden van vrijstelling, zal kunnen doen gelden, ook
hiervan opgaaf te doen.
Beteekenis van de uitdrukklng „vvettlge
vertegenwoordiger".
Waar in de Dienstplichtwet of in het Dienstplicht
besluit wordt gebezigd de uitdrukking „wettige ver
tegenwoordiger", wordt daaronder verstaan degeen,
die de ouderlijke macht, de voogdij of de curateele
uitoefent.
Ter Neuzen, 10 December 1930.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
i Bij de voortgezette behandeling van de justi-
tiebegrooting bepleit de heer Drop (s.d.) de
wettelijke regeling van de rechtspositie voor
handelsagenten en reizigers.
De heer v. d. Heide (s.d.) dringt aan op een
spoedige verbetering van de regeling inzake
de reclasseering en psychiatriach onderzoek
van sexueele misdadigers.
door
EDMUND SNELL.
10) Vervolg.)
HOOFDSTUK VII.
Barnes liet zijn paard brengen en reed
spoorslags naar Baniak-Harap.
Zelfs eer hij nog het huis van Flavin
bereikt had, waar hij zijn paard aan een
bediende overgaf, voelde hij de hitte van
het vuur. Van den tuin uit was het een
prachtig gezicht. Zoover het oog reikte
aiets dan vurige tongen. die omhoog scho-
ten en zich samenvoegden tot een gril-
ligen, staag van vorm wisselenden vuur-
kegel, waarboven een steeds dichter wor-
dende rookwolk zich wazig afteekende
kegen een violetten hemel.
Hier en daar, aan den rand van dit
brandoffer, doemden vaag gestalten op,
als duivelsgeesten in de hel. trachtend om
bet vuur te beteugelen op het een of ander
bdlangrijke punf. Eens, gedurende een
onderdeel van een seconde, zag hij Flavin,
die een spade zwaaide.
Hij haastte zich naar de helling en de
houten brug.
Tien minuten, nadat hij het riviertje had
overgestoken, stuitte hij op Westerman,
die zijn bovenlijf ontbloot had en zwart
zag als een stoker.
„Zoo riep de planter. „Mijn bood-
sdhap gekregen
,,Ja", antwoordde de controleur. „Ik
ben onmiddellijk op weg gegaan, toen ik
het bericht kreeg. Ik heb een paar van
mijn menschen bevolen om mij te volgen.
Je'wilt zeker, dat ik Arangoi arresteer
Westerman trok den ander naar een
plek, waar de hitte niet zoo hevig ge~
voeld werd en ging op een boomstam zit-
ten, terwijl hij zijn voorhoofd afveeade.
„Die arme drommel zal wel opgesloten
moeten worden zeide hij, ..ofschoon hij
eigenlijk niet zooveel schade heeft aan-
gericht als ik verwachtte. Blijkbaar is hij
begonnen met zijn eigen pondokje eerst
te vernietigen, en toen hij daarmede naar
zijn genoegen gereed was, besloot hij om
een grooter vreugdevuurtje te stoken
Een waker zap het 't eerst en ging naar
het huis van Flavin. Maar Flavin was bij
mij en het heeft ruim een uur geduurd eer
we een van beiden hier waren. Toen had
het vuur al voldoende om zich heen ge~
grepen en er bleef niets anders over, dan
de koelies op te trommelen om het werk
dat Arangoi begonnen was, te voltooien
en op heb Lot te vertrouwen, dat het Diet
op n ongelegen oogenblik zwaar zou Qaan
dauwen, zoodat het vuur zou dooven. Tot
nu toe zijn de goden met ons geweest en
de wind helpt ons ook prachtig. Er waren
een paar gevaarlijke punten, waar het
vuur kon overspringen naar een gedeelte,
dat nog niet zoover klaar is, maar daar
zijn we het vuur baas gebleven.
Beiden haalden ze nu hun pijpen te
voorschijn en stopten ze zwijgend.
Heb je hem al informeerde Barnes
opeens.
.Arangoi Neen. Ik heb hem nog ner-
pens gezien. Als hij verstandig is, gaat
hij de rimboe in."
De controleur knikte.
,,Wat zou Kennard er wel van zeggen?
Westerman liet de hoeken van zijn
I mond omlaap gaan.
Een heeleboel. denk ik; maar het zal
I wel geen hout sniiden."
Op dat oogenblik, toen Denis Wester-
(Ingez. Mea.)
De heer Teulings (r.k.) wenscht bepalingen
tegen ongewenschte perspublicaties en ver-
scherping van het optreden tegen opruiing en
Godslastering.
Mej. Katz (c.h.) betoogt, dat de uitvoering
van de zegenrijke Kinderwetten verbetering
behoeft, eveneens de opleiding van gevange-
nispersoneel en schifting van veroordeelden.
Ook de opleiding van rechters en commissa-
rissen van politie dient haars inziens te wor
den gespecialiseerd.
De heer Goseling (r.k.) dringt aan op ver-
hooging van vergoeding aan advocaten voor
toegevoegde zaken.
De heer Van Rappard (lib.) bepleit de af-
schaffing, althans sterke beperking van het
gijzelingsinstituut.
De heer Boon (lib.) wenscht een wettelijke
regeling voor de lijkverbranding en van het
bezoekrecht na echtscheiding.
STEUN VAN DE NEDERLANDSCHE
INDUSTRIE.
„St. Bavo" bevat een schrijven van den bis-
schop van Haarlem, waarin Mgr. Aengenent
herinnert aan het bepaalde bij de statuten
van de Haarlemsche Synode, dat de kerkbe-
sturen en andere aan den bisschop rekenplich-
tige besturen bij het doen van bestellingen van
utensilla en bij onderhoudswerken de voor-
keur moeten geven aan landgenooten.
Met het oog op de economische crisis, waar-
door ook ons vaderland wordt geteisterd, acht
de bisschop het dienstig nog eens de bijzondere
aandacht op deze bepaling der Synode te ves-
tigen en de genoemde besturen zoo krachtig
mogelijk aan te sporen de volkomen naleving
ervan in acht te nemen, terwijl bovendien den
besturen van liefdadige instellingen, die niet
rekenplichtig aan den bisschop zijn, op het
hart wordt gedrukt, dat ook door hen de na
tional industrie dient te worden gesteund,
vooral in de moeilijke tijden, die zij thans
doormaakt.
DE STROOCARTONINDUSTRIE.
De Prov. Gron. Crt. schrijft:
Dat het er ook in de stroocartonindustrie
niet florisant uitziet, bleek in de dezer dagen
gehouden vergadering van den bond van
stroocartonfabrikanten, waarin als hoofdpunt
van de agenda aan de orde kwam een voor-
stel tot sluiting van de fabrieken gedurende
een zekere periode, welk voorstel niet werd
aangenomen, maar toch sbeun vond van ver-
schillende zijden. De oorzaak, dat het dreigt
te komen tot stopzetting van deze fabrieken
met als gevolg loonderving en werkloosheid
voor een groot aantal arbeiders, is gelegen
in de slechte afneming van de carton en de
scherpe daling der baisisprijzen door het uit-
blijven van de noodige specificaties voor op
hoogeren basisprijs afgesloten contracten voor
partijen stroo, die echter niet worden afgeno-
men. Duidelijk teekent zich de slechte gang
van zaken af in de prijzen van het koopstroo
voor de fabrieken. Werd in het begin van dit
jaar voor het stroo van de boerderij af f 26
voor haver- en f 28 voor roggestroo per 1000
K.G. betaald, deze prijs is nu gedaald tot resp.
12 en 10, voor zoover het de boeren nog
gelukt het te verkoopen, want ook hiemaar
is geen vraag.
DE DOODENDE MIST.
Geen reden tot ongerustheid In
Nederland.
Naar aanleiding van de geheimzinnige
sterfgevallen in Luik en omstreken, waar tien-
tallen menschen op straat plotseling dood ble-
ven, nadat zij den mist hadden ingeademd,
scheen te Amsterdam een zekere ongerust
heid te bestaan, die wellicht verband hield
man dat zeide, kwam een hert met ge-
sdhroeide vacht uit het vlammende woud
en naderde hen tot op een paar meter,
toen zwenkte het naar het Oosten en ver-
dween als een bliksemflits tusschen de
enkele boomen, die er nog stonden, in de
diepte van het oerwoud.
Westerman en Barnes, die door dit
voorval waren opgesprongen, keken el-
kaar eens veelbeteekenend aan.
..Arangoi is niet de eenige, die uit zijn
leger verdreven is zei de planter. ,,Ik
heb heele troepen apen gezien. wilde var-
kens en zelfs een paar slangen." Hij wreef
zijn handen en lachte eens. „Weet je,
Barnes, dat ik best kan meevoelen met
onzen half-wijzen vriend. Er is iets bui-
tengewoon verfrisschends in het gade-
slaan van zoo'n brute, baldadige ver-
woesting
Dat kan wel", gaf de andere toe. „De
menschelijke natuur is ondoorgrondelijk.
Onder andere omstandigheden zou ik dat
arme dier geschoten hebben en toch
had ik er medelijden mee, toen het langs
kwam
Vijf minuten later liet Westerman den
controleur alleen op den boomstam zitten
om eens te gaan kijken, wat zijn koelies
uitvoerden.
Daar het vuur hoe langer hoe feller
werd, leek het Barnes of een schroeiende
hitte in groote golven over hem heen voer.
Er waren oogenblikken, dat hij meende
het niet langer te kunnen uithouden
en toch voelde hij zich gedwongen om
daar te blijven zitten, zijn hoofd in zijn
handen gesteund. Westerman had gelijk,
toen hij sprak van de bekoring van dit
schouwspel. Het geloei van de vlammen
was oorverdoovend; stukken bamboe
sprongen naar alle kanten, als salvo s van
een geschut; een woeste, ontembare vuur-
zee woedde langs het droge pras, totdat
alles een groote massa gloeiende lava ge-
leek, die uit den krater van een werkenden
vulkaan werd gestooten. En tusschen
dezen hellen stroom staken vreemd om
hoog een paar zwartberookte boomstom-
pen.
Verblind en half verstikt, gedwongen
ten laatste om een koeleren observatiepost
te zoeken, trok Barnes zich zonder het te
weten terug op de plek, waar de waringin
had gestaan. Hij herkende de piaats niet,
eer hij gestruikeld was over een paaltje,
dat den nieuwen weg aangaf.
Opeens geraakte hij in een hoop smeu-
lende overblijfsels, die duidelijk zichtbaar
waren in het schijnsel van den brand en
hij zag een reusachtiae gong, die als door
een voorhamer gebeukt was tot een
leelijke. vormelooze massa.
En voor de tweede maal in zijn lev en
zag hij de purperen schaduw, die door de
vuurzee over deze open piaats geworpen
werd.
Zijn pijp viel hem uit den mond en een
oogenblik werd hij door vrees overmees-
terd. Het was alles zoo duidelijk, zoo
sdherp omlijnd. Zoo onmiddellijk na
Arangoi's beschrijving van zijn visioen,
tastte het voor een oogenblik zijn gewone
nuchtere kalmte aan en deed hem bleek
en bevend staan.
Flavins lezing van de geschiedems
schoot hem weer te binnen: de man, die
het schaduwbeeld van een aap vertoonde.
Met moeite herstelde hij zich en draai-
de zich om, half en half verwachtend den
bewaker van den geest achter zich te vin
den. Er was echter niemand, dan de koe
lies, wier schor geschreeuw door den
nacht weerklonk.
Opeens gooide hij zijn hoofd achterover
en lachte luidkeels. Hij werd door gees-
ten vervolgd en daar in het midden
i van den reusachtigen waringin-stomp was
heel eenvoudig de oplossinp van het oe-
heim, dat hem zoo angstig had gemaakt.
Ccnducteur keek door't portierraa*t,
Zd bekefdhet spijt me zeer
Moor U zit daar inNiet Rooken",
Dus die pijp meet weg meneer
De tii&neer blics eat btauw wo Ike
Door Viet roam, van.de coupe,
Ccnducteur zeidot verandert,
0a U gang maar, "t is 0*E
Clmqt Doortntx>»
ECHTt FR1ESCHE
1 20-50 a. PER.ON5
A44
(Ingez. Med.)
met het felt, dat ten tijde van deze gebeurte-
nissen in Belgie, ook hier te lande in vrjj
sterke mate nevel optrad.
In verband hiermede heeft het persbureau
Vaz Dias zich tot Dr. L. Heijermans, den di-
recteur van den Gemeentelijken Geneeskun-
digen en Gezondheidsdienst te Amsterdam
gewend.
Dr. Heijermans gaf als zijn meening te
kennen, dat voor ongerustheid geen reden be
hoeft te bestaan. Mist op zichzelf men
denke in dit geval slechts aan Londen, dat
geregeld dagenlang in een bruinachtigen nevel
gehuld is is doorgaans niet schadelijk voor
de gezondheid. De verschijnselen, welke zich
te Luik voordoen bij de slachtoffers, beston-
den uit een prikkelend, branderig gevoel In
de keel en andere symptomen van dien aard.
Hier moeten andere invloeden aan het werk
zijn geweest, aldus Dr. Heijermans. De funeste
gevallen hadden piaats in een industriegebied
waar uit den aard der zaak geregeld schade-
lijke dampen in het luchtruim ontsnappen.
Zeer waarschijnlijk zijn deze blijven hangen
doordat alle omstandigheden meewerkten
windrichting, dikke zware mist, de vallei-
vorm van de streek, enz. Voor zoover uit het
onderzoek gebleken is, waren bovendien de
slachtoffers alle personen, wier hart of Ion-
gen niet geheel in orde waren.
Om de een of andere reden, die hij self
wel het beste zou weten, had Arangoi zijn
geliefd beeldje daar achtergelaten.
Hij raapte zijn gevallen pijp op, veegde
haar met zijn zakdoek af en stopte haar
opnieuw.
Als een klein kind was hij gesdhrokken
van een schaduw, die veroorzaakt werd
door een ornamentje. Hij had het land
aan zich zelf en was dankbaar, dat Wes
terman of Flavin hem niet op dat oogen
blik waren komen zoeken en zijn doods-
schrik hadden gezien.
Hij aarzelde, toen hij den brand in zijn
tabak wilde steken en keek scherp toe.
_^A W CIO iu*-n 1CIJ jjiiciciiyvj 1" v*v.bw
plek, want hij voelde opnieuw een koude
huivering van angst en bovendien had hij
Er was toch iets griezeligs in deze open
:fde
0 angs
de overtuiging, dat achter die verkoolde
massa, dat eens een hut was geweest, iets
voorzichtig voortsloop.
Hij beet hard op de steel van zijn pijp
en met zijn rijzweep in de hand, stapte hij
naar voren. Een paar meter voor hem uit
kraakte en brak een tak en een vreemd-
gele hand schoot achter de rui'ne te voor
schijn en greep den koperen aap.
,,Hei," hoorde hij zich zelf roepen, zoo
luid hij kon. ,,Wie ben je. Wat voer je
daar uit
Hij liep snel den boomstronk om en zag
nog juist een in elkaar gedoken figuur aan
den anderen kant van de ineengestorte
hut kruipen en toen wegsnellen als de
wind. De gestalte verdween achter een
rookwolk, die door den wind werd neer-
geblazen en Barnes begon zijn jacht. Hal-
verwege tusschen de opengehakte plek
en de brug verloor hij zijn prooi geheel
uit het oog en stuitte toen weer op een
uitlooper van het vuur en op Arangoi, die
met zijn rug naar de vuurzee hem aan-
staarde.
(Wordt vervolgd.)