meijer's e ffleerenbaai-labak Vaot^npJu>Goe/c6! Voor Zelfscheerders UwZenuwen 15 ct 12 ct. ITOct. c Friesche ta ct. tOct. PEP HALF ONS GEMEENTERAAD VAN SAS VAN GENT. Mijnhardt's Zenuwtabletten S A -. l\OORUC (Ingez. Med.) betaande uit de heeren J. C. A. L. Berkers, burgemeester, P. de Hullu en F. A. Hiller, op audientie geweest bij den Minister van Waterstaat, om het belang van Sluis te be- pleiten i.e. het door die gemeente leiden van den nieuwen Rijksweg. De Minister uit zijn bevreemding, dat de hoofdingenieur of een van zijn vertegenwoor- digers geen overleg met het gemeentebestuur had gepleegd. en hjjl verzocht den burge meester zich in verbinding te stellen met den nieuwen hoofdingenieur-directeur, terwijl hij toezegde zoo eenigszins mogelijk in 1931 zelf 'n bezoek aan Sluis te zullen brengen. Een ander bericht in hetzelfde blad meldt, dat de Belgische stoomtram op het traject SluisWestcapelle zal worden vervangen door autobussen en van af Westcapelle tot Brugge, resp. Knocke door een electrische tram. Vrijdag den 31 October 1.1. des namiddags om 6 uur, was de gemeenteraad ter vergade- ring opgeroepen. Om half zeven gingen de deuren open en bleken alle leden met uitzondering van den heer IJsebaert, die echter later ter vergade- ring verscheen, aanwezig te zijn. De Voorzitter, inmiddels van verlof terug- gekeerd, opent de vergadering, waarna de Secretaris aangezocht wordt, de notulen van de vergadering gehouden op 5 October 1.1. voor te lezen. Deze worden onveranderd goed- gekeurd. Als mededeeling komt ter tafel een inge- komen stuk houdende bericht, dat de bij be- sluit van 16 Juni 1.1. genomen wijzigingen in de heffing van de Personeele belasting voor wat betreft de vervalling van de grondslagen biljarten, paarden en pleiziervaartuigen en de klassificatie der gemeente zijn goedgekeurd, terwijl het Koninklijk besluit spoedig kan ver- wacht worden. Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aangenomen. Als tweede punt komt ter tafel een voor- stel van Burg, en Wethouders tot toetreding als lid van den A. N. W. B. Toeristenbond van Nederland, tegen een jaarlijksche bijdrage van 25. Door het bestuur van den A. N. W. B. wordt onder aanvoering van de bekende argumenten deze toetreding bepleit. De Voorzitter leidt het voorstel van Burg, en Weth. in. Als bewijs van weerdeering van de voortdurende verbeteringen in het belang van het verkeer stellen Burg, en Weth. voor toe te treden als buitengewoon lid van den A. N. W. B. tot wederopzegging tegen een jaarlijksche contributie van f 25. De heer de Leux: Daarover zou ik een woord willen zeggen. Dat de A. N. W. B. practisch werk doet wil ik best gelooven. Maar voor de grensgemeenten doet hij niets. De Belgen komen hier allemaal vrij op de fiets binnen, maar als wij naar Belgie willen, moeten we voorzien zijn van een certificaat. Ik zou graag zien, dat de A. N. W. B. stap- pen deed bij de Belgische regeering om de passe-avant voor de grensgemeenten af te schaffen, zoodat wij vrij in Belgie kunnen komen. 3 heer Neeteson: De A. N. W. B. geeft zijn leden gratis een passe-avant. De heer de Leux: Aan zijn leden. Ik zou meenen, dat de A. N. W. B. met de Belgische regeering in contact moest treden, en zou willen, dat hjj het daarheen wist te leiden, dat de grensbewoners zonder formaliteiten wer- den toegelaten. De heer de Mul: Zoudt u niet meenen, dat de gemeente niet goed zou doen voor de in- woners gratis paspoorten aan te vragen. De heer Verschaffel: De gemeente zou moe ten infonmeeren of de A. N. W. B. daaraan wil medewerken. Maar dat moet geen sta in den weg zijn om niet toe te treden. De Voorzitter: Wij zullen zien, wat wij in dezeh doen kunnen. Het voorstel wordt hierna met algemeene stemmen aangenomen. Aan de orde komt thans punt 3 van de agenda: Schrijven van de Centrale Vereeni- ging ter behartiging der maatschappelijke belangen van zenuw- en zielszieken om lid te worden van de vereeniging tegen een jaar lijksche minimum contributie van 50. In een breedvoerig betoog, dat als bekend mag verondersteld worden wijst het bestuur dezer vereeniging op de groote voordeelen, die aan het lidmaatschap verbonden zijn. De Voorzitter, het edele doel en werken de zer vereeniging erkennende en prijzende als een nuttig sociaal werk meent echter te moe ten adviseeren afwijzend op dit verzoek te moeten beslissen, aangezien voor de gemeente geen plaatselijke belangen daaraan verbonden zijn. Er wordt zonder hoofdelijke stemming af wijzend op dit schrijven beschikt, waarna punt 4, vaststelling van het aanvullend kohier der belasting op de honden over het loopende jaar ter tafel wordt gebracht. Volgens het door den Secretaris uitgebracht rapport blijken 8 honden eerste en 3 honden tweede klasse, met een bedrag van 43 in de termen te vallen. De heer De Leux: Hebben Burg, en Weth. al eens erover gedacht de belasting op de honden te regelen zooals de raad zich daarover heeft uitgesproken. De Voorzitter: Ja, wij hebben gedacht, dat dit al een van de minste belastingen is, die ieder zich kan veroorlooven. De heer de Leux: Daar ben ik het niet mee eens. Rijken kunnen die belasting gemakke- lqk betalen, maar een arbeider, die ook dieren- vriend is, moet er tegen op zien. Het zou zeer goed mogelijk zijn, die belasting naar de rijks- belasting te regelen, dan zouden arbeiders-die- renvrienden ook in de mogelijkheid zijn een bond te houden. Maar f 10 is voor een arbei der heel wat. Daarvoor moet hij zich heel wat ontzeggen en toch is het voor iedereen niet gemakkelijk om van een hond afstand te doen. Als Burgemeester en Wethouders niet met een voorstel komen, zal ik zien zelf met een voorstel te komen. Hierna wordt het suppletoir kohier conform het voorstel vastgesteld met algemeene stemmen. Het volgende voorstel is thans aan de beurt, n.l. voorstel tot beschikbaarstelling van het lokaal der arbeidsbeurs voor de wekelijksche zittingen van den Raad van Arbeid a 2 per zitting. Zonder nadere discussies wordt na een in- leidend woord van den Voorzitter in dien geest besloten. Evenmin geeft het volgende voorstel: In- trekking van landpachten, aanleiding tot in- menging. Volgens mededeeling van den Voorzitter komen voor intrekking met het oog op aan- leg van wegen, bouwplannen en dichting van een watergang daarvoor in aanmerking de perceelen tot dusverre in pacht bijMeeuwsen, Dierick, Mussche en v. Rijssel. Met algemeene stemmen wordt in den voorgestelden geest be sloten. Het volgende voorstel komt thans ter tafel: Benoeming van een lid der Commissie van toezicht op het lager onderwijs, wegens perio- dieke aftreding van M. de Zeeuw op 1 Jan. a.s. Als stemopnemers wijst de Voorzitter aan de heeren De Leux en de Mul, terwijl als twee- tal candidaten genoemd worden de heeren De Zeeuw en Geillet. Na stemming blijken op den heer De Zeeuw zes stemmen te zijn uitgebracht, zoodat deze titularis herkozen is. Voorstel 8, dat thans ter tafel komt, heeft ten doel: herziening der jaarwedden van de vaste arbeiders in gemeente-dienst en wijzi- ging van hun pensioen-grondslag. Dit voorstel inleidende zegt de Voorzitter: Mijne Heeren. Burgemeester en Wethouders stellen voor de aanvangsjaarwedde van de ge meentewerklieden te bepalen op f 1040 met 3 een-jaarlijksche verhoogingen. n.l. een van f 60 en de tweede en volgende ieder op 50 tot een maximum van f 1200. Daardoor wordt het salaris voor Aarsens op 1 Jan. 1931 f 1200 en voor Van Ham 1100 De heer IJsebaert verschijnt ter vergade ring, terwijl de heer De Mul over het gedane voorstel het woord neemt. Mijnheer de Voorzitter. Is er reden voor de beide gemeentewerklieden niet gelijk te be- zoldigen. Dit voorstel komt dus neer, dat de een 21 en de ander /23 krijgt. Ik kan nu niet goed indenken hoe Burg, en Weth. argu- menteeren om twee gemeentearbeiders niet precies gelijk te beloonen. Zij doen hetzelfde werk, dezelfde prestaties. Zoudt u niet den- ken, dat, waar de een 23 en de ander slechts f 21 ontvangt deze laatste niet graag zijn werk doet. U zult mij antwoorden, dat de een meer dienstjaren heeft dan de ander. Toch zag ik beiden liever op gelijken voet behandeld. Deze regeling gaat niet op, zooals op een kantoor waar verschillende klerken zijn, dat de eerste de chef meer verdient dan de ander. Dat staat in verband met de meerdere capaciteiten van den een tegen den ander. Ik doe dan ook een beroep op de overige leden van den raad de menschen gelijk te bezoldigen. Liever zou ik zien, dat de een in plaats van 23, 22 ver- diende en allebei gelijk betaald werden. Ik zal mijn best doen zooveel mogelijk de zuinigheid te betrachten, maar ik vind dat deze zuinig heid aan den ondersten kant raakt. 23 is niet te veel. Zij hebben onkosten, een hond, daarom is f 23 niet te hoog. Wij zullen mogen eischen, dat zij hun werk goed doen en met liefde en stel daarom voor 23 te geven. De heer De Leux: Na hetgeen zich in een vorige raadsvergadering heeft afgespeeld, had ik gedacht, dat Burg, en Weth. met een voor stel zouden gekomen zijn. Ik geloof dat de andere raadsleden daarmee niet accoord gaan, daar de gemeentewerklieden in doorsnee min der verdienen dan de fabrieksarbeiders. De gemeente exploiteert niet alleen twee menschen maar ook hun trekdieren. Ik zal het onderhoud van een hond niet hoog schat- ten, n.l. op 20 cent per dag, dat maakt 1.40 in de 7 dagen. Dat komt met risico voor doodgaan, slijtage enz. samen op 3 te staan. Ik zou willen zien, dat zij behoorlijk bezoldigd werden. Een fabrieksarbeider verdient 22. Daarom zal ik het voorstel doen de menschen beiden f 1200 te geven. De heer Neeteson: Ik wil opmerken, dat door de discussies eenige verwarring gescha- pen is. Burg, en Weth. bedoelen niet onder- scheid te maken van gemeentewerklieden. Het voorstel bedoelt een nieuwe regeling voor den een en voor den ander. Het schijnt dat de heer De Mul dat niet goed begrepen heeft. Als Van Ham 3 jaar hier is, krijgt hij ook 1200. De heer De Mul: Ik wil alleen zeggen dat 't niet aangaat den een niet zooveel te geven als den ander. U kunt wel zeggen, iemand die er al 3 jaar is verdient iets meer, maar een arbeider is een arbeider. Zij moeten het zelfde werk verrichten. De heer Stouthamer: Ik kan het gezegde van den heer De Mul volkomen onderschrijven. Het is ook mijn gedacht. Ook wat hij zegt over de ambtenaren. Wanneer de een meer presteert dan de ander verdient de eerste ook meer. Maar hier zouden geen periodieke ver hoogingen moeten plaats hebben. De heer De Leux: Van Ham is aangesteld op hetzelfde loon als Aarsens. Nu is er over verhooging gesproken en komen Burg, en Weth. met dienstvoorwaarden. De heer Marquinie: Dat voorstel is ge- schapen omdat Burg, en Weth. tevreden zijn over Aarsens. Hij is aangesteld op f 1040 en heeft in die jaren goed zijn werk gedaan. Hij heeft zelfs meer gepresteerd dan van hem geeischt werd. De tweede persoon is pas en- kele maanden in dienst en heeft nog niet ge presteerd wat Aarsens gepresteerd heeft, of- schoon ik moet zeggen, dat wij tevreden zijn over zijn werk. Als wij nu /60 geven en de volgende jaren nog telkens f 50 tot hij het maximum bereikt heeft, moet hij toch erken- nen, dat hij niet onbillijk behandeld wordt. De heer De Leux: Daarmee ben ik het niet eens. Aarsens is een goed stadsreiniger en heeft zijn werk steeds goed verricht. Als hij nu na 15 jaar pas verhooging krijgt en Burg, en Weth. zoo tevreden over hem waren, had- den zij dat reeds lang moeten doen. Als de gemeente er trekdieren bij moet bekostigen kost haar dit minstens 300, want geen mensch is bekwaam zonder trekdier den vuil- niswagen op het Dijkje te brengen. Ik stel daarom voor beiden 1200 te geven. De Voorzitter: We zijn toch wel billijk. Toen we gemerkt hebben, dat het werk te zwaar werd voor een man hebben we een tweeden stadsreiniger voorgesteld. Dat kost toch de gemeente 1040. Ik zeg niet, dat we tegen verhooging van Van Ham zijn, maar Van Ham was er aanvankelijk mee tevreden. Meer zal ik er niet van zeggen. De heer Neeteson: Alvorens tot stemming Eerst een weinig Purol inwrijven en daarna inzeepen; dan scheert men zich schoon, zacht en pijnloos. (lngez. Med.) over te gaan wensch ik nog dit te zeggen: De heer De Leux noemt de bezwaren op aan dit voorstel verbonden, maar hij verzuimt de voor deelen te noemen. Ten eerstd is het een ge makkelijk werk, waaraan gratis pensioen ver bonden is. Hun jaarwedde is premievrij. Ook is hun positie bij die van de fabrieksarbeiders vergeleken vaster. Hij zal moeten erkennen, dat die beter is. Fabrieksarbeiders zijn er niet voor hun leven. De heer De Leux: Dat wil ik graag be- kennen, maar van 1040 kan men niet leven. Dat is de kwestie. Zij hebben wel vrij pen sioen, maar gaan met /20 naar huis. De fabrieksarbeiders zyn er beroerder aan toe, dat weet ik, er zijn er velen onder die den pensioengerechtigden ouderdom niet bereiken. Ik zal evenwel niet in herhaling treden en stel voor het verststrekkende voorstel in stemming te brengen. Dat is mode. De Voorzitter: We zullen van den gewonen gang van zaken niet afwijken. Burg, en Weth. stellen voor als door mij in den aanhef is rnede- gedeeld. Als dat voorstel niet wordt aangenomen kan het voorstel De Leux in be- handeling komen. De heer De Mul: Ik wil het voorstel doen f23 te geven. De heer De Leux: Ik ook. De heer IJsebaert: Ik heb er niets tegen, dat Van Ham evenveel verdient als Aarsens, maar meen, dat wie meer dienstjaren heeft toch meer moet verdienen. Ik ben voor het voorstel van Burg, en Weth. De heer De Leux: Ik kan den heer IJse baert niet begrijpen. U zijt toch de eerste, die dat moest begrijpen. Doet dan een voor stel om Aarsens 24 te geven. De heer IJsebaert: Dat wil ik wel doen. De Voorzitter een eind wenschende te maken aan de lange discussies brengt thans het voor stel van Burg, en Weth. in stemming. Het wordt met 4 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen stemmen de heeren De Leux, Stout hamer en De Mul. De heer De Leux: Ik doe nu een ander voorstel om de gemeentewerklieden als tege- moetkoming voor regenjassen en trekdieren jaarlijks 125 te geven. De Voorzitter: Burg, en Weth. zullen dat overwegen in de volgende vergadering. De heer De Leux: Dus mag ik geen voor-' stel doen. Als het in uw kraam te pas komt mag wel van de dagorde afgeweken worden. De Voorzitter: Met u vanavond geen woord meer. De heer De Leux: Dat spijt mij niet. De Voorzitter: Burg, en Weth. stellen thans voor den pensioengrondslag van Aarsens vast te stellen op 1200 en van Van Ham op f 1100. De heer Van Ham, van de publieke tribune roepende: ,,voor mij niet noodig". De Voorzitter: Nog een woord en ik laat u uit de zaal verwijderen. Het llde punt van de agenda: Voorstelling van den pensioengrondslag van J. A. Raes wordt met algemeene stemmen aangenomen. Deze wordt vastgesteld op 1795. Daarna komt de beurt aan de vaststelling der begrooting van 't Burgerlijk Armbestuur. De rapporteur, de heer Verschaffel verklaart op de begrooting geen op- of aanmerkingen te hebben. Alleen op wat daarover particu- lier gezegd is in de vorige vergadering wenscht hij nog even de aandacht te vestigen. De begrooting in ontvangsten en uitgaven gebracht op f 5141,86 wordt zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Na te berde brenging van de Gemeentelijke Electriciteits-begrooting over 1931 deelt de zelfde rapporteur mede ook daarop niets te hebben aan te merken. Zij wordt vastgesteld op een bedrag in ont vangsten den gewonen dienst betreffende op f 19649,50 en voor den kapitaaldienst op 2600. De begrooting van den vleeschkeurings- dienst Sas van Gent voor 1931 wordt zonder op- of aanmerkingen van de zijde des rappor teurs aangenomen met een bedrag in inkom- sten en uitgaven van 3350. De vaststelling der gemeentebegrooting over 1931, als punt 13 op de agenda voorkomende, vormt het sluitstuk in de begrootingsreeks. Als rapporteur van de Commissie verklaart de heer Verschaffel, op een desbetreffende vraag van den Voorzitter, daarop eenige aan merkingen te moeten maken. Op volgnummer 28 wordt aangemerkt: dat sommige leden de opmerking hadden gemaakt, dat geen vergoeding was uitgetrokken voor leden van het stembureau wegens loonderving lot een bedrag van het eventueel te derven dagloon. De heer Neeteson acht de clausule, die zulks wenschen niet in orde. Hij meent, dat het verkieslijker is presentiegeld toe te kennen. De Voorzitter: Toch is er iets voor, wat de heer Verschaffel naar voren brengt. Er kunnen in het stembureau leden zitten, die in de fabriek werken. Deze zouden in de ge- legenheid moeten gesteld worden hun dagloon vergoed te krijgen. De heer Stouthamer: Zij die in de fabriek werken moeten hun dagloon kunnen krijgen, zonder dat iederen keer kenbaar behoeven te maken. De heer Verschaffel: Wij hebben erover ge sproken. De heer De Leux: Er is in de Commissie gesproken presentiegeld toe te passen. Som mige leden waren er tegen. Maar zij waren er voor, dat zij die loon derven, dat konden verzoeken vergoed te krijgen. De tweede opmerking gold volgnummer 82. Twee leden meenden samenwerking te moe ten zoeken met Philippine en Westdorpe, 66n lid gaat met het voorstel van Burg, en Weth. accoord. Dat volgnummer ziet op een post groot 2500. Zij meenen dat Sas van Gent aan iemand een salaris moet geven b.v. 4000 waarvan hij kan bestaan, maar dan daaraan de voorwaarde te verbinden, dat hij binnen de gemeente geen particulier werk mag verrich ten, om zoodoende praatjes te voorkomen zoo als verleden jaar de ronde deden. De heer Neeteson: Wij willen deze zaak ook wel eens bespreken, maar ze is niet in dat stadium gekomen. De Voorzitter: Wat betreft een directe be noeming dan zou men daaraan de voorwaarde kunnen verbinden wanneer een instructie daar was. Het betreft hier den gemeente-archi- tect, den heer Henning. Met f 4000 zou niet bereikt worden, dat de heer Henning afzag van werkzaamheden, waarmee duizenden guldens bijgebracht wor den. De heer IJsebaert: Maar het is ook niet de bedoeling van de Leux dat de architect werk buiten de gemeente doet. Hij bedoelt alleen particulier werk binnen de gemeente.. Een derde opmerking betreft art. 117. Een lid vindt 2000 uitgetrokken voor af- voer van vestingterreinen te laag. Dat lid stelt voor een steunregeling in te voeren voor uitgetrokken werkloozen. De heer De Leux: Ik ben dat lid. Ik heb daar al meer op aangedrongen, maar er staat nog niets op de begrooting. Als ik zie hoe de crisis met hare grijpklauwen rondom zich heen grijpt en we hier zonder steunregeling zijn, dan vraag ik me af, hoe gaan we de werk loozen later aan eten helpen. Of zijn Burg, en Weth. van plan de menschen naar het arm bestuur te verwijzen! 't Was toch te doen voor Sas van Gent om een steunregeling te maken. Andere gemeenten hebben die toch ook. Sas van Gent kan bogen op goede financien. Hoe zullen Burg, en Weth. in 't voorjaar de werkloozen aan werk en eten hel pen. De heer De Mul: Ik geloof dat de heer De Leux deze zaken te donker inziet. We hebben altijd gezien, dat Burg, en Weth. wan neer het noodig was in de bres springen en geven waar het werkelijk noodig is. 't Is mogelijk dat een tijd komt dat aan steun moet gedacht worden, maar voorloopig acht ik dat niet noodig. De heer Verschaffel: We hebben dat ook in de commissie besproken. Ik geloof ook dat de heer De Leux te pessimistisch is. Ik ge loof dat de werkloosheid niet erger zal wor den dan verleden jaar. De heer Stouthamer: Als het niet erger is dan verleden jaar, is het dan een sta-in-den- weg als er een steunregeling is. Ik zie aanko- men dat we dat wel eens noodig zouden krij gen; dan werkt die steunregeling zeer goed. Dan is het niet langer noodig dat een winke- lier of middenstander die menschen moet on- derhouden. Die toestand is hier zoo altijd ge weest. Het is niet aan den middenstander, maar aan de overheid dat te doen. De heer MarquinieEr is 2000 voor werk- verschaffing uitgetrokken. Als er veel werk loosheid heerscht is dat niet genoeg. Maar ik geloof dat we tot nu toe altijd goed ge- zorgd hebben. Misschien is er meer noodig, maar wanneer we met 2000 niet toekomen kunnen we altijd meer geven. 't Best is het te laten zooals het altijd gegaan is. We heb ben altijd de gelegenheid productief werk te geven. Is het niet genoeg, dan kunnen we den post verhoogen. Het zou 't best zijn als de heeren raadsleden dat nog eens aan Burg, en Weth. overlaten, meent de heer De Mul. De heer De Leux^ Ik begrijp den heer De Mul niet. 2000 zijn gauw opgebruikt. De heer De Mul: Burg, en Weth. hebben steeds bijgepast. De heer De Leux: Toch zag men verleden winter menschen aan den dijk loopen, en die door den winkelier moesten onderhouden wor den. Waarom geen steunregeling. Waarom bezuinigd Sas van Gent op kleine loonen en niet op groote leden. Als voor een park f 12000 gevraagd wordt kunnen ze er zijn, maar voor de arbeiders kan geen geld gevonden worden. De heer De Mul: We hebben altijd gezien, dat Burg, en Weth. dat goed doen, we moe ten hun dat niet uit' de handen nemen. De heer De Leux: Steunregeling is een recht. Ze hoeven den steun dan niet uit de handen van Burg, en Weth. te nemen. De heer Verschaffel: Dat is de zienswijze van den heer De Leux. Maar we hebben de ondervinding, dat Burg, en Weth. steeds goed gezorgd hebben. De heer Marquinie: Wij hebben nog altijd een flinke partij werk liggen. Ik ben ook niet om iemand te laten rondloopen, die 't noodig heeft. Ik meen, dat de raad dat gerust aan Burg, en Weth. kan overlaten. De heer Stouthamer: Als dat alles zoo is, dan kan er toch geen bezwaar zijn een steun regeling te maken. Als we ze niet noodig hebben, wordt ze niet gebruikt. Ik kan me niet voorstellen, dat de raad er tegen kan zijn. De heer De Mul: Vindt u het dan niet ple- zierig, dat er geen steunregeling noodig is ge weest. De heer Stouthamer: Heel plezierig. Ik hoop zelfs, dat het lang zal duren voor de men schen komen om steun te trekken. Daarom zag ik graag dat steunregeling kwam. De heer De Leux: Willen Burg, en Weth. de toezegging doen de werkloozen steeds aan het werk te zetten, dan zal ik de steunregeling loslaten. Ik zie ook liever werken dan steun trekken. Durven Burg, en Weth. dat toezeg- gen. De heer Neeteson: Ik zou u op uw laatste vraag kunnen antwoorden, dat werkverschaf- fen ook steunregeling is. Wij geven steun met arbeid. De heer De Leux: De toestand is niet roos- kleurig. Ik hoor dat bij de Glasfabriek ook weer werkvolk wordt afgedankt. De heer Verschaffel: Er wordt steunrege ling erkend. Men legt daar /2000 neer en die grondslag wordt altijd overschreden. De heer De Leux: De financieele toestand van de gemeente is toch gunstig genoeg om een steunregeling in te voeren. De heer Marquinie: Waar hier besloten is om het bouwen van 25 arbeiderswoningen zou ik er niet voor zijn die te bouwen in dezen tijd. Ik hoop dat die menschen daarmee nog wat zullen wachten. De heer Neeteson: Ik hoor hier herhaal- delijk zeggen dat de toestand van de gemeente zoo schitterend is. We moeten ook zorgen dat dit zoo blijft. Mag ik de heeren eens in overweging geven om na te gaan hoe in ge meenten van dezelfde grootte als Sas van Gent daar de belasting bedraagt en hoeveel hier. De heer De Leux: Neen, de belastingschroef is hier nog niet zoo aangeschroefd. We heb ben nog bronnen genoeg. De Voorzitter: Dat Burg, en Weth. het unaniem zoo eens zijn om met geen voorstel len te komen voor een steunregeling heeft zijne ernstige reden. Niemand beter dan Burg, en Weth. kennen den toestand van den arbeider. Zij zijn er dagelijks mee in contact. Zij weten goed hoe 't hier in de huisgezinnen toegaat. 't Is waar in veel gezinnen moet men zich sober behelpen. Burg, en Weth. zijn steeds bereid zooveel mogelijk te helpen waar het noodig is. Wij zijn lid van de werkloo- zenkas, waarin een aanzienlijk bedrag voor de gemeente gestort wordt. In 1930 is daarin 1485,45 gestort. Is men over Burg, en Weth. niet tevreden geweest toen men aangedrongen heeft op werkverschaffing. Er is nog heel wat in het vooruitzichtaf- making van het park, aanleg van straten, dempen van een waterleiding. Aan werkverschaffing in 1930 is uitgege- ven 4591,23 1485,45, totaal 6076,68. Waar vindt men zoo'n groote uitgaven in ge meenten van dezelfde groote als Sas van Gent. Daarom stelt vertrouwen in Burg, en Weth. De heer Stouthamer: Ik ben zeer tevreden over die som. Als Burg, en Weth. het vol- gend jaar zoo handelen zal ik dat zeer op prijs stellen, maar dat is toch geen bezwaar om een steunregeling in het leven te roepen. De heer De Leux: Er is nog een post op de begrooting waartegen bezwaar wordt in- gebracht. Er is 750 uitgetrokken voor den tweeden ambtenaar ter secretarie. Dat is te weinig. Is het te veel gevraagd aan een amb tenaar van 20 jaar f 1000 aan loon toe te ken nen. Van 750 kan een jongmensch die zijn kost moet betalen en ook zelf wel eens een huishouden willen oprichten onmogelijk be staan. De heer Marquinie: Het is een voorstel van Burg, en Weth. De raad kan dat veranderen. Het is ook weinig. De heer Neeteson: Het was altijd regel, dat komen tot rust, kal- meeren en worden daarbij tevens gesterkt door het gebruik van Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten. (Ingez. Med.) naast een hoofdambtenaar een jonge man werd genomen, die hier zijn opleiding genoot om een betere positie te krijgen. Dat is de reden, dat het salaris zoo laag is. De heer De Mul: Is dat iemand die noodig is, of kan hij gemist worden? De heer De Leux: Is het goed dat telkens een andere ambtenaar komt. Ik zie toch dat er werk voor een tweede ambtenaar is. De heer Verschaffel: Heeft de gemeente een tweede ambtenaar noodig. De Voorzitter: Daarop moet ik wel ja zeg gen. De heer Verschaffel: Dan is het een andere kwestie. De Voorzitter: Burg, en Weth. hebben er niets op tegen om te verhoogen, maar of het nu direct f 1000 moet zijn, daar kunnen we nu ook niet over beslissen zonder Burg, en Weth. te hooren. Zou de raad niet willen be- ginnen van f 650 tot f 850. De heer Verschaffel: Ik heb daarover een andere zienswijze. Als de ambtenaar vast is, dan is 750 te laag; is hij slechts tqdelijk dan maakt het een verschil. De Secretaris zegt dat hij wel degelrjk noo dig is. De Burgemeester ook. De heer Verschaffel: Willen Burg, en Weth. er dan eerst nog eens over spreken. De Voorzitter Er is een klein verschil van meening in het college van Burg, en Weth. De heer Verschaffel: Wanneer we dien amb tenaar noodig hebben moeten we hem ook fat- soenlijk bezoldigen. De Voorzitter: Hij is vast aangesteld, niet tijdelijk. De heer De Mul: Ik zou Burg, en Weth. in overweging willen geven zijn salaris te ver hoogen. De heer Stouthamer: Burg, en Weth. zeg gen hij is noodig. Dat Burg, en Weth. dan met een voorstel komen. Hij is vast benoemd. De Voorzitter: Zou de raad niet willen be slissen het .salaris te brengen op f 850. We hebben dan den tijd om nog eens samen te overleggen. Er is een klein verschil bjj Burg, en Weth. en geschil te goeder trouw. De heer Neeteson: Het verschil dat bestaat is in den kijk, dien ik op de zaak heb. De tweede is die van u. Mijn standpunt is, dat het in 't belang van den jongeman is verder te kijken. Ik ben van oordeel dat er een prik- kel moet blijven om hier weg te komen. Als je f 1000 geeft neemt men dien prikkel weg. De heer De LeuxGeef hem dan f 900, dat hij zijn kostgeld kan betalen. De heer Marquinie900 is toch altijd een prikkel om naar een andere betrekking uit te zien. De Voorzitter: Mijn standpunt is, dat een vast ambtenaar een prikkel moet hebben om weg te komen, maar dat er een prikkel moet zijn om hier te blijven. Het telkens verwis.- selen van ambtenaar zie ik niet graag. Met f 750 kan een jongmnesch niet toe komen. De heer De LeuxIk stel voor f 900. Het voorstel wordt in stemming gebracht en aangenomen met algemeene stemmen. De heer De Leux geeft hierna te kennen eenige beschouwingen te willen houden over de afgeloopen periode, waartoe hem door den Voorzitter de gelegenheid verschaft wordt. De heer De Leux: Als ik den toestand, die afgeloopen is eens herzie, dan moet ik mijn ontevredenheid uitspreken over de weinige samenwerking vein Burg, en Weth. met de overige leden van den raad. Als hier gespro ken werd over verbetering in sommige zaken, was het antwoord altijd: We zullen zien. Maar nu heb ik altijd gezien, dat alles het zelfde bleef. Zoo is in den toestand in de Flankstraat nog geen veranderinggekomen. 't Is of Burg, en Weth. zeggen: Jullie kunnen wel je gedachten daarover uitdrukken, maar wij storen ons daar niet aan. Veel dingen waarover ik gesproken heb zijn nog steeds onveranderd gebleven. Ik heb over de be- graafplaats gesproken, daar is niets veran- derd. Daags na mijn klacht in den raad werd er gemaaid en gehooid, maar toen een man uit Holland hier heen kwam om het graf zijner kinderen te bezoeken, moest hij tot aan de knieen door het natte gras loopen. Ik heb aangedrongen op het aanschaffen van een draagberrie en een kleed voor het be- graven van personen, die buiten de kerk ge- stoten zijn, omdat zij een zekere politieke partij aanhangen. Er is niets gebeurd. Ik verwijt de geestelijkheid niet dat zij de baar van de kerk niet daarvoor beschikbaar wil stellen, zij mogen dat niet, het is dan hun plicht te weigeren, maar de gemeente moet zorgen, dat de menschen begraven kunnen worden. Ook nog in andere opzichten blijkt dat de samenwerking niet is gelijk ze moest zijn. Mag Sas van Gent bogen op een bouw- verordening, nog altijd blijven hier een aan- tal krotten bestaan, waarin maar een vertrek is, waar zich broers en zusters moeten uit- kleeden en slapen, waar zieken en gezonden moeten samen zijn in een plaats. Is dit nog een tijd om zooiets nog langer te laten be staan. Daarom zou ik wel willen dat Burg, en Weth. zich eens inspanden om die krotten op te ruimen, waar alle menschen van een pri- vaat, dat langs de straat staat, moeten ge bruik maken, waar men op straat kan zien wat er gebeurt en de kinderen de deur open- werpen. Ik hoop dat het volgende jaar die krotten zullen verdwenen zijn: Ik heb gezegd. Hierna wordt de begrooting in stemming gebracht. In ontvangsten en uitgaven voor den gewonen dienst aanwijzende een bedrag van f 141105,25 en voor den kapitaaldienst f 6710,75. Zij wordt met 4 tegen 3 stemmen aangeno men. Tegen stemmen de heeren De Leux, Stouthamer en IJsebaert. De heer De Leux: Ik zou voor de begroo ting geweest zijn om dien post. Wanneer we eenmaal komen aan die benoeming zal ik er het een en ander aan verbinden. Punt 14 komt thans aan de orde: Voorstel tot het aangaan eener geldleening groot f 5000 ter uitvoering van het grenswijzigingsbesluit. De Voorzitter: Zooals de heeren weten zqn we financieel verplicht f 5000 te storten in de kas van Westdorpe tot de 50.000 zijn afge- dragen. Burg, en Weth. stellen daarom voor een geldleening aan te gaan groot 5000 tegen ten hoogste 5 aflosbaar in annulteiten en betaalbaar uit de gewone middelen. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voor stel aangenomen. Als slotpunt komt ter tafel een voorstel tot wijziging der gemeentebegrooting voor 1930. Voorgesteld wordt om den post: straten en pleinen te verhoogen met /800, uitkeering grenswijziging f 516, gratificatie Slock f 60, grondbelasting 25, nijverheidsonderwijs 100, grenswijziging f 5000. Zonder nadere discussie wordt dit voorstel aangenomen. Daar niemand der leden verder wenscht gebruik te maken van de gelegenheid tot het stellen van vragen sluit de Voorzitter ten ruim kwart over negen uur de vergadering.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 2