gemeenteraad van hoek. Te SS Wens tool -vraagt of het niet voor de gemeente goed- kooper en voor de betrokkenen beter is, dat de losse werklieden die doorloopend ibij de ge meente werken, vast worden aangesteld. Dit lid zou voor Sluiskil een zelfstandige beer- ruimingsdienst willen instellen. Hij gelooft dat dit gedkooper zal zijn voor de gemeente. Een ander lid dier afdeeling vraagt of mede in vei'band met eventueele verandering van de beerruiming te Sluiskil een vast arbeider meer noodzakelijk is. Een lid der 2e afdeeling wil de vacantie- toeslag der arbeiders afsobaffen. Daar de gemeente den laatsten tijd veel buitengewoon went uitvoert, moeten ook meerdere losse atbeiders worden aainge- nomen. Na afloop van deze buitengewone werken worden de overbodige losse werk lieden weer ontslagen. Vaste aanstelling is dus niet noodig. Daar de gemeente zich geleidelijk uit- foreidt is het noodig voor het gewoon onder- houd een vaste arbeider te benoemen. De vraag of het gewenscht zou zijn voor Sluiskil een Ibeerwagen aan te schaffen en aldaar zelfstandig te ruimen zal door ons worden onderzocht. Mededeeling, eventueel voorstellen zal door ons terzake worden gedaan. Van ons is geen voorstel te wachten tot afschaffing van de vacantietoeslag. Volgniimmer 125. Meerdere leden der beide afdeelingen achten trottoirs aan het School- pi ein-Zandstraat niet noodig. Een lid der 2e afdeeling vraagt het schfl- derswerk in het voorjaar door werklooze schil- ders te doen uitivoeren. Een lid der le afdeeling ibespreekt de be- stratingen te Sluiskil. Hij betreurt de wenug actieve houding van het college in deze izaak. Dat de gemeente door weinig medewerking van de polder voor moeilijkheden komt te staan wordt erkend, doch hiervan mogen de bewoners toch niet de dupe worden. Een ander lid dier afdeeling bespreekt de mogelijkheid om langs de Pierssenspolder- straat een klinkerpad aan te leggen, waarvoor het niet noodig is dat grond van de polder wordt gebruikt en de menschen toch afdoende worden 2"eholpen. Een ander lid dier afdeeling stelt voor de pierssenspolderstraat ibehoorlijk te bestraten en rioleeren. Hierdoor wordt dan aldaar een behoorlijk bouwterrein verkregen. Door de gemeente kan dan als tegenprestatie m ver band met de meerdere verkoopwaarde een der belastingen genoemd in artikel 242 onder a en volgende der gemeentewet geheven worden. In verband met de in de Benedenweg op- gedane ervaring wordt algemeen betreurd, dat ook van de bewoners in het algemeen geen medewerking wordt ondervonden. Het voorstel tot aanlegging van trottoirs aan het Schoolplein-Zandstraat wordt door ons teruggenomen. Met de opmerking, om het schilderwerk door werklooze schilders te doen uitvoeren zal door ons rekening worden gehouden. Bij onze pogingen om de bestratingen te Sluiskil te verbeteren zijn wij steeds op groote moeilijkheden gestuit. Toen w(j het muurtje bij Bleijenberg wilden bouwen werd ons dit door het polderbestuur verboden. De bewoners van de Benedenweg zijn in 't algemeen niet genegen hun medewerkmg te verleenen, welke hun in verband met de verbetering der bestrating aldaar is ge- ^Re^ds in 1929 is met het bestuur der Pierssenspolder geconfereerd inzake ver- nieuwing der Pierssenspolderstraat. Daar- bii is dat bestuur gevraagd een begrootmg te willen indienen, waarbij hun de hulp van den gemeentebouwmeester is toegezegd. Tot op heden werd niets vemomen. Wij zijn bereid een voorstel te overwegen tot ovemame van de straat indien de po der een behoorlijke bijdrage toezegd voor de vemieuwing. Kan tot vemieuwmg van de Pierssenspolderstraat worden overge- gaan dan zullen wiji ons nader beraden m- zake een eventueel te heffen belasting. Mocht deze zaak geen voortgang kunnen hebben, dan zullen wij overwegen om, wan- neer de bewoners hun medewerkmg willen verleenen aldaar een trottoir aan te legs6®; Niettegenstaande de vele moeilijkhede blijft onze aandacht ten voile op de ver betering der straten te Sluiskil gevestigd. Volgnummer 135. Door verschillende leden der 2e afdeeling worden ten aanzien der wegen wenschen kenibaar gemaakt, a. waterafvoer te Driewegen. De men schen willen aldaar zelf buizen leggen, mdien de gemeente in het straatje een 100 M. buizen wilde leggen. b. Koedijk. Algemeen wordt gezegd dat de bestrating aldaar treurig ligt. Verbete ring is dringend vereischt. Gevraagd wordt of in verband met het streekbelang geen bp- drage uit het wegenfonds voor deze weg is te ^erkOok wij zijn van oordeel, dat wat onder a en b wordt gevraagd, noodzakelijk is. Wij zullen wat punt a betreft overleg plegen met de bewoners en wat punt b be treft ons wenden tot gedeputeerde staten om een subsidie uit het provinciaal wegen fonds. Volgnmnmer 140. Een lid der 2e afdeeling wenscht voor R. K. begraafplaats m de kom een kleine subsidie daar de gemeente daar- voor green kosten moet maken. Bii de oude begraafplaats was een ge- deelte der algemeene begraafplaats voor de R K. afgescheiden. Toen een nieuwe be graafplaats moest worden aangelegd stel- den de R. K. op zoodanige regeling geen prijs, doch wilden geheel zelfstandig een begraafplaats inrichten. Deze zelfstandig- heid is het recht der R. K., doch dan heb ben zij o.i. ook te aanvaarden de voile consequents die daaruit voortvloeien. Een subsidie als door spreker bedoeld, kan dan ook niet worden verleend. Volgnummer 141. Een lid der 2e afdeeling merkt op, dat reeds het vorig jaar de aan- schaffing van een nieuwe vuilniskar is be- sproken. Daar thans geen voorstel tot aan- schaffing wordt gedaan, vraagt hij terzake inlichtingen. Een afgesloten vuilniskar is m aanmaak en zal spoedig in gebruik worden gesteld. Volgnummer 185. Een lid der 2e afdeeling spreekt de wenschelijkheid uit alle scholen van centrale verwarming te voorzien. Uit het feit, dat de gemeentegebouwen geleidelijk van centrale verwarming wor den voorzien blijkt reeds, dat wij hiermede instemmen. In school C en misschien ook school D moet nog deze verwarming worden aangebracht. Wij zullen mogelijk het vol- gend jaar een voorstel terzake doen. Volgnummer 258. Leden der beide afdee lingen vragen of voor de verhooging van de subsidie aan de Ambachtsschool een bijzon- dere reden bestaat. Door toeneming van het ajantal leerlmgen moeten ook de uitgaven worden verhoogd. Bovendien hield de verhooging verband met een voorgenomen verbouwing. Deze is echter verschoven. In verband hiermede kan deze post met /450 worden verlaagd. Volgnummer 269. Meerdere leden der beide afdeelingen bespreken de vacature van gemeente-geneesheer. Meerdere leden der 2e afdeeling willen thans een oproep doen voor f 800. Enkele leden der le afdeeling willen deze kwestie thans laten rusten. Wil men in de kom definitief komen tot een oplossing van het vraagstuk der armenpraktijk dan zal de raad de jaarwedde hooger moeten stellen dan waartoe hij; ge negen was. Ons voorstel waardoor de op lossing zou gevonden zijn, is door Uw col lege verworpen. Wij zien nog steeds geen andere weg. Een voorstel van den faad in de door ons gegeven richting zullen wij op prijs stellen. Volgnummer 272. Door enkele leden wordt telken jare opnieuw aangedrongen om in te voeren een commissie van maatschappelijk hulpbetoon. Thans wordt weer gevraagd omzetting van het burgerlijk armbestuur in een commissie van maatschappelijk hulp betoon, waarbij als voomaamste motief wordt aangevoerd, dat de raad in een commissie van maatschappelijk hulpbetoon meer in- vloed zal kunnen doen gelden. Waar de armenwet kent burgerlijke instel- lingen van weldadigjieid die arbeiden volgens een door den raad vastgesteld reglement dat de goedkeuring van gedeputeerde staten be- hoeft, daar kunnen wiji natuurlijk het burger lijk armbestuur niet opheffen. Bij de armen- verzorging moeten nu eenmaal de regelen van de Armenwet worden toegepast. De sprekers van dit onderwerp zullen dan ook wel weer bedoelen, de steun van een be- paalde categorie over te brengen naar een ander lichaam en wel van een commissie van maatschappelijk hulpbetoon. Ook bij de toelichting op de begrootingen voor 1928, 1929 en 1930 hebben wij U mede- gedeeld, dat een dergelijke instelling onze medewerking niet kan hebben. Het doel der voorstellers om toch meer invloed te kunnen uitoefenen op de instelling is voor ons een reden te meer sterk de instelling te ontraden. Wanneer toch de raad meer invloed zou kun nen doen gelden op de instellingen zouden de uitkeeringen door de politiek worden be- heerscht, misschien tot voordeel, maar moge lijk ook in hooge mate tot nadeel der arm- lastigen. Een dergelijk stelsel is in hooge mate af te keuren. Uitkeering van steun moet o.i. geschieden naar behoefte waarbij de politiek geen rol mag spelen. Bovendien, wij zeiden dat ook al vroeger, gelden uittrekken ibuiten de Armenwet wil ook de Regeering niet Wij verwezen terzake reeds naar een Koninklijik besluit. Wij zullen hierbij nog ver- wiizen naar een schrijven van gedeputeerde staten van Zeeland van 29 Augustus 1930 van den volgenden inhoud: De ontwikkeling van de jurisprudence van de Kroon nopens het terzijde vermelde onderwerp noopt ons het volgende onder Uwe aandacht te brengen. Het standpoint van de Kroon is thans als volgt. Een tijdelijke steunverleening is slechts dan niet in strijd met de armen wet, indien het tijdelijke karakter der steunverleening voortvloeit niet uit de in- dividueele behoeften der genottrekkende personen, maar uit een risico van alge- meenen aard, zooals rampen of economische crisis. (Koninklijk besluit van 10 October 1928, no 19, Gemeentestem 4024-7). Indien de gemeente werkloozen steunt of wenscht te steunen anders dan ingevolge de armenwet, dan dient die regeling te worden gegrond op het in de gemeente voorkomen van crisiswerkloosheid, rampen De vorm waarin de steun verleend wordt steun in geld of natura of loon voor arbeid is ten opzichte van eht voren- staande niet van invloed daar beide vor- men, behoudens ingeval van de gemelde tijdelijke steunverleening, worden beheerscht door de bepalingen der armenwet. Wel dient rekening te worden gehouden met de in het Koninklijk besluit van 2 Juli 1928 (St.bl. no. 239) voorkomende over- weging, dat werkverschaffing, waar deze mogelijk is, te verkiezen valt boven het verleenen van steun in geld. Ook de armenwet geeft aan werkver schaffing de voorkeur boven ondersteuning in geld of natura, door in art. 29, 2e lid te bepalen: „Aan armen, die tot arbeiden in staat zijn, wordt ondersteuning zooveel mogelijk gegeven in den vorm van loon voor arfbeid". Nu is het wel voorgekomen, dat door- dien de instellingen van weldadigheid zich on dit punt niet aan de eischen der armen wet konden aanpassen, de gemeenten zich o-enoopt zagen een werkverschaffing m het feven te roepen, ook indien van crisis werkloosheid geen sprake was. Zidks is evenwel, het blijkt ook uit de aangehaalde jurisprudence, in strijd met de bedoehng d6Het wil ons echter voorkomen, dat deze moeilijkheid zou kunnen worden cmtgaan indien aan de instellingen van weldadigheid meer gewenscht over 1931 de geheele sub sidie toe te kennien. Volgnummer 290. Een lid der eerste afdee ling merkt op, dat de doorloopende openstel- ling van het telefoonkantoor niet alleen een belang is van de gemeente Ter Neuizen, maar van geheel de streek. Hierdoor is het moge lijk dat geheel Zeeuwsch-Vlaanderen door loopend verbinding heeft met het geheele Rijk. Bovendien is deze doorloopende open- stelling niet zoazeer voor onze haven van be lang, doch komt hoofdzakelijk Gent ten goede. Deze spreker zou via de Karner van Koophandei willen verzoeken Ter Neuzen in het Intemationaal verkeer op te nemen. De opmerking van bedoeld lid heeft zeer zeker onze belangstelling. Wij zullen ons met de Kamer van Koophandei en de post- autoriteiten in verbinding stellen, teneinde een voor de gemeente meer voordeelige oplossing te bereiken. Volgnummer 335. Bij het voorstel tot ver- strating van de Markt e. c. wordt door een lid der eerste afdeeling gevraagd of aan de bestrating met koperslakkeien de voorkeur moet worden gegeven. Is bestrating van deze drukke verkeersweg met Zweedsch gramet niet solieder Ook wordt gevraagd of de prijs per M2. met koperslakkeien wel goed- kooper uitkomt. Gevraagd wordt of de be strating in de De Jongestraat met kan wor den verbreed. Een lid der 2e afdeeling wil wel de Markt vernieuwen doch de De Jongestraat laten liggen. Met het aldns bespaarde geld kan dan het lage stadsgedeelte misschien van overtollig water worden bevrijd. Dit lid bespreekt de mogelijkheid aldaar eenige huisjes te onteigenen en een reservoir te Omtrent de noodzakelijkheid, om niet enkel de Markt, doch ook de De Jongestraat te vernieuwen, verwijzen wij U naar de toe lichting in het algemeen overzicht. In verband met het drukke verkeer geven wii aan koperslakkeien de voorkeur, omdat deze geluiddempend zijn. Strenge controle op de kwaliteit zal worden uitgeoefend. Koperslakkeien zijn op het oogenblik_te krijgen voor f 200 en 220, franco wal Ter Neuzen, Zweedsche granietkeien kosten f 222,50; alles per 1000 stuks. Waar per M2. evenveel koperslakkeien als graniet keien gebruikt worden, zullen de aaiileg- kosten met koperslakkeien voordeeliger Z:*Getracht zal worden de De Jongestraat zoo breed mogelijk te maken. De rioleering van het lage stadsgedeelte is niet met enkele duizenden guldens m orde te maken. In verband met de aan- sluiting brj de waterleiding zal deze kwes tie afzonderlijk aan de orde worden gesteld. (Wordt vervolgd.) Vergadering van 23 October 1930, v.m. 9 uur. Voorzitter Mr. J. A. van Tienhoven, secre- taris de heer J. Dregmans. Afwezig met kennisgeving de heer H. Pladdet. Aanwezig de heeren J. van t Hoff, A. Meertens, M. de Feijter, J. D. de Feijter, D. J. Jansen en J. A. Meertens. De VOORZITTER opent de vergadering, waarna de notulen der vorige vergadering on- veranderd worden vastgesteld. lCll CbCUli O n j in dier voege medewerking werd verleend, dat de organen der gemeente beschikbaar werden gesteld tot het geven van voorlich- ting bij en leiding aan in werkverschaffing uit te voeren werken. De medewerking der gemeente zal zich evenwel dienen te bepalen tot techmsche voorlichting en leiding, de aanwijzmg van deg-enen die in de werkverschaffmg te we°rk zullen worden gesteld dient claaren- tegen in elk geval te blijven berusten bij de organen belast met de uitvoering van de armenwet, m.a.w. bij de instellmgen van weldadigheid. Ook de loonnormen dienen door die organen te worden kepaald_ Voorts verdient het aanbevelmg, dat van gemeentewege uit de voeren werken welke zonder het karakter van werkverschaff g te dragen, kunnen ibijdragen tot leniging van eventueele werkloosheid, zooveel moge lijk worden verricht in het seizoen, waann de meeste werkloosheid heerscht. Wii verzoeken Uw college te bevorderen, dat regelingen, welke, gelet op het voren- staande in strijd met de armenwet zgn ^o spoedig worden ingetrokken, dat althans ot de begrooting 1931 deswege geen uit gaven meer behoeven te worden uitge- tr°l£dien men echter dergelijke uitgaven wenscht te brengen of te handhaven dan za men dienen aannemelijk te maken, dat bestaande werkloosheid inderdaad een Sg is van economische crisis, rampen f.d. gedeputeerde staten van Zeeland In verband met het bovenstaande is van ons college geen voorstel te wachten. Volgnummer 282a. In verband met een ingekomen verzoek van de Codp. Veilings- vereeniging om subsidie, toegekend over 1928 en 1929, waarover niet werd beschikt, over 1931 te willen beschikbaar stellen, stelt een lid der eerste afdeeling voor deze subsidie over 1931 en 1932 te vecdeelen. In verband met de beschikbare gelden over de jaren 1931 en 1932 achten wij het Ingekomen stukken. Een schrijven van den heer H. Pladdet, waarin hij bericht verhinderd te zijn de ver gadering op heden bij te wonen. Dankbetuiging van het onderwijzend perso- neel der verschillende lagere scholen in de ge meente voor de verleende gemeenteiijke sub sidie voor de schoolreisjes en het onthaal der kinderen ter gelegenheid van het koninklijk bezoek aan deze gemeente. Verslag van de Commissie tot werkverrui- ming voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Een beslissing van de Kroon waarbij het aantal vergunningen voor deze gemeente wordt vastgesteld op zes maximum. iSchrijven van den Commissaris der Konin- gin in de Provincie Zeeland houdende bericht dat de gemeente voor de berekening van de personeele belasting is gesteld in de 8e klasse. Proces-verbaal van gehouden kasopname bij den gemeente-ontvanger. Idem van gehouden kasopname bij den boekhouder van het Gem. Electr. Bedrijf. Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, waarbij wordt medegedeeld dat Ged. Staten hunne goedkeuring hebben onthouden aan het raadsbesluit tot aankoop van de woning van den heer Van Petegem. Alle deze stukken worden zonder hoofde- lijke stemming voor kennisgeving aange- nomen. Een verzoek van den A.N.W.B. om toe te treden als lid met een jaarlijksche subsidie van f 25, wordt zonder hoofdelijke stemming voorstel van Burgemeester en Wethouders afgewezen. Eveneens wordt aldus afgewezen een ver zoek van de vereeniging ter behartiging van de belangen van zenuwzwakken en zielszieken te Amsterdam, om een jaarlijksche subsidie van f 50. verzoek van de betrokken vereeniging Op wordt besloten voor de met Kerstdag in deze gemeente te houden pluimveetentoonstellmg een bedrag van tien gulden beschikbaar te stellen voor te verstrekken medaille, nadat door den VOORZITTER er op gewezen wordt dat deze vereeniging bevordert de raszuiver- heid van het pluimvee en konijnen. zwaar adhaesie te betuigen aangezien het niets kost. De heer J. D. DE FEIJTER zou het zoo maar laten. De VOORZITTER is van oordeel dat men bepaalde zaken aan de hoogere autoriteiten moet overlaten. De heer J. A. MEERTENS zou als de raad wat doen wil voor wegsverbetering de voor keur geven aan onze eigen omgeving, daar is genoeg te doen. De VOORZITTER antwoordt dat er wellicht in de naaste toekomst hier wegsverbetering komen zal. De heer A. MEERTENS vreest dat wan neer de gemeente dan 25 in de kosten zou moeten bijdragen dit te duur zou zijn. Overeenkomstig het voorstel van den Voor zitter wordt geen adhaesie betuigd. Verzoek van den heer W. H. Louwerse, om een subsidie voor den te houden landbouw- wintercursus ten bedrage van f 25 per cursus over twee jaren. De VOORZITTER, er op wijzende, dat deze cursus nuttig is stelt namens Burgemeester en Wethouders voor de subsidie te verleenen. De heer J. A. MEERTENS vraagt of het de bedoeling is dus twee achtereenvolgende jaren f 25 per jaar toe te staan. De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De heer A. MEERTENS is niet tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders, omdat het voor een nuttig werk is, maar zou toch gaarne weten waarvoor dat geld be- steed wordt. De heer JANSEN antwoordt dat daarvan door den heer Louwerse worden betaald de kosten van vuur en licht. Hij vertrouwt dat de heeren deze zaak die toch van algemeen belang is zullen steunen. De VOORZITTER acht de subsidie eer te laag dan te hoog. Zonder hoofdelijke stemming wordt het ver zoek toegestaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt vast gesteld het Suppletoir kohier op de honden- belasting voor 1930. Classificatie van de gemeente voor de in- komstenbelasting. De VOORZITTER stelt namens Burgemees ter en Wethouders voor de gemeente te rang- schikken in de tweede klasse. De aftrek voor noodzakelijk levensonderhoud blijft hetzelfde als bij de oude regeling. De heer A. MEERTENS meent te hebben gelezen dat tusschen gehuwden en ongehuw- den geen verschil bestaat in aftrek voor nood zakelijk levensonderhoud, terwijl dit vroeger voor ongehuwden f 200 minder was. De heer J. A. MEERTENS is ook die mee- ning toegedaan. De VOORZITTER antwoordt dat daarin wel verschil is en de regeling zuiver volgens de nieuwe wet is. Als de heer J. A. MEERTENS het goed be- grijpt dan is het verschil in de tweede klasse dus f 200. Op verzoek van den Voorzitter licht de SECRETARIS de zaak toe er op wijzende dat bij de nieuwe regeling de gehuwden met een inkomen van f 800 betalen van f 700 en de ongehuwden van f 900. De heer J. A. MEERTENS: dus dan blijft het feitelijk voor de ongehuwden eender? De SECRET ARIS antwoordt dat zij feite lijk iets naar boven gaan. De heer A. MEERTENS vindt het zonder- ling dat men bij een inkomen van f 800 van f 900 betalen moet. De SECRETARIS antwoord dat dit is zoo men het noemen wil. De aanslag begint hier pas met 800. De heer M. DE FEIJTER was voomemens voor te stellen de gemeente te plaatsen in de eerste klasse. De VOORZITTER geeft den heer de Feijter alsdan in overweging daarvan een voorstel te maken. Het is alleSn de vraag of het wordt gesteund. De heer A. MEERTENS vraagt wat de financieele gevolgen van het idee van den heer de Feijter voor de gemeente zijn. De VOORZITTER antwoordt dat dit voor de gemeente zeer nadeelig zal uitkomen om dat alle aanslagen dan met 100 zouden ver- minderen en de laagst aangeslagenen betalen toch maar een kleinigheid. De heer J. A. MEERTENS zou bij aanne- ming van dit voorstel dan de opcenten op de fondsbelasting willen heffen omdat het geld ten slotte ergens vandaan komen moet. De heer A. MEERTENS zou het verstandi- ger vinden het zoo maar te laten, de men schen gaan met de nieuwe regeling toch nog- al veel in belasting naar beneden. Zonder hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders de gemeente in de tweede klasse geplaatst. De VOORZITTER deelt mede thans aan de orde te moeten stellen de vernieuwing van het dak der openbare school. Waar de heer A Meertens in principe gekant is tegen het behandelen van zaken in besloten vergadering wijst de Voorzitter er op te dien opzichte met hem in conflict te moeten komen waar hij den raad verzoekt deze zaak te willen behan delen in besloten zitting, daar hij daaromtrent den raad iets wil mededeelen dat niet voor openbaarheid geschikt is. Hij verzoekt in het bijzonder den heer A. Meertens in dit geval over zijn bezwaren te willen heenstappen. Tevens verklaart de Voorzitter dan te willen spreken over de rioleering. De heer A. MEERTENS wijst er op reeds vroeger te hebben bepleit het vernieuwen van het dak, daar de kosten van reparatie wegge- gooid geld is, zoodat hij niet tegen een voor stel voor vemieuwing van het dak zal zijn. Overigens is hij van meening aat een zoodanig punt toch zonder bezwaar in de openbare ver gadering kan worden behandeld. Is de Voor zitter echter van meening dat er in dit geval om speciale redenen toch besloten zitting ge- wenscjit is dan kunnen we dat straks nog zien. De heer M.' de FEIJTER zou ook liever in De VOORZITTER antwoordt dat het onbe- gonnen werk is om alle wijzigingen te voren aan de leden te zenden, docht dat er toch ge legenheid is om die ter secretarie te komen inzien. De heer JANSEN was van oordeel dat des- tijds daartoe toch door den raad was besloten. De heer A. MEERTENS betwijfelt dat, hem is van een dergelijk besluit niets bekend. De heer J. D. DE FEIJTER weet daarvan niets. De VOORZITTER is ook niet bewust van een dergelijk besluit dat dan moet genomen zijn vddrdat hij hier was. Wanneer de heeren er echter op gesteld zijn was het misschien mogelijk dergelijke zaken even v6or de ver gadering te bespreken. De heer J. A. MEERTENS vindt het toch geen bezwaar voor den heer Jansen om even naar de secretarie te komen om de stukken tG ziGn. De heer M. DE FEIJTER zou dit toch beter vinden dan dat ten slotte de heele raad een uur vroeger zou moeten komen. De VOORZITTER geeft den heer Jansen in overweging zich te voren ter secretarie te begeven om de stukken in te zien. De begrooting voor 1931 voor het Burger lijk Armbestuur wordt z.h.s. vastgesteld op een bedrag van f 3530.10 in ontvang en uit- gaaf. Zonder hoofdelijke stemming wordt vast gesteld de begrooting voor het Gem. Elec- trisch Bedrijf: Gewone dienst ontvang 13.966,20, uitgaaf f 14.326,20. Kapitaaldienst ontvang 12647,87, uitgaaf 2287,87. Gemeentebegrooting voor 1931. De VOORZITTER vertrouwt dat alle heeren de hen thuisgezonden begrooting hebben be- studeerd en verzoekt dezelve per hoofdstuk te behandelen, waarmede de raad accoord gaat. De heer J. A. MEERTENS vraagt hoe het komt dat de post voor rechten van het vuur- wapenreglement voor memorie wordt ge- raamd, terwijl het vorig jaar daarop 80 werd ontvangen. De SECRETARIS antwoordt dat de vorige Burgemeester de rechten jaarlijks liet betalen, terwijl de tegenwoordige Burgemeester de vergunning voor vijf jaren afgeeft. De heer A. MEERTENS vraagt hoeveel van het batig saldo over de verschillende dienst- jaren niet in deze begrooting is opgenomen. Wij weten nooit wat er eigenlijk over is, en dat zou ik toch gaarne weten. De SECRETARIS antwoordt dat alle batige sloten in deze begrooting zijn verwerkt. De heer A. MEERTENS bedoelt wat er nu feitelijk van de batige saldo's noodig is voor de uitgaven en hoeveel er over is dat wij niet noodig hebben. De VOORZITTER antwoordt dat dit onmo- gelijk is te zeggen met het oog op de verschil lende subsidies zooals onderwijs enz. De heer A. MEERTENS antwoordt dat het brj hem meer gaat over de vaste posten zoo als salarissen enz. De VOORZITTER is van meening dat de heer Meertens dat toch in de begrooting vin den kan. De heer J. A. MEERTENS wijst er op dat wij weten wat de fondsbelasting oplevert, en wanneer dan nagegaan wordt wat wij noodig hebben voor de uitgaven dan kan toch wor den berekend wat er overblijft. Ook hij zou dat gaarne willen weten. De heer A. MEERTENS bedoelt dat met maar als men de batige sloten van de vorige dienstjaren samentelt, dan heeft men toch het totaal. De SECRETARIS antwoordt dat de heer A. Meertens over het hoofd ziet dat het batig saldo van het eene dienstjaar is opgenomen in de ontvangsten van het volgende dienstjaar zoodat er van overschot in den zin als door den heer A. Meertens bedoelt, feitelijk geen sprake is. De heer A. MEERTENS merkt op dat er dan nooit geen goed slot is, waar blijft dan het kasgeld, dat naar ik dacht thans onge- veer 20.000 zou bedragen. De SECRETARIS antwoordt dat daarop de uitgaven zijn gebaseerd. De heer A. MEERTENS antwoord dat de raad te dien opzichte dan nooit goed inge- licht is. De VOORZITTER antwoordt dat men nooit kan zeggen dat de totale goede sloten van vorige dienstjaren het kasgeld vormen, want die zijn steeds verwerkt in de begrootingen der volgende dienstjaren. De heer A. MEERTENS constateert dan dat het batig slot van het eene dienstjaar wegvloeit in de uitgaven van het volgende zoodat de uitgaven dan hooger zijn dan wordt verondersteld. De heer JANSEN vraagt of post no. 5 van inkomsten in hoofdstuk twee voortvloeit uit de fondsbelasting. De VOORZITTER antwoordt dat dit is de bijdrage van het Rijk in de salarissen van Burgemeester en Secretaris. De heer JANSEN vraagt of dit dan ook zoo is met punt no. 6. De VOORZITTER antwoordt dat dit ook voor een gedeelte uit de nieuwe financieele verhouding voortvloeit. De heer JANSEN verklaart dit maar te vragen als gevolg van het verschil in ont- vangst met vorige dienstjaren. De VOORZITTER wijst er op dat hiermede weer wordt aangetoond dat het noodzakelijk is dat de leden te voren de stukken komen Z1<De heer JANSEN wijst er verder op, dat het zijn aandacht heeft getrokken dat de sala rissen van Burgemeesters en Secretanssen zijn verhoogd ondanks den tegenstand van de o-emeenteraden. Hij vindt dat jammer. De VOORZITTER antwoordt in de vorige vergadering de verhooging der salarissen te hebben verdedigd, omdat die naar zijn mzlc te laag zijn en hrj van oordeel is dat lemand van zijn salaris behoorlijk moet kunnen levem Verzoek van de geitenvereeniging alhier om de jaarlijksche subsidie van 25 te willen brengen op f 40. Namens Burgemeester en Wethouders stelt de VOORZITTER voor aan het verzoek te voldoen. De heer J. A. MEERTENS heeft yernomen dat de onderhoudskosten van den bok thans hooger zijn. De heer M. DE FEIJTER deelt mede dat vroeger de geitenhouders uit de Zandstraat enz., hierheen kwamen doch dat zij thans zelf een bok hebben, waardoor deze vereeniging de inkomsten daarvan mist. Verzoek van de vereeniging tot wegsver betering van de Z. H. eilanden en de Zeeuw- sche eilanden om adhaesie aan een door haar in dien geest gericht verzoek aan den Minis ter van Waterstaat. De VOORZITTER acht dit iets waarvoor de gemeenten der betrokken eilanden moeten ageeren. De heer A. MEERTENS acht het geen be- openbare vergadering dit onderwerp behande- I heeft daarmede allerminst zichzelf op het 1 oog gehad en zal ook de voor hem uit de ver hooging voortvloeiende geldelrjke voordeelen besteden voor een goed doel. De heer JANSEN heeft ook m geen geval den persoon van den Voorzitter op het oog maar spreekt in het algemeen. Waar overal op bezuiniging wordt gewezen kan hij met be- grijpen dat men nu nog de hooge salarissen gaDe heer 6 A. MEERTENS merkt op dat de verhooging toch nog niet definitief is, aange zien de Kroon nog beslissen moet. De VOORZITTER erkent dat afwijzmg door de Kroon nog mogelijk is maar dat daartoe de voorbarig dat dan nu reeds in de begrooting te D^VcfoRZITTER wijst er op, dat het hier in elk geval toch maar een raming betreft. De heer A. MEERTENS spreekt er zijn af- keuring over uit dat de Minister den post van J500 voor extra-steun heeft afgevoerd, terwijl hij daarnevens weer het salaris van den Voor zitter met f 500 zou gaan verhoogen. Boven- 10 De VOORZITTER verzoekt dringend dit- maal aan zrjn verlangen te willen voldoen en geeft de verzekering dat de heeren straks overtuigd zullen zijn dat zijn verzoek grondige redenen heeft. De heer JANSEN vraagt of het dan met beter is dat eerst te behandelen vo6r de be grooting omdat dan daarmee rekening moet worden gehouden met de raming. De SECRETARIS wijst er op dat dit met mogelijk is aangezien er geen raming van kos ten aanwezig is. Besloten wordt dit punt verder in besloten vergadering te behandelen. Zonder hoofdelijke stemming wordt de be grooting voor 1930 gewijzigd overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. De heer JANSEN zou voortaan gaarne bij zijn convocatiebiljet de stukken betreffende wij zigingen in de verschillende begrootingen heb ben bijgevoegd, teneinde zich daarvan v66r de vergadering op de hoogte te kunnen stel len hetgeen in de betrokken vergadering met mogelijk is.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 7