ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Ter Neuzensche Courant
Tweede Blad.
Mo. 8595.
WOENSDAG 22 OCTOBER 1930.
70e Jaargang
Maendag 20 Oct, 1930. No. 8594.
GEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
DE WESTSLUIS TE TER NEUZEN.
RECHTSZAKEN.
Een ernstige mijnramp.
mm Hi Ulil'Tir--Til
IKHBfi
NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSFKM8Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden - Brnten Ter Neuzen
per post .r 1,80 per 3 maanden - Bij voor uitbetaiing fr. per post 6,60 per jaar -
y0cr BelgiS en Amerika 2.25, overige Ian den 2.60 per 3 maanden fr. per post
AfcoEnementea voor net bultenland alleen nil vooraitbet.aling.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
lUlgee-fBter: Simon P. J. VAN DE SANDE.
ADVERTENTISN: Van 1 tot 4 regels /0.80 Voor elken regel meer 0.3C
Grootere letters en clichAs wor den naar plaatsmlmte berekend.
Handelsadvertentien bfl regelabonnement te gen vermlnderd tarlef, hetwelk op aanvr&ag
verkrtjgbaar Is. Inzendlng van advertentien liefst AAn dag voor de nltgavo.
PIT BLAD VERSCHIJNT IEBEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
Kloosterzande
- •cvvar
VAN
Vergadering van Maandag 6 October 1930,
des namiddags 7 uur.
Voorzitter de heer J. Huizinga, burge-
meester.
Tegenwoordig de leden: J. J. de Jager, L.
J. Geelhoedt, D. Scheele, F. Dekker, C. A. Ver-
linde, A. de Bruijne, P. F. de Bakker, H. J.
Colsen, N. A. Hamelink, L. J. van Driel, C.
van den Bulck, D. van Aken en W. Bedet.
(2. Vervolg.)
(Vervolg van punt 3.)
De heer HAMELINK wil ook in 't kort iets
zeggen; het was aanvankelijk niet zijn bedoe-
ling bet woord te vragen. Hij meent, dat de
zaak er aldus voorstaat, dat de gemeente-
raadsleden zich voldoende over de waterleiding
hebben uitgesproken. Hij acht het niet meer
noodig, daarover thans uitvoerig te spreken,
aangezien dit wel geen aanleiding zal zijn,
dat menschen die destijds hun stem voor of
tegen hebben bepaald, daardoor van meening
zouden veranderen. Men neemt omtrent dit
vraagstuk een standpunt in en houdt dit vast.
Nu is door vorige sprekers wel gesproken over
het al of niet nuttige en uitvoerbare van dit
plan, maar toch moet ook nog telkens naar
voren komen de kwestie van verplichte aan-
sluiting. Daarover is men opnieuw begonnen.
Wat nut kan dit nog hebben? lets nieuws
valt daarover niet meer te zeggen, men aan-
vaardt dit, of men aanvaardt het niet.
lets nieuws was het voor spreker, te hoo-
ren de bewering van den heer Scheele, dat
door dokter Wallien in de vergadering der
commissie het hygienisch nut zou bestreden
zijn, en dat de commissie dat motief daar
door had laten vallen. Indien dat zoo is, moet
hij zijn leedwezen uitspreken, dat er niet twee
dokters lid der commissie waren, want' dan
zou de tweede het vermoedelijk wel juist an-
dersom hebben verklaard. Het zou trouwens
ook wel een wonder zijn, dat een waterlei
ding overal elders op hygienische gronden
verdedigd werd en Zeeuwsch-Vlaanderen daar-
op een uitzondering zou maken.
Het gaat er naar sprekers meening om,
of de leden op den korten tijd die verloopen
is sinds ze het rapport ontvingen en deze ver
gadering een beslissing kunnen nemen. En
dan wijst spreker er op, dat de leden, voor
wat de cijfers en berekeningen afgaat, toch
moeten afgaan op de deskundigen, op de men
schen die er in zitten en er ervaring van heb
ben. Al zouden de leden bet stuk 4 weken
in hun bezit hebben, dan zullen ze daarover
toch weinig meer kunnen oordeelen dan nu
het geval is. Hetgeen in het rapport vermeld
staat, zal toch de grootste maatstaf moeten
zijn, om een beslissing te nemen, en het komt
aan spreker voor, dat dit aan degenen die zich
eenmaal v66r de waterleiding hebben ver
klaard, geen aanleiding geeft thans een an-
der standpunt in te nemen.
Door den heer Scheele is twijfel uitgespro
ken, dat men met een kleiner aantal gemeen-
ten nog op denzelfden kosten-basis de water
leiding kan tot stand brengen. Maar dit be-
hoeft toch ook geen verwondering te baren,
indien men nagaat welke zijlijnen zijn afge-
vallen en vermoedelijk ook verschillende bui-
zenleidingen thans nauwer konden worden
ontworpen. Ook behoeven de heeren niet be-
ducht te zijn, voor de garantie van rijk en
provincie, want het voorstel behelst het uit-
drukkelijk beding, dat het te nemen besluit
slechts van kracht zal worden, indien de risico-
garantie door rijk en provincie worden ver-
leend. De heer Bedet schijnt het voorstel
maar zeer slecht te hebben gelezen of dat
over het hoofd te hebben gezien. Als hij het*
geheele rapport op een dergelijke manier heeft
bestudeerd, zou spreker moeten gaan twijfe-
len aan zijn deskundigheid als beoordeelaar
van het voorstel.
Het staat eenmaal z66, dat wij, voor wat
de cijfers en gegevens betreft, in het rapport
vertrouwen moeten hebben. Spreker houdt
zich ook vast aan de tarieven zooals die door
de Commissie van Onderzoek zijn opgesteld.
Die hebben, voor wat het huishoudelijk ge-
bruik betreft weer gediend voor den opzet
van dit plan. Ze zijn betrekkelijk niet hooger
dan bij verschillende andere waterleidingen
in ons land. Het is in het belang der ge
meente en der streek te achten dat deze
waterleiding er komt. Spreker durft er met
alle vrijmoedigheid voor stemmen.
De heer COLSEN zal niets zeggen over het
hygienisch belang als stelling, maar kan toch
wel verklaren, dat de geneesheer te Sluiskil
hem in den loop van den zomer heeft ver
klaard, dat zich op het werk der nieuwe
fabriek ziektegevallen voordeden als een ge-
volg van het gebruik van slecht water.
De heer DE BRUIJNE merkt op, dat het
welslagen van dit plan, als hij het goed be-
grijpt zal afhangen van het besluit te nemen
door de eerste 3, of door de 8 genoemde ge-
meenten. Hij acht het bezwarend om hier-
over te gaan besluiten, zoolang de oude maat
schappij nog bestaat. Hij zou die eerst aan
den kant willen doen en dan eens over het
nieuwe plan gaan praten.
De VOORZITTER wil in de eerste plaats
iets zeggen over het door den heer Colsen
geopperde bezwaar, dat er niet voldoende tijd
voor de voorbereiding zou geweest zijn. De
voor-vorige week is deze zaak hier besproken
met de verschillende betrokken gemeentebe-
sturen, en hebben deze zich verbonden, de
behandeling van het voorstel binnen een be-
paalden tijd te doen afloopen. Waartoe zou
het leiden, om de zaak nog aan te houden?
Om thans nog personen die zich van meet af
aan tegenstander der waterleiding verklaard
hebben te bekeeren, is niet mogelijk. Men
kon er zich aan verwachtenhetgeen in
deze vergadering gebleken is dat hun
tegenstand zich weer zou openbaren, met de
motieven die daarvoor vroeger reeds zijn aan-
gevoerd. Wordt een beslissing aangehouden
en op de lange baan geschoven, dat ontketend
men weer een hetze in het geheele district,
hetgeen niet in het algemeen belang is.
De heer SCHEELE: Nu worden de tegen-
standers overrompeld!
De VOORZITTER weerspreekt dit. Wan-
neer men in aanmerking neemt op welke
wijze de tegenstanders nu een jaar of 5 hebben
gewerkt, hoe zij op minder nobele manier
tegen het plan zijn opgetreden, kan het toch
niet verwonderen, dat men daar tegen eenigs-
zins waakzaam is. Men moet niet uit het
oog verliezen, dat die oppositie is gevoerd voor j
personen die geen verantwoordelijkheid hebben
voor den gang van zaken in ons district, of
in onze gemeente.
Het besluit om de waterleiding tot stand te
brengen is eenmaal genomen. Er waren
buiten ons omstandigheden die beletten
voort te gaan en het ging er nu alleen om,
een vorm te vinden dat dit w61 kan geschie-
den. Dit is thans gelukt en in het den raad
toegezonden rapport neergelegd. Het onder
zoek heeft uitgewezen dat dit geadviseerd
plan uitvoerbaar is, en dat dit bovendien de
latere toetreding van andere gemeenten niet
in den weg staat.
Men zal het toch niet kunnen goedvinden,
dat gemeentebesturen die iets voor hunne ge
meenten willen bereiken, ten deze gebukt moe
ten gaan onder het juk van tegenstanders,
die de kwestie anders bezlen en dat voor
hunne gemeente niet wenschen? Op tal van
manieren is door allerlei personen getracht
de zaak af te breken.
De stand van zaken bij de tegenwoordige
waterleidingmaatschappij draagt spreker
zal niet zeggen het kenjnerk van sabottage,
maar het lijkt er toch veel op. Er is ter ver
gadering gebleken, dat voor ontbinding geen
statutiaire meerderheid was, maar de voor-
standers van ontbinding hebben toen het
standpunt ingenomen, dat zij dan het voort-
werken toch wel zouden tegenhouden, door
eventueel geen goedkeuring te hechten aan
een voorstel om 10 te storten op de aan-
deelen. Is dat praat van verstandige men
schen
Tegenover deze menschen bewandelt men
nu den zachtsten weg, maar men kan zich
door hen toch niet laten ophouden, en moet
hen de gelegenheid ohtnemen de zaak verder
tegen te werken.
Er is een reden om deze zaak spoedig te
beslissen. De gemeentebesturen hebben tegen
over den Commissaris der Koningin en elkaar
de belofte gedaan, dat eerst de 3 gemeenten
in het Oosten en daarna de 5 in het Westen,
binnen 4 weken een beslissing zouden nemen,
opdat de garantiekwestie in de najaarszitting
der Staten nog aan de orde zou kunnen wor
den gesteld. Daartegen kan geen bezwaar
bestaan. De aangebrachte wijzigingen, zijn
slechts van relatieven aard. Men moet ten
slotte in deze vertrouwen hebben in de des
kundigen. Als hjj zijn meening zou moeten
zeggen, dan is het, dat men over dit voorstel
feitelijk zonder discussie zou kunnen beslis
sen. Hij wilde niettemin gaarne ieder zich
in voile vrijheid laten uitspreken. Dit is het
geen hij naar aanleiding der vraag van den
heer ColSen meent te moeten zeggen.
De bezwaren door den heer Scheele naar
voren gebracht, zijn ook onderschreven door
den heer Bedet en anderen. Hij heeft er zich
op beroepen, dat deze groep zooveel kleiner
was en de exploitatie mogelijkheid alzoo ook
kleiner. Hij ziet dan echter over het hoofd,
dat de raming voor het groote plan 5 millioen
bedroeg en thans voor de 8 gemeenten juist
de helft minder, voor de 3 slechts 1% mil
lioen. Dan moet hij voorts ook niet uit het
oog verliezen, dat er juist verschillende van
de minst gunstig gelegen gedeelten afvallen,
als daar zijn Graauw, Hontenisse, Ossenisse e.a.
Die krijgen straks ook nog wel de gelegen
heid, doch dan zal de onderneming eenige sta-
biliteit hebben.
Tegenover de desbetreffende opmerkingen
geeft spreker ook te kennen, dat men zich
niet bevreesd zal behoeven te maken, dat men
de lasten van anderen moet dragen. Het plan
is in verschillend opzicht kleiner, er zijn ook
watertorens vervallen, er behoeven geen bui-
zen gelegd te worden naar alle uithoeken en
de buizen konden ook van iets geringere af-
meting genomen worden. Dat is ook zoo in
het vierde district. De aansluiting van het
Westen legt op het Oosten geen bijzondere
lasten.
De heer SCHEELE: Maar voor het Westen
heeft men toch een groote buisleiding noodig?
De VOORZITTER: Omdat het in het Wes
ten in hoofdzaak huisverbruik betreft en
daardoor de opbrengst procentsgewijs hooger
is, dekt het Westen de daar te maken aanleg-
kosten. Ook is het percentage groote wonin-
gen daar grooter.
Verder valt er op te wijzen, dat, indien. de
3 gemeenten in het Oosten alleen het besluit
namen, de waterleiding nog rendabel kan zijn.
Komen de 5 uit het Westen er bij, dan wordt
het voor ons niet ongunstiger. Het gaat dus
over 3 of over 8 gemeenten.
Dan is ook de vraag geopperd, of de Indus
trie er gebruik van zal maken, en ook, waar-
om de industrie geen verantwoordelijkheid
draagt. Spreker moet zich over die zaak ver
wonderen. Het is de bedoeling een maat-
schappij te vormen van publiekrechtelijke in-
stellingen. Hoe zou men een naamlooze ven-
nootschap als aandeelhoudster an zoo'n combi-
natie kunnen opnemen? Door medewerking
van die vennootschappen zou dit in de toe-
komst kunnen leiden tot finaneieele gevolgen
die voor de gemeenten minder gunstig zouden
zijn. Die N.V.'s zouden de finaneieele verant-
woording niet kunnen dragen die de gemeen
ten hebben. Door de industrieen als afnemer
voor de waterleiding te hebben, is men des
te meer gewaarborgd, dat het plan kans van
slagen zal hebben.
Onjuist acht spreker ook de bewering, dat
de overheid de Verplichting tot aansluiting
zou opleggen en zij daartoe niet het recht
zou hebben. De overheid legt die verplichting
niet op, dat doet de vennootschap gesticht
door de gemeenten, waaraan zij vrijwillig
deelnemen. De 8 gemeenten doen daarin
samen en de daaruit gevormde vennootschap
draagt de verantwoordelijkheid voor het wel
slagen der zaak, en moet daartoe over den
noodigen waarborg beschikken. Zij behoort
zich dus er voor te wapenen, dat ze geen" te
groote verliezen gaat lijden als een gevolg
van de welbekende kat uit den boom kijkerij
van de ingezetenen. Zij is dus genoodzaakt
verplichte aansluiting te vorderen.
De heer SCHEELE: De Regeering eischt
het!
De VOORZITTER: Dat beteekent nog niet,
dat de overheid het vordert. De vennootschap
is er toe genoodzaakt dien maatregel door
te voeren om het te leenen kapitaal zeker te
stellen. En wat de soepele toepassing betreft
de raad kiest zelf zijn college. Hebben de
leden dan z66 weinig vertrouwen in burge-
meester en wethouders?
De heer SOHEELE: In dit geval zeker.
De VOORZITTER merkt op, dat men zich
daaraan niet, als aan een laatste stroohalm
moet vastklampen. Hij vertrouwt, dat elk
college verstandig genoeg zal zijn. om niet
tegen beter weten in de menschen te dwingen
voor wie dat redelijker wijs niet noodig is. De
opzet van het plan is inderdaad om de ver
plichte aansluiting soepel toe te passen. Hij
heeft vertrouwen in de wethouders, dat ze in
dat opzicht in aanmerking zullen nemen, dat
we moeten samen leven.
De heer SCHEELE: Ze staan goed onder
tucht!
De heer BEDET: Ze moeten!
De VOORZITTER meent, dat men zich niet
ongerust behoeft te maken. Op Schouwen
heeft de praktijk bewezen, dat thans reeds
99.5 is aangesloten in een gemeente waar
men 495 handteekeningen had weten te ver-
krijgen op een adres aan den gemeenteraad
waarin deze verzocht werd te stemmen tegen
aansluiting aan de waterleiding. en tegen de
verplichting. De raad heeft gemeend toch tot
aansluiting te moeten besluiten. En ziet daar
het resultaat: terstond zijn bijna alle percee-
len aangesloten!
De heer DE BAKKER: Maar dat was geen
water van St. Jansteen!
De VOORZITTER: Zeker, geen water van
St. Jansteen, doch dat doet er niet toe. Ik
haal dit aan als bewijs, dat we even als daar
met het plan kunnen doorgaan. Men heeft
daar, ondanks het adres, ofschoon met be-
klemd gemoed een besluit genomen om aan te
sluiten en de verplichting op te leggen en komt
na den grooten tegenstand tot 99.5 aan-
sluitingen. Dat is de praktijk. Men moet zich
over die verplichte aansluiting wezenlijk niet
zoo moeilijk maken.
De heer SOHEELE: Waarom houdt men
daar dan zoo aan vast?
De VOORZITTER: Op die manier draait
u in een cirkel rond. Wat nu de industrie be
treft, we stellen er alien prijs op, deze als
gebruiker te krijgen en moeten daarom, met
een laag tarief, het gebruik door de industrie
aanwakkeren.
De heer SCHEELE zou, waar de industrie
om een waterleiding gevraagd heeft, deze
goed* laten betalen.
De VOORZITTER vraagt, waarom de heer
Scheele zich over het tarief voor de industrie
zoo moeilijk maakt. Het tarief voor huishou
delijk gebruik, dat tot algemeen genoegen
was gewijzigd, is aldus gehandhaafd. Dat ta
rief is billijk. Men heeft nu kans gezien om
het voor industrieel gebruik nog iets goed-
kooper te zetten, teneinde daardoor het ge
bruik door de industrie aan te moedigen, het
geen toch de rentabilitedt der onderneming
zal verhoogen. Men doet daarm^de een wel-
daad aan de streek.
Wat de tram betreft, indien men deze geen
goedkoop tarief kan geven, zal deze zichzelf
helpen en mist men een groote afneemster,
die ondanks dat goedkoope tarief de onder
neming versterkt. Ook is aangehaald, dat men
het op deze wijze de inwoners van Axel en
andere gemeenten waar de leiding zal door-
loopen, gemakkelijk maakt, indien daaraan
water zou geleverd worden. Och, welk be
zwaar kan daar tegen zijn, als men aan die
menschen tegen een met 50 verhoogd ta
rief water levert, waarvan de maatschappij
eventueel winst geniet? Het gevolg van het
heffen van een hooger tarief zal zijn, dat de
burgers dier gemeenten bij hun bestuur zullen
gaan aandringen op aansluiting. Spreker
vindt dat het nog niet zoo kwaad is, als men
met het dienen van de belangen der ge-
meenschap ook tevens zijn eigen belangen
kan dienen. Men kan het betreuren, dat die
menschen dan meer zullen moeten betalen,
siren g»«,
vOTul verLroutru. net
zijn de postmeesters, die er over te beslissen
hebben of bedoeld drukwerk ja dan neen „een
separatistische strekking" heeft en die dus
ook de aanvaarding mogen weigeren.
TER NEUZEN, 22 October 1930.
..FLIEREFLUITERS OPONTHOUD".
't Was jl. Maandag niet druk bezet in het
.Concert- en Bioscoopgebouw'' ter gelegen
heid der opvoering van ,,Flierefluiters opont-
houd" van den auteur A. M. de Jong, door het
giezedsohaip ,,De Flierefluiters onder leiding
van de heeren De Jong en Walther Smith. Dit
kon eemigazins verwadht vrorden. t Was een
reprise van een kort geleden gegeven udtvoe-
ring, die bovendien door zeer ongunstige om-
sitamdigthaden is beinrvloefd geweest. En dit
was jammer voor het geaelschap, dat thans
een zo<5 keurig verzopgde uitvoering van dit
stuk gaf, dat de bezoskers geheel medeleefden
met de verschillende tafreelen die achiter-
elkaar voor het voefclicht warden gebracht.
De heer Walther Smith, die thans
de rol van den Flierefluiter speelt, gaf daar-
van een meesterlijike vertolking". Cisca Kremer
gaf weer veel van haar spel te genieten als
„Merijntje", evenals haar tegensipeeilster
Maentje Pam als „Bloze Kriekske". Niet min
der was zulks het geval met Hans Briining
met zijn u&tbeeWing van den Pastoor, en van
mervr. R. de la MarKley als ,,Jans(ke
zijn buishoudster. Het spel boeide van begin
tot eind en de optredenden werden herhaalde
malen hartelijk toegejudcht.
Nadat het plaatsen van een dam in het bui-
tensluishoofd gisteren met behulp van de drij-
vende bok is voltooid, is de aangevarem eb-
deur van haar steunpunt gelicht en ter zijde
f. vercomeren uu numemsat mci lugang vcm
17 Dec. a.s. vrijstelling van den dienstplicht
voor goed verleend.
Politierechter te Middelburg.
Zitting van 21 October 1930.
De volgende zaken werden behandeld:
R. U. C., oud 24 j., kantoorbediende te
Wachtebeke (B.), werd ten laste gelegd dat
hij op 4 September 1930 te Sas van Gent
Bertha Dublent bij hare keel heeft gegrepen,
bij de borst heeft gestompt en met een schop
heeft geslagen.
Deze zaak werd 3 weken uitgesteld om nog
2 getuigen te hooren.
H. d. K., oud 19 j., monteur en K. D., oud
20 j., arbeider, beiden te Axel, werden ver-
dacht dat zij op 6 September j.l. te Axel A.
J. Sol hebben geslagen en geschopt.
Eischieder 20 boete of 20 dagen hecht.
Uitspraak: idem.
J. F. A., oud 29 j., werkman te Ter Neuzen,
werd beklaagd dat hjj op 6 September 1930
te Ter Neuzen J. A. F. van Rossem en J. J.
van Rossem heeft geslagen en geschopt.
Eisch: 20 boete of 20 dagen hecht.
Uitspraak: idem.
E. v. d. K., oud 27 j., klompenmakersknecht
te Clinge, werd ten laste gelegd dat hjj op 14
September 1930 te Olinge (B.) Christina van
Puitjvelde met een mes of een scherp voorwerp
heeft gestoken.
Eisch: 14 dagen gevang.
Uitspraak: 14 dagen gevang., voorw. proef-
tijd 3 jaar en f 20 boete of 20 dagen hecht.
H. G., oud 25 j., schippersknecht te Eede
werd verdacht dat hij op 16 September 1930
E. van Raeman heeft geslagen.
geen aeze voor ae td. c. m. neen. goimm.
Tot zijn opvolger werd bij acclamatie geko-
zen de heer P. Scheelede Putter, die zeide
deze functie te aanvaarden, al voelt hij hoe
moeilijk hot is den heer Welleman te vervan-
gen. Spr. dankte voor het vertrouwen in hem
gesteld.
De heer D. W. Lindenbergh werd herkozen
als lid van het dagelijksch bestuur van de
Algemeene keuringscommissie voor de keu-
ring van gewassen.
Aan mej. M. Reichardt werd op de meest
eervolle wijze ontslag verleend als leerares
bij het Landbouwhuishoudonderwijs en goed-
gekeurd de benoeming van de dames G. Crrjns
te Maastricht en P. M. Leenhouts te Retran-
chement tot leeraressen bij dat onderwijs.
Daar gebleken is, dat de heer H. van Gors-
sel reeds in 1877 toetrad als lid van de afdee-
ling Tholen, werd hij benoemd tot lid van ver-
dienste der Z. L. M.
Inzake de comtributieregeling werd het
voorstel aangenomen van het Dag. Bestuur
om deze in 1931 gelijk te doen zijn aan 1930.
Thans kwam in behandeling de begrooting
1931, aanwijzend in ontvang en uitgaaf
27906,30 met 110,80 onvoorzien.
De eenige post die aanleiding tot bespre-
king gaf werd gecombineerd met het volgende
punt der agenda, namelijk de bespreking
Kringtentoonstelling 1931.
Op een vraag van den heer Gast of er vol-
gend jaar een kringtentoonstelling zal wor
den gehouden, antwoordde de secretaris, dat
Noord-Beveland besloot geen tentoonstelling
te houden, doch wel ligt het in de bedoeling
in dien kring een hoofdbestuursvergadering,
een ledenvergadering en een rijtoer te houden
en daaraan wellicht een demonstratie of iets
dergelijks te verbinden.
De heer De Regt zegt dat Noord-Beveland
het houden van eene tentoonstelling in een
anderen kring ook goed zou vinden.
De heer Vogelvanger zegt dat het tekort
nette manier te werk gaan en zoo mogelijk
in tegenwoordigheid van den minister de cri
sis bespreken.
De Secretaris geeft toe men het goed moet
zeggen en vindt bijv. het lang uitblijven van
het maalgebod een schande.
De Voorzitter acht het nog niet den tijd
voor een protest, wel voor een goede bespre
king en dit zoo spoedig mogelijk in overleg
met den minister. Hiertoe wordt besloten en
zal de vergadering vermoedelijk in de tweede
helft van November plaats hebben.
Inzake de samenwerking met andere orga-
nisaties wordt besloten ook over de sprekers
met haar te onderhandelen, terwijl de heer
Zwagerman de wenschelijkheid naar voren
bracht om voor ieder onderwerp twee inlei-
ders te hebben voor het geval een zaal te
klein zou zijn.
De heer Gast bracht nog naar voren den
weinigen steun, die voor de tertiaire wegen
wordt verleend en wees er o.a. ook op, dat
met het Zijpe-veer niet uit het groote plan
voor wegen wilt nemen, maar dit kan toch
best en op land helpt men zich voorloopig
nog wel.
De Voorzitter zeide, dat er door de Groning-
sche maatschappij van Landbouw gedacht is
aan 200 per K.M. voor tertiaire wegen, te
vinden uit het wegenfonds. Van den Polder-
bond. die ook een onderzoek instelt, is nog
geen rapport bekend. Er kan wel iets af voor
deze wegen. Spr. wil echter wachten op den
polderbond.
De heer Gast brengt het idee naar voren,
dat de Z. L. M., de Polderbond en Ged. Staten
samen brj den Minister aandringen op eene
wijziging in de regeling van uitkeeringen voor
wegen.
De Voorzitter acht dit een goed idee, al zal
het heel wat strijd kosten.
De heer Scheele zou willen zien, dat de
taxatie der gronden in de calamiteuze polders
.gijutwium - -rtn —rrivrc, i urrpen uo-i
plaatse moest worden uitigekeerd en dus mede
betaalden aan plaatsen met meer werkeloos-
heid. Spreker zou gaarne zien, dat de com
missie ten deze nog eems gegevens in Zealand
verzamelde.
Het bleek, dat de veirgadering in meerder
heid voor dit Pitelsel was en de heer Stevens
voorzitter der commissie zeide, dat de com
missie bedoel'de gegevens zal trachten te ver-
zamelen.
Besloten werd te Zierikzee een getooufw te
stiohten voor het laiidibouwhuislhoudoinderwijs.
Naar aanleiding van het punt ./bespreking
van de uitvoercontrole op uien", was van den
Kring Axel de wensch ingekomen, om de con-
troie niet voor 15 September te laten werken,
wat thans ook de heer Dees (Waarde) krach-
tig onidereteunide.
De Voorzitter braoht nu dank aan den heer
Hank en voor den steun van den Wilhelmina-
polder onidervonden met den proef van het
Ibietenzaad en riep dien steun ook in voor den
proef met het meatvee.
Biji de rondvraag towamen nog enkele zaken
aan de orde en toon den heer De Bucto worden
geantwoord, dat van het werken voor een
veiibetering in den hanidel in peujvruchten
vooralsnog niet veel te verwachten is.
De Voorzitter sloot tegen 5 uur, de vergade
ring, die dus bijna vier uur geduurd had.
Daarover ontleenen wij aan de N. R. Crt.
het volgende:
Uit Aken meid't men, dat in de mijn Anna H
bij Ailsdorf Dihsdagmorgen om 7 uur 20 een
hevige onitploffing is ontstaan. De schacht-
toren is omgeslagen. Verscheidene honder-
den mijnwerkers zijn bedolven.
Vol gens een nader bericht heeft de ontplof-