ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Aspirin
No. 8567.
MA AND AG 18 AUGUSTUS 1930.
70e Jaargang
BIB N EN L A N 0.
FEPILIETOK.
Vampier-Vleugel
BUITENLAHS.
eenig op de wereld
Het Koninklijk bezoek aan
Oostelijk Z.-Vlaanderen.
PUBLICATIE.
KONINKLIJK BEZOEK.
door
SAX ROHMER.
Uw gezondheid
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRUSBinnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post /1,80 per 3 maanden Br) voor uitbetaling fr. per post /6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,25, overlge lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Ultgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TEUEFOON No. 25.
Het heeft H.M. de Koningin behaagd mij
op te dragen aan de bevolking van Zeeland
en in bet bizonder aan de bevolking van Oos
telijk Zeeuwsch-Vlaanderen Haren diepgevoel-
den dank over te brenigen voor de ontvangst
aan H. M., H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H.
den Prins der Nederlanden bij hoogst derzelver
bezoek aan Zeeuwisch-Vlaanderen bereid. De
hartelijke wijze waarop de geheele bevolking
van het door H. M. bezochte gedeelte van ons
gewest, Haar en Haar gezin heeft ontvangen,
de woorden van aanhankelijkheid en trouw
in de venschillende gemeenten tot Haar ge-
richt, de fraaie versieringen, die in vele plaat-
sen op zoo velerlei wijze uiting gaven aan de
gevoelens van vreugde, die de bevolking be-
zielden, hebben H. M. diep getroffen. In het
bij zonder was het H. M. een vreugde, getuige
te zijn van de schitterende wijze waarop in
het aloude Hulst in de levende kracht van het
met zooveel banden en aan Haar stamhuis
verbonden Zeeuwsch-Vlaanderen tot uiting is
gekomen. Het is de innige wensch van H.M.
dat met den onmisbaren zegen van den Al-
machtige ons gewest moge bloeien.
De Commissaris der Koningin,
QUARLES VAN UFFORD.
Middelburg, 16 Aug. 1930.
De Burgemeester van TER NEUZEN
maakt het volgende bekend:
Hare Majesteit de Koningin heeft mij op-
gedragen den ingezetenen dezer gemeente
Haren hartelijUen dank over te brengen voor
de vriendelijke ontvangst, die Haar met Haar
Gemaal en Haar Dochter tebeurt is gevallen
bjj het bezoek op 16 Augustus j.l.
De Vorstelijke Familie was zeer erxente-
lijk voor de wijze, waarop van de gehecht-
heid aan Haar Huis werd blijk gegeven.
Ter Neuzen, den 18 Augustus '30.
De Burgemester voornoemd.
J. HUIZINGA.
COMPENSEEREND INVOERRECHT OP
SOMMIGE SOORTEN SUIKER.
De Minister van Financien brengt ter ken-
nis van belanghebibenden, dat de wet van 1
Augustus 1930 tot heffing van een compen-
seerend invoerrecht op sommige soorten van
suiker in werking treedt 17 Augustus 1930.
44) (Vervolg.)
Ze legde haar handen smeekend op
mijn sdhouders en keek me aan op een
manier, die een verlangen in me wakker
riep, om haar in mijn armen te nemen en
haar zoo te troosten. Gelukkig wist ik die
onzinnige opwelling te onderdrukken.
„Er is op Kolonel Menendez ge-
schoten", zei ik half-fluisterend, om Mrs.
Fisher, die juist de kamer binnenkwam.
,„Hij is toch niet
Ik knikte.
Ze knipperde met haar oogen, of ze
plotseling in een te fel lioht keek, en greep
zich in een poging om zich staande te
houden, krampachtig aan me vast.
,,Dat heeft ze geweten", fluisterde ze
na een paar oogemblikken. ,,Daardoor is
ze flauw gevallen. Hemel! Wat ver-
schrikkelijk!"
Ik bracht haar naar een stoel, hielp
haar bij het gaan zitten, en bleef haar be-
zorgd gadeslaan. Maar offedhoon alle
kleur uit haar gezicht verdwenen was
hield ze zich kranig en na een paar oogen-
blikken sloeg ze haar oogen op en glim-
lachte me moedig, maar .wel wat bleekjes
toe.
„Ik zorg wel voor haar' zei ze. ,,Mr.
Harley heeft u natuurlijik noodig".
Toen ik in de hal kwam, vond ik daar
een verzameling van bedienden, in alle
stadia van aekleed-zijn, bijeen. Juist deed
Castro de deur open en liet Carter, den
chauffeur, die in de tuinmanswoning
woonde, binnen.
DE POOLSCHE COULOIR.
Zaleski, de Poolsehe minister van buiten-
landsche zaken, heeft schrijft de N. R. Crt.
tegen den Duitschen zaakgelastigde te
Warschau vertoogen gehouden naar aanlei^
ding van de rede van Treviranus, die tot 30
September minister voor het bezette gebied'
in het rijkskabinet blijft. Er is geen gebied
van Duitschland meer als onderpand voor de'
betaling der herstelkosten bezet, maar de
zaken van zijn departement zijn nog niet alle
afgewikkeld. Treviranus, die behoort tot een
van de groepen waarin de Duitsch-nationale
partij zich den laatsten tijd gesplitst heeft,
had het wat bont gemaakt tegenover Polen
door zrjn terugeischen van de Poolsehe cou
loir, maar heeft in twee verklaringen daama
zijn bedoelingen nader toegelicht, om duide-
lijk te maken dat hij niet aan een geweld-
dadige herziening van de nieuwe grenizen van
Versailles gedacht had. Niettemin is te be-
grijpen dat het de Polen onaangenaam getrof
fen heeft dat een Duitsch rijksminister een
geweldig brok van hun gebied, zij het langs
vreedizamen weg, opeischt, hetwelk hun ver-
binding met de Oostzee verschaft en door een
overgroote meerderheid van Poolsch spre-
kenden bewoond wordt. De couloir is de
westelrjke ,,hoorn" van Polen, de provincie
Wilna is de oostelijke hoom, dien Lithauen
van hen terugeischt. Bedenkt men dat het
meerendeel van de Duitschers ook Opper-
Silezie met zijn minerale hulpbronnen van
Polen terug zouden willen hebben, dan is het
te begrijpen dat het Poolsehe volk kitteloorig
wordt over gestadig herhaalde aanspraken
die een nieuwe „Poolsche verdeeling" als een
billijke regeling zouden willen voorstellen.
Om bij de couloir te blijven, is het de vraag
wat in het oog der wereld zwaarder moet
wegen': dat de Duitsche provincie Oost-Prui-
sen een exclave van het rijksgebied blijft en
van zjjn natuurlijke bevoorradings- en afzet-
gebieden afgesneden is of dat millioenen
Polen weer onder het Duitsche gezag komen
-en er dan misschien een Duitsche couloir
door Poolsch gebied, in plaats van de Pool
sehe couloir door Duitsch gebied, komt,
waardoor Polen ten minste zijn verbinding
met de zee zou. behouden. In dit laatste zui-
ver hypothetische geval zou er een nieuwe
coulodr-kwestie ontstaan waarin Polen de.
terugeischende partij zou worden.
De herziening van de grenzen in het Oos-
ten is het gevolg van de militaire overwinning
der geallieerden en ondanks al het gepraat
over een beroep op den Voikenfoond, om deze
grenzen opnieuw op zoo grondige wijze te her-
zien als de Duitschers zouden wenschen, is
het duidelijk dat daar geen belangrijke ver-
andering in kan komen dan ten gevolge van
een nieuwen oorlog. Wie het anders zou wil
len voorstellen, strooit de goegemeente zand
in de oogen. Als de Volkenbond zoo dwaas
wilde zijn, de taak aan te vatten om stukken
van het gebied van een souvereinen staat dan
toch zeker tegen zijn wil te gaan afsnijden,
zou hij meteen uiteenspatten.
De eischen die Minister Treviranus stelt,
behooren niet in het domein van de Real-J
politik, maar misschien mag men zijn derail-
lement ten deele_verklaren uit het feit dat op
het oogenblik in Duitschland de verkiezings-
veldtocht gaande is, waarin velen meer zeg-
gen dan zij verantwoorden kunnen.
ADVERTENTI8NVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,10,
Grootere letters en clich6's wor den naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement te gen verminderd tarief, hetwelk op aan vraag
verkrjjgbaar is. Inzending van advertentien liefst 66n dag voor de ultgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
BRAND.
Vrijdagavond brak boven deze omgeving
een hevige onweersbui los. Al spoedig werd
aan den rooden gloed in de lucht waargeno-
men dat onder Ter Neuzen brand was ont
staan, en aan den stijgenden gloed was te
zien dat het een felle brand was. Nader bleek
dat de bliksem was geslagen in de landbouw-
schuur op de hofstede van den landbouwer
A. Dees DJz., gelegen aan het kanaal nabij
den tweeden overzet. De brandweer uit de
kom was met de automotorbrandspuit vlug
op het terrein en gaf onmiddellijk water.
Kort daama kwam ook de motorbrandspuit
van Sluiskil ter plaatse.
De schuur stond toen met den geheelen
inhoud ongedorschen graan reeds in lichte
laaie, zoodat men zich moest bepalen tot het
beveiligen der nabij staande gebouwen en
verder beginnen met blusschen van de bran-
dende massa, die een felle hitte verspreidde.
Gelukkig woei de wind van de belendende
gebouwen af. Het zou anders de vraag ge-
weest zijn, of bij deze felle bries deze niet
eveneens een prooi der vlammen zouden zijn
geworden v66r de brandweer ter plaatse kon
zijn. We vemamen dat het den heer Dees
nog had kunnen gelukken de paarden tijdig
uit den brandenden stal te halen. Twee kal-
vers zijn echter in de vlammen omgekomen.
Des morgenis 6 uur kon de brandweer in-
rukken. Naar we vememen is alles verzekerd.
Er werd echiter nog in andere richting een
roode gloed in de lucht waargenomen. Deze
bleek afkomstig van den brand door den blik
sem veroorzaakt op de hofstede van den land
bouwer H. Regemortel te Absdale, waar de
landbouwschuur met inhoud graan, hooi en
eenig landbouwgereedschap door het vuur
werd verteerd. Een paard, een stier en 2 var-
kens konden uit den stal gered worden. De
brandspuit van St. Jansteen kwam wel ter
plaatse, doch werd niet in werking gesteld.
Wegens de windrichting liep ook hier het nabij
gelegen woonhuiis geen gevaar. Naar we
vememen is de schuur slechts laag verzekerd.
EEN ZEEMAN VERDRONKEN.
Tijdens de onweersbui, die met hevigen
wind gepaard ging, wilden vier leden der be-
manning van den zee! ?hter .Thames", lig-
gende op de reede alhier zich per roeiboot
naar boord van het schip begeven. Even
buiten de haven sloeg de boot om, zoodat al
ien te water geraakten. Aan drie personen
gelukte het zwemmende den oever te berei
ken. Zij kwamen bij de gemeentepolitie on
derdak v-ragen en gelegenheid om hun kleeren
te drogen, welke hen in het politiebureau
werd verschaft. Van den vierden man werd
niets meer vemomen. Hij is dus vermoedelijk
verdronken.
GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.
Op 16 Augustus stonden als werkzoeken
den (hetgeen niet altijd beteekent dat zij
werkloos zijn) bij de arbeidsbeurs inge-
schreven
Transport- en losse arbeiders 165; zee
lieden 3; nachtwakers 1; fabrieksarbeiders 3;
vlechters 3; betontimmerlieden 6; totaal 181.
De aanmeldingen bedroegen: Maandag 8,
Dinsda^; 6, Woensdag 11, Donderdag 66, Vrij-
dag 52 'en Zaterdag 47.
DEKLAST VERLOREN.
Zaterdagmiddag wilde het motorschip
,,Elodie", schipper J. van Damme, van Ter
Neuzen, komende van Kats met een lading
vlas, alhier op de haven komen. Door het
daar ter plaatse zeer woelige water is de
deklast uitgeschoten en overboord gevallen.
In twee gedeelten is de lading nabij de
Griete aangespoeld.
MOTORBOOT GESTRAND.
Door de sleepboot „Willem" van de Firma
C. A. Jansen alhier, is Zaterdagmorgen be
houden binnen de haven van Ter Neuzen ge-
sleept de motorboot „Johanna", schipper W.
Leeman van Giessendam, geladen met gries-
meel, bestemd voor Belgie, welke boot tijdens
het onstuimig weer van dien voormiddag, op
den Westdam der oude haven was vastge-
loopen. Door de „Willem" werd het motor
schip weer vlot getrokken.
EEN DROEVIG ONGELUK.
Naar we vememen is gisteravond op de
grens van Axel, Koewacht en St. Jansteen, op
of bij den weg naar Absdale een droevig on-
geluk voorgekomen. Daar moesten twee auto's
elkaar passeeren en kwamen daartoe zeer
langzaam aangereden. Ter plaatse speelden
eenige kinderen op den weg, en een 3^jarig
jongetje liep op het laatste oogenblik over
den weg onder een der auto's. Het was den
bestuurder onmogelijk nog te stoppen, zoo
dat het knaapje overreden werd en in beden-
kelijken toestand moest worden opgenomen.
WATERSCHAPPEN.
Bij Kon. besluit zijn benoemd in de provin
cie Zeelandmet ingang van 6 September 1930
tot dijkgraaf van den Dijckmeesterpolder C.
J. de Zwart, te Hoek; met ingang van 1
Augustus 1930 tot gezworene van den Dijck
meesterpolder G. D. A. Voerman te Philippine;
met ingang van 1 Augustus 1930 tot gezwo
rene van den Hellegatpolder J. Scheele Wzn.
te Zaamslag.
EEN ONGEVAL.
Er heeft zich Donderdag op het terrein van
de in aanbouw zijnde ammoniak-fabriek te
Sluiskil weer een vrij emstig ongeval voorge-
daan, dat evenwel aan de onvoonzichtigheid
van het slachtoffer zelf moet worden toege-
schreven.
Men is op dat terrein bezig met het opmet-
selen van een ongeveer 60 meter hoogen
sbhoorsteen. Gedurende het schaftuur be-
wogen zich verschillende werklieden over het
gedeelte van het terrein waar deze bouw
plaats vindt. Herhaaldelijk was door de met-
selaars gewaarschuwd, dat men van onder
het werk weg moest blijven met het oog op
het gevaar door neerstortend gesteente te
worden getroffen.
Door eenige werklieden werd deze waar-
sohuwing in den wind geslagen, met het nood-
lottig gevolg, dat, toen op een gegeven oogen
blik een steenmassa naar beneden stortte, een
hunner daardoor zoo emstig getroffen werd,
dat hij bewusteloos neerzeeg. De man voor
wiens leven men aaiwankelijk vreesde is
ter verpleging naar het ziekenhuis te Sluiskil
overgebracht, alwaar de dokter ontdekte dat
hem eenige ribben waren gebroken.
DIEFSTAL VAN EEN RUND.
Dezer dagen ontdekte een landbouwer te
Hengstdijk, dat een van zijn runderen, die
onder die gemeente in een weide graasden,
was verdwenen. Aanv-ankelijk dacht men, dat
het dier uit de weide was gebroken en zich
onder andere dieren in een aangrenzend wei-
land had gemengd. Een ingesteld onderzoek
..Carter", zei ik ,,neem een auto en ga
den dokter halen. En als er nog iemand
is, die chauffeeren kan, laat die dan naay
de politie gaan. De Kolonel is doo<J-
geschoten."
HOOFDSTUK XVIII.
Inspecteur Aylesbury.
„Ziezoo, heeren", zei inspecteur Ayles
bury' „nou beginnen we aan het getui-
genvefhoor".
Het grauwe licht van den dageraad
gleed, langzaam, aarzelend over de heu-
vels en het uitzicht uit de ramen van de
bibliobheek deed me aan een studie van
Bastien Lepage denken. De lampen straal-
den een eigenaardig, gelig schijnsel uit en
dit, met het koude, grijze licht, dat door
de deuren naar binnen viel, gaf aan het
pompeuze interieur van de bibliotheek,
iets van een tooneel bij daglicht. Het
portret van Velasquez verplaatste me,
geestelijk, telkens weer naar de biljart-
kamer, waar op de rustbank, onder een
laken, een stille gedaante lag en dan
vroeg ik me af, of ik zelf er even moe en
neerslachtig uitzag als mijn metgezellen,
dat wil zeqgen, als twee van hen, want
inspecteur Aylesbury was de gezondheid
en onverschilligheid in eigen persoon.
Met zijn handen in zijn broekzakken,
vierkant en plomp stond hij voor den
grooten haard. Hij had iets van een wal
rus, maar de omstandigheden waren te
ernstig voor een goed waardeeren van
den humor in de vergelijking van Harlev.
Met zijn groote, rossige snor, uitpuilende
bruine oogen en zware onderkaak met
twee verdiepimgen, die een eigenaardig
contrast vormde met zijn laag, naar ach-
teren loopend voorhoofd, was hij een
buitengewoon onsympathieke persoonlijk-
heid. Van het eerste oogenblik af had ik
een zekeren weerzin tegen zijn groot, log
lichaam en pafferige handen opgevat. En
daarbij was zijn manier van optreden
buitengewoon irriteerend.
Harley zat op dezelfde plaats, waar hij
tijdens ons laatste ondefhoud met Kolonel
Menendez gezeten had en ik was een
paar minuten te voren tot de ontdekking
gekomen tot de minder aangename ont
dekking, eerlijk gezegd dat ik op de
bank zat, waarop Kolonel Menendez toen
gelegen had. Buiten ons was er nog
iemand aanwezig: Dr. Rolleston van
Mid Hatton, een slanke .blonde man met
uiterlijk en manieren, waaraan men duide
lijk den gewezen militair herkende. Hij
stond naast me en rookte rustig e'en
sigaret.
,,Ik helb natuurlijk al de gebruikelijke
aanteekeningen gemaakt", ging de inspec
teur gewichtig voort, „de ligging van
het lichaam, de aard van de verwonding,
de inihoud van de zakken, enz. en nu begin
ik met u, Mr. Harley, als de persoon, die
den vermoorde gevonden heeft
Paul Harley ging, zonder een blik van
den spreker af te laten, wat gemakkelijker
zitten en sloeg zijn eene been over zijn
andere.
,,Maar voor we over het gebeurde van
vanavond beginnen, zou ik graag een
zuiveren indruk hebben van uw positie
hier ,van de rol, die u bij deze quaestie
speelt, Mr. Harley. Om te beginnen"
inspecteur Aylesbury hief zijn wijsvinger
gewichtig op, „om te beginnen bent u
gisteren om informatie over de buurt hier
bij me geweest, Mr. Harley
,,Ja", stemde Harley kortaf toe.
,,De vragen, die u me gesteld hebt,
waren", ging de inspecteur langzaam en
plechtig voort, „weet u ook, of hier in de
buurt negers of andere kleurlingen wonen
en wilt u me een lijstje geven van de land-
goederen en families, binnen een straal
is het beste juist goed
genoeg. Eischt daarom
uitsluitend Aspirin-
tabletten in de origi-
neele verpakking met
het wereldberoemde
BAYER-kruis.
L»t op oranje band en Bayerkruis. Prljs 75 c
(Ingez. Med.)
leverde echter geen resultaat op, zoodat moet
worden aangenomen, dat het- rund, dat een
waarde vertegenwoordigt van ongeveer 300,
is gestolen. Van de daders ontbreekt ieder
spoor.
EEN STOOMBOOTJE GEKAPSIJSD.
Donderdagmiddag omstreeks 1 uur voer
het stoomibootje, dat den vrachtdienst onder-
houdt tusschen Sluis en Brugge, tusschen
Oostkerke en Damme (Belgie) op een plan-
kier, waardoor het bootje ook wegens den
hevigen wind, naar 66n kant overhelde en
eenige zakken graan in het water terecht-
kwamen. De stoomboot kapsijsde door die
vracht en zonk. De bemanning, die uit twee
man personee! en eenige passagiers bestond,
kwamen met een nat pak en den schrik vrij.
van drie kilometer van Cray s Folly af.
Ik heb u de gevraagde inlichtingen ge
geven en nu is 't uw beurt om mij 't een
en ander te vertellen. Om te beginnen:
waarom hebt u me die vragen gesteld?"
,,Dat zal ik u vertellen", was het ant-
woord van Harley. ..Kolonel Menendez
had mij verzocht om met mijn vriend,
Mr. Knox, naar Crays Folly te komen,
om eenige gebeurtenissen, die hier plaats
gegrepen hadden te onderzoeken
..O!" zei de inspecteur met opgetrok-
ken wenkbrauwen. ,,U was dus hier om
't een en ander te onderzoeken?"
"kn die gebeurtenissen, waarover u het
heeft wat voor gebeurtenissen waren
dat?"
,,Oppervlakkig beschouwd n paar ge-
wone incidenten", gaf Harley ten aut-
woord. ,,Een poging tot inbraak
,,Een poging tot inbraak?"
„Llaar daar weten wij niets van!"
„Dat kan zijn maar die poging tot in
braak heeft plaats gehad, dat kan ik u
verzekeren. Ten tweede had Kolonel
Menendez iemand s avonds in den tuin
zien rondsluipen en ten derde had hij op
een ocbtend een vleermuisvleugel tegen
z'n deur gespijkerd gevonden
De wenkbrauwen van inspecteur Ayles
bury gingen de laagte in, tot ze, in een
jbestraffenden frons, de bruine oogen
eronder bijna raakten.
..Zonder nu dadelijk gevolgtrekkingen
te willen maken, meneer' zei hij, ,,maar
u probeert toPh niet, om op een oogenblik
als dit grappig te zijn, wel?"
„Mijn gevoel voor humor schittert op
het oogenblik door afwezigheid". gaf
Harley kortaf ten antwoord. ,,Ik heb u in
antwoord op uw vraag eenige feiten en
niets anders dan dat meegedeeld".
,,0, als dat zoo is.
TER NEUZEN, 18 AUG. 1930.
Terwijl men in bijna alle plaatsen van dit
gewest reeds plannen maakte tot het organi-
seeren van feestelijkheden ter herdenking van
den 50sten jaardag van. H.M. Koningin Wilhel-
mina, werden wij verrast door de mededeeling
van den Commissaris der Koningin, ter ge
legenheid van de Landibouwtentoonstelling te
Kloosterzande, dat de Vorstin voomemens was
met Hare Familie op 16 Augustus een bezoek
te brengen aan Oostelijk Zeeuwsch-Vlaan
deren.
Met groote ingenomenheid werd deze mede
deeling vemomen. Klaarblijkelijk was de aan-
leiding de herdenking van het 750jarig be-
staan der stadsrechten van Hulst, doch toen
omtrent het programma van dit bezoek een en
ander bekend was, wekte dit een bijzondere
vreugde in verschillende gemeenten, waar-
van meerdere aan de uiterste landsgrens ge
legen, immers, thans zouden ook die gemeen
ten het voorreoht genieten de Landsvrouwe
met Haar gezin binnen hunne grenzen te ont
vangen, en maakte men zich allerwege op
Haar een waardige ontvangst te bieden.
Bij al die plannen was men wel hoopvol
gestemd, maar toch bezorgd, dat het weer,
dat zich de laatste weken vein zoo'n ongun-
stige zijde deed kennen, ook een demper zou
kunnen zetten op de feestvreugde van dezen
dag door regenbuien.
We werden echter begunstigd. 't Scheen na
het ruwe weer van Donderdag en het hevige
onweer van Vrijdagnacht wat uitgebuid, en al
scheen Zaterdag nog niet het joumalistieke
„Oranjezonnetje", zoo waren toch, ondanks de
donkere wolken, met de stevige bries uit het
Noordwesten, bij een stijgenden barometer,
Inspecteur Aylesbury ademde een paar
maal.
,,De zaak staat dus zoo: er is op Cray's
.Folly ingebroken een feit, waarvan
men ons,' tusschen twee haakjes, niets
heeft laten weten een verdacht persoon
is hier binnen de hekken gezien, een
tweede feit, waarvan men ons niets heeft
laten weten; en iemand heeft de flauwiteit
gehad, om den vleugel van een vleermuis
op de-deur te spijkeren. Mag ik weten.
Mr. Harley, waarom u me dit vertelt! De
beide andere feiten zijn ernstig, maar
waarom u me op een oogenblik als dit met
een streek van den een of anderen kwa-
jongen aankomt, begrijp ik niet".
,,Ja", zei Harley moedeloos; ,,'t klinkt
wat zonderling, dat geef ik u volmondig
toe. Maar volgens Kolonel Menendez
was dat juist het belangrijkste van de
drie".
,,Wat? Die vleermuisvleugel op de
deur?"
,,Ja, die vleermuisvleugel op de deur.
Hij geloofde, dat het een soort van ken-
nisgeving was van zijn terdoodveroor-
deeling door een geheime vereeniging, een
negervereeniging. Daarom heb ik ook
naar kleurlingen of negers hier in de buurt
gei'nformeerd. Begrijpt u .inspecteur?"
Inspecteur Aylesbury haalde een groo
ten zakdoek uit zijn zak en snoot luid-
rudhtig zijn neus. Daarna borg hij den
zakdoek weer zorgvuldig weg en ademde
een paar maal beaachtzaam. Dan:
,,Wilt u daarmee zeggen", zei hij, ,,dat
wijlen Kolonel Menendez verwachtte, dat
hij vermoord zou worden?"
,,Dat wil ik daarmee zeggen," gaf Har
ley ten antwoord. ,,En dat verklaart
meteen mijn aanwezigheid hier op Cray's
Folley".
(Wordt vervolgd.)