ALGEMEEH NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Tweede Blad.
No. 8562
WOENSDAG 6 AUGUSTUS 1930.
70e JAARGANG,
GEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
NEUZENSCHE CO U RANT
mii.
Vergadering van Donderdag 24 Juli 1930,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer J. Huizinga, burge
meester.
Tegenwoordig de leden: J. J. de Jager, D.
Scheele, F. Dekker, C. A. Verlinde, P. F. de
Bakker, H. J. Colsen, N. A. Hamelink, L. J.
van Driel, C. van den Bulck, D. van Aken en
W. Bedet.
Afwezig de heeren L. J. Geelhoedt en A. de
Bruijne.
(2. Slot.)
d. Een beschikking van gedeputeerde sta-
ten van Zeeland, d.d. 24 Juni 1930, welke,
overwegende dat aan de gemeentebegrooting
voor 1930 de goedkeuring nog niet is kunnen
worden verleend, hunne beslissing daarom-
trent, welke reeds verdaagd was tot 1 Juli,
opnieuw wordt verdaagd tot 1 October 1930,
onder de in hun besluit van 28 Maart 1930
no. 170, le afd., vervatte bepalingen.
De heer SCHEELE vraagt, waar de reden
toch mag schuilen, dat de goedkeuring der
begrooting thans zoolang uitblijft.
De VOORZITTER meent, dat gedeputeerde
staten het erg druk hebben. Er zijn nog meer
gemeenten waar het zoo is. We zullen hier
echter den weg van het gemeentebestuur van
's Gravenpolder niet volgen.
De heer SCHEELE zou daarvoor anders wel
iets gevoelen, om aldus gedeputeerde staten
te dwingen om in te grijpen. Hij acht dit geen
juiste behandeling.
De VOORZITTER: We mogen geen kwaad
met kwaad vergelden aangenomen dat het
een kwaad is.
De heer DE JAGER: Wij zullen ondanks
dezen toestand uitgeven hetgeen noodig is.
De heer COLSEN: Maar stelt dan voor, dat
de begrooting eens niet wordt goedgekeurd en
de centen reeds zijn uitgegeven?
De heer VERLINDE ziet er geen bezwaar
in; het zal eenvoudig gebrek aan tijd voor de
behandeling zijn.
De heer SCHEELE acht het toch verkeerd,
dat hoogere autoriteiten aldus handelen. Ze
dwingen zelf de gemeenten in een keurslijf van
bepalingen en hebben zelf ook een roeping te-
genover die besturen te vervullen. Dat de op
tijd ingezonden begrooting nog niet is goedge
keurd als reeds de helft van het dienistjaar is
verstreken kan niet door den beugel. Hij
wenscht bij deze gelegenheid daartegen met
nadruk te protesteeren. De hoogere heeren
hebben ook een roeping en worden ook voor
hun werk betaald. Dit gaat over de schreef.
De VOORZITTER merkt op, dat er in Zee-
land 110 gemeenten zijn; het is niet moge-
lijk die alle op korten tijd onder de loupe te
nemen. Wij zijn echter op tijd geweest met de
inzending.
De heer HAMELINK meent, dat er op die
manier ook geen bezwaar tegen zou zijn, dat
de raad met de behandeling wachtte tot de
maand Februari.
De VOORZITTER voert hiertegen aan, dat
een minder goed voorbeeld geen aanleiding
mag zijn om eveneens verkeerd te handelen.
De beschikking wordt met algemeene stem-
men voor kennisgeving aangenomen.
e. Het raadsbesluit van 26 Juni 1930, tot
wijziging der rente genoemd in het raadsbe
sluit van 22 Mei te voren, tot het aangaan
eener geldleening groot 57.000, voorzien van
het bewijs der goedkeuring door gedeputeerde
staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
f. Het raadsbesluit van 26 Juni 1930, tot
nadere vaststelling der zekerheidsstelling
door den gemeenteontvanger, voorzien van
het bewijs van goedkeuring door gedeputeer
de staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
g. Het raadsbesluit van 26 Juni 1930, tot
verkoop van gemeentegrond aan P. M. Maat
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
gedeputeerde staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
h. Een missive van gedeputeerde staten
van Zeeland, dd. 4 Juli 1930, waarbij de ont-
vangst wordt bericht van de wijziging der
verordening regelende den geneeskundigen
dienst en de instructie der gemeentegenees-
heeren.
Aangenomen voor kennisgeving.
i. Het raadsbesluit dd. 26 Juni 1930, tot
wijziging der gemeentebegrooting voor 1929
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
gedeputeerde staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
j. Het raadsbesluit van 22 Mei 1930, ge
wijzigd bij raadsbesluit van 26 Juni d.a.v., tot
het aangaan eener geldleening van 57.000,
voorzien van het bewijs der goedkeuring door
gedeputeerde staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
k. Het raadsbesluit van 22 Mei 1930, be-
treffende het beleenen van rentegevende stuk-
ken, voorzien van het bewijs der goedkeuring
door gedeputeerde staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
1. Een uitvoerig en beredeneerd verslag
van den toestand der gemeente over het jaar
1929.
Aangenomen voor kennisgeving.
m. Een adres van de Afdeeling Ter Neu-
zen van den Ned. Bond van Onderwijzers
luidende als volgt:
Ondergeteekende resp. Voorzitter en Se-
cretaris van de Afd. Ter Neuzen e.o. van den
Bond van Nederl. Onderw., verzoeken U Ed.
achtb. Heeren namens voomoemde Afd. be
leefd het daarheen te willen leiden, dat er zoo
spoedig mogelijk een eind gemaakt wordt aan
den onhoudbaren toestand in school A (de z.g
kopschool) wat de privaten betreft; zij ach-
ten dit noodzakelijk in het belang der gezond-
heid van leerlingen en onderwijzend personeel
Vooral in den zomer, bij hooge temperatuur
is de lucht soms verpestend.
Daar verondersteld wordt, dat de meesten
Uwer eenigszins met den toestand op de
hoogte zijn, achten zij het niet noodig hierbij
een memorie van toelichting te voegen.
Burgemeester en wethouders deelen mede,
dat de materialen noodig voor de uitvoering
van het werk tot oplossing van dat euvel
reeds zijn fcestcld en dat het werk tijden: de
vacantie wordt uitgevoerd.
De heer VAN DEN BULCK heeft met ver-
wondering bemerkt, dat burgemeester en
wethouders na het inkomen van dit adres ter-
stond bereid zijn verbetering aan te brengen.
Hij juicht de uitvoering van het werk op zich-
zelf toe, maar moet er toch zijn bevreemding
over uit spreken, dat er hier in de raadszit-
ting herhaaldelijk over gesproken is en er
niets aan gedaan werd, maar dat dit wel het
geval is, nu er een verzoek van de onderwij
zers komt. Als het dan z66 gaat, behoeven de
leden hier ook nergens meer over te spreken,
maar kan het beter aan vereenigingen wor
den opgedragen om zich die zaken asm te
trekken.
De heer BEDET moet tegen deze voorstel-
ling van feiten opkomen. Het werk wordt
thans niet uitgevoerd omdat die klacht is in-
gekomen.
De heer VAN DEN BULCK: Als dat niet
gebeurd was, was er nog geen sprake van
geweest.
De heer BEDET betoogt, dat, als hetgeen
de heer Van den Bulck beweert juist was, dit
niet erg vleiend voor hem zelf en voor de
overige leden van den raad zou zijn. Dat werk
wordt in de vacantie uitgevoerd, omdat dit er
de tijd voor is. De watertank ligt al gereed.
Er is wel wat met de uitvoering van het werk
gedraald, om af te wachten of de waterlei
ding al of niet zou doorgaan. Maar wat die
watertank zelf betreft, dit strekt tot sprekers
spijt burgemeester en wethouders niet tot
eere, want hij heeft gezien, dat dit er een is
van Engelsch fabrikaat. Hadden burgemeester
en wethouders daarvoor toch niet bij de Ne-
derlandsche industrie terecht gekunnen? Men
loopt nu de eigen industrie voorbij, die toch
ook wel watertanks kan vervaardigen. De
heer Dekker, die zelf met wafertanks rijdt, zal
dat wel kunnen bevestigen.
De heer DE JAGER vraagt, of er soms geen
plaatje op stond met de woorden: ,,Made in
Holland".
De heer BEDET: Neen, er stond wel op
187 en 191, netjes geverfd.
De VOORZITTER deelt miede, dat burge
meester en wethouders als gevolg van den
voortdurenden aandrang van den gemeente-
raad en de Ouder-Commissie hebben gemeend
te moeten overgaan tot de uitvoering van
dit noodige werk. Eerst is afgewacht, of de
waterleiding niet spoedig zou komen, want
dan had men het werk nog beter kunnen ma-
ken. Nu burgemeester en wethouders mee-
nen dat de waterleiding toch nog wel min-
stens twee of drie jaar op zich zal laten
wachten, meenden zij er mee te moeten door
gaan.
Wat de tanks betreft, deelt spreker mede,
dat burgemeester en wethouders aan leve-
ranciers prijsopgaaf hebben gevraagd en
daaruit het meest aannemelijk bod hebben
genomen. Het was hun niet bekend van waar
de leveranciers die tanks haalden. Er is al-
leen naar geschiktheid en prijs gekeken.
Het inzenden van het adres is hierop niet
van invloed geweest, want dit is pas jl. Dins-
dag in de vergadering van burgemeester en
wethouders behandeld.
De heer De BAKKER vraagt, of de inhoud
van dat adres misschien voor het college niet
erg vleiend is, omdat de raad daarvan geen
kennis mocht nemen. Hij heeft het althans niet
bij de stukken gezien, toen hij Dinsdag kwam.
De VOORZITTER: U is hier vermoedelijk
geweest tijdens de vergadering van burge
meester en wethouders en toen was het in die
vergadering. Er is volstrekt geenerlei be
zwaar tegen de kennisneming van den inhoud.
De heer DE BAKKER heeft het Woensdag
ook niet gezien.
De heer VERLINDE: Toen was het er toch.
De heer DE BAKKEREnfin, dat is niet zoo
erg, het komt in orde, dat is het voornaam-
ste. Hadden we de waterleiding ook maar!
De heer VAN DEN BULCK merkt op, dat
bij dezen istand van zaken, het zenden van
dat adres niet noodig was geweest, als daar
van kennis was gegeven aan de afdeeling.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat hij
in de vorige vergadering nog geen mededee-
lingen kon doen, aangezien toen alles nog
niet voldoende was voorbereid. De heeren
moeten zich nu maar dubbel gelukkig reke-
nen, dat het zoo spoedig in orde komt.
De heer DE BAKKER: Het spijt me toch;
dat we ook nog niet over de waterleiding
kunnen beschikken.
De VOORZITTER: Dat komt ook!
Het adres wordt voor kennisgeving aange
nomen.
n. Een verzoek van B. I. Zonnevijlle, ge-
meente-secretaris, om hem verlof te willen
verleenen van 28 Juli tot en met 12 Aug. a.s.
Dit veroek wordt met algemeene stemmen
ingewilligd.
o. De VOORZITTER herinnert de leden
aan de verschillende besprekingen die met be
trekking tot de rioleering der Oostkolkstraat
in besloten vergadering gehouden zijn.
In het voorjaar van 1929 is geconstateerd
dat die rioleering en die langs de Van Steen-
bergenlaan in desolaten toestand verkeert en
algeheele vemieuwing behoeft. Zij is aanvan-
kelijk gelegd vanwege het Domeinbestuur en
van haar door de gemeente ovengenomen.
Verschillende besprekingen zijn deswege met
het Domeinbestuur gehouden en daarom stelde
het Domeinbestuur zich op het standpunt, dat
de kosten der vemieuwing zouden moeten
worden gedragen door Domeinen, de gemeente
en bij de uitwatering betrokken polders. Bur
gemeester en wethouders hadden bij die be
sprekingen op zich genomen te bevorderen dat
de gemeente dan een vierde deel der op f 28.000
geraamde kosten voor haar rekening zou
nemen. Toen echter de definitieve brief bij
het gemeentebestuur inkwam, was het inmid-
dels aan burgemeester en wethouders bekend
geworden, dat de polders door Domein van de
betaling van het hen aanvankelijk opgelegd
deel in de kosten waren vrijgesteld. Zij von-
den daarin aanleiding opnieuw te gaan onder-
handelen, om te trachten op grond van bil-
lijkheid ook voor de gemeente vrijstelling te
krijgen van het bijdragen van een aandeel in
de kosten. De wethouder de heer Geelhoedt,
met den gemeente-secretaris, zijn daarvoor
naar den Haag gereisd, met de bedoeling een
bespreking te houden met den Minister van
Financien. Zij zijn er niet in geslaagd den
Minister te spreken, doch hadden een onder-
houd met verschillende hoofdambtenaren van
het Departement, en hebben tegenover hen
gepleit voor het belang van de gemeente, en
daama met goeden moed naar huis gekomen.
Thans is een schrijven ontvangen van den
Minister van Financien, waarbij deze te ken
nen geeft, de kosten van vemieuwing geheel
voor zijn rekening te zullen nemen. Er is dus
een belangrijk resultaat in het belang der ge
meente verkregen en spreker meent zeker uit
naam van den gemeenteraad te spreken, wan-
neer hij een woord van hulde en dank uit-
spreekt aan het adres van alien die er aan
hebben meegewerkt om dat resultaat te be-
reiken.
De heer SCHEELE stemt er mede in, dat
er heel wat bereikt is.
3. Ifttrekking raadsbesluit tot verkoop
van gemeentegrond.
Burgemeester en wethouders geven het
volgende te kennen:
In Uwe vergadering van den 20 Februari
j.l. werd besloten tot verkoop van een perceel
gemeentegrond aan P. J. Visser alhier, welk
besluit door gedeputeerde staten dezer pro-
vincie bij hun besluit van 28 Februari d.a.v.
onder no. 79, le Afd. werd goedgekeurd.
Het plotseling overl'ijden van den kooper
binnen den tijd welke voor het opmaken der
akte was vastgesteld is echter oorzaak ge
worden, dat de akte niet is opgemaakt, de
overdracht dus niet heeft plaats gehad en de
verkoop dan ook als vervallen kan worden
beschouwd.
Nadat de nalatenscbap van den kooper in
staat van faillissement was verklaard hebben
wij ons terzake gewend tot de curator, Mr. A.
Bolle te Middelburg, die ons mededeelde, dat
ook door haar de verkoop als niet gedaan
wordt geacht. Teneinde nu deze zaak ook
administratief in orde te krijgen, stellen wij
U voor, Uw bovengenoemd besluit in te
trekken.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
4. Nadere vaststelling rooilyn in de Koe
gorsstraat.
In Uwe vergadering van den 22 Mei j.l.
werd besloten schrijven burgemeester en
wethouders tot vaststelling van een rooi-
lijn in de Koegorsstraat.
Dit besluit, door ons ter goedkeuring inge
zonden aan gedeputeercfe staten dezer provin-
cie, wordt ons door genoemd college terug-
gezonden, onder mededeeling, dat de inspec-
teur van de Volksgezondheid te Den Haag,
tegen de geprojecteerde rooilijn betzwaren
meent te moeten maken en dat zij zich met
de gemaakte bedenkingen kunnen vereenigen.
De rooilijnen toch zijn vastgesteld op 6,50
M. uit de as, ter weerskijden en nu zou de
inspecteur van de Volksgezondheid zich tegen
deze breedte niet verzetten, aangezien de
Koegorsstraat naar alle waarschijnlijkheid
wel nooit een drukke verkeersweg zal worden,
ware het niet dat de beide bouwaanvragen,
ten behoeve waarvan de rooilijn wordt be-
paald, betrekking hebben op een plan, waarbij
de woningen eenige meters binnen de gepro
jecteerde rooilijn komen te liggen. Genoemde
functionaris meent, dat er nu alle aanleiding
bestaat, de gevellijn als rooilijn te nemen, d.i.
op een afstand van 9,50 M. uit de as van de
straat.
Waar de woningen eigener beweging achter
de rooilijn zijn gebouwd, hebben ook wij er
geen bezwaar tegen, de rooilijn vast te stellen,
als wordt verlangd, temeer niet, aangezien
(nu met de bebouwing van deze straat een
aanvang is gemaakt) wel niemand meer op
korter afstand van de straat zal willen bou-
wen.
Wij stellen U daarom voor, met intrekking
van Uw bovengenoemd besluit, de rooilijn in
de Koegorsstraat vast te stellen als op de bij-
behoorende teekening in roode kleur is ana
goge ven, d.i. op een afstand van 9,50 M. uit
de as van de straat.
De heer COLSEN vraagt, hoe burgemeester
en wethouders er toe komen dit voorstel te
doen.
De VOORZITTER: Omdat de heeren van
het Staatstoezicht die hier ook mede te maken
hebben van meening zijn, dat het beter is de
rooilijn wat achteruit vast te stellen, en zulks
voor het oogenblik gebeuren kan, zonder dat
er bijzondere belangen in het gedrang komen.
De heer COLSEN: Ik ben het er anders
niet met burgemeester en wethouders eens,
dat dit een straat is, die geen beteekenis zal
krijgen.
De VOORZITTER: Dat schrijven wij niet,
dat schrijft de Inspecteur voor de Volksge
zondheid.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
5. Verzoek tot wijziging van het sluitings-
uur der koffiehuizen.
Ingekomen is een adres van de afdeeling
Ter Neuzen en Omstreken van den Ned. Bond
van Koffiehuis-, Restauranthouders en Slij-
ters, gevestigd te Ter Neuzen, waarin wordt
te kennen gegeven:
dat het sluitingsuur van koffiehuizen en
dergelijke inrichtingen in deze gemeente is
vastgesteld op 11 uur des avonds en dit naar
de meening van adressante te vroeg moet
worden geacht;
dat immers uit den bestaanden toestand kan
worden afgeleid, dat vele burgers in deze ge
meente nog na des avonds 11 uur in een kof
fiehuis of restaurant wenschen te vertoeven,
en dat dit zeker door de gewijzigde omstan-
digheden in deze gemeente noodig is;
dat door de periodiek terugkeerende zomer
tijd een sluitingsuur om 11 uur, vooral in dit
tijdvak, te vroeg moet worden geacht;
dat hetzelfde geldt ten aanzien van hen, die
in den avomd 66n der twee hier bestaande
bioscopen bezoeken, wier voorstellingen zoo
laat eindigen, dat de bezoekers niet meer in
de gelegenheid zijn met vrienden en kennissen
nog eenige oogenblikken in een koffiehuis te
pauseeren, alvorens zich ter ruste te begeven;
dat dit alles niets heeft uit te staan met
drankmisbruik of eenig ander euvel, hetwelk
een vroegere sluiting der koffiehuizen zou
wenschelijk maken, maar uitsluitend wijst op
behoeften van deze gemeente, die waarlijk
niet alleen van belang zijn voor de exploitan-
ten van koffiehuizen en restaurants, maar
wel degelijk op het algemeen belang der ge
meente betrekking hebben;
reden waarom adressante den raad ver-
zoekt, op dit adres een gunstige beschikking
te nemen.
Burgemeester en wethouders geven te ken
nen geen tenmen aanwezig te achten op dit
verzoek een gunstige beslissing te nemen en
stellen voor, dit aan te nemen voor kennis
geving.
De heer VERLINDE geeft te kennen, dat
naar het hem voorkomt, dit verzoek meer een
gevolg is van de invoering van den zomertlijd
in een deel van het jaar en hij zou met het
oog daarop er wel voor gevoelen, om tijdens
den zomeirtijd het sluitingsuur later te stel
len. De buitenmenschen leven nu eenmaal
niet naar den zomertijd en zoo komen zij ook
een uur later naar de stad, waardoor het voor
hen op sluitingstijd nog maar 10 uur is.
De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat
het hem bekend is, dat er in de verzoekende
vereeniging zelf geen algemeene instemming
met dit streven bestond. Er zou met het oog
op de zomertijd iets voor te zeggen zijn, dan
berokkent het wel eenige moeilijkheid, maar
hij en zijn fractie gevoelen niet veel voor later
stellen van het sluitingsuur.
De heer COLSEN zou er zich ook goed mee
kunnen vereenigen, om gedurende den zomer
tlijd het sluitingsuur 1 uur later te stellen. Hij
doet dit te meer, daar ons volk in goede rich-
ting is opgevoed en hier geen uitspattingen
meer voorkomen. Hij heeft eens een staatje
opgemaakt betreffende de processen-verbaal
die hier wegens dronkenschap zijn opgemaakt
en dan blijkt daaruit dat die voor 80 komen
op rekening van personen boven de 40 jaar.
Dat pleit toch voor het jongere geslacht. Ons
volk is nu beter opgevoed dan vroeger, en
met een latere openstelling gedurende den
zomertijd, kan hij zich goed vereenigen. Hij
is tegen het voorstel van burgemeester en
wethouders.
De VOORZITTER gelooft, dat het verstan-
dig is, den bestaanden toestand te handhaven.
Het bezwaar dat genoemd is, klemt niet zoo
zwaar, We leggen zegt spreker niet op
iedere slak zout. En dat er nog eens iemand
na sluitingsuur in een cafe een fiets moet
gaan halen, daar bestaat bij ons geen bezwaar
tegen. Het is een gelukkig verschijnsel, dat
het jonge geslacht zich in dit opzicht van
gunstige zijde doet kennen. We moeten daar
om zorgen, dat, door het sluitingsuur later
te stellen, niet de kans krijgen om het goede
pad weer te verlaten.
De heer COLSEN steunt het voorstel van
den heer Verlinde om het sluitingsuur ge
durende den zomertijd den uur later te stellen.
Het voorstel van burgemeester en wet
houders, om het verzoek voor kennisgeving
aan te nemen, wordt aangenomen met 9 tegen
2 stemmen.
Voor stemmen de heeren Bedet, De Jager,
Scheele, Dekker, De Bakker, Hamelink, Van
Driel, Van den Bulck en Van Aken; tegen
stemmen de heeren Verlinde en Colsen.
6. Aan,wijzing bezoldigd en onbezoldigd
ambtenaar v^n den Burgerlijken Stand.
Burgemeester en wethouders deelen het
volgende mede:
In verfband met het feit, dat de gemeente
ontvanger op 15 Juli j.l. als zoodanig in dienst
is getreden, is met ingang van denzelfden
datum bevorderd tot commies ter secretarie,
de adjunct-commies, die tevens bezoldigd
ambtenaar van den burgerlijken stand is.
Waar de commies ter secretarie de afdeeK
ling financien voor zijne rekening krijgt om
deze afdeeling in onze gemeente niet gecom-
bineerd kan worden met de afdeeling Burger-
lijke Stand, dient de uitvoering van de wette-
lijke bepalingen, den burgerlijken stand be
treffende, fljir een andere ambtenaar ter
secretarie te worden opgedragen.
Daarvoor komt in aanmerking de adjunct-
commies ter secretarie, die reeds onbezoldigd
ambtenaar van den burgerlijken stand is.
Door dezen ambtenaar aan te wijzen als be
zoldigd- en gene als onbezoldigd ambtenaar
van den burgerlijken stand, kan eene eenvou-
dige en goede oplossing verkregen worden.
Wij stellen U daarom voor de commies ter
secretarie aan te wlijizen tot onbezoldigd- en de
adjunct-commies ter secretarie tot bezoldigd
ambtenaar van den burgerlijken stand.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
7. Toekenning vergoeding overeenkomstig
13 der Lageronderwijswet.
Burgemeester en wethouders van Ter
Neuzen, stellen voor, het volgende besluit te
nemen:
De gemeenteraad van Ter Neuzen:
Gezien een op 27 Juni j.l. ingekomen adres
van Cyrille Basile Emmaneel, wonende te Ter
Neuzen, Wijk O, No. 184, houdende verzoek
om steun uit de gemeentekas ter tegemoet-
koming in de kosten verbonden aan het be
zoeken van de R. K. Lagere School in de
kom, door zijne kinderen;
overwegende, dat van adressant twee leer-
plichtige kinderen sinds 1 Juli j.l. de R. K.
Lagere School in de kom bezoeken;
dat hij zich op 18 Juni j.l. in deze gemeente
heeft gevestigd, komen de uit St. Jansteen;
dat het perceel, Wijk O, No. 184, meer dan
4 kilometer verwijderd is van de R. K. Lagere
school in de kom;
dat ingevolge artikel 13 der Lageronder
wijswet 1920 de gevraagde tegemoetkoming
moet worden toegekend;
dat in verband met reeds eerder toegekende
vergoedingen ingevolge voomoemd artikel,
een bedrag van 30 per kind en per jaar bil
lijk wordt geacht;
gelet op artikel 13 der Lageronderwijswet
1920;
gehoord een voorstel van burgemeester en
wethouders;
besluit:
Aan Cyrille Basile Emmaneel voomoemd
voor 1930 (trjdvak 1 Juli tot en met 31 De
cember), een steun toe te kennen uit de ge
meentekas van dertig gulden 30,zulks
ter tegemoetkoming in de kosten, verbonden
aan het bezoeken der R. K. Lagere School ia
de kom, door twee zijner leerplichtige kinde
ren.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
8. Goedkeuring rekening Burgerlijk Arm-
bestuur 1929.
Burgemeester en wethouders stellen voor,
de ontvangen rekening van het Burgerlijik
Armlbestuur over 1929, bedragende in ont-
vangsten 24.427,60, in uitgaven f 23.783,46.
goed slot 644.14, goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
9. Wijziging gemeentebegrooting, dienst
1930.
Burgemeester en wethouders stellen voor,
de gemeentebegrooting voor den dienst 1930
te wijzigen als volgt: onder de uitgaven op
te nemen een post „toelage aan den oud-
gemeenteontvanger D. Tholens 670;
de onvoorziene uitgaven te verlagen met
670.
De VOORZITTER wenscht een tweetal uit-
gaafposten, te bespreken.
In de eerste plaats den post voor het laten
aanbrengen eener installatie voor centrale
verwarming voor het politiebureau.
Oorspronkelijk is besloten tot het aanbren
gen van centrale verwarming voor het politic-
bureau, het arrestantenlokaal en de berg-
plaats van de automobiel-motorbrandspuit,
Het is bij nadere overweging echter gewenscht
voorgekomen om die uit te breiden tot de
overige lokaliteiten in het gebouw, n.l. tot de
gymnastieklokalen en het kantoor van het
Burgerlijk Armbestuur, welke anders nog met
kachels zouden moeten worden verwarmd.
Het kwam tenslotte beter en economischer
voor, het geheele gebouw centraal te verwar-
men. De totale kosten worden dan f 2410;
aanvankelijk was geraamd 1050, het is dus
f 1360 meer.
De heer SCHEELE vraagt, of die hoogere
uitgaaf uit de gewone middelen kan worden
bestreden, waarop de VOORZITTER bevesti-
gend antwoordt.
De VOORZITTER vesti'gt de aandacht
voorts op den post ad 1400 voor het inrich-
ten eener wandelplaats.
Door burgemeester en wethouders is aan
den Minister van Financien de beschikking
gevraagd over de aan de Westzijde van de ge
meente gelegen vestingwallen, aangezien deze
een stukje natuurschoon vormen, waaraan
alhier groote behoefte bestaat. Daardoor is
voldaan aan een wensch welke door verschil
lende leden van den raad in meerdere verga-
deringen is kenbaar gemaakt.
Als gevolg daarvan hebben burgemeester
en wethouders thans voor de gemeente de be
schikking gekregen over de kruin van de
vestingwallen met zijtakken. Later, na afloop
van den tegenwoordigen pachttermijn, zal de
gemeente het geheele terrein kunnen pachten
en kan dan desverkiezende een deel voor
grasgewas onder-verpachten.
Het is de bedoeling de kruin van den dijk
in te richten als wandelpad en daar ook een
aantal banken te zetten, ten gerieve van hen,
die daar in de schaduw der boomen een zitje
willen genieten.
Er is nu voor uitvoering van dit plan ook
met de pachters overeengekomen. Het deel
dat niet voor wandelplaats bestemd wordt
moet ook worden afgerasterd. Voor een en
ander achten burgemeester en wethouders.
een uitgaaf noodig van f 1400.
De heer COLSEN: Als de dijken afgeras
terd moeten worden, kan men daar nog niet
in het gras zitten!
De heer DEKKER vraagt, of dit wandel
pad dan loopen zal vanaf de beerbrug tot de
oude Sassche poort.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
De heer VAN DEN BULCK had toch een
ander idee over het baschikbaar krijgen van
het terrein. Hij had ook een speelplaats ver-
wacht.
De VOORZITTER merkt op, dat dit later
komen kon, als de gemeente de beschikking
over het geheele terrein krijgt.
De heer DE BAKKER waarschuwt, het
wandelpad niet met macadam te verharden;
de kinderen zullen dan onwillekeurig de steen-
tjes gebruiken om er mede naar de in de
vestinggraoht zwemmende eenden te werpen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat hief-
over nog niet beslist is.
De heer SCHEELE geeft te kennen, zich
heelemaal niet met dit voorstel te kunnen ver
eenigen; er zijn rondom Ter Neuzen wandel-
paden genoeg, zoodat het niet noodig is daar
voor nog f 1400 uit te geven.
Hij is wel voor de andere zaak, omdat die
der gemeente financieel ten goede zal komen.
De VOORZITTER hoopt, dat de meerder-
heid van den raad er anders over denken zal.
De heer DE BAKKER moet er tegen op
komen, dat er zoo'n overvloed van wandel
plaats zou zijn. Men moet dan maar eens
met kinders uitgaan. Als men aan den zee-
dijk komt, mogen ze nog niet eens even in het
gras zitten om wat uit te rusten, of de politie
schijijft ze op. Hrj vindt dat diep treurig. Hij
juicht dit voorstel toe, het is dan toch een
begin en kan aangevuld worden.
De heer VERLINDE zou er naar willen
streven om de prikkeldraadversperringen
langs de wandelwegen rondom Ter Neuzen
weg te krijgen.
De heer COLSEN merkt op, dat men een
park zou kunnen maken, zooals in Sas van
Gent.
Het voorstel wordt aangenomen met alge
meene stemmen.
De heer SCHEELE verzocht er rekening
mede te houden, dat hij gekant was tegen
den door hem bestreden post.
10. Vaststelling belastingverordeningen, in
verband met de nieuwe financieele ver-
houding tussehen rijk en gemeenten.
a. Verordening betreffende de classificatie
van de gemeente Ter Neuzen voor de heffing
der personeele belasting;
b. Verordening betreffende de classificatie
van de gemeente voor de heffing der ge-
meente-f ondsbelasting