ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. ASPIRIN Vampier-Vleugel No. 8555. MAANDAG 21 JULI 1930. 70e Jaargang RAADSVERGADERING. BIVNKNLAND. FE0ILLET0N. PACHT VOOR PACHTERS VAN RIJKSDOMEIN GRONDEN Verhiten licht gekleed eenig op de wereld ABONNEMENTSPRUS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post /1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post /6,60 per jaar Voor BelglS en Amerika 2,25, overlge lan den f 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buiteniand alleen btj vooruitbetaling. Oitgeefster: Flrma P. J. VAN DE SAXDE. GIRO 38150 TEEEFOON No. 25. ADVERTENTI8N: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 1 0,20. Grootere letters en cliches wor den naar plaatsrulmte berekend. J Handelsadvertentien bti regelabonnement tegen vermlnderd tarief, betwelk op aanvraag verkrtjgbaar Is. Inzendlng van advertentlen liefst 66n dag voor de ultgave. DIT BLAB VERSCHUNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, dat eene Openbare Vergadering van den Gemeenteraad is belegd op Donderdag 24 Juli 1930, des namiddags 2 uur. Ter Neuzen, den 21 Juli 1930. De Burgemeester voomoemd, J. HUIZINGA. HET SUIKERWETJE. Blijkens het voorloopig verslag van de com- missie van rapporteurs over bet ontwerp van wet tot hefting van een compenseerend in- voerrecht op sommige soorten van suiker, stelden enkele leden de vraag, of dit ontwerp te beschouwen is als een normale uitbreiding van het vigeerende fiscale stelsel dan wel als crisismaatregel, verband houdende met den onbevredigenden toestand, waarin tegenwoor- dig de landbouw verkeert. Is deize laatste veronderstelling juist, dan had, naar het oordeel dezer leden, de regee- ring, in stede van een poging aan te wenden tot incidenteele oplossinig van enkele ajan een crisis verbonden moeilijikheden, eerst een nauwgezet onderzoek moeten instellen naar de oorzaken dier crisis. Zij betoogden, dat daze oorzaken samenhangen met het munt- vraagatuk, met name met de geringere pro- ductie van het goud en de belemmeringen, welke aan de circulatie van dat metaal in den weg worden gelegd. Tengevolge daarvan is het goud in waarde gestagen en zijn de meeste artikelen in prijs gedaald. De nrtver- heid vindt weliswaar in de lage prijzen der grondstoffen eenige compensate, doch de landbouw derft deze en lijdt derhalve het meeste onder den toestand, te meer, waar de bestendige lasten, op dien tak van bedrijf rus- tende, alsmede de loonen, ook al mogen zij lager zrjn dan in de Industrie, den druk nog verhoogen. Eenige andere leden achtten de voomaam- ste oorzaak de groote verbetering der land- bouwtechniek. Immers, de productie in tal van gebieden buiten Europa, met name in Canada, Australie en Argentinie, is geweldig toegenomen. Vele terreinen zijn thans voor den graanbouw geschikt gemaakt, waarop vroeger sleohts veevoeder placht verbouwd te worden. Met toehulp van grootere en technisch aan steeds hooger eischen voldoende machi nes kunnen dergelijke gronden goedkooper geexploiteerd worden. Men heeft minder menschen en trekdieren noodig dan vroeger. Een daling van de prijizen der meststoffen had een verminidering der productiekosten in Europa tengevolge, doch daamevens een ver- meerdering der productie zelve, zoodat minder graan uit overzeesche gebieden behoefde te worden toetrokken en de wereldmarktprrjs sterk werd gedrukt. Nadat men zich rekenschap had gegeven van de vraag, of de toestand van den land bouw verleening van steun taillijk, gmg men over tot een besprefking nopens den modus quo. Ofschoon verscheidene leden de voor- keur gaven aan een algemeene voorziening, wenschten zij zich tegen den hier geboden incidenteelen maatregel niet te verzetten. Eenige leden achtten dit ontwerp onaan- nemelijk, omdat zij de indiening er van be- schouwden als een eerste schrede op den weg, welke leidt tot de vastistelling van een be- schermend invoerrecht op de voortbrengselen van den landlbouw. Eenige leden vreesden, dat een belangrijk deel der bescherming aan de raffinaderijen ten goede zal komen. Derhalve hadden zij de voorkeur gegeven aan de invoering eener productie-premie. Eenige leden waren van meening, dat door dit wetsontwerp de invoer van de Java-suiker zal worden belemmerd. Zij sloten zich te dezen aanzien aan bij de bezwaren, uiteengezet in het request van den Bond van eigenaren van Nederlandsoh-Indi- sche Suikerondememingen, aan de Eerste Kamer toegezonden. Gaame zouden zij vememen, welk stand- punt de regeering ten opzichte van het in voornoemd request opgemerkte, inneemt. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam heeft een adres gezonden aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal inzaie het wetsontwerp tot heffing van een compenseerend invoerrecht op sommige soorten suiker. In dit adres wordt verklaard, dat de Kamer met leedwezen kermis heeft genomen van de goedkeuring door de Tweede Kamer der Staten-Generaal van het wetsont werp, een leedwezen te grooter omdat het in dit geval geen beginselvraag betrof, welke v66r- en tegenstanders gescheiden hield, doch de vraag of de wijze waarop het ontwerp steun denkt te kunnen verleenen, wel doel- treffend is te aohten. De bezwaren tegen het wetsontwerp worden uiteengezet met een ver- wijzing naar het adres aan de Tweede Kamer van 25 Juni j.l. De Kamer spreekt de hoop uit, dat de Eerste Kamer het wetsontwerp zal verwerpen en dat de regeering daarin een vingerwijzing moge zien in de eerste plaats, dat de wensch tot het treffen van spoedige voorzieningen haar niet ontheft van de ver- plichting daartoe strekkende voorstellen nauwgezet in hun gevolgen te .toetsen en in de tweede plaats, dat bij een economische depressie. gelijk wij thans beleven, gelegen- heidswetgeving uit den booze is. NEDERLANDSCHE OORLOGSSCHEPEN NAAR BELGIE. Op uitnoodiging van de Belgische Regee ring zullen gedurende de Nederlandsche week te Antwerpen eenige Nederlandsche oorlogs- schepen aldaar vertoeven. Hiervoor zijn aangewezen het pantserschlp „Heemskerk", de torpedobootjager „Witte de With" en de onderzeebooten O 9 en O 10. Het eskader zal staan onder het bevel van den vice-admiraal L. J. Quant, op 29 Juli te Antwerpen aankomen en blijven tot na afloop der Nederlandsche week. GOEDKOOPE TREINEN OP ZONDAG. door SAX ROHMER. 32) Vervolg.) Vijf minuten later reden we voorbij 'n huis in Jacobean stijl, een eigenaardig gebouw, dat zoo diep in het geboomte lag, dat de morgenzon, op een topgeveltje na, dat zich in gulden gloed baadde nog niet tot de ramen had kunnen door- dringen. Van dien kant zou ik het huis nooit herkend hebben, maar door de lig- ging, tegen den heuvel op en midden tus schen hooge boomen, begreep ik, dat ik het Guest House voor me had. In het heldere morgenlicht zag het er somber en koud uit, en bij de gedachte dat ik dien- zelfden dag daar een bezoek zou moeten afleggen, kreeg ik een ombehagelijk ge- voel, want ik doorzag, dat mijn welkom niet bijster hartelijk zou zijn. Vijftig meter verder sloegen we den weg, waarlangs ik den vorigen dag ge- wandeld had, 'dwars door de weide heen, in en weldra reden we het park van Cray's Folly binnen. We stegen op het pleintje voor de stallen af en door de openstaande deuren zag ik, in hun boxen, nog twee jachtpaarden, die er buitenge- woon goed verzorgd uitzagen en twee inkt-zwarte ponies, die, zooals Jim me vertelde, door Madame Stamer zelf nu en dan voor de dogear afgereden werden. Met het gevoel, dat mijn rit me goed Het Tweede-kamerlid Kersten had den Minister van Waterstaat eenige vragen ge- steld, betreffende het doen loopen van goed- koope treinen op Zondag. In zijn antwoord wijst de minister erop, dat het hier niet geldt een speciale voorziening voor de Zondagen. Het gaat hier over extra treinen tegen ver- minderd tarief, die, met name in den zomer- tijd naar in het bijzonder door het publiek ge- zochte plaatsen worden ingelegd, maar op werkdagen nog meer dan op Zondagen en met een voor werk- en Zondagen gelijk tarief. Voorts herinnert de Minister er aan, dat zijn Kamerrede van 26 November 1929 moet wor den gelezen in het licht van wat in de memo- rie van antwoord der Waterstaatsbegrooting a voor 1930 is gesteld, dat n.l. het laten loopen 3 op Zondagen van treinen tegen verminderden prijs groote uitzondering moet blijven ens slechts verantwoord is, indien vervoer op an-u dere wijze de Zondagsrust nog meer zou sto-: ren. In dit verband nu zij aangeteekend, dat de extra treinen, waarover het hier gaat, ge- middeld 700 reizigers vervoeren, terwijl hier voor slechts door gemiddeld 3 personen extra' arbeid wordt verricht, en het bewerkstelligen van een dergelijk vervoer bijv. per autobus wettelijk geheel vrij i den dienst van een veel grooter aantal personen zou vorderen en bovendien voor de Zondagsrust in het alge- meen veel storender zou zijn dan de loop van een enkelen extra-trein. MOND- EN KLAUWZEER. Het Tweede Kamerlid Boon had den Minister van Binnenlandsche Zaken en Land bouw vragen gesteld betreffende het middel ,,Matafto", ter bestrijding van het mond- en klauwzeefr. Hierop heeft de minister o.m. geantwoord, dat behalve niet gunstige gevolgtrekkingen naar aanleiding van de indertijd in Nederland verrichtte proefnemingerf, hem omtrent de werking van het Matafto gegevens van late- ren datum uit het buitenland bekend zijn. Volgens prof. O. WakLh'atm; directeur van het mond- en klauwzeerinstituut te Riems in zijn nota aan de vergadering van het In- ternationaal Veeziekten-Bureau 1929 te Parijs, is het bewezen, dat het Matafto" geen enkele specifieke werking bezit. Ten aanzien van de in Spanje plaats gehad hebbende proefnemingen werd van den direc teur van het intemationaal veeziektenbureau vernomen, dat de compiissie, die met het onderwerpelijke middel gewerkt heeft, over de werking een vage conclusie formuleerde waarbij intusschen naar voren kwam, dat het voorbehoedend vermogen van het „Matafto" als twijfelaehtig taeschouv/d moest worden. Het middel is in Spanje niet officieel gere- gistreerd, zooals de wetgeving aldaar ver- eischt. U De Minister zal nader dverwegen, zulks in jiet algemeen belang, in dat van'de veehou- ders in het bijzonder, of In hoeverre hij ge- volg kan geven aan het algemeen advies van meergenoemd intemationaal bureau, om niet "toe te laten de aanwending van. zoogenaamde specifieke geheimmiddelen tegen "mond- en klauwzeer, indien hun afdbende gunstige wer- j .-king wetenschappelijk niet is vastgesteld. ECONOMISCH INSTITCJUT VOOR DEN MIDDENSTAND. Aan het departement van Arbeid, Handel en Nijvenheid Is dezer dagen naar het Alg. Hbld. meldt, notarieel verleden de acte van oprichting der ^Stichtlrsg Eeonomisch Insti- tuut voor den Middenstand", welke ten doel heeft het bevorderen van onderzoekingen, voomamelijk op eeonomisch gehied, in het belang van den handeldrijvenden en in- dustrieelen middenstand. Oprichters zijn de heeren F. K. J. Heringa, hoofd der afdeeling Handel en Nijverheid van dat departement, prof. mr. P. J. M. Aalberse, mr. A. I. M. J. baron van Wijnibergen, voor- zitter van den Middenstandsraads, J. H. van Linden van den Heuvel, voorzitter der Kamer van Koophandel en Fabrieken voor de Beneden Maas, W .G. Scheeres, voorzitter van de Vereeniging vein den Christ. Handeldrijven den en Industr. Middenstand, Ed. G. Schiir- mann, voorzitter van den Kon. Ned. Midden- standsbond en C. J. G. Struycken, voorzitter van den Ned. R. K. Middenstandsbond. De Raad van Beheer der stichting is als volgt samengesteld: F. K. J. Heringa, voor zitter, Prof. Mr. P. J. M. Aalberse, onder- voorzitter, J. Warner, voorzitter der K. v. K. en Fabrieken voor Noordelijk Overljjssel, Mr. A. I. M. J. baron van Wijnbergen, Dr. J. van Beurden, Mr. H. Bijleveld en Mr. M. J. Wolff, leden, en J. J. R. Schmal, secretaris-penning- meester De heer Mr. T. J. Verschuur, Minister van Arbeid, H. en N., noeimde het oogerablik van totstandkoming der stichtimg een heugelijk moment voor den middenstand. Van den thans begonnen arfoeid, aldus spre- ker, mogen onder Gods zegen groote resul- taten voor den middenstand worden verwacht. gedaan had, liep ik nu naar de veranda en ging door de zitkamer naar binnen<j In de hall kwam Manoel me tegemoet. „Uw bad is klaar, meneer". kondigde hij aan. x Ik knikte en liep de trap op. Ik begon tot de ontdekking te komen, dat het leven op Cray's Folly nog niet zoo slecht was en in die stemming had de vampier- vleugel bedreiging geen vat op me. Het leek de herinnering aan een nachtmerrie onplezierig, maar zonder eenige waar de. Een ding alleen hield mijn gedachten nog voortdurend bezig: de identiteit van de vrouw, die den vorigen avond met Kolonel Menendez in het rookkamertje geweest was. Zulke verstokte zonaanbidders zijn we in ons hart echter alien, dat ik op dien warmen zomermorgen alleen besefte, dat de zon warm was en de lucht blauw en dat het goed was te leven. De sombere gedachten drong ik systematisch weg. Voor ik weer naar beneden ging, stak ik mijn hoofd om de deur van Harley's kamer en waarlijk, daar zat hij nog in zijn kussens met de Daily Telegraphy naast zich op den grond en de ..Times' open voor zich op de deken. ;J ,,Ik heb een honger als een paard zei ik plagend, „en ik ga beneden in hejt zonnetje smakelijk ontbijten „Ga je gang", gaf hij me met een van zijn zeldzame glimlachjes ten antwoord. ,,'t Is altijd prettip om te weten, dat iemand gelukkig is' Manoel had mijn kranten naar beneden meecjenomen en ze op de onfcbijttafel, die op de veranda op het zuiden klaargezet 1 was, neergelegd. Ik vouwde de „Mail I open, zette haar overeind tegen een potje Hetgeen tot nu toe van overheidswege voor den middenstand kon worden gedaan, was slechts van bescheiden omvang, een feit, waarvan de oorzaken genoegzaam bekend zijn. Eenige uitbreiding onderging daze over- heidsbemoeiing door de instelling van den middenstandsdienst aan sprekers departe ment. Dat zijnerzijds ten deze het initiatief is genomen moge het ibewijs zijn dat er bij de regeering met betrekking tot den midden stand van defaitisme geen sprake is. In deize stichting ziet spreker voor de overheid een uitnemend middel om van haar taak ten aan zien van den middenstand datgene te maken, wat er redelijkerwijze van mag worden ver- wadt. De geheele middenstand in den lande kan meLjhetgeen thans geschiedde, geluk worden gewensoht. Door samenwerking van de bui- tengewone leden van den Middenstandsraad en ife Kamers van Koophandel en Fabrieken mgtjjde handelshoogescholen en andere weten- schappelijke instellingen is thans een vorm gevonden, waarin door coordinatie van alle betffeken b'elangen op dit gebied van eeo nomisch onderzoek het gewenschte resultaat zal kunnen worden verkregen. Hit werk van deize stichting kan voor de samenwerking op eeonomisch gebied van exemplaire beteekenis worden, indien voor ieder geval op zich zelf .de meest geeigende werkwijze worde gevonden. Men zal zich al dus materiaal kunnen verschaffen, dat voor een goede beoordeeling van het middenstands- leven van onschabbare beteekenis is. De voorzitter, betuigde den Minister den dank van den Raad voor deze zijne vriende- lijike woorden en memoreerde, dat hetgeen thans tot stand kwam de verwezenlijking be- teekent van een reeds 20 jaren geleden door Profe Mr. P. J. M. Aalberse geopperd denk- beeld. HET INTERN ATION A AL CONGRES VOOR TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS TE LUIK. Bij beschikking van den Minister van On- derwijs, Kunsten en Wetenschappen zijn o.m. benoemd tot gedelegeerden van de Nederland sche regeering bij het intemationaal congres voor technisch beroepsonderwijs, dat te Luik zal worden gehquden: de heeren H. J. de Groot inspecteur-generaal van het Nijverheids- onderwijs te 's Gravenhage, hoofd van de delegatieG. A. Groote Haar, inspecteur van het Nijverheidisonderwijs te 's Gravenhage. Op vragen van het Tweede Kamerlid Weitkamp: 1 Is de minister bereid vermindering van pacht in overweging te nemen voor de pach- ters van Rrjksdomeingronden, en zulks in af- wijking van de in sommige pachtcontracten bettaande bepaling, dat verandering van pachtprijs niet mogelijk is v66r het jaar 1934 2. Kan de minister deelen de overtuiging, dai zoodanige handelwijze van de zijde der regeering ook andere eigenaren van ver- pachte gronden zou doen overwegen, binnen dan pachttijd tot verlagen hunner pachtprij- zec over te gaan? Jieeft de minister van Financien geantwoord: jl. De ondergeteekende is van meening, dslt ieder geval afzonderlijk zal moeten wor- d4n bezien en dat voor een algemeene toe- zegging, welke rechten zou scheppen, geen plaats is. 2. De ondergeteekende is niet bevoegd een oordeel uit te spreken over wat particu- liere eigenaren van verpachte goederen be- hooren te doen, noch in staat den invloed te peilen, welken regeeringshandelingen te dezer zake op de overwegingen van particu- liere eigenaren kunnen oefenen. jam en begon juist met goeden eetlust aan :mijn grape-fruit toen iets, misschien was het een parfum of het zachte ruischen van vrouwekleeren, of missdhien ook dat niet te omschrijven iets, dat van een vrouw uitgaat, mijn aandadht afleidde. Ik keek op' en daar stond Val Beverley. Goeden morgen, mr. Knox zei ze. „0, nee, blijft u zitten. Ik kom u wat gezelschap houden, als u t goed vindt tenminste". „Wat een vraag!" gaf ik haar verwij- tend ten antwoord. Ze had een eenvoudig wit zomer- japonnetje aan, met korte mouwtjes, die haar ronde, licht-gebruinde armen tot ver boven den elleboog onbedekt lieten. Ze kwam naar zijn tafeltje toe en legde een grooten bos rozen op het ontbijtservet neer. ,,Ik ben de bloemiste van deze inrich- ting", zei ze. ,,Deze kinderen Flora's zul len met de lunch uw reukzenuwen streelen en uw oogen verblijden. Vind u ons h'er geen barbaren, mr. Knox? „Nee, absoluut niet. Waarom?" „Wel, als ik geen medelijden met u gehad had, zou u nu alleen zitten te ont bijten net of u in een hotel was". ,,Dat is juist schitterend". zei ik, y-.nu u me gezelschap bent komen houden ,,Knap bedacht!" gaf ze me ondeugend- qlimlachend ten antwoord. Die tweede helft van den zin redt u nog net ,,Nee, maar nu zonder gekheid ging ik voort, „dit soort gastvrijheid is juist je ware. Zoo'n ^emeenschappelijke ontbijt- tafel en dan al te moeten opzitten en pootjes geven, dat is barbaarsch. „Dat ben ik met u eens," zei ze opeens rustig. ,,Het leven hier op Cray s Folly is neemt U pleafs. Een verkoudheid is dan vaak het gevolg. Neemt dan te juister tijd Asp i ri n-Tabletten. Let op oranje band en Bayerkruls. Prijl 75 cts. (Ingez. Med.) HET VERKEER MET DE ZUID HOLLANDSCHE EN ZEEUWSCHE EILANDEN. Verschenen is het verslag van de commis- sievan Rijckevorsel voor de verbetering van het verkeer tusschen de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche eilanden met Zuid-Holland en Noord-Brabant, ingesteld bij beschikking van den Minister van Waterstaat van 2 Juli 1929. De veren, welke de commissie in haar on derzoek heeft betrokken zijmNumansdorp, Willemstad, Anna JacobaZijpe, Ooltgens- plaat:Dintelsas en_ HellevoetshiitMiddel- hamis. Metbetrekking tot de aansluitende wegen heeft de commissie gemeend haar on derzoek voorloopig te. kunnen hepalen tot die, waarvan de behoefte aan verbetering het sterkst spreekt, _dat zjjn de wegen Rotterdam Numansdorp, Halsteren-Willemstad, Steen- bergenAnna Jacoba en DintelsasProvin- ciale weg. Behoudens het veer Ooltgensplaat^Dintel sas, waar door particulieren met motorbootjes overzetdiensten voor personen, rijwielen en motorrqwielen worden bewezen, zijn de veren in exploitatie bij de Rotterdamsche Tram- wegmaatsdhappij In het algemeen en kort samengevat zijn aan den tegenwoordigen toestand de volgende bezwaren verbonden; 1°. De overzetmiddelen (vaartuigen) zijn niet voldoende geschikt voor automobielver- voer, hetzij doordat die vaartuigen wegens te geringe afmeting niet genoeg ruinate bieden om een voldoend aantal motorrijtuigen daar- op te plaatsen, hetizij dat de aanwezige ruina te niet ten voile daarvoor kan worden dienst- baar gemaakt; 2°. De aanlegplaatsen, in het bijzonder ook de toegangen tot de aanlegplaatsen, zijn niet voldoende geschikt voor het automobiel- verkeer; 3°. De dienstregelingen, in het bijzonder de aantallen overvaarten, beantwoorden niet meer aan de behoefte van de streek. Uitbrei ding van het aantal vaarten wordt dringend noodig geacht; 4°. De tarieven zijn hooger dan voor de ontwikkeling van de streek gewenscht is en in vergelijking met andere veren redelijk mag worden geacht; 5°. Er ontbreekt een rechtstreeksche ver- binding tusschen Goeree en Overflakkee met Noord-Brabant over het Volkerak; 6°. De aansluitende wegen voldoen niet of niet volledig aan de eischen die het automo- bielverkeer stelt. De opgesom.de bezwaren hebben in hoofdzaak betrekking op gebreken of leemten, waardoor het verkeer met motor rijtuigen wordt belemmerd, en hieraan zal in het belang van de streken, die van deze veerverbindingen afhanlkelijk zijn, binnen kor- ten tijd moeten worden tegemoet gekomen. heerlijk vrij. Alleen menschen, die door en door ouderwetsch zijn, zouden er aan- stoot aan kunnen nemen. Heeft u prettig gereden vanmorgen ;,Ja, heerlijk," antwoordde ik met mijn oogen op haar bezige handen, die de roten vlug en handig in de mooiste scha- keferingen rangschikten. Ze had mooie, slanke vingers en er ging een groote rust van haar bewegingen uit. Hierin verschilde ze van Madame de Sta mer, die door haar gebaren zoowel als door de houdingen van haar handen, sti- muleerde, opwond. ,,Ik ben vanmorgen langs het Guest House teruggekomen," begon ik te ver- tellen. ,,Kent u mr. Camber Ze keek me wat verschrikt aan. ,,Nee," antwoordde ze. ,,Ik ken hem niet, U wel ,,Ik heb gisteren bij toeval kennis met hem gemaakt." „0 ja Ik dacht, dat hij niet te ge- naken was, een soort van boeman Absoluut niet. Hij is juist buitenge- Woon charmant. Zoo zei Val Beverley. „Eerlijk ge- zegd, heb ik dat ook altijd gedacht. Nu u t zegt, durf ik het wel bekennen. Ik heb hem nooit gesproken, maar hij ziet er uit, of hij heel aardig zou kunnen zijn. Heeft u zijn vrouw ook ontmoet „Nee. Is ze ook een Amerikaansche Mijn metgezellin schudde haar hoofd. ,,Ik weet 't niet," antwoordde ze. ,,Ik heb haar dikwijls gezien en ze is een sdhatjewerkelijk een buitengewoon mooi vrouwtje, maar ik heb geen idee van wat voor nationaliteit ze is." ,,Is ze nog jong O ja. Ze ziet er uit als een kind. ,,Ik vraag ernaar, legde ik haar uit, „omdat mr. Camber me verzocht heeft, hem op te komen zoeken en dat wou ik vanmorgen of vanmiddap doen." ,,Zoo Wat aardig Weer zag Jik een eenigszins verschrik- ten blik in haar grijze oogen. ,,Of eigenlijk eigenaardig. Iemand die hier logeert .Waarom ,,Wel", ze keek nerveus om zich heen, ,,ik weet niet wat de reden is, maar hier op Cray's Folly is het zelfs verboden, om den naam Colin Camber te noemen." ,,En Kolonel Menendez heeft me gis- teravond verteld, dat hij Camber niet kende. hem nooit ontmoet had Val Beverley haalde haar schouders op, een gewoonte die ze van Madame de Stamer had overaenomen. Misschien is oat, letterlijk. waar." gaf ze me ten antwoord. ,,Maar ik ben ervan overtuigd, dat hij hem haat ,,Dat hij mr. Camber haat t Ja." De uitdrukking van haar oogen werden bezorgd. ,,Dat is een van de vele mysteries, die het leven van Kolonel Menendez onaangenaam maken." ,,En is dat gevoel wederkeerig ,,Dat kan ik u niet zeggen. Ik ken mr. Camber niet." ,,En Madame de Stamer dan Deelt die het gevoel van den Kolonel „Ja, dat geloof ik wel. Maar vraagt u me maar niet, wat het te beteekenen heeft, of wat de reden is, want daarop kan ik u toch niet antwoorden." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 1