PUROL Vreest geen Examen aid Zonnebrand eXMEVODE BERICHTEN. GEMEENTERAAD VAN TER NEUZEN. "want er is een middel dat U kalm houdt en •waardoor Uw geest helder blijft. Jtijnhardt's Zenuwtabletten behoeden U voor xenuwachtigheid. Ze zijn verkrijgbaar in kokers van 75 ct. bij Apoth. en Drogisten. (Ingez. Med.) HET ONGELUK TE KWADENDAMME. Woensdag vertoefde de justitie uit Middel- burg en dr. Hulst uit Leiden, te Goes, ten einde een sectieonderzoek te verrichten, zulks Jn verband met het vinden van een lijk van •een xnanspersoon onder Kwadendamme, ge meente Hoedekenskerke. SLACHTOFFERS VAN DE WARMTE. De 50jarige tuinder T. Kooij te Haarlem- mermeer werd, terwijl hij zich in zijn tuin toevond, bij het verrichten van zijn arbeid ■door de warmte bevangen en plotseling on- vel. In zijn woning gedragen, is hij kort daar- op overleden. Te Deume is de 25jarige landbouwer v. d. B. tijdens den arbeid op het veld door de hitte bevangen en aan de gevolgen bezweken. DE MAN UIT HET RAAM. Zondagavond zagen voorbijgangers een man springen uit het raam van het kantoor van de firma Gunther aan het Willemsplein te Rotterdam. De man, die een pakje bij zich had, zette het terstond op een loopen. Men heart den man nagezet, maar het is niet ge- lukt den vluchteling te achterhalen. In het kantoor bleek te zijn ingebroken. Uit de brandkast was een bedrag van 650 gestolen. OP ONGEISOLEERDEN DRAAD GETRAPT. Zaterdag nam de 41jarige kellner H. B. te Muiderdberg en wonende te Utrecht een bad •en trapte daarbij op een onge'isoleerden draad, die onder stroom stond. Bewusteloos werd hij uit het water opgehaald. Hij is naar ■een der ziekenhuizen te Amsterdam vervoerd. EEN HOOGST ONGEPASTE „GRAP". Een telefonische melding aan het hoofdbu- reau brandweer te Amsterdam: ,,U spreekt met den directeur van het Rijksmuseum, er is brand in het gebouw" had tot gevolg, dat in alle kazemes de alarmklok luidde. Weldra waren dan ook tal van brandweervoertuigen op weg naar het museum. In minder dan geen tijd wemelde het van de bekende roode voer- tuigen btj het gebouw. In het museum wist men echter van niets; ook de directeur niet. Het was een onhebbe- lijke kwajongen geweest, die deze gevaarlijke grap had uitgehaald, gevaarlijk, omdat men nooit weten kan, of misschien op een ander punt van de stad niet werkelijk de hulp van de brandweer noodig zou kunnen zijn en zij door zuik een streek later verschjjnen zou, rian wanneer de nu noodeloos uitgerukte voer- luigen ter beschikking waren geweest. INVAL IN EEN BA N KIN ST F.I.LIN G. Dinsdagmorgen om 10 uur heeft het parket uit Utrecht, in samenwerking met de ge- meente-politie, een inval gedaan in het kan toor van de Woerdensche bank te Woerden. Den directeur, den procuratiehouder en een boekhouder, werd op het gemeentehuis een verhoor afgenomen. In verband met dit verhoor vemeemt de Maasbode, dat het betrekking zou hebben op malversaties, welke bij de N.V. Woerdensche Uzerhandel zouden hebben plaats gevonden, naarfaanleiding waarvan destijds de commis- saris dezer N.V., de heer K., reeds geschorst is. VEEL VARKENS IN DE VLAMMEN OMGEKOMEN. Maandagavond is brand ontstaan in de boer- derij van den heer Stroobos te Zuiderhom, gemeente Warssum. De brand vond gretig voedsel in de tot aan den nok met hooi ge- vulde schuur. Een en dertig varkens kwamen in de vlammen om. Verzekering dekt de schade. Er kon slechts weinig van den inboe- del worden gered. Vergadering van Donderdag 26 Juni 1930, des namiddagis 2 uur. Voorzitter de heer J. Huizinga, burge- meester. Tegenwoordig de leden: J. J. de Jager, L. J. fGeelhoedt, D. Scheele, F. Dekker, C. A. Verlinde, A. de Bruijne, P. F. de Bakker, H. J. Colsen, N. A. Hamelink, C. van den Bulck, D. van Aken en W. Bedet. Afwezig de heer L. J. van Driel. (3. Venvolg.) 6. Voorstel van burgemeester en wethou- ders lot verhooging van de salarissen s.der gemeente-ambtenaren. Burgemeester en wethouders schirijven in verband hiermede: In Uwe vergadering van den 31 October 1929 zegden wij Urw college toe, met voor- Stellen te zullen komen tot herziening van de salarissen der verschillende gemeente- ambtenaren. Daar wij uit die besprekingen begrepen hebben, dat de wijziging der jaar- wedden eerst in werking moeten treden op 1 Januari 1931, hadden wij met de voorstellen kunnen wachten, tot bij de behandeling van de begrooting voor 1931, was het niet, dat nu ook voorstellen ingekomen zijn van heeren gedeputeerde staten, tot wijziging der salaris sen van den burgemeester, den secretans, den ontivanger en de wethouders. Wij achten het beter, nu gedeputeerde staten v66r 1 Juli a.s. gaame berichthebben betreffende laatstgenoemde categorieen, het geheele complex der salarisherzieningen tege- lijkertrjd te behandelen. Tegen de voorstellen van gedeputeerde staten inzake de salarisregeling van den bur gemeester, den secretaris, den onbvanger en de wethouders bestaan bij ons geene bezwa- ren. De regeling van den burgemeester blijft nog 500 beneden die van Noord-Hol- land in eene gemeente van deze grootte. Ook het salaris van den secretaris in die provincie is, verhoogd met het premievrij pensioen, hetgeen gedeputeerde staten aldaar eischen, miet lager dan wat voor dezen functionaris wordt voorgesteld. De jaarwedde van den ontvanger hoewel verhoogd, blijft nog beneden de cijfers van verschillende provincies. Daar voor dezen ambtenaar nu evenwel ook gaan meetellen zijn dienstjaren als secretane- ambtenaar, ontvangt hij onmiddellijk het maximum, zijnde 3150 en is ook voor hem een goede verbetering ingetreden. Dat de jaarwedden der wethouders voor ieder nu op 1000 worden gebracht, lijkt ons een eisch van billijkheid, die reeds vroeger door ons is .naar voren gebracht. Wat de andere ambtenaren betreft, zouden -wm achtereenvolgens willen bezien de salaris sen van het secretarie-personeel, van de politie en van gemeente-werken. Wat het secretarie-personeel betreft, bljjkt in vergelijking met andere gemeenten van gelijke grootte en waar de levensamstandig- heden niet guhstiger zijn dan hier, dat de salarissen te Ter Neuzen aan den lagen kant zijn. Hetzelfde geldt voor de andere ambte naren, hetgeen U uit de volgende staat blijken kan: Ter Neuzen: Hoofdcommies 24003000. Commies 2000-2400. Adj. commies 16002000. Klerk 1200—1600. Deume Hoofdcommies van 5000, diploma 100. Commies van hetgeen de hoofdcommies krijgt enz. Hoorn Hoof dcommies 34103960. Commies 28603410, diploma 100. Adj. commies 2310-—/ 2860, kindertoe- lage 1 per week en per kind. Klerk 1760—2090. Harlingen Hoofdcommies 3000-/ 3300. Commies 25002800, diploma 250. Adj. commies 20502350. Klerk 1300—1700. Harderwtjk: Hoofdcommies 3300. le commies 3030, diploma 300. 2e commies 2610. Commies titulair /1550. Leerdam Hoofdcommies 33803980, diploma 100. Commies afd. chef 3600. Commies 20002600. Overschie Hoofdambtenaar 29253600. Commies gem. fin. 28003200. Commies 20002400. Klerk 600—1200. Weesp: Hoofdcommies 27903490. le commies 23802980. 2e commies 19802580. Adj. commies 16902290. POLITIE. Ter Neuzen: Inspecteur 24003000, kleedingtoelage. Hoofdag. rech. 3034 p. w., 125 vr. kl. 300 belooning als rechercheur. Agenten 3034 p. w., vrije kleeding. Tiel: Commissaris 40055000. Inspecteur 29003400, vrije kl. Agent 17681924, dienstrijwiel. Renkum: Inspecteur 27003300, kl. geld 150. Agent 17002000, rijwieltoelage 60. Alphen a.d. Rijn: Inspecteur 29003300, kleeding vrjj. Agent 23502550, rijwieltoelage 50. Sliedrecht: Inspecteur—/ 3200—/ 3800. Agent 16002000, kleedingvrij. Beverwjjk: Inspecteur 33003800, kleed. geld 150. Hoofdagent 23002800. Agent 1900—2400. Meppel Inspecteur 30003500, kleeding 150, rijwiel 35. Hoofdagent 2750, kl. vrq rijwiel 40. Agent 15401920, idem. Veendam: Inspecteur 3500. Hoofdagent 2150, kleeding 150. Agent 18502050, rijwiel 25. GEMEENTE-WERKEN. Ter Neuzen: Gemeente-Bouwmeester 24003000, dienstrijwiel. Hoofdman en vaklieden 25f 29 per w. Werklieden 2327 per week. Tiel: Gemeente-architect 34004400. Straatmaker 3437 per week. Metselaar en timmerman 2932 per w. Werklieden 2629 per week. Weesp: Dir. van bedrijven 3600f 4500. Voorman 3640 per week. Straatmaker 3438 per week. Straatmaker-helper 3034 per week. Tuinman 3438 per week. Grafdelver 30/34 p. w. en vrij wonen. (geen metselaar of timmerman). Harlingen Dir. gem. werken 4200. Straatmaker 34f 37 per week. Timmerman 3235 per week. Voorman timmerman 3437 per week. (geen metselaar) Werklieden 2730 per week. De Bilt: Dir. Gem. werken 32004200. Hoofdopzichter 26003100. Opzichter le kl. 24002900. Opzichter 2e kl. 20002400. Adj.-opzichter 10001800. Administrateur 18002400* Gemeentebaas 16641976. Vaklieden 16641872. Niet vaklieden 13001664.. Jeugdige niet-vaklieden afzonderlijke regeling. ^Dir. Gem. werken 28003200, mag par- ticulier werk verrichten. Werklieden: klasse B. doodgraver /23—26 per week, klasse C. 22—25 per week. Sliedrecht: Dir. Gem. werken 38004600. Werklieden 29 y2—/ 31 y2 per week. Grafdelver /27y2—/29% per week. Vaklieden 31—33 per week. Waar wij- hier beschikken over een korps ambtenaren dat in alle opzichten voldoet aan de eischen welke men daaraan kan stellen en wier behoud door ons op prijs wordt gesteld, daar zagen wjj gaame dat ook de salarissen op behoorlijk peil werden gebracht. Wij stellen u daarom voor in de verordening regelende de jaarwedden van het personeel in dienst der gemeente Ter Neuzen de volgende wijzigingen aan te brengeni: Artikel 6. De bedragen in dit artikel genoemd te ver- anderen in de volgende: Voor den Hoofdcommiesminimum 2800, na 2 jaar /2950, na 4 jaar 3100, na 6 jaar 3250, na 8 jaar 3400. Voor den commies: resp. 2200, 2325, 2450, 2575, 2700. Voor de adjunct-commiezenresp. 1800, 1900, 2000, 2100, 2200. Voor de klerkenresp. 1300, 1400, 1500, 1600, 1700. Voor de schrijvers: resp. /800, 900, 1000, /1100, 1200. Bij dit artikel voegen de volgende be- palingen: „Voor elk jaar, dat een ambtenaar be neden den 21-jarigen leeftijd is, wordt de aan- vangswedde verminderd met 100. Deze vermindering blijft beperkt tot 100 opgewekt gebruik FABR.VAN SLOOTEN W ARLINC E N (ingez,. i«ed.) voor hen, die naar het oordeel van burge meester en wethouders niet bij het gezin, waartoe zij behooren, kunnen inwonen. Diensttijd, welke voor het bereiken van den 18-jarigen leeftijd is vervuld, telt niet mede voor het toekennen van periodieke verhoo- gingen. Diensttijd vervuld tusschen den 18- en 21-jarigen leeftijd of den datum, waarop de aanvangswedde wordt bereikt, telt voor een vierde deel, naar haven tot een voile maand afgerond, mede voor het toekennen van periodieke verhoogingen." Artikel 7. De bedragen in dit artikel genoemd te veranderen in de volgende: 1200, 1300, 1400, 1500 en 1600 Artikel 9. De bedragen in dit artikel genoemd te ver anderen in de volgende: 2800, 2950, 3100, 3250, 3400. Artikel 11. Dit artikel aan te vangen met het volgen de lid: „De jaarwedde van den hoofdagent-recher- cheur van politie bedraagt 37na 2, 4, 6 of 8 jaar dienst respectievelijk 38, 39, 40 en 41 per week." De jaarwedde van de agenten van politie bedraagt 31; na 2, 4, 6 of 8 jaar dienst respectievelijk 32, 33, 34 en 35 per week. Het derde lid (oud) te lezen: ,,Als diensttijd komt in aanmerking, voor wat de hoofd-agent-rechercheur van politie betreft, de tijd doorgebracht als hoofdagent van politie in deze en een andere gemeente en voor wat de agenten van politie betreft, de tijd doorgebracht als agent van politie in deze en eene andere gemeente". Het vierde lid (oud) vervalt. Artikel 14 eerste lid tusschen de woorden „gemeentewege" en ,,aan" invoegen de woorden" aan den hoofdagent van politie en". Artikel 15. De bedragen in dit artikel genoemd te ver anderen in de volgende: 2800, 2950, 3100, 3250 en 3400. Artikel 18. De bedragen in dit artikel genoemd te ver anderen in de volgende: Voor den hoofdman bij den beerruimings- dienst: minimum 26, na 2 jaar /27, na 4 jaar 28, na 6 jaar 29, na 8 jaar 30. Voor den straatmaker, timmerman en met selaar resp.26, 27, 28, 29, 30. Voor de werklieden resp.24, 25, 26, 27, 28. Artikel 20 regelende de jaarwedden van de onderwijizeressen in de handwerken kan ver- vallen, omdat genoemde functies zijn opge- heven. Wij stellen u daarom voor, dit artikel in te treklken. Verder stellen wij u voor, bovengenoemde wijzigingen te doen ingaan op 1 Januari 1931. Waar onder deze verordening niet vallen de concterge van het gemeentehuis en den schrijver van den gemeente-bouwmeester, stellen wij u voor, het salaris van laatst ge noemde vast te stellen op een gelijk bedrag als dat vastgesteld voor den schrijver ter secretarie en het salaris van de concierge te verhoogen van 500 tot 600. Wordt door uw college bovenstaande rege ling aangenomen, dan zijn ook de jaarwedden der ambtenaren in deze gemeente op het peil gebracht, waar beneden zij o.i. niet mogen staan. De kosten hiervan zullen bedragen, met de verhoogingen van de jaarwedden van den burgemeester, den secretaris, den ontvanger en de wethouders 4300. Natuurlijk rrjst de vraag, of in verband met de nieuwe wet regelende de financieele verhouding tusschen rijk en gemeente, deze uitgaven niet te veel zullen drukken. In verband met de voorloopige mededee- lingen en de daarop gebaseerde berekeningen, kunnen de uitgaven nog met ongeveer 15000 worden verhoogd en alsdan zullen niet meer dan 45 opcenten op de fondsbelasting ge- heven moeten worden, d.w.z. dat de heffing toy het factorcrjfer 1 ongeveer zal worden ge- handhaafd. Wij meenen dan ook dat de nieuwe rege ling der financieele verhouding geen belem- mering kan zijnom thans ook de salarissen der ambtenaren op peil te brengen. Tenslotte nog de opmerkingen, dat deze voorstellen worden gedaan door de meerder- heid van ons college. De minderheid vindt salarisverhooging niet noodig. ,v r- si -j,:;, -J Op dit ontwerp is door ons de financieele commissie gehoord. De twee aanwezige leden hadden geen bezwaar tegen jaarweddeverhoo- ging, doch het eene lid wilde zich over de salarissen, waar wij niet waren een commissie van georganiseerd overleg niet verder uit- laten en het andere lid oordeelde het beter, de jaarweddeverhooging uit te stellen in ver band met de heerschende malaise. Ons college staat in meerderheid op het standpunt, dat, waar de financieele toestand deze gemeente in zeer goeden staat verkeert, er geen enkel motief is, om op dien grond een betrekkelijk kleine salarisverhooging tegen te houden. Bovendien, welke invloed kan een verhooging van 4000 op de ge- meentefinancien hebben Immers geene. De algemeene malaise, die voor Ter Neuzen zeker nog niet geldt, mag dus o.i. geen mo tief zijn, om voor de ambtenaren een meer billijke regeling te treffen. Dat wij in deze opvatting niet alleen staan. blijkt al uit het feit, dat verschillende col leges van gedeputeerde staten of pas salaris verhooging voor den burgemeester, secreta ris en ontvanger hebben ingevoerd of althans terzake regelingen aanhangig hebben ge- maakt en dat daamaast ook vele gemeenten salarisverhooging harer ambtenaren over- wegen. Trouwens en dit mag ook niet vergeten worden wanneer er malaise komt, dan zijn het toch ook de ambtenaren die daarvan de moeilijkheden zullen ondervinden. Wij doen dan ook met vertrouwen aan uw college deze voorstellen toekomen, omdat wij er van overtuigd zijn, dat de voorgestelde verhooging den ambtenaren toekomt en de gemeentefinancien daardoor nooit in het ge- drang kunnen komen. B(j dit voorstel van burgemeester en wet houders komen in behandeling de onder de rubriek ingekomen stukken vermelde adressen van het 'bestuur der afdeeling Zeeland van den Nederlandschen Bond van Gemeente- ambtenaren, van het Hoofdbestuur van den Algameenen Nederlandschen Politiebond en dat van den heer A. W. Brons, keuringsvee- arts, alien betreffende jaarweddeverhooging. De VOORZITTER gee ft in overweging, dat alvorens over de details zal gesproken wor den, eerst wordt behandeld het beginsel, om te beslissen of er in den raad een meerderheid is, die salarisverhooging wenscht. De heer DE BAKKER vraagt hoe het eigen- lijk zit met het verzoek van den heer Brons. Was die in het voorstel van burgemeester en wethouders vergeten? Het koant hem voor, dat, indien aan de gemeenteambtenaren ver hooging zal worden gegeven, die aan alien behoort te worden gegeven. De VOORZITTER: Daarop kunt u straks terugkomen, als we de details behandelen. De heer COLSEN vraagt, aangezien burge meester en wethouders eerst thans met him voorsted tot salarisverhooging komen, of dit een gevolg is van de circuiaire van gedepu teerde staten en of die misschien zou zijn achterwege gebleven? De VOORZITTER antwoordt, dat het voor stel is gekomen onafhankelijk van de circu iaire van gedeputeerde staten. Deze kwestie was reeds eenigen tijd aanhangig, doch er waren bezwaren om tot een resuitaat te komen. De kwestie was eerst: is men er in beginsel voor, zoo ja, moet er dan veel of weinig gegeven worden toegekend. Er behooren naar zijn meening thans drie vragen te worden beantwoord. In de eerste plaats de vraag of er een meerderheid is die salarisverhooging wenscht toe te kennen en dan bestaat het vermoeden, dat die er wel gedeeltelijk kan zijn, maar niet voor het ge- heel. Een andere mogelijkheid is ook, of de raad mede naar aanleiding van de ingekomen adressen deze kiwestie nog eens nader onder de oogen wil zien, een beslissing wil aanhou- den en de voorstellen in handen stellen eener commissie uit den raad om daarover van bericht en raad te dienen. De heer SCHEELE:,, En gedeputeerde staten vragen v66r 1 Juli a.s, antwoord. De VOORZITTER meent, dat dit niet de kapstok behoeft te zijn om een goede behan deling dezer voorstellen aan op te hangen. De heer HAMELINK zal zich hierover thans nog niet in den breede .yitspreken; doch wijst er op, dat de raad verplicht is v66r 1 Juli aan gedeputeerde staten antwoord te geven, ter- wijl h(j anders geacht wordt met het voorstel' in te stemmen. Hij had liever deze zaken afzonderlijk behandeld, want h(j is bang, dat anders het een onder het ander Iflden zal. Hij zou willen voorstellen deze zaken te splitsen en de behandeling der jaarwedde voor de gemeenteambtenaren afzonuleriijik te" behan delen. De VOORZITTER ziet de noodzakelijkheid om te antwoorden v66r 1 Juli niet in; hij had zich voorgesteld, bij uitstel van behandeling, daarvan mededeeling te doen aan het gede- puteerd college. Indien de raad echter met de behandeling wil doorgaan, heeft hrj daartegen ook geen bezwaar. Hij zal zich dan met den secretaris verwijderen; de heer De Jager kan dan het presidium ovememen, doch deze moet voor andere ambtsbezigheden ook tijdelijk de ver gadering verlaten. De heeren HAMELINK, SCHEELE e.a. spreken als huh meening uit, dat de voor zitter en de secretaris best bij de behandeling dezer voorstellen kunnen tegenwoordig blij- ven, aangezien hetgeen zij daaromtrent wen- schen te zeggen in geen enkel opzicht den persoon dezer titularissen raakt en enkel zal gaan over de voorgestelde regeling. De VOORZITTER wil zich dan bij die meening wel neerleggen. Hij stelt in het licht, dat er in de regeling van gedeputeerde staten rekening moet worden gehouden met 3 elementen, n.l. de jaarwedde van burge meester en secretaris, die van de wethouders en die van den ontvanger. Omtrent dezen laatste is hij van oordeel, dat, aangezien diens werk zoo in omvang toeneemt, de ver hooging van diens jaarwedde inderdaad noodig is. De voorgestelde bedragen zijn niet overschat. De heer SCHEELE merkt op, dat de voor stellen van gedeputeerde staten strekken tot verhooging der jaarwedde van den burge meester en de secretaris met 300 elk, die van de wethouders met 500 elk en die van den ontvanger met 400. Nu leven we echter in een tjjd die voor vele ingezetenen al zeer moeilijk is. De voorge stelde verhoogingen kunnen niet het gevolg zijn van een bepaald bestaande behoefte en het is op grond daarvan al zeer bezwaarlijk, om in een tijd die voor tal van menschen zoo drukkend is, voorstellen tot jaarweddeverhoo ging te gaan behandelen. Er wordt nu gezegd, dat gebleken is, dat in andere provincien de bezoldigingen hooger zijn dan in de provincie Zeeland. Maar d&t kan toch op den duur voor de vaststelling dier jaarwedden geen maat- staf zijn? Anderen kunnen dan weer wel gaan zeggen: in Zeeland zijn de jaarwedden verhoogd, nu moeten we ook naar boven, en dan staat men weer voor dezelfde verhooging en zou, als men gelijk wil blijven weer moeten verhoogen. Er is elders ook wel eens gezegd, dat de verhooging der jaarwedden van bur gemeester en' secretaris voor de gemeente niet bezwarend zou zijn, omdat daarvoor bij de nieuwe financieele regeling tusschen rijk en gemeente door het rijk een hoogere uit- keering aan de gemeenten wordt gegeven. Dat beloopt echter in maximum slechts 3000 en in deze gemeente zou dus het meer- dere geheel ten laste der belastingplichtigen komen. Spreker acht het minst genomen zeer ibe- vreemdend, dat gedeputeerde staten in dezen tijd met zulk een voorstel bij de gemeente gekomen zijn. Hij noemt dat een gevaarlijke daad. Allerwege wordt de noodklok geluid, er is door de Regeering een btjzondere com missie ingestel/d in verband met de crisis, van wege verschillende politieke partijen zijn com- missies ingesteld of laat men sprekers van riaam optreden om daarover te handelen en maatregelen te beramen om de moeilijkheden te boven te komen, men weet vaststaand dat een groot aantal ingezetenen him inkomsten zullen zien achteruitgaan of hun kapitaal hebben of zullen zien verminderen, en toch komt men nu met een voorstel om de hoogst bezoldigde ambtenaren der gemeenten nog een 3000 meer te geven. Dat doet men waar- schijnlijk in de meening, dat men de belasting- penningen toch wel zal weten binnen te krijgen. Nu zal hem wel tegemoet gevoerd worden, dat er in Ter Neuzen millioenen genoeg ver- diend worden. Maar dan moet hij er bij voorbaat op wrjzen, dat dit de cijfers van 1928 betrof, en dat '29 al heel wat minder zal zijn en '30 nog minder. Hij spreekt als zijn meening uit, dat het z.i. niet op den weg van den gemeenteraad ligt, om thans over te gaan tot verhooging der '.ooQ Stukloopen van Huid en Voeten en Doorzitten bij Wielrijden verzacht en geneest Doos 30-60. Tube 80 ct. Bij Apoth. en Drogisten (Ingez. Med.) jaarwedden, die in den duren tijd op peil zijn gebracht en die, door het dalen der kosten voor de eerstfe levensbehoeften, dus thans een ibetere positie verschaffen. De algemeene malaise en depressie voor tal van ingezetenen is voor hem een bezwaar om over te gaan tot niet noodzakelijk te achten verhoogingen, ten bate van een bepaalde groep. De heer VERLINDE geeft te kennen, dit toetoog ite kunnen onderschrijven. De heer DEKKER sluit zich hiertoij ook aan. De heer HAMELINK betoogt, dat het voor stel van gedeputeerde staten niet zoo een- voudig is als men wel zou denken, indien men het alleen uit het oogpunt van de toegekende verhoogingen beziet. Toen bij de vorige periode door gedeputeerde staten een regeling werd uitgegeven, werd daaiibij te kennen gegeven, dat men dit deed om een leiddraad te geven voor de toekenning of regeling van jaarwedden. H(j kan het zich indenken, dat men tracht een regeling vast te stellen, die toepasselijik is voor alle gemeenten. Maar dan gaat men bij het vaststellen van dien leiddraad daarop zelf reeds aanstonds uit- zonderingen vaststellen, o.m. ook voor Ter Neuzen. Daaruit blijikt dus, dat de nieuwe leiddraad niet voor alle omstandigheden toe- passelijk beschouwd wordt. Maar bovendien brengt het ook wijziging in de verhoudingen der andere jaarwedden, die indertijd zjjn vast gesteld overeenkomstig de regelen van den leiddraad door gedeputeerde staten gegeven. Op grond daarvan werden vier periodieke jaarweddeverhoogingen toegekend, terw(jl gedeputeerde staten dit nu weer wijzigen en voor de door hen geregelde jaarwedden 5 periodieke verhoogingen in uitizicht stellen. Ze geven daarvoor geen motief op, maar als de gemeente zich daarbij wenscht aan te passen, en zij is dat moreel bijna verplicht, als deze regeling wordt ingevoerd, dan moeten de jaarwedden van de andere ambtenaren ook hiermede weer in overeenstemming worden gebracht. Dan voegen ze er een nieuw element in, de kinder-toeslag. Dat zijn weer nieuwigheden die geheel de vroeger vastge- stelde regeling dooreenwerpen. Gaat de regeling door, dan zal dit practisch ook voor de andere gemeenteambtenaren moeten wor den ingevoerd, hoewel spreker wel kan ver- klaren, persoonlijk geen voorstander van een kinder-toeslag te zijn. Nu zal men misschien wel zeggen, dat hij buiten de algemeene beschouwingen komt, dat die kindertoeslag in deze gemeente geen practisch gevolg zou hebben, doch het gaat niet over die personen, het gaat Over de regeling, die ook zal gelden voor opvolgers van de tegenwoordige titula rissen. Hij heeft bezwaar deze regeling aldus te aanvaarden. Hij moet echter een kleine opmerking maken, met betrekking tot de voorstellen. Bij de vorige vaststelling, in 1920, voor bur gemeester en secretaris, heeft spreker be zwaar gemaakt, dat de verhoogingen voor de hoogst bezoldigden te hoog waren in verband met de verhoogingen die werden voorgesteld voor het lager personeel, en daarmede blijk- baar heelemaal geen verband hielden. De thans voorgestelde verhoogingen, staan nog precies in hetzelfde teeken. De grootste verhoogingen worden juisj voorgesteld voor die ambtenaren die reeds de beste jaarwedden hadden. Spreker kan zich niet vereenigen met het standpunt van den heer Scheele, dat het toe kennen van jaarweddeverhooging zou moeten beheerscht worden door den meerderen of minderen welstand der ingezetenen, want als men een verhooging die men anders zou toe kennen terughoudt wegens den financieelen toestand der gemeente, dan wordt het inhou- den der verhooging een belasting, die alleen drukt op de groep ambtenaren die er door getroffen wordt, terwijl die last door de in gezetenen in het algemeen behoort te worden gedragen. Als men van oordeel is, dat de bestaande jaarwedden niet te verdedigen zjjn, dan moet men die verhooging niet uitstellen op grond der algemeene financieele positie. Wat nu de salarissen betreft die in Ter Neuzen worden betaald, hij gelooft niet, dat de toestand voor den burgemeester en den secretaris sinds de vorige regeling der jaar wedden zooveel sleohter is geworden, dat ver hooging daarvan noodig is geworden. En zeker zou die niet mogen doorgaan zonder dat ook aan de andere gemeenteambtenaren verhooging wordt toegekend, waarop naar hij meent echter weinig vooruitzicht bestaat. Hiji gelooft dus, dat aan gedeputeerde staten zal moeten worden geadviseerd niet tot die regeling over te gaan al is hij overtuigd, dat het door de gemeente toch wel zal moeten worden gegeven. De heer SCHEELE wil nog even de kwes tie behandelen van den welstand der gemeen- tenaren, dat die bij salarisregeling niet in aanmerking zou moeten worden genomen. Hij stemt zulks toe, indien het jaarwedden betreft, die inderdaad zoo laag zijn, dat zjj geen voldoend bestaan bieden. Dan behooren deze te worden verhoogd en op peil gebracht, ten koste der belastingbetalers. Maar indien men zich uitspreekt, dat de loonen op peil zijn, en dat zal tooh zeker met een jaarwedde van 5200 plus de pensioenspremie toch wel het geval zijn, dan is hij van oordeel, dat de algemeene financieele positie wel degeljjk in aanmerking mag komen. Er wordt nu ook een verhooging voorgesteld voor den nieuwen ontvanger, die anders misschien achteruit zou gaan, maar zooals burgemeester en wethou ders zeggen ineens op zijn maximum zou komen in verband met het meetellen van dienstjaren. Spreker kan toch anders niet inzien, dat een jaarwedde van 2700 voor den ontvanger, zooals hem is toegekend, zoo min is. Men moet niet uit het oog verliezen, dat we voor wat het levenspeil betreft weer een stuk naar beneden zullen moeten. Hij wijst op Duitschland, waar men in verband met de moeilijke tijden zelfs geen minister van fi- nancien kan krijgen. Er heerscht nu een on- gekende depressie en men moet tot het jaar 1868 teruggaan om daarvan het gelijke te vinden. In zulke perioden is het z.i. mmsten* noodzakelijk, dat ieder op zijn salaris blijft staan, er kan in de naaste toekomst van alle* gebeuren. Het is nu geen periode voor ver hooging. Toen de jaarwedde werden vastge steld waren de index-prijzen 185, terwijl deze nu 165 bedragen. Dat is voor de betrokkenen ook een vooruitgang, wegens de goedkoopere levensomstandigheden. Er kan nu geen sprake van zijn, dat het salads te klein zou Z1JDe heer BEDET betoogt, dat gedeputeerde staten na de oorlogsjaren hebben gemeend, i een algemeene ltjm te moeten geven. Die is

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 2