U
Purol bij Doorzitten - Zonnebrand - Stukloopen
Vreest geen Examen
HEEREN BAA1
V A I A.
BuitenluchtGezond en heerlyk
]a, dat weet ik altemaal
Maar de Iwcht van DOUU/E EGBERTS
Uit mijti pyp is ideaat
*t Js genot by volte teugen,
Het is geurig zacht en fijn,
Het brengt inmy'n mannenleven
Reuzengenr en zonneschijn.
vzrsckaft U ivdketi van genot.
TER NEUZEN, 27 JUNI 1930.
want er is een middel dat U kalm houdt en
waardoor Uw geest helder blijft.
Mijnhardt's Zenuwtabletten behoeden U voor
zenuwachtigheid. Ze zijn verkrijgbaar in kokers
van 75 ct. bij Apoth. en Drogisten.
(Ingez. Med.)
president Jaspar, die herhaaldelijk aan zijn
verontwaardiging lucbt gaf, verliet daarop de
vergaderzaal. Leuridan, niettegenstaande hij
tot de orde werd geroepen, onder groot
tumult voortgaande, zeide, dat het wel dege-
lijk een onzedelijk iets was de Gezelle-hulde in
de 1830-feesten in te schakelen en met mili-
tair vertoon te omringen. Het eeuwfeest dat
nu gevierd wordt, riep bij uit, speelt zieb af
op een vuurberg. De Vlaamsche nationalis-
ten zullen de uitbarsting wel weten te bevor-
deren.
De Kamervoorzitter verklaarde, dat de
redevoering van Mr. Leuridan een der hate-
lykste was ooit in deze Kamer geboord en
voegde er aan toe, dat parlement en land
baar alleen met algemeen misprijzen kunnen
beantwoorden. Na tusschenkomst van den
sociaal-democratischen oud-minister Huys-
mans, die Eelgie een Europeescbe noodzake-
lijkheid heette waar de leider der socialis-
tische fractie, Vandervelde, aan toevoegde,
dat het ook een historische werkelijkheid is
en na de bedreiging van den Waalschen
katholiek Housiaux Ward Hermans uit de
zaal te zullen gooien -welke bedreiging
echter niet werd uitgevoerd trad de kalmte
weer in en kon het debat even na het mid-
daguur worden geeindigd Over het krediet
zal later worden gestemd.
KV
Clinge Doorenbos
ECHTE FRIESCHE
20-50CT.PER ONS
A6
(S0BB5ET
(Ingez. Med.)
GEMEENTERAAD VAN TER NEUZEN.
In de Donderdag gehouden vergadering,
waarin de heer Van Driel wegens uitstedig-
heid niet tegenwoordig was, drong de heer
Colsen er bij vemieuwing op aan, dat de leden
een exemplaar van de balans en winst- en
verliesrekening der Vereeniging tot Zieken-
verzorging zouden toegezonden krijgen. Door
een inzage ter secretarie acht hij het voor
de leden niet mogelijk daarin een voldoend
inzicht te krijgen. De voorzitter zeide toe, dat
dit alsnog kan geschieden.
Van den Minister van Waterstaat is bericht
ingekomen, dat een nieuwe brug over den
Oostelijken kanaalarm f 140.000 zal moeten
kosten. Dit werk zou in de eerste plaats aan
het plaatselijk verkeer en in de tweede plaats
aan het streekverkeer ten goede komen. Al-
vorens tot uitvoering van het werk te beslui-
ten zal hij gaame vernemen welk aandeel
de gemeente in de kosten wenscht te dragen.
Een gelijk verzoek is tot de provincie gericht.
Burg, en Weth. zullen hieromtrent nader ad-
viseeren.
De rekening der commissie voor schoolvoe-
ding en -kleeding werd goedgekeurd op een
bedrag in ontvangsten van 1185,30 en
f 1010,04 y2 in uitgaven.
Door den heer A. van Loij is bericht ge-
zonden dat hij zijn benoeming tot gemeente-
geneesheer aanneemt. In antwoord op een
vraag van den heer Bedet antwoordde de
voorzitter dat er voor de kom nog geen solli-
citaties zijn ingekomen en de waameming
dus nog door den heer Pols geschiedt. De heer
Bedet is tegen bestendiging van dezen toe-
stand, die voor de gemeente nadeelig is. Indien
er dan voor de kom niemand wil solliciteeren,
zal overeenkomstig de instructie de geheele
dienst aan den heer Van Loij moeten worden
opgedragen. De voorzitter meende, dat het
tijdstip om zulke maatregelen te nemen nog
niet is gekomen. Indien er tegen de volgende
vergadering nog geen andere oplossing is, zul
len Burg, en Weth. zeker een voorstel doen.
Ingekomen is een beschikking van den
Minister van Waterstaat waarbij vergunning
wordt verleend tot het plaatsen van een uri-
noir ten Zuiden van den Oostelijken kanaal
arm op Rijksgrond.
Op een vraag van den heer Verlinde geven
Burg, en Weth. te kennen, dat het buiten hun
voorkehnis is, dat de politie is begoxmen een
onderzoek in te stellen omtrent borden, uit-
stekende reclames e.d. en dat zij het ook
beter zouden hebben geacht, dat, alvorens
zoo'n maatregel te nemen, met hen of mins-
tens met hun voorzitter, daaromtrent overleg
zou zijn gepleegd. Het is overeenkomstig de
Bolitieverordening dat Burg, en Weth. daar-
voor toe stemming moeten verleenen. De heer
Verlinde kan het zich indenken, dat die ver
gunning noodig is als maatregel van orde,
maar ziet niet in, dat daarvoor een retributie
moet betaald worden. Dat zal toch nimmer de
bedoeling van den raad geweest zijn, toen hij
die bepaling maakte. De voorzitter gaf te
kennen, dat die gevraagd wordt overeenkom
stig het Burgerlijk Wetboek als erkenning van
eigendomsrecht op den grond waarboven die
voorwerpen zijn aangebracht. De heer Verlinde
geeft te kennen een voorstel te zullen doen
tot het laten vervallen dezer retributie.
De heer Scheele wijst er op, dat het wegens
de verhooging van stoepen wel gewenscht is,
dat ook sommige zonneschermen zullen ver-
hoogd worden.
Met 7 tegen 5 stemmen wordt thans ver-
worpen het voorstel van Burg, en Weth. waar-
over in de vorige vergadering de stemmen
staakten, om aan den oud-gemeente-ontvanger
zijn toelage ad 1000 te geven zonder de ver-
plichting ter secretarie te werken. Na eene
bespreking waaraan de voorzitter en ver-
schillende leden deelnamen, en waarbij eerst-
genoemde de houding van den raad tegenover
den heer Tholens laakte, doch de heer Scheele
gesteund door andere leden daar tegen op
kwam en te kennen gaf dat men het niet
moest gaan voorstellen alsof de gemeente
aan den heer Tholens dank verschuldigd is,
werd met 8 tegen 4 stemmen verworpen het
voostel der meerderheid van Burg, en Weth.
<Sih aan den heer Tholens overeenkomstig zijn
verzoek eensgevend een jaar salaris uit te
keeren. Wel werd door enkele leden te ken
nen gegeven, dat men er geen bezwaar tegen
heeft dat de voorwaarde der te werkstelling
soepel zal worden toegepast, b.v. van 9 tot
1 uur, zooals vroeger zijn dienst was, inplaats
van 95 uur, zooals nu is bepaald. Hij houdt
dan nog vrijen tijd om op andere wijze wat
te zien te verdienen.
Aan den heer P. M. Maat werd verkocht
een perceel bouwgrond aan de Scheldekade.
De circulaire van Ged. Staten betreffende
een nieuwe jaarweddieregeling voor Burge-
meesters, Secretarissen, Ontvangers en Wet-
houders, die tegelijk aan de orde kwam met
een voorstel tot verhooging der jaarwedden
van het overig gemecntepersoneel gaf aan-
leiding tot een breedvoerige bespreking. De
heeren Colsen en Hamelink bleken niet on-
genegen mede te werken tot verhooging, maar
waren toch niet voldaan, omdat de voorstel
len juist aan de laagst bezoldigden het minst
geven.
De voorstellen vonden .algeheele bestrijding
bij de heeren Scheele, Bedet, Dekker, Ver
linde en Geelhoedt. Enkelen hunner wezen
op den voor jaarweddeverhooging ongeschik-
ten tijd, nu door de depressie zoo velen in
het particulier leven hun inkomen zullen zien
verminderen, terwijl niet gezegd kan worden
dat de jaarwedden en loonen die hier betaald
worden, onvoldoende zouden zijn om van te
leven. Die jaarwedden zijn bovendien vast-
gesteld in een tijd dat de index 160 was, ter
wijl die thans in de laatste maanden tot be-
neden 125 is gedaald.
De heer Hamelink bepleitte verhooging
voor de laagst bezoldigden, omdat men in
tijden van hoogconjunctuur daarin achterlijk
is gebleven. De heer Colsen bepleitte dit even-
eens, omdat b.v. onze politie-agenten minder
krijgen dan de veldwachters te Philippine en
Koewacht. Ook de voorzitter pleitte krachtig
voor verhooging, op grond dat een gemeente
het personeel dat ten bate der gemeenschap
werkt ook goed moet bezoldigd worden. Men
moet zorgen dat die menschen ervan kunnen
leven, hetgeen thans niet het geval is.
Tegen dit laatste werd krachtig opgekomen
dat sommigen er niet breed van kunnen leven
is mogelijk, maar er kan niet met grond ge
zegd worden, dat men er niet van kan leven.
De laagst bezoldigde werkman geniet een
weekloon van 27; er wordt voor hem toch
ook nog /3 per week pensioen betaald. In
het vrije bedrijf zijn er niet veel werklieden
die dat loon halen.
De heer De Jager verdedigde de indiening
van het voorstel; dit is bij de behandeling der
begrooting aan den heer Colsen belooft. Hij
is ook van meening dat de gemeente het
offer van /4300 dat in het geheel meer zou
moeten betaald worden wel kan brengen, on-
danks de depressie van de landbouwers. Die
categoric is alhier voor de belastingopbrengst
niet overwegend. Over dit jaar zal het be-
lastbaar inkomen 5% millioen bedragen.
Hiertegen werd nog aangevoerd dat dit
cijfers zijn van de inspectie, die wel eens aan
den hoogen kant zijn, maar bovendien voor
een groot deel de uitkomsten van 1928 be-
treffen. Hoe zal het er echter in '30 en '31
uitzien.
Bij de stemmingen besloot de raad met 10
tegen 2 stemmen (die der heeren De Jager en
Colsen) dat hij niet accoord gaat met de
door Ged. Staten voorgestelde regeling, ter
wijl met 8 tegen 4 stemmen (die der heeren
De Jager, Colsen, Hamelink en Van den
Bulck) in principe werd besloten niet tot
jaarweddeverhooging over te gaan.
Vastgesteld werden wijzigingen van de ge-
meentebegrooting voor den dienst 1929 en
den dienst 1930.
De heer Bedet, gesteund door de heeren
Scheele, Dekker en Van Aken, interpelleerde
den Voorzitter over het toestaan der de-
monstratie van de S.D.A.Pop jl. Zondag. Zij
zijn tegen alle demonstraties op Zondag op de
openbare straat, omdat dit den dag des Hee
ren ontheiligd.
De heer Hamelink kwam hier tegen op en
ook de heer Van den Bulck ziet geen aanlei-
ding een dergelijke defnonstratie, waarvan de
heeren zelf erkennen dat zij zeer ordelijk is
verloopen tegen te gaan. Op een vrijen Za-
terdagmiddag kan die niet worden gehouden,
in verband met de verre reis die sommige
deelnemers moeten maken.
De Voorzitter stelde in het licht, dat de
heer Bedet hem voomamelijk heeft aange-
vallen om zijn persoonlijk standpunt. Hij
noemt dat onjuist. A1 moge het ook zijn, dat
hij persoonlijk zulke handelingen op Zondag
liever niet ziet, zoo heeft hij als burgemeester
de wet te handhaven en moet die zonder aan-
zien des persoons tegen de burgers van ver-
schillende gezindten toepassen. Hij kan in de
wet geen bezwaar lezen tegen het houden van
zoodanige demonstrate, waarbij de noodige
voorwaarden zijn gesteld, dat ook zij die de
godsdienstoefeningen willen bijwonen, daarin
niet worden gestoord. Zoolang hij hier is, zal
hij zich door niemand laten verleiden de wet
anders toe te passen dan hij die ziet.
Ten slotte protesteerde de heer Colsen er
tegen, dat de Voorzitter van Axels ge-
meenteraad had toegelaten dat men zijn per-
soon, die zich daar toch niet verdedigen kon,
ten onrechte had aangevallen, als zou hij
annexionistische woorden hebben geuit. Hij
heeft toen alleen gevraagd, of men hier wist
dat men vanwege Axel een grenspaal had
weggehaald en of ze die ergens anders ge-
plaatst hadden.
Naar aanleiding eener vraag van den heer
Colsen omtrent de benoeming van een ambte-
naar ter secretarie gaf de Voorzitter te ken
nen dat in verband met de afdeeling die be-
moest worden, het college iemand be
misten. De heeren Colsen en Verlinde herinner-
den dat de voorzitter bij een vroegere bespre
king zich zoodanig had uitgelaten dat de raad
tot de meening moest komen dat Burg, en
Weth. aan den door den raad uitgedrukten
wensch tot het benoemen van een ingezetene
zouden voldoen. Nu is het weer mis. De heer
Hamelink meende, dat de raad hieraan toch
eens nader zijn aandacht zal moeten wijden.
De Voorzitter geeft te kennen, dat Burg, en
Weth. door hun thans verworpen voorstel den
weg hadden willen banen, dat ook eens een
jonge kracht uit de gemeente ter secretarie
kon benoemd worden.
AXEL.
zet
noemd had die daarvoor de noodige kennif
bezat, welke de sollicitanten uit de gemeente
Het Oost-Zeeuwsch-Vlaamsche Zendingsfeest
is weer voorbij. Donderdag 26 Juni j.l. werd
het gehouden op de weide van den heer J. Cap-
pon, bij den molen en het heeft velen een
heerlijken dag bezorgd. Ongeveer 800 men
schen waren daar bijeen. De bidstond was
gehouden Woensdagavond tevoren om half 8.
Ds. Post had daar de leiding en las voor:
Matth. 28 1620, terwijl hij sprak over
Openlb. 6:2. En ik zag een wit paard ep die
daarop zat had een bpog, en hem is een kroon
gegeven, en hij ging uitv-verwinnende en opdat
hij overwonne.
Op den zendingsdag zelf was het feest heel
gunstig. Wolken, maa't geen regen en ook
geen felle zon.
Om een uur ongeveer liet de muziek zich
hooren van het fanfarecorps „Hosanna" uit
Axel, onder leiding van den heer P. Brakman.
Dit corps begeleidde straks met haar muziek
ook het zingen van de feestgangers. Nadat
een lied gezongen was, las Ds. G. van Dis van
Zaamslag voor: Efeze 3 111, ging voor in
gebed en sprak een openingswoord. W(j heb
ben, zoo zei hij, den onnaspeurlijken rijkdom
van het Evangelie van Jezus Christus en
daarom houden we dezen zendingsdag, en
wekken tevens elkander op om na te speuren,
wat we hebben ontvangen. Wij zijn zoo rijk
en moeten hebben een brandend hart voor de
dingen V£in hiet koninferijk Gods. De eerste
spreker was Ds. Ringnalda van Middelburg,
met 't onderwerp: ,,Van stiefkind tot troetel-
kind". Hij zegt: de beschuldiging die men
tegenwoordig de kerk naar het hoofd werpt
als zou ze uitgeleefd, zonder bezieling en toe-
wijding zijn, moeten we niet voor kennisge-
ving aannemen, maar moet ons brengen tot
zelfonderzoek en schuldbelijdenis. Ons prak-
tisch Christendom kon wel wat beter zijn. Men
weet wel met den bijbel in de hand uit te stip-
pelen hoe het moet, maar wat komt er in de
praktijk van ons Christendom terecht. Wij
hebben een geweldige roeping in dezen. Wat
beteekent dit voor ons Zendingsfeest? De
zendingsgedachte behoort tot de centraal-
waarheden van het Christendom.
Wat blijkt er in de praktijk van de beleving
van deze zendingsgedachte? Zijn wij hier op
dit zendingsfeest werkelijk aangegrepen door
het besef van de ontzaglijke nooden van den
zendingsarbeid Er ontbreekt wel wat aan.
Financieele bijdragen willen we nog wel geven,
hoewel we soms den wijn uit de flesch opdrin-
ken en de capsules alleen voor de zending
over hebben. De zendtogsnooden zijn vertien-
voudigd. De zendingsmoglijkheden worden
grooter en de zendingsoffervaardigheid moet
daarmede gelijken tred houden. De Ooster-
sche volksontwaking Aioet geleid worden in
de banen van het chris^elijk geloof. Maar dan
mag de zending niet lajnger ons stiefkind zijn,
maar ons troetelkind. Zij is het helaas nog
niet. Maak Gij! de zending tot uw troetel
kind. Wij moeten door ons daadchristendom
toonen dat ons geloof niet dood is. Be-
moeiing met de zending zal ons daarbij hel-
pen. De nooden daar gaan ons aangrijpen.
Moet het ons geen pijn doen? een grooten
oogst en zoo weinig arbeiders? Dertigdui-
zend zendelingen dat is te weinig, bitter wei
nig. Ook aan ons de roeping om het tekort
aan krachten aan te vullen. Laten Christen-
ouders hunne kinderen voor dit werk afstaan!
en van jongsaf daarvodr bezielen! Nic. Beets
heeft gezegd: het is zonde, geen vriend van
de zending te zijn. Laten predikanten meer
over de zending spreken dan ze doen. Jonge
menschen! verkoop wat ge hebt, en geef in
Gods tegenwoordigheid antwoord op de vraag:
waarom geef ik mij niet in het werk der zen
ding? Als de zending ons troetelkind wordt
zal ons praktisch Christendom daarvan een ge-
regelde invloed ondergaan.
Na het zingen van enkele liederen betrad
zendeling Starremburg van Nieuw-Guinea het
podium. Hij zelf, hoewel 24 jaar aldaar ge-
werkt te hebben behoort niet tot de pioniers
van N.-Guinea, waarover hij spreken wil.
Ottow en Geisler waren 75 jaar geleden de
eerste die daar kwamen. De namen van die
helden. mogen we niet vergeten. Als zende-
lingwerkman gingen zrj naar de heideniwereld
Wetenschappelijke opleiding hadden ze niet
achter den rug; als vrome handarbeiders,
daar hun werk doende wilden ze de heidenen
tot het Christendom brengen. Hoe ontzettend
moeilijk was dat voor henMet de Papoea s
konden ze niet spreken. Uit de mond van
't volk moesten ze de taal leeren. Zelf moesten
'ze in hun onderhoud voorzien, door timmeren
maar de Papoea die zijn eenvoudig huis zelf
bouwt heeft geen timmerman noodig. De
christelijke gemeentestond niet voldoende
achter deze zendelingen. Op N.-Guinea is
't ongezond. De Papoea's begeerden het
Evangelie niet. Van zonde hebben ze geen
Ibegrip, want alles kan betaald worden. Deze
pioniers-zendelingen hebben gepredikt in de
zichtbaarheid. Zij kochten ook slaven, maar
om hen waarachtig vrij te maken. De Pa
poea's verkochten aan de zendelingen juist de
meest gebrekkige slaven en vonden hen dom
dat ze daar geld voor gaven. Maar juist in
de liefdevolle behandeling van deze ongeluk-
kigen brachten zij de liefde van Christus tot
de Papoea's.
In de eerste 25 jaren zagen zij geen vrucht.
Toch is deze arbeid niet tevergeefs geweest
In het begin dezer eeuiw is er een ontwaking
"ekomen op N.-Guinea. Niettegenstaande veel
vijandschap brak het Evangelie door. Won-
derlijke Gods openbaringen zijn daar ge
weest en heerlijk de vruchten. Nu ligt het
geheele land open voor het Evangelie. Er
werken nu 14 zendelingen, maar dat is veel
te weinig, want spreker heeft een terrein
Iroor zich all66n zoo groot als heel Neder-
land en de verkeersmiddelen zijn heel primi-
ief. Er is ook nog niet 6en zendingsarts
laar Geen menschen genoeg zijn er voor
>nzen arbeid. Een R.K. geestelijke zei: de
sending krijgt wat ze noodig heeft. Wij heb-
)en de menschen en de middelen. Dat kun-
len wij niet zeggen. Wij strijden met ont-
•.agliike tekorten in hoofdzaak met tekort
an liefde. Bij de open deuren en witte vel-
'en om te oogsten moet de christelijke ge
leente wakker worden. Haar steun verdub
oelen; want groot gevaar dreigt op N.-Guinea
van de leiders van de cultuurmaatschappijen.
Alle krachten moeten nu juist in het werk
gesteld worden om dezen artbeid in stand te
houden. Doe gij, wat God van U vraagt!
Wek de slapers rondom U, en doe mee aan
den arbeid. Niet eerst al ons werk doen en
dan ook nog aan de zending denken! Neen,
eerst Gods zaak en dan de onze! God make
ons getrouw.
In de pauze die nu volgde weerklonk de
fanfare-muziek lustig over het gezellige ter
rein.
Ds. James uit Delfshaven sprak nu over:
Uitbreiding en verdieping. Hij zei gelezen te
habben over een verpleegster die genoemd
werd: de zuster met de bezielde handen.
Voor zulk een anbeidster is 't zeker goed, dat
ze haar ziel legt in hare handen, maar dit
geldt toch eigentlijk voor elk levensterrein.
Een moeder, een dokter, een groep van men
schen, moet het werk doen met ziel er in. In
de allereerste plaats geldt dit van het Chris
tendom en van de zending. Zending heeft al
leen waarde, hemelsche uitwerking, als het
gedaan wordt door menschen die ziel weten
te leggen in hun werk. Ons werk heeft al
leen waarde als het verdiept is en als het
zich van uit de gemeenschap met God uit-
breidt naar alle kanten. Uitbreiding en ver
dieping moeten met elkaar zijn verbonden.
De fout van onze dagen is niet, dat er geen
verdieping zou zijn of geen uitbreiding. Er
zijn velen die zich in geestelijke dingen ver-
diepen. Er is mystiek, ook veel in Zeeland.
Velen weten wat het is, te schouwen in de
diepten van genade. En er worden ook velen
gevonden, die werken aan de uitbreiding van
het koninkrijk Gods. Er wordt stoer gewerkt.
Er is evangelisatiedrift, zendingsdrift als
nooit te voren Maar men heeft een verdeeling
van taak getroffen. Het zijn twee groepen,
die naast elkaar gaan. Menschen die zich
verdiepen en menschen die aan de uitbrei
ding meedoen en dat is de fout. Verdieping
en uitbreiding moeten samengaan. Meditee-
ren en evangeliseeren.
Is Pinksteren niet het samengaan van die
beide in bijtzondere mate? Pinksteren heeft
verdieping van giestelijk leven gebracht als
nooit te voren, mefer 6ok uitbreiding in groote
mate. Wie alleen mediteert wordt geestelijk
krank. Wie alleen evangeliseert wordt op-
pervlakkig en verliest contact met het
Koninkrijk Gods. In Jezus Christus zijn de
verdieping en uitbreiding in bijzondere mate
aanwezig. Hij is de graver in de mijn, de
afdaler in 't diep van de ziel. Hij heeft zich
verdiept en 't menschelijke hart totdat Hij
kende al de geheime knoopen der zonde. Hij
heeft zich ook tot alien uitgebreid en in
Jezus is niets dan geestelijke gezondheid.
Alleen zendelingen en Evangelisten uitsturen
is niet goed van ons, wij moeten zelf zende
ling zijn. Ieder Axelaar die gelooft, moet ook
zijn geloof uitbrengen naar buiten. En de
vurige dappere heilsoldaat moet dieper in het
geloof worden ingeleid. Alle geestelijk leven,
dat alleen maar de binnenkamer kent kan
nooit recht geloof heeten. Er is niets wat zoo
zegenend terugwerkt op den mensch als het
werken voor de zending. Onze groote krank-
heid is de partijzucht. Die gaat weg als we
samen aan het werk gaan. Als we aan uit
breiding doen worden we zelf genezen. Ver-
diep U. Lees uw bijbel en daamaast een boek
dat U aan het denken brengt om uit te die-
pen den onnaspeurlijken rijkdom van Chris
tus. In de diepte ligt de hoop. Maar onmis-
baar is zich te gaan uitbreiden. Men kan
God niet houden als men als christen de uit
breiding niet paart aan de diepte.
Ds. Wiersinga van Vlissingen sprak over
zending en ziekte. Hij noemde de medische
zending allemoodzakelijkst. Het leven van
den heiden ligt onder een ban, een beklem-
ming van geesten, booze machten. Overal be-
loeren ze hem en hij vreest hunne aanvallen,
bij zijn arbeid, bij allerlei belangrijke ge-
beurtenissen in het leven. Duizend zorgen,
duizend nooden kwellen zijn angstvallig hart.
Wordt de heiden ziek dan is 't voor hem niet
't ergste dat hij pijn heeft of op t ziekbed
liggen moet, maar de vraag: wat heb ik ge
daan? welke geest heeft het op mij voorzien?
wat moet ik doen om het weer goed te
maken? Komt de zending met deize zieken
in aanraking dan zet zij levensbeschouwing
tegenover levensbeschouwing. Zij komt met
het Evangelie dat spreekt van den Heiland
die alle machten heeft overwonnen, daar ligt
het beslissende groote gevecht. De heiden
hoort gaame van den MachtliebTDer die staat
boven ziekte en dood. Gewoonlijk vinden de
heidenen hun eerste contact met het Evan
gelie door middel van de ziekenverpleging die
van de zending uitgaat. De genezene zieken
vertellen er gaame in hun dessa van, dat zij
Een gevonden hebben, die hun rust geeft.
Hun toean heeft macht over ziekte en dood
en daarvan gaan ze getuigen. De medische
zending is niet iets van onzen modemen tijd,
maar van onzen Heiland die in Zijn zendings-
bevel zegt: predikt het Evangelie en geneest
de kranken. Door de genezing van den lamme
in den tempel door Petrus, werd zijn predi-
king door twee duizend menschen aange-
nomen. Medische zending is duur. Zending
drhven is duur; maar hoe grooter de over-
winning, hoe -grooter de offers. Nooit was er
een koning of keizer, die zulk een groot bevel
gaf als Jezus: Gaat heen in de geheele wereld!
Het vraagt offers, maar Jezus zelf geeft
voldoende voedsel aan al de zijnen om in den
strijd te volharden.
De laatste spreker Ds. de Smit van Utrecht
had tot onderwerp: heilige stilte. Die moest
er heerschen bij den bouw van Salomo s
tempel te Jeruzalem. Elders waren de onder-
deelen klaargemaakt en op Sion werd alles in
stilte ineengezet. Dat is een afbeelding van
Gods werken. God bouwt in deze wereld een
geestielijken tempel, waarvan Jezus Christus
is de uiterste hoeksteen en alle geloovigen
levende steenen. En God bouwt dien tempel
in heilige stilte. Jezus werd in stilheid gebo-
ren in den stal te Bethlehem. Jezus wan-
delde op aarde rond in stilheid zege-n versprei-
dend, genade en barmhartigheid voor zonda-
ren. Ook als de steenen tot den goddelijken
tempel toegebracht worden gaat het in stilte.
De bekeering van 66n mensch is een geweldig
werk van God evenzoo geweldig als de schep-
ping. Nochthans doet God het zelf in heilige
itilte als hij zijn vrede in ons hart gebiedt.
Zoo gaat het ook in het werk der zending.
Op de vleugelen des woords wandeld God tus-
schen de volken. Een zendeling stapt aan
*ral in de heidenwereld en heeft geen toegang.
Gods molens malen langzaam. Als de zende
ling al dreigt moedeloos te worden, is er m de
hart en der heidenen een worsteling om hun
ifgoden te gaan inleveren. Onverwacht ziet
ie zendeling vruchten. Denk aan die zende-
ingen op hun eenzame posten. Gods heilige
itilte is ons een kracht om met het zendings-
verk voort te gaan. Wij hooren het rumoer
der volkeren, het gehamer der werklieden, die
(Ingez. Med.)
God's tempel meenen te kunnen afbreken,
nochtans God bouwt in stiltie voort aan zijn
koninkrijk. Straks zal de tempel voltoodd
zijn. Zult Gij dan ook een levende steen zijn
van dien tempel. Als de tiempel voltooid zal
zijn wordt de stilte verbroken en afgewisseld
met het Halleluja.
Het slotwoord werd gesproken door Ds.
Ruijsch van Dugteren van Axel.
„Beste vrienden", zoo sprak hij de schare
toe: wij zijn van heilige vreugde ddn. Wij
weten ons alien gezegend. Allereerst door
God, die wonder mooi weer ons gaf. Dan door
de sprekers, die zoo kostelijk gesproken heb
ben. Uit aller naam zeg ik hen hartelijk dank.
Gezegend zijn we door het gevoel van eenheid.
Heerlijk, dat we in het werk der zending
kunnen e6n zijn. Zou dat niet altijd kunnen?
Al zijn er verschillende kerken en heeft ieder
zijn kerk lief; heerlijk is het samen 6en te zijn
in het -belijden van den naam van J \~us Chris
tus.
Een woord van dank werd gebracht aan
de plaatselijke commissie; aan het fanfare-
corps voor hun muziek; aan de zangvereeni-
ging „Asaf" voor hun zang; aan de familie
Cappon voor hun heerlijke weide, belangeloos
afgestaan. Moge ons samienzijn ook deze
vruchten afwerpen, dat we worden daders des
woords. Blijven werken, blijven bidden. Het
gebed is het groote offer, dat waarde heeft
voor de zending. Hier leeft vandaag de adem
des geestes gewaaid. Onze krachten moeten
in werking gebracht worden. Onze ziel door
traagheid vastgehouden moet daarvan worden
bevrijd. Door 'it gebed gaat de rem weg, door
het gebed brengen we de hefboom in werking
opdat de kracht Gods ons aan het werk zette.
Bodt en U zal gegeven worden, en God zal
dezen middag kronen met zijn zegen.
Na het zingen van een lied en dankgebed
gingen de vrienden huiswaarts, dankbaar voor
dezen heerlijken zendingsdag.
HUWELIJKSAANZOEKEN IN DE
SAHARA.
Lady Dorothy Mills, een Londensche aris-
tocrate, is, na een verblrjf van vier maanden
in het noordwesten van Afrika, in de Euro-
peesche beschaving teruggekeerd. Zij heeft
veel zonderlinge avonturen beleefd, welke
haar hebben geleerd, dat de opperhoofden en
de krijgslieden der primitieve volksstammen in
een blanke vrouw het ideaal zien van hun
droomen.
In het zuidelijk gedeelte van de Sahara
vertelt zij onder meer vertoefde zij eenigen
tijd brj den wilden volksstam van de Toearegs,
waarvan de krijgslieden het gelaat gesluierd
dragen, omdat geen vrouw hen in het gezicht
mag kijken. De oudste van de vrouwen van
het opperhoofd van dien stam kwam op een
dag bij de lady en vroeg haar, welke onge-
huwde krijgsman haar het best beviel. Zij
behoefde slechts te kiezen en dan zou onmid-
dellijk de bruiloft kunnen worden gevierd.
De Engelsche dame antwoordde, dat zij zich
zeer gestreeld voelde door dat aanbod maar
dat zij het moest afwijzen, omdat zij al ge-
trouwd was.
Ik kan mrj voorstellen, meende daarop
de inboorlinge, dat uw Engelsche man het
met uw huwelijk niet eens zal zijn, maar krjk
eens, u is goedig en mood, zij het dan een
beetje te mager. Breek u het hoofd niet met
zijn bezwaren. Het lid van onzen stam, dat
ge tot man kiest, zal ongetwijfeld onmiddellijk
naar Engeland reizen, om uw man te dooden.
In weerwil van die verzekering bleef de lady
op haar weigerend standpunt staan, wat de
vrouwen der Toearegs maar niet konden be-
grijpen.
In het zuiden van Tunis was een machtig
sheik, die de moedige reizigster door zijn tolk
liet mededeelen, dat hij niets liever zou willen
dan van zijn echtelijk trio, twee bruine vrou
wen en een zwarte, door toevoeging van een
blanke een kwartet te maken. Als bruidsge-
schenk bood hij lady Dorothy eenige honderden
schapen, ettelijke balen zijde, alsmede kost-
bare juweelen aan. Hij stelde de uitverkorene
zijns harten slechts 6en voorwaarde: Ofschoon
hij de Engelsche dame ook allerliefst vond,
toch meende hij, dat hij als opperhoofd van
zijn stam een eenigszins omvangrijker gemalm
zou moeten hebben, omdat anders de men
schen den spot zouden drijven met de mager-
heid van zijn vrouw. Indien lady Dorothy dus
bereid was een huwelijk met hem aan te gaan,
moest zij beloven, iederen dag een door de
andere vrouwen toebereid gerecht te eten,
waarvan het hoofdbestanddeel een bepaald
soort wortel is. Na een maand zou zij reeds
den gewenschten lichaamsomvang hebben en
zich met voile recht de mooiste van alle vrou
wen mogen noemen.
Ook van deze zaak kwam niets. Hoe ver-
lokkend ook het aanzoek was, lady Dorothy
bleef standvastig, maar den sheik bedroefde
niet zoo zeer de weigering van de Engelsche
dame, als haar verklaring, dat juist haar slank
x'iguur in Europa werd bewonderd.
Een ander eigenaardig huwelijksaanzoek
kreeg de lady in een oase, die werd geregeerd
door een kaid van vergevorderde leeftijd. De
man verheugde zich in het bezit van een be-
koorlijke, achttienjarige echtgenoote. Dat
vrouwtje kwam, vertelt lady Dorothy, bij my,
om mijn tusschenkomst in te roepen.
Mijn man, zeide zij, is oud, ik ben daaren-
tegen jong. Ik houd van den jongen, knap-
pen valkenjager, die gisteravond met een
karavaan uit het zuiden is aangekomen. Van-
avond geeft de kaid te uwer eer een groot
feest. Ik weet, dat hij uw verstand bewon-
dert, en daarom verzoek ik u, hem vanavond
een poosje bezig te houden, want ik zou zoo
graag ongestoord met mijn vriend willen bab-
belen.
Ik kon heel goed begnjpen, vertelt lady
Mills, dat de jonge valkenjager het vrouwtje
beter beviel dan de dikke kaid met zijn tan-
deloozen mond, en ik beloofde, mijn best te
zullen doen. Werkelijk praatte ik op den
feestavond eenige uren achtereen met den
gastheer.
Den volgenden dag kwam zrjn vrouw van
vreugde stralend bij my. Zij bedankte mij en
Mijn man bewondert u, omdat u met de
schoonheid van een vorstin het hart van een
leeuwin vereenigt. Ik weet, dat hy zich nog
een vrouw wenscht. Zorg er voor, dat hy u
kiest. Wat my aangaat, ik zal u dienen, zoo
als het een jongere zuster betaamt.
Het kostte lady Dorothy veel moeite. de
kieine vrouw dit plan uit het hoofd te praten.
Zij kreeg, toen zij afscheid nam, den mdruk,
dat de inboorlinge de houding van de Euro-
peesche volstrekt niet begreep en zich niet
kon verklaren, waarom zij het eervolle aanzoek
afsloeg.