ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No 852
MAA>JDAG 19 MEI 1930
70e Jaargang
RAADSVERQADERING.
BIHNEHLAND.
FEUILLKT0N.
Vampier-Vleugel
BUITEVLAHD.
SAX ROHMER.
DE AAN VAL OP HET ZOUTDEPOT
GESTUIT.
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post f 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerlka /2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bjj voorultbetallng.
Ultgeef sterFtrma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
Grootere letters en cliches wor den naar plaatsrnimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement te gen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst 66n dag voor de uitgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEHEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
De Burgemeester van TER NEUZEN maakt
bekend, dat eene Openbare Vergadering van
den Gemeenteraad is belegd op Donderdag
22 Mei 1930, des voormiddags 10 uur.
Ter Neuzen, den 19 Mei 1930.
De Burgemeester voomoemd,
J. HUIZINGA.
MAATSCHAPPELIJK WERK VAN
PRINSES JULIANA.
Prinses Juliana is voomemens, nu zij na het
volbrengen van Hare Leidsche Studies heeft
opgehouden met het volgen van Hare colleges
en cursussen zich dezen zomer naast de ver-
vuUing van Hare representatieve plichten aan
maatschappelijk werk te wijden in het bgzon-
der in de ressorten van de Koningin van het
Loo en omstreken.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrjjdag.
De heer Boon (lib.) vraagt een interpellatie
aan over de verdeeling van den zendtijd.
Hierover wordt Dinsdag beslist.
De beraadslaging over de wijziging van de
Geaneentewet wordt hervat.
De heer Vos (lilb.) verdedigt zijn thans ge-
wijzigd amendement inizake den dubbelen
raad. De commissie moet op dezelfde wijze
ate de raad worden gekozen.
De heer Ketelaar (v.d.) bestrijidt dit amen
dement om het principe en om de kosten.
De heer Van Vuuren (r.-k.) Is v66r hand-
having van den dulbbelen raad.
De heer Schokking (c.-ih.) heeft thans geen
beewaren meer; de duhbele raad is in het be-
lang van de kleinere gemeenten.
Minister Ruys de Beerenbrouck weet niet,
of de zaak nu in orde is, als het gewijzigde
amendement wordt aangenomen. Spreker laat
de beslissing aan de Kamer.
Op voorstel van den voorzitter wordt dit
punt tot Dinsdag aangehouden.
B(j art. 134 verdedigt de heer Vos een
amendement, volgens hetwelk de Kroon bin
nen een jaar moet beslissen inzake een an-
nexatie.
De heer Van Vuuren ziet hierin geen voor-
deel. De minister ontraadt het amendement.
Na repliek van den heer Vos en dupliek van
den Minister wordt het amendement verwor-
pen met 537 stemmen.
Bij artikel 135 bestrrjdt de heer Rutgers van
Rozeniburg (c.-h.) de voorgestelde wijziging,
die het toetsingsrecht van den rechter doet
vervallen en het vemietigingsrecht der Kroon
teeperkt.
De macht van den raad is z.i. te sterk uit-
gebreid, waarom hij wijziging ongewenscht
acht.
De heer Knottenbelt (lib.) is eveneens tegen
deze wijziging en vraagt zich af wat de re-
geering ertoe heeft gebracht haar voor te
stellen.
De heer Kortenhorst (r.-k.) bestrijdt de
wijziging met het oog op de tot nu toe gelden-
de jurisprudentie. Het toetsingsrecht van den
rechter mag niet worden uitgebreid.
DE BEGRAFENIS
VAN MR. P. J. TROELSTRA.
Onder even enorme als ontroerende belang-
stelling heeft Vrijidag, meldt de N. R. Crt., de
Nederlandsche arbeidersbeweging haar stich-
ter en oud-leider Mr. P. J. Troelstra ter laat
ste rustplaats gebracht.
door
Vervolg.)
6)
,,Dien avond bespraken we den toe-
stand onder een glas wijn en bij die gele
genheid wees hij mij erop, dat dit de ge
legenheid was om de juisbheid van zijn
theorie te toetsen. Er was blijkbaar een
bevel uitgevaardigd, dat ik vermoord
moest worden en de eerste poging was
mjslukt.
,,Nu krijgen we natuurlijk een bijeen-
komst," zei Valera, „om te bespreken,
wat er verder gedaan moet worden. En
die bijeenkomst heeft morgenavond
plaats."
„Ik keek hem scherp aan en gaf, na
een paar oogenblikken wachten, ten ant-
woord
(Morgenavond is het voile maan...
Als jij van de partij wilt zijn, gaan we
samen tegen den avond het moeras in en
dan zullen we eens zien, of we de open
plek, die er volgens jou moet zijn, en waar,
eveneens volgens jou, die samenzweer-
ders vergaderden, niet kunnen vinden.
„iBij het onzekere licht van de eene lamp
die tusschen ons in op tafel stond, zag ik
dat Valera Meek werd, maar hij was een
Spanjaard en een man van grooten moed,
dus
,;Goed, senor," gaf hij ten antwoord.
,,Als de aanwijzingen, die ik heb, juist zijn,
vinden we den weg".
Zooals te verwadhten was heeft de soc.-
democratische arbeiderspartij met de socia-
listische vakbeweging deze gelegenheid aan-
gegrepen om nog eens te beiwijzen, hoezeer
Mr. Troelstra in den kring zijner geestver-
wanten als een der grootsben werd beschouwd
en aian zijn nagedachbends op plechtige wijze
dank te brengen voor het onschabbaar vele,
wat hij, voor de arbeiderswereld heeft gedaan.
De begrafenis is dan ook geworden tot een
massale en indrukwekkende manifestatie van
trouw en liefde van tienduizenden jegens den
ontslapen staatsman.
Reeds in de vroege ochtenduren was het
merkbaar dat er iets bijzonders te doen was.
Er heerschte een cmgewone drukte in de stra-
ten, wEint reeds heel vroeg kwamen velen uit
alle streken des lands in Den Haag aan om
bij de begrafenis tegenwoordig te zijn. Vooral
bij de stations heerschte een ongewone drukte.
Met talrijke voortreinen en met versterkte
treinen kwamen de tienduizenden belangstel-
lenden aan.
Het weer, dat in den vroegen ochtend nog
grauw en somber was, klaarde op en onder
stralenden zonneschijji trokken de groepen in
de richting Scheveningen.
De geheele weg, van het centrum der stad
naar het Belgische Park, was een groote trek
van menschen. Allerlei organisaties, afdeelin-
gen der partij en socialistische vereenigingen
waren met omfloerste vaandels en banieren
naar Den Haag getrokken om den beminden
volksleider de laatste eer te bewijzen.
Overal zag men partijrouw dragen: een rood
strikje met zwarten achtergrond.
Vele partijgenooten waren met autobussen
uit omliggende plaatsen gekomen; de inter-
communale lijnen der H. T. M. voerden even
eens talloozen naar Den Haag.
Langs de gansche route, van Koningskade,
Raamweg en Badhuisweg, was <56n rij van
standaarden, vlaggen en banieren.
Naarmate het dichter naar twaalf uur liep,
groeide de menigte aan en concentreerde zich
alles meer en meer op den Badhuisweg.
De poll tie had onder leiding van hoofd-
inspecteur Snethlage zeer uitgebreide maat-
regelen getroffen om alles een geregeld ver-
loop te doen helbben.
De A. J. C. verzamelde zich afzonderlijk op
den Pompstationsweg om zich later bij den
stoet aan te sluiten.
Op den Badhuisweg, op de verschillende zij-
wegen en op den Pompstationsweg stelde de
stoet zich geleidelrjk op.
Steeds groeide het aantal deelnemers nog
aan, zoodat tegen 1 uur een onafzienibare
menschenmenigte zich in de omgeving van het
Belgische Plein opgesteld had.
De lengte van den stoet bedroeg verschei-
dene kilometers;, eerst toen men zich aaneen
begon te sluiten kreeg men een indruk van
de niet te beschrijven belangstelling. De kop
van den stoet bevond zich bij, de Brusselsche-
laan.
Daar liepen de leden der S.D.A.P., Eerste
en Tweede Kamerfracties, de leden van het
Partijbestuur, het hoofdbestuur van het
N.V.V., vertegenwoordigers van de Interna
tionale van Vakvereenigingen, van de Intern.
Transportfederatie, van de Arbeiderspers en
van de hoofdbesturen van tallooze organisa
ties bij het N.V.V. aangesloten. Daarachter
hadden zich de deelnemers provinciegewijze
opgesteld.
Het eerst kwam Friesland, waarvan buiten-
gewoon veel belangstelling was gekomen. Uit
de kleinste plaatsjes uit die provincie had men
de reis naar Den Haag ondemomen om de
nagedachtenis te eeren van Mr. Troelstra, die
daar, waar hrj geboren en opgevoed was, in de
harten der aribeiders een zeer bijzondere plaats
steeds ingenomen had.
Dan kwamen groote groepen uit Groningen,
uit Drenthe en uit alle andere provincies. De
„Ik heb vergeten u te vertellen, dat hij
een aantal aanwijzingen had; een neger-
meisje, dat verliefd op hem was, had ze
hem gegeven. Ze had ontkend, perti
nent ontkend, dat die open plek een soort
van vergaderplaats was. Maar ze had
toegegeven dat zij bestond... had Valera
zelfs verteld hoe hij er kon komen." Ko-
lonel Menendez zweeg even. ,,Een maand
daarna was ze dood... Een onbekende
slepende ziekte had een eind aan haar
leven gemaakt."
Onze bezoeker zei die laatste twee zin-
nen met grooten nadruk en keek ons, om
beurten, Iang en veelbeteekenend aan.
,,Straks zal ik u vertellen, ging hij
voort, „wat ze op den dag, toen ze ziek
werd, tegen de deur van haar hut gespij-
kerd vond. Maar eerst ga ik met mijn
verhaal voort. Den volgenden avond
brachten we ons plan ten uitvoer. In een
behoorlijke uitrusting gingen we, na don-
ker, door een zijdeur het huis uit en slo-
pen het bosch aan den oostkant van de
hacienda in, waar, volgens de aanwijzin
gen, een voetpad door liep, dat ons regel-
recht naar de open plek, die we wilden
vinden, zou brengen. Van dien tocht,
heeren, heb ik de' afschuwelijkste herin-
neringen behouden.
Stel u voor een ondoordringbaar dicht
bosch met een bodem van rottende bla-
deren en planten, die zoo week was, dat
we er bij elken stap tot over onze enkels
inzakten en waaruit een zicihtbare en af-
schuwelijk riekende damp opsteeg... Stel
u voor levende, glibberige wezens, die
zich onder onze voeten bewogen, die zich
of om onze rijlaarzen heenkronkelden, of,
sissend, een goed heenkomen zochten.
Stel u voor sommige plekken, waar het
pad volkomen dichtgegroeid was, waar
groepen waren alle weer onderverdeeld in de
verschillende organisaties.
De groote steden Amsterdam, Rotterdam
en Den Haag vormden ieder een eigen groep.
Machtig was de indruk, welken de Arbei-
ders Jeugd Centrale maakte, welke met vele
duizenden leden aanwezig was en met tallooze
banieren langs den Ponipstationsweg stond
geschaard, gevolgd door den Nederl. Arbei-
ders Sportbond.
Nog tallooze andere organisaties volgden.
Het aantal deelnemers is op geen duizenden
te schatten, doch naar verluidt waren er meer
dan 25.000 menschen uit de verschillende dee-
len des lands gekomen, waarbij dan nog niet
gerekend zouden zijn de groote steden.
Een belangrijke afvaardiging was ook aan-
wezig van soc.-dem. club te Antwerpen.
Om 1 uur werd het teeken gegeven, dat de
kist uitgedragen werd en terwijl alien eerbie-
dig het hoofd ontblootten en zich in gelederen
van zes schaarden, zette de stoet zich in be-
weging, om zich achter de volgrijtuigen aan
te sluiten, waarbij in de eerste gelederen lie-
pen Kamiel Huysmans, de Belgische oud-
minister, en de vertegenwoordiger van het
Duitsche partijibestuur, de beer Wels.
Toen precies 1 uur de ktst werd uitgedra
gen stond ook het Belgische Plein stampvol
met belangstellenden.
Nadat in den lijkwagen de kist geplaatst
was werd deze met de partijvlag gedekt. Aan
de lijkkoets werd gehangen een groote groene
krans met eenige vuurroode bloemen en roode
linten, waarop stond: ,,Van de Part(j, die hem
zoo lief was". Verder werden meegevoerd
twee takken sparregroen van het Troelstra-
oord en een eenvoudig boeketje van op het
Troelstra-oord geplukte veidbloemen.
In het eerste rijtuig names plaats de
weduwe, de zoon en eenige andere famdlie-
leden. Hierop volgden in de koetsen de heeren
Albarda, Oudegeest, Woudenberg, Vander-
velde, meivr. de Vries-Bruins, mevr. Sannes-
Sannes, de heeren IJzerman, Bakker Schut,
de laatste namens de brandverzekering Neer-
landia, waarvan de heer Troelstra directeur
was, Wiardi Beckman, part, secretaris van
den heer Troelstra, Ankersmit, Wibaut en
Vliegen.
Om 10 minuten over e6n zette de stoet zich
in beweging.
Overal langs den weg, welke de stoet volg-
de, stonden dichte rijen menschen geschaard,
om het voorbrjtrekken gade te slaan. Waar de
lijkwagen met het stoffelijk hulsel van den
grooten volksleider langs kwam werd overal
eerbiedig het hoofd ontbloot.
De stoet die achter den lijkwagen volgde,
trok door de Antwerpschestraat, Belgische
Plein, langs het sterfhuis in de Leuvensche-
straat, waar de vaandels eerbiedig negen. Zoo
trok men onder ongekende en overstelpende
belangstelling naar het kerkhof langs den
Nieuwen Duinweg, Haringkade en Koninginne-
gracht.
Op de begraafplaats, die aan beide zijden
door de politic werd vrijgehouden voor den
rouwstoet, was, v66r het hoofdgebouw, ka-
naalzijde, een met een zwart kleed bedekte
katafalk geplaatst, terwijl zwarte loopers
waren gelegd. Op deize katafalk zou de kist
worden geplaatst, terwijl daarachter ruimte
was geresenveerd voor de naaste familieleden
en de andere personen, die in de volgrijtuigen
met den stoet zouden meekomen.
Het partijibestuur heeft een grafkelder voor
den ontslapene gekocht, die als familiegraf-
kelder is bestemd.
Een aantal ordecommissarissen uit de
S. D. A. P. assisteerden voor de regeling van
het d^filA
GOEDKEITRING PROTOCOL CHEMISCHEN
EN BACTERIOLOGISCHEN OORLOG.
Verschenen is de memorie van antwoord
we ons een weg moesten banen door een
warnet van woekerplanten, waar groote
spinnen hun webben hadden gemaakt,
waar griezelig-klamme nachtwezens ons
in het voorbijgaan aanraakten, waar we
bestookt en besprongen werden door
venijnige insecten...
Zoo trokken we meer dan een uur
voort. Het licht van de voile maan hielp
ons bij onzen strijd tegen de bijna onover-
komenlijke bezwaren, maar nu en dan
was de qrondmist zoo dicht, dat het tro-
pisch heldere schijnsel verduisterd werd.
Ik was in die dagen nog jong en buiten-
gewoon sterk; mijn metgezel was ouder
en had daardoor meer te lijden dan ik.
Maar hoe afschuwelijk dat eerste gedeelte
van onzen tocht ook was, bij wat ons te
wachten stond, haalde het niet dat was
erger, veel erger...
,,Op een gegeven oogenblik kwamen
we op een open plek, een bijna cirkelvor-
mige ruimte zonder noemenswaardige be-
groeiing, niets dan een moerassig groen
tapijt, gespreid in de donkere diepte van
het woud. De giftige mist was daar nog
dichter dan tusschen de boomen, maar na
het warrelige ondergroei-struikgewas,
waar het wemelde van insecten, was die
open ruimte ons welkom. Hlelaas, het
was een val, een strik, een moeras, waar
we tot over onze knieen inzonken. Nu
nog rill ik als ik aan die gewaarwording
denk. En daarbij voelde ik dat een on-
overkomenlijke hoe zegt u dat
heid zich van me meester maakte en Va-
lera bekende me, naar adem snakkend,
dat hij aan het eind van zijn krachten
was.
„Juist op dat oogenblik streek een
zuchtje wind over de open ruimte; de mist
betreffende het wetsontwerp tot goedkeuring
van het protocol inzake den chemischen en
bacteriologischen oorlog van 17 Juni 1925.
In deze memorie wordt betoogd, dat de
kans, dat in een conflict, waarin ons land on-
verhoopt mocht worden betrokken, strrjdgas-
sen tegen ons niet zullen worden aangewend
uiteraard grooter is, indien wij tot het ver-
drag toetreden, dan wanneer wij ons afzijdig
zouden houden.
Ten aanzien van het motief, dat het ge-
bruik van gift en van vergiftigde wapenen
verboden is bij het verdrag van 1907 betref
fende de wetten en de gebruiken van den
oorlog te land en dat niettemin de tot dat
verdrag toegetreden mogendheden van bri-
santgranaten zijn blijven gebruik maken, doet
de Regeering opmerken, dat onder de bedoel-
de verbodsbepalingen niet valt het gebruik
van brisantgranaten, tegen welker gebruik
dan ook nimmer verzet is gerezen, mede om-
dat zij niet vielen onder de verboden bepalin-
gen van de tweede declaratie van den Haag
van 1899, welke 't gebruik van projectielen
verbood, welker uitsluitend doel was verstik-
kende of giftige gassen te verbreiden.
Dat uit andere ervaringen van den jongsten
oorlog zou zijn af te leiden, dat aan intema-
tionale afspraken en verdragen, voorzoover
zij op de oorlogvoering betrekking hebben,
geen waarde kan worden toegekend, onder-
schrijft de Regeering niet.
Uit het feit, dat de Regeering het in het
ontwerp beoogde voorbehoud wenscht te ma
ken, blijkt reeds, dat zij niet bereid is te ver-
klaren, dat zij na de goedkeuring van dit ver
drag nooit meer gebruik zal maken van oor-
logsmiddelen als in dit verdrag voorzien.
Zoolang de organisatie van de Statenmaat-
schappij nog niet in een verder stadium is ge
komen dan thans het geval is, zal het onmis-
baar kunnen blijken een gewelddadige bedrei-
ging van 's lands belangen te keeren door
ter verdediging gebruik te maken van
dezelfde middelen als waartoe de aanvaller is
overgegaan. Voorzoover de bescherming der
burgerbevolking betreft heeft de Regeering
zich op het standpunt gesteld, dat de organi
satie daarvan naar aanwijzingen van het mi-
nisterie van Defensie, het best plaatselijk kan
geschieden. In aansluiting daarmede kan voor-
lichting geschieden door het Ned. Roode
Kruis.
De omvang der productie van chemische
strijdmiddelen in ons land beperkt zich tot
den aanmaak van de noodige modeme defen-
sieve middelen (gasmaskers e.a.) om de weer-
macht en van hetgeen noodig is om de doel-
matigheid van die middelen te toetsen.
ROODE KRUIS.
Bij Kon. besluit van 10 Mei is, met ingang
van 1 Juni, opnieuw voor den tijd van 5 jaren
benoemd tot voorzitter van het hoofdbestuur
der vereeniging het Nederlandsche Roode
Kruis Zijne Koninklijke Hoogheid de Prins der
Nederlanden, Hertog van Mecklenburg.
VERNIETIGING VAN GROENTEN.
Het Tweede Kamerlid Duijs heeft den mi
nister van Binnenlandsche Zaken en Land-
bouw gevraagd:
1. Is het den minister bekend, dat, terwijl
duizenden in ons land nog groote behoefte
hebben aan behoorlijk voedsel, doch, door eco-
nomische omstandigheden, waarin zij verkee-
ren, niet in staat zijn, dit voor zich en hun
kinderen aan te sohaffen, op verschillende
plaatsen in ons land groote hoeveelheden
waardevolle groente, als: spinazie, sla, enz.,
als veevoeder worden gebruikt, ja zelfs in
slooten, op vuilnisbelten en dergelijke niet
daarvoor bestemde plaatsen worden gewor-
pen?
2. Is de minister niet van oordeel, dat
deze, met alle redelijkheid in strijd zrjnde
handelingen, de gevolgen zijn van een pro-
trok op en een paar seconden lang kon-
den we elkaar zien.
,,Ik uitte een kreet van schrik en af-
grijzen. De kleeren van mijn metgezel
waren een warreling van griezelige,
vreemdsoortige vlekken.
,,Werktuigelijk gingen mijn oogen van
zijn kleeren naar die van mij. Mijn Wee
ding, de gewone praktische expeditie-
kleeding, verkeerde in denzelfden staat.
En terwijl ik keek bewoog zich een van
de vlekken op mijn mouw en schoof voort
tot op mijn blooten pols. Ik voelde een
klam-koude aanraking en schreeuwde het
uit van ontzetting. En voor dat we wis-
ten wat er gebeurd was streden Valera
en ik ieder een strijd op leven en dood.
We waren aangevallen, heeren, door een
groot soort karmijnroode bloedzuigers, die
uit de modder naar boven gekomen
waren. Als we ze wilden lostrekken,
scheurden we stukken huid mee en ze
zwermden als ik bij die trage wezens
van zwermen kan spreken over onze
lichamen als mieren over het lijk van het
een of ander dier.
„Ze drongen zelfs tot tusschen onze
kleeren door, dat vieze, onreine, dik-op-
gezwollen ongedierte. En terwijl we zoo,
in een misere naar lichaam en naar geest,
door het moeras voortzwoegden, zagen
we opeens, recht voor mij uit, tusschen
het geboomte, het licht van dozijnen be-
wegende toortsen en in het rookerige
schijnsel der schaduwen van honderden
vleermuizen. Het maanlicht, dat de vee-
gen mist tot melkwitte sluiers omtooverde
en het vooze schijnsel van de toortsen,
dat het bosch hoe zegt u dat ook al-
weer in brand zette, maakte van het
geheel een schouwspel dat aan een In
ferno deed denken. En in die helsche
ductiestelsel, dat gebaseerd is, niet op de be
langen der gemeenschap en de behoeften der
menschen, maar uitsluitend op het belang van
de winst van enkelen?
3. Is de minister bereid terstond in te
grijpen, ten einde te voorkomen, dat nog lan-
ger deze vemietiging op groote schaal van
voor de menschheid kostbare producten
voortgang vinde, en is hij bereid mede te dee-
len, welke maatregelen hij voorstelt te nemen,
ten einde te voorkomen dat ook in de toe-
komst dergelijke vemietiging op groote
schaal van waardevoi voedsel zich niet zal
herhalen
MUZIEKAUTEURSRECHTEN.
De correspondent van de N. R. Crt. te Parijs
meldt
De Petit Parisien protesteert tegen het
Nederlandsche ontwerp omtrent bemiddellng
inzake muziekauteursrechten. Het blad ziet
in het verbod aan buitenlandsche auteurs in
een land, waar vooral buitenlandsche muziek
gespeeld wordt, hun rechten te laten gelden
door den gemachtigde, die hun vertrouwen
geniet, een emstige inbreuk op de Bemer
conventie. Daarom heeft de Fransche regee
ring daartegen in Den Haag geprotesteerd.
De Fransch-Nederlandsche arbitrage -overeen-
komst opent de gelegenheid, het geschil In
der minne te beslechten. Het blad hoopt, dat
de Kamers het ontwerp zullen verwerpen.
De opmarsch der nationalisten naar het
zoutdepot van Dharasana is Vrrjdag door de
politie gestuit. Ongeveer 1 K.M. van Dhara
sana verwijderd, was een politiecordon opge
steld. Een afdeeling politie isoleerde den stoet
welke onder leiding van de dichteres Naidoe
stond, en scheidde dezen af van de toeschou-
wers en de meeloopers. Mevrouw Naidoe ver-
klaarde aan de politie, dat zij niet zou terug-
keeren. De demonstranten gingen daarop op
den grond zitten en begonnen katoen te spin
nen.
Nadat zij verhinderd werden in hun poging
om het zoutdepot aan te vallen, hebben zij
den dag doorgebracht met spinnen, zonder te
eten of te drinken.
Vrouwen die den vrijwilligers water wilden
brengen om te drinken, werden daarin door
de poljtie verhinderd, daar deze zich op het
standpunt stelt ,dat de vrijwilligers alleen
buiten het politiecordon water mogen drinken,
wat dezen echter weigeren.
Het tooneel trekt vele nieuwsgierigen. Een
volgende afdeeling van vrijwilligers wordt
verwacht.
Mevrouw Naidoe verklaarde bij het begin
van haar tocht naar Dharasana:
„Ik ga den dood in of ter overwinning.
Vrienden hebben gepoogd mij van mijn plan
af te houden, mij waarschuwend, dat, ik ziek
was en reeds op leeftijd was. Ik voel mrj ech
ter bezield door dezelfde geestdrift als Jeanne
d'Arc. Ik word geleid door de goddelrjke in-
geving.
Ik zal aan het hoofd der vrijwilligers op-
marcheeren en wij zullen pogen het politie
cordon te doorbreken.
Wij vragen en geven geen kwartier. Ik
vrees noch den dood, noch de gevangenis.
De onbevreesde 51jarige dichteres loopt
kans in de gevangenis te worden gestopt,
evenals Gandhi en Tyabji.
De regeering heeft nu den strijd aangebon-
den tegen de Gandhi-mutsen, eigen fabrikaat
hoofddeksels van de „ongehoorzame" natio
nalisten. Soldaten, gewapend met bootshaken,
loopen door de straten om hiermede de ver
boden mutsen van de diverse hoofden te pik-
ken.
mise-en-scene dansten de acteurs, don
kere, naakte figuren, onder het uitstoo-
ten van dierlij'ke, wdkistige kreten, om
en om.
Boven het schreeuwen en krijschen en
joelen, dat aanzwol en weer in kracht af-
nam als een zwaar helle-koor, uit, hoorde
ik een lang-aangehouden, klagenden uit-
roep, die steeds en steeds weetr herhaald
werd. Het was een Afrikaansch woord.
Maar ik kende de beteekenis.
„Het was Vampier-vleugel"
,,Nu behoefde ik niet langer te twijfe-
len. Dit was een vergadering van dui-
vel-aanbidders, een bijeenkomst van aan-
hangers van Voedoe. Een man trok voor
al mijn aandacht, een groote neger, de
onder-opzichter op mijn hacienda. Hij
was blijkbaar hoogepriester of een soort
van ceremoniemeester van dit feest. Aan
zijn armen waren imitaties van vleermuis-
vleugels bevestigd en die bewoog hij met
groteske bewegingen snel heen en weer,
alsof hij wilde qaan vliegen. Onder de
toeschouwers, die vrij talrijk waren. ik
denk een honderd a honderd-vijftig, be-
vonden zich verscheidene vrouwen. Ik
ging volkomen op in het fantastische
schouwspel voor me, maar het sterven
van mijn moedigen ongelukkigen Valera,
juist op dat oogenblik, leidde mijn aan
dacht af en deed me beseffen, welk een
groot gevaar ik, door werkloos daar te
blijven staan, liep.
.Hfij lag voor me op den grond. Zijn
armen en beenen trokken krampachtig
en bij elke beweging zonk hij dieper in de
vette, kleverige modder weg. En over
dat verdwijnende lichaam kropen lang-
zaam, met trage, vadsige bewegingen,
tientallen bloedzuigers.
(Wordt vervolgd.)