Huis en Hof.
Pluimvee-rubriek.
15. Beschikbaarstelling medailles voor
Zangconcours.
Van het bestuur der zangvereeniging
,,Orelio" te Axel is ingekomen het volgende
schrijven
Op 23 Juli 1930 zal te Axel een zang-
ooncours worden gehouden, uitgeschreven
door den Zeeuwschen Zangersibond ,,Zang
Veredelt".
Aan genoemd concours zal door een groot
aantal vereenigingen (vermoedelijk 17 of 18)
worden deelgenomen, verspreid over alle
deelen van onze provincie.
Daar het bezoeken van deze concoursen
steeds wordt aangemoedigd, door het beschik-
baar stellen van extra-medailles door ge
meentebestuur en particulieren, en ,,Orelio''
ook reeds meermalen de eer had een derge-
lijke eere-medaille te veroveren, zou het door
ons ten zeerste worden gewaardeerd, zoo ook
het gemeentebestuur van Axel, ons in dezen
ter wille kon zijn.
Redenen waarom wij zoo vrij zijn Uwen
Bdelachtbaren raad .beleefd te verzoeken,
voor bovenvermeld concours een 2- h 3-tal
medailles te willen beschikbaar stellen.
Burgemeester en Wethouders geven te
kennen, dat, zooals uit het verzoek blijkt, op
23 Juli a.s. te Axel bij toerbeurt een zang
concours wordt gehouden, waaraan 17 a 18
zangvereenigingen zullen deelnemen. Deze
ooncoursen keeren om de 5 jaren terug. Zij
stellen voor, aan deze vereeniging, die dit jaar
gastvrouw is, een tweetal zilveren medailles
beschikbaar te stellen.
De heer ESSELBRUGGE: Mynheer de
Voorzitter!
Als bestuurslid van „Orelio" mag ik mis
schien wel eenige toelichting geven. Het prae-
advies in dezen is allicht goed bedoeld en gun-
stig voor de aanvragers maar toch niet juist.
Daar, waar het getal 18 aangesloten veree
nigingen wordt genoemd zou bij toerbeurt
ook Axel om de 18 jaar gastvrouw moeten
zijn en niet om de vijf jaar zooals er staat.
Nu geeft het den schijn, dat „Orelio" regel-
matig om de 5 jaar om medailles zal komen
vragen, doch niets is minder waar. Het was
nu 7 jaar geleden, doch is dit louter toeval,
het kan best dat een volgenden keer nog meer
jaren verloopen.
Intusschen namens de vereeniging dank
voor het advies terwijl, naar ik hoop, voor de
heeren raadsleden wel geen gunstige aanbeve-
ling meer noodig zal zijn.
De heer 't GILDE vermeent, dat „Orelio"
een 3tal medailles vraagt, in plaats van plaat-
selijke vereenigingen die er maar twee gaven.
Met het organiseeren van zoo'n concours is
een belangrijk bedrag gemoeid. Er zullen heel
wat gezelschappen komen en er komen dan
duizenden vreemdelingen in de stad, hetgeen
voor de neringdoenden een groot voordeel is.
Maar vooral wordt door de beoefening van
kunst en zang door wedstrijden en ooncoursen
het kunstgenot en de beoefening der toon-
kunst bevorderd en aangemoedigd en draagt
dit in zeer belangrijke mate bij tot verhooging
van het volkspeil. Het zou daarom mijns in-
eiens op den weg van het gemeentebestuur
en van ieder gemeentebestuur liggen dit
streven met alle kracht aan te moedigen.
Op grond daarvan stelt spreker voor om in
plaats van twee 3 medailles te geven.
De heer CLAESSENS steunt dit voorstel.
De heer DIELEMAN vraagt wat een me-
daille kost. Als hij van den VOORZITTER
vemeemt, dat dit een gulden of zes bedraagt,
geeft hij te kennen het dan ook te kunnen
steunen.
De heer OGGEL moet opmerken, uat, aan-
gezien twee a drie medailles gevraagd wer-
den, Burgemeester err Wethouders meenden,
dat de Vereeniging met twee ook al tevreden
was.
De heer 't GILDE: Met drie zijn ze dan nog
meer tevreden.
De heer OGGEL: Maar we moeten toch
niet meer geven dan gevraagd wordt en de
zuinigheid betrachten.
De VOORZITTER: In geen geval was het
onze bedoeling een medaille af te pingelen.
De heer P. DE FEIJTER wil ook niet op
een medaille afpmgelen, doch wijst er op,
dat men in den loop van dit jaar voor ver-
schillende feesten komt te staan, waarvoor
ook wel steun zal gevraagd worden en men
dus niet moet beginnen met te toeschietelijk
te zijn.
De heer OGGEL zou zich er ook wel voor
kunnen laten vinden, als dat concours niet
met meerdere uitgaven vanwege de gemeente
zou gepaard gaan.
De heer ESSELBRUGGE kan wel verzeke-
ren, dat verder van de gemeente niets zal
gevraagd wordeni De receptie zal, evenals de
vorige maal, voor rekening der vereeniging
blijven. Wel zal gevraagd worden gebruik van
de raadszaal.
Het voorstel van den heer 't Gilde om drie
medailles te geven wordt aangenomen met
8 tegen 3 stemmen.
Voor stemmen de heeren 't Gilde, Oggel,
Kruijsse, Claessens, Wolfert, Koster, Essel-
brugge en Dieleman; tegen stemmen de hee
ren P. de Feijter, Van de Bilt en J. de Feijter.
16. Reclames tegen belastingaanslagen.
Burgemeester en Wethouders stellen naar
aanleiding van ingekomen reclames voor, te
besluiten als volgt:
a. Hondenbelasting dienst 1929.
een half jaar ontheffing te verleenen aan:
wed. L. de Visser, A. de Kraker, P. Dieleman,
P 42, en voor 66n hond aan...
b. Schoolgeld, dienst 1929/30.
ontheffing te verleenen aan Jac. Buize 3,85,
C. J. Scheele 3,36, P. J. Riekwel f 1,20, J. de
Regt 21,60, E. de Vos 1, D. Kroes /1,44;
aan F. Blok ontheffing te verleenen van be-
taald schoolgeld over den schooltijd 1929/30,
aangezien de betrokken leerling de school
wegens ziekte niet kon bezoeken. Eveneens zal
worden gehandeld voor andere leerlingen die
om dezelfde reden niet ter school konden
komen.
Afgewezen, als zijnde de aanslag juist, zijn
de reclames van: C. Roose, E. Steel, J. F.
Seghers, Lev. Jansen Mz., H. v. d. Bos, Th.
Tieleman.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
17. Wijziging begrootingen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
de begrooting voor het dienstjaar 1930 te wjj,-
algen als volgt:
Gewone dienst:
onder de inkomsten te vermeerderen de
volgende posten:
secretarieleges en rechten van den burger-
lijken stand 25,74; restitutie van te veel be-
taalde levering 4,26; opbrengst grasland der
schietbanen 5; verhaal van bijdrage Ziekte-
wet 5opbrengst van den verkoop van oude
materialen /30; verhaal van bijdrage Ziekte-
wet /30; belasting naar het inkomen betref-
fende het in het dienstjaar eindigende belas-
tingjaar e.v. navordering betreffende eenig
belastingjaar inbegrepen 1800; uitkeering
van het bedrijf wegens kosten van verzeke-
ring, pensionneering van ambtenaren en be-
ambten 337,50;
totale vermeerdering der inkomsten 592,50;
onder de uitgaven de vermeerderen de vol
gende posten:
kosten van de dubbelen der leggers en plan
van het kadaster /30; kosten ter zake van
verzekering, pensionneering enz. van ambtena
ren en beambten 10; contributie Kon. Ned.
Brandweervereeniging en/of de Prov. Afdee-
ling f 12; onderhoud van straten en pleinen
1500; kosten ter zake van verzekering, pen
sionneering enz. van ambtenaren en beambten
60; subsidie ten bate van land- en tuinbouw
25; subsidie van de veeteelt 37,50; bijdrage
aan de kosten van bestrijding van de iepen-
ziekte 15; teruggave van belasting /150; be-
looning voor den ambtenaar die de gegevens
verstrekt heeft voor de aanslagen van de
forensenbelasting 150; kosten ter zake van
verzekering, pensionneering enz. van ambte
naren en beambten 337,50;
onder de uitgaven te verminderen de vol
gende posten:
belooning en premien aan brandmeesters en
brandspuitlieden /12; onvoorziene uitgaven
77,50;
Kapitaaldienst.
onder de inkomsten te vermeerderen de vol
gende post:
buitengewone aflossing op het door het be
drijf aan de gemeente verschuldigde kapitaal
3000;
totale vermeerdering der inkomsten/ 3000;
onder de uitgaven de volgende post te ver
meerderen
buitengewone aflossing van voor het bedrijf
aangegane geldleeningen 3000
totale vermeerdering der uitgaven 3000.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
de begrooting van het gemeentelijk Vleesch-
keuringsbedrijf voor het dienstjaar 1929 te
wijzigen als volgt:
onder de inkomsten te vermeerderen de
volgende posten:
opbrengst keurloonen 586; rente voor in
rekening-courant bij de gemeente belegde gel-
den 21,26; totale vermeerdering 607,26;
onder de inkomsten te verminderen de vol
gende post:
verhaal van bijdragen voor eigen- en
weduwen en weezenpensioen ingevolge art. 36
der Pensioeniwet 1922 (Stibl. no. 240) 0,67.
onder de uitgaven te vermeerderen de vol
gende posten:
aanschaffing instrumenten voor het labo-
ratorium 336,68; uitkeering aan de gemeente
wegens winst saldo 909,46; totale vermeer
dering 1246,14;
onder de uitgaven te verminderen de vol
gende posten:
uitgaven den vorigen dienst betreffende
95; jaarwedden /300; aanschaffen drukwer-
ken en kantoorbehoeften 30,20; porto's en
kleine uitgaven 1,45; aanschaffing van oor-
ringen /2,15; uitkeering aan de gemeente
wegens bijdragen voor eigen- en weduwen en
weezenpensioen, ingevolge art. 36 der Pen-
sioenwet 1922 (Stbl. 240) 180,75; onvoor
ziene uitgaven 30; totale vermindering der
uitgaven 639,55.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
de begrooting van het gemeentelijk Grond-
bedrijf voor het dienstjaar 1930 te wijzigen
als volgt:
Kapitaaldienst.
onder de uitgaven te vermeerderen de vol
gende post:
uitkeering aan de gemeente wegens buiten
gewone aflossing 3000;
onder de uitgaven te verminderen de vol
gende post:
reserve op 31 December over te brengen
naar den volgenden dienst 3000.
De heer VAN DE BILT vraagt, of dat toch
niet anders zou kunnen worden geregeld. Hoe
komt het toch, dat het bedrag van het school
geld zoo dikwijls mis is?
De VOORZITTER antwoordt, dat de aan
slagen niet onjuist zijn, maar moeten gewijzigd
worden in verband met wijziging in de aan
slagen wegens de inkomstenbelasting waarop
de aanslagen wegens schoolgeld gebaseerd
zijn.
De heer OGGEL: Het is een gevolg van
reclames tegen de inkomstenbelasting.
De heer VAN DE BILT: Is er dan niets
aan te doen, dat er een andere regeling getrof-
fen wordt en de menschen die verlaagd wor
den het te veel betaalde schoolgeld terug-
krijgen zonder dat ze er naar moeten vragen.
De heer OGGEL: Maar dan zou het ge
meentebestuur daar toch ook van moeten
weten.
De VOORZITTER bevestigt, dat de beslis-
singen op reclames wegens inkomstenbelas
ting niet ter kennis van het gemeentebestuur
komen en men dus niet zou weten aan wie
men geld terug moest geven. Zooals het nu
gaat, is het geregeld bij de gemeentelijke ver-
ordening. Ze moeten het vragen en de ge-
meenteraad moet er over beslissen.
De heer VAN DE BILT zou het anders
wenschen, omdat er nu wel zijn die, als ze in
de belasting verlaagd worden, het te veel be
taalde schoolgeld niet terugvragen.
De heer KRUIJSSE bevestigt, dat de recla
mes bij Burgemeester en Wethouders niet be-
kend worden, wel de cijfers, maar niet de
aangeslagenen wie het betreft.
De voorstellen worden met algemeene stem-
men aangenomen.
18. Omvraag.
a. De heer ESSELBRUGGE: Mijnheer de
Voorzitter! De beide algemeen bekende regels,
in dichtmaat voorkomend op een reclameplaat
van den Nederl. Wielrijdersbond, gewijzigd als:
„Men laat als dank voor het aangenaam
[verpoozen
Ons kijken op papieren, de pellen en de
[doozen"
zullen zeker in gedachten komen van de kom-
bewoners, in het bijzonder van de Noord- en
Nieuwstraters, als deze Zondags by het ont-
waken him straat inzien en die vreeselijke
bende aanschouwen. Tot ergemis van de
vrouwen en trouwens van ieder die de straat
doorgaat, maar wel het meest tot teleurstel-
ling van de eersten, die Vrijdags en Zaterdags
gezwoegd en gezweet hebben om de straten
een net aanzien te geven.
Nu is mijn verzoek, mijnheer de Voorzitter,
kan, als het meeste wegwerpen van die rom-
mel Zaterdagsavonds afgeloopen is, de stads-
reiniging nog niet die beide straten een wei-
nig opvegen en schoonmaken? Naar ik ver-
neem gebeurt dit in Ter Neuzen Zaterdags
avonds ook. Dank u.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit punt
in de laatste vergadering van Burgemeester
en Wethouders ook al is ter sprake gekomen.
Ze wilden het echter nog eens wat afzien en,
als het erger zou worden, ook op de een of
andere wijze ingrijpen.
De heer ESSELBRUGGE wist natuurlijk
van die besprekingen niets, maar meent, dat
het bijna niet erger kan worden dan het nu
al is.
De heer OGGEL meent, dat men des Zater
dagsavonds laat toch niet lemand door Axel
kan sturen am die rommel op te ruimen. Er
wordt daar al gesproken van een paar uur,
dan zou dat nogal wat kosten.
De heer ESSELBRUGGE: Waar een wil
is, is een weg.
De VOORZITTER acht het niet onmogelijk
er een regeling voor te treffen. Nu gebeurt
het na den markttijd ook al zoo wat. Hij
meent, dat om een uur of 11 nog wel iemand
op straat zou kunnen gezonden worden, om
den grootsten rommel op te ruimen. Hij zal
het nog eens nagaan.
De heer ESSELBRUGGE meent, dat het
geen daglicht mag zien, zooals de straten er
nu op Zondagmorgen bij liggen. En het levert
nog gevaar op ook, daar men kan uitglijden
op bananen- en sinaasappelschillen. Hij ver
meent, dat het 't ergst is in de Noord- en in
de Nieuwstraat. In de Stationsstraat ziet hij
het zoo niet.
De heer J. DE FEIJTER oppert het denk-
beeld de menschen te verzoeken ieder voor
hun eigen deur den boel op te ruimen; dan
was het voor ieder maar even werk.
De VOORZITTER merkt op, dat zoo'n ver
zoek wel kan worden gedaan, maar hij ver-
wacht niet, dat dit tot het gewenschte resul-
taat zou leiden. De een zal het doen en de
ander niet.
De heer ESSELBRUGGE wijst er op, dat
velen nu 's avonds hun stoep nog afvegen,
maar dan wordt het vuil op de straat op een
hoopje bijeengeveegd. Als het waait is het
dan echter 's morgens weer verspreid.
De VOORZITTER zegt toe; dat deze zaak
nader zal overwogen worden.
b. De heer CLAESSENS vraagt, of nu de
fabrikanten al over de waterleiding zijn aan-
geschreven.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders omtrent dit punt nog
in onderhandeling zijn met het Rijksbureau
voor Drinkwatervoorziening.
De heer CLAESSENS meent, dat dit bureau
er niets mede te maken heeft; het betrof toch
het stellen eener vraag aan de fabrikanten
wat ze eventueel van plan zijn te betalen in
een te maken waterleiding.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders daar nog niet
toe zijn gekomen. Ze zijn in correspondentie
met het Rijksbureau, maar daaromtrent kan
nog niets meegedeeld worden. Misschien kan
er in een volgende vergadering meer van ge-
zegd worden.
De heer DIELEMANIn de vorige verga
dering zijn toch vragen gesteld en hebben
Burgemeester en Wethouders beloofd, dat ze
die aan de fabrikanten zouden overbrengen.
Hebben die daarop nog niet geantwoord?
De VOORZITTER herinnert, dat het adres
in handen van Burgemeester en Wethouders
is gesteld om advies. Die hebben het noodig
geacht zich eerst in verbinding te stellen met
het Rijksbureau en gahn dan verder. Laat de
heeren nog wat geduld hebben. In de volgen
de vergadering zal er wel iets meer bekend
zijn.
De heer DIELEMAN herinnert, dat Burge
meester en Wethouders in de vorige vergade
ring toch beloofd hebben, zich met de fabri
kanten in verbinding te zullen stellen.
De VOORZITTER: De zaak is gesteld in
handen van Burgemeester en Wethouders, die
hebben gezegd het eens nader te zullen be-
kijikem.
De heer DIELEMAN is van oordeel, dat die
vragen eerst dienen beantwoord te worden,
eer er over het aanleggen van een waterlei
ding kan onderhandeld worden en dat dit
geheel buitenom het Rijksbureau gaat.
De VOORZITTER: Burgemeester en Wet
houders hebben de zaak in studie genomen
en hebben het noodig geacht daarvoor in cor
respondentie te treden met het Rijksbureau.
Die werkzaamheden zijn nog niet afgeloopen,
zoodat ik er thans niet verder op kan ingaan.
Laat de heeren nog eens afwachten.
De heer CLAESSENS: Welk doel kan het
hebben, aan het Ruksbureau te schrijven.
De VOORZITTER: Ik ga er niet verder op
in; als de zaak voldoende voorbereid is, zul
len we de heeren op de hoogte stellen.
De heer 't GILDE geeft te kennen, in deze
te zijn op de hand van den heer Claessens. Hij
zal er thans niet diep op ingaan, doch kan wel
zeggen dat hij de meening is toegedaan, dat,
of de inlichtingen komen van Burgemeester
en Wethouders of van het Rijksbureau, men
er toch niets verder mee zal komen. Voor
diegenen die er zich aan zouden vastklampen
dat de waterleiding er door zou komen met
behulp van de industrie, kan hjj die illusie wel
ontnemen. Hij bezit thans reeds een aantal
gegevens die het tegendeel aantoonen en be-
wijzen dat groote industrieen geen gebruik
maken van de bestaande waterleidingen, om
dat dit water hun te duur uitkomt. Als de
tijd gekomen is om daarop in te gaan, zal dit
voor hen die op de industrie gerekend hadden
wel een ontnuchtering zijn.
De VOORZITTER: Het is daarom maar
't best eerst eens de inlichtingen af te wach-
ten.
c. De heer 't GILDE wijst er op, dat de
zomer thans weer in aantocht is. Hij vraagt
of Burgemeester en Wethouders er nog niet
eens over hebben gedacht, daar in de om-
geving van de brug een paar banken te plaat-
sen. Vele ouden van dagen maken een wan-
deling daarheen en konden daarop wat rus-
ten. Hem is daarnaar dikwjjls gevraagd.
De VOORZITTER zal dit bij Burgemeester
en Wethouders ter sprake brengen.
d. De heer P. DE FEIJTER heeft al eens
zitten kijken naar de prachtige verbetering
die de raadzaal heeft ondergaan, door het
aanbrengen van de electrische verlichting.
Het toegestaan bedrag op de begrooting gold
evenwel alleen electrische verlichting. Nu ziet
hij daar aan den wand evenwel ook een mooi
electrisch klokje. Hebben Burgemeester en
Wethouders dat nog extra aangeschaft, of
is dat misschien een cadeautje waarmede de
gemeente is begiftigd?
De VOORZITTER vermoedt, dat de heer P.
de Feijter naar den bekenden weg vraagt. Er
is besloten tot electrificatie van het raadhuis.
Daaraan is voldaan. Toen dat voltooid was,
werd vanwege de P.Z.E.M. aan Burgemeester
en Wethouders voor de raadzaal een elec
trisch klokje geoffreerd en Burgemeester en
Wethouders hebben gemeend dat te moeten
accepteeren. Het klokje is dus een cadeautje
van de P.Z.E.M.
De heer P. DE FEIJTER zou dan aan de
P.Z.E.M. zijn kompliment moeten maken,
maar juicht het aan de andere zyde weer niet
zoo hard toe, aangezien men met zulke din-
gen voorzichtig moet zijn. Men heeft dat on-
dervonden met de gasdirecteuren en zou ook
aan corruptie kunnen gaan denken.
Protesten van den VOORZITTER en LE-
DEN. Dat is niet te vergelijken!
De heer P. DE FEIJTER kan dan eindigen
met te zeggen dat hij het heel prachtig vindt
en zelfs daarvan vanaf zijn zitplaats tijdens
de raadszittingen steeds kan profiteeren om
te zien hoe laat het is.
De VOORZITTER sluit de vergadering, door
het uitspreken van het dankgebed.
GEMEENTERAAD VAN BIERVLIET.
Donderdag vergaderde de raad dezer ge-
gemeente in voltallige zitting. In de vacature-
Anthonisse werd voorzien door het nieuw te
ibenoemen lid J. M. de Putter, wiens geloofs-
brieven door de commissie waren onderzocht
en in orde bevonden, waarna hij als raadslid
werd ge'installeerd. De Voorzitter feliciteerde
hem met de benoeming en hoopte steeds in
goede samenwerking onderling, de belangen
der gemeente te dienen. Tevens brengt de
Voorzitter dank voor hetgeen het scheidende
lid voor de gemeente heeft gepresteerd. Ver-
volgens worden voor kennisgeving aange
nomen: Een schrijven van den schoolarts, een
dito van de Nationale Commissie tot bestrij
ding van het alcoholisme; verslag van de
commissie tot wering van schoolverzuim, de
afrekening van de Christelij'ke bewaarschool,
waaruit blijkt, dat een goed slot is verkregen
van 12,21. Een schrijven van de Zeeuwsch-
Vlaamsche vruchtenveiling, om de vacantie
te verleggen in den tij;d van den aardbeien-
oogst. Aangaande het jaarverslag van de
commissie van toezicht op het lager onderwijs,
wordt besloten, deze nader te onderzoaken.
Verder wordt meegedeeld, dat door den Minis
ter is besloten, dat na 28 dezer aan de vlas-
bewerkers geen 5 cent korting per K.W.U.
meer zal worden in rekening gebracht. Het
verslag over den toestand der gemeente wordt
aangeboden en op de secretarie ter lezing
voor de leden gedeponeerd. Volgens inschrij-
ving wordt besloten, de afrastering van het
kerkhof op te dragen aan D. van Scjiaik voor
398, laagste inschrijvingssom.
Aan den gemeente-veldwachter zal een
nieuw rijwiel worden verstrekt, waarvoor een
crediet van 100 wordt gevoteerd.
Als afgevaardigde naar de vergadering van
den Elisabethpolder wordt na stemming be-
noemd de heer A. Dees, nadat de heer de Kok
voor die functie zich niet beschikbaar steide.
Hij zag gaame, dat de raad meer op de hoog
te werd gehouden met de polderkwesties, daar
de gemeente financieel toch ook daarbij be-
lang heeft. Den afgevaardigde wordt opge-
dragen voor aanleg van een nieuw gedeelte
grintweg te stemmen. De heer De Kok merkt
op, dat de gemeente altijd voor stemt en zelf
zoo weinig van de polders gedaan krijgt.
Aan de bestaande bijzondere R.K. school
wordt een voorschot van 80 %verstrekt op de
gemeentelijke vergoeding volgens art. 101 der
L. O. Wet 1920, en voor het jaar 1930. Voor
het belastingjaar 1930/1931 wordt besloten
100 opcenten te heffen op de rijksinkomsten-
belasting en het heffingspercentage gemeen-
telijike inkomstenbelasting op 2 te stellen. De
heer Thomaes betreurt het, dat de belastingen
niet kunnen worden verlaagd.
Meegedeeld wordt, dat dit jaar waarschijn-
lijk nog wel niets zal komen van een afdoen-
de wegsverbetering naar Brakke, doch, dat
voorloopig de putten van den weg wat zullen
worden gelicht. Het kohier der hondenbelas
ting wordt vastgesteld met een totaalbedrag
van 367. De heer Thomaes wijst erop, dat er
verschillende, die voor vastliggend zijn aan-
gegeven, los loopen. In verband met ver-
anderingen in de bouwverordening (inz. brie-
venbussen), wordt deze opnieuw vastgesteld.
Afwijzend wordt beschikt op het verzoek
van Wed. A. Komelis om ondersteuning uit
de gemeentekas.
Met algemeene stemmen wordt besloten 25
beschikbaar te stellen voor den aankoop van
een vijftal medailles ten einde deze te schen-
ken aan het bestuur der vereeniging tot het
houden van veulenkeuringen in deze gemeente.
Een schrijven is ingekomen van de zang-
vereeniging „Excelsior" om een subsidie van
125.Op voorstel van B. en W. wordt be
sloten voor 1930 een bijdrage te verleenen uit
de gemeentekas tot een maximum van 80
in een eventueel tekort der vereeniging. In de,
vacature van wijlen J. Bliek, wordt tot lid der
schattingscommissie benoemd de heer J. J.
van der Hooft, dit met algemeene stemmen.
Een voorstel tot conversie der hoogrentende
geldleeningen tegen een lager rentetype van
ten hoogste 5 procent, vindt algemeene goed-
keuring. Dit zal per 1 Juli aanstaande plaats
vinden.
Besproken wordt het bouwen van een nieuw
gemeentehuis. De heer Van Baal geeft nade-
ren uitleg, de leden zien de plannen in,
waarna wordt besloten, een en ander op de
volgende bijeenkomst te bespreken. De heer
Dees zag gaame een plan en begrooting van
algeheele restauratie van het oude gebouw.
Dit wordt toegezegd, alhoewel voorzitter en
gemeenteopzichter bang zijn, om aan zoo'n
oud gebouw te beginnen breken en repareeren.
In de omvraag zag de heer Michielsen
graag, dat paal en perk werd gesteld aan het
wilde rijlden door de gemeente en betreurt,
dat door de burgemeesters hierin weinig wordt
meegewerkt Spreker stelt na discussde voor,
de maximum snelheid vast te stellen op 30
K.M. per uur. Dit wordt in stemmen gebracht
en aangenomen met 6 tegen 1 stem van den
heer De Ceulenaere.
Thans protesteert de heer De Kok heftig
uit naam der S.D.A.P. en vakorganisaties,
afd. IJzendijke, Biervliet en Hoofdplaat tegen
de wijze van samenstelling van diverse com-
missies, waarin de arbeiders steeds worden
geweerd en alleen burgemeesters zitting heb
ben, waaruit nooit iets goeds voorkomt en al
tijd groote rekeningen overblijven.
De Voorzitter merkt op, dat dit iets is, dat
geheel buiten den raad omgaat en hier dus
niet thuis hoort. De heer De Kok antwoordt
hierop, dat de raad een openbaar lichaam is,
en hij in alle openbare vergaderingen hierover
zijn meening zal kenbaar maken.
Hiema valt het scherm voor publiek en pers
en gaat de raad over in geheime zitting ter
bespreking van de overname van het elec
trisch net door de P.Z.E.M.
DE AZALIA INDICA NA DEN BLOEI.
Voor de uitgebloeide Azalea's breekt de
gevaarlijke tijd weer aan. Staan ze nog volop
in bloei, dan worden ze even ijverig verzorgd
als bewonderd, doch zoodra het bloeien echter
den rug is, zakt de belangstelling beneden het
vriespunt. De verzorging der plant verslapt,
de plant wordt ergens neergezet en na verloop
van tijd in een verloren kwartier naar den
tuin overgebracht. Wordt er gedurende den
zomer zoo terloops, als we toch in de buurt
zijn, naar omgezien, dan is het vaak al
welletjes.
Ook gebeurt het nog altijd meer dan eens
dat na het bloeien de plant eenige weken fi-
naal droog staat en dat dan de bloemist in
den arm genomen wordt, die dan maar mag
zorgen er weer een plant van te maken. Het
is zelfs wel gebeurd dat de bloemist pas ont-
boden werd, als de Azalea reeds zoo dood als
een pier was.
Alvorens een uitgebloeide Azalea naar den
tuin over te brengen, is het noodig de plant
geheel en al na te zien. Alle overgebleven
bloemdeeltjes (steeltjes met vruchtbeginsel)
wordt zorgvuldig verwijderd, zulks met het
oog om zaadvorming en de daarin verbonden
nadeelen te ontgaan. Ontdekken we by dit
werkje bladgallen, veroorzaakt door een zwam
en waardoor soms heele bladeren tot galachti-
ge lichamen opzwellen, dan worden deze even
eens verwijderd. Het verpooten, indien noodig,
geschiedt eveneens na den bloei.
Vervolgens brengt men de Azalea met pot
en al, dit laatste is niet noodig, doch wel zoo
gemakkelijk, over naar een zonnig plekje in
den tuin en zorgen alleen, dat er tijdens de
felle middagzon schaduw is.
De verdere eischen voor de verzorging zijn
heel gemakkelijk, bepalen zich uitsluitend tot
het geven van voldoende water en bemesting.
Wat dit laatste betreft geven we om de twee
a drie weken wat koemest of kippenmest,
liefst tijdens regen. Een Azalea met pot en al
in den grond staande moet minstens om de
twee dagen begoten worden. Men geeft niet
gauw te veel water, eerder te weinig.
In den nazomer vormen zich voelbare bloem-
knoppen en beginnen we minder water te
geven. In deze periode kunnen we nog €€n-
maal bemesten, maar dan niet meer.
Voordat in den herfst de nachtvorsten ko
men gaat de Azalea weer naar binnen, aan-
vankelijk op een koele, vorstvrije plaats. Juist
de overgang is gevaarlijk voor het bloeien en
daarom moet deze overgang van tuin naar
kamer zoo geleidelijk mogelijk geschieden.
Plaatst de plant in het begin voor een open
raam, dag en nacht, zet langzamerhand de
plant iets achteruit en sluit na eenige dagen
's nachts het raam.
Plaatst men de plant direct in een ver-
warmde kamer dan zouden de gevormde
bloemknoopen verdrogen en is meteen alle
kans op bloei verkeken. Zoodra het tijd is
de Azalea in de warme kamer over te bren
gen voor het in bloei trekken, dagelijks de bla
deren afsproeien met lauw water en veel water
geven. Laat de bloem kleur zien, dan blijft
het afsproeien achterwege.
Beschikt men niet over een tuintje, dan
plaatst men de plant buiten het raam of graaft
zoo mogelijk de pot in een kistje met aarde
of turfmolm, waardoor het snelle en gevaar
lijke uitdrogen van den potgrond wordt voor-
komen. Overigens ook hier dezelfde behan-
deling als boven aangegeven.
Het is werkelijk met eenvoudige middelen
mogelijk de Azalea's jaren achtereen opnieuw
in bloei te trekken, mits we ons maar eenige
moeite getroosten willen.
Vragen, deze rubriek betreffende,
kunnen door de abonnS's worden
gezonden aan Dr. Te Hennepe,
Diergaardesingel 96a, Rotterdam.
Postzegel van 6 cent voor ant-
woord insluiten en blad vermelden.
VRAGEN OVER BROEDMACHINES.
Naar aanleiding van de voorgaande arti-
kels heb ik een groot aantal van de meest
uiteenloopende vragen ontvangen, waarvan ik
verschillende hier zal beantwoorden.
Vraag 1. Ik heb een nieuwe machine van
een goede fabriek. Bij controleering blijkt dat
de machine een temperatuursverschil heeft
als volgt: Bij de deurtjes is de temperatuur
2 a 3 graden F. lager dan in het midden en
achter in de machine is de temperatuur in den
regel een graad hooger; onder de warmwater
buis in het midden is de temperatuur 4 gra
den hooger. Heeft dit verschil ook invloed op
de broeduitkomsten
Als de machine goed geisoleerd is komen
zulke groote verschillen niet voor, maar in elke
machine zal men bij /le deurtjes en in de hoe-
ken lagere temperaturen vinden dan in het
midden. Vandaar dan ook dat het gewenscht
is de eieren niet alleen te keeren, maar ook
ze iederen dag te verleggen op de lade. Wat
dan de eene dag aan den buitenkant lag komt
den anderen dag weer aan de binnenkant.
Hoe beter de machine gebouwd is, hoe min
der verschillen men in de temperaturen op
verschillende plaatsen aantreft.
Vraag 2. Deze lezer stelt maar even 12
vragen te gelijk. Gaarne de beste temperatuur
in de machine en hoe de thermometer moet
staan.
Dit laatste hangt af van de machine en van
de plaats van den thermometer. Als regel
geldt, dat de kwikbol van den thermometer
op de zelfde hoogte staat als de bovenste
rand der eieren. Temperatuur 103 gr. F. Hoe
hooger in de machine echter, hoe hooger de
temperatuur. Hangt dus de kwikbol een centi
meter boven de eieren, dan mag de thermo
meter wel 104 gr. F. aanwijzen. De fabrikaat
moet dit bij zijn machine precies aangeven.
No. 3. Welke machine de beste?
Warmwater en heete lucht zijn best te ge-
bruiken, zooals ik beschreef.
No. 4. De beste thermometer?
De beste thermometer die ik ken zyn de
Amerikaansche Tycos. Deze staan meestal
op een voetje tusschen de eieren zoodanig, dat
de kwikbol juist overeenkomt met den boven-
kant der eieren. Daarmee broedt men kip-
eieren dus op 103 gr. en eendeieren op 102 gr.
No. 5. Vochtgehalte. Dat hangt geheel af
van de broedplaats. In een vochtige kelder
is toevoeging van vocht niet noodig. Op een
droge plaats wel.
No. 6. Eieren veel of weinig koelen of
luchten.
Dat behoeft heelemaal niet.
No. 7. Een of twee maal keeren per dag.
Hoe meer hoe beter, twee maal dus beter
dan eenmaal. De tijd dat zij gekeerd worden
is genoeg voor luchten en koelen.
No. 8. Welke eieren hebben meer vocht
noodig, witte of bruine?
Bruine meestal, omdat de schaal dikker is.
No. 9. Zijn electrische machines doelma-
tig en geven zij vroeg in het voorjaar goede
resultaten
Electrische machines reguleeren meestal
heel gemakkelijk, maar ik waarschuw tegen
zulke machines, die met lichtgevende lam-
pen verhit worden. Bij besmette eieren wer-
ken ze tijdens het uitkomen noodlottig.
No. 10. Wat verdient de voorkeur: kachel-
kunstmoeders of kuikenhuis met centrals
verwarming
Dit hangt geheel van het bedrijf af. Kachel-
kunstmoeders eischen natuurlijk veel meer
werk dan een centrale kachel.
No. 11. Zijn er geneesmiddelen tegen
pullorumziekte
Neen, ik zal over pullorum binnenkort nog
eens schrijven.
No. 12. Zijn er geneesmiddelen tegen kip-
pen die zwak in de pooten worden?
Dit zal wel de noodlottige verlamming der
jonge hennen zijn, waar niets tegen te doen is.
Direct opruimen bij de eerste verschijnselen is
het beste.
No. 13. Moeten de eieren na den 19den
dag nog gekeerd worden?
Neen. zoodra de kuikens gaan plepen en
aanpikken late men ze met rust.
Dr. TE HENNEPE.