De heer KRUIJSSE wijst er op, dat er tot
hiertoe ook vereenigingen bestaan, die het-
zelfde beoogden als hetgeen de Ziekteverzeke-
ringswet den arbeiders tbans verzekert, nl.
een uitkeering in geval van ziekte. Het bleek
daarbij, dat de leden de premie of oontributie
steeds met liefde betaalden. Nu zal er ook
een deel worden betaald door de werkgevers.
Hij wijst er voorts op, dat bet prae-advies
feitelijk niet juist is. Daarin staat een bedrag
aangegeven, doch dat is niet juist. De ge-
meente mag niet meer afhouden dan de helft
van de laagste premie, zijnde 2,3 van bet
loon. De gemeente is ecbter aangesloten by
Oentraal Bebeer en het staat nog in het ge-
heel niet vast, welke premie zal moeten wor
den betaald, zoodat de kans dus bestaat, dat
het minder zal worden dan 1,15 aangezien
in dat geval slechts de belft van de betaalde
premie mag worden ingehouden.
De VOORZITTER: We we ten niet wat
Oentraal Bebeer noodig zal hebben.
De heer KRUIJSSE: Juist, en daarom is in
onze vergadering ook besproken om geen be
drag te noemen, en voor te stellen „de helft
van de betaalde premie" in te houden-.
De VOORZITTER erkent dit en stemt toe,
dat het voorstel aldus moet worden gewrjzigd.
Het wordt aangenomen met 7 tegen 2
stemmen.
Voor stemmen de heeren P. de Peijter,
Kruijsse, Van de Bilt, Claessens, Wolfert, J.
de Fey ter en Koster; tegen stemmen de
heeren Dieleman en 't Gilde.
De heer 't GILDE ziet den heer Dieleman
nog een voorstander worden van premievrij
Staatspensioen.
De heer DIELEMAN: Wei mogelijk.
7. Electrische straatverlichting van het
gedeelte der gemeente nabij Sluiskil.
De werkzaamheden nabij de fabriek aan de
zyde van het zijkanaal naar de Sassing maken
het noodzakelijk aldus schrijven Burge-
meester en Wethouders dat de openbare
weg aldaar wordt verlicht.
Waar zij dit niet kunnen van de zijde van
Axel, moet toch eene oplossing gezocht wor
den, om de veiligheid van het daar steeds
drukker wordende verkeer te verzekeren.
Burgemeester en Wethouders hebben ge-
meend, gehoord de Gascommissie, inlichtingen
te moeten inwinnen bij de P.Z.E.M., die bereid
is, dat gedeelte te verlichten tegen een ver-
goeding van pl.m. 25 per lantaarn, waarbij
het beheer, controle en onderhoud is inbegre-
pen. Alleen de meet- of schakelplaats is voor
rekening der gemeente.
Burgemeester en wethouders vermoeden,
dat met een 5tal lampen van 60 Watt kan
worden volstaan.
Zij vragen den raad machtiging om met de
N.V. P.Z.E.M. een zoodanig contract voor ver-
lichting daar ter plaatse te mogen sluiten.
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat
het niet vaststaat of er in de toekomst andere
omstandigheden zullen gToeien, doch voorloo-
pig is het niet mogelijk die straatverlichting
op economische wijze van uit de gasfabriek te
bewerkstelligen.
De heer VAN DE BILT acht die verlichting
aeer noodig, en zou, als men het maar even
voldoende acht, er liever 6 lampen laten aan-
brengen dan slechts 5, liever 1 meer dan 1
minder.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders nog niet weten op
welken afstand de lampen kunnen gezet wor
den eh als het met 4 kan zullen er geen 5
gezet worden.
De heer VAN DE BILT vraagt of de fa
briek, die zelf electriciteit maakt, het niet
g-oedkooper had kunnen doen.
De VOORZITTER: Dat mag niet.
De heer DIELEMAN: Mijnheer de Voor-
zitter! Naar aanleiding van het prae-advies
van Burgemeester en Wethouders op de
straatverlichting te Sluiskil zij het volgende
opgemerkt.
In de vergadering van Provinciale Staten
van Zeeland, 13 Maart j.l., is weer eens komen
vast te staan, dat de gemeente Axel van de
zijde van de P.Z.E.M. niet op al te loyale be-
handeling moet rekenen. Burgemeester en
Wethouders van Axel zijn dus op hun hoede
met het sluiten van contracten met de
P.Z.E.M.
Wat toch was het geval. In het concept-
contract tusschen de P.Z.E.M. en de gemeente
Ter Neuzen had de P.Z.E.M. een artikel op-
genomen dat krachtafnemers welker instal-
latie door de P.Z.E.M. waren omgebouwd in
10 jaar lang geen gas mochten gebruiken. De
gemeenteraad van Ter Neuzen zag in, dat het
gas hierin niet mocht worden betrokken en
veranderde het in dien zin, dat de kracht
afnemers dan de kosten, die de P.Z.E.M. ge-
maakt had bij ombouw zouden vergoeden, in-
dien zij. binnen 10 jaar overgingen tot een
andere krachtsbron. Gedeputeerde Staten
noemde dit echter van de P.Z.E.M. een billijke
elsch en keurde de correctie door de gemeen
teraad van Ter Neuzen aangebracht niet goed.
Hieruit blijkt duidelijk mijnheer de Voorzit-
ter, dat de P.Z.E.M. de concurrence van het
gasbedrijf voor krachtsbron vreest, anders
hadden bij overgang van de eene centrale in
de andere toch geen derde bedrijf betrokken
moeten worden, wat voor ons bedrijf nadeelig
zou kunnen zijn. Merkwaardig is, dat hierbij
alleen de heer De Pauw iets van deze onbil-
lflkheid begreep en onze eigen raadsleden
schijnbaar niet.
Ik zou daarom, mijnheer de Voorzitter,
zoo'n contract in overleg met de gascommissie
op stellen en het dan ter goedkeuring aan den
raad voorleggen. Ten slotte wou ik nog vra
gen, mgnheer de Voorzitter, is het ook moge
lijk dat een lamp van 60 Watt of ongeveer
75 kaarsen eenig lichtschijnsel op den straat-
weg werpen zal of was het niet veel beter op
deze zeer drukke plaats een 5-tal gaslantaams
van 200 kaarsen aan te brengen.
De VOORZITTER antwoordt dat, wat dit
laatste betreft, de heer Dieleman misschien
gelyk kan hebben, doch, daar is bij Sluiskil
geen gasleiding en het zou te duur worden
om die tot daar uit te breiden, ter wille van
enkele lantaams. Indien het maar eenigszins
mogelijk was, zou daartoe wel een voorstel ge-
komen zijn. Het is van alle zijcten bekeken,
maar dat kan thans niet gedaaif worden en
daarom wordt voorgesteld een contract te
sluiten met de P.Z.E.M.
De heer DIELEMAN geeft te kennen, dat,
als het ook in de Gascommissie bekeken is en
deze er geen kans toe zag, hij er zich ook by
wil neerleggen. Hij wijst er echter op, dat nu
reeds gasbuizen leggen tot het eind van de
Sassing en de Voorzitter zal het er toch met
hem wel over eens zijn, dat dit eind vol met
woningen komen zal.
De VOORZITTER: Ja!
De heer't GILDE: Mynheer de Voorzitter!
Deze zaak is weliswaar ter sprake geweest in
de Gascommissie, maar daar is vooral den na-
druk gelegd op de wenschelijkheid van een
zoo economisch mogelijke oplossing. De
P.Z.E.M. die daar feitelijk nooit geen conces-
sie daarvoor gehad of gevraagd heeft is, naar
ik Zaterdag gezien heb, reeds volop bezig
den kabel voor deze verlichting te leggen. Er
zit dus haast achter en dat terwijl wij den
zomer tegemoet gaan en de straatverlichting
dus niet zoo dringend direct noodig is. Feite
lijk doet men weer alsof men ons absoluut
niet noodig heeft. Nu zal daar voor den a.s.
winter een electrische centrale verrijzen die
naar ik hoor een zelfde capaciteit zal bezitten
als die voor Noord-Brabant en ongetwijfeld
zou deze centrale op de allergoedkoopste ma-
nier daar in de straatverlichting kunnen voor-
zien. Is het nu eigenlijk niet wat voorbarig
maar direct toe te happen. Gaame zou ik nog
eens nadere gegevens hebben wat die meet-
of schakelplaats die in het prae-advies wordt
genoemd ons wel zal kosten.
De VOORZITTER merkt op, dat de leden
ook vertrouwen behooren te hebben in het col
lege van Burgemeester en Wethouders. Wan-
neer de electrische straatverlichting zoo duur
zou komen, zouden ze natuurlijik niet tot het
sluiten van een contract overgaan. De lam
pen zullen echter op pl.m. f 25 per jaa-
komen, misschien een paar gulden meer of
minder. Gas kan er thans niet komen en men
kan het toch niet meer op de ouderwetsche
manier met petroleumlampen gaan doen?
De heer 't GILDE: Het is in elk geval toch
maar voor 6&n jaar?
De VOORZITTER: Het zal zijn voor 5 of
voor 10 jaar, dat is nog niet bekeken, maar
in elk geval is de straatverlichting ter plaatse
noodzakelijk.
De heer 't GILDE is het daarmede eens.
De heer CLAESSENS zou dit voorstel
gaame zien aangehouden en gerenvoyeerd
naar de Gascommissie, want om een contract
voor 5 of 10 jaar met de P.Z.E.M. aan te gaan
acht hij bezwaarlijk. Hij vraagt, of men het
niet zou kunnen doen met gasolinelampen, die
zullen meer licht geven dan die electrische
lampen van 60 Watt.
De VOORZITTER wijst er op, dat de Gas
commissie er is voor het gemeentelijk Gas
bedrijf, maar niet voor electrische verlichting
en dit punt dus buiten haar bemoeiing valt,
nu er geen sprake kan zijn van gasverlichting.
De heer DIELEMAN: Kan het college^ niet
meedeelen wat die meter- en schakelinrich-
ting aan de gemeente zal kosten.
De VOORZITTER antwoordt ontkennend;
hij verwacht dat dit een gering bedrag zal
zijn. Als dat honderden guldens zou kosten
zouden Burgemeester en Wethouders het con
tract niet teekenen.
De heer J. DE FEUTER zou probeeren een
contract te krytgen voor 5 jaar. Da&r is in
de Gascommissie sprake van geweest.
De heer CLAESSENS zal aan dat voorstel
zijn stem niet kunnen geven en stelt voor, het
terug te zenden naar de Gascommissie. Hij
maakt bezwaar te stemmen voor een voorstel
dat de gemeente voor minstens 5 jaar zal bin-
den, zonder dat bekend is wat het kosten zal.
Met de P.Z.E.M. moet men voorzichtig zijn.
De VOORZITTER betoogt, dat van ge-
meentewege ook de billijkheid moet worden in
acht genomen. De P.Z.E.M. moet om die
straatverlichting aan te brengen ook nieuwe
leidingen maken; die kosten kan ze niet voor
bdn jaar maken. Stroom wordt niet meer ge
nomen dan noodig is en de lampen worden
alleen ontstoken als het noodig is. Het spreekt
van zelf, dat de P.Z.E.M. voor <56n jaar de
installatie niet zou willen maken.
De heer CLAESSENS acht het een be
zwaar, dat de kosten der meet- en schakel
plaats niet bekend zijn en maant opnieuw tot
voorzichtigheid met de P.Z.E.M. aan.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders dit voorstel
doen naar him beste weten.
De heer DIELEMAN vraagt, of de straat
wel met lampen van 60 Watt is te verlichten.
Dat zou toch met gaslampen van 200 kaarsen
veel beter zijn.
De VOORZITTER wil dat laatste graag
toestemmen. Dat wordt dan echter een kwes-
tie hoe sterk men de verlichting nemen wil.
Zijn lampen van 60 Watt niet voldoende, dan
nemen we er van 120, dan zal het alleen meer
kosten. De verhouding is aldus, dat gaslam
pen 40 gulden per jaar zouden kosten en deze
electrische lantaams f 25.
De heer CLAESSENS: Hoe groot is het
aantal branduren?
De heer KRUIJSSE: 1100 per jaar, over-
eenkomstig de daarvoor uitgegeven almanak
van Samson.
De heer KOSTER geeft te kennen, dat die
lampen vermoedelijk zoo goed als geen licht
zullen geven. Hij grond dat op hetgeen hij te
Middelburg heeft waargenomen, waar naar hij
meent lampen van bij de 50 kaarsen gebruikt
worden. Hij vraagt, of de gemeente ook niet
zou kunnen genieten van een vastrechttarief.
Dan komt het misschien goedkooper uit. Hij
gevoelt ook niet zooveel voor het sluiten van
een contract voor electrische verlichting, maar
de straatverlichting is hard noodig.
De heer 't GILDE stelt op den voorgrond,
dat de straatverlichting dringend noodzakelijk
is, maar vindt het jammer, dat geen der raads
leden inzage kan krijgen van het met de
P.Z.E.M. te sluiten contract.
De VOORZITTER deelt mede, dat daarin
niets bijzonders voorkomt. Indien er meer
in zou voorkomen dan met het oog op de
straatverlichting noodig kan geacht worden,
dan zouden Burgemeester en Wethouders het
nog wel eens aan den raad overleggen. Als de
heer't Gilde dit echter niet aan't college ver-
trouwt, moet hij voorstellen deze zaak aan te
houden.
De heer 't GILDE geeft te kennen, dat het
geen wantrouwen tegen Burgemeester en Wet
houders betreft, maar deze kunnen er toch
ook inloopen?
De VOORZITTER: Stel u dan uitstel van
besldssing voor.
De heer VAN DE BILT is daar tegen.
De heer KOSTER vertrouwt, dat Burge
meester en Wethouders een zoo voordeelig
mogelijk contract zullen sluiten.
De heer DIELEMAN merkt op, dat hetgeen
ten opzichte hiervan gezegd wordt, niet voort-
spruit uit wantrouiwen tegen Burgemeester en
Wethouders, maar ook de heer Koster blijkt
niet veel vertrouwen te hebben in de P.Z.E.M.
en zegt ook, dat de electrische lampen niet
veel licht geven.
De VOORZITTER verwacht geen moeilijk-
heden; het is een eenvoudige kwestie. De
P.Z.E.M. neemt op zich de lantaarns aan te
brengen, te zorgen voor ontsteking en onder
houd en de gemeente heeft volgens tarief te
betalen voor de gebruikte stroom. Het wordt
misschien een kwestie van een 100.
De heer P. DE FEUTER is ook niet voor
uitstel. Hij stelt vertrouwen in Burgemeester
en Wethouders. Waar zou het heen moeten
als men alles zou gaan wantrouwen?
Het voorstel wordt aangenomen met 8 stem-
men tegen 1.
Voor stemmen de heeren Dieleman, P. de
Feijter, 't Gilde, Kruijsse, Van de Bilt, Wolfert,
J. de Feijter en Koster; tegen stemt de heer
Claessens.
8. Bijdrage voor den aanleg van een nieu-
wen weg Axel-Roode sluis.
Hieromtrent is in de eerste plaats ingeko-
1 men een schrijven van Gedeputeerde Staten
van Zeeland, d.d. 25/October 1929, luidende als
volgt:
Zooals U bekend zal zijn, bestaat het voor-
nemen den weg Axel-Roode Sluis, no. 25a en
no. 28 van het Provinciaal wegenplan overeen-
komstig dat plan te verbeteren.
De kosten daarvan zijn geraamd op rond
f 300.000 waarvoor door de onderhoudsplich-
tigen (de polders Varempd, Zuiddorpe-Zuid-
deel, Moerspui en Beoosten- en Bewesten Blij)
25 of 75.000 bijeengebracht moet worden.
Voor de afdoening van rente en aflossing
van bovengenoemd kapitaal van f 75.000 ge-
leend tegen 5 af te lossen in 40 jaren, is
t-en annuiteit vereischt van f 4370,85 naar
5.8278
Hfet zal de genoemde poldtrs niet gemakke-
lijk vallen dat bedrag jaarlijks byeen te bren
gen.
Wij hebben ons derhalve, teneinde de tot-
standkoming der verbetering zooveel mogelijk
te bevorderen, bereid verklaard, tot U het ver-
zoek te richten, den Raad Uwer gemeente voor
te stellen, een gedeelte van voomoemd bedrag
van 4370,85, dat 40 jaar lang betaald moet
worden, voor hare rekening te nemen.
Dat het belang Uwer gemeente bij de tot-
standkoming der verbetering in groote mate
is betrokken, schijnt buiten twijfel.
Wij mogen daarin aanleiding vinden voor het
vertrouwen dat door U gunstige voorstellen
tot den Raad worden gericht.
Blijkens de beschrijving van het ontwerp
der verbetering van den weg Axel-Roode sluis
(nos. 25 ged. en 26 van het Prov. wegenplan)
betreft dit een verbetering overeenkomstig
Beschrijving van het ontwerp der verbete
ring van den weg Axel-Roode Sluis.
Het ontwerp betreft een verbetering der be-
doelde verbinding overeenkomstighet Provin
ciaal wegenplan, zoodat de betrokken onder-
houdsplichtigen na de totstandkoming daar
van ingevolge artikel 10 der wegenbelasting-
verordening Zeeland (Provinciaal Blad no. 58
van 1928) aanspraak zullen kunnen maken op
een onderhoudsbijdrage van ten hoogste 200
per K.M. per jaar, als nader geregeld in het
wegenonderhoudsbesluit (Provinciaal Blad no.
90 van 1928).
De weg verkrijgt over de voile nieuwe lengte
van ongeveer 5500 M. een kruinsbreedte van
9.2 M. of meer. Waar de breedte van 9.2 M.
niet beschikbaar is, wordt zij verkregen door
aankoop van een strook grond of, zoo de weg
op de kruin van deti dijk gelegen is, door ge-
deeltelijke afgraving, verlaging van dien dijk.
Nieuwe wegvakken zijn ontworpen ten ge-
tale van vier, te weten een onmiddellijk bezui-
den den dijk tusschen de Beoosten en Bewesten
Blijpolder en den Moerspuipolder, een nabij de
aansluiting van den bestaanden weg aan den
dijk tusschen den Zuiddorpepolder zuiddeel en
den Varempepolder, een aan het einde van
den weg nabij Roode Sluis en Sen ter door-
trekking van den weg naar Koewacht naar
eerstgenoemd nieuw wegvak.
De in den weg voorkomende bochten zullen
worden verflauwd. Met uitzondering van een
tweetal bochten aan het einde van den weg
nabij de Roode Sluis, welke in verband met de
situatie aldaar stralen van 108 M. en 98 M.
verkrijgen, zullen de stralen der bochten in
den veribeterden weg niet minder dan 150 M.
bedrag en.
De opritten in den weg zullen een helling
verkrijgen van 40 op 1.
De kunstbaan, welke zal bestaan uit klein-
plaveisel van Zweedsch graniet of andere
daarmee gelijk te stellen steensoort, op een
gewalste fundeering van steenslag, is ontwor
pen op een breedte van 4.50 M.
Voor zoover de voorraad strekt, zullen de
uitkomende keien in de fundeering worden ver-
werkt, terwijl overigeys in die fundeering vlij-
lagen van puin zullen worden gebracht.
Op die gedeelten van den weg, waar op 6en
der bermen een trambaan ligt, wordt op den
anderen berm, aansluitende tegen de kantlaag
van de bestrating, een rijwielpad van steen
slag ter breedte van 1.50 M. aangebracht, ter
wyl op het overige gedeelte van den weg op
beide bermen, aansluitende tegen die kantla-
gen, dergelijke rijwielpaden, elk breed 0,60 M.,
zijn ontworpen.
Voorts is er op gerekend, ook de keien uit
het af te snjjden weggedeelte tusschen de af-
standspalen 2000 en 3000 in de fundeering te
verwerken, terwijl dan in de plaats van die
keibaan een verharding met steenslag zal
worden aangebracht.
Ten einde het uitzicht og^den weg voldoende
ruim te houden, zal de afgraving van den dijk
tusschen de polders Beoosten en Bewestenblij
en Moerspui over grootere lengte dienen te
geschieden, dan alleen voor het doorlaten van
den weg noodig zou zijn.
De kosten der uit te voeren wegsverbetering
worden, zooals uit de bijgevoegde raming blij-
ken kan, begroot op 300.000.
Daarbij is geen rekening gehouden met de
eventueele opbrengst van aan te koopen eigen-
dommen, welke wellicht wederom geheel of
gedeeltelijk kunnen worden verkocht. De 380
stuks boomen, welke zullen moeten worden
aangekocht en geveld voor bet maken van de
aardebaan, zullen bijvoorbeeld wederom kun
nen worden verkocht, doch het bedrag, het-
welk zij daarbij zullen opbrengen hangt ge
heel af van den tijd van het jaar waarin de
rooiing plaats vindt, zoodat dit bedrag niet
valt te ramen.
Blijkens de raming worden de kosten der
uitvoering geraamd op 263.700 en die voor
aankoop van eigendommen voor omlegging
van wegsgedeelten f 36.300, samen 300.000.
In een advies van den gemeenteopzichter
wordt opgemerkt, dat de aan te leggen weg
op Axels grondgebied slechts een lengte heeft
van 1100 M. op de totale lengte van 5500 M.
en die 1100 M. het minst kostbare deel zijn.
Vervolgens is ontvangen een schrijven van
Gedeputeerde Staten d.d. 24 Januari 1930, be-
richtende dat in hunne vergadering van dien
datum een bespreking met de onderhouds-
plichtigen van den weg en dat tot hen daarna
een brief is gericht, waarvan een afschrift
hierbij wordt gezonden. Onder verwijzing naar
hun schrijven van 25 October "lil. verzoeken
Gedeputeerde Staten thans de beslissing van
den raad spoedig te mogen vernemen.
Het hiervoren bedoelde schrijven gericht aan
het bestuur van de polders Zuiddorpe-Zuiddeel,
Varemp<5, Beoosten en Bewestenblij en Moer
spui luidt blijkens het afschrift als volgt:
Verbetering weg Axel-Roode Sluis.
De inlichtingen door of namens Uw bestuur
aan ons terzake van de hiemevens vermelde
wegsverbetering verzocht zijn U in onze ver
gadering van heden, naar wij vertrouwen, in
voldoende mate verstrekt. Het verdient intus-
schen aanbeveling een en ander nogmaals te
resumeeren.
De aanlegkosten wij spreken later over
de onderhoudskosten na de totstandgekomen
verbetering bedragen naar schatting
300.000, zoodat 25 voor rekening der
tegenwoordige onderhoudsplichtigen komt, of
wel 75.000.
Het is uitgesloten, dat vanwege Rijk en Pro-
vincie meer dan de andere 75 zijnde alzoo
f 225.000 wordt verschaft.
Anderzijds is er natuurlijk geen enkel be
zwaar, dat door anderen of mede door anderen
dan de vier polders in de benoodigde som van
75.000 wordt voorzien.
De eenige voorwaarde voor de totstandko
ming der verbetering is, wat dit punt aangaat,
dat er, behalve de 225.000 van Rijk en Pro-
vincie, nog 75.000 gefourneerd wordt; daar
voor komen natuurlijk in de eerste plaats in
aanmerking de tegenwoordige onderhoud-
plichtigen, tot wie wij ons om die reden dan
ook hebben gewend. Daaruit vloeit mede voort,
dat de voorziening in het bedrag van 75.000
door anderen allereerst, als hun belang, door
die onderhoudsplichtigen behoort te worden
bevorderd. Wilt gij den nieuwen weg hebben,
dan moet gij U alzoo voor het bijeenbrengen
dier som inspannen; Rijk en Provincie zijn ge-
reed. Wel zal er geen bezwaar bestaan, dat
de aanleg straks ges iiiedt onder directie der
Provincie, zoodat gij de eigenlyke verbeterings-
werken niet zelf behoeft ter hand te nemen.
De gemeente Zuiddorpe is niet bereid by te
dragen in de 75.000, de. gemeente Axel heeft
haar antwoorck nog in overweging; wij zullen
U berichten zoodra haar beslissing ons bekend
is.
Zooals ter conferentie U reeds werd te ken
nen gegeven moeten wij nu, waar de onder-
handelingen kunnen worden geacht een einde
te hebben genomen, Uw definitief antwoord
hebben. Meent gij van de gegeven gelegen-
heid geen gebruik te moeten maken, dan kun
nen wij de beschikbare gelden elders doen aan-
wenden. Het zal dus noodig zijn, dat Gij aan
de ingelanden van Uwen polder de zaak voor-
legt en zulks zoo spoedig mogelijk; het kan
alzoo zekerlijk overweging verdienen, een bui-
tengewone ingelandenvergadering ter beslis
sing der aangelegenheid samen te roepen,
waarin gij in ieder geval ons schrijven van 25
October 1929 no. 7/1, 2e afdeeling en dit schrij
ven, ter voorlichting dier vergadering, ter
tafel dient te brengen. Wij zullen, wanneer ons
het verlangen daartoe tijdig te kennen wordt
gegeven, gaarne bevorderen, dat in die verga
dering iemand van onzentwege ter verdere
voorlichtig aanwezig is; het is uit dat oogpunt
en omdat dan de vier verschillende vergade-
ringen met elkanc^ers beraadslagingen kunnen
rekening houden, wellicht aanbevelenswaardig
de vergaderingen op een en denzelfden dag te
houden en in dezelfde plaats, b.v. te Axel of
te Zuiddorpe.
Wenscht Gij zooveel exemplaren van dezen
brief en van dien van 25 October 1929, no. 7/1,
2e afd. als er stembevoegde ingelanden in
Uwen polder zijn, om die tijdens de vergade
ring of te voren aan de vergaderden ter hand
te stellen, dan kan ook aan dien wensch
worden voldaan; wij wachten dan opgave van
het verlangde aantal.
Uit de hiervoren gestelde mededeeling, dat
het voor de Provincie tenslotte onverschillig
is, vanwaar de 75.000 komen, vloeit mede
voort, dat ook de onderlinge verdeeling dier
som of van een gedeelte dier som over de
tegenwoordige onderhoudsplichtigen aan U is
overgelaten; dat kunnen dus andere bedragen
zijn dan in ons meergenoemd schrijven van 25
October 1929 gesteld zijn; evenzeer kan dus
ook de verdeeling naar een anderen maatstaf
geschieden; dat daaromtrent is geschreven in
onzen brief van 25 October 1929 is in zooverre
dus tenslotte als een voorbeeld eener regeling
te beschouwen.
In de tweede plaats de kwestie van het
onderhoud, na de tot standkoming der ver
betering.
Overeenkomstig het besluit der Staten van
25 Juli 1929 no. 29, kan de weg alsdan door
de Provincie in beheer en onderhoud worden
overgenomen; wij mogen aannemen, dat zulks
in Uw geval zal geschieden. De regeling is
dan, naar luid van het zooeven aangehaalde
Statenbesluit, aldus. Aangenomen, dat het
onderhoud, gedurende de eerste jaren en later
dooreen genomen, op f 600 per K.M. wordt ge
steld, een cijfer, dat aan de ervaring is ont-
leend als gemiddelde over een reeks van
jaren, b.v. 40, dan zal de onderhoudslas^ voor
den weg AxelRoode Sluis op 5.6 X f 600
of f 3360 per jaar komen. Daarvan wordt be
taald 5.6 X f 200 of f 1120 uit het Provinciaal
wegenfonds, op grond der door de Provinciale
Staten te dezer zake vastgestelde, zoogenaam-
de Verdeelingsverordening f 1120 door de
Provincie en 1120 door de vier polders, de
tegenwoordige onderhoudsplichtigen. Deze
hebben alsdan, naar den maatstaf, dien zij
zelf daarbij zullen willen toepassen, laatstge-
noemde som telkenjare in de Provinciekas te
storten; deze jaarlijksche som is afkoopbaar;
wellicht zou zij op het 20-voyd dier som wor
den bepaald. Behalve de jaarlyksche betaling
in eene annuiteit zooals wij aannamen in onzen
brief van 25 October 1929, moet dus door
de polders een aandeel in de onderhoudskos
ten worden opgebracht. Deze laatste som gaat
door, wanneer zij niet wordt afgekocht; de
bijdrage in de kosten van verbetering ver-
dwijnt, wanneer de leening is afgelost en de
annuiteit dus vervalt; neem aan na 40 jaar.
Wanneer gij aldus eene berekening uwer
lasten ten aanzien van den weg maakt naar
den huidigen toestand en naar dien na de
verbetering, dan kunt gij tenslotte alleen de
tegenwoordige onderhoudskosten vergelijken
met die, welke later zullen gevorderd worden.
Met te zegen wij willen nu voor de verbete-
ringskosten zooveel of ongeveer zooveel be-
steden, als overeenkomt met wat wij nu
wegens onderhoudskosten hebben op te bren
gen, daargelaten dat gij dan niet-bijeenbehoo-
rende zaken dooreen mengt, komt Gij er niet.
Wij. hebben met het bovenstaande, naar wij
oordeelen. de aangelegenheid van alle kanten
nogmaals bezien.
Wij noodigen U zeer dringend uit, haar
thans ten spoedigste aan het oordeel der ver
gadering van ingelanden te onderwerpen;
van die vergadering in ieder geval een po-
sitdeve uitspraak te verlangen en deze, hoe zij
ook zy, dus zoowel indien ons voorstel al ge
heel, als indien het gedeeltelijk wordt aan-
vaard, in het laatste geval dan met vermel-
ding van wat precies wordt aangeboden of
verlangd, aan ons mede te deelen. Dit ver-
zoek om bericht ook van gedeeltelijke aan-
vaarding wil niet zeggen, dat, wat de finan-
cieele zijde betreft, nog wijziging in het
vorenstaande mogelijk is.
Tenslotte verzoeken wij u, voorzoover zulks
nog niet geschiedde, te voldoen aan ons schrij
ven van 13 December 1929, no. 129, 2e afdee
ling.
Burgemeester en Wethouders merken naar
aanleiding van vorenstaande op:
Wanneer naast de bijdragen uit het Wegen
fonds (75 van de kosten) de overige gelden
door de onderhoudsplichtigen bijeengebracht
zullen zyn, zal met den aanleg van den nieu
wen weg een aanvang gemaakt worden.
De 25 die voor rekening der onderhouds
plichtigen komt, is niet onbelangrijk. Het ge-
heele werk is geraamd op f 300.000, zoodat
f 75.000 voor rekening van de onderhouds
plichtigen komen.
Voor de afdoening van rente en aflossing
van bovengenoemd kapitaal 75.000) ge-
leend tegen 5 en af te lossen in 40 jaar is
een annuiteit verschuldigd van f 4370,85 per
jaar naar 5,8278
Hoewel de gemeente geen onderhouds-
plichtige is, wordt toch veronderstelt, dat van
deze totstandkoming de gemeente belangrijke
voordeelen zal genieten, vandaar dat een
beroep gedaan wordt op den raad, om eene
bijdrage te verleenen in dezen aanleg.
Wij, als college, zijn er ook wel van over-
tuigd, dat de gemeente er eenig voordeel van
zal hebben en meenen, gezien den tydsduur
van veertig jaren, te moeten voorstellen, geen
hoogere bijdrage te verleenen dan /500 per
jaar gedurende dat tijdvak.
De heer't GILDE: Mijnheer de Voorzitter!
In de eerste plaats moet ik verklaren, dat het
mij spijt, dat de heer Van Dixhoom, die steeds
als pleitbezorger van deze hoogst belangrijke
en gewichtige aangelegenheid in dezen raad
en in de Provinciale Staten is opgetreden,
niet in deze vergadering tegenwoordig is.
Voorts betreur ik, dat, vooral met het oog
op het Internationale snelverkeer, deze weg
in den tegenwoordigen desolaten toestand
blijft. Ik hab er een zwaar hoofd in, dat de
onderhoudplichtigen tot het brengen van de
gevraagde offers bereid zullen zijn, zelfs nu
de gemeente Axel als niet onderhoudsplich-
tige een goed voorbeeld blijkt te willen geven.
Zal nu het eind van het liedje zijn, dat er
niets gebeurt, wanneer de polders niet willen
bijdragen of kan er door het aanbod van Axei
sprake zijn van een gedeeltelijke verbetering
of zijn Burgemeester en Wethouders bij even
tueele gedeeltelijke verbetering niet bereid
hun voorstel te handhaven.
Zou daar nu inderdaad niets aan te doen
zijn? Deze weg geeft toegang tot het hart
van Belgie en is daardoor een belangrijke ver
binding. De lasten zijm echter voor de polders
te zwaar. Daarvan is zoo goed als niets te
verwachten.
De VOORZITTER wijst er op, dat Gedepu
teerde Staten spreken over het geheele plan
en dat er dus geen sprake zijn kan van ge
deeltelijke uitvoering.
Er is meermalen met de polderbesturen ge-
confereerd, doch spreker verwacht, dat er op
deze wijze niet veel van de uitvoering van het
plan zal terecht komen. Door den heer Van
Dixhoom is veel moeite gedaan, om dezen
weg op het provinciaal wegenplan geplaatst
te krijgen. Zulke wegen kunnen van wege de
provincie worden in orde gebracht, indien de
onderhoudsplichtigen 25 in de kosten daar
van bijdragen. Spreker gelooft ook dat het
plan stranden zal op de afwijzende bescMk-
king van de verschillende polders, aan welke
het te verwerken bedrag te hoog voorkomt.
Hij acht dezen weg ook van zeer groot be
lang voor Axel.
De heer KOSTER kan niet meegaan met
het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders. Gedeputeerde Staten schrijven, dat er
een bedrag noodig is van 300.000. Dat is
veel te hoog, als dat gehalveerd werd kon
men nog een goeden weg maken. Er wordt
door onze ingenieurs veel te duur gewerkt.
Er wordt nu gevorderd, dat door de polders
of anderen een bijdrage van een vierde ge
deelte in de kosten zal worden betaald, doch
het zou rationeel zijn, dat degene die den weg
gebruikt, deze ook betaalt. Het wegenfonds,
waarin aanzienlijike sommen vloeden van de
automobielbelasting verschaft daartoe de ge-
legenheid. Gedeputeerde Staten behooren om-
trent dezen weg tot een ander inzicht te
komen en behooren dien weg geheel uit de
middelen van het wegenfonds te betalen. De
weg van Ter Neuzen naar Axel wordt ook
reeds van wege de provincie onderhouden,
waarom trekt men dien weg niet door tot de
grens? Als de polder Beoosten en Bewesten
blij in deze kosten een evenredige bijdrage
zou moeten geven, dan zou deze volgens de
gemaakte berekeningen aanleiding zijn, dat
de ingelanden een extra belasting zouden
moeten gaan opbrengen. En welk belang heb
ben de ingelanden van den polder Bewesten
blij bij dezen weg? Men make den weg dus
uit het wegenfonds, waarin geld genoeg is.
De VOORZITTER merkt op, dat de provin
cie dan den weg geheel voor hare rekening
zou moeten nemen en dit een kwestie is, die
de Provinciale Staten moeten uitmaken.
De heer KOSTER: Nu staat de weg wel op
het provinciaal wegenplan, doch moeten wjj er
nog aan betalen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat hij
in dit opzicht het betoog van den heer Koster
wel kan onderschrijven en dat Burgemeester
en Wethouders daarom ook met zoo'n kledn
bedrag voor den dag komen. Hy meent, dat
het niet op den weg der gemeente ligt een
hooger bedrag te geven.
De heer DIELEMAN is het met het betoog
eens, in zooverre hij den weg van Axel naar
Drie Schouwen voor deze gemeente van groot
belang acht. De voorzitter zegt, dat de weg
niet bij gedeelten kan worden gemaakt. Dat
is jammer, want de weg van Axel naar Drie
Schouwen behoort toch, zooals die er thans
bij. ligt, niet meer in dezen tijd thuis. Het zou
jammer zijn, dat dit zoo blijft liggen en hij
zou het jammer vinden, dat de uitvoering van
dit deel van het wegenplan in duigen viel. Hy
zou aan het voorstel van Burgemeester en
Wethouders best zijn stem kunnen geven, van
meening dat dit eindje alleen het bedrag ten
voile waard is.
De heer J. DE FEIJTER is het eens met
den vorigen spreker, die er op wees, dat het
plan veel te duur is. Die f 75.000 welke thans
als bijdrage gevraagd worden, kunnen er best
af, en dan hebben we nog een mooien weg.
In Belgie heeft men over Overslag gaande
ook een goeden weg, maar die is veel minder
kostbaar. We behoeven hier toch geen weg
te hebben zooals van Utrecht naar Amhem?
Het spruit hieruit voort, dat onze ingenieurs
zoo hoog mikken en daarvan zyn die hooge
sommen het gevolg, waarop dan de plannen
moeten stranden.
De heer't GILDE zou het betreuren, dat er
door het afstemmen van het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders niets van dit plan
zou komen, aangezien het een verbindingsweg
betreft met het hart van Belgie.
De heer KOSTER zou het voorstel willen
afwijzen en dan maar eens afwachten.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat Bur
gemeester en Wethiuders hun voorstel hebben
gedaan opdat men daaruit zou concludeeren
dat Axel er ook iets voor over heeft en om
te voorkomen dat de bedragen .die voor de
wegen beschikbaar komen alle naar een ander
zullen gaan.
De heer VAN DE BILT gelooft niet, dat
veel Axelaars bij dezen weg belang hebben.
De heer P. DE FEIJTER kan zich ook niet
met het voorstel vereenigen. Er vloeien zoo
veel millioenen in het wegenfonds, waarom
kan men dezen weg ook niet geheel voor reke
ning van dat fonds in orde maken? Hij vindt
het overbodig dat daarvoor van wege de ge
meente gedurende 40 jaren f 500's jaars wordt
vastgelegd.
Het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders wordt verworpen met 5 tegen 4 stemmen.
Voor stemmen de heeren Dieleman, Kruijsse
en Wolfert; tegen stemmen de heeren P. de
Feijter, Van de Bilt, Claessens, J. de Feijter en
Koster.
9. Verhooging subsidie Geitenfokvereenl-
ging „Ter Verbetering".
Ingekomen is een adres van het bestuur
der Geitenfokvereeniging „Ter Verbetering",
met verzoek de jaarlijksche subsidie te willen
verhoogen tot 75;
Het bestuur grondt dit verzoek op de om-
standigheid, dat, blijkens de nevensgaande
rekening en begrooting, met toelichting blijkt,
dat de inkomsten en uitgaven met de meesta
inspanning van de financieele draagkracht der
leden niet sluitend kunnen worden gemaakt.
Waar nu de inderdtijd alhier bestaande ver-
eeniging „St. Gregorius" ook jaarlijks 37,50
subsidie genoot, en in deze vereenlging haar
werk wordt voortgezet, wordt verzocht, in
dien mogelijk, ook dit deel ter beschikking der
vereeniging te willen stellen.
Dat het bestuur deze aanvraag nog niet
eerder deed, komt voor uit het feit, dat het
hoopte, dat de vereeniging door eigen kracht
haren financieelen toestand zou kunnen be-
heerschen, doch waar nu blijkt, dat dit met
den besten wil dien de leden toonen niet kan
worden uitgevoerd, besloot men noode gedron-
gen een beroep te doen op den gemeenteraad