I
De voorzitter kan zich niet herinneren,
dat het college van Burgemeester en Wethou
ders van den heer Harte een brief ontvangen
heeft.
<to woorden van den Voorzitter, behelzende
wenschen voor onze gemeentenaren in het b:j-
zonder en die van het Nederlandsche volk in
het algemeen.
1. Notulen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor, I
de notulen der vergadering van 24 December
1929 vast te stellen, zooals die in druk zijn
verschenen.
De heer VAN DE BILT heeft geen aanmer- J
king op de notulen, doch wel naar aanleiding
van het genotuleerde, in verband met het-
geen hij ondervonden heeft als vertegenwoor-
diger der gemeente bij de N.V. Zeeuwsch-
Vlaamsche Waterleidingsmaatschappij Door
den heer Oggel is, ook blijkens de notulen, ge-
zegd, dat de verplichte aansluiting bij de wa-
terleiding is vervallen en de aansluiting vrij-
willig zal zijn. Spreker heeft geen reden om
aan die mededeeling van den heer Oggel te
twijfelen. Hij is echter op de aandeelhouders-
vai'gadering gekomen en daar is hem door den
voorzitter gezegd dat dit niet waar is. Hij
is met het vaste idee naar de vergadering ge-
gaan, dat dit w<51 het geval is. Hij zou graag
eens hooren, hoe dit nu eigenlijk toch wel
staat.
De heer OGGEL deelt mede, een dergelijke
vraag te hebben verwacht. Hij heeft hier bij
zich de aanteekeningen door hem gemaakt in
de aandeelhoudersvergadering van 13 Juni
1923. In die vergadering is besproken en
behandeld het rapport der Commissie van
Onderzoek. Toen is over verschillende
punten gestemd, ook o.m. over de ver
plichte aansluiting, die de commissie nood-
zakelijk acht voor de rentabiliteit der water-
leiding. Daar hebben zich 44 stemmen tegen
(van 11 gemeenten) verklaard en 32 (van 5
gemeenten) voor. Daaruit blijkt dan toch
wel degelijk, dat de aandeelhoudersvergade
ring verplichte aansluiting heeft verworpen.
Daaruit sproot echter voort het was een
voorstel van spreker dat een nieuwe
tariefregeling zou moeten worden ontworpen.
Evenzoo is het gegaan met een voorstel,
dat de meerdere kosten voor aansluiting van
het Westen zouden worden gedragen door
den Staat en/of de Provincie. Dit voorstel
werd aangenomen met 45 tegen 31 stemmen.
Het spijt spreker, dat hij niet heeft aange-
.teekend welke gemeenten tegen en voor ver-
pUcKtB aansluiting stemden. Eerst bij latere
stemmingen heeft hij de gemeenten geno-
teerd,
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat
hij gelooft, dat de heer Oggel zieh vergist.
Ook -hij heeft die vergadering meegemaakt,
maar hij kan zich dit niet herinneren. Hij
heeft er ook nog naar gevraagd aan den
voorzitter en aan den directeur van het Rijks-
bureau voor Drinkwatervoorziening, en die
hebben het ook ontkend. Hij neemt dus aan,
dat de heer Oggel zich heeft vergist.
De heer OGGEL: En ik heb het zelf voor-
gesteld!
De heer DIELEMAN: Dat zal toch ge-
makkelijk genoeg zijn uit te zoeken, dat zal
toch wel in de notulen staan?
De heer VAN DE BILT: In de notulen
kwara er niets van voor.
De VOORZITTER vermeent, dat, indien
dat besluit werkelijk zou zijn genomen, daar-
van toch zeker wel iets in de notulen zou
hebben gestaan. Zoo'n belangrijk punt zou
toch wel genotuleerd worden? Wanneer het
aan den dag van vandaag mogelijk bleek de
waterleiding te maken zonder verplichte aan-
•luiting, zou, naar hij vermeent, wel geheel
Zeeuwsch-Vlaanderen er geen bezwaar tegen
hebben dat die er komen zou.
De heer DIELEMAN veronderstelt, dat de
motulen van die vergadering misschien in een
vorige vergadering zijn voorgelezen.
De heer OGGEL deelt mede, dat geen
aotulen worden voorgelezen. De vertegen-
woordigers van 3 gemeenten worden aange-
wezen om de notulen der vergadering te con-
troleeren.
De heer 't GILDE en CLAESSENS achten
dat geen goede methodd;
De VOORZITTER! D&ar gaat het nu niet
over; die regeling is getroffen om tijdverlies
door voorlezing ter vergadering te voor-
komen.
De heer DIELEMAN merkt op, dat op deze
wijze misschien de heer Van de Bilt en de heer
Oggel beide gelijk hebben. Hij meent, dat de
nieuwe vertegenwoordiger der gemeente toch
omtrent de vroegere gebeurtenissen zou be-
hooren te wordpn ingelicht.
De VOORZITTER antwoordt, dat de heer
Van de Bilt, indien hij daarnaar vraagt, zeker
inlichtingen zal krijgen, welke hij ver-
langt. t
'wShneer de raad er echter prijs op stelt
om te weten hoe het met deze kwestie staat,
zal het 't beste zijn het officieel aan het be-
stuur te vragen; dan krijgen we antwoord en
dan weet men het definitief.
De heer VAN DIXHOORN vraagt, welk
nut dit nog kan hebben, gezien het standpunt
dat de raad tegenover de waterleiding heeft
aangenomen.
De heer VAN DE BILT acht het wel dege
lijk van belang; indien de verplichte aanslui
ting vervallen was, zou dat op de stemming
nopens deze zaak een andere wending kun-
nen geven.
De heer OGGEL betuigt zijn spijt, na de
stemming de gemeenten die zich voor en tegen
verklaarden niet te hebben aangeteekend.
De heer CLAESSENS verwacht, dat de ge
meenten die tegen verplichte aansluiting
stemden wel dezelfde zullen geweest zijn, die
thans v66r ontbinding hebben gestemd. Hij
vindt het na de mededeelingen van den heer
Oggel wel eigenaardig, dat het bestuur be-
weert, dat dit nooit behandeld is.
De VOORZITTER merkt op, dat het be
stuur dit niet zegt, doch de algemeene verga
dering. Er kan zich echter omtrent een zaak
een misverstand voordoen en dat gelooft
spreker dat hier inderdaad aanwezig is. Spre
ker die ook op de vergadering geweest is,
kan er zich ook niets van herinneren.
De heer OGGEL:- Maar. het staat toch in
mijn aanteekeningen! Die kan ik toch niet
zonder aanleiding genoteerd hebben?
De VOORZITTER: Ik kan er verder niets
van zeggen, de voorzitter en de directeur van
het Rijksdrinkwaterleidingbureau hebben mi]
bevestigd, dat dit niet besloten is.
De heer OGGEL houdt zijn standpunt vol
en voegt er aan toe, dat in verband daarmede
ook aan den Directeur van het Rijksdrink
waterleidingbureau is verzocht het ontwer-
pen van nieuwe tarieven.
De heer CLAESSENS: Als er niet over
gestemd was, hoe zou de heer Oggel dan
kunnen zeggen, dat er zddveel v66r en zddveel
tegen waren
De heer OGGEL: Het waren de kleme ge
meenten, waarvan de meeste met een gering
aantal stemmen, die er voor stemden, daar-
om waren er maar 44 stemmen uit de 11 ge
meenten, en 5 met 32 stemmen voor.
Later, toen de kwestie der meer-kosten
voor het Westen aan de orde kwamen, stem
den die gemeenten er ook voor en stemden
alleen de gemeenten uit het Westen, met
Hulst, tegen, toen was het 45 tegen 31
stemmen.
De VOORZITTER: Om de kwestie op te
lossen zullen we het officieel vragen.
De heer 't GILDE deelt mede, dat hij bij
de redactie der Ter Neuzensche Courant heeft
ingezonden een rectificatie van de notulen
der vorige vergadering. Nadat deze bij hem
had geSnformeerd, of hij die ook in de cou
rant wenschte opgenomen te zien, en hij
daarop bevestigend had geantwoord, is die in
het nummer van 17 Januari 1.1. geplaatst,
\loch niet aangebracht in de notulen.
De woorden die op bladzijde 6, tweede
kolom onderaan, ten name van spreker zijn
vermeld, behooren te worden vervangen als
volgt:
„De heer 't Gilde wijst met het oog op de
in het midden gebrachte verplichte aanslui
ting nog op een door den heer N. J. Harte
aan e£n der wethouders gericht vertrouwelijk
schrijven, waarin deze met klem tegen een
eventueel vervallen van de verplichting waar-
schuwde, daar, indien zulks b.v. in Ter Neu-
zen zou geschieden, ten hoogste 10 procent
van de bevolking bij de waterleiding zou aan-
sluiten."
Hij zou gaarne zien, dat deze rectificatie
alsnog werd opgenomen.
Spreker wenscht er echter nog iets aan toe
te voegen. De redactie van de Ter Neuzensche
Courant liet op deze verbetering nog een com-
mentaar volgen, waarin zij, zich tolk makende
van een mededeeling van den heer Harte, bet
schrijven van dergelijken brief ontkende, en
eindigde met de woorden ,,de lezers weten dan
meteen waaraan zij zich te houden hebben
Dit ging er dan over, om den indruk te ves-
tigen. dat onjuist was geweest de mededeeling,
dat in Ter Neuzen maar 10 zou aansluiten.
Maar daar gaat het niet om. Acht dagen
later echter kwam in de Ter Neuzensche Cou
rant opnieuw een mededeeling van de redactie
voor, waaruit bleek, dat de heer Harte wel
degelijk een brief heeft gericht, niet aan een
wethouder, doch aan het college dezer ge
meente, waarin wordt te kennen gegeven dat
bij het vervallen der verplichte aansluiting de
aansluitingen op slechts 20 waren te schat-
ten. Het gaat nu niet om de strekking of in-
houd, maar er blijkt wel degelijk een brief te
zijn geschreven, en het ergste is, dat spreker,
ook naar aanleiding der ontkenning door den
Wethouder in hetzelfde blad als leugenaar
werd gebrandmerkt. Geholpen door haar cor
respondent van Sluiskil, werd spreker in een
bericht in dat blad als leugenaar aangemerkt,
terwijl nu blijkt dat wel degelijk een brief ge
schreven is, en de redactie dus zelf liegt. i
De lleer 't GILDE: Maar dat staat toch in
de mededeeling van de redactie der Ter Neu-
zensehe Courant.
De VOORZITTER kan met zekerheid ver-
klaren, dat het college geen brief ontvangen
heeft. lets anders is, indien misschien par-
ticulieren een particulieren brief ontvangen
hebben.
De heer CLAESSENSHoe komt de redac
tie van de Ter Neuzensche Courant dan aan
die mededeeling, indien er geen brief gezonden
De heer OGGEL wijst er op, da,t men moet
onderscheiden hetgeen verklaard is. De heer
't Gilde deed mededeelingen omtrent mhoud en
strekking van een brief. Als men nu zegt
zoo'n brief is niet gezonden, dan ontkent men
daarmede niet dat er een brief bestaat. De in-
houd was anders dan hier is meegedeeld.
De VOORZITTER: En de brief is niet ont
vangen in kwaliteit als college van Burge
meester en Wethouders.
De heer 't GILDE geeft te kennen dat hij
door een medelid, het doet er niet toe wie dat
was, gemachtigd was op het bestaan van den
brief te wijzen, en dat hij uit de hem ver-
strekte inlichting den indruk had gekregen
dat die van een inhoud en strekking was zoo
als hij dit mededeelde. Hij acht zich echter
door de verklaring van de redactie der Ter
Neuzensche Courant zelf, waaruit blijkt dat
een brief bestaat, voldoende gerehabiliteerd.
De notulen worden alsnu met algemeene
gtemmen vastgesteld.
jj. Ingekomen stukken.
a bericht vail Dcdeputeerde Staten van
Zeeland, d.d. 20 December 1929, waarbjj zij
berichten hun beslissing op de ter goedkeuring
ingezonden gemeentebegrooting voor den
dienst 1930 te hebben verdaagd tot 1 April a.a,
Aangenomen voor kennisgeving.
b. De faadsbesluiten van 24 December
1929, tot wijziging der gemeentebegrooting en
die voor het gemeentelijk grondbedrijf, voor
den dienst 1929, voorzien van het bewijs der
-goedkeuring door Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Een schrtfven van het bestuur der Ko-
niin- en Pluimveevereeniging „Ter Verbete
ring", d.d. 20 December 1929, waarbij oader
dankzegging voor het op haftf Vferzoek ge-
nomen gunstig besluit Wordt bericht, dat,
wegens voldoende ruinate in het Zondagschool-
lokaal, vrtor de te houden tentoonstelling kan
wcrdeii afgezien van het gebruik van het
gymnastieklokaal der openbare school.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. Een schrijven van den gemeente-ontvan-
ger luidende als volgt:
In uw vergadering van 5 November 1.1.
heeft Uw Raad door vermindering der bedra-
gen van te verhalen posten wegens schoolgeld
de niet-verhaalbaarheid vastgesteld van de
bedragen die door mjj als oninbaar werden
voorgesteld.
Ik was steeds van oordeel dat alleen de
Raad tot vermindering bevoegd was. Dit is
thans door den Raad op voorstel van het
College van Burgemeester en Wethouders
geschied. Zoowel het College van Burgemees
ter en Wethouders als de Raad hebben dus ten
slotte mijn zienswijze als de juiste erkend.
Voor het overige deel ik U beleefd mede,
dat de bedragen, der nog te verhalen posten
zooals die in de rekening zijn veranderd, met
slag, Polderstraat, welk geval niet verschoon-
baar.
Het grootste gedeelte van het aantal niet
verschoonbaar verklaarde gevallen vindt zijn
oorzaak in het niet verschijnen voor de com
missie; dit bedroeg resp. 7 11 12 1
1 0.
Be oorzaak van het groote aantal gevallen
in vergelijking met het vorige jaar is het per
1 April j.l. in werking treden van het 7e leer-
jaar.
De meeste ouders van die kinderen veron-
derstelde, dat de kinderen van bijna 14 jaar,
de school „wel eens" mochten verzuimen,
aangespoord door het groote gebrek aan ar-
beidskrachten gedurende dezen zomer in het
land- en tuinbouwbedrijf.
Het toegezegde in het vorig verslag omtrent
de wijziging van de najaarsvacantie is, na
correspondentie en medewerking van den heei
Inspecteur van het Lager Onderwijs en de
Hoofden der Scholen, niet verwezenlijkt kun
nen worden, als gevolg van de afhankelijkheid
van de weersinvloeden op den oogst, enz.
Overigens heeft in den loop van het jaai
1929 zich niets voorgedaan wat reden geeft
tot het doen van op- of aanmerkingen in het
belang van het schoolgaande kind.
De commissie deelt nog mede, dat tot voor
zitter is benoemd de heer D. A. van Houte en
tot secretaris de heer J. L. J. Maris.
Aangenomen voor kennisgeving.
f. Het verslag van den correspondent der
Arbeidsbemiddeling over het jaar 1929, lui
dende als volgt:
Gelijk ik in mijn vorig jaarverslag opmerkte,
was het op het einde van het vorig jaar in
de maand December nog tot groote werkloos-
heid gekomen, zoodat in Januari 1929 er dage-
lijks 70 5. 80 bij uw correspondent stonden in
geschreven. Door de strenge vorst stond bui-
ten alle werk ook stil, ook zij die op het
nieuwe fabrieksterrein als grondwerkers
waren aangenomen (ongeveer een 30-tal)
konden niet langer aan het werk blijven toen
sneeuw en vorst hun intrede gedaan hadden.
De buitengewoon strenge winter was oor
zaak dat het eerste kwartaal gemiddeld tach-
tig tot honderd personen als werkloos dage-
lrjks werden ingeboekt.
Uit bijgaande bijlage moge bljjken, welke
bedragen door de respectieve werkloosheids-
kassen aan de georganiseerde arbeiders voor
werklQOzenstenn werd uitgekeerd, \vaar nog
bij komt de steun die bet plaatselijk steun-
comite aan ongeorganiseerde en sommige uit-
sretrokken georganiseerde arbeiders deed toe-
komen.
Zoodra echter de vorstperiode voorbij was
werden de werkzaamheden aan de nieuwe in
aanbouw komende Phosfaatfabriek te Slui&i il
met ijver aangevat. Waar de arbeiders uit
deze en andere gemeenten zich dagelijks bij
tientallen op de fabrieksterreinen aanmeldden,
was er van de zijde der aannemers van de uit
te voeren werken geen aanvraag bij de ar-
beidsbeurs. Een paar maal ter plaatse aan-
gewende poging van uw correspondent bij de
aannemers. was oorzaak dat ten slotte nog
een tiental werden aangenomen. Overigens
was het aanbod zoo groot, zelfs beneden het
vastgestelde loon, dat de aannemers zooveel
konden tewerkstellen, als zij noodig vonden.
Een gelijktijdlge oproep voor de Philips-
fabrieken te Eindhoven vond ook in Axel ge-
hoor, zoodat door bemiddeling van uw corres
pondent een drietal groote gezinnen bestaande
tezamen uit 29 personen uit onze gemeente
in Eindhoven geplaatst werden, benevens een
12-tal jonge mannen, die meenden (in verband
met de plannen die sommige hunner hadden
om weldra een eigen gezin te vormen) be ter
in Eindhoven de toekomst tegemoet gaan dan
in Axel. Toch heeft de uitkomst bij meerde-
ren hunner bewezen, dat een terugkeer naar
hun geboorteplaats een korter of langer ge-
koesterde begeerte om te huwen en alleen te
gaan wonen, eer in vervulling zou kunnen
doen gaan, dan een blijven in Eindhoven
waar de eerste jaren althans, het huren of
gewone vergaderingen. Uit de verslagen k. Naar aanleiding van het schrijven van
bleek dat de toestand van het onderwijs in j J. A. van Hoeve, dd. 28 October 1.1., waarin hij
Uw gemeente goed mag genoemd worden. De bericht de Frobelschool niet langer meer onder
koopen van een eigen woning, aan zeer groote j ^est vervallen kan.
onderwijzers en onderwijzeressen aan de ver
schillende scholen verrichten hun werk met
ijver, de vorderingen der leerlingen mogen
goed genoemd worden; de leermiddelen waren
voldoende aanwezig en verkeerden in goeden
staat.
De gebouwen gaven'geen aanleiding tot op-
of aanmerkingen. Uwe Commissie vernam,
dat eerlang verbetering zal worden aange
bracht in die school, waarop ze in vorige jaar-
verslagen meermalen heeft gewezen.
Het is uw. Commissie een aangename taak,
U wederom een gunstig verslag te mogen
aanbieden over den toestand van het Lager
Onderwijs in Uw gemeente.
In het jaar 1929 werden Uw Commissie
geen adviezen gevraagd of bijzondere vragen
voorgelegd.
Aangenomen voor kennisgeving.
i. Een schrijven van P. Scheele, autobus-
ondernemer te Sluiskil, die daarin te kennen
geeft, dat Geduputeerde Staten van Zeeland
hem bij brief van 20 December 1.1. hebben
meegedeeld, dat de Zondagsdienst, zooals die
voorkomt in de dienstregeling, niet in de hem
verleende vergunning is begrepen, zoodat die
dienst door hem niet mag uitgevoerd worden;
dat z(j evenwel in beginsel geen bezwaar
hebben tegen een eventueele wijziging der
vergunning, in dien zin, zoo daarop prijs mocht
worden gesteld en de wijziging zou worden
aangevraagd;
dat hij daarom het gemeentebestuur beleefd
verzoekt, hem ten spoedigste te willen mede-
deelen, of op het voortzetten van den Zon
dagsdienst prijs wordt gesteld.
(Zondag rijdt de autobus: Van garage te
Sluiskil 8.05 u., Axel 8.40 u„ aankomst Hulst
10.10 u.; van Hulst 10.30 u., aankomst te
Axel 12 u., aankomst te Sluiskil 12.20 u.).
Burgemeester en Wethouders geven te ken
nen, dat zij, aangezien dit een van gemeente-
wege gesubsidieerde dienst betreft, zij deze
vraag aan den raad ter beantwoording meen
den te moeten voorleggen. Zij voegen hieraan
toe dat de meerderheid van hun college op
een dienst des Zondags geen prijs stelt.
De heer VAN DIXHOORN vraagt, of van
particuliere zjjde geen verzoeken tot het be-
houden van tjen dienst zijn ingekomen. Het
komt hem voor, dat deze dienst toch betee-
kenis heeft voor hen die op Zondag een be-
zoek willen brengen te Zuiddorpe of Koe-
wacht.
De VOORZITTER antwoordt dat geen ver
zoeken zijn ingekomen. Hij gelooft, dat de
dienst op Zondag al van zeer geringe betee-
kenis is en uit de stukken krijgt men ook niet
de indruk dat de ondernemer zelf op behoud
prijs stelt.
De heer VAN DIXHOORN wijst er op, dat
er hier zooals ook bij andere gelegen-
tieden wel geschermd wordt met een klein
aantal personen dat er gebruik van maakt,
doch dat die weinige personen dan toch aan
het verkeersmiddel behoefte hebben. Hij kan
zich met het voorstel van Burgemeester en
Wethouders niet vereenigen.
De heer CLAESSENS gelooft, dat de men-
schen die naar de kerk willen naar Zuiddorpe
of Koewaoht en ook naar hier, van den dienst
gebruik kunnen maken.
De VOORZITTER gelooft niet, dat d&dr-
voor met het inrichten van den dienst reke
ning is gehouden.
De heer CLAESSENS is van meening, dat
er voor dat doel van de bus nogal gebruik
werd gemaakt.
De heer DIELEMAN meent, dat er op Zon
dag verscheiden ritten gemaakt zijn, dat de
ondernemer alleen reed.
De heer P. DE FEIJTER heeft er ook eens
naar ge'informeerd en kwam tot de ontdek-
king, dat de dienst geen nut aflegt, in vele
gevallen rijden er maar twee of drie personen
mee en hij gelooft, dat die Zondagsdienst
bezwaren onderhevig was. Zoodat binnen het
jaar reeds meer dan 50 der laudverhuizers
uit Axel weer terug in hun Heimat waren.
Dat gunstiger arbeidsvoorwaarden die in-
middels waren ingetreden in onze gemeente
daar ook toe bijdroegen, ligt voor de hand.
Immers, zoodra was men niet terug uit Eind
hoven of men kon op Sluiskil aan de nieuwe
fabriek geplaatst worden.
Onder die omstandigheden was de werke-
loosheid in het 2de kwartaal tot enkele per
sonen herleid, gelijk ook de cijfers van de
werkloosheidskassen duidelijk uitwijzen. Dat
de buitengewone groote vraag naar arbeids- i
Het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders wordt met algemeene stemmen aange
nomen.
De heer VAN DIXHOORN wenscht echter
aanteekening dat hij er tegen is.
j. Een schrijven van Gedeputeerde Staten
van Zeeland, waarbij wordt teruggezonden de
in de raadszitting van 5 November 1.1. vastge
stelde Algemeene Politieverordening, met ver-
zoek eenige artikels uit deze verordening te
laten vervallen, aangezien deze bepalingen
reeds zijn geregeld in het Motor- en Rij"17"'1
reglement.
Naar aanleiding daarvan stellen Burge-
zijne zorgen te willen doen voortbestaan, dat
in hunne handen is gesteld om bericht en
raad, geven Burgemeester en Wethouders te
kennen, dat zij deze zaak nader onder de
oogen hebben gezien, doch dat zij het meer
wenschelijk achten, alvorens hieromtrent met
een voorstel bij den raad te komen, dit in
een besloten vergadering te bespreken.
De VOORZITTER stelt zich voor die be-
spreking na afloop der openbare zitting te
houden.
3. Verkoop van gemeentegrond.
Van J. Meesen, F. M. den Engelsman en M.
van Doeselaar is een verzoek ingekomen opi
twee perceelen grond te koopen in het Ver-
lengde van de Wilhelminastraat.
Burgemeester en Wethouders achten, al
vorens wordt overgegaan tot het verkoopen
van dezen grond, het oogenblik aangebroken,
dat door den raad een beslissing wordt ge
nomen over het al of niet aanleggen van een
plein in dat gedeelte der gemeente, zooals
dit reeds besproken is.
Wanneer de raad daartoe mocht besluiten,
zouden aan dezen verkoop waartegen zij
overigens geen bezwaar hebben voorwaar-
den moeten worden verbonden, ten opzichte
van het plaatsen van de voorgevels dier
woningen.
Zij achten het evenwel, in verband met de
kosten verbonden aan het stichten van een
plein, niet wenschelijk hiertoe over te gaan,
en stellen voor, te besluiten tot verkoop van
grond aan genoemde personen, op de bekende
voorwaarden.
De heer VAN DE BILT vraagt, of door de
leden van den gemeenteraad wel veel notitie
is genomen van de teekeningen voor het
maken van een plein.
De VOORZITTER antwoordt, dat die bjj
de stukken lagen en het toch een gewoonte
van de leden is, kennis te komen nemen van
de stukken.
De heer VAN DE BILT erkent dat, hij
heeft echter toch den indruk gekregen, dat
de belangstelling om de plannen te bestudee-
ren niet groot is geweest, en er weinig aan-
dacht aan geschonken is. Dat er echter hooge
kosten aan verbonden zijn, is een kwade
kwestie,
De VOORZITTER deelt mede, dat da
bouwgrond bij het aanleggen van een pleht
daar f 1 per M2. duurder moet verkocht wor-
den. Hij vermoedt, dat dan dezelfde men-
schen die nu grond aanvragen, daar dan niet
zullen bouwen.
De heer VAN DE BILT vraagt wat het
verschil dan op een woning zal uitmaken.
De VOORZITTER schat dit op drie a vier
honderd gulden, naar gelang der grootte van
de perceelen. De menschen zoeken echter
zoo goedkoop mogelijk te bouwen. De betrok-
ken aanvragers hebben er herhaaldelijk over
onderhandeld, en hebben nu het oog geves-
tigd op de kleinste perceeltjes, en willen er
dan 2 koopen, om er 3 woningen op te zetten.
Komt er een plein, dan worden al die per-
ceeltjes grond duurder.
De heer VAN DE BILT kan de er aatt
verbonden kosten niet wegredeneeren, maar
meent toch, dat het maken van een plein
feitelijk ook een behoefte Is. Het breidt maar
steeds uit met blokken woningen en straten
i en open ruimte blijft er niet.
1 De VOORZITTER: De uitbreiding gaat nu
zeer langzaam.
De heer OGGEL: Er wordt nu op andere
punten gebouwd.
De heer VAN DIXHOORN weet niet, wat
de heer Van de Bilt met zijn vraag naar het
inrichten bedoelde, of hij op het oog had een
speelterrein, een parkeerterrein voor auto's
of iets anders. Als dat niet in 't midden der
plaats gelegen is, heeft het voor 't algemeen
belang weinig te beteekenen. Wat hebben
I de bewoners van het Oosten aan een plei*
gelegen in het Westen? lets anders is dit,
r als het een terrein voor het houden van voet-
bal- of korfbalwedstrijden, maar voor een
dagelijksche speelplaats ziet hij er weinig
nut in, als die zoo in een buitenwijk gelegen
1 is. Ook aan een parkeerterrein vobr auto's
bestaat z.i. geen behoefte. Als men in an
dere plaatsen, in de groote steden komt, ziet
I men ook overal in de straten auto's staan.
Bii r^velingen yaX toezicht, dat b.v.
ue 6'""" y, j. i Naar aanleiding aaarvau
krachten aan de nieuwe fabriek zich in de t en Wethouders voor het volgende be-
landbouw sterk liet gevoelen, zoodat in de
geheel juist zijn.
Voor het Openbaar Lager Onderwijs is het
157,40, en voor het Bijzonder Lager Onder
wijs 994,08.
Aangenomen voor kennisgeving.
e. Het verslag der commissie tot weriag
van schoolverzuim, over het jaar 1929, lui
dende als volgt:
Als Voorzitter en Secretaris werden m de
eerste vergadering wederom benoemd de hee-
ren D. A. van Houte Maris. In de maand
Maart werd, wegens het bedanken van den
heer P. Koole als lid, door den Gemeenteraad
de heer A. Coumou in diens plaats benoemd
De werkzaamheden waren meer dan in 1928;
er waren thans 76 gevallen te behandelen,
vorig jaar 51, en hadden betrekking op
22 leerlingen van de Openbare .Lagere
School, waarvan 10 gevallen verschoonbaar
en 12 niet;
33 leerlingen van de Bijzondere School
Nieuwstraat, waarvan 7 gevallen verschoon-
baar en 26 niet;
16 leerlingen van de R.K. School Walstraat,
waarvan 1 geval verschoonbaar, 15 niet;
3 leerlingen van de Bijzondere School .->pui,
waarvan 2 gevallen verschoonbaar, 1 niet
1 leerling van de R.K. School Sluiskil, welk
geval niet verschoonbaar;
1 leerling van de Bijzondere School Zaam-
Dit is een onjuiste voorstelling der
zaak. In dit blad is nimmer ontkend dat een
brief geschreven is, doch wel dat hetgeen de
heer t Gilde over de strekking en de inhoud
mededeelde onjuist was.
drukste periode van den landbouw, voor zeer
hooge loonen de noodige werkkrachten niet of
nauwelijks voorhanden waren, ligt voor de
hand.
Een gelukkige samenloop van omstandig
heden was het, dat de gunstige weersgesteld-
heid een geheelen zomer onafgebrolten aan-
hield, zoodat geen enkel product wegens te
lang op het veld blijven schade beliep.
Zoo is bet jaar 1929 dat zich op het gebied
der werkloosheid zoo ongunstig liet aanzien
in het begin, voor de arbeiders een gunstig
jaar geworden, waarbij van onvrijwillig werk
loos zijn geen sprake meer was, zoodra het
zomer was. Er bleef volop werk, op de
fabrieksterreinen of in den landbouw tot de
laatste helft van December, toen, een paar
dagen vorst het grondwerk aan de fabriek
te Sluiskil op eens stil deed staan, zij het dan
ook slechts voor die enkele dagen die ons nog
voor Nieuwjaar resten. Een 30-tal fabrieks-
en bouwvakarbeiders werden de laatste week
van December ingeschreven, om bij gunstig
weer op 2 Januari 1930 weer te hervatten,
waama ik dit jaarverslag wensch te besluiten.
Blijkens een bijlage omtrent de uitkeeringen
der werkloosheidskassen werd over de maan-
den Januari tot en met Mei uitgekeerd door
Ned. Chr. Bouwvakarbeiders in Januari
377,90, Februari 313,70, Maart 239,70,
totaal 931,30;
Ned. Vereeniging van Fabrieksarbeiders in
Mei 26; v
1 Ned RK. Bouwvakarbeiders in Januari
f 44,40, Februari f 13,60, Maart 20,40, totaal
78,4o'; J
Ned. Bond van arbeiders in het land-, tiun-
bouw- en zuivelbedrijf Januari ,f 368, Februari
378,60, Maart 357,20, April 91 en Mei
6,80, totaal 1201,60;
Vereeniging ,,Zelfstandigheid in Januan
f 274,40, Februari 397,60, Maart 350, April
f 71,40, totaal f 1093,40.
Aangenomen voor kennisgeving.
g. Een missive van het bestuur van den
Nederlandsche Bond tot bescherming van zui-
gelingen. die daarbij ter kennisneming door
de leden van den raad toezendt een brochure
„Nog altijd dalende, hoewel nog niet bevre-
digende zuigelingensterfte."
Aangenomen voor kennisgeving.
h. Het verslag der Commissie van toezicht
op het Lager Onderwijs in deze gemeente over
het jaar 1929, luidende als volgt:
De Commissie van Toezicht op het Lager
Onderwijs in Uw gemeente heeft de eer U,
volgens art. 184 al. 3 der Wet op het Lagei
Onderwijs, aan te bieden onderstaand verslag
van den toestand van het Onderwijs in Uw ge
meente over het jaar 1929 en van de door Uw
commissie verrichtte werkzaamheden.
Door de leden der Commissie werden in het
afgeloopen jaar alle lagere scholen bezocht en
van deze bezoeken werd gerapporteerd op de
•Sluit te nemen:
Gezien het voorstel van Burgemeester en
Wethouders om eenige bepalingen te wijzigeii
van de Algemeene Politie-Veroruening, zooals
deze is vastgesteld door den Raad in zijne ver-
gadering van 5 November 1929, zulks in ver
band met eenige opmerkingen van heeren
Gedeputeerde Staten van Zeeiand,
Overwegende, dat enkele dezer bepalingen
reeds geregeld zijn in het Motor- en Rijwiel-
reglement, of in het Reglement op de wegen
en voetpaden der Provincie, zoodat deze kun-
nen vervallen en het noodig wordt geacht en-
kele artikelen nog aan te vullen of te wijzi-
Sen;
besluiten
Art. 25 aan te vullen met ,,Binnen veertien
dagen na ontvangst eener aanschrijving als
hierboven bedoeld, kan belanghebbende in be-
roep komen brj het College van Gedeputeer
de Staten".
Art. 45 eerste zinsnede te lezen als volgt.
„Het is niet aan ingezetenen dezer Gemeente
verboden, voorwerpen van welken aard ook,
behalve gedrukte of geschreven stukken, het-
zij aan den openbaren weg, hetzij aan of in de
deuringangen der huizen te verkoopen, te koop
aan te bieoen of daarmede te venten, tenzij
met vergunning van Burgemeester en Wet
houders en dan uitsluitend op door hen te be-
palen dagen."
Art. 77, alinea B te laten vervallen.
Art. 78 sub 3 te laten vervallen.
Art. 78 sub 5 te laten vervallen.
Art. 78 sub 7 te laten vervallen.
Art. 78 sub 10 te lezen als volgt: „trekdie-
ren te besturen voor rij- of voertuigen, waar
aan andere rij- of voertuigen of handkarren
verbonden zijn, tenzij elk afzonderlijk is voor
zien van een geleider, die den leeftijd van 14
jaren heeft bereikt".
Art. 79, le zinsnede: „Het is aan bestuur-
ders verboden op een openbaren weg, wanneer
die tengevolge van vorst of sneeuw glad is'
Art. 79 sub b te laten vervallen.
Art. 85 sub 1 aan te vullen met een nieuwe
zinsnede: „Wanneer het een optocht betreft,
geldt deze verplichting uitsluitend voor wegen
ot weggedeelten van minder dan vijt Melei
breedte.
Art. 86 door een nieuw artikel te doen ver
vangen, luidende: „De bestuurder van een ro
of voertuig is op een openbaren weg verpixht
gevolg te geven aan de door de in artikel i
genoemde ambtenaren en beambten in het be
lang tan de vrijheid of de veiligheid van het
verkeer gegeven bevelen en aanwijzingen.
Art. 87 en 89 te laten vervallen.
Art. 125 en 126 te laten vervallen.
Deze wyzigingen gelijktijdig met de Ver
ordening in werking te doen treden alzoo op
den achtsten dag na hare afkondiging.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
voor den ingang van
een wo. 5Mc.den dat men er niet
uit- of kunnen hier ook in de straten
best auto's worden neergezet.
Men moet bij het inrichten van een plein
ook letten op de financieele zijde. Ziet eens
naar Sas van Gent, daar heeft men ook in
beginsel tot parkaanleg besloten en liet er
een plan voor opmaken, dat terstond op een
10 a 12 duizend gulden kwam te staan. Men
moet zich dan tooh ook afvragen, of dat
voldoende nut zal afwerpen.
Er moge v66r die uitbreiding van het com
plex der gemeente iets te zeggen zijn, er is
volgens sprekers meening ook iets tegen, en
wel dit, dat daardoor maar steeds, in toe-
nemende mate cultuurgrond aan de bestem-
ming. het teelen van voedsel, wordt onttrok-
ken Dat doet spreker steeds zeer, als hij dat
waarneemt. Dat betreft niet alleen Axel,
maar voomamelijk als men komt bij de
groote steden. Daar gaat men maar steeds
voort om groote oppervlakten cultuurgrond
onder het zand te spuiten, teneinde daarop
weer maar nieuwe pakhuizen voor menschen
te stichten. En dat, terwijl men in de oor-
logsjaren van regeerlngswege wel zou ge-
wenscht hebben, dat men de steenen mt z(jn
stoep zou gebroken hebben, om op den daar
door vrij komenden grond voedsel te teelen.
De VOORZITTER: Dat was een nood-
^DeTheer VAN DIXHOORNDie kan terug-
keeren lets anders zou het zijn als men
daarvoor waardelooze, voor de cultuur onge-
schikte gronden gebruikte. Maar ik z
steeds met leedwezen voor dat doel vrucht-
baren grond aangewend.
De heer VAN DE BILT merkt, naar aan
leiding der aanhaling van Sas van Gent op,
dat dit er van komt, als men daarvoor plan
nen laat maken door groote mannen en die
daarvoor uit Den Haag of dergelijke plaatsen
haalt om een bloementuin te laten aanleggen.
Maar voor het overige kan er op gewezen
worden, dat men toch bij de uitbreiding der
gemeenten overal zorgt ^oor wat ruimen
bouw en pleinen, opdat met alles zoo dicht
opeen komt te staan. Maar kan dat hier,
van wege de financien niet, dan moet er van
afgezien worden. Overigens gaat het met
het maken van zulke zaken als met het bou
wen van een huis. Als men dat volgens zijn
eigen denkbeeld doet, gaat het voor een tame-
liiken prijs, haalt men er een architect bij dan
wordt heVal duurder, en gaat men voor het
maken van een plan nog hooger, dan kost
hpt noer oens zoo duur.
De VOORZITTER iherkaalt, dat Burge-
meester en Wethouders met het oog op de
financieele gevolgen het aanleggen van een
plein ontraden en voorstellen over te gaan
tot den verkoop van de twee perceelen grond
aan de aanvragers.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
(Wordt vervolgd.)