BUKGEKLIJKENi STAND, Hois en Hof. Pluimvee-rnbriek. Rubriek van den Arbeid. park maken, dat iedereen mooi zal vinden. "k Zou het spijtig vinden als er heelemaal van afgezien werd, maar hoop dat, de meerder- heid ervoor zal zijn een park aan te leggen zonder zoo'n grooten opzet. Ik hoop mijnheer de Voorzitter, dat de raad nog eens goed over de zaak na zal denken. De heer Neeteson: Als ik de discussies goed gevolgd heb, gaan de meeningen nog steeds uit, dat het park 12,000 zou kosten. Ik moet evenwel opmerken, dat Burg, en Weth. niet meer spreken van 12 maar van 6000. De onderhoudskosten zullen niet meer zoo groot zijn en bovendien wil ik er op wij- zen, dat er in die /6000 nog altrjd een paar duizend voor werkverschaffing zitten. Dit is alles hetgeen ik ervan te zeggen heb. De Voorzitter: Komt er nog een voorstel, anders breng ik het voorstel om /6000 te i een en in stemming. De heer Stouthamer: Zou de raad niet beter doen het in handen van Burg, en Weth. te leggen om met andere plannen te komen? en te doen, zooals de heer Marquinie aange- geven heef t De Voorzitter: Laten we blijven by 't vier- kante terrein. Het is niet meer dan mensche- lijk, dat we de daar rondom wonenden een park bezorgen. Laten we iets maken, dat aantrekkingskracht heeft. Wij zullen nog eens met De Wilde spreken of hij zijn plan niet wil versoberen. De heer Stouthamer: Ik heb den indruk gekregen, dat De Wilde zijn plan niet wil ver soberen. Hij wil er iets moois van maken en niet maar een perkje hier en daar met een koeken, een ruiten en een klaveren aas. De Voorzitter: Waarom zou De Wilde niet willen veranderen. Dan blijft zijn plan toch nog bestaan. De heer Verschaffel: Ik zou het woord: park laten vervallen, maar spreken van het planten van struiken en boomen. Daaraan is geen onderhoud en't is ook mooi. Die heuvels kunnen dan daaraan aangepast worden. Die bloemenkwestie is een te dure liefhebberp voor de gemeente. Daarom zou ik het geen park noemen. Als U daar gras, struiken en boomen plant, is 't ook 'n mooi milieu, in overeenstemming met den Molenberg. De heer Marquinie: We zouden nog eens met De Wilde kunnen spreken. Als wij nu machtiging krijgen 6000 te leenen, is 't nog niet noodig om die te gebruiken. De Voorzitter: De raad kan Burg, en Weth. machtigen tot 6000. Anderzijds begrijp ik den heer Verschaffel niet goed. Eerst was hij daar zoo sterk voor en nu is hij er tegen. De heer Verschaffel: De heer De Wilde heeft mij bekeerd. Hij heeft mij afgebracht van 't park, hij heeft gezegd, ik moet mijn plan behouden, anders maak ik het niet. De Voorzitter: Wie was meer enthousiast als u. De heer Verschaffel: Dat plan kunnen wij niet uitvoeren en daarom ben ik er tegen. Niet om in de contra-mine te zijn, maar.ik ben nog eens in Gent gaan informeeren! Het wordt te duur. De heer De Leux: Na de uiteenzetting van den heer Neeteson, dat bij' de 6000 nog f 2000 voor werkverschaffing zijn inbegrepen, zal ik mijn steun aan dat voorstel geven. De heer Stouthamer: Ook ik ben niet tegen het park. Ik zou graag zien, dat we dat vierkante blok als park krijgen, maar met den heer Verschaffel ben ik voor groene beplanting. Mynheer Verschaffel is mij voor geweest, anders zou ik ook reeds direct groene beplan ting hebben voorgesteld. Ik zal voor /6000 zijn, maar liefst minder. Maar niet zooals mijnheer De Wilde wil hebben. De Voorzitter: Dat achten wij alien te hoog. Maar dat men daar een groene wei krijgt, zooals de heer Verschaffel wil, dan zou ik zeggen: Laat dat park als je blief maar w eg. De heer De Mul: Wij zitten met de moei- lijkheid dat mijnheer De Wilde gezegd heeft: dit park of geen. Hij heeft zelfs gezegd: als gij den vijver weglaat, wordt 't nog kost- baarder. De Voorzitter: En toch: als de raad blijft bij 't geen de heer Marquinie wil, dus dat wij dat vierkante blok tot park maken, dan zal 't nog geen 6000 kosten. De heer Neeteson: Dan zou ik als wet- houder toch nog niet verantwoord zijn, alvo- rens den raad nog eens te hooren. De Voorzitter: Er kan vandaag gestemd worden, dat de raad toestemt in een leening groot 6000 a 5 met jaarlijksche aflossing van f 100. De heer Neeteson: Moet er nu al besloten worden. De heer Verschaffel: Ik stem er toch tegen. De Voorzitter: 't Is een voorstel van Burg, en Weth. De heer Neeteson: Jawel, maar zoo vat ik 't niet op. Ik vat het aldus op: Burg, en Weth. komen met een nieuw plan voor een park, dat hoogstens f 6000 kost. De Voorzitter: We zullen dat voorstel maar intrekken. De heer Neeteson: Ja, dat is beter dan dat't afgestemd wordt. De Voorzitter: Burg, en Weth. nemen dus het voorstel terug. Later zullen we met een plan voor den dag komen, dat hoogstens 6000 kost. De heer Verschaffel: Daarmee neem ik geen genoegen. Als U 6000 erin vast blijft leggen, dan stem ik tegen. Mijnheer Marqui nie spreekt al van 3000 tot f 4000. De Voorzitter: Ja, dat is de bedoeling en hoogstens te gaan tot f 6000. De heer Verschaffel: Laat ons niets zeg gen. Mijnheer Neeteson heeft het goed be- redeneerd. De Voorzitter: Burg, en Weth. hebben de discussies gevolgd en zullen later met plannen komen. Het voorstel wordt teruggenomen, zoodat thans overgegaan kan worden tot het volgen- de agendapunt, n.l.: Het verzoekschrift van Th. van der Spieghel- c.s. alien inwoners van De Stuiver, om electrische verlichting te ver- krijgen van de Wijk ,,De Stuiver" Adressanten spreken hun verlangen uit om ook te worden in de gelegenheid gesteld elec trische verlichting te krijgen van de gemeen te. Zij wijzen op den treurigen toestand in welken zij verkeeren, daar zij nog steeds moe- ten gebruik maken van petroleumlicht. ,,Wij zijn", aldus hun in mineurtoon gestelde melo- die, immers ook inwoners van de gemeente, en willen gaame fiere medeburgers zijn. Zij hopen, dat hun zaak onderzocht zal worden en een gunstig resultaat het gevolg moge zijn van dat orfderzoek, waarvoor zij zich ten hoogste dankbaar zullen betoonen. De Voorzitter: Mijne heeren. Eenzelfde aanvrage is ongeveer een paar jaar geleden ook van deze zijde bij den raad ingekomen. Een der voormannen is toen bij mij geweest em ik heb hem gezegd: „Welnu, roep eens een vergadering op en kom dan met voorstellen. Ik wil wel zeggen, dat we met verschillende leden hebben onderhandeld, maar kan daar- over in openbare vergadering verder niets zeggen. De heer De Leux: Ik geloof toch, dat die menschen evenveel recht hebben op electri sche verlichting als alle andere inwoners van Sas van Gent. Er is al gezegd, als die menschen aange- sloten willen worden, zullen zij ook zooveel rlicht afnemen, dat we een kabel kunnen leggen. De Voorzitter: Wat U daar zegt is niet pre- cies. Die menschen zijn niet te vinden, om een garantie te verleenen. Willen zij onderhan- delen en een bepaalde garantie geven, dan zullen Burg, en Weth. er ook voor zorgen, dat zij geholpen worden. De heer De Leux: Die menschen kunnen toch bezwaarlijk garandeeren, dat zij voor zoe- of zooveel licht zullen verstoken. Ik hoop, dat zij spoedig aangesloten zullen worden. De heer De Mul: Mijnheer de Voorzitter. Al een jaar geleden heb ik ook over deze zaak gesproken en toen is mij gezegd, dat 't er bpstond. Staat 't er nu nog goed bp. De Voorzitter: Ja. Maar meer zeg ik niet in openbare vergadering. Doch 't staat er goed by. Ik stel voor, om dit verzoek voor kennisgevig aan te nemen. Aldus geschiedt. Thans wordt aan de orde gesteld: Punt 7. Verzoekschrift van de Wed. A. Vergauwen over schade door aanleg van stoepen veroorzaakt aan haar woning in de Poelstraat. De wed. Vergauwen beklaagt zich, dat door den aanleg van de stoep voor haar huis, dit bij regem onderwater loopt. Laatst is 't zelfs gebeurd, dat't water aan de voordeur in-, a«n de achterdeur uitliep. Het eenige middel om den toestand te verbeteren, de huisvloer op te hoogen. De Voorzitter: De inhoud van dit rekest is niet juist, doch de billijkheid brengt mee, dat de menschen geen last ondervinden. Doch aan wien de schuld! Ik durf gerust zeggen: Aan de familie Vergauwen zelf. Als zij genoegen namen met het leggen van een hardsteenen dorpel dan was de zaak in orde. Maar dat wil de familie Vergauwen niet. De heer De Leux: U spreekt van het leg gen van een steenen dorpel. Maar dan wordt de instap 30 c.M. diep Ik heb gezien, hoe het huis bij den minsten regen onder water loopt. Het zou toch een kleine kosten voor de ge meente zijn de vloer op te hoogen. Wij hebben aangedrongen om ons dien grond te verkoo- pen en nu zij dat gedaan hebben ondervinden zij overlast. Daarvoor hebben die menschen hun grond toch niet verkocht. De heer Stouthamer: Ook ik ben over- tuigd, dat een instap van 30 c.M. te hoog is. De gemeente was gebaat met die strcok grond, want nu hebben we daar een mooie straat kunnen maken. Als we over den hond komen, kunnen we ook over den staart. De Voorzitter: Als we.nu een drempeltje maken en zij daar achter een mat leggen is de vloer hooger. De heer Stouthamer: De vloer ligt lager, anders kon het water niet binnenstroomen. De Voorzitter: Als het water per force majeure van de heirbaan aankomt, dan ziet het niet naar een paar centimeter. Wij mogen niet aan het huis komen, want 't is om te dwingen om een nieuwen vloer te maken. De familie Vergauwen moest dankbaar zijn, dat we het in orde willen maken. Maar van dank, geen sprake. Wij hebben die menschen zeer net behandeld. Is die afrastering daar niet schoon. Als ze er een mat in leggen is 't in orde. 't Is gemakkelpk als iedereen maar de kas kan aanspreken. De heer Verschaffel: Ik heb gaan zien. Als er een drempel komt is de instap 30 c.M. De Voorzitter: Laten die menschen ver- standig zijn. Men moet niet het onderste uit de kan willen hebben. Zij willen ons dwingen een vloer te maken. De heer De Leux: Ik kan absoluut niet ge- looven, dat het dwang is van de familie Ver gauwen Wanneer wij het daar thans schoon vinden, moeten wij die menschen ter wille zijn. Wat is er in den weg die vloer op te trekken? De Voorzitter: Zijn wij gerechtigd dat te doen? Wanneer U meer geloof hecht aan de familie Vergauwen dan aan den Voorzitter, dan moet de raad besluiten uw wensch te vol- doen. De heer De Mul: Maar als de vloer na't leg gen van den dorpel 30 c.M. dieper ligt, is het dan geen zedelijke verplichting van den raad die menschen voldoening te verschaffen? De Voorzitter: En als het dan niet meer hoog genoeg is. Als de balken dan ook hooger moeten gelegd worden? De heer De Mul: Dat moeten we aan Burg, en Weth. overlaten. De heer Marquinie: Ik meen toch gehoord te hebben, dat het lokaal dan te klein wordt. Als wij er iets op kunnen vinden zullen we 't in orde brengen. Het beste is, dat we nog eens gaan kijken. De Voorzitter: Wanneer de architect zegt, als ze er een mat leggen, ligt die zoo hoog als de drempel, zal 't toch wel waar zijn. De heer De Leux: Ik schijn te weten, dat het lokaal 30 c.M. te hoog is. De Voorzitter: Burg, en Weth. zullen nog eens gaan kijken. Ik stel daarom voor, ge hoord de discussies, om het verzoek voor ken- nisgeving aan te nemen. Aldus wordt goedgevonden, waama over gegaan wordt tot punt 8. Verzoekschrift van A. C. H. Kieboom te Westdorpe en P. J. Leroux om gemeentegrond in erfpacht en om vergunning tot afwijking van art. 7 der Bouwverordening. De heer Armand Kieboom verzoekt om in erfpacht te mogen nemen een perceel bouw- terrein gelegen naast de Wed. Cortvriendt. P. J. Leroux, typograaf alhier, verzoekt om in erfpacht te mogen nemen een perceel gelegen naast Maurice de Roos, ter breedte van 10 M. De Voorzitter: Wat betreft het verzoek schrift van den heer Kieboom wil ik even meedeelen, dat dit niet beantwoordt aan de voorwaarden, die gelden voor erfpachtsterrei- nen in die straat, zoodat de raad dit vandaag niet in behandeling kan nemen. De heer Kieboom vraagt de grens slechts 1 M. van de belendende terreinen te mogen trekken in plaats van 2 M. Maar dan komen wij in con flict met de besluiten van den raad om daar 2 M. open bebouwing te laten. Ik stel daar om voor het rekest terug te zenden en de zaak nog eens met den heer Kieboom te be- spreken. Vinden de heeren dat goed? Aldus wordt goedgevonden. Wat betreft Leroux, Burg, en Weth. stel- len voor deze toestemming te verleenen, mits gebouwd worde naar genoegen van Burg, en Weth. Aldus wordt besloten. In verband met de terugzending van het verzoek Kieboom komt het punt: Intrekking van landpacht, onder punt 9 te vervallen. De slotpunten der agenda, betrekking hebbende op af- en averschrrjving van diverse posten op de begrootingen van 1929 en 1930, onder welke laatste voorkomt een post groot f 10.123,45 wegens grenswijziging, worden zonder bezwaar goedgekeurd. De Voorzitter: Nu eerstdaags de vergade ring van de Waterleiding te Ter Neuzen zal gehouden worden, waarbij de vertegenwoordi- gers der gemeente zijn opgeroepen om uit- spraak te doen, en in verband met het feit, dat de heer Neeteson afwezig is en ook de heer Verschaffel als plaatsvervanger daar niet tegenwoordig kan zijn, is het noodig over- tegaan tot het aanwijzen van een tweeden vertegenwoordiger. Mag ik de heeren De Mul en De Leux tot stemopnemers aanwijzen. Bij stemming blijkt de heer De Mul ge- kozen met 5 stemmen, terwijl op den heer Stouthamer 1 stem is uitgebracht. De heer De Mul verklaart op de vraag des Voorzitters deze benoeming te aanvaarden. De Voorzitter: We hebben nu de agenda doorloopen. Wenscht iemand van de heeren nog het woord? De heer De Leux: Mag ik den Voorzitter eens vragen of het waar is, dat Bram Ran- schaert is aangezocht om op 5 Februari a.s. dat pand te verlaten Daar hij nog geen ander pand gevonden heeft, zou hij op dien dag op straat komen te staan. De Voorzitter: We hebben Ranschaert meermalen gewaarschuwd. Daar er nu geen woningnood is, hebben we hem aangezegd om op 5 Februari te verhuizen, zoodat we op 10 Februari kunnen beginnen dat huis af te breken. Maar Ranschaert schiet niet op We hebben het pand gekocht voor /3300 van de Nocker en krijgen f 1100 van den Minister vergoed, omdat het huis een belemmering is voor het verkeer. Die 1100 krijgen wij niet v66r het is afgebroken. De heer De Leux: Maar de rente wordt toch gedekt door de huur. De Voorzitter: De rente niet. Ik had wel verwacht, dat vanavond erover gesproken zou worden. Ranschaert wil maar blijven, doch er zijn huizen genoeg. De heer Stouthamer: Zou het niet moge- lijk zijn dat Ranschaert met 1 Maart vertrekt! Het is hem met dat huis op de Westkade tegengeloopen, anders was hij al weg. De Voorzitter: Laten we dan zeggen dat hij 1 Maart er uit moet zijn. De heer Neeteson: 't Zou goed zijn, dat de raad beslist, dat Ranschaert vddr 1 Maart er uit moet zijn. Mijnheer de Voorzitter: Ik zou dat voorstel van den heer Stouthamer over- nemen. De heer Verschaffel: Ik wil dat voorstel van den heer Stouthamer steun en. De Voorzitter: Het is reeds overgenomen door Burg, en Weth. De heer Neeteson: Ja. Na stemming blijkt het voorstel van den heer Stouthamer met 4 tegen 2 stemmen te zijn aangenomen. De heeren Marquinie en Neeteson stemden tegen, de andere heeren voor. De heer De Leux: Mijnheer de Voorzitter: Mag ik een kleine vraag doen! Kan de Voor zitter mij ook zeggen waar hier de algemeene begraafplaats is? De Voorzitter: Op die vraag kan ik U heden geen antwoord geven. Ik zal mijn ant- woord schriftelijk inzenden. De heer De Leux: Mag ik Burg, en Weth. eens verzoeken hun aandacht aan het lijken- huisje te schenken. Het wemelt daar van on- gedierte, de roosters zijn stuk, zoodat er de katten doorheen kunnen, De Voorzitter: Zulke wisjewasjes hooren thuis in een emstige vergadering. U over draft. U wil zeggen, ik ben in dat lijken- huisje geweest. Het is open, zoodat er een kat en een hond door heen kunnen. Ik ben er ook geweest, maar een kat of hond heb ik er niet gezien. Zoo'n vragen acht ik niet reeel, ook niet tegenover het publiek, ook niet tegenover het publiek buiten Sas van Gent. U wil zeggen Burg, en Weth. zorgen niet voor 't lijkenhuisje. Er zijn maatregelen genomen om het lijkenhuisje in orde te maken. Dat 't nog niet gebeurd is, ligt aan oorzaken bui ten hun schuld. De heer De Leux: Mag ik vragen of er van de gemeente een lijkbaar beschikbaar is. Ik kan het billijken dat de twee kerkgenoot- schappen hun lijkbaar niet willen leenen, dat recht kan ik hun niet betwisten. Daarom zou't goed zijn dat de gemeente er zelf een wilde aanschaffen. De Voorzitter: Burg, en Weth. zullen er voor zorgen. Thans nu de interpellatie-bron voor heden- avond is opgedroogd en de zware sirene van de phosphaatfabriek reeds een poosje geleden haar zwaar geluid door de lucht heeft doen weergalmen, als teeken dat het avonduur reeds tamelijk gevorderd is, acht de Voorzit ter het oogenblik gekomen onder het uit- spreken van de gebruikelijke zinsnede: ,.de vergadering is gesloten", het embleem zijner waardigheid, den voorzittershamer, met den korten gebruikelijken klop in aanraking te brengen met het groene kleed, waaronder de eikenhoutentafel verborgen is. Het publiek, wiens geduld op een tamelijk lange proef is gesteld, en zich weer aan een lijvigen brok plaatselijke historie heeft kunnen vergasten, haast zich dringend en ellebogend naar buiten, terwijl onze vroede vaderen met niet minder haast hun zetels verlaten om in de frissche athospheer van de nachtlucht eenige opfris- sching te genieten na het ingespannen werk, dat zoo geruimen tijd hun geest heeft in be- slag genomen. AXEL. Huwelpks-aangiften. 31 Jan. Pieter Cor nells Brakman, oud 24 j., jm. en Maria Chris tina van Luijk, oud 23 j., jd. Huwelrjiks-voltrekkingen. 2 Jan. Abraham Anthonij de Pooter, oud 24 j., jm. en Johanna Tanneke Koster, oud 23 j., jd. Geboorten. 7 Jan. Maatje Christina, d. van Jozias Verstraten en van Magdalena Ebrina van Hoom. 9 Jan. Comelis Fran- Qois, z. van Marinus Verschelling en van Sara Dorothea Rinn. 11 Januari. Paula Emelia, d. van Petrus Scherjven en van Julia Leonia Lievens. 13 Jan. Levinus, z. van Jan Jansen en van Maria Bakker. 14 Jan. Maria Louisa, d. van Joseph Francies Marie Dieleman en van Florida Maria Winne. 20 Jan. Ivonna dementia, d. van Josephus de Nps en van Anna Maria de Kerf. 22 Jan. Jozias Pieter, z. van Jozias Vinke en van Christina Hame- link. 24 Jan. Hendrik Jan, z. van Jan Over- dulve en van Anna van Tatenhove. 29 Jan. Emmie Marie, d. van Petrus Tieleman en van Emma Apolonia Kouwijzer. Overlijden. 11 Jan. Adam Jacobus Schie- man, oud 20 j., z. van Martinus en van Leen- tje Leuntje Boeije. 18 Jan. Janna Cornelia Meijer, oud 49 j., echtg. van Marinus de Fouw. 29 Jan. Karel Marinus Scheele, oud 73 j., echtg. van Wilhelmina Penne. HOEK. Huwelijks-aangiften. 2 Jan. Jozias Diele man, oud 23 j., jm. en Franqoise de Bruijne, oud 21 j., jd. 9 Jan. Dirk van Tatenhove, oud 24 j., jm. en Elizabeth Verstraaten, oud 21 j., jd. 30 Jan. Daniel Haak, oud 23 j., jm. en Janna Tollenaat, oud 24 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 16 Jan. Jozias Dieleman, oud 23 j., jm. en Franqoise de Bruijne, oud 21 j., jd. 23 Jan. Dirk van Tatenhove, oud 24 j., jm. en Elizabeth Ver straaten, oud 21 j., jd. Geboorten. 3 Jan. Levinus Martinus, z. van Pieter de Blaeij en van Krina Elizabeth Schieman. Overlijden. 21 Jan. Karel Gilles Donze, oud 39 j., echtg. van Maria Magdalena Dieleman. STOPPELDIJK. Huwelijks-voltrekkingen. Augustinus F. A. van Moorten, oud 25 j., jm. en Emelia M. van Goethem, oud 24 j., jd. Overlijden. Jacobus Mahu, oud 2 j. Anna M. Coolsen, oud 85 j., echtg. van Jan Fr. van Campen. WESTDORPE. Huwelijks-aangiften. 10 Jan. Philemon August van Acker, oud 22 j., jm. en Louisa Josina Losie, oud 21 j., jd. 22 Jan. Maurice Ivo Roegiest (van Selzaete), oud 19 j., jm. en Augusta Maria Josepha Rotthier, oud 18 j., jd. 30 Jan. Camilus de Vrieze, oud 24 j., jm. en Maria Paulina de Coninck, oud 26 j., jd. Geboorten. 25 Jan. Catharina Maria, d. van Louis Remijnsen en van Jacomina de Groote. Overlijden. 9 Jan. Romanie Marie van den Abeele, oud 49 j., echtg. van Gustaaf Alfred D'haene. 14 Jan. Paulina Levina van den Abeele, oud 76 j., d. van Hehdricus en van Melanie de Brabander. KAAPSCHE BOLLEN. Vallota purperea. De Vallota purperea is een der fraaiste bol- gewassen, als kamerplant uitstekend geschikt. Dat deze plant bij de massa niet zoo populair is, moet wel op rekening van onbekendheid worden geschreven, hoewel het reeds lang een oude bekende is. De Vallota purperea heeft als vaderland Zuid-Afrika, haar naam is ontleend aan Peirre Vallot, Fransch botanicus, en indien we de plant behoorlijk verzorgen, onthaald ze ons ieder jaar op schitterende, oranjeroode bloe- men. De plant verlangt een voedzame blad- grond, vermengd met scherp zand. Er be staan verschillende goede grondmengsels en men kan haar kweeken in een mengsel be- staande uit 1 deel kleigrond, 1 deel bladgrond, 1 deel oude, verteerde mest en 1 deel scherp zand. Hebben we niet de beschikking over mest, dan kunnen we ook nemen 1V2 deel tuin- grond, IV2 deel turfmftlm en 1 deel scherp zand. Een groot voordeel van de Vallota purperea is, dat we ze niet ieder jaar behoeven te ver- potten (de tijd hiervoor is Maart), doch dat we ze gerust een jaar of drie in denzelfden pot kunnen laten staan. De standplaats moet zoo zonnig mogelijk zijn, zoowel in den winter als's zomers. De bladeren, 8 a 10, komen waaiervormig uit den bol te voorschijn en zijn diep donker- groen van kleur. De bloeiperiode valt in Juli- Augustus. De bloemstengel breekt terzijde van het hart der plant door en groeit uit tot een krachtige steel, gekroond door 4 a. 6 groote vlammend oranjeroode bloemen, met goud- geele meeldraden. De bloemen zijn van tame lijk langen duur, terwijl krachtige bollen 2 a 3 bloemstengels na elkaar kunnen voortbren- gen. Men hoort wel eens klachten over het slechte bloeien, doch daar kan men met een- voudige middelen heel wat aan doen. Geef de plant in 't laatst van Juni matig water, alleen dan als de grond tamelijk droog is. Deze be handeling duurt een 2 it 3 weken en als men dan weer volop water geeft, breekt de bloem stengel spoedig door. Men kan de Vallota in den zomer naar den tuin overbrengen op een zonnige plaats, doch dit laatste is geen ge- biedende eisch. Ze laat zich uitstekend in de vensterbank kweeken. De potten moeten niet te groot genomen worden; een geraniumpot is voor een bloeien- de bol ruim voldoende. Heeft men eenmaal een volgroeid exemplaar, dan kan men vrij ge- makkelijk nieuwe plantjes opkweeken van de jonge bolletjes, door de oude bol afgezet. Deze jonge bolletje laten we aan de oude bol zitten, tot ze een paar blaadjes gevormd hebben. Dan worden ze ven den ouden bol genomen en zelfstandig in kleine stek-potjes in zandige aarde opgekweekt. Gedurende den gro^i en bloei is de plant zeer dankbaar voor gieren met een aftreksel van koemest (eens pqr week) en ruim water. Na het bloeien kan het gieten reeds worden verminderd, terwijl in den winter de plant het best overwintert in een vorstvrij vertrek. Vanzelfsprekend wordt dan het gieten tot het strikt noodige beperkt. Bij het planten der bol moeten we er voor zorgen, dat de hals der bol goed boven den grond uitsteekt. Moeten we in Maart tot ver- potten overgaan, dan moet zulks met de noo dige voorzichtigheid geschieden, teneinde be- schadiging der wortels te voorkomen. De Val lota vormt een vrij zwaar wortelkluwen, dicht langs den rand der pot liggende, zoodat het gevaar van beschadiging lang niet denkbeel- dig is. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door de abonne's worden gezonden aan Dr. Te Hennepe, Diergaardesingel 96a, Rotterdam. Postzegel van 6 cent voor ant woord insluiten en blad vermeiden. WINTERWERK. III. We hebben diis nu een en ander besproken omtrent de hokinrichting. Deze week kreeg ik nog een vraag omtrent de gaasramen onder de zitstokken, die ik uit hygienische gronden sterk aanbeveel. Een verder voordeel is ook nog dat de kippen hun pooten niet zoo sterk bevuilen als wanneer ze op de mestplank kun nen loopen. Daardoor blijven de legnesten ook schooner en krijgt men dus ook reiner eieren. Om het slapen der hennen in de legnesten tegen te gaan doet men goed eenige dagen de dieren 's avonds er uit te halen of 's winters, tegen een uur of drie, als het leggen toch af- geloopen is, de legnesten ontoegankelijk te maken met een stuk gaas of een paar latten. Bij vochtig weer moet men opletten dat de dieren buiten niet een door en door vochtig veerenkleed krijgen, daardoor koelen ze veel te veel af en houden op met leggen. Hebt ge dus een goed hok houdt ze dan bij koude, vochti- ge nevel, enz. binnen. Is het in het hok zelf vochtig, o.a. doordat het hok te laag staat en het strooisel nat optrekt, dan loopen de kippen weer groote kans als ze naar buiten gelaten worden kou te vatten. Kortom, onthoudt goed: Kippen en vocht verdragen zich niet. Van vocht gesproken: Drinkwater moeten de kippen juist heel veel hebben en mij bevalt het goed dit ongeveer 50 c.M. hoog te zetten op een raampje van gaas. Daardoor houd ik het water prachtig schoon en werkt de chino- soloplossing beter. Omtrent dit laatste kreeg ik verleden week een klacht dat het water zwart werd. Bq onderzoek bleek me dat men pompwater gebruikte dat sterk ijzerhoudend was en toen ik regenwater liet gebruiken was het bezwaar direct opgeheven. Met water-verwarmers moet men oppassen. Als het water maar even lauw is, is dat vol doende. Al gauw wordt het water te lauw en wordt dan onsmakelijk voor de dieren. 10 12 graden Celsius is al meer dan voldoende. Vaak is het water al voldoende vorstvrij te houden als met het overdag op een flinke heete steen zet, die met courantenpapier om- wikkeld is en daardoor lang warm blijft. Men gebruikt ook wel kooldraadlampen die men half in het water laat hangen, doch ik ben daar niet erg op gesteld. Men moet zeer voor- zichtig zijn dat het montuur niet nat wordt en dit gepeurt al gauw als de kippen er tegen aanspringen of vliegen. IJswater is natuurlijk weer te koud, want men moet bedenken, dat als een kip bijv. 100 gram water per dag drinkt, zij in haar lichaam deze 100 gram van ongeveer 0 graden Celsius tot ongeveer 40 graden C. moet verwarmen. Dat kost veel warmte, dus veel voer! Zoo zien we dus hoe schijnbaar kleine, niets beteekenende dingen van grooten economischen invloed bij de kip- penhouderij kunnen zijn. Vooral 's morgens hebben de dieren dorst als ze pas van stok komen. Zorg dus dat een flinke hoeveelheid goed water gereed staat. De voeding eischt in den winter ook heel wat zorgen en is een der voornaamste punten. Wie in het klein kippen houdt kan met aller- lei keukenafval nog heel wat bereiken, doch men moet er om denken tevens behoorlijk eiwithoudend voer te geven. Van aardappels en groentenafval kan een kip niet leggen en zoo werd ik laatst geroepen bij een aantal kippen die maar niet wilden leggen, terwijl ze net zooveel mais en keukenafval kregen als ze maar lusten. In zoo'n geval kan bijv. gehakt paardenvleesch al weer aardig helpen en fijn- gemalen versche beenderen tot ongeveer 10 gram per kip per dag zijn ook goedkoop en uitstekend. Wie kippen houdt om er in het voorjaar mee te gaan fokken moet natuurlijk aan de voeding meer eischen gaan stellen en doet wijzer een of ander goed merk legmeel te nemen. In verband met talrijke klachten die ik den laatsten tqd krijg over kippen die ontijdig ruien, halsrui krijgen, windeieren leg gen, elkaar pikken, zwak in de beenen wor den, eieren met kleurlooze dooiers leggen, moet men er om denken den voerhandelaar uitdrukkelijk te vragen of zijn meelvoer er op berekend is dat de kippen opgesloten zitten en geen groenvoer krijgen. Daar wordt nog veel te weinig op gelet. Verschillende fabrikanten rekenen daar wel op, maar anderen baseeren hun meelvoer op kippen die buiten loopen en groenvoer krijgen. Met zulk voer loopt men bij opgesloten kippen vast, terwijl het voer toch overigens best is voor losloopende kippen. Heeft men last van een der genoemde kwalen, probeer het dan nog eens door per kip per dag ongeveer 2 gram beste levertraan te voe- ren of veel versch groenvoer (koolbladeren) of versch gekiemde haver. Deze dingen zijn niet alleen van belang ter bestrijding van de beschreven kwalen, maar ook vooral met het oog op de voedingswaarde der eieren en de broedwaarde als broedeieren. Denk er om dat koolbladeren wel de noodige vitaminen bevat- ten, bieten, mangels enz. echter niet. Deze kunnen wel als versnapering dienen, als mid- del om de kippen wat te doen te geven of de darmen wat los te houden, maar ze hebben geen vitaminewaarde. Velen gebruiken als groenvoer gekiemde haver, wat uitstekende resultaten geeft. Men laat de haver twee dagen weeken in lauw water, voegt er desnoods tegen het schimme- len een paar druppels formaline bp (dit alleen als men werkelijk last van schimmelen heeft en dan 1 druppel op een liter water). Leg de haver in een laagje van een paar c.M. hoog op fijn gaas en besprenkel haar 2 a 3 maal per dag met lauw water. Na een week zijn de spruiten dan ongeveer 10 c.M. lang en men kan deze dan voeren. Men moet niet meer per dag produceeren dan de kippen per dag opeten, anders wordt het te oud. De groene spjuiten bevatten vooral veel A-vitamine benevens D-vitamine. Als men de dooiers der eieren bekijkt ziet men dat bij groenvoer deze donkerder worden en ze bevatten dan meer vitaminen, waardoor de voedingswaarde - en broedwaarde beter zijn. Vooral voor de foktoomen lette men daarop. Men moet rekenen dat kippen der lichte rassen per dag ongeveer 100 a 110 gram meel en graan eten, zwaardere rassen eten onge veer 110 k 120 gram en de beste verhouding is dat ze de helft aan graan eten en de helft aan meel. Voert men keukenafval dan kan men 's morgens 20 gram graan geven, daar- na zooveel meel als ze lusten en 's avonds keukenafval. Heeft men beschikking over goedkoope melkpreparaten (ondermelk, kar- nemelk enz.) dan zijn deze als drinken prach- tig, doch dan moet het meelvoer veel minder diermeel of vischmeel bevatten, anders krijgen de kippen te veel eiwit en worden te duur. Dr. TE HENNEPE. DE UITVOERING DER ZIEKTEWET. Zoo langzamerhand komt er eenige teeke- ning in de maatregelen, welke worden getrof- fen voor de uitvoering der Ziektewet, die, zoo als bekend zal zijn, 1 Maart a.s. in werkina treedt. Aangezien het doel der Ziektewet is, den arbeider bp ziekte een gedeelte (80 van zijn loon uit te keeren, is het dus de hoofdzaak dat er 1 Maart a.s. zoodanige maatregelen zijn getroffen, dat de zieke arbeider ook inderdaad de uitkeering krijgt, waarop hij recht heeft en dat hij weet, waar hij deze kan verkrpgen. De Ziektewet kent voor de uitvoering twee soorten van organen, en wel in de eerste plaats de Bedrpfsvereenigingen, welke in het alge- meen door samenwerking tusschen werkgever en arbeider zpn opgericht met het doel de bij de Ziektewet geregelde verplichtingen uit te voeren. Van deze Bedrpfsvereenigingen zpn er thans reeds een 40tal opgericht. Uiteraard is de eene verder gevorderd met de voorbe- reidende werkzaamheden dan de andere, doch men is zich er in het algemeen goed van be- wust, dat men 1 Maart a.s. klaar moet zpn. Natuurlijk zullen er nog wel moeilijkheden komen, en zal misschien met name de con- trole in den eersten tijd nog wel eens wat te wenschen overlaten, maar het spreekt van- zelf, dat men deze moeilijke materie maar niet op 66n dag klaar kan hebben en dat er wel eenigen tijd zal verloopen, voordat alles goed en wel marcheert. Naast deze Bedrpfsvereenigingen staan de Raden van Arbeid, en deze zullen al die ar- beiders moeten verzekeren, welke niet bij een bedrijfsvereeniging zijn ondergebracht. Zij verkeeren uiteraard in een weinig benijdens- waardige positie, omdat zij hebben moeten af- wachten, wie zich bij hun zal verzekeren. Dat dit waarschijnlijk en zeker na verloop van eenigen tijd niet zoo heel veel arbeiders zullen zijn, mag men aannemen wanneer men be- denkt, dat de drang bij werkgever en arbei der om de sociale verzekering en hier dus de ziekteverzekering, zooveel mogelijk in eigen hand te nemen, in de laatste jaren steeds meer op den voorgrond is getreden. Dit is zeer zeker een gelukkig verschijnsel van de ontwikkeling der sociale verhoudingen en met groote belangstelling mag dan ook worden afgewacht, op welke wijze de Bedrpfs vereenigingen hun taak zullen vervullen. Immers in laatste instantie gaat het hier niet alleen om de ziekteverzekering alleen, maar zal het hier gegeven voorbeeld mede moeten werken, dat langzamerhand de geheele sociale verzekering niet meer van bovenaf door overheidsorganen, doch van onderenop door organen, uit de vrpe maatschappij opge- komen, zal worden uitgevoerd.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 6