ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Eerste Blad.
De strijd om de Zuidpool.
No. 8458.
VRIJDAG 29 NOVEMBER 1929.
69e Jaargang. J
BINNENLAND,
BUITENLAND.
DE WERKLOOSHEID IN ENGELAND.
TER NEUZEN, 29 NOVEMBER 1929.
GEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENT8PRIJS: Binmen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr, per post 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abe-linemen ten voor het buitenland alleen bij voorultbetaling.
UltgeefsterFlrma P. J. VAN DE 8ANDE.
GIRO 38150 TEUEFOON No. 25.
ADVERTENTI6N: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
Grootere letters en dichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrtjgbaar Is. Inzending van advertentlen liefst dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MA ANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAG A VOND
III.
)Bn al spoediq breekt de laatste twijfel
af als ziji het bewijs daar vlak bij zidh zien:
een zwarte vaan, die hoop staat opqe-
r.icht over de sporen van een vreemde en
weer verlaten leqerplaats: hier heeft
Amundsen qekamipeerd! Het vreeselijke is
dan toch qebeurd, de Z-uidpool is binnen
een tijdsruimte van vij'ftien daqen twee
keer oratdekt. En zij zijn de tweeden-, op
een mjiljoen maanden zijn zij een halve
maand te laat! Verqeefsch is alle inspan-
ninq, hoe belachelijk worden nu die ont-
berinqen van weken, maanden, jaren.
Waar heeft dat alles nu voor qediend?
Scott schrijift in zijn daqboek: Alles voor
niets, net als droomen, die nu uit zijn!"
Tranen komen hun in de ooqen, en
ond'anks hun vermoeienis kunnen zij
s naidhts niet in slaap komen. Mismoediq,
hopeloos, als veroordeelden beqinnen zij
nu den laatsten marach naar de Pool, ter-
w'ij] zij qedacht hadden, dat zij die ju'be-
lend zouden veroveren. Niemand pro-
beer* een ander te troosten, zonder woor-
den sleeipen zij zich voort. Den 18den
lanuari bereikt Scott met zijn vier mak-
kers de Pool. En wat eerst zoo iets moois
en ibelanqrijiks leek, heeft nu zoo qoed als
al zijin bekorinq verloren. ,,Hier is niets
te zien, niets, wat zich onderscheiden zou
van de vreeselijke eentooniqheid der laat
ste d'aqen" zoo klinkt de heele beschrij-
vinq, die Scott van de Zuidpool qeeft.
Het eeniqe belanqwekkende, dat zij hier
ontdekken, is niet door de natuur qe-
vormd of opqericht: Amiundsens tent met
de Noorweeqsche vlaq. Een brief van den
veroveraar waciht hier den onbekenden
tweede op, terwijl hij verzocht, dien brief
aan koninq Haakon van Noorweqen over
te brenqen. Scott neemt die taak toch
maar bereidlwilliq op zich; hij zal dan aan
de wereld qetuiqenis afleqqen van de
daad van een vreemde, die hij zoo dol-
qraaq zelf zou hebben verricht!
lEii -dan verlaten zij het trieste oord
weer, terwijl Scott profetisoh in zijn daq
boek aanteekent, dat hij vreeselijk opziet
teqen den teruqweq.
De buisreis qeschiedt onder tienmaal
zooveel qevaren. Toen zij naar de Pool op
weq waren, hadden zij ihet kompas. Nu
moeten zij den heelen tijd opoassen om
hun eiqen spoor niet kwijt te raken, en
zoodoende niet de depots te missen, waar
hun voedsel liqt, hun kleedinq en waar
warmte is te vinden in de qallons petro
leum. Daarom overvalt hen de heele reis
onrust. Ieder mistasten kan den dood ten
qevolqe hebben. Dan zijn ook hun licha-
men vermoeid; warmte- en voedselqebrek
doen zich voelen. Ook is de stalen veer
van de wilsikra-cht in hun borst qekwetst.
Zij zijn er nu eiqenlijik alleen noq maar op
uit omi heelshuids over te komen. Het is
vreeselijk om de aanteekeninqen uit die
daqen te lezen. Het weer wordt steeds
onvr-iendelijker; de winter heeft vroeqer
inqezet dan anders. Bereiken zij weer een
depot, -dan zijn zij weer eens even monter.
Wilson, de onderzoeker, zet ook hier noq
zijn wetenschappelijke onderzoeikinqen
voort en sleept bijzondere steensoorten
met zich mee. Maar toch beqinnen zij't nu
lanqzamerhand af te leqqen. Hun voeten
zijn stuk en hun lichamen verzwakt. Met
schrik merken zij opeens, dat Evans, de
sterkste van alien, zoo raar qaat doen. Hij
blijift staan, klaaqt onoiphoudelijk over
werkelijk en ook over inqebeeld lijden; hij
schijnt krankzinniq te zijn qeworden. Wat
zuilen en moeten zij met hem beqinnen?
Zij kunnen hem toch niet verlaten 17
Februari, 's nachts om, 1 uur, sterft hij. Nu
zijn er -dus noq vier over. Maar in het
volqend depot is er te weiniq olie. maar
qoed, zij sleepen zich voort, al heeft
Oates bevroren teenen. En de wind wordt
schenper dan ooit, en 2 Maart er is in het
volqende depot al weer te weiniq brand-
stof
Nu kan men den anqst verder ook uit
de woorden opmaken. Men kan merken,
hoe Scott zijn best doet om dit te verhei-
mlelijken, maar toch lezen wij: ,,Zoo kan
het niet lanqer!" of: ,,God helpe ons.
Zoo'n inspanninq daar kunnen wij niet
meer teqen op!" of: „Ons spel eindiqt
traqisch!" en eindelijlk openhartiq: ,,Kwam
dfe Voorzieniqheid ons maar te hulp! Van
de menschen hebben wij nu niets meer te
verwachten!" Maar zij sleepen zich noq
voort, zonder hoop, met de tanden op
elkaar. Oates kan steeds moeilijker mee-
komen, hij is nu meer een last dan een
lust. Zij moeten hun tempo verminderen bij
een middaq-temperatuur van 42°. Reeds
prepareeren zij zich oip het allererqste.
Door Wilson laten zij zich ieder 10 mor-
pihine-tabletten overhandiqen. om even-
tueel in te nemen, en danZij probee-
ren het noq een daqmarsch met den on-
qelukkiqe. Die vraaqt hun nu zelf om hem
maar achter te" laten, maar dat weiqeren
zij. En dan op 'n morqen, terwijl er een
orkaan woedt om de hut, zeqt Oates op
eens: ,,Ik wil even buiten qaan zien". De
anderen sidderen. Ieder vermoedt wat dat
zeqqen wil. Maar qeen waaqt een woord.
Drie moede, zwakke menschen sleepen
zich door de ommetelijke ijswoestijn ver
der, wanhopiq. Al maar vreeseldjker wordt
noq de weersqesteldheid, bij ieder depot
nieuwe teleurstellinq, altijd weer te wei
niq olie en dus te weiniq warmte. Den
21sten Mlaart zijn zij noq maar een 20
K.M. verwijderd van een depot, maar de
wind is zoo steik, dat zij hun tent niet
durven verlaten. De thermometer wijst
hier 40 onder nul. Alle hoop is vervloqen;
ziji hebben nu noq maar de keus tusschen
dood door honqer of door bevriezinq.
Acht daqen strijden deze drie mannen in
een kleine tent teqen het onafwendbare
einde. 29 Maart weten zij, dat alle red-
dinq onmoqelijk is. Zij kruipen in hun
slaapzakken, en nooit is ook maar een
zucht van hun laatste lijden in de wereld
qehoord.
In deze ooqenblikken, eenzaam teqen-
over den onzichtbaren maar toch zeer
nabijen dood, terwijl daarbuiten de orkaan
woedde teqen de dunne wanden van
zijn tent, heeft Scott zijn laatste aantee
keninqen qemaakt. Deze brieven zijn
wondeirvol en heerlijk. Alles wat klein of
minderwaardiq is was nu weq; er is
hemellucht in dat alles. Zijn brieven zijn
aan afzonderlijike menschen qericht en
spreken toch tot de heele menschheid, en
hebben onverqankelijke waarde.
Hij schrijft aan zijn vrouw, en vermaant
haar hun zoon, zijn nalatenscihap, te be-
waren, ook voor slapheid. Zelf erkent hij,
dat hij altijd noq een neiqinq had tot
traaqheid! Ook heeft hij noq qeen spijt
van zijn reis,: dat was toch alles veel
mooier dan om thuis te blijven zitten,
drooq en veiliq en warm!
En hij schrijft ook aan de vrouwen en
mioeders van zijn makkers, om qetuiqenis
af te leqqen van hun heldenmoed. Hii,
zelf een stervende, troost noq de achter-
qeblevenen der anderen.
Eu hij; schrijift aan de vrienden, be-
scheiden over zichzelf, maar vol trots op
zijn natie. ,,Ik weet niet, of ik een qroot
ontdekker ben qeweest", zeqt hij, ,,maar
in het eind zal men toch van ons qetui-
qen, dat de qee&t der dapperheid een
kracht uit onze natie noq niet zijn ver-
dwenen".
En hij- schrijift een laatsten brief, den
schoonste van alien, aan de Enqelsche
natie. Hij voelt het als een pli-cht om er
rekenschap van te qeven, dat hij in dezen
strijd voor Enqelschen roem buiten eiqen
schuld een ned'erlaaq heeft qeleden. Hij
somt alles op, wat als 't ware teqen hem
heeft samenqespannen, en roept zijn la-nd-
qenooten o-p om zijn achterqeblevenen
niet in den steek te laten. Dian eindiqt
het stuk de rest van de bladen bleef leeq,
't Slot was: ,,Zend dit daqboek aan mijn
vrouw'En dan corriqeert hij -dat zelf
noq in... ,,aan mijn weduwe
Wekenlanq hadden de makkers qe-
wacht op h-un teruq-komst, eerst vol ver-
trouwen, dan wat meer bezorqd, en ten-
slotte in klim-mende onrust. Tweemaal
waren hulpexpedities uitqezonden, maar
het slechte weer sloeq hen teruq. Den
heelen lanqen winter ble-ven de leider-
loozen doelloos wachten in de hut. Eerst
den 29sten October qinq er een expeditie
op weq om dan tenminste noq de lijken
dezer helden en ihun boodschap te vinden.
Den 12den November -bereikten zij de
tent, vonden daar de bevroren lijken, de
brieven en de d'ocu-men-ten. Een eenvou-
diq, zwart kruis boven een sneeuwhoop
is nu de aanduidinq der plaats. En de
platen en films zijn ook behouden, en
later ontwikkeld en qefixeerd en afqe-
drulkt. Zoo heeft men zich -bijna tot het
laatst toe noq een beeld kunnen vormen,
en blijft men bewaren in beeld en woord
en hart de herinnerinq aan deze waarlij-k
qroote mannen
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
Aan de orde is de begrooting van binnen-
landsche zaken.
Art. 7 wordt aangenomen met 53 tegen 22
stemmen (tegen s.d., v.d. en de heeren Wijn-
koop en Floris Vos). De artt. 8 en 9 worden
aangenomen bij zitten en opstaan (bij art. 9
bleven de v.d. zitten). Deze artikelen betref-
fen de burgerwachten, den vrijwilligen land-
storm en de politietroepen.
De heer Oud (v.d.) heeft bezwaar tegen de
invoering van een persoonskaartenstelsel bij
de bevolkingsboekhouding, vooral op finan-
cieele gronden. De heer Kampschoer (r.k.)
wenscht nadere overweging van het voorge-
stelde stelsel. De heer de Wilde (a.r.) heeft
eveneens bezwaren van administratieven en
financieelen aard. Spr. wijst erop, dat de
meerdere kosten door het rijk zuilen moeten
worden gedragen. Ook de heer Bierema (lib.)
is huiverig om voor te stemmen. De heer Rut
gers van Rozenburg (c.h.) bepleit aanhou-
ding van de beslissing tot nadere overweging.
De heer Hiemstra (s.d.) ziet voordeelen in het
stelsel dat fouten zou voorkomen en waarvan
de kosten overdreven worden.
De heer Aalberse (r.k.) acht het stelsel in
het- belang van de volksboekhouding, doch
geeft in overweging, den memoriepost terug
te nemen, omdat bij uitstel van de beslissing
vele bezwaren zuilen worden weggenomen.
Minister Ruys de Beerenbrouck deelt mede,
dat de commissie van de bevolkingsboekhou
ding een algemeenen maatregel van bestuur
zal ontwerpen, waaraan de grootste publici-
teit zal worden gegeven, alvorens de Kamer
een beslissing zal moeten nemen. Spr. acht
zich niet gebonden aan den termrjn van 1 Jan.
1933 en neemt den memoriepost terug.
NA DEN MOORD OP DE VIER VELD-
WACHTERS TE GROOTEGAST.
Woensdag heeft de onthulling plaats gehad
van de gedenkteekens gewijd aan de nage-
dachtenis van de vier veldwachters die in
Januari van dit jaar te Grootegast zijn ver-
moord.
De onthulling is met eenige plechtigheid
geschied.
Op de begraafplaats Esserveld te Gronin-
gen is het gedenkteeken voor de nagedachte-
nis van de veldwachters Hoving en Werkman
plechtig onthuld, waarbij o.a. de heer Kolle,
commandant van de rijksveldwacht te Zuid-
horn het woord heeft gevoerd.
Op de begraafplaats te Opende is het ge
denkteeken voor den veldwachter A. Meyer
opgericht, waarbij de commissaris van politie
te Winschoten heeft gesproken.
Ten slotte heeft op de begraafplaats te
Grootegast de derde plechtigheid plaats ge
had, waarbij het gedenkteeken voor den ge-
meenteveldwachter M. van der Molen is ont
huld. Hier heeft de heer Verkaik het woord
gevoerd. De waarnemende burgemeester, de
heer R. T. W. Brondsma heeft namens het
gemeentebestuur van Grootegast het graf-
monument aanvaard.
ERKENDE BEDRIJFSVEREENIGINGEN
INGEVOLGE DE ZIEKTEWET.
Bij beschikking van den minister van Ar-
beid, Handel en Nijverheid zijn de na te noe-
men vereenigingen erkend als bedrijfsvereeni-
ging in den zin van art. 91 der Ziektewet:
1. de Middenstandsbedrijfsvereeniging, te
Hilversum;
2. de Algemeene Bedrijfsvereeniging voor
ziekengeldverzekering, te Amsterdam;
3. de Centrale Bond voor ziekteverzekering
in het Land- en Tuinbouwbedrijf in Neder-
land „Het platteland", te 's-Gravenhage;
4. de Bedrijfsvereeniging voor ziekengeld
verzekering voor het landbouwbedrijf en aan-
verwante bedrijven ,,de Centrale Landbouw-
Onderlinge II", te Amsterdam.
5. de Bedrijfsvereeniging voor ziekengeld
verzekering voor het tuinbouwbedrijf en aan-
verwante bedrijven Tuinbouw.-Onderlinge II"
te Amsterdam.
BEGROOTING VAN FINANCIeN.
Veilingsvereenigingen en dividend- en
tantiemebelasting.
Blijkens de memorie van antwoord inzake
het VHde hoofdstuk B der Rijksbegrooting
1930 (dep. v. Financien) is de minister ten
aanzien van de dividend- en tantiemebelasting
bij nadere overweging tot de conclusie geko-
men dat er termen zijn en het ook in den
geest der wet is, de veilingsvereenigingen voor
de toekomst tegemoet te komen. De bedra-
gen die bij de veilingen worden geheven of in-
gehouden van hen die de goederen door tus-
schenkomst der vereeniging doen veilen en die
later na aftrek van kosten aan de bedoelde
leden worden terugbetaald mogen als winst-
uitkeeringen te construeeren zijn,' de omstan-
digheid dat zij feitelijk een restitutie vormen
van aanvankelijk te veel betaalde gelden, pleit
er voor dat zij dit praktisch niet zijn en der-
halve niet door de dividend-belasting behoo-
ren te worden getroffen. Bovendien en
hierop behoort wel de bijzondere nadruk te
worden gelegd kan het belasten van deze
bedragen tengevolge hebben, dat de geheven
of ingehouden percenten door de vereenigin
gen lager worden gesteld dan met een goed
commercieel beleid vereenigbaar is, wat eener-
zijds de belasting toch doet verloren gaan en
anderzijds niet in het algemeen belang is te
achten.
De minister is dan ook voornemens voor-
schriften te geven volgens welke voortaan de
veilingsvereenigingen terzake van de hierbo-
ven bedoelde restitution niet in de dividend-
en tantiemebelasting zuilen worden aangesla-
gen.
Gedistilleerd-accyns.
Uit verschillende gegevens, die den minister
hebben bereikt, blijkt, dat de invoer-fraude
van gedistilleerd na de accijnsverlaging be-
langrijk is afgenomen. Ook de glandistiene
fabricage vermindert, naar valt af te leiden
uit daaromtrent verstrekte gegevens.
Het drankmisbruik is na de verlaging van
den accijns niet toegenomen.
De gevolgen van de verlaging, voor zoover
die thans kunnen worden overzien, zijn ge-
weest, dat het gebruik van veraccijnsd gedis
tilleerd (wel te onderscheiden van het wezen-
lijke gebruik) is toegenomen met circa 33
en dat de smokkelarij een zeer belangrijke
vermindering heeft ondergaan, die zich echter
niet in cijfers laat uitdrukken.
Door de verhooging van den gedistilleerd
accijns had indertijd een verplaatsing van het
gebruik plaats: dat van gedistilleerd nam af,
dat van bier en van zuidelijke wijnen nam toe.
Deze beweging is na de verlaging van den
gedistilleerd accijns vrijwel tot staan geko-
men, doch een verplaatsing van het gebruik
in omgekeerde richting is uitgebleven. Dit is
mede een oorzaak van de sterke daling van
de opbrengst; een daling ver beneden wat de
accijns vroeger opbracht, toen hij nog tot 150
werd geheven. De hoofdoorzaak schijnt ech
ter te moeten worden gezocht in veranderde
drinkgewoonten van ons volk.
De Tabaksbelasting.
De moeilijkheden die zich nog voordoen bij
de uitvoering van de tabaksbelasting nemen
geleidelijk af naarmate het publiek en de amb-
tenaren met de uitvoering vertrouwd raken.
Ben wijziging der Tabakswet is in over
weging, waardoor binnen het vigeerende stel
sel enkele knellende bepalingen dier wet zou
den kunnen worden verzacht.
De Tariefwet.
Dat de groentenconservenindustrie in ons
land langzaam maar zeker achteruit gaat,
wordt de laatst bekende cijfers van de Ned.
in- en uitvoerstatistiek niet bevestigd. Doch
al ware het anders dan zou het weder om-
zetten van de tegenwoordige heffing ad 20
van de waarde in het vroeger geheven spe-
cifieke recht van f 25 per 100 K.G. dagtee-
kenende uit den tijd, toen groenten in blik
nog een kostbaar luxe artikel vormden, welk
recht thans in doorsnede meer dan 50 van
de waarde zou bedragen een daad zijn welke
kwalijk vereenigbaar ware met de Neder-
landsche tarief- en handelspolitiek.
Wegenbelasting.
De vraag, of er reden bestaat, de bewoners
der eilanden geheel of gedeeltelijk van de hef
fing der wegenbelasting vrij te stellen is
reeds bij de gedachtenwisseling over het ont-
werp wegenbelastingwet onder de oogen ge-
zien. Ook thans is de minister nog van oor-
deel, dat die vraag ontkennend moet worden
beantwoord.
Ernstige klachten over de wrjze waarop het
toezicht op de naleving der wegenbelasting
wet wordt uitgeoefend hebben den minister
niet bereikt.
De Daily News breekt nog een lans voor het
door mevrouw Snowden zoo sterk naar den
voorgrond gebrachte plan om de werkloosheid
te maken tot een probleem, dat boven de par-
trjen staat. Lloyd George heeft reeds een aan-
bod tot samenwerking gedaan. De leiders van
het progressieve deel der conservatieve partij
beweren dat Mac Donald ook van de conser
vatieve partij een verwonderlijk gunstig ant
woord zou krijgen.
Sommige ministers hebben reeds iets ge-
zegd, waaruit men kan afleiden, dat ook zij
er voor gevoelen. Het plan mag, volgens de
Daily News, dus niet zuiver om partij-redenen
op zij worden geschoven. Het spreekt voor
het overige van zelf, dat de kopstukken der
regeering het als een soort bekentenis van
onmacht moeilijk aangenaam kunnen zijn. De
Daily News wijst er op welk een wonderbaar-
lijke transformatie in de donkerste dagen van
den oorlog het munitie-comite tot stand ge-
bracht heeft. Hetzelfde verwacht zij ook ten
aanzien van de werkloosheid van een com
missie van rijke ervaring en organisatie-ver-
mogen onder een man met sterke persoonlijk-
heid en drijfkracht.
BELGISCHE KABINETSCRISIS.
De Belgische kabinetscrisis is een gevolg
van de opvatting der liberale ministers, dat
zij hun partijgenooten niet meer achter zich
hadden. Waarschijnlijk zuilen de katholieken
den demissionairen premier Jaspar verder
steunen in zijn eventueele pogingen, een kabi-
net te vormen. Daarbij behoeft niet gerekend
te worden op de sociaal-democraten, die zich
op hun congres van begin dezer maand heb
ben uitgesproken tegen deelneming aan een
regeering voor dat nieuwe verkiezingen zijn
gehouden. Gezien de agitatie in Vlaanderen,
wenschen de katholieken echter geen nieuwe
raadpleging van het volk, aangezien zij vree-
zen, dat de Fronters in nog sterker getale,
misschien zelfs met twintig man, in de Kamer
zuilen terugkeeren.
De meest bevredigende oplossing zou zijn,
dat overeenkomstig den wensch van Kamiel
Huj'smans, het Vlaamsche probleem niet als
bindend voor de regeering zou worden behan-
deld, in welk geval er een flinke meerderheid
in het parlement gevonden zou kunnen wor
den. Jaspar heeft echter herhaaldelijk ver-
klaard, dat hij de Vlaamsche kwestie slechts
als regeeringszaak wil behandelen.
Waarschiinliik wordt geacht, dat Jaspar op-
nieuw als kabinetsformateur zal worden aan-
gewezen. Mocht hij evenwel niet slagen, dan
wordt de naam van den christen-democraat.
Tschoffen genoemd.
In de Donderdag gehouden vergadering
van den gemeenteraad werd vastgesteld een
stratenplan op het onbebouwd terrein van het
gemeentelijk woningbedrijf te Sluiskil, werd
vastgesteld een wijziging van de begrooting
van dat bedrijf voor 1929, en van de gemeen-
tebegrooting voor dit jaar.
Besloten werd tot aankoop van het rijk
van verschillende perceelen grond in gebruik
voor den openbaren dienst en reeds bij de ge-
meente in onderhoud voor den prijs van 10.
Vastgesteld werd het suppletoir kohier van
belasting op de honden op 53,62.
Daarna kwam aan de orde de hoofdschotel
der agenda: de Waterleiding.
Men herinnert zich, dat de gemeenteraad
in de vergadering op 12 Juli 1927, op voor-
stel van den heer Verlinde, wiens aandacht
als nieuw opgetreden lid van den raad was
gevallen op de tarieven volgens het rapport
van 1923, met 8 tegen 5 stemmen besloot, aan
de aangesloten gemeenten voor te stellen de
kwestie der waterleiding nog eens nader te
overwegen, en op grond van het te hooge
tarief vooral voor de volkswoningen dat
tot groote moeilijkheden aanleiding zou geven,
de maatschappij te ontbinden.
Dit besluit is aanleiding geworden dat in
het meerendeel der aangesloten gemeenten,
zij het dan ook op andere motieven, in dien
zin een besluit nam. Dit is weer aanleiding
geworden dat van wege den Raad van Com-
missarissen een voorstel werd gedaan een
commissie van onderzoek in het leven te roe-
pen, teneinde een onderzoek in te stellen naar
de bestaande bezwaren en de al of niet ge-
grondheid daarvan.
Van het resultaat van het onderzoek der
commissie is destijds breedvoerig mededeeling
gedaan. In de conclusies werden verschillen
de wenken gegeven in verband met den opzet
der zaak en er werd voor de berekening' van
het tarief een systeem aangegeven dat in zijn
toepassing billijk kan genoemd worden. Zoo-
als men zich zal herinneren werd ook gead-
viseerd dat het bestaande bestuur zou aftre-
den en een bestuur gekozen uit personen van
verschillende positie in het maatschappelijk
leven.
Door het waterleidingbestuur is het rap
port der commissie aanvaard, uitgezonderd
in zake het bestuur. Wel is waar hebben
commissarissen op een viertal na hun man-
daat beschikbaar gesteld, doch alle aftreden-
den zijn herkozen en hebben die benoeming
weer aanvaard.
Burg, en Weth. achtten nu de tijd geko-
men, dat de gemeenteraad zich nader zou uit-
spreken. Zij stelden voor intrekking van het
genomen besluit tot ontbinding, aangaan der
geldleening van f 718.000, opneming in de
Bouwverordening van het voorschrift tot ver-
plichte aansluiting, en machtiging voor hun
college tot het storten van 10 op de aan-
deelen.
Dit voorstel werd allereerst verdedigd door
den heer Colsen. De tarieven, zooals die
thans door de maatschappij uit het rapport
der commissie zijn overgenomen, zijn billijk
en lager dan bij verschillende andere water-
leidingen. Hij bracht hulde aan het lid der
commissie den heer Harte, die daarvan de
promotor was en daaromtrent schriftelijk een
uitgewerkt systeem bij de commissie had in-
gediend.
Daarop volgde bestrijding van de onder-
neming door den heer De Bakker, die zoowel
de technische opzet, als de financieele opzet
becritiseerde.
De daarop volgende spreker was de heer
Van Neerbos, die, als pas opgetreden raads-
lid niet met de voorgeschiedenis bekend was
en verschillende vragen stelde. Hoewel per-
soonlijk niet gekant tegen een waterleiding
kon hij daaraan toch zijn stem niet geven,
omdat hij twijfelt aan een goed resultaat en
vooral omdat hij is tegen verplichte aanslui
ting. Om dat te ontgaan riedt hij aan regee-
ringssteun te vragen.
Ook de heer Van Aken, die steeds tegen de
waterleiding was, heeft er nog geen voldoende
vertrouwen in, en is ook tegen verplichte aan
sluiting.
De heer Bedet sloot zich bij de bestrijders
aan, en was vooral verwonderd van deze wet-
houders, die anders zijn vertrouwen hebben,
zoo'n voorstel te krijgen. Het kost veel, het
legt groote lasten op de inwoners en zal dure
rioleeringswerken noodig maken.
De heeren Van Driel en Hamelink verde-
digden het plan, zooals ze dit steeds gedaan
hebben. De heer Scheele begreep wel, dat alle
leden naar de vergadering waren gekomen
met de wetenschap, hoe ze stemmen zouden.
Hij maakte het kort, doch verklaarde zich
vooral tegenstander van de verplichte aanslui
ting.
De voorzitter beantwoordde verschillende
sprekers en bestreed ook, dat men door aan
sluiting verplichtend te stellen, als overheid
te ver zou gaan. Bovendien zij, die over goed
en voldoende drinkwater kunnen beschikken
blijven buiten de verplichting. Over de techni
sche en financieele opzet meende hij niet meer
te moeten spreken, aangezien die in den
breede reeds vroeger is behandeld.
Hij betoogde, dat in verschillende streken
van ons land waterleidingen bestaan of in
aanleg zijn, waar de tarieven hooger komen
dan hier thans is aangenomen. Men zal toch
niet kunnen beweren dat de economische toe-
stand van Zeeuwsch-Vlaanderen van dien aard
is, dat de bevolking minder economisch weer-
standsvermogen zou hebben dan in die andere
bedoelde streken. Waarom zou dan, wat
elders kan, ook hier niet kunnen. Met het be
sluit te nemen tot het voortzetten der uitvoe
ring van het waterleidingplan bewijst men
z.i. aan de gemeente en aan de geheele streek
een weldaad.
De heer Verlinde, zoowel als de heer Ha
melink, waren wel niet bevredigd over de wijze
waarop de vorming van het bestuur is opge-
lost, maar meenden daarin ten slotte toch
geen aanleiding te mogen vinden om de uit
voering van het plan langer tegen te houden.
Nu bij het onderzoek der commissie gebleken
is, dat vanwege het Rijksbureau voor Drink-
waterleiding namens den Minister van Ar-
beid, Handel en Nijverheid een nauwkeurige
controle wordt gehouden op de zaken der
waterleiding en hetgeen daarmede samen-
hangt, meenen zij over de kwestie der be-
stuursverkiezing maar te moeten heenstap.
pen. Eerstgenoemde is in zake de tarieven, die
bij hem destijds het hoofdbezwaar uitmaak-
ten, bevredigd.
Hij wilde nog een ristrictie maken. Blijkens
de berichten in dagbladen is in een der laat
ste vergaderingen van aandeelhouders het
denkbeeld geopperd verplichte verzekering te
laten vervallen. Dit acht hij onmogelijk. Dat
zou de. financieele opzet aantasten Hij zou
daarom Burgemeester en Wethouders wel
willen verzoeken goed toe te zien, en niet
tot storting op de aandeelen over te gaan, in-
dien besluiten zouden worden genomen die
den grondslag der waterleidingmaatschappij
aantasten. Ook behoort te worden toegezien.
dat de meer-kosteji die zouden noodig zijn
voor het maken eener buizen-leiding van een.
capaciteit dat latere aansluiting van nog er
buiten staande gemeenten mogelijk is, niet
mogen komen ten laste der tegenwoordige
aandeelhouders, doch behooren, overeenkom
stig het advies der commissie die meer-kos-
ten voor dit oogenblik te komen voor rekening
van rijk en/of provincie.
De voorzitter kon de gevraagde toezegging
geven. Omtrent de eerste is hij het volkomen
eens en het tweede punt is door de maat
schappij ook van de commissie overgenomen.
Hij weerlegde ook nog de in deze vergadering
weer opgedoken legende, dat er na 30 jaar
geen water meer zou zijn.
De heer Geelhoedt is ook van meening, dat
er nieuwe rioleeringswerken in Ter Neuzen