s
GEMEEN TERAAD VAN
ZAAMSLAG.
22
-;in si u9ioips
9P j'oop JBP SBJP38
5
2 R
8
8
jQ
8
o
o
J
o S
o
d
b
d
cri
J
J
J
■a
c
Vergadering van Vrijdag 22 November 1929,
des namiddags 1 uur.
Voorzitter de heer Joh. de Feijter, Burge-
meester.
Verder tegenwoordig de ledefi: A. de Feij
ter, S. van Hoeve, A. de Koeijer, D. Dees, C.
H. H. VVisse, M. Dekker, A. Haak, A. Dees,
H. Bakker, J. de Regt en A. Jansen, benevens
de Secretaris J. Stolk.
1. Opening.
De VOORZITTER opent de vergadering
door het uitspreken van het gebedsformulier.
2. Notulen.
De notulen der vergadering van 15 Juli en
die van 30 Augustus worden met algemeene
stemmen vastgesteld.
3. Mededeelingen.
a. Proces-verbaal van de gehouden op-
name van boeken en kas van den gemeente-
ontvanger, d.d. 30 September 1929, waaruit j
blijkt, dat de ontvangsten bedroegen tot dat
tijdstip 87281.86% en de uitgaven 78930.84,
zoodat in kas moest zijn 8351.12%, terwijl
in kas was 8351.15, een verschil alzoo van
0,02%.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Proces-verbaal van de gehouden op-
name van boeken en kas van den secretaris-
penningmeester van het Algemeen Burgerlijk
Armbestuur, waaruit blijkt, dat de ontvang
sten bedroegen f 3632 en de uitgaven 3296.04,
zoodat in kas moest zijn 335,96, hetgeen
overeenkwam met de vertoonde gelden.
Aangenomen voor kennisgeving.
e. Proces-verbaal van de gehouden op-
name van boeken en kas van den administra-
teur van het gemeentelyk electrisch bedrjjf,
waaruit blijkt, dat de ontvangsten bedroegen
11.152,27% en de uitgaven 10.720,99, zoo
dat in kas moest zijn f 431,28%, hetgeen over
eenkwam met de getoonde gelden.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. Proces-verbaal van kasopname van den
gemeente-ontvanger, d.d. 18 November 1929,
waaruit blijkt, dat de ontvangsten hebben be-
dragen f 101370,51% en de uitgaven 90971,62
zoodat in kas moest zijn 10398,89%.
In kas is bevonden 10399,64%, zoodat te
veel inkas was 0,75, dat, naar de ontvanger
verklaarde, is toe te schrijven aan wisselen,
Aangenomen voor kennisgeving.
4. Ingekomen stukken.
a. Een schijven van heeren Gedeputeerde
Staten van Zeeland, houdende bericht van
goedkeuring van het besluit van den raad van
30 Augustus 1.1., tot wijziging der verordening
op de keuring van waren.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Een schrijven van alsvoren, houdende
bericht van goedkeuring der gemeente-reke-
ning dienst 1927.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Een adres van S. van Harn en 29 an-
deren, luidende als volgt:
De ondergeteekenden, alien inwoners van
het gehucht Zoute Spui, resorteerend onder
de gemeente Zaamslag en Axel, verzoeken
Ued. beleefd om te voorzien in een betere doel-
matigeF en moderner straatverlichting hetzij
gas- dan wel electrische verlichting, om
reden
De tegenwoordige branders totaal versleten
zijn, waardoor ze niet hun maximum licht
gevefl, De grootste helft van den tijd. hetzij
door gebreken aan het mecaniek, hetzij door
gebreken aan de lantaarns, bijna of totaal
geen licht geven.
Juist bij stormachtig weer (welke avonden
juist het donkerst zijn) geven ze geen licht.
Om reden juist hier geen anderen verlich
ting is (hetzij van winkels, woonhuizen, zoo-
als in de kom van het dorp) zijn juist de lan
taarns de eenige hulp.
Om reden tot laat in den avond het verkeer
gaande blijft, is licht noodzakelijk.
Om reden Spui gevaarlijke plaatsen heeft,
zooals water en dijk, is goed licht noodig.
Om reden ook wij hier evenveel recht heb
ben als de inwoners van de kom der gemeente,
verzoeken we Ued. nogmaals beleefd zoo
spoedig mogelijk in deze behoefte doelmatig
te voorzien en gelijke behandeling met de in
woners van de kom der gemeente.
Burgemeesters en Wethouders stellen voor,
vermits de straatverlichting te Spui voor ge-
meenschappelijke rekening met de gemeente
Axel plaats heeft en de daaromtrent te voe-
ren correspondentie nog niet is beeindigd, dit
stuk in hunne handen te stellen teneinde nader
te dienen van advies.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge-
meester en Wethouders verleden jaar de bran
ders ook al hebben laten vemieuwen, doch dat
ze nog niet schijnen te voldoen. In de laatste
bijeenkomst werd overwogen, dat men in deze
drie wegen kan inslaan, n.l. weer repareeren,
of wel electriciteit of gas nemen, aangezien in
de nabijheid van Spui zoowel gas als electrici
teit geleverd wordt. Burgemeester en Wethou
ders hebben zich nu in verbinding gesteld met
Burgemeester en Wethouders van Axel, om
inlichtingen betreffende gasverlichting, terwijl
die gemeente ook in de kosten moet bijdragen,
en voor electrische verlichting zijn inlichtin
gen gevraagd aan de P.Z.E.M. Die zaak kan
thans nog niet worden afgewerkt, waarom
Burgemeester en Wethouders voorstellen de
beslissing aan te houden.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
t
d. De rekening van de Christelijke bewaar-
school, dienst 1928—1929, sluitende in ont-
vang en uitgaaf op 2604,18 en 2661,32%,
met een nadeelig saldo van 57,14%.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
behoudens eenige door hen gemaakte admini-
stratieve bemerkingen, deze rekening op ge-
melde bedragen goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
e. Een schrijven van den Commissaris der
Koningin, over de jaarwedden der gemeente-
veldwachters.
(Zie hiervoor het verslag van den gemeente-
raad van Axel.)
of gem. p. j. 686,10 5
vrije geneeskundige be
handeling
rijwiel onderhoud en ver-
nieuwing
(terwijl in verband met
een ingekomen adres van
den veldwachter bij de be
handeling van de gemeen-
tebegrooting dienst 1930,
wordt voorgesteld deze te
brengen op /25)
in de nieuwe regeling
wordt bovendien gespro-
ken van eenmaal de kos
ten van aanschaffing van
een rijwiel ten laste der
gemeente.
137,22
25,-
15,—-
125,-
25,—
25,—
Hieronder volgt nu een overzicht van de
jaarwedde van den veldwachter voor deze
gemeente volgens de
oude nieuwe
regeling
aanvangsjaarwedde 1650,1350,
verhoogingen 100,150,
vrjje woning of vergoeding
daarvoor 100,150,
vrije kleeding, vrij schoei
sel voor rekening der gemeente
Uitgegeven werd:
in 1928 109,80
168,—
80,15
154,85
173,30
Totaal 2027,22 1825,—
Burgemeester en Wethouders stellen voor
deze circulaire, toegepast op den in dienst
zijnden veldwachter, aan te nemen voor ken
nisgeving, vermits de oude regeling voor
hem voordeeliger is.
Voor toepassing van deze regeling op een
eventueelen ndeuwen functionaaris stellen
Burgemeester en Wethouders voor aan den
heer Commissaris der Koningin te berichten,
dat de raad zich met deze regeling kan ver-
eenigen op eene uitzondering na n.l. die waar
punt 9 sub b zegt „vrrje uniform-kleeding en
schoeisel bij aanstelling; daama voor onder
houd en vemieuwing f 125 's jaars".
Zooals uit de hiervoren overgelegde be-
rekening bldjikt, wordt getniddeld per jaar
f 137,22 uitgegeven voor kleeding en schoei
sel een bedrag dus ongeveer overeenkomende
met de uit te betalen vergoeding. Evenwel
zal bij de bestaande regeling de in dienst
zijnde veldwachter, naar de meening van
Burgemeester en Wethouders, behoorlyker
gekleed zijn dan by het geven van een ver
goeding aan den veldwachter.
Voorgesteld wordt daarom te besluiten
den heer Commissaris in overweging te geven
de regeling 9 sub b te lezen: ..vrye uniform-
kleeding en schoeisel".
De VOORZITTER geeft te kennen, dat het
niet erg duidelijk was, sof de Commissaris der
Koningin er beslist prijs op stelde, dat aan den
gemeenteveldwachter het bedrag voor klee
ding zou worden uitgekeerd, dan wel of hij er
zich ook mee vereenigen kon, dat de gemeente
de kleeding verschaft. Zooals hiervoren is aan-
getoond, werd door de gemeente iets meer
uitgegeven. De Commissaris kan zich daar-
mede wel vereenigen en heeft inmiddels om-
trent dit punt een nieuwe circulaire uitgevaar-
digd. Burgemeester en Wethouders geven er
de voorkeur aan, zelf de kleeding te verschaf-
fen, omdat zij dan de zekerheid hebben, dat
de gemeenteveldwachter met zijn kleeding
altijd netjes voor den dag zal komen. Die
waarborg heeft men niet als men hen een vast
bedrag uitbetaald en de aanschaffing aan hen
overlaat.
De heer HAAK noemt het een klein ver
schil, 125 en f 137,50. Hij zal er zich daarom
niet tegen verzetten, maar ziet er niet veel in.
Hij ducht, ook al zou men maar f 125 uitkee-
ren, niet het gevaar dat de veldwachter, die
toch een goed salaris krijgt, niet netjes zou
gekleed gaan.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders aan de bestaan
de methode, die goed werkt, de voorkeur ge
ven. Overigens blijft ook alles bij het oude
voor den thans in functie zijnden veldwachter.
Voor een opv'olger zou de nieuwe regeling in-
treden.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
f. Een schrijven van C. de Ruijscher, lui
dende
De ondergeteekende, C. de Ruijscher, chef-
electricien bij het gemeentelijk electrisch be-
drijf, verzoekt zijne jaarwedde te verhoogen,
omreden dat het bedrijf steeds uitbreidt en
er geregeld nieuwe aansluitingen bij komen
en bestaande aansluitingen bij verbouwing
steeds moeten veranderd worden.
Ook worden de werkzaamheden voor on
derhoud steeds grooter, daar er verschillende
onderdeelen in het net moeten vemieuwd
worden.
Daar ik als chef de verantwoording heb,
dat het bedrijf steeds in bedrijfsvaardigen
toestand moet verkeeren en steeds meer van
tijd gevergd wordt, zoodat de werkzaam
heden, die ik voor edgen rekening uitvoer,
steeds op den achtergrond gesteld worden.
Hopende, dat uw geacht college daar wel
rekening mede zal houden verblijf ik enz.
Met algemeene stemmen wordt besloten dit
te behandelen bij de vaststelling der begroo-
ting van het gemeentelijk electrisch bedrijf.
g. Een schrijven van D. Koole, luidende:
Toen ik 1921 benoemd werd tot administra-
teur van het gemeentelijk electrisch bedrijf
alhier op een salaris van f 150 bedroeg het
aantal aansluitingen 270. Dit aantal is nu
gestegen tot meer dan 550, waardoor natuur-
lijk de werkzaamheden belangrijk grooter
zijn geworden en mijn salaris hetzelfde is
gebleven.
Reden waarom ik U geacht college beleefd
vraag, mijn salaris te willen verhoogen naar
evenredigheid der werkzaamheden aan mijn
betrekking verboniden.
Met algemeene stemmen wordt besloten dit
te behandelen bij de vaststelling der begroo-
ting van het gemeentelijk electrisch bedrijf.
5. Vaststelling van de pensioengrond-
slagen voor het onderwijzend personeel
b(j het vervolgonderwijs.
Wordt overgelegd het navolgende concept-
besluit
De raad der gemeente Zaamslag
Gelet op een schrijven, d.d. 30 Juli 1929,
van den Pensioenraad te 's-Gravenhage
Gelet op de artikelen 170, juncto 34 der
Pensioenwet 1922 en artikel 176 dier wet
juncto, de thans vervallen Pensioenwet voor
de gemeenteambtenaren 1913;
Op voorstel van Burgemeester en Wethou
ders
besluit:
de pensioengrondslagen voor het personeel
bij het vervolgonderwijs in deze gemeente met
ingang van 14 October 1921 vast te stellen
als volgt:
P. C. de Moor, hoofd en onderwijzer, cursus
dorp 360.
J. Jansen, hoofd en onderwijzer, cursus Pol
der f 360.
G. F. H. Luwema, hoofd en onderwijzer,
cursus Othene 360.
C. A. Th. Knijff, onderwijzeres, cursus dorp
f 180.
J. van Splunder, onderwijzeres, cursus Pol
der 180.
M. R. Bourdrez, onderwijzeres, cursus
Othene 180.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
Buwalda, houdende verzoek om aan hem met 1
ingang van zoo spoedig mogelijk, wegens
vertrek uit de gemeente, eervol ontslag te
willen verleenen als gemeente-geneesheer
Gelet op de verordening op den genees-heel
en geneeskundigen dienst
op voorstel van Burgemeester en Wethou
ders,
besluit
Aan J. M. Buwalda, arts te Zaamslag, met
ingang van heden op zijn verzoek eervol ont
slag te verleenen als gemeente-geneesheer.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
7. Voorstel tot benoeming van een ge
meente-geneesheer.
Slechts e6n sollicitant heeft zich aange-
meld, n.l. de heer M. Elenbaas, arts te Zaam
slag.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dezen als gemeente-geneesheer te benoemen,
met bepaling, dat deze benoeming wordt ge
acht te zijn ingegaan op heden.
Zijn pensioengrondslag met ingang van ge-
melden datum te bepalen op 475.
De heer JANSEN merkt op, dat de oproe-
ping van sollicitanten alleen heeft gestaan in
de Ter Neuzensche Courant. Als dit ook eens
gedaan was in een geneeskundig vakblad, had
men toch kans gehad van meer sollicitanten.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders dat niet van be-
lang geacht hebben, aangezien zij er toch
geen resultaat van verwachten.
De heer JANSEN geeft dan in overweging,
als men het toch met 66n geneesheer doen wil,
de verordening, die spreekt van twee genees-
heeren, te wijzigen. Men zou toch wel kunnen
beproeven een tweede te krygen.
De VOORZITTER weet niet, of dat wel
voordeel voor de gemeente zou zijn. Vroeger
waren in de gemeente twee geneesheeren ge-
vestigd, maar de omstandigheden zijn veel
veranderd. Toen oefenden zij ook praktijk uit
in de omliggende gemeenten, terwijl nu in-
tegendeel dokters uit de omgeving in de ge
meente patienten komen behandelen. De
vraag is of hier nu nog wel voor 2 dokters
brood zou zijn. Het gevolg zou kunnen zijn, dat
zij, dit bemerkende, spoedig weer vertrokken
en een gestadige wisseling van geneesheeren
acht hij niet in het belang der bevolking.
De heer JANSENLaat ons dan de verorde
ning wijzigen.
De VOORZITTER acht dat niet noodig;
men weet nooit wat zich kan voordoen. Er
komen misschien wel eens liefhebbers infor-
meeren en de omstandigheden kunnen ook
weer zoodanig worden, dat het gewenscht
werd hier twee dokters te hebben. De ver
ordening voorziet ook in de omstandigheid,
dat er maar 6dn dokter is.
Hij noodigt de heeren A. Dees en De Bakker
uit met hem het stembureau te vormen.
Met 10 stemmen wordt benoemd de heer
Elenbaas; 1 briefje is bianco.
8. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot wijziging der verordening
ter regeling van het verkeer op de
wegen in de gemeente Zaamslag, in
verband met het gebruik van motor-
rijtuigen en rijwielen.
Wordt overgelegd het navolgende concept-
besluiit
1927
1926
1925
1924
Totaal f 686,10
6. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verleening van eervol ont
slag aan den heer J. M. Buwalda als
gemeente-geneesheer.
Wordt overgelegd het navolgende concept-
besluit
De raad der gemeente Zaamslag,
Gelet op een schryven van den heer J. M.
De raad der gemeente Zaamslag,
gelet op een schrijven van heeren Gedepu
teerde Staten van 3 Mei 1929, No. 155, 3de
afdeeling, en een nader schrijven van 13
September 1929, no. 119, 3de afdeeling;
op voorstel van Burgemeester en Wet
houders,
besluit
Met intrekking van de raadsbesluiten van
24 Februari 1928; 31 Augustus 1928 en 15
Februard 1929 te bepalen:
A. sub 1 van artikel 2 der Verordening
ter regeling van het verkeer op de wegen in
de gemeente Zaamslag in verband met het
gebruik van motorrijituigen en rijwielen, te
lezen als volgt:
De bebouwde kom (dorp) der gemeente
wordt begrensd:
in het Zuiden door Zuidgrens van perceel
kadastraal bekend gemeente Zaamslag onder
nummer 2691 van Sectie F en van de Zuid-
westpunt van dit perceel in westelijke rich-
ting tot snijding met grens perceelen kadas
traal bekend gemeente Zaamslag onder num
mer 2826 en 1206 van Sectie F;
in het Westen van laatstgenoemd snijpunt
naar Zuidwestpunt van perceel kadastraal
bekend gemeente Zaamslag onder nummer
2695 van Sectie F, vandaar naar Zuidwest
punt van perceel kadastraal bekend gemeen
te Zaamslag onder nummer 2546 van Sectie
F, vervolgens 150 meter Noordwaarts;
in het Noorden van dit laatste punt Oost-
waarts tot snijpunt met lijn uit Noordoost-
punt van perceel kadastraal bekend gemeen
te Zaamslag onder nummer 2801 van Sectie
F in noordelijke richting getrokken;
in het Oosten van laatstbedoeld snijpunt
Zuidwaarts tot Noord-Oostpunt van perceel
kadastraal bekend gemeente Zaamslag onder
nummer 2801 van Sectie F en vandaar naar
Zuid-Oostpunt van perceel kadastraal bekend
gemeente Zaamslag onder nummer 2691 van
Sectie F;
B. artikel 3 te lezen als volgt:
Het is verboden aan bestuurders van
motor-rijtuigen en rijwielen om daarmede
over een openbaren weg in de bebouwde
kommen te rijden met een grootere snelheid
dan 25 K.M. per uur.
Deel van den rijweg maken uit de daartoe
behoorende paden, bermen en zyikanten.
De heer D. DEES acht dat nog al een
groote snelheid, 25 K.M. Kan dat niet minder?
De VOORZITTER herinnert, dat het vroe
ger op 15 K.M. bepaald was, doch dat de
kantonrechter onder die omstandigheden geen
proces-verbaal tegen overtreders wilde opma-
ken, omdat hij 15 K.M. een te groote beper-
king achtte. We hebben nu nog niets anders
dan de oude verordening, en konden dus nog
niets doen. Spreker heeft ook meermalen van
automobielrijders gehoord, dat rijden met een
tempo van 15 K.M. per uur niet kan.
De heer D. DEES noemt dat flauwe kul, ze
kunnen best met 15 K.M. snelheid over het
dorp rijden. Vijf-en-twintig K.M. is veel te
hard, want die snelheid gaan ze dan ook nog
overschryden en ongelukken kunnen naar hij
zich voorstelt niet uitblijven.
De VOORZITTER herinnert, dat de raad die
15 K.M. snelheid al een tijd geleden heeft laten
varen, en dat toen de borden al veranderd zijn
op 25 K.M. De verordening kon echter nog
niet goedgekeurd worden, omdat men de om-
schrijving van hetgeen bebouwde kom der ge
meente is, niet voldoende vond. Burgemeester
en Wethouders hadden gemeend dat men zou
kunnen volstaan met het aangeven van de
laatste huizen op de verschillende punten van
het dorp. Men stelde er van hooger hand ech
ter prijs op, dat de kadastrale ligging der per-
ceelen zou worden aangegeven. Dat is nu in
het voorstel aangegeven. Er zal nu ook weer
controle op gehouden worden.
De heer HAAK geeft als zyne meening te
kennen, dat men best per auto met een snel
heid van 15 K.M. per uur de kom van het dorp
zou kunnen doorryden, maar zelfs met 25
K.M. snelheid acht hy het geen gevaar, als
men dan althans niet harder gaat rijden.
De VOORZITTER merkt op, dat de auto-
mobielryders weinig acht op de borden schy-
nen te geven, want meermalen valt het hem
op dat zy, de borden gepasseerd zijnde, hun
snelheid toch niet minderen.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot vaststelling en verrekenlng
der vergoeding aan de byzondere
lagere scholen in de gemeente Zaam
slag over de jaren 1925, 1926 en 1927.
Overgelegd wordt het navolgende concept-
besluit
De raad der gemeente Zaamslag,
Overwegende, dat de gemeenterekening
over 1925, 1926 en 1927 door Gedeputeerde
Staten dezer pnovincie, respectievelijk bij
hunne besluiten vein 29 Juli 1927, nummer
36, lste afd.; 11 November 1927, nummer 60,
lste afd. en 30 Augustus 1929, nummer 35,
lste afdeeling, zijn vastgesteld;
dat het gemiddelde bedrag per leerling der
openbare lagere scholen over 1925, 1926 en
1927 ter zake van de kosten bedoeld by
artikel 55 der Lager Onderwyswet 1920,
onder e tot en met h en o, alsmede die van
instandhouding hebben bedragen respectieve-
iy,k 17,48; 20,47 en 13,65;
dat het aantal leerlingen volgens den maat-
staf van artikel 28, zesde lid dier wet over
1925, 1926 en 1927 der navolgende scholen
bedroeg:
voor de bijzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwijs ,,Dorp" 97; 106;
115%;
voor de byzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwijs „Reuzenhoek" 122;
138; 138%;
voor de bijzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwijs Othene" 54;
54; 57%;
voor de byzondere lagere school voor Chris-
telijk Volksonderwys 77; 81; 81;
dat deze vergoeding echter, ingevolge het
bepaalde bij artikel 101, achtste lid der Lager
Onderwijswet 1920, om de drie jaren moet
worden verrekend;
dat bhjkens de door opgemelde school-
besturen overgelegde bescheiden tot staving
van de over dat itijdvak gedane uitgaven, de
kosten, genoemd in artikel 55, onder e tot en
met h en o alsmede die van instandhouding
hebben bedragen:
van de byzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwijs „Dorp" 2727,92%;
van de bijzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwys „Reuzenhoek"
f 4625,81%;
van de bijzondere lagere school voor Gere-
formeerd lager onderwys „Othene" 2140,44%;
van de bijzondere lagere school voor Chris-
telijk Volksonderwijs 3243,57
dat het bedrag van de school voor Gerefor-
meerd lager onderwijs ,,Reuzenhoek" is ver-
minderd met een bedrag van 26 wegens
drukwerk reglement bewaarschool;
dat het bedrag van de school voor Chris-
telijk Volksonderwys is verminderd met een
bedrag van 2,80 wegens loodgietersverrich-
ting en aan onderwijzerswoning;
besluit
a. het bedrag der vergoeding, bedoeld bij
artikel 101 der Lager Onderwijswet 1920 vast
te stellen als volgt:
Byzondere lagere school voor Gereformeerd
lager onderwys „Dorp"
1925 900,86
1926 814,56
1927 1012,50%
2727,92%
11. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot verkoop van de publieke prl-
vaten.
Overgelegd wordt het navolgende concept-
besluit
De Raad der gemeente Zaamslag,
Overwegende, dat de publieke privaten be
kend onder kadaster gemeente Zaamslag
Sectie F 1549, blijkens een door Burgemeester
en Wethouders ingesteld onderzoek niet meer
worden gebruikt;
dat zij dus niet meer voor den publieken
dienst bestemd moeten blijven en dus daaraan
kunnen worden onttrokken;
dat tegen deze voorgenomen onttrekking
geene bezwaren zijn ingediend;
dat de eigenaar van de schuur waarin ge-
melde privaten zijn gebouwd, heeft verklaard,
geneigd te zgn deze te koopen voor een be
drag van f 5;
dat bij openbare verkoop van deze privaten
zeer zeker geen hooger bedrag zal worden ge-
maakt
b s 1 u i t
A. de publieke privaten, bekend onder ka-
daster gemeente Zaamslag Seiftie F 1549."
groot 4 c.A., aan den publieken dienst te ont-
trekken
B aan J. J. van Langevelde, grafdelver,
wonende te Zaamslag, de onder A gemelde
privaten te verkoopen voor de somma van 5
en onder de navolgende voorwaarden:
1. de kooper moet de koopsom voor de on-
derteekening der op te maken akte voldoen
ten kantore van den gemeente-ontvanger;
2. de kooper aanvaardt zijn gekochte in
den staat waarin het zich bevindt op den dag
van de onderteekening der op te maken akte,
geheel voetstoots en alzoo met alle voor- en
nadeelige rechten, bekende en onbekende ge
breken, erfdienstbaarheden, lasten en alle
verdere gevolgen welke er toe mochten be-
hooren
3. de kooper komt in het bezit en het ge
bruik van zijn gekochte onmiddeliyk na de
onderteekening der op te maken koopakte;
4. de grondlasten en alle andere belastin-
gen, lasten en schuldplichtigheden van hDt
het
Bijzondere lagere school voor Gereformeerd
lager onderwijs ,,Reuzenhoek"
1925 1058,84%
1926 1423,81
1927 1246,52
4625,81%
Bijzondere lagere school voor Gereformeerd
lager onderwijs Othene"
1925 567,27
1926 876,19
1927 696,98%
2140,44%
School voor Christelijk Volksonderwijs
1925 1045,14%
1926 938,20%
1927 1260,22
3243,57
b. het verschil met hetgeen over 1925,
1926- 1927 als vergoeding of als voorschot
op die vergoeding is uitgekeerd, zooals dit
op den bij dit besluit behoorenden staat is
aangegeven alsnog uit te betalen of in te
houden.
C O)
CuO <D 73
rt -a <u TJ
a> j*
a> <y
0) O W
•U3AB8jin
33i;;9MUO J3p
EU U9A9293
o
o
JZ
<v
-a
Cue
c
3
•a
c
a
CN
CN
in
CQ
00
CO
in
a
in
CN
00
O
tJ-
CO
w
cx
J*
a
a>
c
a>
-G
e
o
Q
A
a
<u
N
.OS
—j
u»
O
O
h
O
O
o
o
cn
en
CQ
CQ
CQ
o
10
o
fe.
o
c/i
cc
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
10. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot vaststelling van het 2de sup-
pletoir kohier hondenbelasting, dienst
1929.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
opgemeld kohier vast te stellen op een bedrag
van /5 en te bepalen, dat de betaling moet
geschieden in een termyn vervallende 31
December 1929.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
verkochte geheven wordende of later te hef-
fen zgn voor rekening van den kooper vanat
den lsten Januari 1930.
5. de kooper is verplicht binnen veertien
dagen na den dag waarop door Gedeputeerde
Staten van Zeeland de vereischte goedkeuring
van dit besluit is verleend dp zijne kosten te
doen opmaken eene acte van koop en verkoop^
De VOORZITTER voegt hier aan toe, dat
in deze gemeente nog altijd publieke privaten
bestonden. Deze worden evenwel niet meer ge
bruikt en het komt Burgemeester en Wethou
ders gewenscht voor die op te ruimen. Zooals
uit het voorstel biykt, hebben ze daarvoor een
kooper gevonden.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
12. Benoeming hoofd der openbare lagere
school Othene (vacature C. M. west-
strate).
Het aantal sollicitanten naar opgemelde
betrekking bedraagt drie.
Een der sollicitanten kan met in aanmer-
kinig komen daar hy geen bevoegdheid bezit
voor vak j. T„
Na bezoek der sollicitanten door den In
spected van het Lager Onderwys en het bg-
wonen van een proefles van een der sollici
tanten, leggen Burgemeester en Wethouders
over de door hen in overeenstemming met de
Inspectie opgemaakte voordracht luidende:
1. F. C. Jansen Verplanke, onderwijzer te
Heinkenszand; Alnh.n
2. H. Th. de Meyer, onderwyzer te Aipnen
aaVoorgesteld wordt uit deze voordracht eene
benoeming te doen en de benoeming te doen
ingaan 1 Januari 1930.
De VOORZITTER deelt mede, dat driemaai
een oproeping heeft plaats gehad, en dat er
toen ten slotte .3 sollicitanten opgekomen
waren. Nader bleek dat een hunner met alle
noodige bevoegdheden bezat en dus moest af-
vallen. De inspecteur van het lager onderwys
heeft daarop een onderzoek ingesteld naar de
sollicitanten De Meijer en Jansen-Verplanke
en als resultaat daarvan mede gedeeld, dat
beide in aanmerking konden komen, doch dat
hii voor de school te Othene in de eerste plaats
moest aanbevelen de heer Jansen Verplanke.
De heer De Meijer is ondertusschen benoemd
te Middelburg en heeft die betrekking aange
nomen, zoodat feitelijk maar een candidaat
rest. Deze is ook aanbevolen door den heer
Luwema, oud-hoofd der school te Othene, die
hier goed bekend is en by een gehouden proet-
les die ook door enkele raadsleden werd byge-
I wo'ond, maakte de heer Jansen Verplanke een
goeden indruk.
De heer WISSE bevestigt dit laatste.
De heer JANSEN sluit zich daarby aan.
Met 10 stemmen wordt de heer Jansen Ver
planke benoemd; 1 brief je is bianco.
13. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verleening van ontheffing
aan D. Dekker Fzn. van de door hem
gewaarborgde garantie wegens stroom-
afname voor kracht.
Ingekomen is het navolgende schryven.
Ondergeteekende, D. Dekker Fzn., land-
bouwer te Zaamslag, indertyd in den Othene-
hoek wonende D 38, maar nu venhudsd zijnde
naar B 169, alles in den Zaamsdagpolder,
heeft imdertijd geteekend voor garantie voor
electrische kracht, voor een1 bedrag van een
honderd en zestig gulden per jaar. Maar nu
ik verhuisd ben kan ik zelf die electrische
kracht niet meer gebruiken. Redenen^, f®"
vraagd heb aan myn pachters F. D.
en Jacs. van Hoeve of ze genegen zyn
die garantie voor electrische kracht over te
nemen. Zy zijn echter met geneigd die over
t8 Rettemen waarom ik aan heeren Burge
meester en Wethouders vriendeiyk verzoek
of u mij ontslag van de garantie voor elec
trische kracht van af heden (5 Augustus
1929) zou willen verleenen. Het electrische
licht willen de pachters gaarne behouden.
Naar aanleiding van 'die aanvrage deelen
Burgemeester en Wethouders mede, dat by
hun besluit van 15 Maart 1926 onder nummer
48 vergunning werd verleend aan D. Dekker
tot den aanleg van een licht en krachtinstal-
latie en 15 October 1925, D. Dekker voor-
noemd zich schriftelyk heeft verbonden tot
een stroomafname voor kracht van een hon
derd zestig gulden.
Het vermogen van de krachtens bovenge-
melde vergunning geplaatste motoren beloopt
14 P.K. of 11.8 K.W.
In het jaar 1928 heeft de dagbelasting de
avondbelasting in de buurtschap de Vak waar-
onder deze aansluiting valt, met 15 K.W. over-
schreden en moest door de gemeente wegens
overschrijding van de avondbelasting door de
dagbelasting door de gemeente worden be-
taDe motoren van D. Dekker Fzn moeten
slechts met 4'/7 K.W. de maximale dagbelas
ting doen stygen wil de gemeente er geen
nadeel by hebben.
Een motor van 11.8 K.W. doet dit natuur-
liik veel meer en is voor de gemeente wan-
neer slechts per jaar voor 160^ wordt afge-
nomen, wat het geval was,
schade.