ris voor den klerk. Hp wijst er op, dat het
rijk er het vorig jaar nog f 100 meer voor
heeft gegeven en men dus van die zijde van
oordeel is, dat hij er noodig is. Indian men
ziet het aantal plaatsingen van wege de
Arbeidsbeurs, zoo we 1 in binnen- en buiten-
land, hetgeen op resultaten wijst, mag men
naar zijn oordeel den jongen, omdat hij| moei-
lijk blijkt weg te kunnen, niet exploiteeren.
De heer HAMELINK: Indien men zich af-
vraagt of het bedrag te hoog is, moet ddt
zeker ontkennend beantwoord worden, maar
als men daarentegen vraagt, of we daar als
klerk een volwassen kracht noodig hebben,
dan, geloof ik niet, dat we op het voorstel
moeten ingaan. Het gaat toch niet aan, om
momenteel de jaarwedde te verhoogen en die
het volgend jaar weer te verminderen. Ik
sta volkomen aan de zijde van hen, die een
tweede volwaardige kracht daar onnoodig
achten. De heer Jansen is feitelijk aan zijn
werk ontgroeid en indien hij dan toch in die
functie blijft, behoort hij zich ook met dat
mind ere salaris tevreden te stellen. Het aan-
hangige voorstel is niet juist gezien, dan zou
men met een voorstel tot reorganisatie van
het personeel der Arbeidsbeurs moeten
komen, los van jaarweddeverhooging, die dan
nader onder de oogen zou moeten worden
gezien.
De heer BEDET merkt op, dat de gemeen-
teraad met betrekking tot deze kwestie in
een niet gemakkelijk parket is geraakt. Het
eene jaar zegt de raad: we moeten hem niet
meer hebben, doch het andere jaar wordt liij
weer gehandhaafd, en zoo blijft Jansen han-
gen. Diens salaris is voor zoo'n werkkracht
te weinig, maar wat het voorstel om 500
verhooging te geven acht hij dien sprong veel
te wijd, aan een matiger verhooging zou hij
wel zijn stem willen geven. Overigens is het
met den klerk van de Arbeidsbeurs gesteld
overeenkomstig een bekend spreekwoord:
„het paardje dat de haver verdient krijigt ze
niet!"
De heer SCHEELE: Wie krijgt ze dan wel?
De heer BEDET zal op die vraag het ant-
woord maar door de heeren, ieder voor zich
laten geven, ze kennen de omstandigheden.
Hij acht het werk van den klerk in het be-
lang van den ddenst der Arbeidsbeurs. Het
moge dan nu al geen kunstwerk zijn om 2
man te plaatsen, toen de werkloosheid hier
groot was, trad hij toch evengoed met succes
op en wist toen in Sas van Gent toch soms
ook 7 tot 8 man bij de fabrieken te plaatsen.
Herhaaldelijk bljjkt, dat hij goed werk doet.
De heer SCHEELE spreekt dat niet tegen.
De heer BEDET meent, dat men hem dan
niet moet laten loopen. Hij wijst er op, dat
de directeur den 65-jarigen leeftijd reeds
heeft bereikt, en dus ten eeniger tijd met
pensioen zal gaan. Hij meent, dat Jansen dan
een kans krijgt, om in diens plaats aange-
steld te worden tot directeur. Hij zou hem
dus willen bestendigen, maar acht een ver
hooging van 500 te veel, als men hem eens
200 gaf, zou dat wellicht voldoende zpn,
om den tjjd die nog van de andere oplossing
scheidt te overbruggen.
De heer SCHEELE: En dan had hp de
haver!
vragen, wat de Arbeidsbeurs tot stand brengt.
Aanvankelijk wilden de patroons er niets van
weten, doch daarin is een groote verbetering
gekomen, terwijl de werkzoekenden er zich
Komen aamneiuen. De kwesue is uu, dat het
iets meer zou moeten kosten. Hij meent, dat
er geen aanleiding is, om thans breede betoo-
gen te houden over de vraag, of de verhoo
ging f 500 dan wel 200 zal moeten bedragen.
We krijgen in de toekomst een wettelijke
regeling, waarbij dan en de positie van Jan
sen, fen die van den directeur zal worden ge-
regeld. Spreker wijst er op, dat de Arbeids
beurs te Ter Neuzen voor wat de bemidde-
lingswerkzaamheden betreft, gemiddelde cij-
fers bereikt, doch voor wat de salarieering
van den directeur en den klerk tot de laag-
ste behoort. En wanneer men meent nu niets
naders te kunnen regelen, dan behooren we
voort te gaan tot de wettelyke regeling in
werking treedt, als wanneer met betrekking
tot het personeel een voorziening zal worden
getroffen.
Toen de werken te Sluiskil zijn aangevan-
gen, zijn van wege de Arbeidsbeurs terstond
en met goed succes pogingen aangewend
om daar menschen geplaatst te krijgen, even-
zoo hadden pogingen om te Eindhoven men
schen werkzaam te stellen een goed resultaat,
en ook elders.
Spreker haalt nog het geval aan van een
schipper die hier's morgens een knecht vroeg.
Daarover is enkele malen getelefoneerd, doch
het resultaat was, dat de te Hansweert lig-
gende schipper daar des avonds uit Vlissingen
een knecht aan boord kreeg. Het personeel
heeft zpn uren, doch als het noodig is, wordt
geen bezwaar gemaakt om ook buiten de
kantooruren te helpen. Daar moet op het
kantoor iemand tegenwoordig zijn en ook
iemand die er op uit kan gaan. Het is een
bepaald nuttige instelling te achten. Het zal
een voorrecht zijn, indien die eindelijk van het
gemeentelijk beheer wordt losgemaakt. Spre
ker meent, dat de heer De Bakker met zijn
voorstel Jansen met f 500 te verhoogen, hoe
goed ook bedoeld, niet dient, en dat het beter
is genoegen te nemen met het nog voorge-
stelde bedrag van f 200, zoodat Jansen er dan,
in afwachting van de reorganisatie, iets bij
krijgt.
De heer DE BAKKER trekt zpn voorstel
in.
Het voorstel van den heer Bedet om de
jaarwedde van den tpdelijken klerk bij de Ar
beidsbeurs met 200 te verhoogen, wordt
aangenomen met 9 tegen 4 stemmen.
Voor stemmen de heeren Van Neerbos, De
Bruijne, De Bakker, Colsen, Hamelink, Van
Driel, Van den Bulck, Van Aken en Bedet;
tegen stemmen de heeren De Jager, Geel-
hoedt, Scheele en Verlinde.
274. Kosten ter zake van verzekering,
pensionneering enz. van ambtenaren en be-
ambten. f 450.
275. Kosten van doorloopende openstedling
van telefoonkantoren. f 1000.
Deze post is met f 750 verhoogd.
Het komt ons gewenscht voor, nu handel
en nijverheid in Ter Neuzen zich weer uit-
breiden, dat nacht en dag gebruik gemaakt
kan worden van de telefoon. Het is voor eene
gemeente als deze toch wel wat erg, dat des
avonds na 9 uur alle telefoonverbinding met
de buitenwereld vrijwel verbroken is. Bespre-
De heer BEDET: Neen, maar met die over- kingen met- menschen uit de handelswereld
- j1- jhebben ons de overtuiging geschonken, dat
deze post zeer wordt toegejuicht. De inge-
zetenen kunnen dan des nachts, hetzij voor
ziekte hetzij om andere redenen, zich van de
telefoon bedienen. Hierbij komt dan nog, dat
alsdan de doorverbindingen via het telefoon-
kantoor met de leden van het brandweerbe-
stuur kunnen vervallen, en de z.g. alarm-
schellen niet noodig zullen zijn. Ook het
brandweerbestuur acht dit voorstel eene goede
oplossing. Wanneer de raad dit voorstel
aanneemt, dan zorgt het rijk voor de open-
stelling en stelt kosteloos kantoor, vuur en
licht beschikbaar. De kosten van het perso
neel worden geschat op 1000. Hierin be-
taalt het rijk een vierde deel, zoodat voor de
gemeente blijft /750. Hierdoor vervallen dan
de kosten van aanleg van iz alarmschellen
voor de brandweer ad 120 en de kosten van
het jaarlijksch onderhoud dier schellen ad
180, benevens de vergoeding aan Steketfee
ad. 50. De kosten voor de gemeente zijn
dan in de toekomst maar 575. Het komt
ons voor, dat voor dit algemeen belang dit
bedrag niet te hoog is. De doorverbinding
met Sluiskil en Driewegen blijft bestaan, zoo
dat de totale post op f 1000 geraamd wordt.
brugging zou men een goed werk doen. De
jongen kan daar niet gemist worden. Als hij
daar weg zou gaan, zou er van het werk
weinig terecht komen. Laat men hem een
paar honderd gulden meer geven.
De heer DE BAKKER verwondert er zich
over, dat, als de heer Bedet overtuigd is van
de goede diensten van den klerk Jansen, hij
dan bezwaar maakt tegen een verhooging met
500, waarvan dan toch maar f 320 ten laste
der gemeente komt. Hij is wel geleidelijk
naar boven gegaan, maar niet voldoende. Dit
neemt niet weg, dat, als hij geen steun on-
dervindt, spreker ook met een lager bedrag
genoegen zou nemen.
De heer BEDET vraagt, of hij zijn denk-
beeld, 200 verhooging, wil overnemen.
De heer VERLINDE herinnert, dat een
paar jaren geleden de vraag besproken is, of
hier 2 volwassen krachten noodig waren en
of de raad mocht besluiten 2 volwassenen te
houden, als met het naast den directeur met
een loopjongen af kon. Dit laatste werd vol
doende geacht. Jansen is er als loopjongen
gekomen en toen ging het werk ook. Die is
zijn werk ontgroeid. Voor iemand van zijn
leeftijd is het salaris te laag, en als hij op den
duur trouwt wordt de verhouding nog ongun-
stiger. Sprekers bezwaar is altijd geweest,
dat daar geen twee volwassen krachten noo
dig zijn en hij is nog van die meening.
De heer DE BRUIJNE: Maar als er dan
weer een jongen zou komen, moet men die
toch ook leeren.
De heer VERLINDE: Dat moet men toch
in het particulier bedrijf ook geregeld doen?
De heer DE BAKKER meent, dat het thans
moet gaan over een werkkracht als de heer
Jansen en dat er betreffende zijn salarieering
een degelijk voorstel zou moeten komen.
De heer COLSEN steunt het voorstel van
den heer Bedet.
De heer DE BRUIJNE steunt het eveneens.
De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat
hij door verschillende omstandigheden goed
met de geheele geste der Arbeidsbeurs be
kend is. Het door den heer Bedet geopperde
denkbeeld, dat de heer Jansen mettertijd den
directeur zou kunnen opvolgen, is hem zeer
sympathiek. Zoo gauw de directeur in ver-
band met zijn pensioenregeling ontslag kan
vragen, zou het gewenscht zijn, dat hij dit
deed, dan zou men aan het hoofd van het be
drijf kunnen krijgen een jonge kracht, die
voor zijn taak berekend is. De directeur is
nog wel niet z66 oud, maar als de leeftijd er
is, is het toch gewenscht plaats te maken
voor een jonge kracht. Dat Jansen zooveel
werk moet doen, is er een gevolg van dat de
directeur te weinig doet. Waarom zegt men
dat niet ronduit? De directeur dient zoo
gauw mogelijk te verdwijnen, dat is de harde
waarheid, en die het weet, moet het maar
zeggen. Het salaris van f 700 is voor Jan
sen te laag en het voorstel van f 1200 zou
niet te ver gaan, maar er is voor het besten
digen van den tegenwoordigen toestand een
middenweg.
De heer VAN NEERBOS is omtrent de
zaken der Arbeidsbeurs niet voldoende op de
hoogte en zou daarom gaarne worden inge-
licht, of daar werkelijk een tweede volwassen
kracht noodig is.
De VOORZITTER antwoord bevestigend.
Hij wijst er voorts op, dat de Arbeidsbeurs nu
eenmaal het stiefkind is in de gemeente Ter
Neuzen. Het valt te betreuren, dat zulke
sociale instellingen zijn overgeleverd aan de
beoordeeling van de leden van gemeenteraden,
die niet steeds van de wenschelijkheid en nood-
zakelijkheid van het bestaan daarvan door-
drongen zijn en het verdient daarom toe-
juiching, dat de wetgever een regeling bij een
rijkswet daarvan voorbereid. Maar zoolang
dat niet aldus is geregeld, dient de gemeente-
raad toch rekening te houden met de men
schen die bij dien arbeid zijn betrokken, en
dient hun positie te regelen. Men kan zeer
lang redeneeren over de vraag, of voor dezen
arbeid twee volwassen menschen noodig zijn,
of er een behoort bij te zijn van den leeftijd
van 17, 23 of 30 jaar, dan wel of de tweede
een jongen kan zijn van 12 tot 13 jaar.
De heer HAMELINK: Dat mag niet vol-
gens de Arbeidswet.
De VOORZITTER bedoelt dit ook alleen als
tegenstelling. Men zit hier betrekkelijk steeds
tusschen 2 vuren. Men moet zich echter af-
HOOPDSTUK XII.
Belastingen.
Inkomsten
276. 80 opcenten op de hoofdsom der be
lasting op de gebouwde eigendommen.
f 12.400.
277. 20 opcenten op de hoofdsom der be-
lasting op de ongebouwde eigendommen.
1700.
278. 50/85 opcenten op de hoofdsom der
personeele belasting. f 25.000.
279. Uitkeering van het rijk wegens
opcenten op de hoofdsom der dividend- en
tantifemebelasting, krachtens art. 1 der wet
van 26 Juli 1918 (Staatsblad no. 502), gewij-
zigd bij de wet van 17 April (Staatsblad no.
146). /2800.
280. Belasting naar het inkomen. 151.507.
281. Belasting op de honden. 1500.
282. Restitutie in verband met de eind-
afrekening van de kwade posten der door het
rijk ge'inde gemeentelijke inkomstenbelasting.
Memorie.
U i t g a v e n
283. Kosten van toezicht op en invorde-
ring van plaatselijke belastingen. 250.
284. Teruggave van belasting. 150.
285. Uitkeering aan het rijk van het aan-
deel in de kwade posten, wegens de directe
belastingen. 12.000.
286. Belooning der schatters en herschat-
ters van de huurwaarden der localiteiten,
waarvoor vergunning voor den verkoop van
sterken drank in het klein is verleend. 40.
287. Kosten ter zake van verzekering,
pensionneering enz. van ambtenaren en be-
ambten. 36.
Inkomsten
288. Opbrengst van het vergunnings-
recht wegens verkoop van sterken drank in
het klein. 1500.
289. Opbrengst van waarschuwingen en
aanmaningen. Memorie.
290. Verhaal van pensioensbijdragen. 5.
3. Woningbedrijf.
291. Uitkeering van het bedrpf. f 8145.
292. Bijdragen van het rijk, krachtens art.
38, derde lid der Woningwet. f 2700.
U i t g a v e n
293. Annu'iteiten van geldleeningen ten
laste van hoofdstuk XIII 3 komende. 8145.
294. Uitkeering aan het bedrijf. f 4500.
HOOFDSTUK XIV.
Kasvoorzieningen.
Inkomsten
295. Teruggave van het rjjk. 100.
296. Teruggave van voorschotten, aan
ambtenaren verstrekt voor het doen van uit-
gaven ten behoeve van de gemeente. 510.
Ui tgaven
297. Voorschotten ten behoeve van het
rij'k. 100.
298. Voorschotten aan ambtenaren der ge
meente, teneinde daaruit voorloopig kleine
betalingen ten behoeve der gemeente te doen.
f 510.
299. Rente en provisie van tijdelijk ter
voorziening in de behoefte aan kasgeld
opgenomen gelden. Memorie.
HOOFDSTUK XV.
Overige inkomsten en uitgaven.
Inkomsten
300. Aandeel der gemeente in de bruto-
opbrengst der electrische centrale te Ter
Neuzen. f 1500.
301. Verhaal van bijdragen voor inkoop
van pensioen ten behoeve van het rijk. f 50.
Uitgaven
302. Betaling aan het rijk van verhaalde
bpdragen voor inkoop van pensioen. f 50.
HOOFDSTUK XVI.
Onvoorziene uitgaven.
Uitgaven
303. Onvoorziene uitgaven. f 6000.
KAPITAALDIENST.
HOOFDSTUK I.
Vroegere diensten.
Inkomsten
304. Batige sloten van den kapitaaldienst
der laatst-vastgestelde rekening, voor zoo-
verre daaraan niet reeds eene bestemming is
gegeven. 1724,48.
Uitgaven
305. Nadeelige sloten van den kapitaal
dienst volgens de laatstvastgesteide rekening.
38,34.
HOOFDSTUK VI.
Openbare werken.
Inkomsten
306. Geldleening overgebracht van hoofd
stuk XVI. 70.000.
307. Bijdrage van hoofdstuk VI van den
gewonen dienst. /6800.
Het wegenfonds is ingestelid bij raadsbe-
sluit van 18 November 1928. Op 1 Januari
1930 zal dit fonds f 3000 groot zijn, exclu-
sief de gekweekte rente. In den dienst 1929
wordt nl. f 6000 gebracht voor gedeeltelijke
dekking der kosten van de nieuwe bestra-
tingswerken in de Westkolkstraat.
Uitgaven
308. Aankoop van rentegevende stukken
tot vorxning van een wegenfonds. 3000.
De heer HAMELINK geeft te kennen, dat
hetgeen hij gaat zeggen z.i. beter bij post
no. 135, den post bijdrage uit den kapitaal
dienst voor bestratingswerken tot zijn recht
zou zgn gekomen. Hij heeft zich willen
richten naar het verzoek van den voorzitter.
Dit vloeit voort uit het feit, dat burgemees-
ter en wethouders er niet toe te brengen
waren, van het saldo van het vorig dienstjaar
een deel te reserveeren voor mogelijke kwade
jaren. Om nu nog wat te bereiken, heeft hij
in overweging den post voor het wegenfonds
van f 3000 te verhoogen tot 10.000. Er be
hooren aan de straten nog verschillende
voorzieningen te worden aangebracht en
spreker koestert de vrees dat, als er kwade
jaren zullen komen, men in de eerste plaats
weer zou gaan bezuinigen op het onderhoud
der straten.
Spreker houdt er niet van, om elk jaar met
dezelfde zaak terug te komen, ten einde
daarover weer opnieuw een uitspraak uit te
lokken, zooals burgemeester en wethouders
uit het door hem in de afdeelingsvergadering
naar voren gebrachte hadden gedistilleerd.
Hij ziet niet in, dat dit nu zoo'n hooge eisch
is, indien men het stratenplan onzer gemeen
te in zijn geheelen omvang beschouwt. Men
moet niet uit zijn voorstel distilleeren, dat hij
daarvoor ieder jaar zoo'n bedrag zou willen
disponibel stellen, hij heeft alleen voorge-
steld het te reserveeren van het overschot.
Hij zal daarop thans niet dieper ingaan,
maar meent, dat het toch de vraag
is, of dit principieel zoo verwerpelijk
zou zijn. Volgens de opvatting van burge
meester en wethouders zou bij zijn betoog
hierover voor de tribune zitten spre-
ken, maar als de heeren er nu zoo aan vast-
houden dat voor het werk aan de straten
behoort geleend te worden, moet hij daar
tegenover zijn meening toch zetten. Hij her
innert er aan, dat er eeniige jaren geleden al
over gedebatteerd is, toen de voorzitter een
groot bedrag noemde, dat naar zijn meening
noodig zou zijn, om onze straten in orde te
krijgen.
De VOORZITTER: En daarvan is al aar-
dig wat in vervulling gekomen.
De heer HAMELINK wijst er op, dat bur
gemeester en wethouders hun denkbeeld nu
bij stukjes en beetjes er trachten door te
krijgen. Hij meent, dat het nog niet zoo
slecht gezien was van de raadsleden die met
hem hebben aangedrongen op het vormen
van een wegenfonds. Men kan dat nu weer
zien aan hetgeen zich op deze begrooting af-
speelt. Het gaat over de stelling of men de
kosten van de jaarlijksche slijtage moet vin-
den uit een onderhoudsfonds, dan wel of men
voor het dekken van de kosten daarvan ook
moet leenen. Als men leent, krijgt men duur
kapitaal. Als men honderd duizend gulden
leent en dat in 40 jaar terugbetaalt, moet
men daarvoor met inbegrip van de rente
ongeveer het dubbele opbrengen, en men
krijgt maar voor de helft waarde voor dat
geld. De heer De Jager berekent voor het
leenen van een ton over 40 jaren aan jaar
lijksche aflos 2500 en 2300 rente doch
spreker is van oordeel, dat men in de eerste
jaren met 4800 niet zal toekomen, dat de
begrooting daardoor heel wat zwaarder zal
worden gedrukt. Hp zou nu daartegenover
willen stellen het reserveeren van een jaar-
lijks bedrag voor onderhoudskosten. Indien
men jaarlijks 5000 zou reserveeren, zou men
voor het daarvan te verkrijgen bedrag op
verschillende tijdstippen mooie gedeelten
straat kunnen maken. Dan kwam het voile
bedrag aan het werk ten goede. Hij be
schouwt onze straten als een bedrijf, voor de
instandhouding waarvan een jaarlijks bedrag
behoort te worden afgeschreven. En al moge
men dit nu als een noodzakelijk kwaad be-
schouwen, men kan er toch niet van buiten.
Men zal voortdurend nog straten van parti-
culieren moeten overnemen, zoodat die last
steeds grooter wordt. Hij acht het niet on-
juist gezien, doch juist een eisch van voor-
zichtigheid, om jaarlijxs voor het onderhoud
een bedrag te voteeren. Deze kwestie is des-
tijds in groote lijnen verdedlgd en bestreden,
doch burgemeester en wethouders trachten
nu bp kleine beetjes hun plan er door te
halen.
Hij acht de cijfers van den heer De Jager
aanvechtbaar. Er wordt nu gevraagd voor
de Grenulaan en de Schoolweg 57.000.' Maar
als men al de andere straten er bij neemt, die
nog in orde gebracht moeten worden, dan is
zelfs f 100.000 veel te weinig. Hij heeft daar-
,m veroeaigd het bedrag- voor het wegen-
ionds te verhoogen tot 10.000, niet om dat
elk jaar te doen, maar op grond der gunstige
uitkomsten der rekening van het vorig jaar,
omdat hrj kan hierover toch uit ervaring
spreken als de omstandigheden voor de
gemeente financieel ongunstiger worden, de
ingezetenen zelf daaronder ook te ltjiden heb
ben, en het dan bezwarend is om van de in
gezetenen hoogere belastingbpdragen te
vorderen.
Spreker herinnert, bp de besprekingen die
zijn gevoerd over de vraag of werken al of
niet uit de gewone middelen behooren te
worden betaald, te hebben te kennen ge
geven dat hij zich niet in alle omstandig
heden tot het uiterste tegen het sluiten eener
leaning zal verzetten. Het kan mogelijk zijn,
dat een werk aan de orde wordt gesteld,
waarvan de kosten practisch niet anders dan
door een leening kunnen worden gedekt. En
nu betreft het hier geen gewone weg, doch
een verkeersweg langs de Grenulaan en den
Schoolweg. En zoo'n verkeersweg maakt
men feitelijk niet eens voor de inwoners, want
die dient voor een groot deel voor het door-
gaand verkeer. Er valt dus veel voor te zeg
gen om de kosten voor dien weg niet te dek
ken uit onze gewone middelen, maar voor de
verdere voorzieningen aan straten moet hp
bp vernieuwing waarschuwen daarvoor an
dere bronnen dan het sluiten eener leening
aan te wijzen, aangezien de kosten dier wer
ken, in verband met de rente die dan boven-
dien moet worden betaald, veel te duur wor
den.
De heer VAN AKEN merkt op, dat de heer
Hamelink nu met een voorstel komt, dat hp
feitelpk een jaar of vijf, zes eerder had be
hooren te doen. Er is thans al 114.000 voor
bestratingswerken gevoteerd. De raad zal nu
moeilijk meer anders kunnen doen, dan het
voorstel van burgemeester en wethouders
aannemen. Men zal dan echter bereiken, dat
de voomaamste straten dan zoo wat in orde
zijn; de verder aan de beurt komende straten
zijn dan meer te beschouwen als straten van
den tweeden rang en spreker gelooft ook, dat
het een daad van wps beleid zal zpn om ten
behoeve van de restauratie dier straten een
wegenfonds te vormen.
De heer SCHEELE is van oordeel, dat er
tegen het betoog van den heer Hamelink
weinig valt te zeggen. Thans doet zich ech
ter het bezwaar voor, dat we een bestratings-
werk dat groote kosten vordert moeten uit-
voeren. De heer Hamelink komt voor dat
werk toch ook op het leeningsstandpunt. Dat
worden dus moeilpke, zware jaren, dat er
veel kapitaal noodig is, en het. bezwarend
kan zijn, daar nevens nog een hooger bedrag
voor het wegenfonds te reserveeren. Of-
schoon spreker dus veel gevoelt voor het
denkbeeld van den heer Hamelink zal hp zich
ditmaal houden aan het voorstel van burge
meester en wethouders.
De heer VERLINDE zou ook met het
denkbeeld van den heer Hamelink kunnen
instemmen, als men nog moest beginnen,
maar de raad staat er thans voor am een
werk te moeten uiitvoeren. Hiervoor komt
men er zonder leening niet af. Er is in de
toekomst nog veel te doen; de kosten daar
van zouden uit het wegenfonds behooren te
worden gevonden; is het dan nog niet vol
doende, dan stellen we het zegt. hp nog
maar een paar jaar uit.
De heer DE JAGER moet omtrent de door
den heer Hamelink verdedigde stelling van
meening verschillen. Indien men thans uit
de gewone inkomsten een post voor het
wegenfonds zou nemen van f 10.000 's jaars,
drukt dat op het tegenwoordige geslacht, ter
wijl men er een werk mede maakt dat 40, 50
jaar bestand is. Indien het voorstel van den
heer Hamelink door den raad werd aangeno
men, is het nog de vraag of gedeputeerde
staten daaraan sanctie zouden geven. Als
men die f 10.000 uit de begrooting neemt,
wordt de plaatselijke belasting daardoor direct
gedrukt.
De heer GEELHOEDT wijst er op, dat als
gevolg van het toenemend en zwaarder ver
keer iedere gemeente van eenigen omvang
voor het probleem komt te staan om voorzie
ningen te treffen met het oog op de bestra-
ting, voornamelijk van die welke als verkeers-
wegen zijn te beschouwen. Hij veronderstelt,
dat de geheele gemeenteraad wel overtuigd
is van de noodzakelijkheid van het voorgestel-
de werk, waardoor men een verkeersweg
rondom de kom der gemeente verkrijgt. Dit
zal ook strekken tot een gemak voor de mge-
zetenen, daar de drukkere binnenstraten daar
door van het doorgaand verkeer kunnen wor
den ontlast. Indien thans niet doortastend
wordt ingegrepen zou men daar jarenlang
mee blijven zitten. Indien de heeren het stand-
punt zouden innemen, dat de kosten zouden
moeten gedekt worden uit een pot, zal het -
al verhoogt men het bedrag tot 10.000
eenige jaren duren, eer het bedrag groot ge-
noeg is om de kosten te bestrijden, en zou
men als gevolg daarvan ook nog eenige jaren
blijven zitten met wegen die niet bestand - zijn
voor het verkeer. Men zou dan ook de geheele
druk leggen op het tegenwoordige geslacht.
Hij acht h§t daarom beter, een leening te
plaatsen van 60.000 a f 70.000, en daaruit te
bestrijden de kosten van het maken der we
gen die in het voorstel van burgemeester en
wethouders begrepen zijn, en dan verder eens
af te zien. Dat zal voor de gemeente het beste
zijn. Indien nevens het leeningsbesluit nog
een hooge reserve in de begrooting werd op
genomen, zouden we een onevenredigen belas-
tingdruk krijgen.
De heer HAMELINK had gedacht, dat hij
voor zijn voorstel toch zeker op de stem van
den heer Scheele zou hebben mogen rekenen.
Ofschoon deze het met hem eens is, verklaart
hp echter toch met het voorstel van burge
meester en wethouders te zullen steunen. Er
wordt nu gezegd, dat de uitgaaf, indien nog
f 10.000 zou gereserveerd worden, met de af-
lossing voor deze bestratingswerken te zwaar
zou worden. Spreker voert hiertegenover aan,
dat zijn voorstel maar een reserveering van
7000 beteekent, aangezien burgemeester en
wethouders zelf f 3000 hebben uitgetrokken.
Hij wijst er voorts op, dat men, als het vol
gend jaar op de voorgestelde leening moet
worden afgelost, men er dan toch niet komt
met de door den heer De Jager genoemde
f 4800, want dat dan niet alleen de aflos, maar
ook de voile kapitaalsrente op de begrooting
I drukt, en men dus heel wat hooger zal moe
ten komen, en hij vermoedt dat de heer
Scheele nu alleen met het voorstel van burge
meester en wethouders meegaat, omdat in het
vooruitzicht is gesteld dat de factor dan min
1 zou kunnen zijn.
De heer Van Aken gaf te kennen dat spre
ker met zijn voorstel te laat was, omdat er al
zooveel geld voor de straten is of zal worden
geleend. Spreker is echter van meening, dat
het beter is ten halve gekeerd, dan ten heele
gedwaald. Hetgeen door burgemeester en wet
houders thans wordt voorgesteld is niet af-
doend. lets anders ware het, als men er met
het uitvoeren van de voorgestelde werken
was, maar dat is in geenen deele het geval.
Dat is het hem juist. De heer Verlinde zou
blijkbaar voor de verdere werken willen put-
ten uit het wegenfonds, zooals dit nu is inge-
steld. Maar dat bedrag is te gering. Dan
gelmatige voorziening in de bestratingen te
kunnen zorgen. Daarin zit de groote moeil'ik-
heid. Het is toch in 't geheel niet denkbeeldig,
dat de gemeenteraad binnen enkele jaren weer
voor het uitvoeren van een groot werk gezet
wordt, als men nagaat dat de heeren nu reeds
spreken over een vernieuwing van de Vloos-
wpkstraat en de Markt. Indien men nu begon
met het storten van 10.000 in het wegen-
tonds en dit 3 jaar deed, kon dat werk in '32
uitgevoerd en contant betaald worden, zonder
verdubbeling der kosten door te betaien rente.
Door opvoering van den post voor onderhouds
kosten komt men er niet, want dien post moet
men ieder jaar verwerken. Dat kan voor ver
nieuwing van straten niet dienen, omdat men
dan ieder jaar maar een klein stukje straat
zou kunnen maken en dit niet economisch is,
o.m. omdat het voordeeliger is de noodig#
materialen bp grooter kwantum aan te koo-
pen, nog afgedacht van de omstandigheid dat
men dan geen gelijke straat krpgt. Hp acht
het jammer, dat de heeren niet van het vol
gens hem onjuiste standpunt zpn af te bren
gen. Hp wpst echter op de Burgemeester
Geillstraat. De leening voor die straat is nog
niet afgelost en ieder kan wel zien, dat die
straat het niet lang meer houden zal, vooral
daar bij het Diaconiehuis heeft deze vernieu
wing noodig. Nu is het toch een werkeerde
rdethode om voor een straat waarvan de oude
ueening nog niet eens is afgelost een nieuwe
leening nog niet eens is afgelost een nieuwe
door den nieuwe aanbouw der laatste jaren
een zeer groot stratenplan gekregen. En men
kan nu wel de stelling verkondigen dat aan
de nieuwe straten in de eerste jaren niet zoo
veel veranderingen zullen noodig zijn, maar
naar sprekers meening zal de tijd dit wel an
ders leeren. Er is voor het gewoon onderhoud
reeds veel noodig, en als men voor vernieu-
wingen steeds wil leenen, betaalt men daar
voor steeds de dubbele kosten, hetgeen in de
toekomst de begrooting ernstig zal bezwaren.
Men zal dan voor die vernieuwing steeds het
dubbele bedrag betaien van hetgeen voor het
werk zelf noodig is. Men leent dan een kapi
taal, maar moet er voor de rente nog een
kapitaal bijbetalen. Men doet dit onder aan-
voering van de theorie dat men het tegen
woordig geslacht niet te zwaar moet belas-
ten voor werken waarvan ook het nageslacht
profiteeren zal, maar inderdaad belast men
het tegenwoordig en ook het toekomstig ge
slacht beide, omdat men te veel betaald. Men
betaalt b.v. ten slotte f 5000, terwpl men in
derdaad maar voor 2500 waarde krpgt, aan
gezien voor de rente practisch niets geleverd
wordt.
Spreker zal er niet verder op door gaan,
opdat hp toch geen kans ziet, er zijn voorstel
door te krijgen, maar hij verwacht dat men
binnen 10 of 20 jaar zijn woorden nog wel
eens zal herinneren. Uitgaven die als het ware
jaarlijks terugkomen zpn niet meer als bui-
tengewone uitgaven, waarvoor behoort ge
leend te worden te beschouwen. Als voorbeeld
noemt hp Den Haag, waar men voor scholen-
bouw niet meer leent, doch de geregeld voor-
komenden bouw van nieuwe scholen jaarlpke
op de begrooting plaats, om daardoor de rente
voor de leeningen te besparen. Uit zuinigheids-
oogpunt betaalt men dat dus uit de gewone
middelen.
De VOORZITTER heeft door het betoog
van den heer Hamelink in tweede instantie
vooral den indruk gekregen, dat dit als fou-
tief, of in elk geval als ontijdig moet be-
schouwd worden. Hij wil nu te veel betaien.
Hij komt er te vroeg mee. Dit zou goed zpn
als we klaar waren met de vernieuwings-
werken en hij dan zoo'n voorstel deed met
het oog op de toekomstige herstellingen. De
heer Hamelink wil nu twee dingen tegelijk
doen, straten aanleggen en geld overleggen.
We gaan nu echter terstond straten maken
en daarvoor leenen. Bij den heer Hamelink zit
de kern van zijn betoog ergens anders. Deze
is van meening, dat voor vernieuwing van
straten niet moet worden geleend.
De heer SCHEELE: Althans niet voor be-
staande.
De VOORZITTER herinnert, dat daarvoor
hier reeds meermalen gedebatteerd is, en dat
toen van de zijde van burgemeester en wet
houders ook tegenover den heer Scheele is
aangetoond, dat het niet gaat, om vemieu-
wingswerken uit de gewone inkomsten of
overschotten te dekken. Voor een gedeelte
is dat hier gedaan, doch daarvoor is slechts
met moeite de goedkeuring van gedeputeerde
staten verkregen, met de waarschuwing, dat
men het niet gewenscht achtte, aldus te ad-
ministreeren. Het gaat eigenlijk over de
vraag wat is nieuw werk, wat is vemieuwd
en wat is herstel.
De Lange Kerkstraat b.v., waar de bestra-
ting wordt vervangen met de uitgekomen
keien der Noordstraat, dat is herstel, daar
leenen we niet voor, het maken van de trot-
toirs in de Dijkstraat was vernieuwing, even-
als het herstraten met nieuwe keien van de
Nieuwstraat en de Westkolkstraat. Dit zijn
wel de belangrijikste straten, welke vemieuwd
zijn, waarbij dan nu nog komen de Grenulaan
en de Schoolweg. De verbeteringen aan die
straten kunnen voor een deel worden bestre
den uit de opbrengst van den verkoop van
het oude materieel. Dan hebben burgemees
ter en wethouders nog de kans gelhad om
9000 Zweedsche granietkeien billijk over te
nemen, eene bedekking die naar hun meening
de voorkeur verdient voor dezen verkeersweg.
Wat de klinkerbestrating van de Burge
meester Geillstraat betreft, het heeft ook de
aandacht van burgemeester en wethouders
getrokken, dat deze geleden heeft. Men moet
in aanmerking nemen, dat de levensduur van
een klinkerbestrating op een drukken ver
keersweg maar ongeveer 15 jaar is. In stille
straten duurt die langer. Die klinkers zullen
wel eens gekeerd moeten worden, met aan-
vulling van het materiaal voor de gebrokene.
En naast den weg in de Grenulaan maken we
oak een klinkerpad.
Spreker wijst er voorts op, dat burgemees
ter en wethouders ook nog een tikje nanst
den heer Hamelink staan, zij willen met allea
door het nageslacht laten betaien. V^daar
dat zij geen bezwaar
maken om f 3000 te
reserveeren voor het wegenfonds. Er moet
echter in een sneller tempo gewerkt worden,
met dat bedrag komen burgemeester en wet
houders er niet, ze willen straten hebben en
komen daarom met het leeningsvoorstel, dat
pl.m. f 5000 's jaars zal kosten, volgens de
berekening van den heer De Jager maar
4800.
De heer HAMELINK noemt dit laatste on-
juist, daar komt men er niet mee, hij zal dat
•t volgend jaar uit de begrooting wel eens
aantoonen.
De heer DE JAGER: 't Volgend jaar be
taalt u daar nog niets voor.
De VOORZITTER: We zullen dat dan hier
weer heel vriendschappelijk behandelen.
Het voorstel van den heer Hamelink om
post no. 308 te verhoogen tot f 10.000 wordt
verworpen met 9 tegen 4 stemmen.
Voor stemmen de heeren Colsen, Hame
link Van Driel en Van den Bulck; tegen
stemmen de heeren De Jager, Geelhoedt,
Scheele, Van Neerbos, Verlinde, De Brupne,
De Bakker, Van Aken en.Bedet.
309. Kosten vemieuwen der bestrating in
de Noordstraat-Schoolweg en Grenulaan en
leggen van trottoirs aan de Axelsche weg en
Schoolweg. f 65.100.
310. Rioleering van de Axelsche straat en
Kerkhoflaan en verandering der rioleering in
de Roeiersgang. f 8700.
Omtrent deze twee posten geven burge-