ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No 8395
Maandag 8 Juli 1929
69' Jaargang.
ABONHEMENTSPRIJS:
Opening en sluiting der Jacht.
BINHENLANB.
FEUILLETON.
V™°B?WNA™IJd%*25."ver°a«nWen®"S mZfJh ."S.'S* -hrt tliSSSfSS'w
Dit blad verschijnt iederen Maandag-, Woensdag- cn Vriidagavond.
S ©XX
HOOIBROEI,
De Burgemeester van TER NEUZEN
maakt bekend, dat de Minister van Binnen-
landsehe Zaken en Landbouw bij beschikking
van 17 Juni 1929 heeft bepaald:
1. dat, behoudens bet bepaaide sub 2, 3,
4, 5, 6, 7 en 8, de jacht op de wildsoorten,
genoemd in kolom I, zal zijn geopend in de
provincies, genoemd in kolom II, gedurende
het tijdvak, in kolom II achter de namen der
wildsoorten aangegeven, en in de provincies,
genoemd in kolom III, gedurende het tijdvak,
in kolom III achter de namen der wildsoor
ten aangegeven..
KOLOM I.
GROF WILD.
KOLOM n.
Alle provincies, behalve Groningen
Friesland, Drenthe en Limburg.
KOLOM in.
Groningen, Friesland, Drenthe
en Limburg.
Edelherten en
damherten
Hinden
Reebokken
Reegeiten
van 26 Oct.
I 2 Jan.
1 Juli
en 5 Oct.
I 26
1929 tot 26 Jan. 1930
1930 26 1930
1929 11 Aug. 1929
1929 11 Nov. 1929
1929 10 1929
van 26 Oct.
2 Jan.
5 Oct.
26
1929 tot 26 Jan. 1930
1930 26 1930
1929 10 Nov. 1929
1929
10
1929
KLEIN WILD.
Patrijzen
Houtsnippen
Korhennen
Korhanen
Fazantenhennen
Fazan tenhanen
Hazen
Alle provincies, behalve Groningen,
en Friesland.
van 7 Sept. 1929 tot 1 Jan. 1930
Groningen en Friesland.
Ter voldoening aan een schrijven van den
heer Commissaris der Koningin in Zeeland,
wordt de aandacht van belanghebbenden er
op gevestigd, dat het vorig jaar, tengevolge
van broei in hooi een groot aantal branden is
ontstaan.
Door zorg en oplettendheid had een belang-
rijk deel dier branden vermoedelijk kunnen
voorkomen worden.
Het is natuurlrjk in de eerste plaats het
eigenbelang der landbouwers en andere be-
trokkenen, om het uitbreken dezer branden
te voorkomen.
Nadrukkelijk wordt er bovendien op ge-
wezen, dat zij, wanneer tengevolge van na-
latigheid van hunne zijde brand mocht uit
breken, krachtens de bepalingen van art. 158
van het Wetboek van Strafrecht met den
strafrechter in aanraking kunnen komen
Ter Neuzen, den 8 Juli 1929.
De Burgemeester van Ter Neuzen,
J. HUIZINGA.
7 1929
28 1929
28 1929
14 April 1930
28 Sept. 1929
28 1929
28 1929
23 Febr. 1930
27 Oct. 1929
1 Jan. 1930
27 April 1930
1 Jan. 1930
26 1930
1 1930
14 Sept.
1929
tot 1 Jan. 1930
14
1929
23 Febr. 1930
28
1929
27 Oct. 1929
28
1929
1 Jan. 1930
28
1929
1 1930
28
1929
26 1930
28
1929
1 1930
WATER WILD.
Alle provincies.
Zwanen
Ganzen
Watersnippen
Eenden, alle soorten, behalve bergeenden en
eidereenden y.
Goudplevieren
van 5 Aug.
5
5
1929 tot 2 Febr. 1930
1929 27 April 1930
1929 6 1930
5 1929
2 Sept. 1929
16 Febr. 1930
16 1930
2. dat ten aanzien van de jacht in de pro-
vincie Drenthe het onder 1. bepaaide slechts
geldt op Maandagen, Woensdagen en Zater-
dagen
3. dat de jacht op wilde eenden (anas
boschas, anas boschas boschas, anas platyr-
hyncha platyrhyncha) op het eiland Texel
zal zijn geopend van 29 Juli 1929 tot 16
Februari 1930;
4. dat, behoudens het bepaaide sub 6, 7
en 8, het vangen van de hieronder in kolom
A genoemde waterwildsoorten door middel
van eendenkooien zal zijn toegestaan in de
provincies, genoemd in kolom B, gedurende
het tijdvak, in kolom B achter de namen
der wildsoorten aangegeven, en in de provin-
cie, genoemd in kolom C, gedurende het tijd
vak, in kolom C achter de namen der wild
soorten aangegeven;
KOLOM A.
WATERWILD.
KOLOM B.
Alle provincies, behalve Noord-Brabant.
KOLOM C.
Noord-Brabant.
Eenden, alle
soorten, be
halve berg
eenden en
IIINDERWET.
Verdaging der beslissing op een verzoek om
vergunning.
Burgemeester en Wethouders van TjiiR
NEUZEN;
gelet op het verzoek, onder dagteekening
van 25 Mei 1929 ingediend door AMATUS
ALOIJSIUS EUGENIUS VERMAST en
WILLEM VERLINDE beiden te Ter Neuzen,
waarbij vergunning wordt gevraagd tot het
oprichten en in werking brengen van een
kistenfabriek met een electromotor van 6
P.K. en een van 4 P.K. en een benzinemotor
van 6 P.K. op het perceel kadastraal bekend;
gemeente Ter Neuzen, Sectde K, no. 234;
overwegende, dat de beslissing op dit ver
zoek niet kan worden genomen binnen den
termijn, bepaald in artikel 8, eerste lid der
Hinderwet, op grond, dat nog niet is inge-
komen het bericht van den Hoofdinspecteur
van den Arbeid in het Xe district te Dord
recht omtrent het al of niet voldoen der in-
richting aan de eischen gesteld krachtens
artikel 6 der Veiligheidswet;
I gelet op artikel 8, tweede lid, der Hinder-
wet;
besluiten
De beslissing voormeld te verdagen.
Ter Neuzen, 8 Juli 1929.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Werkgeversvereeniging, de Cooperatieve Ver-
eeniging Centraal Beheer en Centraal Overleg
in arbeidszaken voor werkgeversbonden, ter
toespreking van de uitvoering van de Ziekte-
wet door op te richten bedrijfsvereenigingen.
In deze vergadering werden de concept-sta-
tuten voor de bedrijfsvereenigingen, de fede-
ratie van bedrijfsvereenigingen en de afdee-
lingskas, nadat daarin nog enkele wijzigin-
gen waren aangebracht, voorloopig vastge-
steld.
De besturen van genoemde vakcentralen
hebben zich zonder uitzondering bereid ver-
klaard, onder nadere goedkeuring van de
daarvoor door elke centrale te raadplegen in-
stanties, samen te werken om gemeenschap-
pelijk de Ziektewet uit te voeren. Binnen-
kort zullen thans de bij de vakcentralen van
werkgevers en arbeiders aangeslotenen ge-
raadpleegd worden om in deze aangelegen-
heid een definitieve beslissing te neanen. In-
dien deze beslissing in gunstigen zin uitvalt,
zal met bekwamen spoed tot de oprichting
van bedrijfsvereenigingen, door de werk
gevers- en arbeidersorganisaties worden
overgegaan.
De organisaties voomoemd dringen er bij
de werkgevers ten sterkste op aan niet te
treden in de aanbiedingen van personen of
instellingen, die thans, buiten het overleg tus-
schen de georganiseerde werkgevers en ar
beiders, leden trachten te werven voor de
v66r 1 dezer buiten het overleg tusschen de
georganiseerde werkgevers en arbeiders
overhaast opgerichte bedrijfsvereenigingen.
FLORIS VOS BIJ DE V. D.
Naar het „Hbld." vemeemt, zal de heer
Vos in de Kamer aansluiting zoeken bij de
Vrijz. Dem., aan welke partij hij zich het
nauiwst verwant voelt.
DE LANGE DIENSTTIJDEN BIJ HET
LOODSWEZEN.
De loodsenvereeniging Nederland, heeft, in
algemeene vergadering bijeen op 4 en 5 Juli te
Amsterdam, besprekende het punt dienst-,
rust- en vrije tijden, geconstateerd, dat het
veelvuldig voorkomt, dat de loodsen zeer
lang aaneen dienst moeten verrichten, va-
rieerende van 400 tot 450 uren per maand,
en dat geen absoluut recht op rust- en vrije
tijden gewaarborgd is, en als haar meening
te kennen gegeven, dat in de huidige regeling
voor de dienst-, rust- en vrije tijden dringend
verbetering moet worden gebracht.
van 2 Sept. 1929 tot 2 Maart 1930 van 2 Sept. 1929 tot 16 Maart 1930
5. dat, behoudens het bepaaide sub 6, 7,
en 8, het vangen van de hieronder in kolom
D genoemde waterwildsoorten door middel
van netten, waarvan het gebruik is geoor-
loofd, zal zijn toegestaan in het geheele Rijk,
gedurende het tijdvak, in kolom E achter de
namen der wildsoorten aangegeven;
KOLOM D.
WATERWILD.
KOLOM E.
Zwanen
Ganzen
Watersnippen
Eenden, alle soorten, behalve bergeenden en
eidereenden
Goudplevieren
van 2 Sept. 1929 tot 2 Febr. 1930
2 1929 27 April 1930
2 1929 6 1930
2 1929 2 Maart 1930
2 1929 6 April 1930
6. dat ten aanzien van het vangen van
waterwild door middel van eendenkooien en
netten, waarvan het gebruik is geoorloofd in
de provincie Drenthe, het onder 4 en 5 be
paaide slechts geldt op Maandagen, Woens
dagen en Zaterdagen;
7. dat het vangen van ganzen en goud
plevieren door middel van netten, waarvan
het gebruik is geoorloofd, niet zal zijn toe
gestaan in de gemeente Reeuwijk;
8. dat in het heele Rijk de jacht niet zal
worden geopend op hertenkalveren, reekal-
veren, bergeenden, eidereenden, alsmede op
duikers, kemphanen, wulpen, scholeksters,
grutto's, tureluurs, meerkoeten en water-
hoentjes..
Ter Neuzen, 5 Juli 1929.
De Burgemeester voomoemd,
J. HUIZINGA.
DE KABINETS-CRISIS.
H. M. de Koningin heeft Zaterdag ten pa-
leize Het Loo ter conferentie ontvangen de
j voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer
der Staten-Generaal.
DE ZIEKTEWET.
Bij Kon. besluit van den 29sten Juni is be
paald, dat:
1°. de Ziektewet, met uitzondering van de
1 artikelen 21, 48, 78, 79 en 124, in werking
treedt op 1 Augustus 1929;
2°. de artikelen 21, 78 en 79 der Ziekte
wet in werking treden op 1 Maart 1930.
De uitvoering van de Ziektewet.
Dezer dagen heeft opnieuw een vergadering
plaats gehad van de commissie, bestaande uit
vertegenwoordigers van het Nederlandsch
Venbond van Vakvereenigingen, het R.-K
Werkliedenverbond, het Chr. Nationaal Vak-
verbond in Nederland, het Verbond van Ne-
derlandsche Werkgevers, de Alg. R. K.
Werkgeversvereeniging, het R. K. Verbond
van Werkgeversvereenigingen, de Christ.
Uit het Engelsch
door
PHILLIPS OPPENHEIM.
29) Vervolg.
De twee volgende dagen deed hij alle
mogelijke moeite om een betrekiking te
krijgen met steeds hetzelfde negatieve re-
sultaat. Den volgenden dag kleedde hij
zich zoo netjes mogelijk aan en ging naar
Mr. James Fancourt, Gerrandstreet no. 7.
De deur werd geopend door een knecht,
die hem in een vertrek bracht, dat half als
salon, half als studeerkamer was inge-
richt. Tot zijn sohrik herkende hij in Mr.
James Fancourt een habitue van een van
de deftigste clubs in de city. Mr. Fancourt
qaf echter niet het minste blijik van her-
kenning. Hij was een slanke, gedistin-
geerd uitziende jonge mlan, met keurig
opgemaakt gitzwart haar en een eigen-
aardig gevormd lang gezicht, dat, merk-
waardig genoeg, bijna zonder uitdruikking
was. Door zijn monocle keek hij Bliss met
zekere neerbuigende vriendelijkheid aan.
,,Mr. Johnson, is 't niet?" vroeg hij.
,,Ja, mijnheer, Ernest Johnson", ant
woordde Bliss.
James Fancourt keek hem gedurende
een paar oogenblikken doordringend aan,
en al dien tijd had Bliss de gewaarwor-
ding of zijn geheele tegenwoordige en
vroegere leven voor den man openlag.
,,Ik ben over uw moeilijke omstandig-
heden al ingelicht ging James Fancourt
afgemeten voort, ,,U HShoeft natuurlijk
niet in bijzonderheden te treden, maar ik
wilde wel graag het e«n en ander weten.
Waar heeft u uw opleiding genoten?
,,In Enton", antwoordde Bliss.
Heeft u een of andere Universiteit
bezocht?"
„Ja, Magdalen. Heeft dat iets te maken
met de zaak, waarvoor ik hier ben?_
,,Neen, dat niet", antwoordde Mr. Fan-
court. „Maar aan den anderen kant is
het wel noodig, dat ik iets van uw ante-
cedenten af weet. Miss Forrest heeft me
geschreven, dat u voor het oogenblik bui
ten betrekiking bent en graag weer werk
zoudt willen hebben." jt
,,Iik zou heel graag weer werik hebben
antwoordde Bliss, ,,zooals de zaak nu
staat, neem iik alles aan."
Oogensohijnlijk diep in gedachten, haal-
de Mr. Fancourt een sigarettenkoker uit
zijn zak, nam een sigaret eruit en schoof
den koker Bliss toe.
..Wilt u opsteken?"
Zonder een oogenblik te aarzelen nam
Bliss dat aanbod aan. Met halfgesloten
oogen stak hij de sigaret op. Toevallig
was 't hetzelfde merk, dat hij vroeger
altijd gerookt had, een merk, gemaakt van
de fijnste Turksche tabak, die in Londen
verkrijgbaar was. Met een uitdrukking
van de grootste tevreden'heid op zijn ge
zicht inhaleerde hij de eerste paar trek-
ken. Den laatsten tijd had hij niets anders
dan shag gerookt. Mr. Fancourt liet door
zijn manier van glimlachen zien, dat hij de
sensaties van zijn bezoeker volkomen be-
9reeP- .111
,,Wilt u niet gaan zitten?" noodig de hij
hem uit. ,,Kijik eens, mr. Johnsen, als ik
kan, wil ik u graag helpen. De zaak staat
echter zoo: u wil graag een berekking
hebben, en ik kan u er wel een bezorgen.
De kwestie is nu maar, kan het u veel
schelen, wat voor soort betrekking het is
Bliss bekeek eerst aandachtig zijn siga
ret en keek toen den man, die tegenover
hem zat, aan.
,,In 't algemeen gesproiken niets ant
woordde Bliss langzaam. „Mijn laatste
betrekiking was tooneelknecht aan het
Frivolity Theatre. Daarvoor ben ik groen-
tenman geweest. Portier en loopjongen
waren mijn eerste baantjes. O ja, en dan
ben iik nog reiziger in fornuizen ge
weest."
,,In elk geval behoeft u niet over een-
tonigheid te klagen", moest Mr. Fan-
court glimJachend toegeven. ,,Maar wel
lijken al die ibetrekkinqen in mijn opinie
heel veel op elkaar ging hij voort, ter-
wijl hij nadenkend de asch van zijn si
garet afknipte.
,,Ik kan u verzekeren... begon Bliss.
,,U begrijpt me waarschijnlijik ver-
keerd", viel Mr. Fancourt hem in de
rede. „Als ik u zeg, dat ze op elkaar lij
ken, dan bedoel ik alleen op de volgen-
de manier. Die betrbkkingen waren alle
even ongesohikt voor iemand van uw po-
sitie. En ze waren alle wat men gewoon-
lijik „eerlijke broodiwinning" noemt. Wat
ik u nu ga voorstellen. kan niet onder
die categorie gerangsc'hikt worden.
Bliss keek den spreker' vragend aan.
Mr. Fancourt maakte volkomen den in-
HET GEDENKTEEIIEN VOOR JULIANA
VAN STOLBERG.
Het gedenkteeken voor Juliana van Stol-
berg te 's Gravenhage te plaatsen in het
plantsoen op het Louise de Colignyplein ver-
keert thans in een vergevorderd stadium
van afwerking meldt de N. R. .Crt.
Men is op het oogenblik bezig met het fei-
telijke beeldhouwwerk naar de modellen in
gips, welke gemaakt zijn op de helft der ware
grootte.
Voor het geheele monument was noodig
65.000 K.G. steen, uit Belgie afkomstig. Het
rust op 25 betonpalen, waar nog 2 beton-
platen over gelegd zijn.
Omtrent het tijdstip, waarop het monu
ment gereed zal zijn, kon nog geen mede-
deeling gedaan worden.
PROCES-VERBAAL TEGEN EEN
STEMBUREAU.
De politie te Apeldoom heeft proces-ver-
baal opgemaakt tegen den voorzitter en de
leden van <§6n der stembureaux, ingevolge
art. 85, 3e lid der Kieswet, luidende: Met af-
wijking van het bepaaide in het eerste lid
kan het stemlbureau tusschen de in art. 84
voorgeschreven verzegeling en de opening der
stembus een tijdruimte laten van het ten
hoogste den uur, mits het stemlokaal niet
verlatende en de stemibus onder zijn toezicht
houdende.
Aan dit laatste was niet voldaan, daar de
leden het stemlokaal hadden gesloten en ruim
een uur afwezig waren.
DE AANSLAG OP WILLEMSTAD.
Bij de besprekingen van den aanslag op
Willemstad ging de belangstelling steeds
naar de vraag, hoe eigenlijk alles in zijn werk
is gegaan, daar de volslagen overrompeling
onbegrijpelrjk voorkwam. De N. R. Crt. ont-
leent daaromtrent aan de Amigoe di Curasao
van 15 Juni het volgende:
De overrompeling.
Het was Zaterdagavond, 8 Juni, ongeveer
kwart over negen, toen plotseling in vliegen-
de vaart drie groote trucks het Waterfort
kwamen binnenstormen. Het was als een
tornado en geweldig als verwoestend.
Binnen het fort kwamen uit deze trucks
een tachtigtal met karabijnen en groote kap-
messen gewapende Venezolanen te voorschijn,
die zich onmiddellijk in drie troepen verdeel-
den, en als een stormwind over geheel het
fort verspreidden.
Een gedeelte vloog op de hoofdwacht af,
waar op dat oogenblik slechts een drietal
politie-militairen tegenwoordig waren. Na
heldhaftigen tegenstand werd sergeant-
majoor Vaas neergesabeld. De twee Suri-
naamsche politie-militairen Nelstein en Na-
rain, die bij de poort stonden, schoten te hulp,
om met gevaar van hun eigen leven hun mak-
ker en de wacht te verdedigen. Zij liepen
daarbij zware verwondingen op.
Een troep vloog op hetzelfde oogenblik de
eetzaal binnen, waar een paar politie-mili
tairen rustig zaten te eten, die eveneens
zware verwondingen opliepen. O.a. de ser-
geant-majoor Marcusse, wiens schedel ge-
kloofd werd en die Dinsdagmorgen overleed.
Weer een ander gedeelte vloog de slaapzaal
op, waar enkele niets vermoedende militairen
rustig te slapen lagen.
Op het geraas stoven alien op, om te zamen
met de andere militairen die zich tot achter
de cantine hadden teruggetrokken, voet voor
voet het terrein te verdedigen.
Zwaar werd er gestreden, en over en weer
geschoten. Doch toen zij de patronen van
hun revolvers verschoten hadden, waardoor
zeker verscheidene Venezolanen gewond en
gedood werden, en de Venezolanen, wier aan-
tal ondertusschen voortdurend aangroeide,
nog maar steeds bleven opdringen, was er
geen weerstand meer mogelijk, en stelden
verschiillenden zich in veiligheid op het plein
van de gevangenis, tenwijl anderen langs den
fortmuur zich in zee lieten vallen en zoo langs
het strand ontkwamen.
In de slaapzaal maakte de troep zich mees-
ter van alle in de rekken aanwezige geweren.
Daar men de lichtleiding had doorgesneden,
heeft men de bovenverdieping der slaapzaal
echter niet doorzocht.
Ten slotte wist een laatste troep het muni-
tiemagazijn binnen te dringen, waar men zich
van zoo goed als alle geweren en ten deel
der munitie meester maakte. Alles ging zoo
snel in zijn werk, dat er aan georganiseerden
weerstand niet te denken viel, te meer, daar
de Venezolanen zoo goed, zelfs met enkele
repeteergeweren, gewapend waren, waarmee
maar voortdurend geschoten werd, terwijl
daarentegen in het fort, zooals Zaterdags
's avonds, wanneer een groot deel der politie-
militairen op patrouille is, gewoonlijk het
geval is, slechts de verplichte bezetting aan-
wezig was.
Heel deze overrompeling, die, zooals uit
geheel het verloop der gebeurtenis blijkt,
totaal onverwachts towam, stond onder de
leiding van den Venezolaanschen generaal
Rafael Simon Urbani en kolonel Machado;
de eerste, bekend uit de revolutiepogingen
van Augustus 1.1., is hier toen na zijn vlucht
van Venezuela naar Aruba, een week of drie
geintemeerd geweest, de tweede was hier
eveneens goed bekend en meermalen hier ge
weest als tenniskampioen.
Naar men vermoedt, is generaal Urbina
hier Zaterdagmorgen met enkele manschap-
pen in het geheim of vermomd geland.
Op het hooren van het schieten begaf luite-
nant Berger zich onmiddellijk naar het fort,
doch vond alles reeds in handen van de Vene
zolanen. Zoo vlug was alles in zijn werk
druk van iemand, die van plan is om
tegen beter weten in een vervelenden en
volkomen onnoodigen uitleg te geven.
,,Kijk eens hier, Mr. Johnson", ging hij
voort, ,,ais u door uw gdboorte en door
uw persoonlijike inclinaties tot dat gedeelte
van de maatschappij behoort, dat uitblinkt
door eerlijke respectabelheid of respecta-
bele eerlijikheid, dan ben ik bang, dat er
tusschen u en mij niet veel overeenkomst
be staat, en in dat geval ben ik. tot mijn
spijt, niet in staat u te helpen. Maar voor
't geval dat u mijn levensopvatting deelt,
mijn levensopvatting, welike me in over-
eenstemming met de natuurwetten zegt,
dat de sterke moet profiteeren van de
zwakheid van anderen, dat een man met
een goed verstand volkomen het recht
heeft, om zijn minder bedeelde broeders
te exploiteeren; als u die moderne levens
opvatting deelt, dan, mr. Johnson, geloof
ik, dat de moeilijkheden voor u achter
den rug zijn."
Bliss was niet in staat een woord uit te
brengen. Tegen zulk een brutaal-open-
hartige logica was hij niet opgewassen.
,,Ofschoon ik niet de minste bedoeiing
heb u te beleedigen, mijn beste vriend,"
ging mr. Fancourt voort, „zou ik er u
toen op willen wijzen, dat u in dezen
voortdiurenden bestaansstrijd tot dusver
aan de zijde van de sohapen, laat ik zeg-
gen, gevochten hebt. Zou het niet aan te
raden zijn, om nu eens naar den vijand
over te loopen. Wilt u nog eens opste
ken?"
iZwijqend nam Bliss nog een sigaret.
i Tot zijn groote verbazinn kreeg hij een
gevoel van groote voldoening, nu hij ein-
aelijik weer eens door een beschaafd
iemand, als zijn gelijike behandeld werd.
,,Eenige jaren geleden", ging Mr. Fan-
court voort, „verkeerde ik in dezelfde
omstandigheden als u. Geluikkig ben ik nu
in staat, om op een behoorlijke manier te
leven en mijzelf die zekere luxe te ver-
oorloven, welke voor mannen van onzen
stand en opvoedinq eiqenlijk onontbeer-
lijk is. De menschen, die zulk een leven
mogelijk voor me gemaakt hebben, rang-
schik ik onder de scha^en."
„iEn op welike manier wordt er gescho-
ren?", vroeg Bliss.
Mr. Fancourt kon niet nalaten even te
glimlachen.
„Mijn beste kerel", zeide hij, „op het
oogenblik zijn we pas aan de voorberei-
dende niaatregelen toe. Om ons plan de
campagne te begrijpen, dat volgens mij
iets buitengewoons is, zult u maanden en
maanden noodig hebben. Op het oogen
blik gaat het er om, hoe we u 't beste...
productief kunnen maken.
„Dat moet u maar uitmaken". zeide
Bliss genoeglijk. „Ik stel me voor zoo on
geveer alles beschikbaar."
,,Goed", zeide mr. Fancourt. ,,Maar
zooals u wel zult begrijpen, zal het nog
wel eenigen tijd duren, voordat u tot den
kring van mijn... laten we zeggen: disci-
pelen wordt toegelaten. Van te voren
moet u een proeftijd doormaken. Nu zou
ik wel graag willen weten in welke van
de.openbare vermakelijikheden u zich
zoudt kunnen vertoonen, zonder onmid
dellijk herkend te worden.
(Wordt vervolgd.)