ALGEMEEN nieuws- en apvertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen.
8370
Maandag 6 Mei
69Jaargang
(jpDl2?
ASQN^ESENTSPBUS:
FEUILLET0N.
BINNENLAVD.
©n. goen.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
smaakt ah room
Binnen Ter Neuzen f 1 40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden - Bijvooruhbetalingfr. per post 6,60 per jaar
Voor ^elgie en Amerika f 2 25, overiqe landen f 2.60 per 3 maanden fr. per post - Abonnementen voor het buitenland alleen bi, vooruitbetalmp.
Dit blad verschijnt iederen Maandap-, Woensdag- en Vrijdagavond.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
VAN TER NEUZEN,
breagen ingevolge artikel 75, eerste lid der
Lager Onderwijswet 1920 ter openbare ken
nis, het volgende raadsbesluit
De Gemeenteraad van Ter Neuzen,
«ezien een op 6 Maart 1929 ingekomen
adres van het Bestuur der Vereeniging voor
Christelijk Volksonderwijs te Ter Neuzen,
waarbij onder overlegging der vereischte
■tukken wordt verzocht om ingevolge artikel
72 der Lager Onderwijswet 1920 gelden be
schikbaar te willen stellen voor het verhar-
den van de speelplaats, behoorende bij de
school der voomoemde vereeniging,
Overwegende, dat deze speelplaats bij
regenval zoo modderig is, dat zij niet voldoet
aan de eischen welke aan een behoorlijke
speelplaats moeten worden gesteld,
dat verharding dan ook noodzakelijk is,
dat de kosten wegens veranderen van ver
harding eener speelplaats behooren tot de
ultgaven bedoeld in artikel 72 der Lager On
derwijswet 1920,
dat is voldaan aan het bepaalde bij artikel
77, eerste lid,
gehoord een voorstel van burgemeester en
wsthouders,
b e s 1 u 11
sflne medewerking te verleenen.
Ter Neuzen, den 2 Mei 1929,
De gemeenteraad voomoemd,
J HUIZINGA, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Ter Neuzen, den 6 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
VAN TER NEUZEN,
brengen ingevolge artikel 75, eerste lid der
Lager Onderwijswet 1920 ter openbare ken-
nis, het navolgende raadsbesluit:
De Gemeenteraad van Ter Neuzen,
Gezien een op 15 April 1929 ingekomen
adres van het Bestuur der Vereeniging voor
Christelijk Volksonderwijs te Ter Neuzen,
houdende verzoek om ingevolge artikel 72 der
Lager Onderwijswet 1920 gelden beschikbaar
te willen stellen voor het aanschaffen van 20
gordijnen,
Overwegende dat voor het aanschaffen van
nieuwe schoolmeubelen gelden kunnen wor
den aangevraagd uit de gemeentekas,
dat is voldaan aan het bepaalde bij artikel
77, eerste lid der Lager Onderwijswet 1920,
gelet op de artt. 72 e. v. der Lager Onder
wijswet 1920,
gehoord een voorstel van burgemeester en
wethouders,
b e s 1 u i t
ztjne medewerking te verleenen.
Ter Neuzen, den 2 Mei 1929.
De gemeenteraad voornoemd,
J HUIZINGA, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Ter Neuzen, den 6 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
VAN TER NEUZEN,
brengen ingevolge artikel 75, eerste lid der
Lager Onderwijswet 1920 ter openbare ken
nis het volgende raadsbesluit:
De Gemeenteraad van Ter Neuzen,
Gezien een op 23 April 1929 ingekomen
adres van het Bestuur der Vereeniging voor
in
Christelijk Onderwijs te Ter Neuzen (Jozina-
straat), waarbij onder overlegging der ver
eischte stukken wordt verzocht om ingevolge
artikel 72 der Lager Onderwijswet 1920 gel
den beschikbaar te willen stellen voor de
verandering van inrichting van de privaten
en urinoirs in die school,
overwegende dat de kosten verbonden aan
de uitvoering van dit werk behooren tot de
uitgaven, bedoeld in artikel 72 der Lager
Onderwijswet 1920,
dat is voldaan aan het bepaalde bij artikel
77, eerste lid,
gehoord een voorstel van burgemeester en
wethouders,
b e s 1 u i t
zijne medewerking te verleenen.
Ter Neuzen, den 2 Mei 1929.
De gemeenteraad voomoemd,
J. HUIZINGA, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Ter Neuzen, den 6 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
DE REIS VAN DE KONINGIN EN DE
PRINS.
Op bescheiden, maar hartelijke wijze, heeft
men, schrijft de N. R. Crt., Koningin Wilhel-
mina en Prins Hendrik Vrijdagmiddag in de
Zwitsersche hoofdstad ontvangen. Ofschoon
de Koningin verzocht had, van een pledhtige
ontvan-gst af te zien, en de Zwitsersche re
geering zich natuurlijk naar dezen wensch
had gesohikt, was het station feestelijk ver-
sierd met tapijten en planten. Voor de ont
vangst waren op het station aanwezig de ka-
binetchef van het ministerie van buitenland-
sche zaken, den heer Dinichert, en de Neder-
landsche gezant, Mr. W. J. Doude van Troost-
wijk, met den Nederlandschen consul den
heer J. H. Groeneweg.
Om kwart over twee zijn de Koningin en de
Prins, die in een bijzonderen salonwagen had-
den plaatsgenomen het station binnengereden.
personen, blijkbaar landgenooten, in het
Hollandsch aangesproken, met een verzoek
om inlichtingen, langs welken weg de Konin
gin zou rijden.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
Het wetsontwerp tot herziening van de fi-
nancieele betrekking tusschen rij-k en ge-
meenten wordt bij tweede lezing zonder boof-
delijke stemming aangenomen, nadat de heer
Van den Tempel (s.-d.) verklaard had, dat
de sociaal-democraten niet zouden tegen-
stemmen om een langdurige vertraging van
de totstandkomin-g eener regeling te voor-
komen.
(De Minister van Financien wordt van ver-
schillende zijden gelukgewenscht.
Besloten wordt Dinsdagavond verder te be-
handelen de begrooting van het Wegenfonds.
Op de agenda wordt geplaatst de wijziging
van de Armenwet en de conclusie inzake den
gewezen rrjksbouwmeester, den heer Vrijman.
Het voorstel van den heer Bijleveld (a.-r.)
om ook de Ambtenarenwet te behandelen,
Neuzen wordt belemmerd? Heeft hij nooit
gehoord van de kimstmatige en met den geest
der Rijnconventie strijdende protectie (vrjj
sleepen, de vrijstelling der surtaxes d'entre-
pot), waardoor Belgie Nederlands aandeel in
de Rijnvaart poogt te verkleinen?
De gedachte, dat Belgie ons voor de bijzon-
Zeer vele journalisten en een bijzonder talrijk j
publiek waren op het afgezette perron en op j ^rdtTerwomen met38 t'JgeY^sTemmem
het stationsplein aanwezig. De Koningin, i WUIUL p 6
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van TER -
NEUZEN, brengen ter voldoening aan het i
bepaalde bij de Hinderwet, het navolgende
besluit van Burgemeester en Wethouders van J
AXEL ter openbare kennis: j
j Burgemeester en Wethouders der gemeente
AXEL; t
I gelet- op het verzoek, onder dagteekenmg
van 21 Januari 1929 ingediend door de Com-
pagnie Neerlandaise de L'Azote te Brussel,
waarbij vergunning wordt gevraagd tot het op-
richten. van een ammoniakfabriek;
overwegende, dat de beslissing op dit ver-
zoek niet kan worden genomen binnen den ter-
mijn, bepaald in artikel 8, eerste lid, der Hin-
1 derwet, op grond dat nog niet is ingekomen I
het bericht van den Hoofdinspecteur van den j
Arbeid in het Xe district te Dordrecht om-
trent het al of niet voldoen der inrichting aan
de eischen gesteld krachtens artikel 6 der Vei-
ligheidswet;
gelet op artikel 8, tweede lid, der Hinder-
wet;
besluiten:
De beslissing voormeld te verdagen.
Afschrift van dit besluit zal aan verzoek-
ster worden uitgereikt.
Axel, 2 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester, (get.) BLOK.
De Secretaris, (get.) MARIS.
Ter Neuzen, 6 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN, brengen ter openbare kennis inge
volge artikel 37, juncto artikel 12 eerste lid
der Drankwet, dat bij hen is ingekomen een
verzoek om verlof voor den verkoop van al-
coholhoudenden drank anderen dan sterken
drank van MICHEL MANDERS, van beroep
glazenmaker, wonende te Ter Neuzen, voor
de benedenlokaliteit van het perceel Stations-
weg 63.
Binnen twee weken nadat deze bekend-
making is geschiedt, kan ieder tegen het ver
leenen van het verlof schriftelijk bezwaren
indienen bij burgemeester en wethouders.
Ter Neuzen, den 3 Mei 1929.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
j. HUIZINGA, Burgemeester.
B. L ZONNEVIJLLE, Secretaris.
strak bl-eef aankij-ken. ,,Ben heel inte-
ressant aanbod."
,,Waarsonijniijk denkt u, dat ik niet in
ernst spreek/" vroeq Bliss.
Misschien s-preekt u wel in ernst was
her kaime antwoord. „in zekere krinqen
is uw naam en uw rijikdom natuurlijk aan
iedereen bekend. Ik zou best kunnen be-
-grijipen, dat uw .bookmaker", of een van
uw leveranciers, bij-voorbeeld van wijn of
sigaren, u maar al te graag gedurende
een jaar in hun dienst zouden willen heb
ben tegen een behoorlijk safaris.
Het leek wel of de door en door drif-
tige stemming den jongeman heel qoed
bekwam. Zijn oo-gen stonden nu niet
meer flauw, zijn qeheele qezicht had een
geiheel andere tint qekreqen.
,,Ik ben niet zoo n mispunt, als u schiint
te denken," zeide hij opqewonden. „Dit
ben ik van plan te doen: qedurende een
jaar zaf ik op qeen manier van mijn posi-
tie, mijn naam of mijn geld profiteeren; als
ik -gedurende dat jaar geld opneem zal
dat zijn voor een doel, waarbij ik direct
gekleed in een grijs blauw reiscostuum, werd
door den heer Dinichert namens de Zwitser- j
sche regeering verwelkomd. j
j H. M. en de Prins zijn dadelijk naar hotel j
Bellevue-Palace gegaan. Om 5 uur zijn zij
uitgereden voor het officiSele bezoek aan de
Zwitsersche regeering in het Bondspaleis.
Helaas was het weer hoe langer hoe ongun- i
stiger geworden; om 5 uur viel de regen bij
Voortgezet wordt de behandeling van de
ontwerpen betreffende voorwaardelijke ver-
oordeeling, enz.
De heer Van Schaik (r.-k.) juicht toe de
oombinatie van geldboete en voorwaardelijke
gevangenisstraf, maar is minder enthousiast
ten aanzien van de combinatie voorwaarde
lijke en onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Een maximum termijn van vijf jaren cel-
straf acht spreker nog te lang en demorali-
stroomen. Niettemm stonden honderden men- geerend Hij juicht de jeugdgevangenissen
scben op ftet plem voor het Bondspaleis, d heeft gegn principieeie bezwaren tegen
fraai versierd was met de Nederlandsche bewaring, doch wenscht deze vast te knoopen
Zwitsersche wapens; verschillende Neder- iylntA VBn snhuld.
landsche leeuwen zag men prijken naast het
Zwitsersche witte kruis op rooden grond. De
rood-wit-blauwe vlag met oranjewimpel en de
Zwitsersche rood-witte vlag waren voorts op
tal van plaatsen op het bondspaleis aange-
bracht. Een zeer groote Nederlandsche rood-
wit-blauwe vlag, geflankeerd door den oranje
wimpel en het Zwitsersche rood en wit, was
gespannen. over de straten, die toegang geven
tot het paleis.
De Koningin en de Prins waren door den
heer Dinichert afgehaald. In de raadskamer
van de Zwitsersche regeering zij-n zij door de
voltallige regeering ontvangen.
Volgens Der Bund te Bern heeft het ge-
sprek tusschen de Koningin en de regeering
niet geloopen over politieke kwesties. doch
heeft de conversatie zich bepaald tot de
groote vriendschapsbetrekkingen tusschen de
beide landen en volken. Daarbij bleek, dat de
Koningin en de Prins Zwitserland heel goecl
kennen en verschillende deelen van bet land
met bewondering gezien hebben. Het gesprek
werd gevoerd in het Duitsch en in het
Fransch.
De president van Zwitserland, de heer
Haab, heeft de Koningin en den Prins uitge-
leide gedaan en de heer Dinichert heeft aan
het vorstelijk paar een uitlegging gegeven
omtrent de groote figuren van de drie Zwit-
sers, die als vertegenwoordigers der oerkan-
tons in de groote ingangshal van het Bonds
paleis staan. Met levendige belangstelling
heeft de Koningin kennis genomen van de
verklaring van den heer Dinichert.
Daama zijn de Koningin en de Prins naar
het Nederlandsche gezantschap gegaan,
waar zij een tegenbezoek ontvingen van presi
dent Haab, den vice-president Scheure en den
minister van buitenlandsche zaken, Motta.
Vrijdagavond hebben de Koningin en Z. K.
H. in hun hotel gedineerd. Zaterdag om half
drie zouden zij over Brieg naar Montana
reizen, waar de Koningin het grootste gedeel-
te van Mei hoopt door te brengen.
Bij deze gelegenheid bleek weer, dat de
Zwitsersche hoofdstad meer Nederlanders telt
dan men vaak meent. Verschillende malen
werd ik vanmiddag door mij ontoekende
aan een zekere mate van schuld.
De heer Van Rappard (lib.) betreurt het,
dat niet aanvaard is de combinatie geldboete
en gevangenisstraf, maar juicht toe de com
binatie voorwaardelijke en onvoorwaardelijke
Uit het Enqelsch
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
3) (Vervolg.)
„Zoo, dat" is dus uiw opin-ie over mij
.zeide hij, zonder iets van zijn vroeqere
noncltuilance in zijn manier van spreken
„Goed, nu u alles qezegd heeft, waar u
zta in had, wilt u misschien wel zoo qoed
zij®, om cok een paar ooqenblifcken naar
mij te luisteren. Dick, Senn heeft me ver
teld, dat u vroeqer in Oxford noqal van
sport hiel-d. Nu zal ik een weddenscihap
met u aan-qaan. U bent de baas van het
St. fames Gasthuis, n>iet waar?"
,,Ik ben de voorzitter van het colleqe of indirect qeen enkel voordeel heb. Laten
va,n regenten van die inrichting" zeide we elkaar qoed begrijipen. Als ik mijn
De heer Heemskerk (a.-r.) sluit zich aan
bij den aandrang om de colleges van de re-
genten om te zetten in commissies van toe-
zicht. Verder zet spreker uiteen, dat het
j strafzetsel zich zoodanig behoort te ontwik-
kelen, dat gedwongen arbeid boofdzaak wordt
en opsluiting een bijkomstige omstandigheid.
BELGle EN NEDERLAND.
Het Alg. Hbl. schrijft:
De Belgische oud-minister Huysmans heeft
bij zijn jongste bezoek aan Nederland ook met
Mr. Troelstra gesproken. Diens woorden geeft
hij, blijkens een telegram uit Brussel aan „Het
Volk", aldus weer:
„De thesis, die gij steeds hebt verdedigd,
is ook de mijne. De havens van Rotterdam
en Antwerpen kunnen heel gemakkelijk
samen bestaan en zich uitbreiden. Wij zijn
nog niet gekomen tot het hoogtepunt van
de technische mogelijkheden en beide zul-
len nog lang het aantal kranen en het aan-
tal kaden kunnen uitbreiden. Haar achter-
land streekt zich uit tot ver over de gren-
zen van beide landen. De twee havens moe
ten er zijn voor ons gemeenschappelijk
voordeel, en indien Belgie de Nederland
sche rivieren noodig heeft, dan heeft Ne
derland de Belgische spoorwegen noodig.
In beide gevallen zou sabotage een econo-
mische en politieke domheid zijn. En ik
voeg er bij, van socialistisch standpunt een
misdaad."
Hier moet bij den ouden leider der Neder-
lansche sociaal-democraten een misverstand
in het spel zijn. Niemand ontkent, dat Ant
werpen en Rotterdam zeer wel beide kunnen
leven. Niemand legt hier aan de ontwikke-
ling van Antwerpen een stroobreed in den
weg. De feiten bewijzen het,
Maar omgekeerd? Weet de heer Troelstra
niet, dat door speciale tarieven op de Belgi
sche spoorwegen de ontwikkeling van Ter
Sir fames eeniqszins uit de hooqte.
„Ja, ik herinner me, dat ik een paar
dagen qeleden um naam onder een cir-
eiulaire heb zien staan," qin-q Bliss voort.
„U probeert -qeld bij elkaar te krijqen om
een vleuqel aan te bouwen en voor een
nieuw laiboratorium. U vroeq in die cir-
culaire om vijf en twintiq d-ui'zend pond,
nietwaar? Luistert u nu eens qoed. Ik wed
met u om vijf en twintiq duizend pond van
mijn kant en een handdruk en een eerlijk
pemeende verontsdhuldiqinq van uw kant
dat ik vandaaq met zes pond in mijn zaik
voor een jaar zal verdwijinen en dat ik qe
durende dat iaar zal leven van hetqeen
ik verdien. Hebt u me verstaan?"
„fa, natuurlijk heb ik het verstaan",
antwoordde de dokter, terwijl hij Bliss
diensten erqens aanbied, z-al het zijn als
Bliss, iemand, die toevalli-q buiten werk is.
Als -mijn identiteit door toevalliqe omstan-
digiheden ontdekt wordt do-or de perso
nen bij wie ik in betrekkinq ben, of als ik
zelfs o-ok maar merk, dat er qetwijfeld
wordt, of ik wel deqene ben voor wien
ik me uitqeef, dan zal ik dae betrekkinq
onmi-didellijk verlaten. Als ik qedurende
dat jaar, op welke manier dan ook, het
geld dat ik op het oogeniblik bezit, aan-
wend ten vo-ordeele van mezelf, dan heb
ik de weddenschap verloren. Gaat u
daarmee accoord?"
Sir fames kn-ikte eenigszins ironiscih; zijn
n-pstellirq in zijn patient was noq niet
be:
overqroot te noemen.
..Het gasthuis zou vijf en twintiq dui
zend pond heel qoed kunnen qebruiken,"
was ihet eeniqe wat hij- zeide,
,,U heeft alle condities van de wedden
scihap qoed b-eqrepen?
,,Voikomen."
Toen Bliss wilde weqqaan, haalde hij
een envelo-ppe uit zijn zak en leqde haar
op de scihrijitafel neer. Sir fames sdhoof
de envelo-ppe eeni-qszin-s qeerqerd teruq.
„Iik kan qeen qeld aannem-en voor den
raad, welken ik u gegeven heb." zeide hij.
,,Waarom niet?"
„Omdat die raad in uw qeval toch
waardeloos is. Duizend teqen een volqt
u hem t-och niet op."
,,Als ik dat niet doe, dan is dat in uw
voordeel/' zeide Bliss. ..Dan hebt u vijf
en twintiq duizend pond voor uw hospi-
taal."
De dokter st-ond onqeduldiq op en
druk-te even op het belletje naast zijn
sohrij-ftafel. Bijna onibeleefd qat hij op die
manier zijn patient te kennen, dat hij het
onderhoud als geeindi-qd beschouwde.
Meteen liet hij het masker van onverschil-
liqe beleefdhei-d vallen. Zijn qelaat drukte
een bijn-a minachtend onqeloof uit.
,,fa misschien. zeide hij.
De qevoelens, welke dez-e twee woor
den bij Bliss opwekten, w-aren voor hem
zelf een o-penbarinq.
De behandel-in-q van den dokter had
hem zoo driftig qemaakt, dat hij qeduren
de een .paar ooqenblikken qeen w-oord kon
uitbrengen. T-oen bal-de hij ziin rechter-
hand en qaf met een kraoht, die bewon-
derensiwiaardip was voor den zwalckelinq
van een paar minuten qeleden, een slaq
o-p de scihrijiftafel.
,,Nc-q qeen dertiq te-llen qeleden," zeide
hij-, .,was het noq mogelijk qeweest, dat
uw qasthuis z"'n vijf en twint*'-n duir-e.nd
pond zou verkreqen hebben. Nu wil ik
liever qehangen worden, dan dat u er ooit
een penny van zult zien.
dere faciliteiten, die het van ons verlangt een
tegenprestatie behoort te bieden, waarbij de
spoorwegen een rol kunnen spelen is wel eer-
der geopperd.
Het is de vraag, of het vervoer te lancf
door Belgie heen voor Nederland van.
zooveel belang is, dat in dit transitoverkeer
een mogelijkheid van faciliteiten ligt die
opwegen kan tegen de concessies, die Neder
land bereid is, onverplicht aan Belgie te doen.
Belgie bleek trouwens niet bereid tot verdere
tegenpraestaties dan het doen ophouden van
de opzettelijk op benadeeling van onzen han-
del en onze scheepvaart gerichte maatregelen
Het meent echter rechten op ons te kunnen
doen gelden.
Aangezien de heeren Hymans, Segers en
hun Roomsch-Katholieke en socialistischa
helpers in Belgie aan die voorstelling vast-
houden, hebben wij het denkbeeld geopperd
daarover en daarover uitsluitend een inter-
nationaal-rechtelijke uitspraak te vragen.
Nu meldt de „Tijd", dat een Nederlandsch®
nota in antwoord op de twee Belgische ter
verzending gereed ligt en wellicht reeds is
verzonden.
In die nota, die niet zal worden gepubli-
ceerd, zijn, volgens het blad, geen bijzondera
voorstellen over de waterwegen vervat:
daar het minister Beelaerts in dit stadium
alleen is te doen, een grondslag te leggen
waarop de onderhandelingen tusschen de
kabinetten, die na de a.s. verkiezingen in
Belgie en hier zullen optreden, verder kun
nen gevoerd worden.
Tot dien grondslag behoort de herhaalde
verklaring van onze regeering, dat men hier
te lande algemeen een goede verstandhou-
ding met Belgie op hoogen prrjs stelt, en in
verband daarmede bereid is met gebleken
economische behoeften van Belgie rekening
te houden, een bereidheid van Nederland
sche zijde, die alleen kan voortkomen uit
vrijen wil, wijl onze Regeering met beslist-
heid de stelling verwerpt, dat Belgie aan
de scheidingsregeling van 1839 aanspraak.
zou kunnen ontleenen op politieke en eco
nomische concessies ten koste van Neder
land.
Mocht in verband met uitlatingen van
den jomgsten tijd van Belgische zijde aan
de juistheid van deze juridisch onaantast-
bare stelling door de Belgische regeering-
twijfel worden geopperd, dan zal aan het
Intemationaal Hof van Arbitrage de taak
dienen toevertrouwd te worden, om dit
struikelblok weg te nemen op den weg
naar een bevredigende regeling van de han-
gende vraagstukken.
Over de vraag of het Hof van Arbitrage
daarvoor een geschikter instantie is dan het
Permanente Hof van Intern. Justitie zullen
wij nu niet twisten. Liever verheugen wij ons
erover, dat het hier bescheidenlijk geopperde
denkbeeld, om aldus het rechtsobstakel uit
den weg te ruimen, dat van Belgische zijde
,,De weddenschap is dus te beschouwen
als niet a-anqeqaan?" vroeq de dokter cy-
ni-sch.
„De weddenschap is wel aanqeqaan,
antwoordde Bliss drifti-q, ,,maar ik zal haar
winnen."
HOOFDSTUK II.
De Ernest Bliss, die in dat uur zijn
edaantewisselinq had onder-qaan, stapte
„e str-aat op met een res-oluten trek op zijn
qezicht. Door snel lo-o-pen was t hem qe-
iu,kt om de voordeur te bereiken, voordat
de bediende hem uit kon laten; met c-pzec
sl-oeq hij haar met een smak aohter zich
diciht, wat hem een qevoel van groote op-
lu-chting qaf. Hij stapte in de auto, nam
tot groote verlbazing van den chauffeur,
zelf het stuur, en even daarna reed de wa-
gen, bestuurd met een zekerlheid, welke
voor een type als dat van Bliss opvallend
was, door het drukste gedeelte van Lon-
den en hie-ld eindelijk stil voor een qroot
adv-ocatenikantoor in Lincoln's Inn Fields.
,,D-e ontsteking van een van de cylin
ders slaat nu en dan over, Hayes, zej/e
hij tegen den dhauffeur, terwijl hij uit de
auto stapte. ,.Ik zal bier wel een kwartier-
tje opgeihouden worden, kijk jij het onder-
tusschien even na."
,,fa. mijnheer", zeide de man. „Waar-
schij-nlijik heb ik wat olie op een van de
bougies gemorst. Ik za-1 het wel even in
orde ma-ken, dan is het klaar als u teruq
komt."
Het noemen van zijn naam aan den
j-ongsten bediende van Crawley Craw
ley, adivccaten en procureurs. bracht een
geheel ander effect teweeq dan een half
uur geleden bij den dokter en zcu. bij der,
man, die Bliss non dienochten-d neweest
was, zeker alle zelfin-g-enomenheid hebben
doen tenuqkeeren.
Toen het bekend werd. wie er was,
kwarn de eerste bediende onmiddellijtk m
ei-gen persoo-n naar Bliss toe en bracht
hem zonder eeniq uifcstel in de allerhooq-
ste tegenwoordi-gheid van Mr. William
Crawley, oudsten dee-l-genoot van het ad-
vocatenkantoor, die -door zijn beleefde be-
groeting en zijn bemin-nelijks-ien qlimlacb
blijik gaf, heel goed te beseffen, dat hit
zich in teqenw-oor-diaheid van een van
zijn vcornaamiste clienten bevond.
,,Ah mijn waarde heer", riep hij int..
terwijl hij opstond en zijn hand ter be-
nroetin-q uitstak ,,dat doet me werkelifk
gen-oeoen. Gaat u zitten, daar staat een
gemakkelijken stoel dan zal ik om siqa-
retten schellen. Mask het u zc-o Qfma -
kelrk mogelijk."
,,fa. ja. dat kemt wel good' zeide Blt'ss--
terwij-1 hij een gewonen, rieten stoel naar
de sdiriiftafel van den rechtsqeleerde toe
trok. „Ik heb op 't ooqenib-lik qeen zm
om in een gemekkelijken stoel te zitten
en ik wil ook niet r-coken. Ik w-o-u u van
daaq over gewiohtaqe zaken spreken.
,.'t f-onige 't jor-qe", ze'd-e Mr. Crawlev.
..-dat belooft wat. Bedoelt u misschien de
Hannover Street hvoo-tiheek? Vanmorqeu
is mij juist aanqeraden.
,,Die Hannover Street hyr-otheek kans
me qeen zier schelen viel Bliss hem in
de rede, ,,-u weet heel qoed, dat ik, wat
betreft de manier waarop mijn qeld be-
le-gd wordt, u al-tijd uw qanq heb laten
qa'an. En in het jaar, dat nu voor me ligt..
ben ik niet van plan om ook maar een
o-oqeniblik mij't ihoo-f-d te breken over qeld-
b el egging."
De recht-sgeleerde nam een afwachten-
de hou-ding aan. Hij leun-de achterover in
zijn stoel, leqde zijn el-lebo-qen op de arm-
leunin-qen en dr-rkte zijn vinqertcopen
stiff tegen elkaar aan.
(Wordt vervolgcL)