OKMEHQDE BEBICHIEH. VAEIA. smal geworden is; de weg ligt bovendien in slechten toestand. Er zijn plaatsen waar wagens, als ze elkaar moeten passeeren, ge- vaar loopen in de sloot te geraken. Hij kwam aan een plaats waar hij uit den toestand der zijkanten kon waamemen, dat er een wagen in de sloot had gezeten. Zouden Burgemees- ter en Wethouders er geen kans voor zien, den weg verbreed te krijgen? De VOORZITTER deelt mede, dat Burge- meester en Wethouders thans nog alleen op 't oog hebben het verbeteren van de slechte plaatsen van den weg; verbreeden hebben ze thans niet op 't oog, want dan zouden ze met dit bedrag niet toekomen. De heer DE REGT oppert het denkbeeld langs den weg een paar rustplaatsen te maken, dan zou het op die punten toch mo- gelijk zijn met twee wagens elkaar te pas seeren en het aanbrengen van een paar rust plaatsen zou toch misschien zooveel niet kosten. Het is toch gewenscht, dat er iets gedaan wordt, want als er ongelukken zouden gebeuren is het te laat. De autobus met schoolkinderen passeert nu ook op dien weg. De heer DE KOEIJER vraagt, of het straatje met de zijkanten zoo breed is als de ligger der wegen en voetpaden aangeeft. De VOORZITTER kan dat niet zeggen; hij weet niet hoe breed de weg staat aangegeven. De heer DE KOEIJER weet het ook niet, maar indien de weg smaller zou zijn dan de ligger aangeeft, zou er uit blijken, dat er grond van den weg is afgenomen en zou hij willen vragen of Burgemeester en Wethou ders geen kans zien die grond weer terug te krijgen. Bij het kuisschen van de slooten kan het voorkomen dat de grens gewijzigd wordt. Er zijn er die van den zijkant niets afnemen, maar die de sloot zoo steil graven, dat de grond him toevalt. Als zich hier zoo'n toe stand heeft voorgedaan, is het dan niet mo- gelijk dien grond weer terug te nemen? An ders springen zulke lieden er altijd uit. De VOORZITTER gelooft wel, dat de weg er in den loop der jaren niet op verbreed is, maar zegt, dat het altijd een smalie weg is geweest; dat viel hem reeds op, toen hij als jongen daar met paard en wagen rijden moest. De heer DE KOEIJER acht dat wel moge- lflk, want, zoo iets komt niet op enkele jaren. De VOORZITTER: Hetgeen gebeurd is, zal moeilijk zijn terug te nemen. De heer BARKER geeft te kennen, dat hij het door den heer De Regt opgeworpen denk beeld wel mooi lrjkt, dat was een verbetering. Men kan de toestand van tegenwoordig ook niet meer met die van vroeger vergelijken. Er is tegenwoordig veel meer zwaar vervoer dan vroeger, er komen daar ook auto's en autobussen. Het zou wel goed zijn, als Bur gemeester en Wethouders dat eens in over- weging nam en. De VOORZITTER acht dat ook wel een verbetering, maar toch geen afdoende. Als men twee rustplaatsen zou maken, blijft de weg op de andere plaatsen toch nog smal. Om die rustplaatsen te maken moet je ook inbreken in het land en de betrokken eige- naars zullen ndet gaame die hoeken in hun land krijgen. Hij zou dan wel eens willen on- derzoeken wat verbreeden van den weg over de geheele lengte zou moeten kosten. Hij zou het dan radicaal willen oplossen. Kan de raad goedvinden dat Burgemeester en Wethouders zoo'n onderzoek doen? De heer DE REGT meent, dat hetgeen hij heeft voorgesteld voor de eigenaars van aan- grenzende landen toch ook van belang is. Hij meent, dat het weinig bezwaar zou ondervin- den als die rustplaatsen gemaakt werden in de etreek van dat putje en tegen het erf van den heer Scheele. Hij beveelt dit ter over- weging aan. De heer VAN HOEVE meent ook, dat zoo'n paar wisselplaatsen wel bevorderlijk zouden zijn voor het verkeer. Hij meent, dat het ook zoo geen bezwaar zou zijn die aan te brengen als men met eigenaars van aangren- zend land kon overeenkomen die te maken bij den dam van him land naar den weg. Dan hadden ze er voor gaande en keerende voer- tuigen ook gemak van. Men zou er een kun- nen maken in de buurt van de kreek en ven der nog een. Dan behoeft men niet in het land te komen en het kost geen duizenden, waarop de geheele wegsverbreeding zou ko men te staan. Overigens zal het verkeer er mee gebaat zijn, dat de zijkanten worden ver- sterkt. De heer BARKER acht dat ook een goed idee; als de dammen worden verbreed en de sloot wordt gerioleerd, behoeft men niet op het land te komen. De heer VAN HOEVE zegt, dat rioleeren van zelf spreekt; waar door een sloot een dam gelegd wordt, moet rioleerimg worden gemaakt. De heer DEKKER wijst er op, dat men bij de kreek een groot rietgat heeft, daar zou het ook kunnen gemaakt worden. De VOORZITTER merkt op, dat men dan beginnen moet om het gat aan te vullen; dat brengt ook bezwaren met zich. De heer HAAK zou thans alleen over het voorstel willen beslissen en Burgemeester en Wethouders verzoeken een en ander eens te onderzoeken; misschien kunnen ze dan in de volgende vergadering met een voorstel komen. Met algemeene stemmen wordt het voor stel van Burgemeester en Wethouders aange- nomen, terwijl zjj met in aanmerking nemen der beschouwingen een onderzoek zullen in- stellen. De VOORZITTER deelt thans mede, dat Burgemeester en Wethouders met het oog op de voorgenomen wegsverbetering, waartoe thans besloten is, den gemeente-architect een onderzoek hebben laten instellen naar het aantal voorhanden bruikbare oude keien. Deze heeft gerapporteerd dat er op de berg- plaats nog 3000 liggen. Dat komt aan Bur gemeester en Wethouders wel wat weinig voor, indien zij nagaan dat er het vorig jaar op 6en week voor verbetering van den weg te Reuzenhoek 1500 noodig waren. Vermoe- delijk izullen ze dus geen genoeg oude keien hebben. Nu hebben Burgemeester en Wet houders tegelijk den architect gevraagd eens een begrooting te maken van het vervangen der bestaande keibestrating door klinkerbe- strating in de Polderstraat van af den tuin van Ds. Van Dis, tot de aansluiting aan de klinkerbestrating. Dat zou kosten 1500 h 1600. Nu hadden Burgemeester en Wethou ders gedacht, dat het raadzaam was, om, als ze keien tekort kwamen, ook dat bestratings- werk uit te voeren. Er waren het vorig jaar veel keien noodig, omdat op Reuzenhoek ook nog een vleugel aan den weg werd gemaakt, en dat zal ook moeten geschieden bij den nu te verbeteren duiker. Met de f 3500 en het bedrag dat op de begrooting staat denken Burgemeester en Wethouders de kosten ook van die klinkerbestrating te kunnen dekken, terwijl de uitkomende keien dan in den Groote en Kleine Huissenspolder voor de ver betering der bestrating kunnen worden aan- gewend. Dan is bovendien op het dorp de klinkerbestrating compleet; nu ligt er nog juist dat eindje keiweg. De heer D. DEES wijst er op, dat de ge- meente, voor wat betreft de bestratingswer- ken een buitenkansje heeft gehad, hij kan zich met dat voorstel wel vereenigen; hij vindt het goed, dat op dat eindje straat ook klinker gebracht wordt. De heer BARKER is er ook voor, het zal schoon staan. De heer DE KOEIJER: Het kost in elk geval weer 1500. De VOORZITTER: Ja, maar anders zullen we keien moeten koopen en die zijn voor het oogenblik niet goedkoop, ik geloof f 80. De heer DE KOEIJER stemt toe, dat dit een motief kan zijn, om het voorstel aan te nemen, hij staat anders niet sympathiek tegenover klinkerbestrating, daar deze geen langen levensduur hebben. Maar, hij kan er zich wel bij neerleggen. De heer HAAK is er ook niet tegen, maar merkt op, dat de praktijk heeft geleerd, dat er, als een weg opgebroken wordt, veel ka- potte keien uitkomen. Zal men er dus, met het opbreken van de bestrating wel mee vooruit zijn, om voor de andere bestratings- werken goede keien te krijgen. De VOORZITTER verwacht dit wel, omdat juist in dat wegsgedeelte veel goede keien zitten. Deze weg ligt nog goed, maar het is er om te doen om op het geheele dorp een- heid in de bestrating te krijgen. Het nader voorstel van den Voorzitter wordt met algemeene stemmen aangenomen. 8. Voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot wijziging van het raadsbe- sluit, d.d 31 Augustus 1928, tot ophef- fing der Openbare Lagere School in den Grooten-Huijssenspolder. Het ->pgemelde raadsbesluit bepaalt, dat de openbare lagere school in den Grooten- Huijssenspolder met ingang van 1 Januari 1929 zal worden opgeheven. Bij het doen van voorstellen, die aanleiding gavem tot het nemen van dit besluit, werd verondersteld dat in het tijdvak van 1 Sep tember tot 1 Januari wel eene beslissing zou zijn genomen. Tot op heden is daaromtrent nog geen be slissing genomen en is dit ook niet wel moge- lijk, vermits de datum 1 Januari 1929 reeds geruimen tijd achter ons ligt. In verband met een onderhoud, dat Burge meester en Wethouders hadden met een depu- tatie uit Ged. Staten ter zake deze aange- legenheid, komt het ons daarom gewenscht voor in gemeld besluit te laten vervallen ,,van 1 Januari 1929" en daarvoor in de plaats te stellen „van den datum waarop dit besluit in kracht van gewijsde zal zijn gegaan". De VOORZITTER merkt op, dat het nemen van dit voorstel noodzakelijk is, om dat over het raadsbesluit nog geen beslissing is gevallen. De heer HAAK stemt er mede in, dat er niets anders opzit, dan dit voorstel aan te nemen. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. 9. Benoeming van een lid van de Plaat- selijke Schoolcommissie, vacature Jacs. de Regt. Door Burgemeester en Wethouders wordt, na daaromtrent de Plaatselijke Schoolcom missie te hebben gehoord, overgelegd de vol gende aanbeveling: A. Koster, landbouwer, Willem III polder; H. K. Markusse, smid, Zaamslag. De VOORZITTER verzoekt de heeren Bakker en Jansen met hem het stembureau te vormen. Bij eerste stemming worden uitgebracht op de heeren Koster en Markusse ieder 5 stemmen; 1 brief je is uitgebracht op den heer De Regt, die niet herkiesbaar is. Bij tweede vrije stemming wordt met 6 stemmen gekozen de heer Markusse; 5 stem- men zijn uitgebracht op den heer Koster. 10. Benoeming leden van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur. Aan de beurt van aftreding zijn de heeren S. Scheele; C. A. Wisse en C. H. H. Wisse. De door ons overeenkomstig artikel 1 van het Reglement voor het Burgerlijk Armbe stuur opgemaakte voordracht, mede in ver band met bericht van den heer C. A. Wisse dat hij niet meer voor eene herbenoeming in aanmerking wenschte te komen luidt: 1. S. Scheele (aftredend), H. L. de Regt; 2. C H. H. Wisse (aftredend), J. Risseeuw; 3. J. van de Wege, H. M. de Regt. Herbenoemd worden de heeren Scheele met 11, Wisse met 10 en benoemd de heer Van de Wege met 7 stemmen. Op den heer H. M. de Regt zijn uitgebracht 3 stemmen, terwijl 1 briefje waarop een candidaat buiten de voordracht voorkwam van onwaarde was. 11. Benoeming van een lid van de Com- missie tot het nazien der gemeente- rekening en -begrooting. De Commissie bestaat uit de heeren: A. Haak, A. de Koeijer en C. H. H. Wisse. Aan de beurt van aftreding is de heer A. de Koeijer. Burgemeester en Wethouders noodigen den raad uit in de plants van den heer A. de Koeijer een ander lid te benoemen. Benoemd wordt de heer Bakker, met 6 stemmen. Op den heer Dekker zijn 3 stem- men uitgebracht en 1 op de heeren De Koeijer en De Regt. De heer BAKKER had liever gezien, dat de keuze op een der andere leden was gevallen, doch zal zich thans de keuze laten welge- vallen. 12. Voorstel van Burgemeester en Wet houders benoeming onderwijzeres aan de openbare lagere school te Othene. Bij besluit van 15 Februari 1929 werd door Uwe vergadering aan mej. M. F. Wieland op haar verzoek eervol ontslag verleend als on derwijzeres aan de openbare lagere school te Othene. Waar de lijst van op wachtgeld gestelde onderwijzers slechts enkele namen van on- derwijzeressen bevatte, die voor eene benoe ming aan bovengemelde school in aanmer king zouden kunnen komen, is door ons aan Zijne Excellentie den heer Minister van On- derwijs, Kunsten en Wetenschappen vrrjstel- ling gevraagd en bij beschikking van 9 April 1.1., nummer 15308, afd. L. O. F., ook verkre- gen van het bepaalde bij de wet van 23 Juli 1927, S 269. Uit de 12 sollicitanten die zich aanmeldden is overeenkomstig het bepaalde bij sub 8 van art. 35 der Lager Onderwijswet opgemaakt de navolgende voordracht: 1. M. P. Nijssen te Sluiskil; 2. A. G. N. J. Kaan te Ter Neuzen; 3. M. W. Mol te's Heer- Arendskerke; 4. A. Jansen van Rosendaal te Nieuwvliet. Onder overlegging van het bericht van het hoofd der school, alsmede het advies van den Inspecteur, noodigen we Uw college uit eene benoeming te doen met voorstel deze benoe ming te doen ingaan 1 Mei a.s. De VOORZITTER deelt mede, dat no. 2 der voordracht, mej. Kaan, zich heeft terug- getrokken, zoodat de keuze zich beperkt tot 3 candidaten. De heer JANSEN verzoekt, alvorens tot stemming over te gaan, de voordracht in besloten vergadering te bespreken. De VOORZITTER wil aan dat verzoek vol- doen en schorst de openbare vergadering, die overgaat in een zitting met gesloten deuren. Na het weder openbaar worden der verga dering wordt overgegaan tot stemming. Bij eerste stemming worden uitgebracht op de dames Mol 5, Nijssen 4 en Jansen van Roosendaal 2 stemmen. Bij de tweede vrije stemming worden uit gebracht op de dames Nijssen 5, Mol 4 en Jansen van Roosendaal 2 stemmen. De nu volgende herstemming heeft tot uit- slag, dat mej. Nijssen wordt benoemd met 7 stemmen; op mej. Mol zijn 4 stemmen uitge bracht. 13. Benoeming van leden der stembureaux voor de de verkiezing van leden der Tweede Kamer der Staten-Generaal. In verband met de dit jaar te houden ver- kiezingen voor leden der Tweede Kamer der Staten-Generaal en op grond van de bepalin- gen der Kieswet, noodigen Burgemeester en Wethouders den raad uit, over te gaan tot benoeming van leden van stembureaux. Er wordt aan herinnerd, dat de benoeming geschiedt voor vier jaren, elk stembureau bestaat uit drie leden, waarvan een voorzitter is, terwijl bovendien daarin tenminste twee plaatsvervangende leden worden benoemd. Artikel 60 der Kieswet bepaalt bovendien, dat de Burgemeester is voorzitter van het eerste stembureau. Burgemeester en Wethouders leggen ter benoeming over de navolgende aanbevelingen: Stembureau I: Ambtshalve Voorzitter Joh. de Feijter, Burgemeester; leden Jac. de Regt en C. H. H. Wisse; plaatsvervangende leden: D. Dees en J. Stolk Lzn. Stembureau H: Voorzitter A. de Feijter; leden: H. Bakker en A. Dees; plaatsvervan gende leden: M. Dekker en J. C. Eijike. Stembureau III: Voorzitter S. van Hoeve; leden: A. Haak, A. Jansen; plaatsvervan gende leden: A. de Koeijer en C. M. West- strate. De stembureaux worden met algemeene stemmen gekozen overeenkomstig de aan bevelingen. Aangezien op de vraag van den VOOR ZITTER of iemand iets voor de omvraag heeft ontkennend wordt geantwoord, sluit deze, door het uitspreken van het dankgebed de vergadering. VLAMMENDE JEUGD. Chicago, in zielental de tweede stad van Noord- en Zuid-Amerika, kan op het gebied van ongewenschte toestanden meedoen. Daar is bij een atuo-ongeluk een schooljongen van zestien jaar omgekomen, van wien bleek, dat hij den naoht met dansen en drinken had doorgebracht. Als resultaat van het voorloopig onderzoek zijn 56 vaders en moeders in hechtenis ge nomen op de aanklacht, hun ouderlyke op- voedingsplichten te hebben verzuimd. Drie en dertig kregen een boete en twee ontvingen gevangenisstraf. Jonge meisjes die aan het partijtje hadden deelgenomen bekenden, dat zij gewoon waren alcoholica te drinken op al haar partijtjes tot twee uur in den ochtend. Een kind van veer- tien verklaarde: „Iedereen neemt tegen woordig een flesch met drank mee voor elk partijtje; en een meisje dat niet drinkt, wordt niet voor den tweeden keer gevraagd." Het bleek verder, dat er clandestiene drankwinkels waren in de buurt van de scholen. De voorzitter van de jury, prof. Sherman Steele, verklaarde, dat de ouders waren te laken voor de huidige gevaarlijke vermaken van de jeugd. EEN NIEUW PREPARAAT. Celluloid is een van de voortbrengselen der modern© chemische industrie, waarvan de on- mislbaarheid niet in overeenstemming is met de voortreffelijkheid. De voomaamste fouten van celluloid zijn wel zijn lichte ontvlambaarheid en zijn gevoelig- heid voor water. Er is dan ook lang gezocht naar een praeparaat dat celluloid bijvoorbeeld voor de filmindustrie kan vervangen. Inder- daad sohijnt men iets dergelijks te hebben gevonden en wel in verbinding van azijnzuur met celluloid. Langen tijd vemam men ech- ter niets meer van deze vinding; waarschijnlijk voldeed zij in de praiktijk niet. Onlangs is het praeparaat onder den naam cellon weer aan de markt gebracht. Het is een doorzichtige stof, die in zich vereenigt alle goede eigenschappen van glas, celluloid, gela tine en gummi, zonder de gebreken van al deze stoffen. Het is bijtvoorbeeld doorzichtig als glas, doch zoo goed als orabreekbaar. Het is buigzuim als celluloid, doch is onlbrandbaar en bovendien niet, zooals gelatine, oplosbaar in water. Wel is het taai als gummi, doch men kan het niet oplossen in terpentijn, benzol of petroleum. Het nieuwe praeparaat zal wel spoedig zijn weg vinden naar de filmfabrieken, waarna een opheffing der strenge brandweervoorschriften is te verwachten; voorts zal de fotograaf er zijn voordeel mee doen; en last not least zal het het glas in de ramen van fabrieken en voer- tuigen vervangen. „LIEFDE IS EEN ZIEKTE". Parijs is, naar de Tel. schrijft, eenigszins ohthutst door de bewering van professor Pierre VaChet, hoogleeraar aan de universiteit voor sociale wetenschappen, dat liefde slechts een ziekte is. Zeer zeker, aldus de geleerde heer, een ziekte als kinkhoest, mazelen of pok- ken, die wij alien moeten doorstaan. Deze ziekte kan door geen enikel serum worden be- streden, er is geen kruid tegen gewassen en de symptomen veranderen, al naar gelang de ziekte zich ontwikkelt. De rol, die de liefde in kunst en wetenschap speelt, is volgens professor Vachet slechts het gevolg van een verkeerde orienteering onzer verbeeldingskracht. Liefde is een werkelijke besmettelijke ziekte en zoolang d'e geneesheer geen quarantaine-station voor verliefden te zijner beschikking heeft, zoolang moet men, volgens den professor, de herders en de herde- rinnetjes in streng afgezonderde vertrekken onder dak brengen en moet men ze, als alle lijders aan besmettelijke ziekten, mijden. Wij weten, dat elk levend wezen voortdurend alle mogelijke ziektekiemen met zich mede- draagt, die als zoodanig onschadeliik zijn, tot- dat onder zekere omstandigheden een acute ziekte uitbreekt. En aldus geschiedt het, volgens Vachet, bij de liefde. Allen dragen wij de kiem der liefde in ons mee. Doch deze kiem begint pas ge- vaarlijk te worden, als de liefdeskoorts ons be- vangt en ons in wartaal doet vervallen. Dat is het kritieke oogenblik, meent professor Va chet, en dan moeten wij ons haasten om ons te onderwerpen aan een kuur, die heel lang- zaam de rust in ons weer herstelt en ons weer tot normale menschen doet worden. Prof. Vachet spreekt ten slotte als zijn oor- deel uit, dat de vrouwen voorheen nog erger huichelaarstens waren, dan ze heden ten dage zijn en hij is van meening, dat deze verande- ring een gevolg is van de fundamenteele wij- zigingen die zich in den loop der tijden in ons bestaan hebben voltrokken. SUIKERWATER TEGEN MAAG- EN DAKMZWEKEN. In de derde geneeskundige afdeeling van prof. dr. Julius Bauer van de Weensche kli- niek heeft Dr. Georg Recht, naar de Neune Freie Presse mededeelt, een nieuwe behande- ling van maagzweren en zweren van den twaalfvingerigen darm gevonden, die ver- bijsterend eenvoudig is en toch treffende en duurzame gunstige uitkomsten oplevert. Zij bestaat in niets anders dan in toediening van gewoon suikerwater. Twee tot driemaal daags moeten de patienten een kwart Liter water, thee of melk drinken, waarin 50 tot 80 gram suiker is opgelost. De suikeroplos- sing moet zoo snel mogelijk ,ongeveer binnen een kwartier, opgedronken worden, en wel een half tot een heel uur vo6r de gewone aanvallen van pjjn. Meestal dus v66r den maaltijd; wanneer de pijn 'sn achts opkomt v66r het naar bed gaan; bij zweren van den twaalfvingerigen darm na den maaltijd. Bij de patienten van de polikliniek werd tijdens de suikerwaterkuur elke andere be- handeling nagelaten. De patienten kunnen gewoon voedsel gabruiken, him beroep uit- oefenen en hun gewone levenswijze voort- zetten. Zeer snel blijft de pijn al weg. Men moet de kuur liefst volhouden tot de pijnen geheel verdwenen zijn. In de meeste geval len blijkt het succes reeds na twee tot drie dagen, dikwijls echter reeds na de derde dosis. Habben de patienten een afkeer van suiker, dan worden eerst kleine en daaraa steeds stijgende hoeveelheden suikerwater toegediend. De gunstige uitwerking blijkt niet alleen uit het wegblrjven van ondrage- lijke pijnen, maar ook uit het chemische pro- ces en de Rontgen-foto van de maag. Dr. Recht verklaart de goede uitkomsten uit een insuline-werking. Reeds vroeger was de gunstige invloed van insuline op maag- en darmzweren bekend. Het werkt de factoren die zulke zweren doen ontstaan, tegen. Het gebruik van groote hoeveelheden suiker zet de alvleeschklier tot sterker werkzaamheid aan en er komt daardoor insuline vrjj. De ruime toediening van suiker dwingt het lichaam, in zekeren zin zijn eigen genees- middel tegen maagzweren in voldoende hoe- veelheid te bereiden. Een analogie hiervoor is te vinden in de door prof. Falta aangegeven mestkuur met insuline en het tegelijkertijd toegediende sui- kerontbijt. Natuurlijk is ook bij deze een- voudiige kuur de controle van den dokter noodig. WETTEN VOOR ALLES. In South Carolina is een wet, die kleer- makers verbiedt, achterzakken in den pan- talon van een heerencostuum te maken. Want men zou daar zoo gemakkelijk niet een revolver, doch een platte flesch met al cohol in kunnen verbergen. Georgie verbiedt zijn staatsburgers elkaar op de schouders te kloppen, want de wet beschouwt dit als toe- voegen van lichamelijk letsel. Kansas schrjjft de maximum-lengte van hemden voor. Dit Is een spaarzaamheidsmaatregel, daar korte hemden goedkooper zijn dan lange. Kansas heeft ndg een mooie wet. Namelrjk een, die het in het openbaar nuttigen van slangen verbiedt. En tenslotte is in Kansas het uit- spuwen van tabakssap ten strengste ver- boden. Van de komieke wetten, die in een reeks van staten bestaan, is wel een der vermake- lijkste het verbod in Louisiana, Virginie, Ohio, Utah en andere staten aan schouw- burgbezoekers om hooge hoeden te dragen. Nog sterker verspreid is een wet, die in twee dozijn staten de lengte en breedte der bedde- lakens in de hotels tot op de duim nauw- keurig voorschrijft en in enkele staten wordt dit zelfs met de handdoeken gedaan. VAN BOEKENWORMEN. Het geluik dat ons de boeken bereiden, is reeds in de oudheid geprezen. Maar gespro- ken wordt niet over het ongeluk, dat de boe ken ons toebrengen. En toch is het aantal van hen, die door hun hartstocht voor boeken heb ben geleden en daardoor ten onder zijn ge gaan, buitengewoon groot. Dit is vooral de groep van hen, die zich niet de minste genoegens hebben gegund, die zelfs d'e eischen van het lichaam verwaarloosden om hun bibliotheek te kunnen behouden of te ver- grooten. De beroemde Orientalist Anquetil-Duperron (17311805), de vertaler van de Zend-Avesta en de schepper van het Europeesche onderzoek in Azie, stookte niet in den winter, leefde van brood en melk en had niet eens ondergoed om het huis te kunnen verlaten. Zoo leefde ook de Iersche geleerde Sir Wal- ther Furgon, die in eeq verlaten buurt woonde om de >huur te kunnen uitsparen. Zomer en winter droeg hij dezelfde dunne kleedij blauwe jas, korte broek en witte kousen. Elken dag kwam hij beladen met boeken thuis, die hjj ergens had gekocht. Toen op een dag zijn leerlingen bij hem kwamen om, als gewoonlijk, les te nemen, vonden ze den geleerde tusschen stapels boeken dood op den vloer. De genees heer constateerde dat de dood door ondervoe- ding was veroorzaakt. Om te zorgen dat hun meester behoorlijk werd begraven, moesten de leerlingen een collecte houden. In deze rjj van boekenwornien behoort ook de wijsgeer Bordoas-DemouRn. Hij lag vaak den ganschen dag in bed, omdat hij, tenge- volge van het geringe voedsel dat hij nam, niet meer op zijn beenen kon staan. Op ze keren dag ging hij van zijn zolderkamer op straat om voor een paar centen wat eten te koopen. Maar tot zijn ongeluk zag hij in de etalage van een boekenverkooper een boek, dat hem bij zonder interesseerde, Hjj draalde geen oogeriblik om het te koopen, ging daarmede naar huis terug, ging weer in bed met zijn nieuwe schat en werd den volgende morgen stervende naar het ziekenhuis gebracht. Het is bekend, dat Petrarca zij het dan niet van honger te midden van zijn boeken stierf. Zijn bedienden waren niet weinig ver- wonderd toen hij langen tijd in de bibliotheek bleef. Toen ze eindelijk de bibliotheek be- traden, vond'en ze hem daar dood, met een deel van Vergilius in de hand. Bij vele geleerden ging de liefde voor de boeken zoo ver, dat zij, als zij van hun boeken werden, beroofd, den wil tot het leven verlo- ren. De Grieksche wijsgeer Erathosthenes pleeg- de zelfmooid, toen hij blind werd en niet meer lezen kon. De Orientalist Guyard deed het- zelfde, toen hij niet meer in staat was te wer- ken. HET EERSTE RESTAURANT. Naar de uiteenzettingen van den beroem- den lekkerbek Brillat Savarin werd het eerste restaurant in Frankrijk in het jaar 1770 opge- richt. In dien tijd waren er heel weinig ge- legenheden, waar de talrijke vreemdelingen wat te eten konden krijgen. Deze vreemde lingen waren op de keukens van de hotels aangewezen en die keukens waren van dien aard ,dat Brillat Savarin verklaarde, dat het beter was er geen gebruik van te maken. Dit gebrek aan goede eetgelegenheden bracht een kok, wiens naam onbekend is gebleven, op het denkbeeld een restaurant in te richten, waar iedere vreemdeling naar keuze een goede maaltijd kan krijgen. Dit restaurant had spoedig veel klanten en rendeerde dade- lijk, wat tot gevolg had, dat meerdere restau rants, zoowel in Parijs als in de provincie werden opgericht. De prijzen waren nogal gepeperd. Voor een middagmaal moest men 15 tot 20 francs betalen, wat heel veel geld was in die dagen. Overigens waren de scho- tels uitstekend en werden de gasten behan- deld alsof ze bij een vorst aan tafel zaten. Men kreeg dus waar voor zrjn geld. MONSTERPROCES IN SLOVAKIJE. Na een voor-onderzoek, dat twee jaar heeft geduurd, zal eindelijk te Kaschau (Slovakjje) het proces beginnen tegen negentien zigeu- ners, die van 25 moorden en tal van roove- rijen worden beschuldigd. De vrouwen wor den er bovendien van beticht, dat zij de slachtoffers hebben toebereid voor kanni- baalsche orgieen. De acte van beschuldiging telt 100.000 woorden. Het voomaamste be- wijsstuk is een hoeveelheid gekookte men- schelijke beenderen. In de rijschool van Kaschau, het eenige ge- bouw, dat groot genoeg is, zal het proces worden gevoerd; honderd gendarmes zullen aanwezig zijn om te verhinderen, dat de be- schuldigde Zigeuners gelyncht worden door de bloedverwanten van hun vermoedelijke slachtoffers. VEELZIJDIG GEBRUIK VAN DE KKANT. Er is misschien geen stuk papier, waarvan een zoo veelzijdig gebruik gemaakt wordt als van de krant en de krantenschrijver, die dreigt hoogmoedig te worden en prat te gaan op zijn arbeid behoeft, schrijft de VI. Crt., maar eens dit onderwerp te overwegen om tot nederigheid gestemd te worden. Hier ziet hij zijn geestesproduct als grondpapier voor behang gebruikt, elders vervangt het een gebroken vensterruit, weer op een andere plaats vinidt hjj er een schoorsteengat mee dicht geplakt. Soms gebeurt het dat een schaatsenrijder of fietser niet uit waardee- ring voor zijn geschrijf, maar om de be- proefde ondoordringbaarheid van zijn papier benut. Andermaal vindt hij het om dezelfde reden in de schoenen zijner abonng's en zoo dienen zrjn producten, die hun hoofden en harten koud lieten om hun voeten te ver- warmen. Nog tot meer en erger veroederen- de doeleinden wordt dikwijls de krant ge bruikt. We noemen slechts scheerpapier om aan het andere alleen maar even te denken. Dit alles raakt alleen maar den kranten schrijver of liever als een echt krantenmensch is raakt het hem niet. Er is echter aan het alzijdig gebruik van krantenpapier een em- stige zijde en wel het gebruik als pakpapier. Sommige winkeliers koopen massa's oude kranten op voor verpakking van levensmid- delen en dat vinden wij in hooge mate af te keuren. In welke huizen zijn die kranten ge- geweest, door welke handen zijn zij gegaan. Lezers met besmette handen en besmetten adem hebben ze onder de oogen gehad en zoo licht plant zich die besmetting door de krant naar andere huizen over. Maar ook al ge bruikt ge uw eigen krant rechtstreeks van de drukkerij voor verpakkingsdoeleinden, wees dan nog zeer voorzichtig. We zagen diwijls kimderen hun boterhammen eten uit een kranit, soms zelfs aten ze pannekoek uit een stuk krant en waren de sporen van de drukinkt duidelijk op het baksel zichtbaar. Wie nu maar even bedenkt wat drukinkt is j moet begrijpen hoe verkeerd die verpakking 1 is. Ge behoeft maar even een versch ge- drukte krant onder den neus te nemen om te vermoeden dat drukinkt nu juist niet uit voor de consumptie geschikte bestanddeelen is samengesteld, en wanneer we eens de re- sultaten van een chemisch onderzoek zouden mededeelen zou menig lezeres en lezer een gevoel van walging niet kunnen onderdruk- ken. Ng eens, men zij voor een al te alzjjdig gebruik van krantpapier op zijn hoede. EEN KLEERMAKER MET OOGEN- MAAT. Een ltaiiaansch kleermaker heeft onlangss een recordprestatie volbracht. Hij behoeft, als uien hem gelooven mag, zijn klanten niet de maat te nemen. Het is voor hem voldoende, een portret van den klant te zien om hem een voortreffelijk zittend pak te leveren. Kort ge leden zat de kleermaker in een bioscoop, waar hij de verrichtingen van Douglas Fairbanks op het witte doek bewonderde. Hjj keek den film- held eens goed aan en vervaardigde daarop 'n costuum dat hjj naar Hollywood stuurde. Fairbanks paste het pak en constateerde, dat het hem „als gegoten" zat. En zoo enthou- siast was hij over de knapheid van zijn bewon- deraar, dat hij direct twaalf costuums bjj hem bestelde. Dat beweert althans de kleermaker. KONINGIN MODE. Strenger dan in andere landen oefent ko- ningin mode haar heerschappij uit over de vrouwen van Siam. Een Siameesche dame uit de hoogere kringen, die zich iets aan haar toilet laat gelegen liggen, mag nooit tweemaal per week in hetzelfde kleed verschijnen. Zon- dags schrijft de mode haar 'n rood kleed voor met robijnen versierd. Maandags kan ze zich slechts laten zien in een met zilverdraad door- weven kleed, Dinsdag moet een elegante Sia meesche een vuurrood kleed aantrekken met passende koralen-versdering, Woensdag mag j een voorname dame alleen een groen kleed dra gen; smaragden zijn daarbij de voorgeschreven juweelen. Donderdags mag zij een bont kleed uitkiezen. Vrydags is het hemelsch-blauwe kleed aan de beurt met brillanten; Zaterdags is 't mode-voorschrift donkerblauw met sa- phieren. Men ziet, d'at de mode in Siam nogal duur uitgevallen is; doch hier staat tegenover dit iedere deftige Siamees aanstonds weet, als zijn vrouw beneden komt, welken dag de ka- lender aanwijst. EXPRESHUWELIJKEN IN AMERIKA. Onlangs werd ergens in den Amerikaanschen staat Indianapolis het huwelijk voltrokken van twee jongelui, die elkander binnen een half uur tijds leerden kennen, verliefd werden, zich verloofden en trouwden. Een soortgelijk geval van een expres-huwelijk heeft zich te Brook lyn voorgedaan. Aan een jong architect, die 32 jaar gewor- I den was, en die zoozeer al zijn minuten met het denken aan geldverdienen vulde, dat hjj voor andere gedachten heusch geen tijd had, werd op een goeden dag door zijn vader de vraag gesteld of hij er niet aan dacht, te trou- wen; het werd nu toch langzamerhand tijd. De zoon greep zijn hoed en liep regelrecht naar een hem bekende jongedame, die hij door de zonder omwegen gestelde vraag, of zij met hem in het huwelijk wilde treden, danig deed schrikken. Daar de „bruigom" aandrong op een snel antwoord, had de jongedame zelfs geen tijd om te blozen. Zonder bedenken zeide zij: ja. De nieuwbakken bruigom liep naar de telefoon, en in minder dan een half uur waren een geesteljjke benevens de noodige getuigen in de kamer bijeen. Fluks werd het huwelijk voltrokken en toen de zoon 's avonds thuis- kwam, kon hij zijn vader verrassen met de ter- loops gedane mededeeling, dat hij d'en raad van dien middags reeds had opgewolgd.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1929 | | pagina 6