ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
ASMRm
FLORA'S Kuikenvoeder
No. 8356.
Woensdag 3 April 1929,
69e Jaargang.
b~u i T e k I a n d.
ZORGT VOOR UW KUIKENS!
ABONNEMENTSPRIJ S:
BINHEHLAND.
FEUILLITOV
B.
M Hl tabletten
U voelt zich vervelend
of onwel
Een ASPIRIN
belpf zeker en snel.
(BAYER
LET Op ORANJE BAH^
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
Fa A. VAN OVERBEEKE-LEUNIS
COURA
•m
Binnen Ter Neuzen f 1.40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetalinq fr. per postif 6,60 per jaar -
Voor Belqie en Amerika f 2,25, overiqe landen 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bi] vooruitbetalinq.
Dit blad vcrschijnt iederen Maandaq-, Woensdag- en Vrijdagavond.
KIEZERSLIfST.
De op 22 Februiari 1.1. vastgestelde kiezers-
lijst, zooals deze thans luidt, blijft tot 1 April
1930 van kraoht, behoudens de wijziging
daarin tengevalge van rechterlijke uitspra-
ken, welke wijziging van de lijst bevelen, te
brengen.
De kiezerslijst blijft voor een ieder op de
gemeentesecretarie ter inzage nedergelegd
en in afsdhrift en stemdistrictsgewijze in uit-
treksel, tegen betaling der kosten, verkrijg-
baar.
Ter Neuzen, den 2 April 1929.
Burgemeester en Wethouders van Ter Neuzen
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
HOFBERICHT.
De Kon. Familie is Dinsdag om 12.30 uur
met de hofhouding te Apeldoom gearriveerd.
Het venbljjf op het Loo duurt ongeveer 3 we-
ken, waarna H. M. de Koningin en de Prin-
ses de voorgenomen reis naar Noorwegen
allien ondernemen.
EEN GEDENKTEEKEN VOOR WIJLEN
MR. H. C. DRESSELHUIJS.
Te Culemborg zal een bank, waarin een ge-
denksteen, ter nagedachtenis van wijlen mr.
H, C. Dresselhuijs worden opgericht.
Pogingen, om het gedenkteeken waarvoor
een comite gelden in den lande heeft ver-
jameld, te Culemborg geplaatst te krijgen,
lebben geen resultaat gehad; een buste van
den overleden staatsman zal te 's-Gravenhage
worden neergezet. Het comite kreeg echter
beschikking over eenige speciale gelden, die
nu worden besteed voor het maken van een
monumentale bank te Culemborg.
Indien de vereischte toestemming daarvoor
wordt verkregen, zal de bank geplaatst wor
den in het gemeenteplantsoen. Zooals bekend
is, is het stoffelijk overschot van d'en staats
man, die te Culemborg is geboren, bijgezet op
de nabij het plantsoen gelegen begraaf plaats.
DE KAMERVERKIEZINGEN.
De sameniwerkende kieskringen Arnhem en
Nijmegen van den Vrijheidsbond hebben de
volgende eandidatenlijst naar volgorde van
voorkeur voor de Tweede Kamerverkiezingen
opgemaakt: 1. mr. A. G. A. ridder van Rap-
pard te Tiel; 2. jhr. ir. R. R. L. de Muralt te
Borculo; 3. ir. C. Wolterbeek te Zutpthen; 4. me-
vtouw H. A. van Riel-Smeenge te Assen; 5.
mr. J. Huges te Arnhem; 6. W. J. Klein
Lanikhorst te Apeldoom; 7. Ed. G. Schiirmann
te Rotterdam; 8. J. A. R. Bosma te Winters-
wjjk. i
Voornoemde candidaten hebben de candida-
tuur aangenomen.
,De algemeene vergadering van de partij, op
6 en 7 April te Arnhem te houden, zal defini-
tief over de candidaatstelling beslissen.
Mej. Joh. Westerman, lid der Tweede Ea
rner, heeft zich alsnog bereid verklaard een
carulidatuur te aanvaarden op de lijst van de
combinatie Dordrecht-Zeeland van de liberale
staatspartij de Vrijheidsbond.
Mevr. Wijnaendts Francken-Dyserinck, heeft
bedankt voor de eandidatuur op de lijst van
de combinatie Dordrecht-Zeeland van de Libe
rale Staatspartij De Vrijheidsbond.
GEBREK AAN DERDE-KLASSE RIJTUIGEN
BIJ DE NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN
iSedert geruimen tijd is er groot gebrek aan
3e klasse rijtuigen bij de Ned. Spoorwegen.
Het 3e klasse materiaal, vrijgekomen, toen
de electrische rijtuigen op de lijn Amsterdam
werden ingevoerd, heeft in dit gebrek op verre
na niet kunnen voorzien.
Aangezien er een vrij groot overschot van
le en 2e klasse rijtuigen bestaat, is door de
directie besloten een aantal van deze rijtuigen
voor de 3e klasse passagiers te bestemmen.
Zoo dikwijls van de le en 2e klasse wagons in
d'e werkplaatsen der Ned. Spoorwegen in her-
door
M. BOWER
Vervolq.
stelling of revisie komen, wordt daarvan een
zeker percentage tot 3e klasse rijtuigen ver-
bouwd.
HET ONDERZOEK IN DE PUINHOOPEN
VAN HET LEIDSCHE STADHUIS.
Onder deskundige leiding worden in de
pudnhoopen van het afgebrande stadhuis de
aan den gevel en voorkap afgebrokkelde stuk-
ken steen zorgvuldig uitgezocht en verzameld,
evenals ook de stukken, die beschadigd' in den
muur zijn blijven zitten. Deze stukken worden
genummerd en naar een terrein bij de Hoog-
landsche Kerk gebracht, met het doel om later,
zoo noodig, in hun ouden vorm en omvang te
worden hersteld.
Mocht worden besloten om den gevel in
zijn ouden toestand weder op te bouwen, dan
kunnen deze gedeelten er weder in geplaatst
worden. Hoe verder men overigens met het
opruimingswerk vordert, des te meer blijkt,
dat er zoo goed als niets van waarde is over-
geibleven, zoowel van wat betreft het gebouw
zelf, als van den inventaris en de in de ver-
schillende afd'eelingen bewaarde archieven en
andere papieren van waarde.
DE ANNEXATIE VAN ROTTERDAM.
Het gemeentebestuur van Rotterdam heeft
van Ged. Staten van Zuid-Holland bericht ont-
vangen, dat dit college d'e voorgestelde grens-
wijziging van Rotterdam, waardoor het ge-
bded dier gemeente met 13.096 H.A. zou wor
den vergroot en de bevolking met ruim
100.000 zielen zou toenemen, niet kan bevor-
deren.
HUWBARE PRINSESSEN
Uit Londen wordt gemeld, dat de „Star" een
bericht bevat over de vier „most marriagable
European princesses", waanin wordt gezegd,
dat deze waarschijnlijk een deel van. het a.s.
seizoen te Londen zullen doorbrengen. Het
zijn de Spaansche infanta's, die bij haar
grootmoeder, prinses Beatrice, in Kensington
Palace zullen verblijven, verder prinses Ingrid,
de dochter van d'en kroonprins van Zweden,
die haar grootvader, den hertog van Con-
naughts zal bezoeken, en de vierde prinses
Juliana
Van prinses Juliana wordt beweerd, dat zij
een uitstekend paardrijdster is en zich er veel
van voorstelt in Rotten Row te rijden!
VAKOPLEIDING VOOR HET STRAAT-
MAKERSBEDRIJF.
Maandag heeft een bespreking plaats gehad
op het ministerie van onderwijs kunsten en
wetensch appen met het bestuur van den straat -
makersbond over vakopleiding voor het straat-
makersbedrijf. De minister had de behandeling
van deze aangelegenheid in handen van den
inspecteur-generaal van het nijverheid'sonder-
wijs, die daarvoor groote belangstelling toon-
de en de toezegging deed, met spoed deze
vakopleiding bij het algemeen leerlingenstel-
sel te zullen deelen en behandelen.
Het ligt in de bedoeling, de vakopleiding in
de groote centra te doen plaats vinden, zon-
der dat daarvoor speciale vakscholen behoe-
ven te worden gesticht.
Het bestuur van den straatmakersbond
heeft de opdracht aangenomen, een uitge-
werkt plan hiervoor samen te stellen en zoo
noodig de organisatie daarvan mede te aan
vaarden.
HET DRAMA TE GROOTEGAST,
Vrjjdagmiddag is te Grootegast plechtig de
steen onthuld, dien de burgerij dier gemeente
als bewijs van d'eelneming met de vier veld-
wachters, die op 18 Januari 1.1. bij de vervul-
ling van hun plicht door moordenaarshand
zijn gevallen, in de vestibule van het gemeente-
huis heeft laten inmetselen. De plechtigheid
werd bijgewoond door vele personen, onder wie
de weduwen van de slachtoffers en de dochter
van den chef-veldwachter Van den Molen, die
weduwnaar was.
Als woordvoerder der burgerij sprak de heer
L. M. Bruins, notaris te Grootegast, die de
droevige geschiedenis nog eens uitvoerig uit-
eenzette en opkwam tegen de bewering, dat
de moordenaar de leer van het communisme
zou zijn toegedaan en die leer in toepassing
heeft willen brengen. Spr. moet die meening
50)
iDe kerels kwamen inderdaad aanzetten
binnen twee minuten, nadat .de Bank was
oeopend en de rolluiken waren opqetrok-
ken.
.Jeff Hall was de eerste, doch hij bleef
met een schok stilstaan toen hij zaq hoe
Bud bij het loket stond en den kassier
aan zijn werk hielp. De andere mannen
verdronqen zich bij de deur en twee er-
van kwamen binnen. Jeff kwam nu op
Bud toeloopen en Bud qinq zoo staan,
dat hij hem recht in het qezicht kon zien,
want hij vertrouw.de Jeff in het qeheel
niet.
,,.Mr. Lawton", beqon Jeff haastiq, ,,ik
wil niet, dat er qeld wordt betaald op de
cheques, die deze jonqe man, door bedroq
van mij verkreqen heeft; het is er een van
acht en vijftiq honderd dollar en ik ver-
zeker u dat
,,Te laat, mr. Hall. Ik heb de cheques
al qeaccepteerd. In hoeverre is hier be
droq in het spel? U kunt natuurlijk de
zaak vervolqen om uw qeld teruq te krij
gen..."
,,Ik zal je vertellen, hoe de zaak in el-
kaar zit, Jimmy. Hij wedde, dat mijn
paard het niet van Boise van David Tru
man kon winnen. Een heele troep heeft
met beslistheid bestrijden. Iemand, die uit be- j
gins el handelt, gaat niet geniepig te werk en
dat deed WJjkstra wel. De buren heibben kun-
nen constateeren, dat hij bij het plegen van
zijn daad telkens voor zijn eigen lijf dekking
zocht in en door zijn huis. Spr. schetste ver-
volgens, wat de gemeente in deze vier man- j
nen heeft verloren en de deelneming der ge-
meentenaren, dankte d'en raad en het college
van B. en W. voor hunne medewerking en
droeg vervolgens, nadat het omhulsel was ge
vallen, den steen over aan den burgemeester
als hoofd der gemeente.
De burgemeester aanvaardde de gedenk-
plaat, waarin spreker zag een bewijs van de
liefde der burgerij voor orde en gezag en
bracht dank aan het comite voor de vele
moeite, die het zich getroost heeft om op zoo
onduibbelzinnige wijze' uiting te geven aan het-
geen leefde onder de burgerij in die onver-
getelijke dagen.
EEN KIND IN HET HUIS VAN
BEWARING.
Op de vragen van den heer L. L. H. de Vis-
ser betreffende de opsluiting van een tien.
jarigen jongen in het huis van bewaring te
Almelo, antwoordde de minister van Justitie,
dat hem uit een tijdschriftartikel is gebleken,
dat in Februari 1928 een tienjarige jongen,
die zich aan een reeks winkeldiefstallen had
schuldig gemaakt en in een ongunstig milieu
verkeerde, in de vrouwenafdeeling van het
huis van bewaring te Almelo gedurende zes
dagen in voorarrest is gehouden. Uit ver-
strekte gegevens te zake, loopende over de
laatste twee jaren, is echter tevens gebleken,
dat het voornoer^de een uitzonderingsgeval ge-
weest is.
In het algemeen acht de minister, gelijk hij
reeds gelegenhfehj had in zijn antwoord op het
Vootl. Verslag jlfir Tweede Kamer betreffende
de begrooting van zijn Departement voor dit
jaar op te merken, verblijf van. strafrechtelijk
minderjarigen ihj een huis van bewaring niet
gelukkig. en tradht hij zulks, voor zoover hij
daarover te beslissen heeft, zooveel mogelijk
te beperken. De absolute uitspraak echter,
dat zoo iets onder geen enkele omstandigheid
geoorloofd behoort te zijn, kan slechts worden
onderschrevpn door wie deze zaak louter theo-
retisch beziet, met veronachtzaming dfer wer-
kelijkheid. Elk geval behoort op zich zelf be-
oordeeld td worden, waarbij rekening is te
houden ruetalle ter zake van belang zijnde
j omstandigheden. Uiteraard is daarbij de leef-
tijd van veel beteekenis en, onder dat gezichts-
punt beschouwd, is, hoe gunstig met het oog
op de gesteldheid van het nieuwe huis van be
waring te Almelo de omstandigheden in ander
opzicht waren, de onderhavige plaatsing inder
daad wel zeer aan den bedenkelijken kant.
Trouwens de rechterlijke autoriteiten hebben
dit zelf gevoeld en zijn dan ook aanstonds met
de secretaresse van den Voogdijraad over een
andere plaatsing in overleg getreden; dat dit
echter eerst na zes dagen tot beeindiging heeft
geleid, valt te betreuren, doch is wellicht hier-
aan te wijten, dat men is gaan zoeken naar
een zoogenaamd „observatiegezin" en daarbij
heeft voorbijgezien, dat het naaste doel, de
tijdelijke onderbrenging van den jongen, op
eenvoudiger wijze ware te bereiken, aangezien
art. 490 van het Wetb. van Strafv. die toelaat
in iedere „daartoe beschikbare plaats".
Op rechterlijke bevelen tot insluiting in een
huis van bewaring, gelijk het hier betrof, komt
den minister geen invloed toe. Een dwingend
wettelijk voorsChrift, strekkend tot een ab-
soluut verbod ten aanzien van plaatsing van
minderjarigen in een huis van bewaring, kan
door hem op grond van het hierboven be-
toogde niet worden bevorderd.
Wat betreft de vraag, of het hem bekend
is, waarom de rechter, die hiervoor verant-
woordelijk is, ingevolge art. 14 van de Wet op
de Rechterlijke Organisatie en het Beleid der
Justitie niet ter verantwoord'ing is geroepen,
kan de minister te dozen aanzien, waar de in
dat artikel omschreven taak niet aan hem is
opgedragen, niet met zekerheid zich uitspre-
ken, doch wel met een aan zekerheid gren-
zende waarschijnlijkheid, en dan in dezer voege
omdat van een der tekortkomingen, in dat
wetsartikel genoemd, in casu geen sprake is
geweest.
TEGEN DE WRATZIEKTE.
Na ingewonnen advies bij de regeering om-
trent de rechtsgeldigheid is door den Raad
der gemeente Anna Paulowna met algemeene
stemmen besloten den verbouw van Bravo-,
Kampdoen-, de Wet- en Bintje-aardappelen bij
gemeentelijke verordening te verbieden ten-
einde in deize zoo bekende aardappelstreek de
gevreesde wratziekte het best te kunnen tegen-
gaan.
Het verbod is niet van toepassing voor de
aardappelen, die reeds in 1929 geplant zijn
voordat de verordening in werking is getre
den, doch dan dient schriftelijk kemnis te wor
den gegeven van de daarmee bepote opper-
vlakte. De Zaaiizaadvereeniging Anna Pau-
lownia stelde reeds 10.000 K.G. poters van an
dere soorten tegen gereduceerden prijs ter be
schikking voor de kleine bouwers en arbeiders.
dat zelfde qewed. Maar t bleek, dat mijn
paard het vluqste kon loopen en zoo komt
het, dat die heele troep nu zuur is." Bud
lachte even, toen hij zaq, hoe verschei.de-
ne ..Zondaqsverliezers" het qebouw bin-
nenkwamen.
„Te laat! Ik heb de cheques al qehono-
reerd", zeide Jimmy beslist en hij keerde
zich om, om een zwaren verzeqelden brief
aan den boekhouder te overhandiqen,
waarbij hij hem fluisterend eeniqe aanwij-
zinqen qaf. De boekhouder, die juist naar
voren was qekomen, verdween weer.
Jeff bromde iets tot zijn vrienden en
qinq naar buiten, alsof de zaken voor dien
daq waren afqeloopen.
,.Ik heb u vijfduizend in qeld uitbetaald
en de rest in een chequefluisterde Jim
my door het loketje. ,,Ik heb het naar het
huis qestuurd, hierachter. Wij hebben
hier nooit zoo heel veel qeld; tienduizend
op zijn hooqst in baar qeld en u zult wel
liever niet een stapel qoud en zilver heb
ben."
,,Neen, liever niet."
Er traden twee mannen binnen: de een
gin.q naar den lessenaar, waar hij deed,
alsof hij een cheque schreef, de ander
kwam recht op het loket af. Bud keek in
het baardiq qelaat van een man, die de
ooqen van Lewis Morris had. Hij wendde
zich iets om, zoodat hij de rechterzijde
van den man voor zich had. Hij, die aan
den lessenaar stond, keek tersluiks over
zijn schouder naar den boekhouder, die
weer aan het werk was.
,,Kunt u dit bankbiljet van twintiq, zoo
voor mij wisselen, dat er zeven en een
kwart dollars bij zijn?" vroeq de man
bij het raam. Toen hij het bankbiljet door
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN-
MONACO IN BEROERING.
Het kleine vorstendommetje Monaco dat
met zijn, bevolking van ongeveer 23.000 zielen
een oppervlakte van 20.7 vierkante kilometers
beslaat, wordt, sehrijft de N. R. Crt., met
revolutie bedreigd. Omrwentelen deed daar tot
dusver alleen het roulette-wiel, dat met de
andere speelmethoden jaarlij.ks ruim 1 millioen
gulden in de schatkist van vorst Louis brengt,
maar nu is de heele bevolking omwentelings-
gezind, omdat vorst Louis de grondwet schendt
door de verkiezing voor de wetgevende ver
gadering. Nationale Raad geheeten, op de
lange baan te schuiven. In Monaco's duizend-
jarige geschiedenis waarin het Mentone en
Roccaibruna aan Frankrijk verloor en van een
SardijiLsch protectoraat een onafhankelijk vor
stendommetje werd, is het volk zelden zoozeer
in gisting geweest als nu. Vorst Louis II heeft
er blijkbaar berouw over dat zijn vader Albert
in 1911 uit vrije verkiezing aan zijn onderda-
nen een grondwet heeft geschonken.
De ontevredenheid is in het najaar uitge-
broken, omdat het Casino, dat als centraal li-
chaam vele takken van overheidszorg onder
zijn beheer heeft, in gebreke was gebleven
het vorstendom behooriijk van gas, drinkwa-
ter en electriciteit te voorzien, waartoe dit Ca
sino volgens het contract van de concessie ver-
plicht is. Een andere reden tot beklag is dat
voomame Monagasken voorbijgegaan worden
bij de bezetting van vette posten. Vreemdelin-
gen, meerendeels Franschen, bekleeden amb-
ten waaraan salarissen van 12.000 gulden tot
het dubbele vastzitten. Dan vindt het volk van
Monaco dat het Casino geen voldoende recla
me voor het landje maakt, wat juist nu hard
noodig is, daar het Casino te San Remo op
Italiaansch gebied in bloeiende opkomst is en
vele toeristen van Monaco zou afnemen. Men
brengt in herinnering dat Monaco zelf zijn
welvaart en opkomst te danken heeft gehad
aan het sluiten van het Homburgsohe Casino
in, 1863. Louis Blanc, de concessionaris, moest
toen naar een nieuw terrein voor zijn werk-
zaambeid omzien en kreeg van den in dien tijd
nog armen vorst Charles III vergunning om
in zijn landje een speelbank te exploiteeren.
Monte Carlo werd toerig, hotels en winkels
verrezen snel uit den grond, vele villa's wer
den gebouwd, wegen werden aangelegd, tui-
nen geplant. De Monagasken begonnen geld
te verdienen en werden van alle belastingen
ontheven. Om die nieuwe welvaart, vergaf men
den vorst gaarne dat hij autocratisch regeerde.
Maar nu de autocratie in Monaco is afgeschaft
en het volk macht heeft gekregen, wenscht dit
voor de belangen van het vorstendommetje te
waken en te verhoeden dat het in de neer
komt.
De autoriteiten van het Casino noemen de
grieven van de Monagasken ongegrond. De
voorziening met gas, water en electriciteit is
volgens hen, nooit beter geweest en er is ook
nooit zooveel reclame voor de speelzalen ge
maakt als tegenwoordig. De Nationale Raad
heeft zich daarop tot den vorst gewend, hem
verzoekende dwang op de groep van het Ca
sino te oefenen, en toen dit beroep niet baatte
zijn alle leden van den Raad manmoedig afge-
treden. De gemeenteraad volgde dit voorbeeld
toen het volk een dreigende houding tegen hem
aannam. Prins Pierre, de troonopvolger, die
Weiger namaak en let er op dat op elke
tablet het woord ..BAYER1' staat. Priis75cts
door zijn schoonvader met de behandeling van
de zaak was belast, benoemde een eommissie
van zes leden drie uit den Nationalen Raad
en drie pit den gemeenteraad om een uit-
weg uit het geschil te zoeken. Maar deze eom
missie legde eveneens haar mandaat neer, om
dat de vorst de verkiezing voor de twee raden
die deze maand gehouden moesten worden,
verdaagde.
Toen vorst Louis vorige week van de begra-
fenis van Foch te Parijs, te Monte Carlo te-
rugkeerde, is hem bij zijn aankomst aldaar een
boodschap vanwege zijn onderdanen aangebo-
den, die op een ultimatum neerkomt. Daarin
verklaren zij op dreigenden toon dat de al
gemeene verkiezing onverwijld gehouden moet
worden. O.m. zeggen zij: „Zondag heeft de
vorst aan onze afvaardiging beloofd dat de
verkiezingen in Juni gehouden zouden wor
den, en prins Pierre heeft deze belofte daarna
bekrachtigd. Het is echter betreurenswaardig,
dat een woord van eer zoo spoedig vergeten
en reeds den volgenden dag herroepen werd,
gelijk met het uwe gedaan werd."
Na ontvangst van dit ultimatum, heeft de
vorst aan zijn legertje van twee compagnien
scherpe patronen laten verstrekken.
Het gevaar is nu niet zoozeer dat het tot
een burgeroorlog in Monaco zal komen (want
de Monagasken zijn te goede zakenlui om niet
te begrijpen dat het een heel slechte reclame
voor Monaco zou zijn, om de toeristen door
bloedige burgertwisten af te schrikken) als
wel dat het vorstendommetje zijn onafhanke-
lijkheid zal verliezen. De Fransche pers in
Zuid-Frankrijk dringt er namelijk op aan dat
de regeering te Parijs zich met de beroering
zal bemoeien, want in bet tractaat van Ver
sailles staat ergans, dat, wanneer de vorst van
Monaco in gebreke mocht blijven, de grond
wet te handhaven, Frankrijk de macht heeft
de enclave Monaco tot protectoraat te verkla
ren en een regentschap in te stellen.
De houding van vorst Louis lijkt zoo weinig
sympatbiek dat hij inderdaad zou verdienen
het loketje schoof, beqon hij te niezen en
hij maakte een beweqinq om, zoo scheen
het tenminste, zijn zakdoek te voorschijn
te halen. ,,Hier is er een", zeide Bud.
„Niet te hard niezen, oude heer. je kon
je baard er wel eens afniezen. Zooiets is
wel meer qebeurd."
Van buiten af werd er een schot op
Bud afqevuurd, waardoor zijn hoed door-
boord werd. Op het schot qreep de man
met den baard naar zijn revolver, maar de
kassier schoot hem neer. Bud schoot naar
buiten, door het raam en raakte iemand
wie het was, wist hij niet; hij had
geen tijd om te kijken. De jonge man aan
den lessenaar had zich omgedraaid, leq-
de onzeker zijn revolver aan, eerst op den
kassier, vervolgens op Bud. Bud schoot
hem het pistool uit de hand, stapte over
den man heen, dien hij voor Lewis hield
en vatte den jongen bij den pols.
,,Jij bent Ed Collier ik herken je aan
je oogen en aan je mond". zeide Bud haas-
tig, op gedempten toon. ,,Ik zal je in vei-
ligheid brengen, als je doen wilt, wat ik
zeg. Stem je toe?"
,,Hij heeft me er toe aangezet; op mijn
woord", zeide de jongen bevend. Hij kon
niet ouder dan negentien jaar zijn, onder-
stelde Bud in der haast.
,,Laat me er door, Jimmy", beval Bud
haastig. ,,Jij hebt den man qeraakt, die
den heelen boel op touw had gezet. Ik
zal dezen jongen achterdoor weqbrenqen,
als je het goed vindt."
Jimmy opende de met ijzer beslaqen deur
om hem door te laten gaan.
,,Ed Collier", zeide Jim, hem herken-
nend, Ik had al gehoord, dat hij mee
deed."
Geeft z8 weerstandsvermogen door
Ze hebben 't noodig I
TER NEUZEN
,,Vergeet het, Jimmy. Als de schout
naar hem vraaqt, zeg dan, dat hij er van
door qinq. Kom, Ed; ik zal je bij juffrouw
Hanson brenqen. Zij zal wel een ooqje op
je houden."
Eddie stond naar den dooden man te
kijken, die op den qrond laq en hij beef-
de zoo, dat hij zelfs qeen poqinq deed om
te antwoorden en qebruik makende van
jimmy's schuttinq en van de schuur en het
erf van de weduwe Hanson, kreeq Bud
Eddie veiliq en wel in de keuken, juist op
het ooqenblik, dat de vastberaden dame,
met een qeweer in de hand haar huis wil-
de verlaten. om mede te helpen den qoe-
den naam der stad te verdediqen.
Bud leqde zijn hand op haar schouder
en vertelde haar, wat hij van haar
wenschte.
,,Hij is de broer van Marianne en
te jonq om bij die bende te zijn aanqeslo-
ten. Houd hem dus hier verborqen, totdat
ik teruqkom. D'an zou ik qraaq uw paard
willen leenen. Zal ik den jonqen vast-
binden?"
,,Bah! Voor een vrouw als ik! Ik kan
hem wel over de knie leqqen!" Juffrouw
Hanson knipte met haar ooqen. ,,Ik zou
eerder denken, dat de jonqen een flink
-ontbijt noodiq had. Maak jij maar, dat je
weq komt!"
Bud qinq weq, kwam door .de achter-
deur de Bank weer binnen en nam deel
aan een los qevecht in de straat. De
schout had eeniqe mannen qeboeid en een
man neerqeschoten, terwijl de loqement-
houder met veel drukte verkondiqde. dat
hij de bandieten noq nooit eerder qezien
had. Om zijn qeheuqen wat op te frisschen
zond Bud een koqel op hem af, die vlak
achter zijn voeten terechtkwam, waarop
de waard, nu zeer onderdaniq, al huilend
zijn onschuld betuiqde.
..Hij is een vervloekte leuqenaar,
schout!" riep Bud naar de overzijde der
straat. ..Gisteravond, omstreeks elf uur
stond hij met ze te praten. Drie van hun
hebben mij tot de stad achtervolqd en ze
hebben hem uit zijn bed qeklopt, om hem
te vraqen, of ik soms bij hem een onder-
komen had qezocht. Maar dat had ik qe-
lukkiq niet. Was ik bij hem qeweest, dan
zou hij ze naar mijn kamer hebben qe-
bracht en hij zou een dooden loqeerqast
hebben qehad. vanmorqen. Huil jij maar,
oude bandiet! Ik zat onder de portiek van
het qerechtsqebouw, qisterenavond, en ik
heb ieder woord qehoord, dat je met de
Cat-rockers qewissel.d hebt.
..Ik verdacht er hem al van. dat hij de
man was, van wien zij hun inlichtinqen
kreqen", zeide de schout en hij boeide
den waard.
Verder navraqen wees uit, dat Jeff Hall
en zijn vrienden plotselinq tot het besluit
waren qekomen, dat zij dien daq eiqenlijk
niets meer op de Bank te doen hadden en
in allerijl de stad waren uitqereden. na
dat het eerste schot qevallen was. Dit
maakte de zaak veel eenvoudiqer voor
Bud.
I In de keuken van Jimmy Lawton nam
hij zijn qeld in ontvanqst en toen de qe-
vanqenen veiliq achter slot en qrendel za-
ten, zocht hij den schout op en bracht met
hem de zaak aanqaande den jonqen Col
lier in het reine, door hem te vertellen,
waarom hij den jonqen in bescherminq
had qenomen.
(Wordt vervolqd.)