ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN.
No 8343.
Vrijdag 1 Maart 1929
69e Jaargang
Eerste Slad
f
ABONNEMENTSPRIJS:
De Pers
over het gepubliceerde
Fransch-Belgische Verdrag.
FIUILLITOIT.
38)
NEUZENSCHE COURANT
Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,25, overige landen f 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetalinp.
Dit blad verschijnt iederen Maandap-, Woensdag- en Vrijdagavond.
Onder het opschrift: ,,de aap uit de mouw"
•ohrrjft de ,,N. R. Ct." o.a.
In vollen vredestijd en onder vigour van
het grondverdrag van den Volkenbond, dat
vddrop stelt het desideratum, dat de inter
nationale betrekkingen, die op de rechtvaar-
(ttgheid en de eer moeten gegrondvest zijn, in
het openhaar (au grond jour) behooren te
worden onderhouden, in z<56'n tijd zien wij
Frankrijk en Belgie in het aartsgeheim een
militair verdrag aangaan, dat ook het be-
rrlende Nederland geldt; en die Nederland-
■che orientatie krijgt in 1927 l*j het jaarlijk-
•che ..concert" der generate staven z66danige
vormen, dat zij moordend mag heeten voor de
goede trouw, waarop wij althans van den kant
van Frankrijk meenden aanspraak te mogen
■utken
Of nu de cynische gevvetenlooslieid dan wel
miadaidige onikunde de generale staven heeft
geleid, 66n ding is zeker, dat het concert"
van 1927 weer eens aantoont, en dit met niet
te looohenen overtuigingskracht, welk een
ontaaglijk gevaar erin geiegen is als de staten
doorgaan hun buitenlandsoh beleid te laten
bepalen door hunne generale staven. Het
..concert" van 1927 vertoont het na-oorlog-
•che militarisme in al zijn onwelriekende
vooeheid! Terwijil bij het Rijnpact van Locar
no van 1925 Frankrijk en Belgie zelfs met
het als erfvijand gevoelde Duitschland over-
eenkomen, alles te zullen doen om den oor-
log te bannen en geschillen, welke oak, op te
loosen in der minne, stellen twee jaren later
dieeelfde twee landen door hunne generale
staven voor welke de regeeringen, wij her-
halen het, volkomen verantwoordelijk zijn
b<j voorbaat vast, dat, als het in de militaire
kraam te pas komt, Nederland zal zijn te be-
schouwen als de agresseur, en dit op grond
van volkomen uit den militairen duim ge-
sogen daden
Nederland weet thans, waaraan het toe is:
het is in het geniep verkocht en verraden met
opaijdezetting van alle goede trouw. Wel eens
pretitige, joyeuse entree voor den nieuwen
Franschen gezant in Den Haag!
Het spreekt van zelf, dat onze Regeering
en ons land zich door de onthulling van het
..Utrechtsch Dagblad" niet zullen laten af-
dringem van onze beproefde politiek t. o. van
de Nederlandsche internationale waterwegen,
maar er zal veel moeten gebeuren, voordat
wt) in Fransohe en Belgische wenschen op dit
pimt iets anders zullen kunnen zien dan on-
ware blaaskakerij.
Het blad herinnert dan aan hetgeen over
den nieuwen geest der internationale politiek
door Chamberlain e.a. is gezegd en aan het
felt, dat men nu tegenover ons beraamt, wat
de heele wereld ontzette, toen Duitschland
het in 1914 tegen Belgie bedreef.
Sledhts deze opmerking mogen wij maken,
dat eene geestesgesteldheid als uit de boven-
aangehaalde zinsnede der ..interpretatie"
spreekt, zoo zij thans nog bestaat, eene basis
voor onderhandeling met Belgie schijnt te
ontbreken. Zoo gij mij niet gewilliig volgt, ge-
hruik ik geweld schijnt in de passage op-
gesloten. Doet hij niet wat ik wil, dan zal ik
..agTessie" aannemen. E6n druk op het knop-
je, en twee Fransche legerkorpsen staan mij
g<ereed het lijkt ons geen grondslag, om
gemakkelijk te komen tot een Nederlandsch-
Belgische overeenkomst, die beide landen be-
vredigen kan. Misschien zijn wij te pessimist,
maar de uiterste waakzaamheid onzerzijds
Hfkt ons ten zeerste aanbevolen.
Het Algemeen Handelsblad (lib.) vraagt
■ich in de eerste plaats af of het door het U.
D. gepubliceerde verdrag echt zou zijn en ver-
volgt:
door
B. M. BOWER
Vervolg.
*jr e" ze'de Marianne langzaam.
,,Maar ziet u, u kunt niets doen be-
halve, misschien, de dingen verergeren."
Toen glimlachte ze hem geruststellend
toe. ,,Nu op het oogenblik kunt u mij
helpen door te maken, dat ik iets anders
te hooren krijg, dan de ,,Blaue Donau".
Daar heb ik sinds verleden jaar October
naar moeten luisteren, toen Honora die
die muziek heeft laten meekomen met de
winterprovisie. Ga Honora vertellen, dat
u paddestoelen voor haar gevonden hebt.
Maar vertrouw niemand. En houd uw
oogen open als u op de paarden wedt. 't
Zijn bedriegers hier en, er zijn er bij.
die nog erger zijn dan bedriegers."
Bud volgde haar blik door het raam,
dat uitzag op de kraal en de gebouwen.
Lewis naderde het huis met een oliejas
over zijn hoofd, om zich tegen den mot-
regen te beschermen.
..Vergeet nooit, dat ik alles voor u wil
doen, wat ik voor mijn moeder en mijn
zuster Dulcie zou doen. En ik sta er op,
dat u, net zoo als zij dat zouden gedaan
hebben, mij zult roepen zoodra u in moei-
lijkheden bent en mij noodig hebt. Als ik
weet, dat u dat zult doen, zal ik heel wat
g«ruster zijn."
Zeker is: het verdrag ziet er zeer geloof-
waardig uit. Men wist, dat er sedert 1920
een militair verdrag tusschen Frankrijk en
Belgie bestond. En het gepubliceerde stuk
bevat juist wat men van zulk een tractaat
verwachten zou.
Nu willen wij wel zeggen, dat het bestaan
van zulk een verdrag op zich zelf niet zoo
verontrustend zijn zou. Het is niet onbegrij-
pelijk, dat Belgie, na zijn droevige ervaring in
den grooten oorlog waarin het tegen zijn zin
werd meegesleept, een verbond met Frank
rijk heeft gesloten, waarbij de beide mogend-
heden een wederzijidsehe verpliohting op zich
namen tot verdediging tegen landen, die een
van hen beiden zouden aanvallen, en wel
speciaal tegen Duitschland en tegen door
Duitschland ondersteunde mogendheden. Het
is niet onbegrijpelijk zeiden wij. Alleen
toont het een groot gemis aan vertrouwen in
den Volkenbond, des te betreurenswaardiger
na Locarno; het bewijst ook, dat Frankrijk
en Belgie zich van de verplichting, den in-
houd van tractaten aan den Volkenbond mee
te deelen, niets aantrekken.
Dat het tractaat gesloten is, is wel aan
GenOve meegedeeld; de inhoud is geheim ge-
bleven.
Ook het Handelsblad wijst op het gevaar
van verdragen als het onderhavige, wanneer
de uitvoering aan militairen wordt opgedra-
gen. Het blad vervolgt:
Wij weten het niet, maar wij vertrouwen
wel, dat bij een groot deel van het publiek
in dde drie landen deze publicatie groote ver-
ontwaardiging zal wekken.
Ons boezemt natuurlijk het meest belang
in, hoe op dit alles zal worden gereageerd in j
Belgie. In heel Belgie want met een
Vlaamsch-Waalsoh geschil heeft deze zaak
niets uit te staan. Wij zijn bezig te trachten i
met Belgie een verdrag te sluiten, dat tot een
waarlijk goede verstandhouding tusschen de
beide buurstaten moge leiden. En wij voor
ons meenen, dat Nederland zich daartoe
zekere offers moet getroosten, natuurlijk zon- j
der zoover te gaan, dat Nederland aan Belgie j
voordeelen zou toestaan, dde ons bestaan in de j
waagschaal zouden stellen. Wij hebben dat
bewezen door onzen strijd voor het kanaal
door het Bosscherveld. En al ging het trac
taat van 1925 ons te ver, wij toonden ons tot
concessies bereid.
Maar het is wel moeilijk ondenhandelen, als
het einddoeJ toch is tot een blrjvende vriend-
schap te komen, met een land, dat bij een j
meeningsverschil tusschen Frankrijk en i
Duitschland, ons plotseling zou willen bloot- j
stellen aan een militairen inval, die een even
groot onrecht zijn zou als Duitschland's inval
in Belgie in 1914. Wij zijn evenals in 1914.
bereid, wanneer Frankrijk of Belgie bij een
nieuwen oorlog met Duitschland een aanval
door ons gebied vreezen, al onze macht in te
stellen om dien te keeren. En zoo zouden wij
ons ook moeten keeren tegen het trekken van
Lelgisch, Fransche, Engelsche legermachten
door ons gebied. Maar als wij steeds op zulk
een mogelijkheid moeten rekenen, hoe kunnen
wij dan onderhandelen in een geest van vrede
en verzoeningsgezindheid!
Wat wij zouden wenschen is, dat het ver
drag werd gepubliceerd zooals het werkelijk
luidt met al de militaire interpretaties.
Deze officieele publicatie zouden wij een ver-
standiger daad vinden dan de gewone diplo-
matieke verloochening. Ieder burger in ieder
land weet dan wat er gaande is, en kan in
eigen land maatregelen treffen om slechte
gevolgen af te wenden. Dit is voor de ver-
houding der naties altijd beter, dan een duis-
ter wantrouwen omtrent de strekking van ge-
heime verdragen.
En natuurlijk is het dan wenschelijk, dat
het verdrag zoo spoedig mogelijk wordt op-
gezegd. De tijd van geheime verdragen is
voorbij, moest althans voorbij zijn. Maar ook
militaire verdragen behooren niet thuis in het
tijdperk, dat toch dat van den Volkenbond
moest heeten. Militaire verdragen hebben
mede de groote ramp van 1914 veroorzaakt;
zij kunnen zoo licht tot een herhaling leiden!
En het minste wat men vragen kan, is, dat
„Als ik u noodig heb, zal ik het u doen
weten, daar kunt u van opaan. En ik kan
u verzekeren, dat het mij goed heeft ge
daan een eerlijk man, als u, te hebben
ontmoet,' zeide Marianne haastig, met
haar angstige oogen op haar naderenden
man gericht.
Zij had zich, voor zoover het' Bud be-
trof, niet over zijn komst ongerust behoe-
ven te-maken. Want toen Lewis de keu-
ken binnenkwam en de deur achter zich
dicht schopte, was Bud reeds in de huis-
kamer, had Honey met een grapje van de
pianokruk afgetrokken, en speelde de
,,Blaue Donau", zooals de componist ge-
wild heeft, dat zij gespeeld zou worden.
Bud gebruikte de rest van dien morgen,
om Honey zoo duidelijk mogelijk aan het
verstand te brengen, dat in het tempo van
een wals de rusten van evenveel belang
zijn als de noten. Honey's musicaal ge-
voel echter, hield geen gelijken tred met
haar zucht om te behagen. Ze kreeg wel
voor vijf dollars goede raadgevingen van
hem, maar geen enkel vleierijtje, en hoe-
wel dit zonder twijfel in haar voordeel
was, protesteerde ze, hield eindelijk haar
trage, witte handen voor de ooren en
weigerde naar Bud's onverbiddelijk ,,een-
twee-drie-een-twee-drie" te luisteren.
Eindelijk begon Bud er om te lachen en
keerde terug naar het nachtverblijf.
Hij viel midden in een heftige woor-
denwisseling over de manier, waarop Jeff
Hall Skeeter bereden had en onmiddellijk
werd zijn persoonlijke meening gevraagd
over den wedstrijd van Zondag. Bud's
persoonlijke meening was zoo persoonlijk,
dat hij inplaats daarvan een gekscherend
antwoord gaf.
Belgie en Franikrijk hun generale staven
indien het gepubliceerde document werkelijk
him opvatting weergeeft desavoueeren en
duidelijk verklaren, dat zij de ..Convention de
Bruxelles" opvatten als eene uitsluitend
defensief tractaat, waarvan nooit een zuiver
neutrale derde het slachtoffer kan worden.
Wij meenen, dat onze regeering en ons volk
recht hebbem zulk een verklaring te ver
wachten.
Het Vaderland (lib.) sohrijft o.a.:
Het stuk, dat den inhoud heet weer te
geven van het tusschen Frankrijk en Belgie
gesloten militaire verdrag, zooals het Utr.
Dagblad dat heeft gepubliceerd, is juist en
dan kunnen we gevoegelrjk het vraagteeken
achter „Een bedreiging van den vrede" weg-
laten.
Of het is een vervalsching en dan is er een
perfidie in het spel, die emstig gebrandmerkt
dient te worden en wier pointe de vertroebe-
ling van de Nederlandsch-Belgische betrek-
kingen uitmaakt. Maar als dat het geval is,
zal opheldering niet moeielijk zijn en kan de
vrede niet in gevaar worden geacht.
Na de vraag opgeworpen te hebben of de
publicatie van het verdrag wellicht een ant
woord is op de vragen van minister Hymans
naar aanleiding van prof. Gerritsons rede,
vervolgen beide bladen:
De eenige wijze, om de zaak tot klaarheid
te brengen, zal natuurlijk zijn een verzoek van
onze regeering om inlichtingen te Brussel.
Wat ons in de eerste plaats interesseert is, of
het Fransch-Belgische verdrag inderdaad
voorziet in een gezamenlijk ingrijpen van
Frankrijk en Belgie tegen ons land, indien
naar de meening van de regeering te Brussel
de houding van ons land in het vraagstuk der
waterwegen onvriendelijk of agressief mocht
zijn. Is Frankrijk inderdaad bereid gevonden
om de Belgische economische eischen des-
noods manu militari te ondersteunen
En dan: is het juist, dat Frankrijk en Bel
gie zonder blikken of blozen de onzijdigheid
van ons land willen schenden, onder mede-
werking van Engeland nog wel, als men 't
noodig mocht achten tegen Duitschland op te
rukken
Beide hoofdartikelen eindigen als volgt:
Wij vertrouwen, dat men ook in Belgie de
noodzakelijkheid van opheldering zal inzien.
Deze geheime diplomatic in haar bedenkelijk-
sten vorm kan, dunkt ons, de instemming van
de meerderheid onzer zuiderburen niet heb
ben. En ook zal het 't Belgische volk
interesseeren te vememen, of de Belgische
soldaten eventueel naar de Italiaansche grens
gedirigeerd zullen kunnen worden.
Verschaft de regeering te Brussel de ge-
wenschte opheldering niet, dan is er een
emstige taak weggelegd voor den Volken
bond, die de volgende maand wederom bijeen-
komt. Daar zal ook de stem van Duitschland
gehoord worden, dat evenals wij recht heeft
op het schenken van klaren wijn.
De Telegraaf (neutr.) schrijft onder het
opschrift Balkantoestanden o.m.:
In al die jaren, dat men ons heeft vergast
op plechtige of uitbundige demonstraties van
vredeswil, hebben gevolmachtigde lieden
zakelijik gewerkt aan oorlogs-bereiding. Wat
heeft men al zoo bekokstoofd? Laat ons eens
de oorlogskeuken binnengaan.
Daar vinden wij allereerst het geheim ver
drag van 1920, tusschen Frankrijk en Belgie
een verdrag, welks bestaan erkend is,
want men heeft bij den Volkenbond gedepo-
neerd: de mededeeling, dat het bestaat; niet
echter, zooals behoorlijk ware geweest, den
tokst van het verdrag.
Het is een militair verbond in optima for
ma. Het heet bestemd te zijn tegen aanval-
lers, maar als men nagaat, hoe Nederland „in
de gauwigheid" tot aanvaller wordt „gecon-
strueerd", weet men hoeveel dit defensief"
karakter waard is. Het is gericht tegen
Duitschland, of tegen eenige andere mogend-
heid, die hoe dan ook door Duitschland onder-
steund wordt," ,,Hoe dan ook" welk een
gevaarlijke rek zit er in deze vage woorden!
Tegen Duitschland zal worden gemobili-
Smoky kon wel in cirkels om Skeeter
heen blijven loopen en nog t eerst aan-
komen blufte hij en hoe Jeff reed, deed
er geen zier toe. Hij was van harte blij.
dat hij dien aanrander verleden Zondaq
tegen den grond had getrokken, voordat
die zijn geld had kunnen rooven, want
dat geld moest aanstaanden Zondag
wonderen doen met Jeff Hall. Nu Bud
was begonnen zijn paard op wedrennen
te laten loopen, zag hij geen voordeel
meer in dat gewone werk tegen een sim-
pel dagloon. Hij werkte nu alleen maar
om een gezonde lichaamsbeweging te
hebben en om den tijd, tusschen twee
Zondagen, door te komen. Zijn werke-
lijke levensroeping, zoo had hij ontdekt,
was, aan Jeff Hall en zijn kornuiten te
leeren. dat wedden zonde is.
Zelfs aan het middagmaal werd het
gesprek nog met vuur voortgezet en Bud,
die deed alsof hij de drukkende aanwe-
zigheid van Lewis niet opmerkte, herhaal-
de zijn grootspraak, hoewel weer in an
dere bewoordingen, om Marianne te doen
weten, dat hij aan de Burroback-wed-
strijden op de echte Burroback-manier
zou deelnemen althans zoo goed als hij
kon en toch zoo eerlijk mogelijk zou
blijven. Hij verwachtte niet, dat zij het
zou goedkeuren, maar hij wilde, dat zij
het wist.
Eens. toen Buddy vijftien jaar was,
waren er plotseling vier Deste koeien en
vier kalveren op een geheimzinnige wijze
van zijn vaders hoeve verdwenen, even
voor dat de kalveren oud genoeg waren
om gebrandmerkt te worden. Buddy had
die twee daarop volgende weken ieder
vrij oogenblikje benut om ze in de heuvels
seerd, als het „verbonds-geval" zich voordoet
krachtens de verhouding, die thans (1920)
tusschen Frankrijk-Belgie en Duitschland be
staat. Moet men, bij alle vaagheid van be-
doeld artikel, niet constateeren, dat Locarno
en Duitschlands toetreding tot den Volken
bond niet meer dan lucht beteekenen voor de
militaire koks, die hier aan 't werk zijn?
Daamaast ligt dan de nog minder frissche
tweede schotel: de generaals-interpretatie
van 1927.
Van geweldige draagwijdte is de onthulling,
dat er ook 'n Engelsch-Belg. geheim verdrag
functionneert, dateerend van 7 Juli 1927.
Voorzoover wij kunnen nagaan heeft men den
Volkenbond zelfs van het bestaan van dit
militair onderonsje niet op de hoogte gesteld.
Omtrent den inhoud kan men zich door de
generaals-interpretatie een denkbeeld vormen.
Als Frankrijk en Belgie tegen Duitschland
oprukken, worden hun gezamenlijke legers op
den uitersten linkervleugel versterkt door
Britsehe troepen. De Britsche deelneming
staat vast. De Britsche deelnemers zullen bij
him opmarsch naar het Ruhr-gebied een
militaire wandeling" maken over Neder-
landsch territoir.
Engelsche liberalen en arbeiders hebben
zich indertijd opgewonden, omdat een onnoo-
zele Engelsche cavalerie-brigade medewerkte
bij de Fransche manoeuvres in het Rijnland.
Dat druischte al in tegen den geest van Lo
carno, die Engeland tot neutraliteit in de
Fransch-Duitsche verhouding dwingt. Waar
blijft echter de geest van Locarno bij dit
Fransch-Belg.-Engelsch veldtochtsplan tegen
de Ruhr, dwars door Nederland? De Engel
sche liberalen en arbeiders zullen nu nog heel
wat meer verontwaardigd kunnen zijn, en het
zou ons niet verbazen als de Utreehtsche pu
blicatie ook in den Engelschen verkiezings-
strijd nog een factor van beteekenis zou blij-
ken.
Nog meer vragen rijzen: Zullen de onthul-
lingen schade toebrengen aan de politiek-van-
links in Duitschland? Pikanter nog: waren
indertijd de socialistische ministers in Belgie,
„patron" Vandervelde vooraan, van deze oor-
logsvoorbereiding op de hoogte en dekten zij
die met hun verantwoordelijkheid?
De ,,Maasbode" (r.k.) schetst eerst het ge-
voel dat onze landgenooten bezield moet heb
ben bij de kennisneming van het verdrag en
vervolgt dan:
Een Generale Staf heeft nu eenmaal een
buitengewoon ondankbare, haast griezelige
taak: het technisch organiseeren van een
eventueel door welke oorzaken ook onvermij-
delijk geworden mensehenslachting. Met het
nobele doel: de verdediging van het vader-
i land.
Zoolang een Generale Staf zich tot die taak
beperkt, doet hij eenvoudig zijn luguber hand-
werk, ook wanneer hij uitziet naar hulp van
buiten. Maar dit laatste kan of althans mag
hij nooit doen, tenzij onder de leiding en over-
eenkomstig de leiding van de diplomatic van
zijn land. Haar treft dan ook de voile ver
antwoordelijkheid, zoolang de Generale Staf
zich tot zijn technische taak beperkt.
Het treurige in de wereldhistorie van den
laatsten tijd is echter juist, dat de Generale
Staven deze hun positie niet altijd hebben be-
I grepen, of liever, niet hebben willen begrijpen.
En het groote gevaar heeft altijd bestaan, dat
van een staf, die zich technisch uitstekend
toegerust gevoelde, de impuls uitging naar de
diplomatie am. of die technische toerusting te
j benutten of alhans eerder en vender te be-
nutten dan noodzakelijik was. En zijn de di-
plomatieke en de politieke leiding van een
staat dan niet in een zeer vaste en zeer ener-
gieke hand, dan ontstaat het groote gevaar,
de ramp, dat de militair den diplomaat de
leidsels uit de hand rukt, en het oorlogsros
den vrijen teugel viert.
Na eenige historische uitweidingen vervolgt
het blad:
Maar blijft de Generale Staf binnen de
grenzen zijner functie: aan de politieke lei
ding de technische mogelijkheid bieden voor
de verwezenlijking van haar doeleinden
en dalen op te sporen. Ten laatste vond
hij aan de overzijde van den heuvelrug,
een zeer ongewenschte buurman zich een
veestapel aan het vormen was, zijn kalve
ren terug, in een afgerasterd weitje, met
nog acht andere kalveren, die mogelijk
aan den ongewenschten buurman toe-
behoorden. Buddy reed niet naar de
hoeve terug om den buurman van diefstal
van de kalveren aan te klagen. In plaats
daarvan zocht hij ijverig naar een zwakke
plaats in de afrastering, maakte daar een
opening, die er uitzag als of ze daar per
ongeluk ingekomen was en dreef de
twaalf kalveren er door heen, voerde ze
mee over den heuvelrug naar de „Towa-
hawk" en liet ze achter in een hooge
bergwei, die vrij goed tusschen dichte
boschjes lag ingesloten. En omdat er goed
gras en stroomend water was, waren de
kalveren er net zoo gelukkig als in hun
wei. Daarop was Buddy naar huis ge-
sneld, om een brandijzer en een ander
paard te halen en door heel hard te wer
ken, slaagde hij er in, ieder van de twaalf
kalveren een diep Tomahawk-merk in te
branden. Hij kwam laat thuis en was
trotsch op zich zelf en stond tegenover
zijn vader juist, toen hij het brandijzer
opborg. Nog lang daarna waren een
volledige biecht en een stuk getrokken
tuigriem in Buddy's herinnering pijnlijk
met elkaar verbonden, maar de uitwer-
king van het pak slaag ging verloren, om
dat Buddy toevallig hoorde, dat Bob Bir-
nie in vertrouwen aan moeder zeide, dat
de jongen den ouden veedief zijn verdien-
de loon had gegeven en dat iedereen, die
met een koe begon en na vier jaar zoo-
veel afstamelingen van die eene koe had,
zonder zich zelf met aard of omvang of be-
reikingstijdstip dier doeleinden te bemoeien,
dan heeft hij recht op een objectieve waar-
deering van zijn werk, al valt deze moeilijk,
zooals de waardeering van de politie voor den
man van de straat.
De aanval van het .Utrechtsch Dagblad"
op de Generale Staven lijkt ons dan ook
eenigszins voorbarig: gewettigd is hij, als
deze hun bevoegdheid te buiten gingen
ongewettigd wanneer zij niets anders waren
dan de technische werktuigen der diplomatie.
In dat geval treft deze laatste alleen de ver
antwoordelijkheid.
Het r.k. orgaan ondersoheidt vervolgens het
verdrag zelf en de interpretatie ervan en ont-
leedt beide om te vervolgen:
,,Het groote practiseh belang der publicatie
schuilt o.i. vooral in het bekend worden van
deze opvatting van het Belgische gouveme-
ment: Onze regeering weet nu: wanneer zij
er toe overgaat de onderhandelingen met Bel
gie te hervatten, dan opent zij meteen de mo
gelijkheid dat van Belgische zijde op zeker
oogenblik zou kunnen worden verklaard, dat
eventueele maatregelen van rivierpolitie, ge-
zien in bet licht dier onderhandelingen, dat
apert onvriendelijk of zelfs agressief karakter
dragen.
Onze Minister van Buitenlandsche Zaken
zal hieruit de condusio practica weten te
trekken en in ieder geval de uiterste behoed-
zaamheid tegenover verdere besprekingen
inachtnemen.
Tot slot trekt het blad een parallel tusschen
Duitschlands houding tegenover Belgie in
1914 en het verdrag en eindigt met te zeg
gen, dat het gevoel van diepe teleurstelling
grooter is dan dat van zijn onrust.
Het Huisgezin (r-k.) schrijft o.a.:
Nu zal c.q. Belgie zelf meewerken am de
onzijdigheid van Nederland te schenden em
het in den oorlog te drijven.
Dat de verfranschte liberaal, die minister
Hymans is, zich daartoe liet vinden, behoeft.
bij zijn verleden zijn campagne tot inlijving
van een stuk van Limburg niet te verwon-
deren.
Maar dat de socialist Vandervelde als
minister van buitenlandsche zaken er de hand
toe leende, in den geest en met den wil aan
Nederland een laagheid te begaan, wekt ver-
baizing.
Evenals het, in het algemeen, tegen de
borst stuit, dat de ingewijden in Belgie, ook
de koning, dozen vorm hebben bedacht, om
waardeering te betuigen voor hetgeen in en
na de oorlogsjaren Nederland voor de Belgen
heeft gedaan.
En na gezinspeeld te hebben op Wet vertoog
dat minister Hymans, i.v.m. de rede van prof.
Gerretson ter Herdenking van de Unie van
Utrecht, tot onzen minister van buitenland
sche zaken heeft gericht, eindigt het blad:
Een heel ander vertoog zal thans minister
Beelaerts van Blokland tot zijn Belgischen
ambtsgenoot kunnen en moeten -houden
naar aanleiding van de verbijsterande onthul
ling omtrent het geheime militaire verdrag
tusschen Belgie en Frankrijk.
Wij wenschen Belgie niets slechts, wij wil
len met dit land als goede buren en vrienden
leven, maar wij verwachten geen dolkstoot
in den rug.
En nu hebben wij nog enkel op de betrek-
king van ons land tot 'het Fransch-Belgisch
verdrag gewezen en niet op de verhouding
waarin het staat tot den geest van GenSve,
de 10 jaren van officieele vredes-propaganda
en vredes-bevordering sedert het einde van
den wereldoorlog met de verschillende bezon-
gen en betooste dtappes, waarvan 't Kellogg-
verdrag tot uitbanning van den oorlog de
jongste is geweest en, naar het scheen, de
meest radicale.
Een geheim militair verdrag alsof wij nog
onder het oude regime leefden, alsof de mil-
lioenen gesneuvelden voor niets waren gestor-
ven. alsof men nog niet had geleerd, dat een
nieuwe Europeesche oorlog den ondergang der
samenleving of de zegepraal van het bolsje-
wisme wat nagenoeg hetzelfde is moet
beteekenen!
dat ze hem acht kalveren per seizoen
gaven, verdiende, dat hij ze allemaal
kwijt raakte.
Buddy had die zienswijze van zijn
vader niet noodig gehad. om hem in de
overtuiging te stijven, dat hij in de zaak
van die gestolen kalveren een mooi stuk
werk verricht had, een werk waar nie
mand zich over behoefde te schamen. Ja,
het pijnlijke voorval met den tuigriem be-
schouwde Buddy slechts als een vader-
lijke poging om officieel de tucht te hand-
haven en hij koesterde geen wrok tegen
zijn vader, nadat de striemen verdwenen
waren.
Zoo kwam het, dat Bud, nu man ge
worden, geen duimbreed afweek van het
zedelijk richtsnoer van Buddy, den jon
gen. Als men in de Burroback Vallei
van plan was een vreemdeling het vel
over den neus te halen en hem met ge
weld trachtte te berooven. als hij gewon-
nen had. dan gevoelde Bud zich volko
men gerechtvaardigd, als hij van ze
trachtte te halen, wat hij halen kon, In
ieder geval, zoo zeide hij bij zich zelf. zou
hij zijn" uiterste best doen.
Het was duidelijk merkbaar. dat Pap
naar een gelegenheid zocht, om vertrou-
welijk met hem te spreken, maar met een
twaalftal mannen om hem heen, was het
gemakkelijk genoeg voor Bud, om dat te
voorkomen, zonder dat de oude man ach-
terdochtig werd. Marianne had hem ge
zegd, niemand te vertrouwen. En Bud, die
niet van half werk hield, volgde die raad-
geving letterlijk op.
(Wordt vervolgd.)