KRAAIEN OP DEN OPENBAREN WEG
VERBODEN.
EEN HEELE GEMEENTERAAD ACHTER
SLOT EN GRENDEL.
GEMEENTERAAD VAN AXEL.
dat de telefoonverbindingen bijna alle ge-
stoord zijn. Het verkeer te Venetie wordt
door net vele dryiijs op ue lagunea ton zeci^e
bemoeilijkt en ae Po is op eenige plaatsen
geheel toegevroren. Te Parma heeft men een
temperatuur van 27 graden Fahrenheit.
_GROOTE KOUDE IN DUITSCHLAND.
ue n.euwe koude-periode heeft zich weer
over geheel Duitschianu uftgebreid. De gemid-
delde temperatuur in Noorfl-DUitsohiand is
—i5 tot i© grauen Celsius. In het centrum
van Berlijn was de laagste temperatuur 18
gr., in de nabijheid van de stad zelfs 22 gr.
Het koudst is het in Sdezie, waar op soinmi-
ge plaatsen temperaturen van 26 graden
opgeuom-en worden. Daarentegen is in Oost-
Pruisen de thermometer iets gestegen.
In het Noordwesten van Duitschland was
de temperatuur gemiddeld eenige graden hoo-
ger.
In het Zuidwesten, dat tot nu toe geen last
van de meuwe koude-periode heeft, is de tem
peratuur gemiddeld 6 tot 8 graden Celsius,
te Munchen is het 6 graden, te Frankfort a.d.
Main 7 graden, te Karlsruhe 2 graden
Celsius.
Aan de Noordzeekust heeft men ook buiten-
gewoon lage temperaturen opgenomen; ge
middeld 9 tot 14 graden.
Volgens de weerkundigen is voorloopig niet
op een einde van de vorstperiode te rekenen.
DE GRIEP.
Over de verbreiding van de griep zijn bij de
hyg.enische sectie van het Voikenbondssecre-
tariaat de volgende mededeelingen uit een aan-
tal landen ingekomen:
In 49 Duitsche steden is tusschen 9 Decem
ber en 12 Januari het aantal sterfgevallen aan
griep van 42 tot 321 gestegen. Te Berlijn van
8 tot 186.
In Engeland en Wales steeg in 1907 steden
het aantal sterfgevallen van122 in de week
eindigende 12 Januari tot 179 in de week ein
digende 19 Januari. Dit getal is lager dan dat
der vijf vorige jaren. De lersche vnjstaat rap-
porteerde in laatstgenoemde week 2, Noord-
Ieriand 9 sterfgevallen.
In Spanje kwamen tot 9 Januari twee sterf
gevallen aan griep en 147 aan longontsteking
voor. In de provmcie neemt de epidemic ge-
leidelijk af.
In Est land heerscht in het Noorden een
goedaardige griepepidemie. In Italie nam de
griep in goedaard.gen vorm eenigszins toe.
Ook Litauen meldt een lichte epidemie. In
Noorwegen nam de ziekte in het Zuiden des
lands toe, en wel hoofdzakelijk in goedaardi-
gen vorm. Over de week, eindigende 29 Janu
ari werden 9 sterfgevallen gemeld.
In Nederland heerscht geen eigenlijke griep
epidemie. Amsterdam meldde over de week,
eindigende 18 Januari, 8 sterfgevallen.
Polen rapporteert een lichte epidemie. Zwe-
den had tot half Januari 3262 ziektegevallen
in de week van 512 Januari 14 sterfgevallen
aan griep. Zwitserland heeft slechts sporadi-
sche gevallen.
In de Ver. Staten was in de eerste week van
Januari het aantal sterfgevallen aan griep
1316, tegen 1081 in de laatste week van De
cember. De eilanden in den Pacific melden een
zeer verbreide griepepidemie. In Midden- en
Noord-China heerschte in den. zomer van 1928
een sterk verbreide griepepidemie met veel ge
vallen met doodelijken afloop.
ZACHTE STRAF VOOR BIGAMIE.
Voor een der Berlijnsche rechtbanken heeft
een 52jarig instrumentmaker, Engeler ge-
naamd, wegens bigamie terecht gestaan. Het
was een zeer ongewoon geval, daar Engeler
op verzoek zijner eerste vrouw buiten zijn
weten dood verklaard was.
Engeler deelde bij zijn verhoor mede, dat
zijn eerste huwelijk zeer ongelukkig was, zoo-
dat hij het als een verlossing beschouwde.
toen hij bij 't uitbreken van den oorlog onder
de wapenen moest komen, Hij had aan het
front den dood gezocht, om een einde te ma-
ken aan het leven met zijn vrouw, dat hem
tot een hel was geworden.
De rechtbank kon constateeren, dat Enge
ler inderdaad de eerste in zijn compagnie was
geweest, die wegens dapperheid aan het front
het ijzeren kruis eerste klasse had gekregen.
Na den oorlog was beklaagde niet meer
naar zijn vrouw teruggekeerd. In 1919 was
hjj te Koningsbergen voor de tweede maal
gehuwd. Hij verklaarde, dat het destijds niet
in zijn hoofd was opgekomen, zich van zijn
eerste vrouw te laten scheiden. Eerst toen
hij in 1925 bij zijn terugkeer naar Berlijn ver-
nam, dat zijn eerste vrouw hem dood had
laten verklaren, vroeg hij echtscheiding aan
en deze kwam dan ook tot stand. De geschei-
den eerste vrouw was door het proces echter
te weten gekomen, dat Engeler een tweede
huwelijk had gesloten en deed hiervan aan-
gifte.
De rechtbank veroordeelde den beklaagde,
die steeds van onbesproken levenswandel is
geweest en met zijn tweede vrouw een geluk-
kig huwelrja heeft, wegens bigamie tot de
minimumstraf, zes maanden voorwaardelijk.
EEN STOOMSCHIP GEZONKEN.
Een Belgische treiler had bericht gebracht
dat hij het Londensche stoomschip Padding-
ton (van 1545 ton) bij Flamborough Head in
zinkenden toestand had gezien.
Een reddingboot heeft daarop vier uur lang
in een storm bij dikken mist en kletsregen
vruchtelooze pogmgen gedaan om het schip te
vinden, maar de bemanning keerde ten leste
uitgeput terug en moest melden dat zij niets
van het wrak of de schipbreukelingen gezien
had.
De treiler had nog medegedeeld dat hij aan
boord van de Paddington niets van het
scheepsvolk gezien had.
Een na.der bericht meldt dat de bemanning
van zestien koppen van de Paddington te Sun
derland behouden aan wal is gekomen. Het
schip is ten gevolge van een aanvaring ge-
zonken.
BLOEDIGE INCIDENTEN.
Te Berlijn zijn verscheidene bloedige inci-
denten voorgekomen. Een 62-jarige smid in
het Noorden der stad sloeg by een woorden-
wisseling zijn buurman, een 51-jarig- koopman,
met wien hij sinds langen tijd in onmin leefde,
zoo ernstig op het hoofd dat de man tijdens
het transport naar het ziekenhuis overleed. De
smid die beweerde in zelfverdediging te hebben
geihandeld is in hechtenis genomen.
Elders d'rongen twee broeders de woning bin-
nen van een arbeider die vrienden op bezoek
had. Men had de beide broeders den toegang
tot de woning geweigerd die daarop de deur
in sloegen. Toen ze zoover waren werden ze
door den huisheer en diens vrienden met bijlen
ontvangen. Een der broeders werd bewuste-
loos geslagen terwijl een vriend en de huisheer
zelf ernstig gewond werden.
Te Neukolln reed Zondagavond een 66-jarige
taxichauffeur naar zijn woning; toen hij al-
daar aankwam en uit de auto stapte, sprong
uit een naburig huis een man op hem toe, die
zonder de minste reden drie s oho ten op hem
afvuurde. De ongelukkige werd zwaar gewond.
Ee~> paar agenten trachtten den aanrander in
hechtenis te nemen doch deze verdedigde zich
zoo hardnekkig met zijn revolver dat ook de
agenten van hun wapens gabruik moesten
maken. De aanrander is eveneens zwaar ge
wond. Men vermnedde dat de man in een
aanval van zinsverbijstering heeft gehandeld.
Door de sprekende film gebeuren er in
Hollywood soms rare dingen. Onlangs moest
voor een filmbeeld een haan kraaien, maar hij
vertikte het. Tenslotte liet men iemand ko
men, de dleren getrouw kon nabootsen. De
man kraaide den weerbarstigen haan wat
voor in de hoop, dat deze zou antwoorden. De
haan boog echter zijn kop op zij, luisterde aan-
dachtig en keek zijn concurrent verblufc aan.
Toen kwam men op het idee, dat de haan wel
zou gaan kraaien als hij den man niet zag
Deze laatste ging een eind verder staan en
kraaide daar lustig verder. Edoch! juist toen
de haan aan het kraaien wilde slaan, brak de
menschelijke kraaistem plotseling af.
Wat de oorzaak daarvan was! Wel, er was
een politieagent gekomen, die den kraaienden
man meenam naar het poiitiebureau, omdat
hij dacht met een dwaas te doen te hebben.
EEN GEVAARLIJKE ROOKER.
Lubitsch, de groote film-regisseur, heeft on-
geloofelijke hoeveelheden tabak noodig om te
kunnen werken. Dit verbeeldt hij zich ten-
minste. Hij rookt den geheelen dag, voor hem
moest een uitzondering worden gemaakt op het
rookverbod in de ateliers.
Tijdens het maken van Janning's film „De
Patriot", rookte hij 30 kistjes sigaren, inhou-
dend' 750 stuks en 220 doozen cigaretten, in-
houdend 4400 stuks.
NIEUWE MILLIARD AIRS.
if en weduwe uit Brighton, die kort geleden
nog kamers verhuurde en haar twee dochters
van 28 en 25 jaar, die met typen een karig
inkomen verdienden, zijn plotseling, geheel
onverwacht in het bezit gekomen van een
erfenis, waarvan de jaarlijksche opbrengst
op 150.000 gulden wordt geschat. Een rijke
oom, Sir William Maxwell, heeft haar dit for-
tuin nagelaten.
Met derde klas kaartjes begaven zij zich
op uitnoodiging van de notarissen een paar
dagen geleden naar Londen. Zij keerden naar
Brighton terug in eigen auto met een eigen
chauffeur in livrei.
De geheele gemeenteraad van Velika Selo,
een klein plaatsje in Zuid-Slavie, is, naar de
Weensche correspondent van het Vaderland
meldt, door de gendarmerie achter slot en
grendel gezet, de burgemeester incluis. Op
zekeren nacht toch waren roovers het huis
van een gepensionneerden kolonel, Milosa-
vlewitsj geheeten, binnengedrongen. De ban-
dieten, die maskers voor het gelaat droegen,
hebben den overste, die zich tegen hun on-
gewenschte bezoek verzette vermoord en zijn
vrouw ernstig gewond. Vervolgens hebben
zij alles gestolen, wat maar eenigszins de
moeite waard leek om mee te nemen.
De politie kwam er achter, dat zich een
paar leden van de gemeenteraad onder de
bandieten hadden bevonden. De gendarmerie
nam daarop een kort en krachtig besluit: zij
arresteerde alle achtentwintig vroede vaderen
en ook den burgemeester. De heeren moeten
zoo lang in de nor blijven, totdat men met
zekerheid heeft kunnen vaststellen wie de
moordenaars en inbrekers zijn geweest.
EEN ONTVOERING.
Ontvoering van personen met de bedoeling
voor hen een stevig losgeld te ontvangen, is
een bedrijf dat vroeger bijzonder populair was
in de Balkanstaten en aan de Noordkust van
Westelijk Afrika.
Tegenwoordig zijn Mexico en China de spe-
cialiteiten in zulk soort ondernemingen, en
vooral China. Thans wordt gemeld, dat te Phi
ladelphia een katholiek priester, de Amerikaan
Edward Young, die op 22 Januari door Chinee-
sche communisten was ontvoerd bij Hanfoe, is
vrij gelaten.
Hij was gezond en wel en te Philadelphia is
men ervan overtuigd, dat er geen losgeld
voor hem is betaald. Het is n.l. de vaste prac-
tijk der Amerikaansche katholieke zendelingen
in China geen zulke losprijzen te betalen. Zij
volgen die politiek om dagrdoor de roovers van
hun bedrijf af te brengen, omdat het toch geen
winst oplevert.
DERTIG JAAR IN HET GEHEIM GEHUWD
GEWEEST.
Toen te Hereford de zeer gefortuneerde
landbouwer John Davies, die op 70jarigen
leeftijd overleden was, ter ruste werd gelegd,
bleek tot groote verbazing van. de familie, dat
Davies reeds 39 jaar in het geheim gehuwd
was met de vrouw die voor zijn huishoudster
doorging. De neven en nichten kwamen dit te
weten door... het lint van een der kransen op
de baar, waarop in zilveren letters stond:
„Van zijn liefhebbende vrouw". De dorpsgees-
telijke beaamde desgevraagd, voor dertig jaar
Davies in den echt te hebben verbonden met
miss Jenkins. De ontdekking heeft uiteraard
nogal wat stof doen opwaaien in den kring der
hoopvol gestemde erfgenamen.
EEN GEVAARLIJK CAVALIER.
Te Weenen maakte dezer dagen een kamer-
meisje kennis met een jongen man, met wien
zij afsprak, om sarnen naar de bioscoop te
gaan. Het trof dat den afgesproken avond
mijnheer en mevrouw eveneens uit waren. In
de bioscoop Meld de aardige jongeman het
handtaschje van zijn nieuw vriendinnetje vast,
en zoo boeiend was de hoofdfilm, dat het meis-
je niet bemerkte dat de jongeling het taschje
opende en er den huissleutel uit haalde, dien
hij aan een anderen jongeling, gezeten aan
zijn linkerzijde, ter hand stelde. Deze stond on-
gemerkt op, begaf zich regelrecht naar het
huis waar het meisje diende, ontsloot de straat-
deur, roofde daarbinnen links en rechts, wist
zelfs alles nog in veiligheid te brengen-en
daarna weer net bijtjjds in de bioscoop terug
te zijn om de dramatische ontknooping van de
hoofdfilm bij te wonen.
De sleutel ging, steeds onopgemerkt, weer
in het taschje en toen het meisje eindelijk weer
thuis kwam, werkte het slot als gewoon en was
er niets abnormaals te bespeuren, dan alleen
dat een groot aantal kostbaarheden verdwenen
was. Slechts een lucide ingeving van het
meisje, dat argwaan kreeg jegens haar cava
lier en snel combineerde, leidde tot arrestatie
van dezen en van zijn vriend, die na lang ver
hoor door de mand vielen.
PRINSELIJK HUWELIJK DAT NIET
DOORGING.
Te Regensburg zou het huwelijk worden vol-
trokken tusschen prinses Ilia von Thurn und
Taxis een Boheemsche zijtak van de Regens-
burgsche familie en prins Rainer Raphael
von Thurn und Taxis uit Regensburg. Ter bij-
woning der huwelijksplechtigheid was een
groot aantal illustere gasten, graven, hertogen
en prinsen met een talrijk gevolg verschenen.
De huwelijksvoltrekking zou door den bisschop
van Regensburg geschieden.
Kort voor het voor de plechtigheid bepaalde
uur begaf prinses Ilia zich echter in hooge
mate opgawonden naar het hoofd van het huis
Thurn und Taxis en deelde hem mede, dat zi;
zich hard bedacht en dat zij met prins Rainer
vet n het huwelijk wenschte te treden. On-
m:dde'li"k d°arop verrto1- 7;i mar een harer
landgoederen in het buitenland.
(Vervolg uit het Eerste Blad.
De heer OGGEL oppert het denkbeeld, aan
de vergadering van aandeelhouders te ver-
zoeken de 3 raadsleden-opposanten in de ge-
legenheid te stellen tegenover de vergadering
van aandeelhouders hun bezwaren te ontwik-
kelen; indien aan dat verzoek niet zou wor
den voldaan, zou hij dan als vertegenwoor-
diger van de gemeente Axel de vergadering
verlaten.
De heer 't GILDE komt terug op de woor-
den van den heer Kruijsse, alsof hij, door het
niet bijwonen van alle vergaderingen, de zaak
zou gesabotteerd hebben, doch meent er op
te moeten wijzen, dat de heer Kruijsse, die
ook voor het lidmaatschap der commissie
was aangezocht, zich, door daarvoor te be-
danken, zichzelf geheel aan die werkzaam-
heden heeft onttrokken.
De heer KRUIJSSE deelt mede, dat dit een
ander geval was; hij was aangezocht als
voorzitter der Gezondheidscommisaie, zete-
lend te Ter Neuzen. De commissie was van
oordeel, dat, aangezien zij tot dien tijd nim-
mer in zake de waterleiding gekend was, men
het, nu de zaak in het moeras zat, ook maar
zonder haar moest doen en dat er dus geen
reden was dat haar voorzitter er zitting in
zou nemen.
De heer 't GILDE komt nog terug op de
door hem ingezonden nota van bemerkingen.
Die zijn niet van den eerste de beste. Die
worden echter, zooals hij reeds zeide, niet
gepubliceerd. Hij wijst op het groote water-
verlies dat men bij de Zuid-Bevelandsche
waterleiding ondervindt en waarmede hier
geen rekening is gehouden. Hij acht het
daarom zoo frappeerend, dat dit niet wordt
gepubliceerd. Mag dat soms niet? Hieruit
blijkt, dat men met het maken van opmer-
kingen ook niets bereikt.
De VOORZITTER kan hieromtrent alleen
zeggen, dat de Raad vein Commissarissen op
het standpunt staat, dat het geheele rapport
mag gepubliceerd worden, en dit dan ook aan
de pers heeft toegezonden. Men zal nu de
zaak bespreken met de vertegenwoordigers
van aandeelhouders en het zou aan Burge
meester en Wethouders van Axel zeer spij-
ten indien de gemeenteraad reeds heden een
besluit ging nemen, om, ongedacht het resul-
taat dier besprekingen, thans een besluit te
nemen omtrent ontbinding.
De heer 't GILDE geeft te kennen, dat het
voor de opposanten 't meeste grieft, dat
reeds nu verkapte bedreigingen worden ge-
uit, dat de onwillige gemeenten in rechte
zullen worden aangesproken, zooals uit het
verslag van de pers-conferentie is gebleken.
Hij spreekt daartegen zijn protest uit en ook,
dat men zijn argumenten, hoe doorslaand die
ook zijn, niet naar voren brengt.
De VOORZITTER vraagt, hoe de heeren
denken over het voorstel van den heer Oggel.
De heer 't GILDE geeft te kennen, daar-
naar wel ooren te hebben. Indien de oppo
santen werkelijk in de gelegenheid zouden
worden gesteld zich uit te spreken tegenover
de vergadering van aandeelhouders, zou h(j
daarvoor wel iets gevoelen. In de commissie
heeft hij dat niet willen doen; dat bleef toch
maar lapwerk. In zoo'n groote commissie
kan men niets bereiken.
De VOORZITTER begrijpt de zaak dan
toch niet; er was een verslag van de meer-
derheid. Een minderheid der commissie had
toch ook een rapport kunnen eischen?
De heer 't GILDE: Hoe wil men daartoe
komen. Er zijn geen notulen gehouden, zelfs
niet van de eindvergadering, die toch wel
zeer belangrijk was.
De VOORZITTER merkt op, dat de ver-
tegenwoordiger der gemeente dan kan vra-
gen om de opposanten in de gelegenheid te
stellen zich uit te spreken en dan behoort in
elk geval een beslissing op het voorstel te
worden uitgesteld. Bovendien, er is eigenlijk
geen besluit noodig, want er is reeds een be
sluit genomen om mede te werken tot ontbin
ding.
De heer DIELEMAN is het dSArmede eens.
De VOORZITTER: Men kan toch voor bdn
zaak geen twee besluiten gaan nemen?
De heer DIELEMANMaar, als men dan
op de aandeelhoudersvergadering de paarden
maar niet achter den wagen gaat spannen.
De raad heeft destrjds besloten om steun te
verleenen aan een voorstel tot ontbinding.
Indien dat destijds was uitgevoerd, waren we
er allang van af, maar nu zitten we er al
anderhalf jaar later nog mee te modderen.
De VOORZITTER herinnert, dat hij des
tijds tegen dat besluit beroep heeft aange-
teekend, dat het toen door den Minister voor
zekeren tijd is geschorst, doch dat die niet
verder is doorgegaan, in verband met het be-
noemen der commissie van onderzoek, die
thans haar verslag heeft uitgebracht. Nu
hebben commissarissen een vergadering be-
legd, het resultaat van die vergadering zal
aan den gemeenteraad worden meegedeeld en
dan zal moeten worden uitgemaakt of de
raad nog op hetzelfde standpunt staat. Men
dient toch ook netjes te blijven tegenover de
commissie en haar werk waardeeren, waar
van men geen blijk zou geven, door reeds een
besluit te nemen v66r dit voldoende is be-
sproken, want dan snijdt men den pas af.
De heer DIELEMANDe raad heeft toch
aan het vormen dier commissie niet meege-
werkt
De VOORZITTER: Direct niet, maar wel
indirect, door de medewerking die zijn ver-
tegenwoordiger ter vergadering van aandeel
houders er aan gaf.
De heer DIELEMAN deelt mede, dat het
aanvankelijk voor hem een motief was niet
in de commissie zitting te nemen, aangezien
de vertegenwoqrdiger der gemeente in die
vergadering van aandeelhouders niet had
tegengestemd, hetgeen de raad toch besloten
had.
De VOORZITTER ontraadt in elk geval
het nemen van een ontijdig besluit.
De heer DIELEMAN kan niet begrijpen,
dat men de motieven van de oppositie niet
wil aanhooren. Men zit hier toch voor de
vertegenwoordiging der burgerij van Axel.
We hebben hier toch niet te zorgen voor de
belangen van de streek. En alle motieven
die tegen de waterleiding bestaan, mogen
toch onomwonden uitgesproken worden? Men
kan daar zijn winst mee doen.
Er is gezegd, dat de minderheid een min-
derheidsrapport had moeten indienen. Doch
dat gaat z66 maar niet, opposanten zijn geen
ingenieurs der waterleiding! Hij acht het
aanbevelenswaard de motieven aan te hooren
en ze te bestudeeren. Men kan er allicht zijn
voordeel mee doen.
De VOORZITTER heeft daartegen geen
bezwaar, als het rapport aan de orde komt.
Nu is het ontijdig.
De heer 't GILDE wil dan, indien men hem
belet zich breedvoerig over het rapport te
liten, beginnen met te zeggen, dat daardoor
natuurlijk krachtige argumenten achterwege
noeten blijven. Indien uitstel nu geen afstel
s, zal hij zeker een woord van zeer emstige
vaarschuwing spreken omtrent de ramp
waarmede men Zeeuwsch-Vlaanderen wil
„zegenen". De geheele zaak is zeer meester-
lijk in scdne gezet en getuigt van durf, voor
al echter van bemanteling. Met buitengewone
na'iviteit houdt men in de ,,kantteekeningen"
van den Raad van Commissarissen aan alien
de hand boven het hoofd. Men is het niet
eens met de conclusie der commissie, dat zij
hun mandaat ter beschikking behooren te
stellen. Toch zitten daar elementen in, die
er niet op hun plaats zijn. Als daar een com-
missaris zit, die brieven schrijft als de burge
meester van Ter Neuzenmag ik dien
voorlezen, mijnheer de Voorzitter?
De VOORZITTER wenscht daartoe geen
verlof te geven, dat is een persoonlijke
kwestie en bovendien thans niet aan de orde.
De heer 't GILDE: Het is mij anders een
raadsel, hoe zulke bestuurders gehandhaafd
worden. Ik noem het treurig, dat men op die
wijze alles wil verfomfaaien. Ik zou nog
eenige andere, zeer opmerkenswaardige brie
ven, die ik in afschrift bij mij heb, willen be-
kend maken, maar zal deze dan in de aan
deelhoudersvergadering aan de orde stellen.
Voor het idee van den heer Oggel ga ik
alleen uit dien hoofde op zij. Ik verwacht,
dat de zaak door een onderhoud met de aan
deelhouders voor de oppositie zal te redden
zijn en zal daar dan vast niet door afwezig-
heid schitteren.
Ik wil voorts herinneren aan de eindverga
dering der commissie op 28 September 1.1.,
waar mij in strijd met het voornemen,
want men was het eerst niet van plan ten
slotte nog het woord is verleend. Ik was dus
in het geheel niet afkeerig de zaken te be
spreken, als het maar vruchtdragend was.
Ik heb daar ook ter sprake gebracht de
prise d'eau en heb gewezen op het zonder-
linge van het feit, dat uit het rapport 1923
(zie bladzijde 5) op duidelijke wijze blijkt,
dat men na het 13e bedrijfsjaar z%l moeten
overgaan naar een nieuwe waterwinplaats,
terwijl in 1927 uit een brief van het Rijks-
bureau aan Mr. Dieleman bleek, dat men nog
nauwkeuriger gegevens noodig achtte en wil
de overgaan tot het houden van een pomp-
proef.
Hoe komt deze ondeskundige commissie nu
verklaren dat er voldoende water is?
De VOORZITTER: Dat doet de commissie
niet, dat doet het Rijksbureau.
De heer 't GILDE: Hoe is nu de houding
van deze heeren van het Rijksbureau, gehoord
de ondeskundige Zeeuwsch-Vlaamsche com
missie toch zoo raadselachtig gewijzigd? De
pompproef heeft tot dusver niet plaats ge-
vonden. Er bestaat nog een zeer waarde-
volle brief van den vroegeren directeur van
het Rijksbureau en daarin wordt de toerei-
kendheid van de prise d'eau te St. Jansteen
ten stelligste ontkent. Dit is aan mij en den
heer Claessens bekend.
Het werk van de commissie is lap- en prul-
lenwerk. Verschillende stukken zijn hem riJ
herhaald schrifteiijk verzoek geweigerd. Hij
kan dit met de stukken die hij bij zich heeft
bewijzen. Dr. Ramaker schreef in 6en van
zijn brieven die onder geen beding uit handen
te geven. Als er nog gewichtiger stukken zijn
dan die ik reeds heb, is het heelemaal wel
mooi.
Ik bind daarom den raad op het hart, geen
onberaden stappen te doen. Denkt aan den
strijd van de electrificatie. Thans staan wij
voor hetzelfde. Ook nu weer bedreigt men
ons met den stok achter de deur. In „Zelan-
dia" van gisteren schrijft men reeds, dat Mr.
Dieleman in de pers-vergadering heeft ge
zegd „dat men de onwillige gemeenten in
rechten zal aanspreken!"
Dat gaat echter z66 niet. De N.V. zal
haren aanvang niet nemen, tenware 10
van het aandeelenkapitaal is gestort. Wij
zullen op ons qui vive zijn, en straks des-
noods door groote volksvergaderingen voor
onze zaak plejten.
Een groote grief rest mij nog. Toen de
voorzitter in de commissievergadering op 28
September geen positief antwoord wist op
zijn vraag omtrent de boring, die opnieuw
noodig geweest was en men hem eenige rap-
porten in de handen stopte, was de eenige die
daartegen bezwaar maakte een sociaal-demo-
craat. Dat heb ik ondervonden van iemand,
die altijd krachtens beginsel schettert over
klaren wijn en openbaarheid. Bespottelijk!
De raad zij gewaarschuwd, omtrent het
voornemen dat bestaat tot het richten van
een verzoek aan Ter Neuzen tot in trekking
van het raadsbesluit tot ontbinding.
Ik voor mij wil wel uit den weg gaan voor
het advies van den heer Oggel en dan af-
wachten tot 14 dezer. Ik hoop daar dan ook
de heeren van het Rijksbureau te ontmoeten
en zal mijn critiek opschorten.
Met betrekking tot het prae-advies van
Burgemeester en Wethouders ben ik niet van
meening veranderd en nog sterker dan ooit
gekant tegen de uitvoering van dit water-
leidingplan.
De heer VAN DE BILT wil nog te kennen
geven, waarom hij, als vierden man, het ver
zoek heeft geteekepd. Hij onderschrijft niet
al datgene wat de andere heeren hier te berde
hebben gebracht. Hrj dacht echter, op deze
manier wel iets meer van de zaak te zullen
hooren. Hij is enkele jaren uit den raad ge
weest, en zit er dus niet meer zoo in. Hij zou
gaame een waterleiding zien, hij is daar ook
wel voor, maar overweegt, dat het toch ook
wel eens te drukkend kan worden. En als hij
dan nagaat dat Axel voor zijn deel 406.000
in het kapitaal zal moeten bijdragen, dan
acht hij dat wel bezwarend. Als men de be-
rekeningen zoo leest, dan is daartegen geen
bezwaar, maar men heeft dat toch ook al
meer gezien, dat die berekeningen van de
ingenieurs niet altijd uitkomen. Er zijn altijd
dingen die blijken tegen te vallen. Hij acht
dit plan te duur voor Axel en zou daarom
veel liever hebben dat deze vennootschap
ontbonden werd en dat er dan een goedkoo-
pere combinatie ineen gezet werd.
Hij is van oordeel, dat het rijk, met het
half millioen als garantiebedrag maar karig
voor den dag komt. Hij noemt dat veel te
weinig. Als men van oordeel is, dat alles toch
goed voor elkaar komt, waarom neemt het
rijksbureau de risico der zaak dan niet op
zich. Men zegt, dat de gemeentefinancien er
niet door in het gedrang kunnen komen, maar
waarom moeten de gemeenten dan deze zaak
financieren? Er zijn meer van die dingen die
een strop zijn geworden.
Hij wijst op de electriciteit in dit gewest.
Die is toch veel te duur! Als men toen nog
wat gewacht had, zou men vermoedelijk veel
goedkooper zijn—klaar gekomen. Op grond
van die overwegingen was hij er ook wel voor
deze zaak aan den kant te helpen. Hij ver-
moedde, dat deze vergadering wel eenige op-
heldering zou brengen. Indien de 3 opposan
ten in de gelegenheid worden gesteld om op
de aandeelhoudersvergadering hunne bezwa
ren naar voren te' brengen, vindt hij dat best.
Persoonlijk is hij van het plan een tegen-
stander omdat hrj deze waterleiding te duur
vindt.
De heer CLAESSENS verklaart, dat het
hem zou spijten, als het voorstel van Burge
meester en Wethouders zou worden aange-
nomen. Door de besprekingen ter aandeel
houdersvergadering zal de plaatseliike toe-
rtand toch niet veranderen, aangezien dan
het volledig plan blijft bestaan en alleen een
kleinere waterleiding goedkooper zou worden.
Er is z.i. niemand die het met eenig recht
goed zal kunnen redeneeren dat Axel meer
zou moeten offeren dan voor de gemeente
zelf noodig is, ten behoeve van anderen.
In de tweede plaats is er geen rentabill-
teitsrekening gemaakt voor de tweede prise
d'eau of waterwinplaats, die men z.i. al spoe-
dig zal moeten maken, al zegt men dat er
voor 30 jaren water genoeg zal zijn. Maar In
elk geval zit men er dan toch mee.
De VOORZITTER wijst er op, dat dit ver-
keerd begrepen wordt. Er is water genoeg
voor de menschen en industrien die er naar
schatting over 30 jaar in Zeeuwsch-Vlaan
deren zullen zijn. En dat aantal kan men ook
in de verdere toekomst blijvend voorzien.
Maar dan zal moeten worden uitge-
zien voor de voorziening van de meerdere,
die er dan vermoedelijk zullen komen.
De heer CLAESSENS vraagt, hoe men dat
nu kan zeggen.
In de notulen der vergadering van 7 Maart
1927 van de Commissarissen-vergadering
leest men onder de rondvraag, in antwoord
op een gestelde vraag: „Teneinde zoo spoe-
„dig mogelijk over nauwkeuriger gegevens,
„dan bij de voorloopige onderzoekingen in
,,1919 zijn verkregen, te kunnen beschikken.
„zal het Rijksbureau alvast een bestek sa-
„menstellen van het maken van een putten-
„batterij in de waterwinplaats, gecombineerd
„met een pompproef."
Daaruit blijkt, dat er omtrent de waterwin-
ning nog absoluut geen zekerheid bestaat,
want de proef is niet genomen. Hoe kan men
dan thans zeggen, dat er constant water zal
kunnea geleverd worden? Toen spreker in
de sectievergadering wees op het groote lek-
verlies, dat men in Zuid-Beveland heeft en
waarop hier niet gerekend was antwoord-
de de Voorzitter, dat die leiding „rot" was.
En daar bleef het bij. De waarheid is, dat
men in een waterleiding met zoo'n uitgestrekt
buizennet veel „spuien" moet en daarvoor
moet wel een derde meer water worden op-
gepompt dan men berekend heeft, waardoor
de kans niet is uitgesloten, dat de prise d'eau
al na 6 jaar droog staat en men al op dat
tijdstip, in plaats van na 14 jaar naar ver-
ruiming moet uitzien.
De VOORZITTER meent, dat het beter is
dergelijke technische kwesties aan te roeren
wanneer er straks bij de behandeling van het
rapport personen tegenwoordig zullen zijn die
daarover van antwoord kunnen dienen.
De heer CLAESSENS: Ja, maar wanneer
ze dan w66r zoo doen, komt men er niet ver
der mee.
De VOORZITTER stelt thans de voorstel-
len die er zijn, tegenover elkaar. Er is een
voorstel van den heer Oggel om te trachten
de 3 opponeerende raadsleden in de gelegen
heid te stellen zich uit te spreken in de aan
deelhoudersvergadering.
De heer OGGEL: Ja, dat wil zeggen, na
eerst hunne bezwaren schrifteiijk te hebben
ingediend.
De heer KRUIJSSE meent, dat het tegen
den goeden toon zou zijn, om de waterleiding
nu reeds dood te verklaren voor de rapporten
enz. behandeld zijn; dit zou, naar z(jn op-
vatting, zijn beneden de waardigheid van den
gemeenteraad. Men moet ieder in de gelegen
heid stellen zich uit te spreken. Het voorstel
der raadsleden strekt nog al ver, niet alleen
om over te gaan tot ontbinding der N.V.,
maar ook om thans reeds te bepalen dat alle
stukken die met betrekking tot deze zaak
zullen worden ontvangen al bij voorbaat voor
kennisgeving aan te nemen. Dat wil dus
zeggen: we beschouwen ze nu reeds als ge-
liquideerd.
De heer 't GIl£>E wijst er op, dat er door
het denkbeeld van den heer Oggel een nieuw
gezichtspunt is ontstaan. Hij meent, dat het
voorstel der oppositie niet in stemming moet
komen.
De VOORZITTER merkt op, dat hij nog
niets in stemming brengt; hrj resumeert
alleen, en dan zijn er 3 dingen. Het denkbeeld
van den heer Oggel, het voorstel van de
raadsleden en dat van Burgemeester en Wet
houders. Het voorstel der oppositie is z.i.
van de verste strekking en zal dus eerst in
stemming moeten komen.
De heer 't GILDE wijst weer op het andere
gezichtspunt.
De VOORZITTER: Ja, maar toch bljjft
het voorstel van u en uwe 3 medeleden ter
tafel liggen.
Ik ben echter ook wel bereid eerst het
voorstel van Burgemeester en Wethouders in
stemming te brengen. Burgemeester en Wet
houders nemen het denkbeeld van den heer
Oggel over en voegen dit dus aan hun voor
stel toe, dat de 3 leden opposanten eerst
schrifteiijk hunne bezwaren zullen kenbaar
maken en dat voor hen zal gevraagd worden
gelegenheid zich uit te spreken in de verga
dering van aandeelhouders.
De heer KRUIJSSE: We zouden er dan
aan kunnen toevoegen, dat we er prijs op
stellen, dat die gelegenheid gegeven wordt,
omdat het juist 3 raadsleden betreft, die zich
met het rapport niet kunnen vereenigen.
De heer CLAESSENS: Kunt u het niet
telefonisch vragen, of het zal worden toege-
staan
De heer OGGEL wijst er op, dat de raad
met aanneming van het voorstel van Burge
meester en Wethouders niets verliezen kan,
het is alleen uitstel van executie, de gemeen
te wordt door niets verder gebonden. De raad
neemt dan echter wel de beleefheid in acht,
en geeft een blijk van waardeering aan het
werk der commissie, men volgt dan den in
dezen noodzakelijken weg in verband met
eene zaak voor deze streek van het hoogste
belang.
Er worden in de eerstvolgende aandeelhou
dersvergadering toch nog geen bindende be
sluiten genomen. Op de agenda komt voor
bespreking van het rapport en de onderwer-
pen der agenda van de voorgaande vergade
ring die toen zijn aangehouden en waarvan
weer aanhouding wordt voorgesteld.
Men moet in deze goed overleggen en er is
geen bezwaar, dat hierover het meest moge-
lijke licht wordt ontstoken.
De heer CLAESSENS zal niet voor het
voorstel van Burgemeester en Wethouders
kunnen stemmen; hoe het ook gaat, zal naar
zijn meening Axel te veel moeten betalen,
voor anderen.
Het gewijzigde voorstel van Burgemeester
en Wethouders wordt aangenomen met 6
tegen 4 stemmen.
Voor stemmen de heeren Oggel, Kruijsse,
Wolfert, J. de Ferjter, Koster en P. de Feijter;
tegen stemmen de heeren Van de Bilt, Claes
sens, Dieleman en 't Gilde.
De heer OGGEL merkt op, dat nu de
heeren tegen het voorstel hebben gestemd,
bij hem de vraag rees, of ze ook gebruik zul
len maken van de gelegenheid om in de aan
deelhoudersvergadering te komen, indien die
wordt geschonken.
De VOORZITTER: Dat hebben ze toch
toegezegd.
De heer't GILDE geeft te kennen, dat het
zijn voornemen is. er gevolg aan te geven.
De heer DIELEMAN wil er zich ook niet
aan onttrekken, al is het dat hij vooruit weet.