OEMENODE BEBICHTEV.
V A EI A.
BORGERLIJKEN STAND.
TER NEUZEN, 3 DEC. 1928.
DE NOOD DER MIJNWERKERS IN
ENGELAND.
De werkloosheid onder de Engelsche mijn-
werkers is ontstellend groot. Op het oogen-
blik zijn bijna 300.000 hunner "zonder werk en
van deze 300.000 vormen niet minder dan
260.000 een permanent overschot op de ar-
beidsmarkt. Met hun vrouwen en kinderen
komt dit hierop neer, dat thans meer dan een
millioen personen aan de nooddruft zijn prijs-
gegeven.
Dit is de korte inhoud van een oproep, dien
de Federatie van Mijnwerkers tot het Engel
sche volk richt en waarin zij zegt, dat de be-
▼olking- der mijndistricten wordt bedreigd door
een catastrofe, die zich laat vergelijken met
een of andere geweldige natuurramp. De
werkloosheid is van zoo langen duur, dat
groote aantallen arbeiders reeds sedert lang
geen recht meer hebben op de uitkeeringen
bepaald bij de verzekeringswetten tegen werk
loosheid, terwijl de ar.menbedeeling den toe-
stand niet beheerscht en het overbrengen van
werklooze mijnwerkers naar andere indus
tries nog pas in zijn begin is, zoodat de re-
sultaten daarvan nog gering zijn. De Federa
tie doet daarom een beroep op het Engelsche
volk om de mijnwerkers te helpen opdat zij
den harden winter kunnen trotseeren.
RADIUM VOOR ENGELSCHE
ZIEKENHUIZEN.
Sir Otto Beit heeft vijftigduizend pond aan-
geboden voor het King Edward Hospitalfonds
voor den aankoop van radium, ten gebruike
in de ziekenhuizen. De beheerders van het
fonds hebben de gift dankbaar aangenomen
en daarbij verklaard, dat er onmiddellijk ge-
bruik van zal worden gemaakt, ten behoeve
van talrijke patienten, die tot dusverre hadden
moeten wachten, omdat er geen radium was.
Sir Otto Beit heeft verleden jaar tienduizend
pond gegeven aan het Roode Kruis, om een
kliniek op te richten voor de behandeling van
rheuinatieklijders.
MOORD IN DE RECHTSZAAL.
Donderdagmorgen is voor de gezworenen te
Praag het proces tegen den Albanees Bebi
begom en, die verleden jaar den Albaneeschen
gezant Gena Beg met een revolverschot
doodde.
Bij zijn verhoor maakte Bebi van zijn Ita-
liaansche sympathies geen geheim. Hij ver-
klaarde uitsluitend uit politieke overwegingen
te hebben gehandeld. Hij wilde optreden te
gen de richting van Oena Beg, die Albanie
Kader tot de kleine Entente wou brengen en
aan den Italiaanschen invloed wilde onttrek-
ken.
Nadat de reis van Bebi naar Belgrado en
Weenen was behandeld, gelastte de president
een pauze van een kwartier.
Op het oogenblik, dat het publiek zich ge-
reed maakte de zaal te verlaten, sprong- uit
de banken van het publiek de knecht van den
vermoorden gezant over de banken d'er jour-
nalisten heen, snelde op de estrade der recht-
bank toe met een getrokken revolver en loste
zeven -schaten op Bebi, waarop deze doodelijk
getroffen in elkaar zakte.
Daarna richtte hij zijn wapen op den Ita
liaanschen journalist Del Vicchio, die in Praag
de Journale d'ltalia vertegenwoordigt. Deze
stond in gesprek met een der advocaten. Hij
werd zwaar in de rechterlong gewond.
De dienaar van den gezant werd onmiddel
lijk gearresteerd. Een paniek biak uit onder
het publiek. De deuren van het gerechtsge-
bouw werden gesloten en men begon het pu
bliek te visiteeren op wapens.
Naar aanleiding van dezen moord deelt de
Neue Freie Presse miee, dat er thans drie bui-
ienlandsche Albaneesohe comite's bestaan,
waarvan er twee te Weenen gevestigd zijn en
een te Geneve. Het eene comite te Weenen
is Servisch gezind, het tweede staat onder den
oud-primier Hassan bei Pristina en is samen-
gesteld uit uitgeweken leden der oppositie.
Het comite te Geneve staat onder leiding van
bisschop Fan Noli, Achmed Zogoe's voorgan-
ger als premier, het is communistisch gezind
cn onderhoudt nauwe betrekkingen met Mos-
kou.
De Prager bladen wijzen er op, dat daar nu
viermaal achtereen bloed vergoten is ter vol-
doening aan de wraak van uitgewekenen of
door toedoen van elementen, die daartoe van
buitenaf waren gekomen. De politie en de
rechtbank moeten uit zien te visschen of deze
moord' een uiting is van een enkeling of be-
rust op een besluit van een organisatie. Ka-
pitein Gani bey, de broer van Zena bey houdt
zijn onschuld vol en zegt de daad van Woet-
sjiterna, zijn kamerdienaar, af te keuren. De
moordenaar, die uiterst kalm is, blijft volhou-
geheel op eigen gelegenheid gehandeld te
hebben en zijn daad niet te betreuien, daar hij
deze als de vervulling van een nationale plicht
bfesehouwt,
De Italiaansche journalist de Vecchio, die
bij de schietpartij in de rechtzaal ernstig ge
wond werd, is buiten gevaar. De Tsiecho-Slo-
waksche journalistenkring heeft hem zijn
sympathie betuigd en zijn beste wensohen
voor zijn herstel uitgesproken.
EMERITAAT VEItLEEND.
Het provinciaal kerkbestuur van Zeeland,
heeft aan Ds. A. Timmerman, pred. der Ned
Herv. Gemeente te Ter Neuzen, op zijn ver-
aoek het eervol emeriaat verleend, in te gaan
na veertigjarigen diensttijd op 1 Maart 1929.
DIRECTE BELASTINGEN,
Hij beschikking van den Minister van Finan-
oien is ingetrokken de verplaatsing van den
ontvanger der directe belastingen, enz. G.
Schuuring naar Hontenisse, en is hij Verplaatst
van Breukeleu naar Bladel.
TOESTAND MOSSELKWEEKERS
IN ZEELAND.
De Minister van Financien is naar gemeld
wordt bereid, voor zoover dit op zijn gebied
ligt, pogingen te steunen tot verbetering van
den toestand, waarin de Zeeuwsche mossel-
kweekers zich bevinden.
DE MOTOR VEER BOOT VLISSINGEN—
BRESKENS.
De totstandkoming van de volledige nieuwe
verbinding tusschen Vlissingen en Breskens
door het gereedkomen van de nieuwe toe-
gangsbrug te Vlissingen, is aanleiding gewor
den tot een officieele tocht met de motorveer-
boot „Koningin Wilhelmina". Te ongeveer 2
uur begaven zich Zaterdag aan boord de
Oommissaris der Koningin, de leden van Ged.
Staten, de heeren Van Rompu, Van Dussel-
dorp, v. d. Weijde, v. d. Putte en Stieger, de
griffier der Staten, de heer Mr. Tellegen, de
oud-griffier, de heer Hartman, de regeerings-
commissaris, de heer de Vulder van Noorden,
de secretaris van de bootcommissie, de heer
Van Luijk, de hoofdinspecteur voor de Scheep-
vaart, vice-admiraal Fock, de directeuren der
diensten op de W. en O. Schelde, de heeren De
Jong en De Bruijn, de waamemende hoofd-
ingenieur-directeur van den Rijkswaterstaat,
de heer ir. Brinkhorst, de ingenieur en de tijde-
lijke ingenieur van dien dienst de heeren Irs.
De Groot en Breukink, de hoofdingenieur van
den Prov. Waterstaat, de heer Ir. Van Leeu-
wen, de burgemeesters van Vlissingen en
Breskens, de heeren Van Woelderen en Van
Zuijen en de directeur van het havenbedrijf te
Vlissingen, kolonel Boom.
De tocht ging eerst rechtstreeks naar Bres
kens ter bezichtiging van de werken enz., al-
daar, waama door de Wielingen tot voorbij
Cadzand werd gevaren. Te ongeveer half 5
keerde de boot met de autoriteiten te Vlissin
gen terug en kon toen worden geconstateerd,
dat de aanlegplaats te Vlissingen evenals die
te Breskens uitstekende werkt. De toegangs-
brug te Vlissingen maakt ook een uitstekenden
indruk.
Heden (Maandag) is nu het pontveer
Vlissingen- Breskens geheel volgens de oor-
spronkelijke plannen in werking gesteld, en
wordt weer geregeld met de Koningin Wilhel
mina overgezet.
SAS VAN GENT.
Nog altijd roodvonk.
Die roodvonkepidemie schijnen we maar
niet gemakkelijk kwijt te kunnen worden.
Nu eens doen zich de verdachtelijke ver-
schijnselen hier voor, dan weer op een andere
plaats. Wei is de ziekte niet van kwaadaar-
digen aard, maar niettemin veroorzaakte zij
in de gezinnen, waar zij geconstateerd wordt,
een heele hoop last en onaangenaamheden.
Waar het veelzeggende, waarschuwende
briefje aan den muur hangt, gaat men liefst
op een afstand voorbij.
En o wee! als het op een huis van negotie
te pronk hangt want daar is het voorloopig
met de kladisie gedaan.
Ik geloof, dat zelfs Sinterklaas in staat is,
om dien besmettingshaard voorbij te gaan, uit
vrees de kiemen der ziekte elders over te
planten.
Er doet zich zelfs een geval voor, waar een
ouder persoon door de ziekte is aangetast.
Onmiddellijk na constateering van het geval,
had er een ware exodus plaats van kostgan-
gers. Gewoonlijk zijn zes weken met de uit-
banning van de besmettende bacillen gemoeid,
waarbij dan nog een week na het ontsmetten
van de woning.
Geen wonder dus, dat bjj de bevolking de
vrees voor besmetting diep in zit.
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-Rechtbank, Middelburq
Zitting van 30 November 1928.
Behandeld werden de volgende zaken:
J. S., oud 36 j., landbouwer te Philippine,
werd verdacht van diefstal van 2 doffers, toe-
behoorende aan A. v. d. Vennen te Philip
pine op 19 September 1928.
Eisch f 25 boete of 25 dagen hechtenis.
J. v. W., oud 50 j., werkman te Hoek, ge-
detineerd, werd verdacht dat hij op 8 Sep
tember j.l. te Hoek een bedrag van 22,40
toebehoorende aan J. H. van der Ven, welk
geld hij van dezen had om uit te keeren aan
werklieden, heeft verduisterd.
Eisch 2 maanden en 2 weken gevang.
Mr. Kegge vroeg vrijspraak wegens gebrek
aan bewijs.
J. J., oud 24 j., bankwerker te Axel, ge-
detineerd, werd beklaagd, dat hjj op 27 Oc
tober j.l. te Ter Neuzen, een rijwiel, toebe
hoorende aan J. J. Rinkhout heeft wegge-
nomen, althans dat hij als toen dat rijwiel
bij vergissing heeft medegenomen en zich
heeft toegeeigend.
Eisch 6 maanden gevang.
Mr. Kegge vroeg een lichtere straf op te
leggen.
RICHTINGSAANWIJZERS OP AUTO S
BEHOEVEN NIET VERLICHT TE ZIJN.
In Dokkum is onlangs proces-verbaal op-
gemaakt tegen den heer Joh. de J. te Veen-
woude, wegens het niet geven van een dui-
delijk teeken toen hij als bestuurder van een
automobiel van richting wenschte te ver-
anderen. De verbaliseerde had wel een rich-
tingaanwijzer uitgestoken, doch deze, niet
verlicht zijnde, was door dien uit de tegen-
overgestelde richting komenden automobilist,
niet te zien geweest.
Wegens overtreding van art. 4 van het
Motor- en Rijwielreglement had de kanton-
rechter te Dokkum den verdachte veroordeeld.
De laatste werd echter in hooger beroep door
de rechtbank te Leeuwarden vrijgesproken
wegens gebrek aan bewijs.
De officier van Justitie te Leeuwarden
achtte deze vrijspraak onzuiver en teekende
cassatie aan bij den Hoogen Raad. Voor
dien Raad had namens den Bond van Bedrijfs-
autohouders Mr. Heeg te 's Gravenhage be-
toogd, dat volgens het oude Motor- en Rijwiel
reglement een teeken gegeven mocht wor
den bij richtingverandering, door het uitste-
ken van een voorwerp.
Het nieuwe reglemeiit is tegemoet gekomen
aan de ontwikkeling der techniek door toe te
staan, dat men ook een teeken kan geven met
een voorwerp, dat op of aan het motorrijtuig
is bevestigd. Van verlichting is geen sprake.
Ook de Hooge Raad heeft nyi overwogen,
dat het niet de bedoeling van deri wetgever
is geweest, dat de richtingaanwijzers verlicht
moeten fcjjtt. Hij achtte het vonnis terecht
gewezen en verklaarde den officier van
Justitie niet ontvankelijk in zijn cassatie-
beroep.
SCHIP IN NOOD.
Men schrijft uit Breskens:
Vrijdagmorgen vroeg, is van het reddings-
station te Cadzand een vuurpjjl waargenomen,
waarop een reddingsboot direct ter assistentie
is uitgevaren. De kapitein en de bemanning
wenschten het schip, een Duitsche bark, niet
te verlaten. Het schip maakte veel water en
verkeert in hachelijken toestand. Het schip
is de vijfmast-schoener „Christel Vinnen", af-
komstig uit Bremen.
Het meet 1850 reg. ton en lag, toen het in
gevaar was, op 400 M. uit de duinen bij de
Hollandsch-Belgische grens. Bij laag water
konden de menschen om het schip heen loo-
pen. Vrijdagavond om half vijf is de schoener,
die ernstig schade had geleden, afgesleept.
Zondag voormiddag passeerde alhier het
bovengenoemde schip naar Antwerpen.
DOODELIJK ONGELUK.
Asfaltbestrating heeft veel voordeelen,
maar er is ben groot nadeel aan verbonden
en dat is haar gladheid, als het vochtig is,
schrijft de N. R. Crt. En vochtig is zij dik
wijls. Niet alleen bij regenweer, maar ook
's zomers, als er gesproeid wordt. Het aan-
tal ongelukken op asfaltbestratingen is dan
ook vrij groot, doordat zooveel auto's en wiel-
rijders erop slippen. Woensdagmorgen is de
21-jarige B. J. H. T., uit den Van Kobelstraat
op den Nieuwen Binnenweg te R'dam, nabij
den Heemraadsingel, met zijn fiets geslipt en
gevallen vlak voor een zwaren vrachtauto,
van welke twee wielen over hem heen zijn ge-
gaan. De man was op slag dood. Het lijk
is naar het ziekenhuis aan den Coolsingel
vervoerd.
DUITSCH STOOMSCIIIP VERGAAN?
Men maakt zich de laatste dagen in scheep-
vaartkringen ernstig ongerust over het Duit
sche stoomschip ,,Renate", dat met een lading
houtstof op weg was van Ornskjoldnik in
Zweden naar Velsen. De ,,Renate" was te
Cuxhaven binnengeloopen en vertrok 22 No
vember van daar, zoodat het schip uiterljjk
24 November te Velsen had moeten zijn. Waar
nu op de Noordzee-eilanden balken houtstof
zijn aangespoeld, vreest men, dat het schip
met man en muis is vergaan.
Het stoomschip ,,Renate" was 894 tons
groot en in 1921 gebouwd. Het behoorde aan
de reederij Johs. Thode (Eduard Becker) te
Altona.
EEN VERSTEKELING.
Toen Maandagavond trein no. 15 Amster
damParrjs het station Dordrecht binnenliep,
zag de hoofdconducteur een man tusschen de
wagens op een der buffers zitten. De man
was zoo van streek, dat hij geen woord kon
zeggen. In Rotterdam scheen men hem ook
reeds opgemerkt te hebben, want men had
in dezen geest inmiddels ook reeds van daar
getelefoneerd. Nadat men de man een wei-
nig had laten bekomen, verklaarde hij de reis
van Amsterdam tot Rotterdam boven op het
dak van een wagon en van Rotterdam tot
Dordrecht op de buffers te hebben meege-
maakt, om verder naar Antwerpen te reizen.
Dat deze reis geen pretje was, beseft ieder-
een als men weet hoe het dien middag storm-
de terwijl de man in zeer moeilijke positie
heeft moeten liggen, om niet met de electri-
sche draden op het baanvak Amsterdam
Rotterdam in aanraking te komen. De man
is te Dordrecht aan de politie overgegeven.
OPLICHTING EN EEN VALSCH BRIEFJE
VAN f 1000.
Bij een juwelier in de Kalverstraat te
Amsterdam is dezer dagen een onbekende,
die goed gekleed was, een zilveren thee-
servies komen uitzoeken ter waarde van on
geveer f 150- Hij gaf het adres <>p waaraan
het bezorgd moest worden, en wisselde tevens
kleiner bankpapier voor een biljet van 100
en een van f 300. Denzelfden avond belde de
klant den juwelier op en deelde hem mede,
dat het theeservies dat bestemd zou zijn als
feestgeschenk aan een jubilaris, zoodanig
geen dienst meer kon doen, omdat de jubila
ris reeds een theeservies cadeau had gekre-
gen. Daarom verzocht de klant een zilveren
voorwerp van ongeveer dezelfde waarde aan
het opgegeven adres te sturen. Tevens ver
zocht hij den bediende voldoende wisselgeld
mede te geven, daar hij geen kleiner geld had
dan een bankbiljet van 1000.
Aan het opgegeven adres vond de bediende,
die kwam met een zilveren fruitschaal, den
klant v66r de deur wachtende. Hij vertelde
dat hij hem niet boven kon laten, omdat de
jubilaris daar was, voor wien het een verras-
sing moest zijn. De bediende gaf hem toen
de fruitschaal, die betaald werd met een
bankbiljet van 1000, hetwelk later valsch
bleek, en waarop 850 teruggegeven is.
Bij onderzoek door de politie bleek aan het
bewuste adres van eenig jubileum niets be-
kend, dus evenmin van een aangeboden zilve
ren fruitschaal, welke nog zoek is gelijk de
„kooper". r
PROPONENTEN IN VROEGEREN TIJD.
Een emeritus-predikant schrijft aan het
Hdbl.
Toen ik ongeveer een halve eeuw geleden
op beroep preekte, was het aantal proponen-
ten klein en hadden we niet veel moeite te
doen voor een beroep. Met het mij vooraf-
gaand geslacht was dat echter een gansch
ander geval. Toen preekten dikwijls twaalf
en meer proponenten op beroep in dezelfde
vacature en deed men alle moeite om een
plaatsje, al was het nog zoo klein en afge-
legen en schraal van bezoldiging, machtig te
worden. Daaromtrent bestaan nog vele
anecdoten.
Te S. zouden twee proponenten op den
zelfden Zondag, de een 's morgens en de an
der s middags, preeken; ze namen daarom
Zaterdagavond in het eenige dorpscafb hun
intrek. Doch dit bezat geen eigenlijke logeer-
kamer. De herbergier wist echter raad. In
de gelagkamer was een ruime bedstee, waar
in hij en zijn vrouw gewoonlijk sliepen. Wel-
nu, die werd voor dien nacht doodeenvoudig
voor de twee gasten ingeruimd, terwijl, toen
deze naar bed waren, man en vrouw en
onze proponenten konden dat vanaf hun
legerstede gemakkelijk zien! zich ont-
kleedden en samen op het groote biljart in
het midden van de kamer hun leden uitstrek-
terl.
Ih het kleine dorp L. preekten achtereen-
volgens twaalf proponenten op beroep. En
toen de laatste gepreekt had, waren de meeste
hoorders den eerste vergeten. Erg genoeg,
want wien moesten ze nu kiezen? Nu was er
echter onder die proponenten £en geweest
met rood haar, en daardoor in de herinnering
gebleven. ,,Die rooie, dat is nogal een goede
preeker geweest en die moesten we maar
nemen!" En ja, zoo gezegd, zoo gedaan en,
wat anders wellicht een bezwaar zou geweest
zijn, werd in dit bijzondere geval een aan-
beveling.
Te D. was men indertijd nogal streng in
de leer en was de kerkeraad vast besloten
niet een van die ,,nieuwlichters", zooals de
proponenten die uit Leiden kwamen toen
heetten, te nemen.
Nu was echter onder de Leidsche proponen
ten er een, die den kerkeraad door zijn talen-
ten en aangenamen omgang machtig goed
aanstond. Daarom Het men hem nog eens
overkomen om een tweede proefpreek te hou-
den; terwijl dan een der ouderlingen die nogal
vast in de leer was, hem na de preek daar
omtrent eens flink aan den tand voelen zou.
En toen onze ouderling nu het gesprek op
Jozua bracht en eenigszins twijfelend het ver-
moeden uitsprak, dat onze proponent het
verhaal van het stilstaan van de zon zeker
wel niet geloofde, klonk het en er ging een
zucht van verlichting en een kreet van ver-
bazing door de geheele verglidering van
s mans lippen: „Zeker neem ik dat als
waarheid aan; maar van dat oogenblik is de
zon voor goed blijven stilstaan ook!"
VREESELIJKE TWIST.
Zondag kregen twee bewoners van de
Haarlemmer Houttuinen, een vader en diens
drie-en-twintig jarige zoon twist. De zoon,
die onder den invloed van sterken drank was,
mishandelde hierbij zijn vader; daarna nam
hij een mes op en bracht zich zelf in de hart-
streek een wonde in de borst toe.
Enkele personen, die den ongelukkigen jon-
geman even later zijn woning zagen uitko-
men en over de straat wankelen, waarschuw-
den de politie. Te voet kon de getroffene nog
het dichtst bijzijnde politieposthuis bereiken.
Later heeft men hem door den G. G. en G. D.
naar het Wilhelminagasthuis doen vervoeren
waar hij in paviljoen III ter verpleging is op-
genomen.
EEN DUIKBOOTRAMP.
In de haven van Ilia das Cobas geraakte
een aldaar liggend'e onderzeeer lek. Het bin-
nen sijpelende water vermengde zich met de
in de accumulatoren aanwezige zuren, met het
gevolg, dat zich schadelijke gassen ontwikkel-
den, waardoor een dekofficier en 6 matrozen
vergiftigd werden.
DOOR EEN AREND AANGEVALLEN.
Te Glandage Drome is 'n lOjarige jongen, op
weg naar school, door een grooten arend aan-
gevallen. De knaap verdedigde zich eerst met
zijn mes en vervolgens met een stok waarmede
hij den arend krachtig op zijn kop sloeg, met
het gevolg, dat de roofvogel van zijn buit af-
zag, en de knaap veilig de school kon berei
ken.
DE WRAAK VAN EEN KINDERMEISJE.
Een kindermeisje te Carhaix bij Quimper,
zelf nog een kind, want het is niet ouder dan
dertien jaar, heeft om zich te wreken op de
menschen bij wie het diende, een kindje van
dertien maanden in een waschtobbe verdron-
ken. Het kindermeisje heeft aan de gendarme
van Carhaix, die haar in hechtenis kwam ne
men gezegd, dat zij het kleine meisje had ver-
dronken om dat ze zoo dikwijls werd berispt.
BRANDSTICHTERS- EN DIEVENBENDE
GE> RRESTEERD.
De crimineele politie heeft te Ohlig een in-
brekersbende gearresteerd, die gedurende de
laatste maanden tal van inbraken en diefstal-
len gepleegd heeft en zich aan tal van brand-
stichtingen heeft schuldig gemaakt. De leider
van de bende is 'n uit een inrichting ontsnapte
krankzinnige.
DOOR EEN JONGE DAME BIJ DEN
NEUS GENOMEN.
Een jongmensch te Berlin was na kennis-
making in een cafe verliefd geworden op een
jonge dame, die hem vertelde een Amerikaan-
sche te zijn, die een wolkenkrabber, een land-
goed in Los Angelos en een vermogen van 15
millioen dollar bezat, maar dat zij, daar zij
volgens de Amerikaansche wet nog niet meer-
derjarig was, dit geld nog niet ken toucheeren.
De jonge man bracht haar in zijn ouderlijk
huis. Zjjn schoonzuster geloofde echter de ver-
halen van zijn aanstaande niet en deze viel
door de mand toen zij bij een kleine familie-
twist bleek wel het oer-Berlijnsche dialect,
doch geen woord Engelsch te verstaan, De
jonge man liet zich thans ook overtuigen en
het lieve kind moest het verblijf in het ouder
lijk huis van haar verloofde omruilen voor dat
in een politiepost.
VAN HUISKNECHT TOT MILLIONNAIR.
In de Italiaansche bladen kwam dezer dagen
het volgende romantische verhaal voor:
Vijftien jaar geleden was Sebastiano Rug-
geri nog een arme huisknecht te Turjjn. Het
toeval wilde echter, dat hij sterk geleek op een
toen reeds overleden rijkaard of liever op den
jongeling, die deze rijkaard jaren te voren was
geweest. Aan die omstandigheid d'ankt Rug-
geri het, dat hij eigenaar van millioenen en
houder van een naam van aanzien is gewor
den.
Destjjds ging n.l. de schatrijke weduwe El
vira Allegretti, die te Tu rijn een prachtig pa-
leis bewoonde, naar de waarzegster Elster
Franzi, aan wie zij een kleine, vergeelde foto
liet zien en verklaarde, dat zij het kostte wat
het wilde het evenbeeld van die foto moest vin-
den. Daarop vertelde zij de waarzegster het
volgende: „Mjjn man is voor een paar dagen
gestoiven. Kort voor zjjn dood zei hij, dat hij
een buitenechteljjken zoon had, die nu 25 jaar
oud moest zijn. Hij wist niet, wat er van den
knaap geworden was, maar wilde dat, nu ons
huwelijk kinderloos is gebleven, ik mij het lot
van den jongen zou aantrekken en hem de
rechten van een wettig kind bezorgen. Ik wil
dien laatsten wensch van mijn beminden man
nakomen en verzoek u, al uw gaven te gebrui-
ken pm aan de hand van dit portretje, dat mijn
man op 25-jarigen leeftijd voorstelt, zijn zoon
op te sporen."
De waarzegster nam de opdracht aan, doch
volvoerde ze op ietwat zonderlinge wijze. Dpar
zij wist, dat zij den werkelijken zoon niet vin-
den kon, trachtte zij een 25-jarigen jongen
man te vinden, die op het portretje leek, om
dien dan aan de bejaarde weduwe als den ge-
vonden zoon voor te stellen. Een kennis van
de sibille, de ambtenaar Antonio Piras, had
t geluk op n wandeling den dubbelganger van
den geportretteerde te ontmoeten in een huis
knecht, die een kar met een zwaren koffer
voortduwde. Piras liep op den onbekende toe
en zei plomp-verloren: Wilt u millionnair wor
den? De man trok zijn gezicht in een breeden
grijns en duwde zijn kar verder. Maar einde-
lijk liet de vreemde, het was Ruggeri, zich dan
overtuigen, dat hij slechts de hand behoefde
uit te steken om multi-millionnair te worden.
Hij werd netjes gekleed en aan de weduwe
voorgesteld, die hem adopteerde, in het stellige
geloof dat hij de zoon van haar gestorven man
was. Ester Franzi echter liet zich een schuld-
bekentenis geven, waarin Sebastiano Alle
gretti, zooals Ruggeri nu heette, op zich nam,
na den dood zijner „moeder" de helft der na-
latenschap aan de waarzegster te geven.
Mevrouw Allegretti is nu een paar maanden
geleden gestorven en Sebastiano moest beta-
len. Maar hij wil niet, en houdt thans strak en
stijf vol, dat zijn handteekening vervalscht is.
Doch ook de waarzegster is intusschen ge
storven en haar kinderen hebben besloten, een
proces tegen Sebastiano te beginnen, ten einde
het geheele bedrog gerechtelijk aan het licht
te brengen. Er heeft zich nog een andere Alle
gretti aangemeld, die aanspraak doet gelden
op de erfenis. Nu zal de rechtbank moeten uit-
maken, of Sebastiano de millionnair Allegretti
of de arme huisknecht Ruggeri is.
MENEER HOUPLIN EN ZIJN 92
PARAPLUUS.
Meneer Houplin, een rentenier, was in het
Hotel Drouot, het groote verkooplokaal, te
Parijs, toen daar een paraplu onder den hamer
kwam. Voor zestien frank werd meneer Hou
plin eigenaar van het nuttige meubel. Toen hjj
van zijn nieuwe eigendom bezit wilde nemen,
zeide hem de vendu-meester: het is niet 66n
paraplu, maar een verzameling van twee-en-
negentig parapluus en u moet ze allemaal mee-
liemen tenzij u wilt betalen om ze hier zoolang
te laten. Meneer Houplin ietwat onthutst,
wist niet beter te doen dan een taxi te nemen,
daar de collectie in te laden en naar zijn huis
te rijden. Hier koos de rentenier zelf een
goede paraplu uit, hij gaf verscheidene para
pluus aan zijn vrouw, aan zijn dochter, aan
zijn schoonzoon, ja, aan de schoonouders van
zijn dochter. Maar met dat al hield hij er nog
zes dozijn over.
Niet wetende, wat met die twee-en-zeventig
parapluus te doen, heeft meneer Houplin
standplaats genomen in de Medicis-straat,
tegen het hek van het Luxembourg, met zijn
parapluus Hij had voor de gelegenheid groo
te kaarten gemaakt, waarop stond: para
pluus voor e6n, twee en drie frank".
Maar de voorhijgangers, die een paraplu
voor zoo weinig geld niet vertrouwden, koch-
ten niet en meneer Houplin bleef met zijn
parapluus zitten. Totdat er een politieagent
verscheen, die hem verzocht mee te gaan.
Meneer Houplin laadde zijn voorraad op een
handwagen en werd daarmee naar den com-
missaris in de Odeon-wijk gebracht, die hem
eigenlijk had moeten beboeten, omdat hij han-
del dreef op den openbaren weg zonder daar
toe vergunning te hebben. Maar de commii-
saris, die zag in het renteniertje met een fat-
soenlijk man te doen te hebben, streek voor
e&imaal de hand over zijn hart: ,,ik zal geea
proces-verbaal opmaken", zeide hij tegen me
neer Houplin, „maar neem alsublieft al *e
parapluus mee".
Meneer Houplin ging heen, met zijn para
pluus en betreurde het, dat hij ze niet kon
verkoopen om de kosten van zijn taxi goed te
maken. Hij was echter vast besloten hoe dan
ook zich van zijn parapluus te ontdoen. Zoo
legde hij deze allemaal voorzichtig neer aaa
den voet van een boom op het St. Sulplce-
plein en wilde weggaan, maar meneer Houpiia
had geen succes, want een politieagent had
alles gezien en hij werd weer voor den com-
missaris gebracht. „Bent u daar nu weer",
zeide deze en hij beboette meneer Houplin
wegens het opzettelijk achterlaten van voor-
werpen op den openbaren weg.
„Wat moet ik dan in godsnaam met al die
parapluus doen?" riep meneer Houplin ten
einde raad uit. ,,Ik kan ze toch niet bij de po
litie brengen en zeggen, dat ik ze heb gevou-
den, want dat zou een leugen zijn en ik heb
nog nooit van mijn leven gelogen!"
De commissaris gaf een eenvoudiger oplos-
sing in overweging: laat u de parapluus, zoo
ried hjj, naar een bewaarplaats van meubeleti
brengen en betaal het bewaarloon niet. Over
een jaar en een dag zullen ze dan weer in het
Verkooplokaal verschijnen
Meneer Houplin heeft, zoo meent men te
vveten, naar dezen raad geluisterd, maar iuj
heeft zich vast voorgenomen nooit meer in sen
verkooplokaal een paraplu te koopen.
EIGENAARDIG FEEST.
De jaarlijksche Taboetfeesten, ter herdea-
king van het martelaarschap der Mohamme-
daansche geloofshelden Hasan en Hoessem,
zijn de vorige maand te Padang in vollen luiH-
ter gevierd. Taboets zijn hooge torens vac
latwerk met gekleurd papier beplakt.. Sr
was meer belangstelling dan het vorige jaar.
Dit jaar waren er acht taboets, n.l. van de
kampoengs Terandam, Sawahan, Kampoeog.
Djawa, Olo, Oedjoeng, Pandan, Pondok, Kam-
poneg Nias en Ganting, waaronder zeer fraaie.
Er bestaat altijd 'n wedijver tusschen de deel-
nemende kampoengs, om met de mooiste ta-
boet voor den dag te komen, De ommegang
door de stad bracht duizenden menschen op
de been. Op den vreemdeling, die van Java
komt en daar gewend is aan de kalme, nooit
uit den plooi rakende inheemsche massa,
maakt zoo'n optocht van hossende en joelende
jongelieden een vreemden indruk. zegt de
,,Sum. Bode".
De stoet verzamelde zich op het Plein van
Rome en vertrok vandaar onder het oorver-
doovend lawaai der trommels. Een groot deel
van de stad werd doorkruist. Op sommlge
punten veroorzaakte het voorbijtrekken van
den stoet een opstopping van het verkeer.
Zooals gewoonlijk liepen in den optocht talrqks
jongelieden mede, die zich in een soort mas-
keradepakje hadden gestoken en in een echte
carnavalsstemming verkeerden. De taboets.
die als kleurige torens boven de menigte ult-
staken, bleven op sommige punten van de
stad in de draden van het electrische lichtaet
haken, zoodat het eenige moeite kostte ze
weer los te krijgen.
Aan muziek ontbrak het niet in dezen op
tocht, er liep een krontjongtroep mede, waar
van een der zangers opviel door zijn mooie
heldere tenorstem. Bij de Whitlauklok kwam
het tot een vechtpartij. Een persoon uit het
publiek kreeg het te kwaad met enkele deei-
nemers aan den optocht, die als hanen op hetn
aanvielen. De politie maakte spoedig een eind
aan de ruzie. De feestelrjkheden werden be-
eindigd met het in zee werpen van de taboets.
NEUSHOORNVOGELS.
De in Afrika en Azie thuisbehoorende neus-
hoornvogels (Buceroditae) of Calaos hebben
een broedgewoonte, die eenig is in het rijk der
dieren. Slechts een zeer geoefend oog is in
staat te ontdekken, waar deze vogels hun nes-
ten hebben. Want de plaats van het nest
wordt in den tijd van het broeden slechts aan-
geduid door een klein gaatje hoog boven in
den stam van een boom, welke zeker niet zou
opvallen, wanneer niet van tijd tot tijd het
mannetje kwam, om wat voedsel in de opening
te steken. Het voeren der jongen en der moe-
der geschiedt in den geheelen broedtijd alleeo
door het mannetje, omdat het wijfje, zoodra
het met broeden begint, zich diep in het in-
wendige van den boomstam terugtrekt eu
eerst weer te voorschijn komt, wanneer de
jongen in staat zijn te vliegen, Bij het begin
van deze vrijwillige gevangenschap wordt de
opening van het nest op een klein gaatje a a
dichtgemetseld en nu blijft het wijfje vaak
langer dan tien weken in dit kleine hoi, volle-
dig afgesneden van de buitenwereld, alleen
zorgende voor haar jongen. Het schijnt, dat
gedurende dien tijd het wijfje ruit. Zoodra de
jongen kunnen vliegen, hakt het wijfje de ope
ning weer verder open en laat het aan de jon
gen over, die intusschen dik zijn geworden, het
nest te verlaten. Overigens weet men nog
weinig van deze zeldzame dieren. Het is tot
nu toe onbekend, hoe en wanneer de jonge
vogels het vliegen leeren en hoe zij hun weg
in de vrije natuur weten te vinden.
DE GROOTSTE METEOOR.
De grootste meteoor, welke totnutoe uit het
wereldruim op onze aarde viel, is de juist twin-
tig jaar geleden in de onbewoonde streek vac
de Siberische provincie Jenissie gevallen me
teoor. Zijn eenige slachtoffers waren boomeu
en een kudde van 1500 rendieren. Waar de
meteoor viel, zoo berichtte de daarheen gezon-
den Russische expeditie, was de aarde in dec
omtrek van gemiddeld eenige mijlen uit elkaar
gescheurd, en als door een reusachtige ploeg
omwoeld. Rondom lagen vele doode boomen,
van hun takken beroofd, alsof een geweldige
en handige kegelaar ,,alle negen" had gewor-
pen. In een nederzetting, 50 mijlen verwijderd
van de plaats, waar de meteoor was gevallen,
werden twee menschen door den geweldigen
luchtdruk neergeslagen. Zoowel de hittegolf
als de explosie werden gevoeld aan den spoor-
weg, 400 mijlen verder. Van een kudde van
1500 tamme rendieren, die zich in de nabrjheid
van de plaats bevond, waar de meteoor viel,
werd niet het minste spoor teruggevonden.
Had het toeval deze reusachtige bode uit het
wereldruim in een stad of in een dichtbevolkte
streek doen vallen, zoo ware een ongeluk ont-
staan, ongeevenaard in de historie.
BOSCHKAPELLE.
Geboorten. 4 Nov. Henri Petrus, z. vac
Charles Louis Ducheine en van Rosalia de
Waal. 19 Nov. Renb Gerardus, z. van Petrua
Josephus van Damme en van Marie Valent.
Overlijden. 13 Nov. Jan Francies Herman
oud 65 j., weduwn. van Louisa de Vree.