Ter Neuzensche Courant
Tweede Blad.
Maandag 15 Oct. 1928. No. 8285.
CEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
VAN
Vergadering van Donderdag 4 October 1928,
des namiddag 2 uur.
Veorzitter de heer J. Huizinga, burge-
Eft 66St6r.
Tegenwoordig de leden: J. J. de Jager, L. J.
Geelhoedt, D. Scheele, P. van Cadsand, C. A.
Verlinde, A. de Bruijne, P. F. de Bakker, N.
A Hamelink, C. J. van den Bulck, D. van
Aken en W. Bedet; later ook de heer H. J.
Colsen.
Afwezig de heer L. J. van Driel.
(2. Slot.)
Aanvulling ingekomen stukken.
p. Een adres van C. G. P. Stevens, rijks-
landbouwconsulent, wonende te Goes, die
daarin te kennen geeft, dat het in zijn voor-
nemen ligt om te Ter Neuzen een opleidings-
cursus te geven voor de acte landbouwkunde
lager onderwijs;
dat de lessen aan dien cursus des Zaterdags
zullen worden gegeven en wel gedurende on-
geveer 2V2 jaar;
dat echter, in verband met het feit, dat zoo n
cursus niet zoo herhaaldelijk wordt gegeven,
daarvoor geen vaste localiteit beschikbaar is,
dat hrj echter hierbij heeft gedacht aan een
lokaal in de z.g. kopschool, in welk gebouw
naar hrj meent wel meer een lokaal wordt dis-
ponibel gesteld;
redenen waarom hij den raad verzoekt hem
in bovengenoemd gebouw gelegenheid te wil
len geven voor het geven van les aan dien cur
sus, en zulks onder nader door den raad te
bepalen voorwaarden.
Burgemeester en wethouders stellen voor
aan adressant of zijn rechtverkrijgenden tot
wederopzegging beschikbaar te stellen een
benedenlokaal van het schoolgebouw waarin
de lagere school A en de openbare U.L.O.
school zijn ondergebracht, zulks voor het geven
van een cursus opleidende voor de landbouw-
acte en onder de navolgende voorwaarden:
1. Gebruik kan worden gemaakt van het
lokaal, aan te wijzen door het hoofd der open-
bare lagere school A;
2. de in gebruikgeving geldt alleen voor het
geven van den cursus opleidende voor de land-
bouwacte lager onderwijs;
3. de aanleg der gasleiding, waartoe voor
het geven van den cursus zal moeten worden
overgegaan, komt geheel voor rekening van
den gebruiker;
4. de maandelijksche gasrekening moet
door den gebruiker zelf aan de gasfabriek te
Axel worden betaald;
5. voor verlichting en verwarming moet een
bedrag in de gemeentekas worden gestort, als
nader door burgemeester en wethouders zal
warden bepaald;
6. het lokaal moet steeds toegankelijk zijn
vaor burgemeester en wethouders, en door hen
aan te wijzen ambtenaren en het hoofd der
school
7. eventueel aangerichte schade is geheel
vnor rekening van den gebruiker;
8. het lokaal moet telkens na gebruik weer
in den toestand worden gebracht waarin het
aich voor dien bevondt;
9. wanneer de gestelde voorwaarden niet
worden nageleefd, dan zal de verleende ver
gunning door burgemeester en wethouders
worden ingetrokken;
10. deze vergunning is alleen geldig, wan
neer zij door den verzoeker bij eene op zegel
geschreven verklaring wordt aanvaard.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sln^n.
q. Een adres van het bestuur der vereeni-
ging het Wit-Gele Kruis te Sluiskil, waarin dit
verzoekt ten behoeve dier vereeniging over het
jaar 1929 weder een subsidie te mogen ont-
vangen ad f250
Uit de begrooting blijkt, dat de inkomsten
worden geraamdcontributie der leden f 400,
subisidie der gemeente Ter Neuzen 250, idem
van de gemeente Westdorpe f 30, totaal
«70.
De uitgaven zijn geraamd als volgt: salaris
wijkverpleegster f 350, magazijnhuur f 10, con
tributie federatie f 50, bodeloon f 15, drukwerk
en schrijfbenoodigdheden f 10, aanschaffen
verplegingsartikelen 180, uitgaven zuigelin-
genbescherming f 25, onderhoud rijwiel, schoei-
sel etc. 25, onvoorzien f 5, totaal f 670.
Overeenkomstig het voorstel van burge
meester en wethouders wordt met algemeene
stemmen besloten hierop te beschikken bij de
behandeling der gemeentebegrooting.
r. Een adres van W. Scheele Dz., die
daarin, wegens dringende behoefte aan ma-
gazijnruimte verzoekt, hem te willen melden
•f het stuk grond, op het eind ten Noorden
der Kopschool, daarvoor te koop is. Aange
zien die grond voor een woning niet is in te
richten verzoekt hij hem te willen mededee-
len den minimumprijs waarvoor die per M2.
te koop is. Indien dit verzoek op niet te on-
dervangen bezwaren mocht stuiten, verzoekt
beleefd hem aan de Burgemeester Geill-
straat een stuk grond te verkoopen, waar-
door hij in de gelegenheid zou worden ge
steld een magazijn te bouwen. Aangezien de
t»d dringt, verzoekt hij een zeer spoedig antr
woord.
Dit adres wordt gesteld in handen van bur
gemeester en wethouders om bericht en raad.
Aanvulling punt 6, Kadio-distributie.
Blijkens de stukken is hieromtrent ook in
gekomen een schrijven van de Industrieele
Maatschappij te Amsterdam, exploitante van
de Electrische Centrale alhier, die daarin te
kennen geeft, dat hetgeen in de Ter Neuzen
sche Courant van 22 Juni 1.1. omtrent het
raadsverslag van 14 Juli 1.1. voorkomt om
trent een vergunning voor aanleg van gelei-
dingen ten behoeve van het distribueeren van
radio-uitzendingen" hare bijzondere aandacht
had.
De directie vermeent, dat dit een zeer in-
grijpende vergunning zou zijn en bovendien de
aanvrage daarvoor ook nog zou vallen onder
de Hinderwet, daar, wat hare centrale betreft,
het spannen van draden onder en boven het
net der centrale, zeker valt te rangschikken
onder gevaar, hinder en schade.
Zij kan dan ook niet anders verwachten, dan
dat een vergunning als hier bedoeld wordt,
door de gemeente niet zal worden verleend,
dan onder bepaalde voorschriften, welke ten
doel hebben de storing bij de levering van elec-
trischen stroom door hare centrale te voor-
komen en indien die zouden plaats hebben de
geconcessioneerde radio-distributievereeniging
of -maatschappij voor de gevolgen van die
storingen aansprakelijk zou zijn.
Dergelijke voorschriften worden, zooals zij
verneemt, ook in andere gemeenten toegepast.
Zij verzoeken haar te willen bevestigen, dat
van de zijde van het gemeentebestuur ook voor
Ter Neuzen in den door haar bedoelden geest
zal worden gehandeld en wat de redactie der
voorschriften betreft in overleg met den ad
ministrates der centrale te Ter Neuzen te
treden.
7. Voorstel inzake aanstelling van sehool-
artsen.
Bij schrijven van 1 Juni 1928 wordt
ons schrijven burgemeester en wethou
ders door gedeputeerde staten van Zee-
land, mededeeling gedaan van voorstellen
van het Groene Kruis in Zeeland, om te ko-
men in overleg met andere gemeenten tot de
instelling van schoolartsen.
Dit schrijven is medegedeeld in de raads-
vergadering van den 14 Juni j.l. en werd in
onze handen gesteld om bericht en raad.
Wij hebben betreffende deze aangelegen-
heid het advies gevraagcj van de hoofden der
openbare scholen alhier, de commissies van
toezicht op het lager onderwijs, de oudercom-
missie en de besturen der bijzondere scholen.
Uit de hierbij overgelegde antwoorden kan
U blijken, dat sommigen voor het instituut
schoolartsen zijn zonder eenige beperking,
dat anderen evenwel aan het instituut voor
waarden zouden willen verbinden, terwijl
weer anderen bezwaar maken tegen de in
stelling ..schoolartsen", of bezwaar maken
dat alleen het Groene Kruis met de kwestie
zou worden belast.
Het overgroote deel der personen en instel-
lingen die wij advies vroegen, verklaren zich
tegen het voorstel zooals het in het schrijven
van gedeputeerde staten is ontwikkeld.
Ook ons college kan zich met het voorstel
zooals het daar ligt niet vereenigen.
In de eerste plaats is de zaak der school
artsen" eene aangelegenheid der overheid en
moet niet in handen zijn van eene vereeni-
ging.
In de tweede plaats achten wij de taak,
zooals men zich in het schrijven voorstelt,
voor een arts 6000 kinderen veel te groot
en lijkt het ons onmogelijk, dat dan de taak
die men zich voorstelt op behoorlijke wijze
zou worden uitgevoerd, hierbij nog in aan-
merking genomen de zeer groote afstanden.
In de derde plaats kan practisch van het
voorstel niets komen, omdat samenwerking
tusschen zooveel gemeenten vrijwel tot de
onmogelijkheden behoort en in de vierde
plaats is het voorstel al niet meer uitvoer-
baar, omdat de meeste gemeenten in Z.-
Vlaanderen reeds een afwijzend standpunt
tegenover deze zaak hebben ingenomen.
In verband met het bovenstaande stellen
wij U dan ook voor, aan gedeputeerde staten
van Zeeland te berichten, dat het voorstel
zooals het is uitgewerkt in de circulaire van
1 Juni 1928, No. 6, le Afdeeling, niet voor
uitvoering vatbaar is.
Hierbij hebben wij ons niet uitgesproken
over het instituut van schoolartsen zelve.
Mocht de raad zich in meerderheid uit-
spreken voor de wenschelijkheid van een
schoolarts, dan zullen wrj dienaangaande een
onderzoek instellen en kan die zaak aan de
orde gesteld worden bij de behandeling der
gemeente-begrooting voor 1929.
Het schrijven van gedeputeerde staten van
Zeeland, d.d. 1 Juni 1.1., luidt als volgt:
„Het Hoofdbestuur van. den Provinciale
Zeeuwsche Vereeniging „Het Groene Kruis"
heeft zich tot de Staten dezer Provincie ge-
wend met het verzoek, een bijdrage van ten
hoogste 50 van de totale kosten, verbon-
den aan het instellen van districts-schoolartsen
uit de Provinciale kas te mogen ontvangen.
Blijkens de bij dat verzoekschrift overge
legde bescheid'en is het Bestuur van oordeel,
dat de meest ideale toestand voor de gezond-
heidszorg en het geneeskundig schooltoezicht
zou verkregen worden door verdeeling van de
provincie in de hieronder volgende distric
ted met in totaal 6 schoolartsen.
le. Walcheren, Noord-Beveland en het W.
deel van Zuid-Beve!and met 2 schoolartsen.
2e. De Oostelijke helft van Zuid-Beveland,
Tholen en Sint Philipsland met 1 arts.
3e. Schouwen en Duiveland met 1 arts.
4e. Oostelijk en Westelijk Zeeuwsch-Vlaan-
deren met 2 artsen gezamenlijk.
Bij deze indeeling zou, naar het oordeel van
het Hoofdbestuur voornoemd, aan iederen
arts een maximum van ten hoo-gste ongeveer
6000 kinderen ter verzorging worden toege-
wezen. Opgemerkt worde voorts, dat het de
bedoeling is, dat de schoolarts niet als prac-
tiseerend, doch louter als adviseerend medicus
zal optreden; is in bepaalde gevallen medische
behandeling noodig, dan zal deze door den
huisarts, c.q- door een specialist dienen te ge-
schieden. Mede hierom wordt het door den
adressant noodig geacht, dat de schoolarts
is een beroepsschoolarts, d.w.z. dat hij door de
gemeentebesturen als zoodanig wordt aange-
steld, terwijl de aan hem uit te keeren wedde
en de aan hem toe te leggen vergoed'ing voor
reis- en verblijfkosten uit de openbare kassen
zullen moeten worden gekweten, zij het dan
dat door de besturen der bijzondere scholen.
die van de diensten van den schoolarts wen
schen gebruik te maken, een evenredig deel in
die kosten zal moeten worden bijgedragen.
Als jaarwedde is voorloopig, naar uit het
adres blijkt, aangenomen een bedrag van
7000.hetwelk, met de noodzakeljjke hier-
boven aangeduide verdere onkosten, de totale
kosten per arts op ongeveer f 10000.zou
brengen. Deze kosten zouden, bij aller mede-
werking, naar het oordeel van het adressee-
rende bestuur, door een bijdrage naar een
maatstaf van 0.25 per inwoner kunnen wor
den gevonden.
Daargelaten of de door de adresseerende
vereenigingen gekozen weg de juiste is ter
bereiking van het in het uitzicht gestelde doel,
hetgeen wij vooralsnog niet vermogen te be-
oordeelen, meenen wij ons thans te moeten
onthouden van de beantwoord'ing der vraag,
of op dit gebied voor de provincie een taak
is weggelegd.
Dewijl evenwel in ieder geval de medewer-
king van gemeenten en schoolbesturen in vol-
doende mate noodzakelijk zal zijn, verzoeken
wij U deze aangelegenheid bij den Raad
uwer gemeente aanhangig te maken, met de
besturen der bijzondere scholen overleg te
willen plegen, te trachten in beide gevallen
een uitspraak uit te lokken, zoowel omtrent
het beginsel, als omtrent de offers, die de be-
langhebbenden bereid zijn, zich te getroosten
en ons binnen twee maanden na dagteekening
van dit schrijven mededeeling te willen doen
van den uitslag uwer bemoeiingen. Daarby
ontvangen wij gaame een opgave van het aan-
tal leerplichtige kinderen in uwe gemeente op
1 Januari 1928."
Dit schrijven is door burgemeester en wet
houders met verzoek om daarover te advisee-
ren gezonden aan de hoofden der openbare
scholen, de schoolcommissies. ouder-commis-
sies en besturen der bijzondere scholen. Uit de
ingekomen antwoorden blijkt het volgende:
a. Het hoofd der openbare school A bericht,
dat hij het aanstellen van schoolartsen ten
zeerste zou toejuichen, doch met het oog op de
concurrentie tusschen openbaar en bijzonder
onderwijs noodzakelijk dat alle scholen den
schoolarts moeten toelaten, zulks in verband
met het vooroordeel, dat onder het volk nog
tegen dit nuttige instituut bestaat. Onbillijk
acht hij het evenwel, dat de bijzondere scholen
voor deze instelling afzonderlijk zouden moeten
bijdragen. De kosten behooren te worden ge-
dragen uit de openbare kassen, waaraan alle
burgers bijdragen.
b. Het hoofd van school C verklaart, dat
deze zaak zijn voile sympathie, echter onder
vporwaardep, die vrijwel overeenkomen met
die genoemd in het schrijven van zijn collega
van school A, ook voor wat betreft de dekking
der kosten. Hij zou echter de zaak door de
regeering bij de wet geregeld wenschen te
zien.
c. Het hoofd van school D, te Sluiskil, doet
zich als voorstander van het instituut kennen,
zal het onderwijs voor de jeugd tot zijn recht
komen, dan moet het kind in de eerste plaats
gezond zijn, niet behept met ziekten of
lichaamsgebreken die storend werken op den
gang van het onderwijs en den lust tot leeren
doen verminderen. Ieder onderwijzer kent uit
ervaring de gevallen die niet zoo gering in
aantal zijn, als wel eens gedacht wordt. Som-
mige kinderen zijn zwak, tenger, bleek, zij
lijden aan bloedarmoede, het schoolgaan is hun
een kwelling. Andere kinderen hebben ge-
hoor- of gezichtsgebreken. Huiduitslag, al dan
niet besmettelijk, ontmoet men vaak evenals
onreinheid op het hoofd. Schrijver heeft in
verschillende gevallen ouders van kinderen den
raad gegeven hun kinderen geneeskundig te
laten onderzoeken. Heelkundige behandeling
bracht beterschap. Het gaat er thans over
wie die afwijkingen constateeren zal. De
ouders en de onderwijzers zijn leeken. Veel
kan voor hen verborgen blijven, dat den medi
cus niet ontgaat. Het aanstellen van school
artsen zal van waardevollen invloed zijn op
den gezondheidstoestand der kinderen. Ook hij
acht het een taak van overheidszorg en onge-
wenscht, dat het in nanden eener particuliere
vereeniging wordt gegeven.
d. Het hoofd der openbare U.L.O. school
bericht, dat het personeel zijner school zich
met het beginsel kan vereenigen.
e. De Ouder-commissie der openbare school
A acht het gewenscht, dat de schoolarts zoo
wel de kinderen der bijzondere als die der
openbare scholen onder zijn toezicht krijgt,
betwijfelt echter of de in de circulaire aange-
geven samenwerking der gemeenten te ver-
krijgen zal zijn, vreest, dat de zaak daardoor
op de lange baan zal worden geschoven en
vraagt, of het geen aanbeveling zou verdienen
in plaats van een beroepsschoolarts gebruik
te maken van de plaatselijke geneesheeren.
Gezien het intieme karakter, dat ons gewest
nog kenmerkt, hebben deze, door plaatselijke
kennis, bekendheid met de schooljeugd en
hunne ouders, een niet te onderschatten voor-
deel boven een specialist. Dan zal aan de ook
door de Ouder-commissie gevoelde behoefte te
eerder kunnen worden voldaan. Op deze wijze
zouden al reeds de verplaatsingskosten van
den beroepsarts vervallen, die op f 3000 wor
den geschat.
f. De Ouder-commissie van school C kan
zich met het aanstellen van schoolartsen zeer
wel vereenigen, mits dit van Rijkswege wordt
ingevoerd en een ieder verplicht wordt er aan
deel te nemen. Aan de regeling ontworpen in
het schrijven van gedeputeerde staten advi-
seert zij niet deel te nemen.
g. De Ouder-commissie van school D te
Sluiskil heeft zich met algemeene stemmen
met het voorstel vereenigd, en verzoekt het
daarheen te leiden, dat binnenkort tot aanstel
ling van een schoolarts zal worden overgegaan.
h. De plaatselijke commissie van toezicht
op het lager onderwijs in de kom bericht, dat
zij eenstemmig het aanstellen van schoolartsen
toejuicht, doch de vrees werd uitgesproken dat,
wanneer de besturen der bijzondere scholen
verplicht zullen worden tot betaling van een
afzonderlrjke bijdrage in de kosten, er geen,
of bijna geen bijzondere scholen van zullen
profiteeren, hetgeen dan een ongelrjkheid tus
schen bijzonder en openbaar onderwijs schept.
De commissie oordeelt, dat de instelling van
schoolartsen alleen is aan te bevelen, wanneer
alle scholen verplicht zijn hunne deuren voor
de daartoe aangestelde medici open te zetten
en de kosten daarvoor dan ook uit de alge
meene kas worden bestreden. Indien dit be-
reikt werd zou de commissie de aanstelling
van schoolartsen een zegen voor het school-
gaande kind achten.
i. De commissie van toezicht op het lager
onderwijs voor SluiskilDriewegen was niet
eenstemmig, noch over het principe, noch wat
de regeling betreft.
De meerderheid was vdor schoolartsen, een
minderheid stelt zich op het standpunt, dat de
ouders de natuurlijke verzorgers hunner kin
deren zijn en alzoo ook hebben zorg te dragen
voor een goede gezondheid van dezen. Met
name voor het platteland acht deze minderheid
geneeskundig schooltoezicht niet urgent.
Over de wijze waarop het instituut school
artsen tot stand kan komen, loopen de mee-
ningen der commissie uiteen. De meerderheid
wenscht geen inmenging op de interne aange-
legenheden der bijzondere scholen. Indien van
deze scholen geneeskundig toezicht noodig ge
acht wordt, zal het toezicht geheel geregeld
dienen te worden door de besturen dier scho
len, zoowel voor wat de vaststelling der in-
structie als wat de benoeming der schoolart
sen aangaat. Naar de meening van die meer
derheid berust de algeheele zorg voor genees
kundig schooltoezicht bij de bijzondere scholen
zelf, maar zullen de kosten er van volgens art.
55 der Lgger Onderwijswet voor rekening der
gemeente komen.
De minderheid acht geneeskundig schooltoe
zicht de taak der overheid, doch is de meening
toegedaan. dat aanneming van het plan van
Het Groene Kruis een stap in de goede rich-
ting zou beteekenen.
Een andere minderheid zou voor wat de
Roomsch-Katholieke bijzondere scholen be
treft, de zorg voor het toezicht willen opdra-
gen aan het Wit-Gele Kruis, maar zou in het
belang der zaak ook kunnen instemmen met
een regeling van het geneeskundig schooltoe
zicht door de gemeente.
Samenvattend is de meerderheid der com
missie vodr het aanstellen van schoolartsen, en
is een nog grootere meerderheid tegen het
plan van Het Groene Kruis, zooals dat ont
wikkeld is in de missive van gedeputeerde
staten.
j. Het bestuur der Vereeniging voor Chris-
telijk Onderwijs te Driewegen .(gemeente
Ter Neuzen) acht de aanstelling van beroeps-
schoolartse^ niet wenschelijk en niet noodig;
zij acht het plan van Het Groene Kruis te
duur; met name laat de economische toestand
van Zeeuwsch-Vlaanderen O. D. niet toe een
last van pl.m. f 10.000 op de bevolking te leg
gen. Het meent voorts, dat het beginsel der
vrije school niet toelaat een schooolarts te ont
vangen van de provincie, de gemeente of
eenige organisatie, doch dat indien tot de
aanstelling van zulk een ambtenaar moest
worden overgegaan de besturen en ouders
zelf de keuze en de regeling van werkzaam-
heden in handen wenschen te houden. Ten
slotte wordt bericht, dat het bestuur niet tot
het brengen van offers bereid is, maar deze
zaak in eigen organisatie wel overwegen wil.
k. Het bestuur der St. Antoniusschool en
R. K. Bewaarschool te Sluiskil bericht met het
voorstel van Het Groene Kruis niet accoord te
gaan. Besturen van R. K. scholen kunnen het
geen ideale toestand vinden, wanneer alleen
Het Groene Kruis voor voorziening van school
artsen zorgt. Het bestuur meent recht te heb
ben op schoolartsen van zijn richting, zoodat
ook het Wit-Gele Kruis in deze medezegging-
schap dient te hebben. Indien er in Zeeuwsch-
Vlaanderen 2 schoolartsen werden benoemd,
zouden deze niet ieder in een deel dezer streek
moeten werkzaam gesteld worden, doch was
het h.i. beter dat „Het Groene Kruis" er een
aanstelde voor de openbare en een voor de
christelijke scholen en ,,Het Wit-Gele Kruis"
voor de R. K. scholen in Zeeuwsch-Vlaanderen.
Beide partijen werden dan gelijkelijk tevreden
gesteld. Aangezien ook „Het Wit-Gele
Kruis met een voorstel zal komen, onthoudt
het bestuur zich van verdere beoordeeling van
het voorstel van ,,Het Groene Kruis." Inmid-
dels komt het haar voor, dat het offer van
25 cent per inwoner voor veel huisgezinnen
wel een groot offer zal zijn.
1. Het bestuur der Vereeniging voor Chr.
Onderwijs te Sluiskil bericht, dat het de aan
stelling van beroepsschoolartsen niet wensche
lijk en niet noodig acht, dat het plan van ,,Het
Groene Kruis" te duur is, en dat de financieele
toestand van Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen
niet toelaat hiervoor een last van f 10.000
op de bevolking te leggen enz., gelijkluidend
aan het schrijven onder letter j vermeld.
m. Het bestuur van de Vereeniging voor
Christelijk Onderwijs te Ter Neuzen acht de
voorgestelde medische behandeling van school-
kinderen van overheidswege onvereenigbaar
met haar beginsel, dat dit onderzoek slechts
kan plaats vinden met toestemming der ouders
en dat, indien tot aanstelling van een school-
arts moet worden overgegaan, het bestuur
en de ouders zelf de keuze en de regeling
van werkzaamheden van een zoodanig amb
tenaar in handen wenschen te houden. Naast
dit principieel bezwaar meent het bestuur te
moeten betwijfelen of de aanstelling van be
roepsschoolartsen voor deze streek wel nood
zakelijk is en protesteert het krachtig tegen
de voorgestelde geldelijke voorziening, omdat
deze de financieele gelijkstelling der bijzon
dere scholen met de openbare aanrandt.
n. Het bestuur der R. K. bewaarschool te
Ter Neuzen bericht, dat voor deze inrich-
ting van een eventueel aan te stellen school-
arts geen gebruik zal worden gemaakt. Naar
het bestuur vermeent, wordt door de ouders
voldoende voor de kleintjes gezorgd, terwijl
deze bovendien nog niet tot geregeld school-
bezoek verplicht zijn
o. Het bestuur der Vereeniging voor Chr.
Volksonderwijs (Herv. School) geeft te ken
nen geen prijs te stellen op schoolartsen. Het
maakt bovendien bezwaar, dat het van de
toch reeds karige gemeentelrjke vergoeding
nog zou moeten afstaan voor een bijdrage in
de onkosten, terwijl de vereeniging voor der
gelijke zaken geen fondsen disponibel heeft.
Verder heeft het bestuur uit andere gemeen
ten, waar dit instituut reeds in werking is,
zooveel klachten gehoord, dat het huiverig
is, om aan deze zaak mede te werken.
De heer COLSEN geeft als zijn meening
te kennen, dat de raad zich bij stemming zou
moeten uitspreken of zij invoering van een
schoolarts al dan niet wenscht. Als de raad
er niet voor zou zijn, was het niet noodig dat
burgemeester en wethouders een voorstel
daaromtrent voorbereiden.
De regeling die door de Vereeniging ,,Het
Groene Kruis" wordt voorgesteld, kost veel
te veel. Overigens acht hij het wel ge
wenscht, dat de schoolkinderen onder genees
kundig toezicht komen. De schoolcommissie
voor Sluiskil-Driewegen is er ook voor. Kan
van wege burgemeester en wethouders niet
eens een onderzoek ingesteld worden hoe
die zaak elders is geregeld. Naar hij ver
meent bestaat die te Vlissingen en Goes.
Dan kan men misschien een raming maken
omtrent de kosten. Spreker kan wel zijn
stem geven tot aanstelling van een school-
arts, maar niet overeenkomstig de regeling
van de vereeniging ,,Het Groene Kruis".
Hij acht het in den tegenwoordigen tijd wel
noodig, dat de kinders af en toe geneeskun
dig worden onderzocht. Er zijn verschillende
gevallen waarbij bleek, dat zulks noodig is.
Ook het hoofd der school te Driewegen is er
voor. Hoeveel kinders zijn er niet, die aan
hun oogen mankeeren, die bij tijdig ingrijpen
hadden kunnen geholpen worden, doch die
wegens dat verzuim nu met brillen moeten
loopen. Het is ook gewenscht met het oog
op ziekten. Het hoofd der school en de on
derwijzers kunnen er ook wel eenigszins con-
trole op houden, doch zelfs wanneer zij con
stateeren dat een kind ziek is, bezitten zij
nog niet de bevoegdheid een kind van de
school te verwijderen. Het is daarom ook
gewenscht met het oog op de gezondheid der
andere kinderen.
De heer HAMELINK spreekt als zijn oor
deel uit, dat gedeputeerde staten deze circu
laire hebben uitgezonden aan de gemeente
besturen, om er zichzelf van af te kunnen
maken. Gedeputeerde staten hadden nog al-
tijd een opdracht in portefeuille betreffende
het instituut schoolartsen van den toenmali-
gen Minister van Binnenlandsche zaken, den
heer Heemskerk, en nu ,,Het Groene Kruis"
met een verzoek kwam, hebben ze dit aange-
grepen om het op de gemeenten af te wen-
telen, evenals destijds de Minister Heems
kerk gedaan heeft, toen hij als een gevolg
van de motie-Aalberse, waarbij een rijks-
regeiing beoogd werd, deze zaak in handen
van de gedeputeerde colleges der provincien
stelde. Er is toen niets van terecht gekomen
en de cirqulaire lijkt wel gesteld op een wijze
dat er op deze manier ook niets van zou kun
nen komen.
Spreker meent, dat in de circulaire meer
had moeten uitkomen, hoe gedeputeerde sta
ten zelf tegenover het vraagstuk stonden, en
dat ze naar aanleiding daarvan hadden moe
ten komen met hun plan. Zelfs indien nu
aan gedeputeerde staten zou geantwoord
worden dat we er mede accoord gaan, zal
er nog niets van terecht komen, omdat de
uitvoering dan zou worden gelegd in handen
eener particuliere instelling, als gevolg waar-
van men nu reeds strrjd gekregen heeft, om
dat een andere particuliere vereeniging van
dezelfde strekking ook medezeggingschap
eischt. Wil er iets van terecht komen, dan
zal er eenheid moeten bestaan en daarom
is het een zaak die de overheid zelf behoort
ter hand te nemen. Er zullen in Zeeland
weinig gemeenten zijn, die alleen een school-
arts kunnen aanstellen, want de schoolarts
behoort er een dagtaak van te kunnen
maken. Die aanstelling kan dus alleen in
combinatie met andere gemeenten geschie-
den. Die aanstelling en regeling behoort niet
in handen van particulieren te zitten, doch
moet uitgaan van het provinciaal bestuur.
Dit behoort er leiding aan te geven. Dan pas
wanneer dit vaststaat, zou men over uitvoe-
ringsmaatregeleh kunnen spreken.
Gedeputeerde staten hebben naar de mee
ning van spreker ook een onjuiste stelling
in hun regeling aangegeven, door te schrij
ven, dat de bijzondere scholen die van de
diensten van den schoolarts gebruik zouden
wenschen te maken ook een evenredig deel
in de kosten zouden moeten betalen. Dit is
onjuist, in verband met de tegenwoordige re
geling der uitgaven voor het onderwijs. In
dien schoolartsen worden aangesteld voor
het openbaar onderwijs, moet daarvan onder
gelijke voorwaarden gebruik van kunnen ge
maakt worden door de bijzondere scholen en
moeten de uitgaven daarvoor dus ook uit de
openbare kassen worden bestreden. Nu is
dit ook al een van de motieven geweest voor
sommige schoolbesturen om tegen de rege
ling te protesteeren. Daardoor is het eigen-
lijke belang, waar het om gaat niet op den
voorgrond getreden en heeft men zich te veel
tot de financieele zijde beperkt.
Spreker stelt zich op het standpunt dat,
indien een schoolarts zal worden aangesteld,
zulks zal moeten gebeuren met medewerking
van andere gemeenten, aangezien de practqk
heeft uitgewezen, dat het niet raadzaam is
iemand als schoolarts aan te stellen, die zulks
als bijbetrekking doet. Zoo iemand moet er
een voile dagtaak - en daaraan evenredige
bezoldiging - er aan hebhen, anders komt
men in moeilijkheden. Hij staat tegenover
een regeling schoolarts als bijbetrekking zeer
sceptisch. Hij doet zulks aan de hand van
geschriften die daarover bestaan. Als een
arts de functie van schoolarts als neven-
betrekking vervult komt het instituut niet
tot zrjn recht.
Men kan er over van meening verschillen
of voor e6n arts een aantal van 6000 te con-
troleeren schoolkinders voldoende, hoog of
abnormaal hoog is, doch daarover valt te
spreken, maar de aan te stellen geneesheer
behoort zijn werkzaamheden tot die van
schoolarts te bepalen.
Burgemeester en wethouders zeggen in- hun
voorstel, dat het practisch onmogelijk is,
samenwerking te krijgen tusschen verschil
lende gemeenten. Maar op ander gebied is
dit toch wel mogelijk gebleken. Spreker
wijst op de Gezondheidscommissies. Hij vindt
het voorts een wel wat gezocht motief, om
het voorstel af te wijzen op grond dat andere
gemeentebesturen het reeds hebben afgewe-
zen. Hij acht het best mogelijk, dat er nog
gemeenten te vinden zijn, met wie samen-
gewerkt zou kunnen worden. Hij zou princi
pieel ,,Het Groene Kruis" willen uitschakelen
en ook niet willen laten betalen door de bij
zondere scholen. Mogelijk zou het wellicht
zijn, tot dekking der kosten ook een kleine
subsidie van de provincie te krijgen, zooals
ook in de circulaire wordt uiteengezet.
Al was het zoo, dat er niets van komen
kan, omdat verschillende gemeenten reeds
ontkennend hebben geantwoord, daar mag
dit voor onze gemeente toch geen leiddraad
zijn om op grond daarvan afwijzend te be
schikken, waar de meening over de regeling
gevraagd wordt.
Hij zou aan gedeputeerde staten als mee
ning van den raad willen te kennen geven,
dat hunne circulaire niet voor uitvoering
vatbaar is, dat de raad in principe bereid is
aan het aanstellen van schoolartsen mede
werking te verleenen, doch dat de uitvoering
niet mag worden gelegd in handen eener par
ticuliere vereeniging maar, wil deze tot zijn
recht komen, zal moeten geschieden door
districtsgewijze samenvoeging van gemeen
ten, en dat een deel der kosten voor rekening
der provincie behoort te komen. Als dat mee-
gedeeld wordt, kunnen gedeputeerde staten
daartegenover hunne houding bepalen.
Spreker gevoelt er weinig voor, om voor
Ter Neuzen alleen een schoolarts aan te
stellen. Hij weet niet of het nog noodig is.
het nut der schoolartsen in het licht te stel
len, aangezien burgemeester en wethouders
het nut niet hebben aangevochten. Mocht het
nader noodig blijken, dan zal hij dit gaame
aan de hand van geschriften en uit rapporten
cijfers naar voren brengen.
De heer SCHEELE betoogt, dat men in
principe geen tegenstander behoeft te zijn
van de invoering van schoolartsen, om tegen
de door gedeputeerde staten thans in over-
weging gegeven regeling te zijn. Het staat
er z66 voor, dat de regeeringsmaatregelen
ever onze kinders zich hoe langer hoe meer
gaan uitbreiden. Het is begonnen met school-
voeding en -kleeding en nu begint men er
over hen een dokter te geven. Hij wil niet
zeggen, dat het geen nut kan hebben en dat
de onderwijzers nog zoo hun best mogen doen
ojn op te letten en tijdig de ouders te waar-
schuwen. en daarin toch te kort kunnen
schieten, maar hij heschouwt het toch eigen-
lijk als te behooren tot de zorg der ouders
zelf, dat ze hun kinderen op gezette tijden
door hun huisdokter laten onderzoeken.
Spreker kan zich wel indenken, dat men
tot deze voorstellen komt. Men is begonnen
met de kinderen te dwingen naar school te
komen en hen nu daarom ook zooveel moge
lijk wil bewaren voor altijd mogelijke be-
smetting. D&arom begrijpt hij, dat men
maatregelen nemen wil. Maar als men dan
daarmede de bestaande gevaren wil voor-
komen, is het niet noodig om die taak in
handen te geven eener vereeniging of die te
laten uitvoeren door de provincie. Dan be
hoort z.i. de gemeentelijke overheid middelen
te beramen om dat zelf ter hand te nemen.
Dan behoeven we ook niet te overwegen wat
de streek doet, doch indien een schoolarts
moet ingevoerd worden, kan de gemeente
het zelf beter en goedkooper, dan nu door
„Het Groene Kruis" wordt voorgesteld. Tien
duizend gulden voor 6en schoolarts acht
spreker veel te hoog opgevoerd; het kan veel
goedkooper en bovendien beter en spreker
voelt voor heel die door ,,Het Groene Kruis"
voorgestelde regeling niets. Hij meent. dat
de raad op het oogenblik niets anders heeft
te doen dan aan te nemen het voorstel van
burgemeester en wethouders om op de cir
culaire van gedeputeerde staten niet in te
gaan.
De heer DE BAKKER verklaart zich aan
te sluiten bij den heer Scheele.
De heer VAN AKEN verklaart het in
groote trekken geheel eens te zijn met den
heer Scheele. Hij voorziet ook, wanneer de
provincie of het rijk het zou moeten doen,
de schoolkinderen niet zullen krijgen wat ze
noodig hebben. Het zou ook z.i. op den weg
der gemeente liggen, daarin te voorzien. De
bevolking der verschillende scholen in deze
gemeente is thans van dien aard, dat hij
meent, dat we het moeilijk in combinatie met
anderen zullen kunnen doen. Hij zou zich
thans ook niet in principe willen uitspreken,
doch zich bepalen tot aanneming '"an het
voorstel van burgemeester en wethouders.
De heer VERLINDE kan zich wel met het
denkbeeld van den heer Scheele omtrent de
uitvoering vereenigen, maar is van oordeel.
dat de kosten niet ten laste der gemeente
moeten komen.
De heer SCHEELE: Wie moet het dan
betalen
De heer VERLINDE: Het rijk of de pro
vincie.
De heer SCHEELE: En wie betaalt dat?
De heer DE JAGER merkt op, dat, als
men de besprekingen hoort, er nog geen
principieele tegenspraak tegen de school
artsen is gekomen en de raad er dus in
meerderheid voor schijnt. Hij wil er echter
op wijzen, dat men nu 10.000 voor een
schoolarts die 6000 kinderen onder zijn con-
trole krijgt, te hoog is. Hij betwijfelt echter
of, indien Ter Neuzen deze regeling alleen
ging uitvoeren men wel zooveel goedkooper
zou uitkomen dan volgens de regeling door
gedeputeerde staten ingezonden. Hij meent,
dat in Vlissingen f 4000 wordt betaald. Zoo
iemand heeft dan eigenlijk geen volwaardige
dagtaak en dan komt het verlangen naar
ook ander werk.
De heer GEELHOEDT zegt, dat de school-
arts in Vlissingen dit ook doen mag.
De heer DE JAGER wijst er op, dat de
schoolarts alleen constateert, doch dan naar
den huisartfe verwijst. Als de schoolarts te-
gelijk practiseerend geneesheer is, gelooft hrj
dat de oplossing gevonden was. Een andere