Huis en Hof. Pluimvee-rubriek. I? 8? SEPTEMBER IN DEN GROENTENTUIN. Het 175-jarig Jubileum der N.V. DOUWE EGBERTS Tabaksfabrieken, Koffiebranderijen en Theehandel 0t EEN DER OUDE GELDKISTEN,WELKE DOORDE LEDEN DER COMPAGNIESCHAP DOUWE EGBERTS IN'T 6EGIM DER 19* EEUW VOOR. HET VERVOER VAN ZILVERGELD GEBRUIKT WERD HOCFDKANTOORen FABRlEK te JOURE r c r r FABRl E^TE UTRECHT FORTENVEILING. In het Fransche stadje Bergues zijn dezer dagen. twee forten uit vroeger dagen in het openbaar geveild: het fort Lapin is voor der- tigduizend francs, het fort Suisse voor slechts zesduizend francs aan d'en man gegaan. De beroemde vestingfoouwer Vauban had ze omstreeks 1670 aangelegd. Behalve maar- schalk en, militair ingenieur was Vauban, Seigneur de Prestre, ook nog een bekwaarn veldheer, die tijdens zijn carriere 53 steden met succes belegerde. Hij legde de versterkin- gen aan de Fransche grenzen aan, bouwde in het geheel drie en dertig places fortes" en restaureerde er driehonderd. Langen tijd sprak men van: „Een stad, die door Vauban wordt belegerd, is een verloren stad; een door Vauban versterkte stad, is een onneembare stad." Toen Vauban zich met de politiek ging be- moeien, viel hij bij Lodewijk XIV in ongenade. En zijn werk wordt thans bij afslag ver koeht DE ZONNIGE ZOMER. Engeland heeft dit jaar den zonnigsten zomer sedert 1911 gehad. Te Londen werden 702 zonneschijn-uren in de afgeloopen drie maanden opgeteekend tegen 460 in de overeenkomstige maanden van het vorige jaar. EEN NIEUWE POGING TOT EEN OCEAANVLITCHT MISLUKT. De vliegers Assolaut en Lefevre zouden Maandagmorgen te Bourget bij Parijs voor een vlucht over den Oceaan opstijgen. Het vliegtuig kon echter niet van den grond op- komen. EEN VLIEGONGELUK. Volgens ber:chten uit Marseille is er Zater- dagavond op het vliegveld van Istres een ma- rinevliegtuig gevallen, waarbij de bestuurder den. dood vond, terwijl de monteur met zware verwondingen in het ziekenhuis is opgenomen. EEN RAMP OP DE THEEMS. De Engelsche bladen vestigen dezer dagen de aandacht op den vijftigsten jaardag van een scheepsramp op de Theems, die gelukkig na- dien haar weerga niet meer gevonden heeft. In den avond van den 3en September 1878 voer de pleizierboot Princess Alice" van een tocht naar Sheerness naar Londen Bridge terug. Op de boot bevonden zich tusschen de 800 en 900 passagiers; het juiste aantal was niet bekend, daar tal van kinderen voor niets meevoeren. Omstreeks acht uur werd de boot tusschen de z.g. Gallions en Barking Reach, twee rak- ken in de rivier, door de ,,Bywell Castle", een ijzeren kolenschip geramd tengevolge van een misverstaan der signalen. De Princess Alice" zonk bijna onmiddellijk met alle passagiers, die in paniek naar de zijkanten renden. Slechts 130 menschen werden gered; meer dan 670 vonden den dood in het water. De schuld van de ramp werd geweten aan den kapitein van de „Princess Alice", die ech ter met zijn schip ten onder was gegaan. Een van de weinige nog levenden, die de ramp meemaakten, de heer John Everist, heeft thans de herinnering nog eens opgehaald. Hij was een jongen van tien jaar toen het onge- luh gebeurde. Zijn ouders kwamen om en hij werd met zijn broeders in een weeshuis ge- plaatst. Toen ex-keizerin Eughie van Frank- rijk het gesticht eens bezocht, heeft hij haar de toedracht van het gebeurde uitvoerig moe- ten vertellen. Enkele dagen na de ramp was er onder lei- ding van Koningin Victoria een fonds van 38.000 pond sterling voor de nagelaten betrek- kingen der slachtoffers bijeen gebracht. WOLVEN EN VELDMUIZEN. De boerenbevolking in het oosten van Polen, die bang is, dat zich in het begin van den win ter ,gelijk de laatste jaren in toenemende mate het geval geweest is, zich groote troepen wol- ven zullen vertoonen, heeft op verschillende plaatsen de regeering verzocht bij voorbaat maatregelen te nemen. In enkele districten aan de Russische grens ondervindt men op het oogenblik veel overlast van veldmuizen, die daar in ontzaglijke aan- tallen voorkomen. Alle middelen tot bestrij- ding van de plaag hebben tot dusver gefaald DE JONGE MAN DE AANLEIDING. Toen de „AUsonia" van de Cunard Line Za- terdag Southampton had verlaten, werd aan boord een jong meisje ontdekt, dat zich ergens in een hut had verstopt. Zij had met haar moe- der een jongen man weggebracht, die naar Canada vertrok. Bij het weggaan van het schip kon haar moeder haar weliswaar niet meer vinaen, doch ze meende dat zij reeds van boord was en ze haar in de volte was kwijt geraakt. Het meisje werd voor den kapitein gebracht, die vroeg, dat de reizigster op de sleepboot, die het schip vooruitvoer, zou worden overge- bracht. Het meisje verklaarde, dat een plot- selinge impuls haar in Southampton had doen besluiten aan boord te blijven. Ze gaf echter toe, dat de jonge man met wien ze zeer be- vriend was, wel de aanleiding tot haar besluit kon zgn. ONTPLOFFING IN EEN CHEMISCHE FARRIER. Bij een brand in een chemische fabriek te Gent werden Dinsdag groote hoeveelheden che mische producten vemietigd, Een benzine- reservoir ontplofte. De stukken vlogen 30 M. ver weg. Verscheidene arbeiders werden gewond. ZEVEN PERSONEN MET EEN POST- VLIEGTUIG DOODGEVALLEN. Een vliegtuig van den luchtpostdienst is nabij Pooatello (IdahoJ omlaag gestort. Zeven personen werden daarbij gedood, waaronder een vrouw en twee kinderen. De machine stond op het punt te landen, toen het met den neus op den grond stortte uit een hoogte van tien meters. Wij zijn nu in den oogsttijd en langzamer- hand treffen we voorbereidingen voor de win- terprovisie. De inmaakpotten en de week-* glazen staan in het teeken der voile belang- stelling. Het steriliseeren in glas heeft de ouderwetsche methode van inzouten wel ge- deeltelrjk verdrongen, doch in menig groot ge- zin heeft de bekende boonenpot zich weten te handhaven. De aanschaffingskosten van het materiaal om te steriliseeren is min of meer kostbaar en bovendien eischt het steriliseeren meer zorg. Van al de groenten voor winter- provisie nemen de snij- en slaboonen wel de grootste plaats in. De snijboonen zooals de „Vroege Veensche" en „Slagwaard" moeten zoo vroeg worden ge- plukt, dat de boonen, die in de peul zitten, niet te zien zijn, evenwel zoodanig, dat ze in leng- te en breedte volgroeid zijn, zonder dat ze dik worden. Op het platteland treft men nog veel „Pronkboonen" aan, die krachtiger in ontwikkeling zijn en beter bestand zijn tegen allerlei ziekten. Ze zijn voor het inmaken niet zoo fijn als de hierboven aangehaalde soorten en moeten in elk geval zeer jong worden ge- plukt. Zaadwinning der boonen. De zaadwinning der boonen is buitengewoon gemakkelijk en eenvoudig en ondanks dit alles ervaren we ge- regeld hoe hiertegen gezondigd wordt. De fou- ten beginnen reeds in den regel bij het pluk- ken der eerste groene boonen. De eerste pluk groene boonen is een gebeurtenis van belang, vooral als we eerder zijn dan buurman. Zoo vroeg mogelijk worden daarom alle planten grondig ge'inspecteerd, daar er anders nog niet voldoende te plukken valt. Dit is nu nog niet zoo heel erg, doch wat er verder plaats heeft is een ernstige fout. Voor het dagelijksche ge- bruik wordt er verder geplukt van alle planten, zonder dat er ook maar in het minst rekening mee wordt gehouden met de zaadwinning. Aan deze of genen stam blijven eenige peulen zitten, omdat ze reeds te geel geworden zijn en deze worden dan aangewezen om als pootboonen dienst te doen. Dit systeem heeft dus tot ge- volg, dat er voor direct gebruik eerst de mooi- sten en besten worden geplukt en dat veelal de minderwaardige boonen voor pootboonen dienen. Grooter fout is moeilijk te maken. Vooral indien zooals dit jaar de stand der boo nen toch al slecht is, wreekt zich dit dubbel. De meest aanbevelingswaardige methode is om eenige stokken en stammen uitsluitend voor pootboonen te bestemmen. Van deze stokken en stammen plukken we hoogstens al- leen de kleinere en onvolmaakte peulen af. Dit is de zekere weg om het volgend jaar te be ginnen met prima pootboonen, welke bij be- hoorlijke verzorging in staat zijn een maximum opbrengst te geven. Waarom zouden we bij aardappelen en granen etc. wel selectie toe- passen en bij boonen niet. In het algemeen kunnen we met minder pootboonen (aantal) volstaan, doch nog zeer velen gebruiken helaas als pootboonen nog ieder jaar de overgescho- ten minderwaardige boonen. Voor hen die zonder glas tuinieren is de tijd van zaaien en planten nagenoeg geheel voor- bij. In hoofdzaak bepalen de werkzaamheden zich tot het onderhouden van wat zich nog op den akker bevindt en het wegruimen van het- geen zijn opbrengst reeds heeft gegeven. De hierdoor ontstane plekjes kunnen nu nog wor den benut voor het zaaien van herfstknolletjes. Hiervoor nemen we bij voorkeur de ronde gele Herfstgoudbal en zaaien breedwerpig 10 gram per vierkante meter. Toevoeging van 1 K.G. patentkali zal in de meeste gevallen gewenscht zijn. Het zaad na het zaaien met een hark heel licht inwerken. Voor het uitzaaien van andere groentensoorten wordt de tijd te kort. Bij gunstige omstandigheden wil de teelt nog wel eens gelukken, doch heel vaak brengt het niets dan teleurstelling. Achterlijke groenteplanten kunnen we door gieren nog wat vooruit helpen. Geef echter niet al te veel van het goede ineens, doch her- haal dit eenige malen met wat dunnen gier. Op deze wijze kunnen de planten er het meeste profijt van trekken en bereiken we dus ook het meeste nut van deze bewerking. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door de abonnd's worden ge- zonden aan Dr. Te Hennepe, Diergaar- desingel 96c te Rotterdam. Postzegel van 7% cent voor antwoord insluiten en uitdrukkelrjk blad vermelden. DE VERLAMMING VAN JONGE HENNEN. I. In den laatsten tijd ontvang ik veel zieke kippen met verlammingsverschijnselen en brie- ven waarvan ik uit enkele een en ander over- neem, waardoor de lezers waarschijnlijk de ziekte wel min of meer herkennen kunnen. Bijv. de volgende: ,,Vorig jaar en nu dit jaar weer heerscht de ziekte. De Wit Leghorns geboren het laatst van Maart groeien snel en nu ze vier maanden zijn komt de misbre weer. Ze loopen een paar dagen mank en springen met beide pooten tegelrjk. Daarna liggen ze op den grond met een been vooruit en een naar achteren en ten- slotte gaan ze dood. Ze loopen los in het wei- land. Met de overjarige is het hetzelfde geval geweest. Van de zeventig zijn er maar twintig over en de rest is aan dezelfde verschijnselen dood gegaan. De hokken en het voer zijn goed in orde en toch is het een en al misere." Een tweede schrijft: „Er zijn er al ver- scheidenen dood gegaan. Ze beginnen met te waggelen op haar pooten en haar vleugels te laten hangen en dan met verloop van een dag kunnen ze heel niet meer loopen en liggen ze eenige dagen te gapen eer zij dood gaan." Een derde: „De ziekte verschijnselen zijn niets dan het lam worden in de pooten en eten blijven ze goed doen tot ze bijna dood zijn." Een vierde: Eerst ziet men dat de hennen beginnen te gapen, na een dag of twee loopen ze kreupel en spoedig blijven ze liggen om dan na eenigen tijd te sterven. Deze ziekte komt hier bij verschillende koppels voor, bij de eene erger dan bij de andere. Ten slotte„Ik zend eenige zieke kippen uit een koppel van 40 stuks waarvan reeds meer- dere exemplaren zijn gestorven, onder ver schijnselen van: gapen, vermageren, verlam- ming." Met deze treurige bloemlezing zijn we dus al direct tamelijk goed op de hoogte van deze eigenaardige hoogst schadelijke ziekte, waar van we tot onzen spijt nog maar weinig weten. Ik zelf zoek al jaren lang naar een oorzaak maar heb deze al evenmin als andere onder- zoekers aan kunnen toonen. Men staat in elk opzicht voor raadselen. De eerste vraag is di rect of de ziekte besmettelijk is, en hoewel geen smetstof aangetoond is, doet toch de ziekte in haar optreden zeer veel aan een be- smettelijke ziekte denken. Ik heb in den begin- ne toen mijn aandacht voor het eerst op deze ziekte viel, verscheidene proeven genomen om de ziekte op gezonde proefkippen over te bren- gen, doch ik moet zeggen, dat het mij niet ge- lukt is. Van alles heb ik geprobeerd en de proefkippen ingespoten en gevoerd met de or- ganen, het bloed, zenuwen, hersenen enz. van zieke of gestorven kippen. Het is me echter in geen enkel geval gelukt een proefkip ziek te maken en toch Laat mij nu even meer stelselmatig de ziekte hespreken. In de laatste jaren is de ziekte in verschillende landen der wereld opgemerkt o.a. Duitschland, Belgie, Amerika. Eerst liet zij zich betrekkelijk onschuldig aanzien maar thans blijkt, dat zij zich meer en meer uitbreidt en een zeer groote schade veroorzaakt. In Amerika beschouwt men haar thans als een der emstigste ziekten van jonge hennen en oudere hennen. Zij treft ongeveer tusschen den leeftijd van vier tot veertien maanden de die- ren. dus in den tijd dat de dieren de hoogste waarde vertegenwoordigen. Niets is ellendi- ger dan dat men de kuikens na heel veel moeite en zorgen door de eerste maanden heen gekregen heeft en ze thans groot ziet als mooie jonge hennen, om dan te merken op een kwaden dag, dat er een ziekte optreedt waar- j aan een groot deel te gronde gaat en waaraan men niets doen kan. Reeds in 1878 heeft men de ziekte in Ame- rika in het geboorteland der Rhode Island Reds opgemerkt en van omstreeks den tiju van onge- veer 1900 herinner ik me nog heel goed, dat er in de kliniek der Veeartsenijschool veel 1am- me kippen gebracht werden waarvan de oor zaak dan aan schimmelig voer toegeschreven werd. Vanaf 1914 dadeert het stelselmatig onder- zoek dezer ziekte in Amerika. Men bracht haar toen in verband met wormen of coccidien in den darm, omdat men bij zieke kippen der- gelijke parasieten vaak vond en omdat bekend is, dat wormen of coccidien in den darm tot zenuwverschgnselen aanleiding geven. Toch is mijn meening, dat de typische verlamming der jonge hennen niet door deze parasieten ver oorzaakt wordt. Meerdere onderzoekers en ik zelf ook hebben bij talrijke zieke kippen nauwkeurig het darm- kanaal op parasieten onderzocht, doch nooit wormen gevonden. Verschijnselen. In het kort kan men deze samenvatten onder het volgende: Jonge kippen of hanen, tegen dat ze volwas- sen worden, verliezen het gebruik van him bee- nen, blijven liggen met goede eetlust, doch sterven tenslotte. Bekijken we de verschijn selen meer nauwkeurig dan zien we het vol gende. De jonge dieren zijn vaak totdat ze rijp wor den zeer voorspoedig opgegroeid. Op zekeren dag ziet men ze veel gapen of een abnormale, onzekere gang vertoonen. Men merke dus op, dat deze ziekte met de z.g. beenzwakte der kuikens niets te maken heeft. Deze laatste ziekte treedt op bij kuikens van eenige weken oud en is niets dan een verschijnsel van Engel sche ziekte, die weer te genezen is door vita- mine-rijk voedsel. Ook bij coccidiosis, longont- steking, diarrhe enz. treedt bij pluimvee gauw beenzwakte op en over het algemeen vertoont pluimvee als het ziek is, veel beenzwakte. Beenzwakte is dus bij kippen een algemeen kwaaltje net als hoofdpijn bij menschen en is meestal ook even onschuldig. Voortzetting in het volgende artikel. Dr. TE HENNEPE. ywy -warn* JACOB DOUWES DE JONG (1179-1850) EEN DER ZE& ZONEN VAN OOUWE EGBERTS Een zaken-jubileum biedt in den regel den lezer niet zooveel interessants, dat hij met be- langstelling een beschrijving van eenige kolom- men hiervan zal ,,verwerken" en zeker niet, indien 't een firma betreft, die een weinig be kend artikel fabriceert. Maar als U, Mevrouw, een kopje D-E thee drinkt, of een geurig kopje D-E Aroma-Koffie schenkt, onderwijl Mijnheer zijn gedachten concentreert op de kringelende rookwolkjes van D-E Heeren-Baai waarmee hij te voren zfln kostbare meerschuim of BruySre stopte, dUn ongetwijfeld zal het U interesseeren, te weten, hoe voor 175 jaren de grond gelegd werd voor't thans zoo omvangrijke bedrijf der N. V. Douwe Egberts, welk feit op 7 en 8 Sep tember a.s. met het personeel van Joure UtrechtAmsterdam en Den Haag feestelijk herdacht zal worden. Och, het was zo6 heel eenvoudig en heel ge- woon. Een jonge man uit't dorpje Idsken- huizen huwde in 1753 en begon te Joure een kruidenierswinkel, waarin hoofdzaak waren, de drie voorname verbruiksartikelen Tabak - Koffie - Thee. Hij heette Egbert Douwes Egbert, zoon van Douwe, beide Friesche voor- namen). Dit op zichzelf is volstrekt niet interessant, noch belangrijk, maar wel interessant is het, U v66r te stellen, wat oogen deze stamhouder op zou zetten, als hij nu eens kon zien, wat er van zijn bescheiden winkeltje geworden is en wel zeer belangrijk is het, dat de bescheiden dorpswinkelnering uitdijde tot een der grootste zaken van ons land. En natuurlijk verbazen wij ons met hem. We laten in onze gedachten die bijna twee eeuwen voorbij gaan en dan wordt het ons duidelijk. hoe hier practisch inzicht, breede blik en koop- mansschap ononderbroken al die jaren samen- werkten om tot deze uitkomsten te komen. Immers, heel veel dergelijke zaken zijn even- zeer in dien zelfden lang vervlogen tijd begon- nen, waarin natuurlijk ook de kiem voor groei en bloei heeft gelegen, want die is in den be- ginne overal aanwezig. Het was nu maar de kwestie, wie de verzorging op zich nam en wie die later voortzetten. Z66 is het ons en U nu duidelijk en dat is het interessante, omdat het zoo zeldzaam is dat hier een heele reeks mannen van toen tot nu, steeds op eenzelfde en blijkbaar gezonde basis hebben gearbeid, waardoor de kiem zich kon ontwikkelen om tot vollen bloei te komen. En het bijzondere daarbij is dan nog, dat de beheerders der Firma Douwe Egberts elkan- der in 6 geslachten van Vader op Zoon op- volgden. Hoe die nu verder wel alien heetten, hoe de firmanaam lange jaren Weduwe Douwe Eg- bertszoon luidde, omdat een Moeder eenigen tijd voor haar nog te jonge zoons de zaken moest leiden; hoe er niet steeds een Douwe of Egbert de zaken voortzette, omdat allicht een der andere zoons meer geschiktheid en lust toonde; hoe de familie in den Napoleontischen tijd den geslachtsnaam ,,De Jong" aannam en dat de vennootschap nu Douwe Egberts heet, hoewel de Directeuren, vader en zoon, de Hee- ren C. J. de Jong en Joh. H. de Jong zijn, dat alles doet weinig ter zake meenen we. Maar wbl mag hier vermeld worden, dat bij het beheer steeds het oog gevestigd is geweest op ddzen grondregel: „Neem in het bedrijf altijd en zoo spoedig mogelijk het beste wat de techniek heeft aan te bieden en verwerk de beste grondstoffen op de vlugste, meest juiste en minst kostbare wijze, opdat ook het beste kan worden aangeboden tegen de matigste prijzen. ~jCV Zoo is de eenvoudige dorpswinkelzaak in den loop der jaren geworden tot het groote bedrijf, waarvan ge U 't best een voorstelling zoudt kunnen maken, indien ge het groote gebouwen- complex te Joure en te Utrecht want ook daar is de laatste jaren een deel van het be drijf gevestigd eens kondt zien. Mogen we U even rondleiden? U ziet daar, om te beginnen, het ketelhuis, de beide stoommachines en dynamo's die de electrische stroom moeten opwekken om de tallooze werktuigen de noodige electrische energie toe te voeren, waarbij het schakelbord voor de juiste verdeeling zorg draagt. In de tabakskerverij gaan snel de groote zware en vlijmscherpe messen op en neer, om de van te voren naar eisch gesorteerde, geme- leerde en aangevochte tabaksbladen te snijden in fijne, middel of grove snede. Ziet U hoe een jacobsladder de massa al maar opvoert en uit- stort in dien grooten rondwentelenden door stoom verhitten trommel? Daarin wordt de tabak op den vereischten vochtigheidsgraad of droogtegraad, zoo ge wilt gebracht. Verderop ziet ge w6er jacobsladders, die de naar eisch gedroogde Heerenbaai aan ons ge- zicht onttrekken. Ze wordt nu naar de pak- ketteer-afdeeling boven gevoerd, waar gecom- pliceerde machines met behulp van rappe meisjeshanden het geurig kruid in de bekende keurige ,,pakjes" zullen steken. Wat een wonderen van vernuft, die pakket- teermachines. De rappe, ervaren meisjeshan den, hebben enkel te zorgen voor het afwegen en verder gaat alles vanzelf. Ziet U daar, hoe de tabak door het papier wordt omvat? Hoe het pakje aan de einden toegevouwen wordt, de door den fiscus geeischte belastingstrook of banderolle er omgeplakt en de einden met een etiket worden gesloten Alles schuift en glijdt en draait en wentelt. Er wordt gelijmd, ge- j vouwen, geplakt, alles door die wondermachi- nes! Zeker, het is ze6r interessant, en elk j zoo'n ,,metalen mensch in tienvoud" doet zijn j werk prima, onberispelijk, en levert per dag 15.000 a 20.000 pakjes ,'t zij van V2 ons, een ons of wel een halfpond. Een nulletje teveel j meent U? Volstrekt niet: vijftien tot twintig- duizend pakjes elk! Na deze vluchtige bezichtiging van de tabak- afdeeling worden wij naar de koffie-afdeeling geleid. 't Is hier warm, vooral dicht bij de branders. In deze al maar rondwentelende trommels, waaronder een knap vuurtje gestookt wordt, zijn de blanke boonen uit de bovenliggende sorteer-afdeeling gestort: 100 K.G. in ieder en worden tot 180 a 190 graden Celsius verhit. Na ongeveer een kwartier aan die hitte te zijn blootgesteld, gaan de schuiven open en de ge- brande partijen stroomen uit in groote vaste platte kuipen, eigenlijk zeven, want de bodem laat lucht door. En nu worden door middel van roertoestellen de bruine massa's al maar over en door elkaar gedreven, onderwijl zeer krachtige exhausters door den bodem der zeef voortdurend lucht zuigen om de boonen spoe dig af te koelen en verder doorbranden te voor komen. Want ook hier geldt: „de juiste maat". DaUrin en in de keuze der goede soor ten schuilt, evenals bij de tabak en ook vooral bij de thee waarover aanstonds nog een woordje de kwaliteit! Nu meent U is de koffie voor gebruik gereed? Tot zekere hoogte jd, maar als U ze z66 thuis kreeg, zou U stellig niet tevreden zijn en geen geregelde gebruikster blijven, want er schuilen nog steentjes en stofjes in de massa, die vodr de verpakking nog eerst zorg- vuldig verwijderd dienen te worden. Het zuiveringssysteem berust op verschil in zwaarte: Het stof is lichter en de steentjes zijn zwaarder dan de boonen. De massa wordt gevoerd in een grooten trechter, waaruit een niet te dikke en te krachtige „straal" naar buiten valt. Direct zuigt een zwakke exhaus ter de stof weg, doch de zwaardere boonen en steentjes gaan door. Maar even lager haalt een krachtiger zuiger de boonen weg en laat de zwaardere steentjes vrij. Z66 is de zuive- ring geschied. Eenvoudig Zeker, maar het bedienend personeel heeft al weer goed te let- ten op zuiver stellen van de apparaten. lets te sterke zuiging zou met het stof ook de licht- ste boonen meevoeren en met de koffie ook de lichtste steentjes, terwijl de zwakke zuiging stof zou laten tusschen de boonen en boonen tusschen de steentjes. Nu kan de verpakking beginnen, die bijna geheel automatisch op zeer ingenieuze wijze geschiedt. Zoo komen duizenden pondjes dage- lijks, zoowel in de branderij te Joure als te Utrecht ter aflevering gereed. Tenslotte vragen we nu nog even Uwe aan dacht voor de afdeeling thee, die wel z66r bij zondere zorg eischt, omdat juist door het men- gen der soorten de gewenschte ,,smaak" gevon den wordt, Het is n.l. een kwestie van fijn proeven, om een melange samen te stellen, die de meest verwende tongen ten voile bevredigt. Dat is dus 'n „fabrieksgeheim", evengoed en nog meer haast dan het meleeren van tabak en koffie. Als de soortverhouding gereed is, wordt daarvan ineens ongev. 800 pond gestort in die groote meleertrommel, die U daar ziet. Groote schepraderen slingeren de massa al maar z66 dooreen, dat tenslotte in elke hoeveelheid die men er uit zou nemen, al de soorten in de aan- gegeven verhouding voorkomen, m.a.w. de me lange is gereed. Daar U weet, dat er vele kwaliteiten in den handel gebracht worden, be- grijpt U meteen, met welk een uitgebreide zorg en uiterste nauwkeurigheid ook hier ge- werkt moet worden. En altijd maar weer wordt in de monsterkamer van tabak, koffie en thee gezocht naar iets beters. We zullen nu verder zuiveraars, exhausters, automatische afweegapparaten etc. onbespro- ken laten. U begrijpt, dat die ook hier een woordje meespreken en met behulp waarvam weer tal van meisjeshanden een keurig ver- pakt artikel afleveren. Zoo hebt U een blik geworpen in het groot- bedrijf van Douwe Egberts (D-E), dat zich nog voortdurend uitbreidt. Bij het heengaan loo pen we nog even door de ruime kantoor-afdee- ling met telefooncentrale, verkoop-, boekhoud-, reclame-afdeelingen enz. en in de verschillende bergplaatsen verbaast U zich over de aanzien- lijke voorraden tabak, koffie en thee, die, op hun beurt voor de consumptie gereed gemaakt, over heel ons land gedistribueerd worden. U stelt er natuurlijk geen belang in, te we ten, uit welke streek onzer vijf werelddeelen de vele soorten tabak, koffie en thee zijn ge- komen en evenmin of de directeuren ze aan de Beurs te Amsterdam, Londen of New-York kochten, of direct ter plaatse waar ze geoogst werden. Voorts is het U onverschillig of die soort zus en die z66 heet, het komt er voor U maar op aan, dat U de beschikking heeft over een artikel, dat volkomen aan Uw smaak en hooge eischen beantwoordt: een geurige kop thee of koffie en een fijne pijp tabak. U kan gezien den loop der geschiedenis van „Douwe Egberts" volkomen vertrou- wen, dat deze U steeds zal weten te leveren wat U begeert. H K tt

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1928 | | pagina 7