V A SI A. VERLANGEN. luipaarden. EEN NEDERLANDER TE BRUSSEL DOOR GASVERSTIREING OM HET LEVEN GEKOMEN. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. Gebrek aan eetlust De zonneschijf zinkt achter 't palmenwoud; Op Sjiraz' rozen gloeit het avondgoud. Het dartel windje kwijnt allengs en zijgt In sluimring op de bloemen neer en zwijgt. De laatste toon der veldfluit trilt in 't dal; De herder drijft zijn kudde naar den stal. Het duister valt; nu rpst aan 's hemels boog Met zachten glans de zilvren maan omhoog. Een jonge krijgsman draaft door 't donker [bosch En spoort met hand en stem zijn vurig ros. Een smeitend lied ruischt eensklaps door de [blaan En doet het hart des jonglings sneller slaan. Hp hoort den wonderzoeten zang der min En houdt geroerd zijn vluggen klepper in. Steeds schooner, voller slaat* de nachtegaal, Verscholen in zijn dichte looverzaal. Hrj zingt van rozengeur en sterrenpracht, Van jeugd en liefde in den stillen nacht. Thans ijlt de jongling voort en fluistert zacht: ,,Zing. lieve vogel, zing; Zoeleika wacht." F. VAN DIXHOORN. drie alpinisten door een hevigen storm over- vallen. Een hunner zonk in de sneeuw neer en overleed spoedig daarop. De beide anderen hebben een Alpenhut kunnen bereiken hun toestand is uiterst emstig. ook DE GROOTSTE COKESOVEN VAN DE WEREED. Op het Nordsternbedrijf van de Vereinig- te Stahlwerke A.G. bp Gelsenkirchen is de grootste cokesoven van de wereld, die vol- gens een nieuw patent werd gebouwd, in be- drijf genomen. De oven is zes meter hoog. Zijn dagelijksche productie bedraagt gemid- deld ongeveer 30 ton. De tot nu toe bestaan- de grootste cokesoven was 4.50 meter hoog en bad een productie van 15 ton per dag. DE JACHT OP KROKODILLEN. De grootste vijand van den mensch op Bor neo is wel de krokodil; honderden personen vallen jaarlijks als slachtoffers dezer lugubere dieren. Daarom dient er eens een flinke oprui- ming onder hen gehouden te worden, meent de Borneo Post. Dit kan gebeuren, daar zoowel in Europa als Amerika groote vraag is naar krokodillcnicer, waarvan men tasschen, koffers etc. vervaai- d'igt. Enkele jagers, o.a. de heer Johler d'or, die in 14 dagen tijd 118 krokodillen schoot, leggen zich op deze jacht toe, zp hopen er een bestaan in te vinden en doen tevens een voor dit land nuttig werk. Eigenljjk behoorden de jagers van het gou- vernement een premie te ontvangen voor elken door hen gedooden krokodil-dit vragen zij evenwel niet; hetgeen ons evenwel wenschelijk voorkomt is, dat het gouvernement deze jacht aanmoedigt door b.v. geen uitvoerrecht op kro- bodillenhuiden te heffen, althans een germg recht en niet zooals het nu doet, n.l. door idioot hooge uitvoerrechten den export van huiden onmogelijk te maken en d'aarmede... de menschen verslindende krokodillen, die op sommige plaatsen een wanhopige plaag voor de bevolking zijn, in bescherming neemt. De plaatselijke handelswaarde van een on- geprepareerde krokodillenhuid varieert van f 7.50 tot f 15, al naar gelang van de grootte en onbeschadigdheid. Een krokodillenvel weegt 15 tot 20 E.G. Nemen wij als gemiddelde een gewicht van 16 K.G. aan, dan taxeert de douane de onge veer 10 tot f 12.50 plaatselijke handelswaar de op eene export-waarde van vier honderd, daar zij ongeprepareerd'e krokodillenhuid op 25 gulden per E.G. taxeert en over deze fancy- taxatie rechten eischt. Inderdaad een afdoende „dierenbeschermmg zeer ten nadeele van de bevolking. TROUWLUSTIGE BEDRIEGER. Het is een pijnlijke geschiedenis, die haar eenige dagen geleden bestolen. Bij haar afwe- zigheid drong een dief haar kamer binnen en stal een aantal s'ieraden, benevens een groote som buitenlandsch geld. De geheele schade wordt op 60 duizend mark geschat. HET BEDELAARS-BAANTJE. Men heeft den New Yorker vaak als hard- vochtig beschouwd, omdat hij geheel in zijn zaken opgaat en hierin geen consideratie ge- bruikt. Men doet evenwel verkeerd', aan te ne men, dat deze karaktereigenschappen ook do- mineeren in het particuliere leven. Hierin is de man van New York weekhar- tig, goedgeloovig en vrijgevig als nauwelijks een ander. Bewijs: nergens bloeit het vak van bedelaar zoo weelderig als in New York, ze's niet in Madrid of Napels. Ondanks ontelbare weldadigheidsinrichtin- gen, doet de politie niets om het bedelen te voorkomen, daar het tegengaan van de bede- larij wordt beschouwd als het inbreuk maken op de persoonlijke vrijheid van den Amerikaan. Zoo breidt zich het gilde der bedelaars hoe 1 anger hoe meer uit, en menigeen, die door den nood gedwongen ging bedelen, zoekt geen ander werk, omdat het baantje van bedelaar meer opbrengt dan een ander. Underwood', de leider van het Leger des Heils, heeft daar aardige dingen van verteld. Hij zelf heeft eens een uur gebedeld. Hij ging op een namiddag, op den hoek van een druk- bezochte straat staan en hield een vieze muts in de hand, terwijl hij onafgebroken mompel- de: „Geef mij iets voor een kop koffie". Na een uur had hij reeds meer dan drie en een halve dollar (ongeveer 9 gulden), waarmede men ook in New York goed kan rondkomen. Intusschen verzekerde de heer Underwood, dat hij zeker geen al te goede plants had gehad, en dat hij „technisch" blijkbaar nog niet de kunst heeft verstaan, medelpden op te wek- ken, want een goed bedelaar brengt het per dag tot minstens 30 dollars. Het bedelen, dat het meeste opbrengt ge- schiedt niet op de straat, maar in de onder- grondspoorwagens. Wanneer deze wagens met te vol zijn dus in de vroege namidd'aguren verschijnen echte en onechte kreupelen in de wagens en beginnen hun oogst binnen te halen. Als bijzonder vrijgevig worden hier de jonge verliefde paar'cjes beschouwd. De jonge man wil voor zijn vrienden toonen hoe edelmoedig hij is en geeft gewoonlijk meer dan hij eigen- Ijjk kan missen. Underwood had gelegenheid meters daarachter. Automobilisten, die ook den Fernpass overkwamen, en een aantal ar- beiders, die telefonisch door het douanekan- toor, dat daar vlak bij gelegen is, waren op- geroepen, hielpen daarop om den auto, toen de grootste kracht van het water voorbij was, te bevrijden. De wagen had door het gesteen- te alleen uiterlijke schade gekregen, terwijl ook een deel van de bagage, welke niet meer kon worden bevrijd, schade kreeg. Eenzelfde ongeluk overkwam de postauto aan de andere zijde van den berg bij Plan See. Ook hlerbij kwamen geen persoonlijke ongelukken voor. De pas was verder den ge- heelen dag voor autoverkeer gesloten, ter wijl de wagen van den heer van Wermesker- ken naar Partenkirchen moest worden te- ruggesleept. Ware de wagen enkele minuten later gekomen, toen de steenval een veel groo- ter omvang kreeg, dan ware hij met zijn fa- milie zeker meegesleurd in den afgrond, van de rivier Loisach, die ernaast stroomt. Een aantal arbeiders zijn bezig om den pas weer voor het verkeer vrij te maken. Men kent het verhaal van den man, tegen wien, toen hij bij een buurman kwam, plotse- iing diens hond blaffend opsprong. Toen de eigenaar van den hond het angstige gezicht van de aangevallene zag, zei hij koelbloedig: ,,Maar weet u dan niet, dat blaffende honden niet bij ten?" „Ja, dat weet ik wel", antwoord- de de aangevallene, „maar weet de hond het?" Aan deze vermoedelijk op fantasie berusten- de geschiedenis herinnert de gebeurtenis, die dezer dagen door een sergeant van de politie te Chicago is meegemaakt. Een der vele mil- lionairs in die plaats, de heer Wentworth, had het in zijn hoofd gekregen om als herinnering aan een reis door Afrika, twee jonge - oogenschijnlijk niet wilde luipaarden naar huis mee te brengen. Maar het duurde niet lang, of het regende klachten van buurlui, siagersjongens, bakkersknechts, enz., die door de luipaardjes stukgebeten broeken en beenen hadden opgeloopen. De politie hoorde er van en een lid van het corps werd naar den heer Wentworth gestuurd, om eens naar het gedrc.g der lieve dieren te informeeren. De heer Wenthworth ontving zijn bezoeker allerhoffe- lijkst, geleidde hem naar zijn ontvangkamer. waar' de twee onschuldige beestjes als groote katten rustig op een kussen lagen. Hij zeide in zulk een ondergrondsche spoorwagen een bezoeker dat hij ze rustig kon aaien, ze aardige karakteristieke scene bij te wonen. daden niets>' ze waren heusch ongevaarlijk, Een gebrekkige oude man met het „verplich- maar de poiitieman vond, dat aaien van luip- te" gnjze haar kwam in den wagen en wan- aarden niet zjjn ambtsbezigheden behoorde delde bedelend door de doorgang. Daar sprong Vf.rkiaa.rde het liever niet te doen. Daarop een flinke jonge man van de bank en wierp j zette"de luipaarden-liefhebber hem in een fau- T l1, imnvnoVifin Hot DVPf naspei heeft gehad voor de Parijsche recht- bank. Eerste getuige, immers slachtoffer, was een knappe brunette van 24 jaar, Mariat Tra- niet, door haar vriendinnen „Marinette" bij- genaamd en typiste van beroep, Marinette kwam een paar jaar geleden naar Parijs en vond er een werkkring. Toen zij, op Pinkster- maandag 1926, in de Tuilerieen-tuinen wan- delde. maakte zij daar kennis met een knappen jongen, die zich voorstelde als dr. Rene Per- rin, arts, haar sprak over plannen om zich in de provincie te vestigen en zulk een goedsn indruk maakte, dat toen hij bij een volgende ontmoeting vroeg zjjn vrouw te worden, zij toestemde. Marinette werd aan den vader van I den jongen dokter voorgesteld, en deze onder- j steund'e ijverig de... leugens van zijn zoon, want niet alleen had deze nooit gestudeerd, maar hij was zelfs reeds getrouwd en had zijn vrouw eenvoudig verlaten. Drie dagen daarop ga Marinette haar verloofde 5 duizend francs hij was slecht bij kas tot het voorberei- den van het huwelijk. Perrin kocht nu twee trouwringen en nam zpn meisje mee naar een dorp ergens aan de Loire. Perrin zocht daar den pastoor op en een halve dollar in de pet van den bedelaar en riep„Hier oude man, zorg maar dat je een goeden dag maakt!" Daar niets aantrekkelij- ker werkt dan weldoen, had de grijsaard een goeden oogst minstens 10 dollar verdiende hij op den korten afstand. Zulke trues zijn er bij duizend. Eunstlede- maten, die op gezonde ledematen worden ge- snoerd, beschilderde vreeselijk uitziende won- den, ontzettend steunen, dat als het laatste ge- luid van een van honger stervende klinkt. Al deze trues worden door de New Yorker bede laars aangewend. De Amerikaan heeft geen tijd te onderzoeken, of de ellende van den be delaar werkelijk echt is. Hij geeft en weet te- gelijk, dat het beter is vijf maal te veel, dan eenmaal te weinig te geven. DRIE MILITAIRE VLIEGERS OMGEEOMEN. 4 Twee militaire vliegtuigen zijn Vrijdag bo- ven Digby in Lincolnshire in botsing gekomen waarbjj drie militaire vliegers het leven ver- loren. Dit ongeluk brengt het aantal gedoode mi litaire vliegers voor dit jaar op 56. In 1927 werden er 55 gedood en in 1926 niet minder dan 85. IN INDIE IS ALLES MOGELIJE. Als historisch vertelt de Eoerier: 't Is waar gebeurd, dat een groep Ameri- kaansche toeristen in Weltevreden veel belang- stelling toonde voor een klapperboom op het erf van een winkelier, en nog nooit het pluk- ken van klappers had' gezien. Natuurlijk was de zakenman bereid eene aanschouwelijke voorstelling te geven. Vlug de I kebon den boom ingezonden en in minimum j van tijd lagen de klappers op den grond. 1 Maar alles heeft z'n grenzen. Zoo'n klapper- plukkerjj is wel aardig om er de aandacht op 1 te vestigen en den klanten een genoegen te doen, maar de boom kan niet zorgen telkens als er eene boot komt, vruchten te hebben. Een goed zakenman zit echter nooit met de handen in het haar, en dus werden voor het toeristenbezoek maar wat losse klappers in den kruin van den boom gehangen, totdat een toe- rist, professor in de botanie, moest constatee- ren, dat aan eenzelfden boom twee verschillen- de soorten vruchten voorkwamen. O, zei de koopman, dat kan best zijn „In Indie is alles mogelijk." DE ADAT. Voor een controleur bjj de primitieve Dajaks der Tidoengsche landen ten Noorden van Boeloengan, grenzend aan Britsch-Noord-Bor- neo werd een zeer eigenaardige zaak ter berechting gebracht, meldt het Soer. Hbld. Een Dajakjongen van Sentaban was door het breken van een tak, uit een vruchtboom Perrin er Marinette van, dat hij de huwelijks- formaliteiten tot het uiterste had beperkt, en het meisje meende nu inderdaad, getrouwd te zvjn. Voor de wittebroodsweken gaf Marinette r „man" nog eens tienduizend francs, de rest van haar spaarpenningen. Zij brachten een van dien tak een pop gesneden en men bracht die voor een controleur met het emstig ge- meend verzoek, deze pop te bestraffen, opdat 1 aan hun adat, de wraak, zou zijn voldaan en zyn. Voor de wxttebro^weKen gai ~u ledene'rust zou krijgen. Den Mai werd bezoek aan Marinette's moeder, op wie de jonge „d'okter" een uitstekenden indruk maak te. En daar er geen dokter in het dorp was, fungeerde Perrin eenige keeren als arts en verklaarde zelfs, zich waarsehijnlijk daar te zullen komen vestigen. Bij hun terugkeer te Parys wachtte Mari nette nu een onaangename verrassing. Perrin's echte vrouw kwam in het huis van den ouden Perrin een scene maken, en ofschoon vader en zoon haar bij Marinette als gek deden door- gaan, waren Marinette's oogen reeds openge- gaam Zij verlangde van den oplichter haar vijf- tienduizend francs terug, waarop vader en zoon haar de deur uitwierpen. Een aanklacht volgde en de „dokter" en zijn vader hebben thans terechtgestaan. De „dokter" verd'edigde zich met te zeggen, dat hij Marinette niets van zijn andere vrouw gezegd had omdat zij daarnaar niet had gevraagd. Beide beklaagden zijn tot drie maanden gevangenisstraf, de zoon to; terugbetaling der vijf tienduizend francs veroordeeld. If, een hotel te Brussel is een Nederlander, genaamd J. P., oud 52 jaar, door gasverstik- ging om het leven gekomen. Een onderzoek wordt ingesteld. EEN HOTELRAT. Een Engelsohe die met haar zoon in een hotel te Munchen haar intrek genomen had, is De pop werd uit de gevangenis, waar zij pre- ventief was gezet, onder gezang, als gebruike- lijk bij het thuisbrengen van een trophee na succesvollen sneltocht, voor den rechter geleid en door hem na onderzoek der zaak veroor deeld. De klagers trokken daarop voldaan huis- waarts. ONGELUK IN DE BERGEN. Op den Fernpas tusschen Partenkirchen en Iermoos (Oostenrijk) is den heer Henri van i Wermeskerken, die per auto met zijn familie j op reis naar St. Moritz was, een ongeluk overkomen, dat zeer ernstige gevolgen had kunnen hebben, Een plotselinge wolkbreuk wierp van den bergwand langs den pas een geweldige mas- sa water omlaag, vergezeld van een dikke brei „Geroll" en zwaar gesteente, waardoor de auto op den weg gegrepen werd juist naast een afgrond, waardoor tegelijk een gedeelte van den weg werd meegespoeld. Door het vast aanhalen van de remmen en het feit, dat de steenen allereerst zich om de wielen vastzetten, bleef de auto op den af- gebrokkelden weg staan. Het gelukte den heer van Wermeskerken eerst zijn vrouw en daar- na zijn dochter uit de auto te dragen door de beek, die in enkele oogenblikken tot een zwarte modderrivier gestegen was. Enkele oogenblikken daarna was de geheele auto on der het steeds aanrollende gesteente zoo goed als geheel bedolven. Doordat zich over de auto een steenheuvel vormde, kon deze op den weg blrjven staan en zocht de stroom een anderen weg, eenige teuil, haalde een boek te voorschijn, dat over de volkomen ongevaarlijkheid van jonge luip- aarden en dergelijke dieren handelde en begon den bezoeker daaruit voor te lezen. i Gedurende de eerste minuten wierp deze nog wel argwanende blikken naar de katten, die i met half toegeknepen oogen zich blijkbaar om i niets bekommerden; maar langzamerhand werd hij zoo door de voorlezing geboeid, dat hij in het geheel niet meer op de katten lette. De heer Wentworth had juist voorgelezen: „Het is nog niet voorgekomen, dat een luipaard een mensch heeft aangevallen zonder, dat de laat ste hem gesard heeft", toen de bezoeker een gebrul uitstiet en als een razende van zijn stoel opsprong. Een van de lieve diertjes hing aan zijn broekspijp en had hem in het linker- been gebeten. Met zijn gummistok gaf hrj het dier een flinken tik op den kop. Hij liet zijn buit los en retireerde jankend naar zijn opera- tie-basis, het kussen. „Mijnheer", bracht het slachtoffer uit, „heb ik dat beest misschien gesard?" „Natuurlijk", antwoordde de heer Wentworth. „U hebt het dier niet in het oog gehouden, en dat vatten zelfs de makste luipaarden als een beleedigmg op- hoort u maar de desbetreffende passage in mijn boek." „Leest u die alsjeblieft aan uw luipaarden voor," was het antwoord „die schijnen het eerder noodig te hebben dan ik En na dit gezegd te hebben verliet de poiitie man hinkend en vloekend, met een bebloed been het huis, om op het politiebureau de noo- dige maatregelen tegen de beide luipaardjes te nemen. EEN GEWEER DAT ZICHZELF LAADT. Daar de militaire deskundigen de overtui- ging zijn toegedaan, dat het zichzelf ladend geweei een groote toekomst heeft, had de Britsche regeering onlangs de geweerfabri- kanten en -ontwerpers uitgenoodigd haar mo- dellen van zulk een wapen voor te leggen en een prijs van f 3000 voor het bruikbaarste ge- weer van dat type uitgeloofd. Na degelijke beproeving is thans deze prijs toegekend aan den Thompson-zelflader van de B(ritish) S(mall) A(rms( Company. Generaal John Thompson, een bekend off icier en wapen- deskundige van het Amerikaansche leger, heeft er het beginsel voor uitgedacht. Het nieuwe geweer, zoo verklaren de fabn- kanten, is wat zijn constructie betreft zoo een voudig dat een soldaat niet meer moeite zal hebben met het hanteeren en verzorgen dan met een gewoon geweer. Hrj zal echter met dit nieuwe model tweemaal zooveel schoten in de minuut kunnen doen d.i. ongeveer 35 schoten per minuut. Wanneer hrj den trekker overhaalt, zal hij meer tijd hebben om aa.n te leggen en bijgevolg zal hij nauwkeuriger kun nen schieten. In samenwerking met machine-geweren, zal het nieuwe wapen voldoen aan alle eischen van de moderne oorlogvoering. Men gelooft dat dit nieuwe geweer spoedig door de legers van alle naties in gebruik zal worden ge nomen. RIJBEWIJS VAN SIAMEESCHE TWEELINGEN. Men mag over de verkeerspolitie te Manila zeggen wat men wil, dit eene laat zich niet loochenen, dat zij er niet voor terugdeinst, be- slissingen te nemen, zij de wijsheid derzelve ook het tegendeel van Salomonisch. In ieder geval heeft de politie van de hoofdstad der Philippijnen, op geen anderen grond dan ,,dat de zaak te gecompliceerd was", aan Lucio Go- dino en aan Simplicio Godino hun rijbewijs ontnomen. Rijbewijs en niet rijbewijzen. Want dat is het eigenaardige van het geval; Lucio en Simplicio kunnen altijd slechts teza- men autorijden, zij zijn namelijk z.g. Siamee- sche tweelingen, ook al komen zij van het Philippijnsche eiland Samar. O zeker, het zijn heele nette jongelui, de ge- broeders Godino, die met den rug aaneenge- groeid zjjn. Het zijn beiden heel goede chauf feurs en hebben een prachtig fonkelenden Amerikaanschen auto van aluminium. En de politie had oorspronkelijk niets tegen een rij bewijs. Maar toen kwamen de bedenkingen. Als de een iemand overrijdt, kan men dan ge- voegelijk den ander mee opsluiten En de po litie hakte den Gordiaanschen knoop door al leen niet dien welke de twee broeders ver- bindt doordien zij eenvoudig het rrjverlof weer introk. Het schijnt, dat echter de junsten a in de weer zjjn, om na te gaan, of men op to grond een onbesproken burger in zrjn rechten kawantn°tegen dat besnoeien keeren zich de twee Godino's. De artsen hebben n l. ver- klaard, dat de beide broeders gemakkelijk ge- scheiden kunnen worden, daar geen beende- ren of gewichtige organen samengegroeid zijn, doch enkel vleesch. Maar de tweelingen willen liever bij elkaar blijven. Zij kunnen het heel goed met elkaar stellen en ten slotte is het niet onlucratief. Siameesche tweelingen te zijn, al ontgaat dezen ook nu en dan iets als b.v. het rijbewijs! DE UITVINDING VAN DE NAAI- MACHINE. Het in ons nummer van Woensdag gepu- bliceerde verhaal over de uitvinding der naai- machine trok de bijzondere belangstelling van een onzer lezers, aangezien hem het verhaal der uitvinding indertijd door een artikel van een vakblad eenigszins anders ter kennis was gekomen. Wij achten het interessant genoeg boven- dien ook als waardeering der belangstelling van onzen lezer ook dit verhaal op te nemen. Ht luidt aldus: „Nu is die arme Howe nog stapel-gek ook geworden!" riep John Franklin de groente- kweeker uit en legde zijn krant neer. ,,Je moet niet zoo hardvochtig praten John! Hoe kom je er nu weer toe om zoo iets te zeg gen!" antwoordde de goedige mevrouw Frank lin met een licht verwijt in haar stem. „HardvochtigHardvochtig? Zoo! En wat zeg jij er dan van, dat de Howes al sinds jaar en dag groenten en aardappelen bij me op de pof koopen en dat ik ze nog nooit gemaand heb?" „Ja, dat weet ik wel. De lui verkeeren in nood. Maar de man verbrast zijn geld toch niet. Hij werkt van 's morgens vroeg tot 's avonds laat en wat hij verdient, dat „Dat steekt hij in zijn krankzinnige uitvin ding. Die man lijdt aan uitvinderswaanzin Een naaimachine wil hij uitvinden! Een naai- machine! Dus een apparaat, dat machinaal maakt wat anders de vaardige hand van den kleermaker of van de naaister tot stand brengt. maar dan vlugger, secuurder en ster- ker!' ,,Nu, en waarom dan niet? Let op mijn woorden: Elias Howe gelukt het. Hij is een knap mecanicien." ,,Hm, beste vrouw, misschien lukt zoo iets eens in de honderd jaar, maar voorloopig schrijven we nog maar 1844 en naaien we nog behoorlrjk met de hand." ,,In elk geval moet men voor Howe's vlijt en volharding den hoed afnemen." „ja, dat wel en voor zijn schulden ook." "schei toch uit, John! Die paar dollar, het kunnen er hoogstens 50 of 60 zijn, zullen ons niet arm maken. Maar je moet Howe niet voor een gek uitmaken." ,,Lees dan maar zelf wat er in het ochtend- blad staat en je zultme gelijk geven." Lachend gaf hij zijn vrouw, de krant aan en wees met zijn vinger op een met vette letters gedrukte advertentie. WaarschuwingWaarschuwing OPZIENBAREND. Op heden, den 14en Juni 1844, des na- middags te 5 uur wordt in den winkel van het kleedermagazijn Auburn Co. in de Atwood-straat te Boston een groote naai- wedstrijd gehouden. Vijf van onze beste naaisters zullen het opnemen tegen eene naaimachine, die is uitgevonden door onzen medeburger ELIAS HOWE. Ieder- een wordt uitgenoodigd. Vrrj entree. slechte spijsvertering, Scheie hoofdpijn, prikkelbaarheid, ver- i\ stopping, maagpijn en hartwater, genezen spoedig na gebruik van Foster s Maag- pillen, het tonische laxeermiddel. Foste r's -Maagpilter Alom verkrijgbaar a f 0.65 per Qacon. Juffrouw Franklin sprong op en liep hard je heen, Marie?" riep John ga weg. „Waar haar na. „Naar juffrouw Howe!" En ademloos, de krant zegevierend zwaaiend, liep de goede vrouw een paar huizen verder en trad Howe's armzalige woning binnen, die er meer uitzag als de werkplaats van een me canicien dan als een burgermans huisje. Juffrouw Howe, een stille, afgeleefde, bleeke vrouw, trad haar tegemoet. „U komt zeker naar aanleiding van onze schuld, juffrouw Franklin?" ,,Geen sprake van. Maak U je maar geen zorgen voor niets. Hier" en ze wees op de krant, die ze in de hand had „dat zal u groot en rijk maken. Is het waar of is het maar een grap?" „Neen, het is waar. Kom eens hier, dan zal ik "u het kleine wonderwerk laten zien, dat mijn man zooveel slapelooze nachten en ons al die kopzorgen gekost heeft." Zij nam een doek van de tafel en daar stond een eenvoudig dingetje van ijzer en blik, dat nog maar heel weinig gelijkenis vertoonde met de tegenwoordig iedereen bekende naai machine. ,,Och, wat een gek ding is dat!" ontviel der kweekersvrouw. Maar juffrouw Howe lachte gelukkig en zeide: „Ja, het is een vreemde machine. Maar ze werkt goed en geweldig secuur. Let maar eens op. De vrouw van den uitvinder scheurde een groot stuk linnen in tweeen, legde de beide stukken op elkander en schoof ze onder de machine, die ze met de hand in beweging zette en rrr... voordat juffrouw Franklin nog goed wist wat er gebeuren moest, waren de beide stukken linnen met een prachtigen zui- veren naad aan elkander gestikt. „Neen maar dat is Neen, dat is geen zui- ver spul! Dat is toovenarij!' Heusch niet! Elk kind kan het, zoo ge makkelijk is het." De kweekersvrouw keek den naad nauwkeu- rig na maar er was niets op aan te merken. Lieve hemel, daar zou ik of u een kwartier voor noodig gehad hebben," riep zij uit, halt verbaasd, half verschrikt. „Dat is een won der! Hoe is uw man toch op het idee ge komen?" Ach, dat had ie al, toen hij nog vrijgezel was Howel mijn man maar een arme mole- naarszoon uit Spencer in Massachusetts is, heeft hij toch voor instrumentmaker geleerd en wel bij Davids ,,De werktuigkundige, die de groote verre- kiikers maakt?" Dezelfde En die heeft eens op een goeden dag zoo uit de grap tot hem gezegd: Elias als je ooit met een slag een beroemd man wil worden, dan moet je een naaimachine uitvin den! Sedert dat oogenblik heeft Elias zich m het hoofd gezet om zoo'n naaimachine uit te vinden. Van alles heeft hij geprobeerd, maar het ging altijd mis. We hebben gebrek geleden en we hebben schulden gemaakt. Al mijn smeekbeden en al mijn verwijtingen hie!pen niets, mijn man was vast overtuigd, dat het hem eenmaal zou gelukken. Op een dag zag hii toen hij gehaald werd, om iets aan een weefgetouw te repareeren, de spoel heen en weer" gaan Toen kwam de gedachte in hem het vliegende scheepje met de ^aal£J;® op om en dat was de oplossing. zfefuzijn werk" Als het lukt en succes heeft, ziin wij gered; zoo niet, dan zijn we verloren. En nTet alleen wij maar oo kde trouwe vnend Va^D™ kolMka'ndSaar Wat heeft die er mede 16 !Hijk heeft mijn man 5000 dollar geleend en is zelfs ook geen Croesus Stil, daar zijn ze EnTgeniale uitvinder en zijn vriend Georg Fischer kwamen de kamer binnen. Vrouw zei Elias Howe, „denk eens aan, Georg wil niet hebben, dat ik naar den naai- wedstrijd ga. Hij zegt, dat ik zal worden doodgeslagen." Te Ter Neuzen bij Pirma A. van Overbeekc - Leunis, Axelsehestraat en Westkolkstraat. 18 „Ja, beste juffrouw Howe, laat u hem niet gaan. De kleermakersgezellen en naaisters in de stad zijn woedend. Zij schreeuwen over de straat: ,,Howe wil ons broodeloos maken met zijn naaimachine." Zijn machine zal on zen handenarbeid overbodig maken. Kapot zullen we ze slaan, zijn machine!' „0 God! o God!" jammerde de arme vrouw. ,,Geen zorg! Zoo erg zal het wel niet zijn. Ik ga en ik overwin en ik zal alle kleermakers en naaisters overtuigen, dat mijn machine hun niet het loon voor hun arbeid ontneemt maar hun het werk verlicht en het loon vermeer- dert." Hij ging en overwon. Vijf geoefende, vaardige naaisters werden door zijn machine geklopt. Zij leverde den- zelfden arbeid, dien de vijf meisjes verrichten, in minder tijd. Er waren honderden menschen opgekomen en alien zagen 't onder hun oogen gebeuren. V6or het gebouw schoolden de kleermakrsgezellen en de naaisters samen en bedreigden den overwinnaar en zijne machine. Maar de in grooten getale ontboden politie brachten hem veilig naar huis. En nu was er aan alle nood en ellende een einde, meent u? O neen! Voor het zelf fabriceeren van zulke nieuwe machines ontbrak Elias Howe het noodige ka- pitaal en zijn geldschieter en vriend, Georg Fischer stond zelf voor een bankroet; hjj nam patent op zijn uitvinding en besloot, zij het ook met bezwaard gemoed, dit patent te ver- koopen om zijn drukkende schulden te kunnen afbetalen en althans voor den eersten tijd den ergsten nood buiten de deur te houden. Maar het gelukte hem nergens. Geen mensch in dat toch zoo verstandige en zakelijke Ame rika wilde het patent koopen. Voor zoo waar- deloos werd destijd deze kleine machine aan gezien, die nu in geen enkel burgerhuishouden op de geheele wereld ontbreekt. Toen schafte een jongere broeder van den uitvinder raad. Hij stak al zijn spaarpennin gen bij zich en reisde met de naaimachine van Amerika naar Engeland, hopende daar den gunstigen bodem te vinden voor Elias gewich tige uitvinding. En h(j had succes. Te Cheap- side ontmoette hjj den kofferfabrikant William Thomas, die de machine voor 250 pond sterling wilde koopen ,als hij het patent voor Engeland kreeg. Bovendien wilde hij zich verpiichten den uitvinder voor elke gefabriceerde en ver- kochte machine 3 pond te betalen. Op deze voorwaarden gingen de gebroeders Howe in en in 1847 besloot Elias zelf naar Engeland te reizen. Hij bracht nu vele ver- beteringen aan zijne naaimachine aan. Maar de grootfabrikant Thomas behandelde hem zoo gemeen en bedroog hem zoo smerig, dat de ongelukkige uitvinder al gauw doodarm op straat stond en zijn eigen, laatste machine, in de bank van leening moest brengen om weer naar huis te kunnen terugkeeren. Hij kwam nu als eenvoudig werkman op een fabriek te New-York en verbitterd en in levensmoed gebroken, bekommerde hij zich heelemaal niet meer om zijn uitvinding, die niet alleen den Engelschman William Thomas in korten tijd tot millionair maakte, maar ook de opmerkzaamheid trok van een verstandig, ondernemend man in Amerika. Deze man heette Istak Merit Singer en was leider van een rondreizenden komediantentroep. Hjj bracht aan de naaimachine heel handig wer- kelijke verbeteringen aan, maar stoorde zich in het geheel niet aan het Elias Howe toebe- hoorende patent geen mensch wist trou- wens of en waar de rechtmatige uitvinder nog leefde en hij bracht met echt Amerikaan sche reclame de „Singer"-naaimachine op de Amerikaansche markt en maakte schitterende zaken. Daarvan had echter de arme Elias Howe in zijn verbitterde teruggetrokkenheid niet het flauwste vermoeden En wederom was het zijn oude vriend en helper Georg Fischer, wien hij nog altijd 500 dollar schuldig was, die hem op den zegetocht der Singer-naaimachine at- tent maakte. ,,Jij leeft in armoede, Elias", schreef hij hem, „en je patent maken anderen zich ten nutte." „Laat me met vrede" schreef hij terug, „ik ben het vechten moe." Maar de trouwe vriend liet niet los. Hij vond een rijken man, met name Bliss, die zich voor den genialen uitvinder interesseerde en zocht met dezen Elias Howe op. „U moet procedeeren, mijnheer Howe," zeide Bliss; „dien Singer moet zijn onrechtmatige winst worden afgenomen of u moet ten minste met hem deelen." Elias Howe lachte hulpeloos. ,,Processen kosten geld, m'n beste meneer Bliss." „Dat geef ik u. Als wij winnen, dan stich- ten wij als gelijkberechtigde firmanten een fabriek van naaimachines; verliezen wij, dan behoeft u niets te betalen en ik heb niets te vorderen," sloeg de edele man voor, die tot de toeschouwers had behoord, toen in 1844 de naaiwedstrijd had plaats gehad. Maar zij wonnen het proces. Lang duurde het want Singer verdedigde zich sluw en voorzichtig. Maar ten slotte kon toch zonne- klaar bewezen worden, dat Elias Howe de eigenlijke uitvinder was van de naaimachine en de rechtmatige eigenaar van het patent. Ook werd bewezen, dat hij wel het Engelsche, maar niet het Amerikaansche patent had ver- kocht. En zoo werd Singer veroordeeld den uitvin der 5 dollar te betalen voor elke reeds ver- kochte machine en voor elke machine, die hp nog zou fabriceeren. ,M, Door een openbare tellmg werd in 1862 vastgesteld, dat er in de Vereemgde Staten 500 000 naaimachines in gebruik waren. Het was dus een heel beduidend sommetje, dat den gelukkigen Howe zoo onverwacht in den schoot viel. Hij stichtte nu zelf te Bridgeport een reus- achtige naaimachinefabriek, die heden nog be- staat en van waar uit honderdduizenden exem- plaren van deze in elk huisgezin onontbeerlijke machine naar alle deelen van de wereld zijn en worden verzonden. Natuurlijk werden door Elias Howe zelf en door knappe werktuigkundigen nog tal van verbeteringen aangebracht. Maar de uitvinder mocht van de vruchten van zijn levenswerk slechts enkele jaren ge- nieten." Door jarenlange ontbering en nood, door teleurstellingen en door tal van slape looze en in zorg doorgebrachte nachten was hp in zijn levensmerg getroffen en stierf in 1867 in den ouderdom van 48 jaar

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1928 | | pagina 3