ALGEMEEN NIEUWS- EN AOVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No 8238. Woensdag 2? funi 1928. 68e Jaargang. Sam en zijn schat "FuiYenland. ABONNEMENTSPRIJ S: BIN N E N L A N B. FFUItLKTOH. Tabletten Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika f 2,25, overiqe landen f 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alfeen bij vooruitbetaling. Dit blad verschijnt iederen Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond. nederlandsche MAATSCHAPPI] VOOR NI)VERHEID EN HANDEL. 1e de Zaterdagmorgen te Middelburg voortgezette vergadering, werd na ver- welkoming van den minister van Arbeid, e« den Commissar s der Koningin, aan de crde gesteld het doen van meded'eelingen door de departementen. ^De heer prof. Kloppers uit Arnhem wekte daarbij op tot een druk bezoek aan de ITA en deelde mede, dat binnenkort een bijeenkomst met enkele departemen ten in die omgeving op de tentoonstelling wordt gehouden. Hij wekte de Ieden op, zich daarbij aan te sluiten. Spr. was het volkomen eens met de openingsrede van den voorzitter, maar meent. dat men ver- der moet gaan en een werk over de toe- standen in Indie moet samenstelkn. Namens het departement den Helder, zette de heer Kolf uit Wieringen uiteen, hoe de belangen van dit jongste depar tement kunnen worden gediend. De voorzitter bracht beide heeren dank en zegde toe dat de wenschen van den heer prof. Kloppers zal worden onder- zocht. Hierna kwamen aan de orde de rap- porten over de Wederkeerigheid in de handelspolitiek. Verschillende heeren voerden hierover het woord, bijna alle waren onvoorwaar- delijk voor vrijhandel in zijn tegenwoor- digen vorm, doch enkele andere meen- den, dat het toepassen van het standpunt van meestbegunstigde natie en de weder- keerigheidsgedachte dgarmede niet in strijd is. Sonlmige leden meenden, dat de voor- standers van actieve handelspolitiek zelf geen vaste lijn aan weten te geven en te veel verdeeld zijn. Zij achten iedere ver- hooging der invoerrechten een stap in de rjchting van protectie. Een krachtig pleidooi voor vrijhandel werd gehouden door den heer dr. F. E. Posthuma. Ten slotte werd namens de departemen ten Leiden en de Zaanstreek een motie voorgesteld, waarin de vergadering als haar oordeel uitspreekt, dat een stelsel van .wederkeerigheid in den vorm van injvoerrechten weliiswaas bevorderlijk kan zijn aan het tijdelijk belang van eenige bedrijven, doch dat dit stelsel het alge- meen belang slechts kan benadeelen, dat de wenschelijkheid om een wijziging in onze handelspolitiek te brengen. overigens evenmin aannemelijk is ge- maakt dat er dus geen aanleiding is om een standpunt te aanvaarden, dat afwijkt van datgene, door de Maatschappij inge- nomen op haar buitengewone vergade ring van 31 Januari 1922 te Utrecht. Tegen de motie stemden alleen de de partementen Den Haag en Maastricht en een begunstiger, terwijl ook enkele stem- men in bianco waren uitgebracht. De motie was dus aangenomen. VERLAGING DER LEERLINGEN- SCHAAL. In parlementaire en ook, naar zich be- grijpen laait. in onderwijskringen, heerscht een zekere spanning over de vraag, of de regeering het door beide Kamers der Sta- ten-Generaal aangenomen initiatief-voor- stel van het Tweede Kamerlid A. Zijlstra inzake verlaging der leerlingenschaal al dan niet ter bekrachtiging aan de Kroon zial voordragen meldt de Tel. Wij mogen er in dit verband op wijzen Uit hef Engelsch P G WODEHOUSE. dat het al eens gebeurd is, dat aan een initiatief-voorstel door de Kroon de ver- eischte sanctie-onthouden is. Dit betrof het door beide Kamers in 1917 aanvaard initiatief-wetsvoorstel van mr. Marchant tot wijziging van art. 26 der L. O. wet (onderwijzerssalarissen) dat door het toenmalige kabinet Cort van der Linden met aan de Kroon ter bekrachtiging werd voorgedragen. De reden daarvan was, zooals later door Minister Cort van der Linden werd uiteengezet, dat de re geering zelf deze materie zou ter hand nemen. EEN BLOEMENTENTOONSTELLING TE GENT IN 1930. Er wordt gemeld, dat eenige bekende personen uit de Gentsche hofbouwwereld het plan hebben opgevat in 1930, ter gelc- genheid van de viering van het eeuwfeest der Belgische onafhankelijkheid, in het Gentsche Feestpaleis, buiten de vijfjaar- lijksche Floralies om, een groote bloemen- tentoonstelling, hoofdzakelijk van rozen, dahlia's, anjers en lathyrus te houden. Het stadsbestuur is, in beginsel, bereid gevon- den dit initiatief te steunen. HISTORISCHE GEBOUWEN TE BRUGGE AFGEBRAND. i Maandagochtend zijn te Brugge uit de 16de eeuw dateerende gebouwen, die op- genomen waren op de officieele lijst van historische monumenten, door brand ver- nield. Het complex bestond uit, een kape! die tot 1878 in gebruik is geweest, een parochiekerk en een gebouw, dat dienst deed als tehuis voor vrouwen. De brand ontstond in den toren van de kapel door het omvallen van een petroleumvat. Bij het reddingswerk werd een brandweerman I gewond. Uit het onderzoek meent men te mogen vaststcllen, dat de brand aan opzet is te j wijten. Een der bewoners zou uit wraak, omdat met uitzetting werd gedreigd, den toren in brand hebben gestoken. 64) Vervolg. ,,Maar hoor eens...", zeide hij moeilijk. Op de een of andere eigenaardige manier wandelden ze opeens samen op het tuin- pad, en als zijn zintuigen hem niet bedro- gen, hield hij haar handje vast en drukte het stevig. Tenminste iemand, dien hij in een ver verschiet scheen te zien staan, deed dit. Deze persoon, die nogal in de war scheen, hield die hand vast met rade- looze vastbeslotenheid, alsof zij weer van hem zou worden weggerukt, ,,Maar hoor eens, dat is niet mogelijk ,,Wat is niet mogelijk!" ,,Och, dit allemaal. Zoo'n meisje als jij zoo'n mooi, prachtig, wonderlijk meisje kan niet van mij houden" dit woord scheen de tooverkracht van alle eeuwen te hebben en hij herhaalde het verbijs- terd. „Houden... houden... houden, kan niet van zoo'n lcerel als ik ben. houden, Hij hield even op en vond het geheel overweldigend. „Dit is natuurlijk onzin." ,,Waarom niet f ,,Och, zoo'n lcerel... zoo n vent... och, ik weet niet." Kay lachte. En opeens bedacht Sam, DE FRANSCHE FRANC GESTABILISEERD. De officieele stabilisatie van den Fran- schen franc heeft zooals gemeld Zondag in het parlement haar beslag ge- kregen en daarmee is, schrijft de N. R. Crt., de kroon gezet op het groote hervor- mingswerk van Poincare, dat een wonder genoemd wordt. Het moet een groote voldoening voor hem zijn dat de Kamer met de ontzaglijke meerderheid van 450 tegen 22 stemmen het voorstel heeft goed- gekeurd, waarbij de koers van den franc op 124.21 francs in het pond en op 25.52 in den dollar voorgoed is vastgesteld. Hiermee is de lange lijdensgeschiedenis van den franc ten einde en eigenlijk een nieuwe munteenheid ingesteld met onge- veer een vijfde van de waarde van den ouden franc. In den oorlog was de franc kunstmatig op peil gehouden door een overeenkomst tusschen de geallieerden en binnenland- sche wetgevende maatregelen. Maar na den oorlog, toen er aan de internationale overeenkomsten 'n einde kwam, begon hij het hellend vlak af te gaan. Engeland was het eenige oorlogvoerende land dat ten koste van zware belastingen zijn pond betrekkelij.k snel op het oude peil terug kon brengen. Frankrijk verkeerde echter in een bijzonder geval. De verwoeste streken moesten zoo spoedig mogelijk ge- holpen worden en het was onmogelijk met een gegriefd gevoel, dat hij iets ver- loor, want, dat ze glimlachte en dat hij dien glimlach niet zien kon. Toekomstige glimlachen kon hij zien, maar dezen spe- ciaal niet en het scheen hem toe, dat dit nooit meer goed te maken was. ,,Zou je iets willen weten, Sam?" ..Wat „Nu, als je dan luisteren wilt, zal ik je precies uitleggen, hoe ik me voel, Is er ooit een boeiend boek van je weggeno- men, juist toen je er midden in was?" „Neen, dat geloof ik niet." „Nu, bij mij wel. Het gebeurde te Mid ways, toen ik negen was. Ik had het ge- leend van het boodschappenjongetje, die een groot vriend van mij was en het ging over een man, die Cincinnati Kit heette en die altijd met een masker en een hoop revolvers rondliep. Ik was er net midden- in, toen de gouvernante mij betrapte en mij naar bed zond en het boek werd ver- brand. Ik ben er dus nooit achter gekomen wat er eigenlijk geibeurde in het kamertje met de ijzeren muren, achter den Blauwen Bar. Ik ben in geen jaren over die teleur- stelling heengekomen, Nu, toen je mij vertelde, dat je weg ging, besefte ik plot- seling, dat er dan weer zooiets verschrik- kelijks over mij zou komen en dat ik zoo iets niet meer zou kunnen verdragen. En ineens kwam het bij mij op, dat er in dit leven eigenlijk niets meer de moeite waard zou zijn, behalve aldoor bij jou zijn en naar jou kijken en afwachten, wat voor idioots je weer dadelijk zou doen. Zou tante Isa bella dat nu liefde noemen een volk dat al zijn weerbare mannen ge- mobiliseerd had en waar, naar Poincare in zijn groote rede in Februari in de Ka mer uiteengezet had, alleen de vrouwen en de grootvaders nog thuis waren ge- bleven, dadelijk zwaar te belasten. Men verwachtte ook gouden bergen van de Duitsche herstelbetali'^gen die met de rampspoedige ineenstoidng van de mark snel wegslonken. Leeningen in het wilde weg waren de rechtstreeksche oorzaak van de daling van den franc, die onder Clemenceau, na het verstrijken der internationale overeen komsten was begonnen. In 1920 stond de franc reeds op 68 in het pond en was hij al bijkans getierceerd. Miderand werd eerste-minister en hij daalde tot 85 en in Januari 1924 bereikte hij onder Poincare zelfs den stand van 140, waarna hij zich herstelde op 83, dank zij de plotselinge uitvoering van de „doubie decime een verhooging van alle belastingen met 20 pet. Hij zakte opnieuw toen hij zijn ambt neerlegde, wijkende voor het kartel van links, dat bij de verkiezing gezegevierd had. De linkerzijde heeft met een half d'ozijn ministers van financien, de Mon- zie, Caillaux, Painleve, Loucheur, Dou- mer, Peret, in ruim een jaar tijds de ver- dere inzinking van den franc niet kunnen stuiten en in Mei 1926 werd het duiidelijk, dat er drastische maatregelen noodig zou- den zijn. Een niet-politieke commissie van financieele deskundigen ontwierp de maat regelen die zij voor herstel noodig achtten. Zij wilden geleidelijk overgaan tot een stabilisatie van 175 in het pond met be- hulp van leeningen en buiteniandsche cre- dieten. De toestand was steeds verergerd toen Caillaux, die de aandacht op zich ge- vestigd had met allerlei financieele her- vormdngsplannen, te hulp werd geroepen en dictatordale bevoegdheden en bianco volmacht eischte om die door te zetten. De Kamer weigerde echter zulke voor- rechten aan hem te verleenen en het ge- volg was, dat hij en d s regeering-Briand verslagen werden. Herriot trachtte daar- op een coalitie-regeering van nationale eendracht te vormen, maar Poincare wilde daarin niet als minister van financien zit- ting nemen, indien hem niet tegelijk het eerste-ministerschap werd opgedragen. Herriot slaagde er slechts in uit de niet radicale partijen Loucheur en Colvat in zijn ministerie te krijgen. De nieuwe re geering verscheen in een Kamer die in een paniek verkeerde toen medegedeeld moest worden dat de Schatkist vrijwel leeg was, terwijl de franc reeds op vijf cent onge- gedaald was. Het ministerie werd veer dadelijk omver geworpen en in den uiter- sten nood werd Poincare ontboden, om het land voor een financieele ramp te be- hoeden. Hij smaakte de voldoening dat dezelfde Kamer die in 1924 gekozen was om hem terzijde te stellen, hem gedwee volgde en het gezag van zijn persoon was zoo groot dat reeds zijn aan het bewind komen voldoende was om het vertrouwen van de Franschen, die zelf koortsachtig voor den franc vluchtten, te herstellen. De franc herstelde zich spoedig tot 6 cent en de buitengewone bevoegdheden, d';e men aan Caillaux geweigerd had, werden aan Poincare als hoofd van een ministerie van nationale eendracht verleend. On- verwijld werd nu een amortisatie-fonds ingesteld, dat beheerd werd buiten alle po'liitieke en parlementaire invloeden en dit geschiedde in een plechtige gemeen- schappelijke vergadering van Kamer en Senaat te Versailles, zooals alleen gehou den wordt voor de verkiezing van een president van de republiek of een grond- ,,Zeker", zeide Sam vol overtuiging. ,,In ieder geval is het mijn manier. Ik wil jaren en jarep en jaren lang bij je zijn en al je dwaze dingen afwachten." ,,Weet je, wat ik nu het allereerst doen ga", zeide Sam. ,Jou een zoen geven. De minuten snelden voorbij. ,,Kay", zeide Sam. -•K' ,,Weet je... Neen, je laCht me uit! ,,Heusch niet. Wat wou je nu zeggen ,,Die photo van je, die ik in de hut vond." ,Ja, en „Die heb ik eens gekust." ,,Eens maar ,,Neen", zeide Sam fermweg. „Als je precies de waarheid wilt weten, iederen dag, die God gaf en een heeleboel keeren per dag. Lack nu maar." ,,Neen, de rest van mijn leven zal ik je wel uitlachen, maar vanavond niet. Je bent een schat, en ik denk", zeide Kay pein- zend, „dat ik dat oom maar eens moest gaan vertellen, als hij tenminste terug is.' Je oom vertellen?" ,,Nu, hij weet graag wat er alzoo in huis gebeurt." „Maar dat beteekent, dat je naar bin nen moet", zeide Sam dood verschrikt. „Even maar. Ik steek mijn hoofd om het hoekje van de deur en ik zeg: O ja oom, van Sam gesproken. we hebben net ontdekt, dat we dol op elbaar zijn. „Ja, hoor eens", zeide Sam ernstig. „Als je op je eerewoord wil zweren niet langer dan dertig seconden weg te blijven." wetsherziening. Hoewel het hierbij alleen te doen was om de delging van de vlot- tende schuld, werkte dit op de verbeel- ding van het groote publiek. Het was de plechtige inleiding van het groote hervor- mingswerk waardoor met goedkeuring van de openbare meening zware belastin gen werden opgelegd en de begrooting eindelijk in evenwicht kon gebracht worden. Het vertrouwen keerde terug en tegen het einde van 1926 veranderde de specu late die zich tot Juli tegen den franc ge- keerd had, van karakter en begon men steeds meer papieren francs te koopen. Het werd nu de taak van de regeering, met behulp van de Bank van Frankrijk, die voor dien tijd alle middelen gebruikt had om een daling te verhinderen, de stijging van den franc te stuiten, welke het even wicht van de begrooting en den buiten- landschen handel bedreigde en een te snelle daling van de prijzen ten gevolge moest hebben. Toen de Bank van Frankrijk in Decem ber 1926 last kreeg om het peil van den franc op 124 te handhaven, was de feite- lijke stabilisatie tot stand gekomen en na anderhalf jaar is hierop thans de officieele stabilisatie gevolgd. Als men in aan- merking neemt dat de commissie van fi nancieele deskundigen in Juli 1926 reke- ning gehouden had met een stabilisatie- koers van 175 in het pond, terwijl hij nu op goed 124 is gesteid, en dat men dit heeft kunnen bereiken zonder de groote buiteniandsche leeningen welke die com missie noodig had geacht, wordt het pas goed duidelijk welk mirakel Poincare vol- bracht heeft. NOBILE's TOESTAND. Een Stefan-bericht uit Rome meldt, dat blijkens een radiotelegram van de „Citta di Milano" luitenant Lundborg, toen hij de eerste maal was geland bij de groep Nobile hij den chef-mecanicien Cecioni niet (tevens) mee had kunnen nemen. daarfdeze te zwaar was. Om deze reden had Lundborg dan ook bij zijn tweede vlucht geen mecanicien meegenomen. Nobile heeft in een Maandag, in deu morgen om 2 uur uitgebracht rapport te kennen gegeven ,,Toen luitenant Lundborg bij onze tent landde heb ik hem gezegd eerst Cecioni mee te nemen, daarna Behonnek, vervol- gens Troinni, dan mijn persoon en ten- slotte Viglieri en Biagi. Lundborg, wei gerde echter dit zoo te doen, mij mededee- lend, dat hij bevel had gekregen onmid- dellijk eerst mij mee te nemen, daar ik nauwkeurige aanwijzingen zou kunnen geven voor de opsporina van de anderen. Hij bleef hierin vastbesloten en ook mijn kameraden drongen er met stelligheid op aan, dat ik zou vertrekken. Dat zou hen kalmer stemmen voor alle mogelijkheden. Aldus heb ik wel tegen mijn zin moeten toegeven om een vertraging te vermijden. Voor mijn vertrek droeg ik het commando over aan Viglieri., die zich dit ten zeerste waardig toonde. Het moreel van mijn kameraden is zeer goed. Ik hoop ze spoe dig te begroeten en hoop, dat de Godde- lijke Voorzienigheid mij ook zal toestaan, de anderen weer te zien. De commandant van de ,,Citta di Mi lano" gaf het volgende rapport omtrent Nobile's toestand: Onvolkomen breuk van het rechter scheenbeen, verwringing van de rechtervoet met peesverscheuring, sterke kneuzing aan de derde rib met een krachtige bloeduitstorting. De genezing zal ongeveer veertien dagen duren. Onmiddellijk na zijn redding heeft qe- ,,Ik zou het zelf niet langer kunnen uit- houden", zeide Kay. En alleen in een eenzame wereld, merk- te Sam ineens, dat zijn stemming zakte. In de zaligheid van het zoo juist gebeurde wonder, dat het heele aanschijn der aarde voor hem veranderd had, was hij ietwat geneigd geweest om geen acht te slaan op het feit, dat hij voor iemand, die op het punt staat om in de huwelijksboot te stappen, slecht toegerust was met de mid delen om een gezin te ondersteunen. Zijn weeksalaris had hij in zijn zak en een klein sommetje stond nog voor hem op de bank; maar toch besefte hij wel, nu niet juist als een goede partij te kunnen worden beschouwd zelfs door een meisje met al heel geringe eischen. Inderdaad, op dit oogeniblik bezat hij, zooals in het oude liedje stond, niets anders om zijn bruid te bieden dan een zonnig humeur en een woeste begeerte om te slagen. En dat zijn nogal neerdrukkende over- peinzingen voor een jongen man, aan wien de sleutels van den hemel juist zijn over- handigd en zij maakten, dat Sam wat ter- neergeslagen was. Maar zijn natuurlij.ke veerkraclit kwam hem al weer spoedig te hulp. Een keer den tuin op en neer en hij was alweer gelukkig in het vooruitzicht van ruime belooningen, die door stralende ba^kdirecteuren aan hem zouden worden verstrekt, die in hun financieele harten ten diepste ontroerd waren, als ze de ver- loren gewaande aandeelen weer zouden aansohouwen. Hij weigerde absoluut om het falen van het opgraven van dezen INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. neraal Nobile aan zijn op den ijsschots achtergebleven kameraden de volgende draadlooze boodschap gezonden. Beste vrienden, weest onbezorgd. Men bereidt een van ski's voorzien Finsch vliegtuig een nieuwe landing op de ijs schots voor, Voor alle veiligheid zijn in Engeland drie kleine vliegtuigen besteld. Door bemiddeling der Zweden zult ge morgen nieuwe voorraden krijgen. Ik hoop evenwel, dat gij ze niet noodig zult hebben, daar ik hoop U spoedig te mogen omarmen. Misschien zou het goed zijn de tent naar de landingsplaats te verplaat- sen. Geef in ieder geval bericht en ver- lies den moed niet. Nobile. Aan zijn echtgenoote heeft Nobile het volgende telegram gezonden: Zegt den moeders en echtgenooten van mijn geliefde makkers, dat zij met mij naar Italie zullen teruakeeren. Over hen waakt de schoone Madonna van Loreto, wier beeltenis bij de catastrofe van het lucht- schip onbeschadigd is gebleven. Zij zijn volkomen gerust, omdat ik hier ben, wat hun eenige wensch was. Voor jou en Maria duizend groeten. Umberto. Mariano c.s. verloren geacht. De hoop om Mariano en zijn beide ae- zellen, die zich van Nobile's groep hadden afgescheiden om te trachten Noord-Oost- land te bereiken, nog levend terug te vin- den is nu vrijwel opgegeven. Een vlieg tuig heeft Maandag boven al de aange- legde depots van levensmiddelen gevlogen en gemeld, dat zij alle nog onaangeroerd waren. Aangezien Mariano slechts levens middelen had meegenomen tot uiterlijk 21 a 22 Juni is het bijna onmogelijk, dat zii nog tot de levenden zouden behooren. De positie der overigen. Volgens berichten van de Quest zal het vermoedelijk drie of vier weken duren, voordat de achter geblevenen van de Nobile-groep en luitenant Lundborg zul len worden gered, tenzij het zeer spoedig gelukt hen met een licht vliegtuig op ski s af te halen. Gelukt dit niet, dan moet ge- wacht worden totdat het ijs voldoende zal zijn gesmolten om een landing van een watervliegtuig in de nabijheid mogelijk te maken. De groep beschikt op het oogenblik nog voor een maand over voorraden. die nog verder zullen worden aangevuld. Een Zweedsch mecanicien heeft Maan dag, volgens een bericht van Reuter uit Stockholm, aan luitenant Tornberg ge- vraagd, om hem met een parachute en eenige gereedschappen boven het ijsvlak af te zetten waarop Lundborg en de 5 lot- genooten van Nobile zich nog bevinden. schat in overwegang te nemen. Ergens in Mon Repos zou die wel zijn en in Mon Repos zou hij het vinden, al zou hij. in tegenspraak met clausule 8 van zijn con tract, geen steen van het huis op elkaar laten. Vervuld van groote plannen, schreed hij naar het keukenraam. Daar was licht op en hij hoorde de grokstem van zijn trou- wen knecht. Hij tikte tegen het raam en meteen werd het gordijn opgehaald en Snert verscheen aan het venster. En daar- achter Claire, die met een kleur haar lok- ken glad streek. „Wie daar?", zeide Snert barsch. ,,Ik ben het maar, Snert. Ik moet met je praten." „Hn!" „Ludster, Snert. Ruk je een oogeniblik los en kom op Mon Repos. Er is werk aan den winkel." „We moeten het huis van den zolder tot den kelder doorzoeken. Ik heb net gehoord, dat het stikvol aandeelen zit." ,,Als je me nou ,,Waarachtig!" ,,Beroerde dingen", zeide Snert, naden- kend. ,,Ze slippen zoo door je handen." En op dit oogenblik werd de stilte van den avond verscheurd door een scherpe stem: ..Heila Sam! Kom gauw!" Het was de stem van Willoughby Brad- dock en die scheen te komen van een van de bovenkamers van Mon Repos. (Wordt vervolgd.) NEUZE mstm dooi VtRHIT en VEBMO£!D CAAT U ZiTTE-n Dit is't gevaar- iijkste moment om kou te vatten. Neem „He!"

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1928 | | pagina 1