i
I
.,V 1 rJ
Huis en Hof.
Pluimvee-rubriek.
GEMEENTERAAD VAN CLINGE.
De gevraagde machtiging tot oproeping
strekt om sollicitanten op te roepen op een j
salaris van /35 per week, en te eischen bet
fittersdiploma en ten laste van den benoem-
de te brengen de verplichte pesioensbijdrage
Naar de VOORZITTER mededeelt geschiedt
dit voorstel op advies van de gascommissie en
wordt dit voorstel aldus aanhangig gemaakt
om te voorkomen moeilijkheden zooals die zich
bij een vorige benoeming van een baas-fitter
voordeden.
De heer OGGEL meent, dat de raad, alvo-
rens dit voorstel in behandeling te nemen, zou
behooren te stemmen over de vraag of hij een
baas-fitter wenscht, aangezien door dit' voor
stel een nieuwe functie geschapen wordt.
De VOORZITTER acht de door den heer
Oggel opgeworpen vraag besloten in het voor
stel. Indien de raad een instructie voor dezen
functionaris vaststelt, blijkt hij dezen te willen
en voorts wordt machtiging gevraagd tot het
oproepen van sollicitanten.
De heer VAN DE BILT verklaart beslist
geen tjjd gehad te hebben om de voorgestelde
instructie bij het nazien der stukken voldoende
te bestudeeren en zou daarom gaame die vast-
stelling zien aangehouden.
De heer KOSTER sluit zich daarbij aan; hij
heeft de stukken door bijzondere omstandig-
heden niet kunnen inzien en verzoekt ook aan-
houding van het voorstel.
De heer VAN DIXHOORN sluit zich daarbij
aan.
De VOORZITTER kan er genoegen mede
nemen, dat het behandelen van de instructie
wordt aangehouden, maar meent, dat de raad
zich toch wel zal kunnen uitspreken over de
vraag of hij, overeenkomstig het voorstel van
Burgemeester en Wethouders kan goedvinden,
dat tot het aanstellen van een baas-fitter
wordt overgegaan.
De heer DIELEMAN heeft daartegen geen
bezwaar, maar wenscht dan nog te vragen,
of de voorgestelde instructie v66r de behande
ling aan alle leden kan worden toegezonden.
Er is werkelijk geen gelegenheid dergelijke
uitvoerige stukken voldoende te bestudeeren
ter secretarie.
De VOORZITTER zegt toe, dat aan de leden
een exemplaar zal worden toegezonden.
De heer DIELEMAN wenscht nu in de aller-
eerste plaats te vragen of ook het hoofd van
den dienst over dit voorstel is gehoord. Uit het
voorstel blijkt, wel, dat Burgemeester en Wet
houders dit voorstel doen overeenkomstig het
advies van de gascommissie, maar, vraagt
spreker, is dit ook overeenkomstig het hoofd
van den dienst.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend,
ook op advies van den directeur der gas-
fabriek stellen Burgemeester en Wethouders
voor de functie van baas-fitter in het leven te
roepen.
De heer DIELEMAN geeft te kennen, dat
hij persoonlijk er niet voor gevoelt en in dit
opzicht verschilt van meening met Burge
meester en Wethouders en de gascommissie.
We hebben zegt hij den hoofd van dienst,
en dat is voldoende, hoe meer bazen we daar-
nevens aanstellen, hoe moeiljjker het voor het
bedrijf zal worden. We zijn meer gebaat met
de aanstelling van een fitter, iemand die
werkt, maar niet iemand die komt om den
baas te spelen, tegen 35 per week. Een ge-
wone fitter vraagt zoo'n loon niet, en die be-
hoeft ook de fittersschool niet doorloopen te
hebben. Door het diploma te eischen worden
bij voorbaat misschien in de gemeente aanwe-
zige goede krachten die met een loon van f 25
zouden tevreden zijn, uitgeschakeld. Hij ge
voelt meer voor een goeden, degelijken gewo-
nen fitter, die werkt, dan voor een gediplo-
meerde, die meneertje speelt en bij zijn hoog
weekloon nog verschillende emolumenten
geniet.
De VOORZITTER: Die krijgt hij niet.
De heer DIELEMAN is van oordeel, gezien
den inhoud der voorgestelde instructie, dat hij
nogal heel wat krijgt, dat als zoodanig is te
beschouwen. Als we nu een baas-fitter noodig
hebben, hebben we misschien later ook nog
wel een baas-stoker, een baas-terreinwerker
noodig? Hij zou het beter achten, dat Burge
meester en Wethouders en de gascommissie
het zoover konden sturen, dat de directeur, die
niet al te gemakkelijk uit de voeten kan, wat
meer gebruik kon maken van zijn auto, dat
daarvoor een wat hooger bedrag voor vergoe-
ding werd gegeven, dan kan deze de gasfa-
briek best alleen regeeren, dat is gebleken
tijdens zijn ziekte.
Naar sprekers meening is men met het
scheppen dezer nieuwe functie juist op den
verkeerden weg. Door een gewonen fitter aan
te stellen bespaart de gemeente f 500 's jaars
en men krijgt iemand die werkt, in plaats van
iemand die met de handen in den zak staat.
Spreker kan met het voorstel niet meegaan
Door den voorzitter is meegedeeld, dat het
voorstel ook gedaan wordt op advies van den
directeur van het gasbedrijf, en hij twijfelt aan
die mededeeling niet, maar toch zou hij graag
bij de stukken ook een schriftelijk advies van
den directeur hebben aangetroffen. Aanne-
ming van het voorstel kan niets brengen dan
ellende. In de instructie staan de grootste
tegenstrijdigheden.
De VOORZITTER merkt op, dat de heer
Dieleman zelf zegt, niet aan zijn mededeeling
te twijfelen, doch hij kan hieraan toevoegen,
dat "het advies van den directeur is geweest
om in het belang van het bedrijf een baas
fitter te benoemen. De leden der gascommissie
zullen dit kunnen bevestigen.
De heer J. DE FEIJTER bevestigt dit en
voegt er aan toe, dat de directeur dit vooral
noodig acht met het oog op zijn gezondheids-
toestand, en dat het zeker noodig is in verband
met de uitbreiding naar Ter Neuzen en ook
voor hulp op de gasfabriek. Als nu de direc
teur ongesteld is, is er totaal geen toezicht.
De heer OGGEL: Indien dat zoo is, had er
tijdens zijn ziekte in moeten voorzien worden.
De heer J. D. DE FEIJTER vervolgt, dat
het voorstel gedaan wordt, met de beste be-
doelingen voor den directeur zelf.
De heer KRUIJSSE betoogt, dat er iemand
dient aangesteld te worden, geschikt om de fa-
briek te leiden als de directeur er niet is. Er
behoort dan een aangewezen persoon te zijn,
waar het overig personeel onder moet staan.
Burgemeester en Wethouders hebben echter
bij hun voorstel heelemaal niet gezegd, dat de
te benoemen functionaris niet zou moeten
werken.
De heer DIELEMAN wijst er op, dat dit
baas spelen ag,n de gemeente 10 per week
moet kosten, terwijl uit een strakjes te behan
delen voorstel reeds blijkt van een groote stij-
ging der lasten. De baas-fitter krijgt 500
meer dan een gewone fitter, terwijl men er
minder aan zal hebben dan aan een gewone
fitter. Dat is van die functionarissen met
hooge salarissen al meermalen gebleken.
De VOORZITTER acht het betoog van den
heer Dieleman nog al boud uitgedrukt. Hij is
geen lid van de gascommissie en heeft dus
geen ervaring omtrent de bijzonderheden van
het bedrijf, toch wil hij het in dit geval beter
weten dan de gascommissie, Burgemeester en
Wethouders en het hoofd van den dienst.
De heer DIELEMAN geeft toe, dat hij geen
lid der gascommissie is, hij zou daarover wel
meer kunnen zeggen, doch laat dit thans na.
Wel meent hij in het algemeen genoeg erva
ring en kijk op de zaken te hebben, om vol te
houden dat men met dit voorstel een verkeer
den weg op gaat. Indien hij nu goed nagaat
wat men wenscht dan is het eigenlijk een on-
der-directeur en zulke functionarissen kunnen
niet tevens werken. Hij gevoelt er niet voor
om voor het beheer der fabriek nog meer geld
uit te geven.
De heer VAN DIXHOORN vraagt hoe groot
het aantal fitters is.
De VOORZITTER: Hier te Axel maar 66n,
doch dat is te weinig. Er zullen er meer aan
gesteld worden. De anderen die als zoodanig
bij het bedrijf werkzaam zijn, zijn t(jdelijk.
De heer VAN DIXHOORN vraagt, of er on
der het personeel ook rangen bestaan. In alle
zaken is dat toch het geval. Men heeft eene
eerste bediende, een tweeden, een derden, enz.
De VOORZITTER: Dat is niet zoo bij het
gasbedrijf te Axel.
De heer VAN DIXHOORN betoogt, dat men
in alle bedrijven over het algemeen het perso
neel in rangen verdeeld ziet. Dat is bevorder-
lijk voor den goeden gang van zaken als het
hoofd afwezig is, aangezien men dan weet wie
de verantwoordelijke persoon is en wie de !ei-
ding moet voeren, anders wil C niets doen voor
A en B niet voor C. Is er een rangorde, dan
kan de aangewezen persoon terstond de zorg
voor het bedrijf op zich nemen. Of men nu zoo
iemand noemt baas-fitter of eerste fitter doet
weinig ter zake, als de leiding van het bedrijf
maar op hem kan afgeschoven worden.
Of dat een gediplomeerde zal moeten wezen,
is bij spreker ook aan twijfel onderhevig. Het
blijkt veelal, dat men de waarde van een diplo
ma niet zoo hoog moet stellen, hij heeft daar-
van al zooveel ondervonden, dat hij heel veel
gevoelt voor mannen van de praktijk, die
meestal meer presteeren, H(j zou dat daarom
ook niet in de instructie willen opgenomen
zien. Wat het cijfer van het weekgeld betreft,
daarover valt te praten, al gevoelt hij in dat
opzicht ook veel van hetgeen de heer Dieleman
daarover heeft gezegd.
De heer OGGEL merkt op, dat men aan de
gasfabriek toch al eens meer een len en een
2en fitter heeft gehad.
De VOORZITTER bevestigt, dat men een
eersten fitter had, doch die is verplaatst naar
Ter Neuzen, zoodat men er nu hier geen heeft.
Er is in de gascommissie ook over een derge
lijke regeling gesproken, maar ten slotte is
oVerwogen, dat er een regeling behoort te ko
men waarbij men heeft een algemeen direc
teur, maar tevens een persoon, die, ook onder
den direceur staande, de algemeene leiding,
als het noodig is, kan overnemen, dus niet al
leen voor Axel, maar ook voor Ter Neuzen,
Dit zou men niet hebben, als men hier alleen
aanstelt een len en een 2en fitter. Burge
meester en Wethouders en de gascommissie
zouden willen dat de zaak nu goed op pooten
gezet werd. Als dit aangenomen wordt, zuilen
ze voor het andere met nadere voorsteilen
komen.
De heer P. DE FEIJTER merkt op, dat de
heer Oggel reeds heeft gezegd, waarover hij
een vraag wilde doen. Hij is het er ook volko-
men mede eens, dat er iemand moet zijn, die
de aangewezen leider is, als de directeur er
niet kan zijn, maar meent, dat men daarvoor
wel kan vragen een len fitter, zonder een di
ploma te eischen. Als men een eersten fitter
gaat aanstellen op zoo'n hoog salaris, ontstaat
de kans, dat de anderen na eenigen tijd ook
om meer komen vragen, en dan kost het der
gemeente niet 1000, maar misschien wel
f 1000 per jaar meer. Het kan best gebeuren,
zooals de heer Van Dixhoorn zeide, dat men
met iemand uit de praktijk zeer goed kan vol
staan, en iemand die het diploma bezit het niet
zoover zou sturen als de menschen zonder
diploma.
De heer OGGEL zou wenschen aan te stel
len in plaats van een baas-fitter een len fitter
met een bijzondere instructie. Vroeger had
men een len en een 2en fitter, maar dan heeft
men toch ook iemand die bij ontstentenis den
directeur kan vervangen.
De VOORZITTER: Maar dan heeft men
geen toezicht in Ter Neuzen.
De heer OGGEL merkt op, dat men dien len
fitter dan ook de verantwoording moet opdra-
gen voor Axel en Ter Neuzen.
De VOORZITTER: Dat zou dan in de in
structie moeten worden omschreven.
De heer OGGEL zou een regeling wenschen
waarbij de directeur is het hoofd van het be
drijf, en men te Ter Neuzen een len fitter
heeft die daar verantwoordelijk is, en een len
fitter te Axel die daar verantwoordelijk is,
De directeur heeft dan de opperleiding en kan
zorgen dat de zaak goed marcheert.
De VOORZITTER vraagt, wie zijn functie
dan bij ontstentenis moet waarnemen; want
dat blijkt toch noodig. Hij zegt, dat zelf en
de gascommissie en Burgemeester en Wethou
ders willen hem daarin ter wille zijn, Het is
ook met het oog op de belangen van den direc
teur, dat er een plaatsvervanger aanwezig is.
En die heeft men dan niet uitsluitend noodig
voor Axel, maar ook voor den dienst te Ter
Neuzen.
De heer OGGEL merkt op, dat de aan te
stellen persoon, als hij meewerken moet, de
zaak toch niet kan overzien en als zich de om-
standigheid voordeed, dat hij den directeur
zou moeten vervangen, zou er in zijn werk
moeten worden voorzien, door het aanstellen
van een hulpkracht als fitter.
De VOORZITTER merkt op, dat het dan
toch precies hetzelfde blijft. Hij wil niet
krampachtig vasthouden aan den titel, daarop
komt het minder aan, maar men moet iemand
hebben met de bevoegdheid om bij ziekte of
ontstentenis den directeur te kunnen vervan
gen.
De heer J. DE FEIJTER gelooft, dat de be
sprekingen nu wel wat afdalen tot de kleine
middelen, als men gaat debatteeren over den
titel. Er is voorgesteld baas-fitter, omdat er
reeds een len fitter is. Dat kan niet geschei-
den worden. Er moet iemand zijn, die den
directeur vervangen kan, die ook den loop van
het bedrijf te Ter Neuzen kan nagaan. Het is
eigenlijk de moeite niet waard om over den
titel te praten.
De heer KRUIJSSE merkt op, dat er nu
gesproken wordt over den titel vhn baas-fitter
en len fitter, maar dat een fitter alleen fitters
werk verricht, terwijl er toch eigenlijk heel
wat meer te doen is. De persoon die Burge
meester en Wethouders thans wenschen moet
niet alleen den directeur kunnen vervangen,
doch ook steeds toezicht uitoefenen op het
werk der fitters. Er bestaat in dat opzicht
thans een leemte bij het bedrijf. Niemand die
thans ooit naar het verrichte werk der fitters
komt kijken.
Dan is er ook het opnemen van de meters.
Men heeft er nu een groot aantal muntmeters
bij gekregen. Er wordt thans geen controle
gehouden of de bedragen die uit de munt
meters gelicht worden, door de personen die
dit doen ook werkelijk overgedragen worden.
Als een van die menschen zich aan dat geld
vergreep en het kwam tot een rechtszaak, dan
zou het gemeentebestuur van Axel door den
officier van justitie de beschuldiging krijgen,
dat men door onvoldoende controle mede oor-
zaak was, dat zoo iemand daar terecht moest
staan en tot misdaad vervallen was.
Men moet iemand hebben die onder den di
recteur, doch boven de fitters staat. Hoe men
hem noemt komt er niet op aan, noem hem
desnoods korporaal Als men iemand krijgt
die den directeur kan vervangen, met een aG
zonderlijke instructie, waardoor voldoende toe
zicht kan verkregen worden en geen gevaar
bestaat voor fraude met de muntmeters, is dit
naar sprekers meening wel 500 waard.
De VOORZITTER merkt op, dat het ook
geen 500 's jaars verschil maakt, want de
2e fitter krijgt 26 per week.
De heer VAN DE BILT is geen liefhebber
van het scheppen van nieuwe baantjes, en zou
den man eenvoudig eersten fitter willen noe-
men. Wat de instructie betreft, is hij er op
gestuit, dat daarin ook weer zooveel gesproken
wordt van rusturen.
De VOORZITTER: De instructie komt de
volgende vergadering aan de orde.
De heer VAN DE BILT wil de instructie
met bespreken, doch bedoelde alleen er op te
wijzen, dat er voor het uit te loven salaris ge-
werkt wordt als het noodig is. Het wordt tijd,
dat daarop eens wat meer wordt gewezen.
De belasting wordt steeds maar hooger en nu
zal men wel zeggen, dat de gasfabriek zichzelf
moet bedruipen, maar als de uitgaven daar
voor opgevoerd worden, komt dat toch ook
weer uit den zak der gemeentenaren in den
vorm van een hoogeren gasprijs. Verschillen
de keeren ziet men het, met het aanstellen
van zulke ambtenaren, dat 't wel eens tegen-
valt. Spreker heeft het niet zoozeer over het
loon als wel over de werkprestatie.
De heer 't GlLDE sluit zich aan bij het ge-
sprokene door den heer J. de Feijter en be-
grijpt niet, dat over dit voorstel nog zooveel
woorden vuilgemaakt moeten worden. Hij acht
dat een kleineeren, niet alleen van de gas
commissie, maar ook van het hoofd van den
dienst. Er is op verschillende andere plaatsen
een onderzoek ingesteld en daarbij is gebleken
dat men met het uitloven van een loon van
f 35 per week voor deze functie nog lang niet
aan den hoogen kant is. Wanneer de raad er
dat niet voor over zou hebben, krijgt men ook
niet de gewenschte personen. Hij zou er niet
aan kunnen meewerken om te benoemen be-
neden dat bedrag.
De heer CLAESSENS merkt op, dat in de
instructie zou kunnen geschrapt worden de be-
paling van het bezit van het diploma, doch
omschreven dat hij goed onderlegd moet zijn
in het gasbedrijf, en ook goed op de hoogte
moet zijn met de motoren. De mogelijkheid
is ook niet uitgesloten, dat men als sollicitant
een goed gasmeester zou krijgen, die echter
geen diploma bezit als fitter.
De VOORZITTER wijst er op, dat de gas
commissie, juist omdat men iemand wenscht
die volledig op de hoogte is de voorwaarde van
het bezit van het diploma heeft aanvaard.
De heer CLAESSEN meent, dat de moge
lijkheid niet uitgesloten is, dat men voor deze
functie een gasmeester kan krijgen, misschien
zijn er wel krachten in de buurt, die misschien
nog bekwamer zijn.
De heer DIELEMAN geeft te kennen, dat
hoe 1 anger gedebatteerd wordt en hoe langer
hoe meer blijkt wat Burgemeester en Wethou
ders en de gascommissie willen, hoe meer hij
van het voorstel een afkeer krijgt. Er wordt nu
gezegd. dat hij noodig is voor controle, maar
als hij controle uitoefend, heeft hij geen tijd
om op de fabriek te werken en men heeft juist
iemand noodig, die aandeel neemt in het werk
men moet geen nieuwe functie in het leven
roepen. Men heeft een len fitter noodig om te
werken, niet om toe te zien. dat anderen wer
ken, zulke lui behoeft men niet te betalen,
men schrikt nu al van de belasting. De gas-
gebruikers moeten dat toch ook betalen.
De heer VAN DIXHOORN gevoelt veel voor
hetgeen de heer Claessen heeft gezegd. Hij ge
looft, dat men meer kan fiebben aan menschen
die jarenlang in de practijk geweest zijn, dan
aan iemand die in het bezit van een diploma
pas van de de school komt.
De heer KRUIJSSE moet zich verbazen over
de eigenaardige redeneeringen die hij hier
hoort over de waarde van een diploma. Als de
heeren aan het bezit van een diploma zoo wei
nig waarde toekennen, begrijpt hij niet, dat
de gemeente al tal van jaren subsidies heeft
gegeven aan verschillende onderwijsinrichtin-
gen, in het belang van een goede opleiding der
leerlingen b.v. voor ambachtsonderwijs, land-
bouwonderwijs, handelsonderwijs, avondtee-
kenschool, welke inrichtingen diploma's af-
geven. Als die diploma's inderdaad geen
waarde zouden hebben, kan wel begonnen wor
den met die verschillende subsidies op de be-
grooting te schrappen.
De heer VAN DIXHOORNDaar zou ik veel
voor gevoelen.
De heer 't GILDE vraagt, waar in deze de
logica blijft; het betreft hier toch allerminst
een kleinbedrijfje. En nu zou daarbij geen
baas-fitter kunnen aangesteld worden.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat het
voorstel weloverwogen is, zoowel door de gas
commissie als door Burgemeester en Wethou
ders.
De heer DIELEMAN stelt als amendement
voor, voor Axel te benoemen een len fitter.
De heer VAN DE BILT steunt dit voorstel.
De heer CLAESSEN meent, dat dit practiseh
ook wel zou kunnen, als men er iemand voor
vindt die in geval van ziekte van den directeur
de algemeene leiding op zich kan nemen. Maar
men moet iemand hebben, die ook degelijk ver-
stand heeft van fitten.
De heer KRUIJSSE merkt op, dat het toch
ten slotte niet loopt over het woord, maar wel
over de bevoegdheid van den te benoemen per
soon. Men wenscht iemand die leiding geven
kan en die ook fitters werk doet. Hoe men
hem noemt doet niet ter zake.
De heer DIELEMAN ziet er in, dat zich hier
juist het verschil komt openbaren. De heer
Kruijsse heeft zooeven opgesomd hoe en waar-
op de te benoemen baas-fitter controle en toe
zicht zou kunnen uitoefenen. Nu zegt hij „en
die ook fitter's werk doet". Dat zou dus
iemand moeten zijn ,,die ook wel eens fitters
werk doet", die ook wel eens werkt, maar het
grootste deel van den dag practiseh niets doet.
De heer KRUIJSSE is het da armed e ki het
gehee-1 niet eens, die man heeft ook zijn werk.
De heer CLAESSEN steunt ook het voorstel
van den heer Dieleman, tot benoemen van een
len fitter.
Dit voorstel wordt verworpen met 6 tegen
5 stemmen.
Voor stemimen de heeren Dieleman, P. de
Feijter, Oggel, Van de Bilt en Claessen; tegen
stemmen de heeren Koster, Van Dixhoorn,
'ttlilde, Kruijsse, Wolfert en J. de Feijter.
De heer OGGEL merkt, naar aanleid'ing der
woorden van den heer Dieleman op, dat Bur
gemeester en Wethouders en de gascommissie
toch met het aanstellen van een baas-fitter
ook bedoelen een aan te stellen die werken
moet.
De heer VAN DIXHOORN heeft wel eens
een directeur van een beetwortalsuikerfabriek
ontmoet in een vuile smerige fabriekskleeding,
als i gevolg van in de fabriek door hem ver-
rielite werkzaamheden.
De heer OGGEL wijst er op, dat men niet
\drder behoeft te gaan, de directeur der gas-
k»briek verricht toch ook werkzaamheden in
e fabriek
1 De heer VAN DIXHOORN: De wijze waar-
S(,
de te benoemen functionaris zijn taak op-
it zal veel van het individu afhangen.
Het voorstel van Burgemeester en Wethou-
ers wordt aangenomen met 9 tegen 2 stemmen
Voor stemmen de heeren Koster, Van Dix-
jhoorn, P. de Fester, 'tGilde, Oggel, Kruijsse,
(Van de Bilt, Wolfert en J. de Feijter; tegen
■.stemmen de heeren Dieleman en Claessen.
De heer VAN DE BILT vraagt, hoe het nu
staat met het benoemingsreoht.
De VOORZITTER. Dat wordt bepaald in de
instructie. ZooaLs reeds in de inleiding over
dit voorstel is gezegd, wenschen Burgemees
ter en Wethouders in deze thans niets over
te laten aan het toeval, maar ter voorkoming
van moeilijkheden alles juist te omschrijven.
De instructie zal in de volgende vergadering
worden vastgesteld.
De heer t GILDE meent, dat nu toch wel
kon worden uitgemaakt, wie de benoeming doen
zal, de raad is nu voltallig bijeen.
De heer J. DE FEIJTER moet zich daarte
gen verzetten; dat benoemingsrecht is een on-
derdeel van de instructie.
(Wordt vervolgd.)
Donderdag vergaderde de gemeenteraa.d.
Aanwezig waren alle leden.
Voor kennisgeving werd aangenomen het
bericht van den Commissaris der Koningin,
dat door de Kroon is goedgekeurd de aanvul-
lmg der schoolgeldverordening met de bepa-
hng, dat, indien meer dan twee leerlingen uit
hetzelfde gezin gelijktijdig een school van de-
zelfde soort bezoeken, het schoolgeld voor den
derden leerling met tien, voor den vierden
met twintig, voor den vijfden met der tig en
voor den zesden met veertig ten honderd rer-
minderd wordt en voor de volgende leerlingen
geen schoolgeld verschuldigd is; deze bepaling
treedt in werking op 1 Juli a.s.
De gemeenterekening 1926 is door Ged. Sta-
ten goedgekeurd (eindelijk!
Ingekomen is voorts een bericht van A. van
de Voorde te Nieuw-Namen, dat hij vbor 60
per jaar afval en vuilnis aan de huizen te
Nieuw-Namen wil ophalen en wegvoeren. Na
breedvoerige gedachtenwisseling wordt met
acht tegen drie stemmen besloten van gemeen-
tewege vuilnis te doen ophalen, tegen stem-
men de heeren Hageman, Smet en Bolsens.
De Voorzitter zal de regeling van deze taak
bij Burgemeester en Wethouders ter sprake
brengen, waarna den raad een nader voorstel
zal worden gedaan. Spreker acht het in prin-
cipe billijk voor deze door de gemeente te ver-
richten diensten eene lichte retributie te hef-
fen.
Op verzoek van E. Maas te Emmadorp
wordt deze eene tegemoetkoming verleend in
de kosten van schoolbezoek van een leerplich-
tig kind ten bedrage van 25 per jaar. Tot
het vaststellen van het heffingspercentage der
gemeentelijke inkomstenbelasting voor 1928/
29 op 3,25 wordt, nu een ontwerpbesluit met
toelichting onder de leden heeft gecirculeerd,
zonder bezwaren besloten.
Bij de rondvraag zegt de Voorzitter den heer
Smet toe binnenkort tot het nazien van het
rijwielpad te Clinge (dorp) te zullen opdracht
geven.
Omtrent de schade, die de afwatering van
het dorp Nieuw-Namen berokkent aan den
tuin van CI. Vermeersen, zullen Burg, en
Weth. een nader onderzoek instellen.
Den heer Hageman deelt de Voorzitter
mede, dat de oude keien van de Dorpstraat
te Nieuw-Namen verwerkt worden aan de zij-
straatjes aldaar; den heer Hageman verzoekt
ook de zijstraatjes te Clinge (dorp) eens te ge-
denken, daar deze eveneens in een zeer treu-
rigen toestand verkeeren.
Den heer Kindt acht verbetering van den
waterafvoer van het straatje achter de school
te Nieuw-Namen dringend noodig.
De Voorzitter zegt een onderzoek toe,
Hierna geheime vergadering, waarna slui-
ting met Christelijken groet.
EENIGE VIJANDEN ONZER ROZEN EN
HOE ZE TE BESTRIJDEN.
Ook de koningin der bloemen heeft haar
belagers welke al onze goede verwachtingen
teniet doen, indien wij niet tijdig ingrijpen en
tehulp komen. Een der meest verraderlijke
vijanden van de rozen, vooral de fijne zwak-
groeiende, is een parasitische op de bladeren
levende schimmelsoort, bekend onder den
naam van sphaerotheca pannossa. Deze schim-
mel is te onderkennen aan witte vlekjes, zoo
wel aan de onder- als aan de bovenzijde der
bladeren. Deze vlekjes vermenigvuldigen zich
zeer snel, zoodat in een minimum van tijd de
bladeren met viltig melkwit bekleedsel zijn be-
dekt. De schimmel beperkt zich niet tot de
bladeren alleen, doch ook de Stengels worden
aangetast, zoodat er in ernstige gevallen reeds
van verre te zien is, waaraan de struiken lij-
dende zijn. De noodige sappen voor deze snelle
vermeerdering en groei der schimmel wordt
uit de bladeren getrokken, wat tot gevolg
heeft, dat deze hun groene kleur verwisseien
voor geel en tenslotte afsterven.
Bij vochtige, warme zomers verspreidt de
schimmel zich ontzettend snel. De kiemen, de
conidien, worden door den wind voortgedreven
en vallen neer op vochtige bladeren, ontkiemen
hier en verspreiden aldus de ziekte van de
eene struik op den andere. Waar de schimmel
,,het wit" zich in den zomer ontwikkelt, komen
in het najaar nieuwe organen en deze organen
veroorzaken het volgend jaar opnieuw de
ziekte. Deze organen, de z.g. vruchtjes, peri-
thecien geheeten, zijn kogelvormig en hierin
bevinden zich een achttal ascosporen. Deze
vruchtjes moeten daarom zorgvuldig worden
verwijderd door in het najaar alle rozenblaad-
jes van de struiken te plukken en te verbran-
den.
Bovendien kunnen wij de bovenste grond-
laag ter dikte van ongeveer 5 h 6 c.M. vervan
gen door andere frissche grond. In het voor-
jaar worden de rozen als een voorzorgmaat-
regel flink afgeborsteld met een emulsie van
groene zeep met water en wat ruwe carbol.
Ook zwavelen en een oplossing van 3 keu-
kenzout met whter den anderen dag gevolgd
door een bespuiting met eenzelfde oplossing
van 1% geeft goede resultaten. Door het
rijke bloeien verzwakken de rozen en hoe
zwakker de struiken zijn, hoe grooter kans op
deze kwaal. Daarom er voor zorgen, dat de
planten zoo sterk mogelijk zijn. De rozen
daarom in het voorjaar goed mesten met koe-
mest of beer en in den zomer de rozen eenige
malen begieten met roetwater. Men neemt
hiervoor 1 liter roet op 18 liter water en laat
dit eenige dagen aftrekken. Dat vele rozen
niet voldoende bloeien, vindt heel vaak zijn
oorzaak in te weinig voeding voor de planten.
Zijn de struiken door de luis aangetast, dan
worden deze eenige malen bespoten met een
sterke zeepsop, waarvoor het zeepsop na de
wasch uitstekende diensten kan bewrjzen. Zijn
enkele bladeren erg dicht met luizen bezet,
dan worden deze afgeplukt en de luizen dood
gedrukt. Verder krijgen onze rozen ook nog
bezoek van het bekende kevertje, het Lieve-
heerbeestje. Dit vlugge diertje is een uitste-
kend bondgenoot in onzen strijd tegen de lui
zen en darom laten wij deze volkomen onge-
moeid. Een ander kevertje met een goudgele
kleur, welke de bloemen uitvreet wordt even-
wel verdelgd.
Zooals de lezer bekend is, wordt het grootste
deel der rozen gekweekt door middel van ver-
edeling op verschillende sterk groeiende roze-
stammen. Als de veredeling is gelukt. dan
wordt het z.g. „wilde" hout weggesnoeid. Tel-
kens schieten weer spruiten uit den stam of
uit de onderste takken. Waar deze spruiten
de sappen tot zich trekken, welke juist voor
de edeloogen zoo noodig zijn, moeten deze
zorgvuldig en direct worden verwijderd. Voor
wat de plaatsing van verschillende rozesoor-
ten betreft, verwijzen wij naar een der voor-
gaande artikelen.
Vragen, deze rubriek betreffende,
kunnen door de abonne's worden ge-
zonden aan Dr. Te Hennepe, Diergaar-
desmgel 96c te Rotterdam. Postzegel
an "Y2 cent voor antwoord insluiten en
uitdrukkelijk blad vermelden.
KUIKEN-OPVOEDING.
Een en ander over Vitaniine A, het
groei-vitamine.
Men zou dit vitamine kunnen noemen het
groei-vitamine of anti-oogziekte-vitamine
Oorspronkelijk sprak men van een in vet oc-
losbaar vitamin, dat zooveel invloed had op
den groei als op de Engelsche ziekte. Dit vi
tamine kwam zeer veel voor in levertraan
vandaar den naam: in vet oplosbaar. Later
bleek uit verschillende ervaringen, dat er een
verschil moest zijn tusschen twee vitaminen
n.l. een dat den groei van jonge dieren bevor-
dert en een dat de Engelsche ziekte geneest.
Tegenwoordig spreekt men dan ook van A vi
tamine of groei-vitamine en D vitamine of
anti-Engelsche ziekte vitamine.
Zoodra dus dit vitamine ontbreekt zullen
jonge dieren, ondanks de beste voeding, niet
groeien en heel vaak ontwikkelt zich een
eigenaardige oogziekte, die tenslotte tot blind-
heid leidt. Plaatselijke behandeling van het
oog helpt niets, maar de ziekte verbetert in
enkele dagen na het gebruik van levertraan.
Gedurende den oorlog zag men deze ziekte
veel bij kinderen in Roemenie, waar de melk
krap was. Eveneens kwam zij voor in Japan
en Denemarken. Vooral in Denemarken ont-
dekte men verband tusschen de kinderziekte
en export van boter en bleek dat de fout lag
in het feit, dat men de boter door margarine
verving. Tegenwoordig kan men margarine
ook van vitaminen voorzien.
Natuurlijk hielp levertraan alleen in het be
gin der ziekte. Als eenmaal het hoornvlies al
stuk was kon men de kwaal niet meer ge-
nezen.
Toen men de ziekte bij kinderen bestudeerd
had ontdekte men haar ook bij pluimvee.
Tevens vond men hier evenals bij kinderen,
dat de betreffende dieren veel gevoeliger wa
ren voor besmettingen van het darmkanaal en
de longen en dat tenslotte de dood vaak volg-
de, niet door een bepaalde ziekte, maar door-
dat de smetstoffen de overhand kregen op het
organisme.
Volwassen menschen of dieren zijn veel min
der gevoelig voor een tekort aan dit vitamin,
maar toch bemerkt men ook daar een ver-
hoogde gevoeligheid voor besmettelijke ziek-
ten, vooral ook voor longaandoeningen. Van-
uit California is het eerst een ernstige kippen-
ziekte beschreven, die zich uitte onder ver-
schijnselen van diphtherie doch die veroor-
zaakt bleek te zijn door een gebrek aan A-
vitamine. De ziekte lijkt voor den leek ge-
heel op z.g. „snot" of diphtherie, waarbij het
slijmvlies van den mond, neus, keel en oogen
hevig ontstoken is en met dikke gele vlieaen
bedekt is. De dieren sterven tenslotte en men
vindt dan in het lichaam de typische verschijn-
selen van jicht. Jicht doet zich n.l. bij kippen
heel anders voor dan bij menschen. In beide
gevallen zetten zich urine zuur kristallen af.
Bij menschen vaak in de gewrichten en bij
vogels in de nieren en op het vlies dat lever,
hart en darmen bedekt. Als men zoo'n kip
opent is het precies alsof het dier van binnen
met een dikke laag meel bestoven is.
Men kan deze ziekte bij kippen gemakkelijk
veroorzaken door een bepaald dieeet en aan
den anderen kant kan men dan de ziekte ook
weer genezen door toevoeging van levertraan.
De zonneschijn heeft echter geen invloed ten
gunste op den ziekte en daaruit blijkt, dat ze
veroorzaakt wordt door een tekort aan een
ander vitamin dan het zonnestraal-anti-Engel-
sche ziekte vitamin'D. Ook kan men de ziek
te voorkomen met gele ma'is, die wel vitamin
A bevat maar geen D.
Feitelijk is dus dit vitamin A voor ons kip-
penhouders niet van zoo groot belang aange
zien kuikens of kippen betrekkelijk gemakke
lijk het benoodigde A-vitamine vinden in
groenvoer, gele mais of levertraan. Ik spreek
steeds van gele mais omdat witte mais geen
vitamine bevat en dus wel tot schadelijke ge-
volgen kan leiden.
Aan den anderen kant is echter dit vitamine
weer in den laatsten tijd meer op den vocr-
grond gekomen, omdat men meent, dat dit
vitamine scheikundig aangetoond kan worden.
Er zijn n.l. bepaalde stoffen b.v. antimonium-
trichloride die met levertraan te samen ge-
bracht een sterk paarse kleur geven. Deze
kleur schrijft men toe aan de aanwezigheid
van vitamine A. Of deze proef geheel he-
trouwbaar is, is nog niet zeker, maar zeker is
wel, dat handige zakenmenschen er al weer
gebruik van gemaakt hebben om het publiek
van de wjjs te brengen.
Zij verrichten in hun laboratoriums zooge-
naamd levertraan-onderzoek en de handelaars
verkoopen hun levertraan, die onder controle
staat van laboratorium zoo en zoo. Bij dit alles
begaat men de groote fout, dat levertraan ge-
bruikt wordt hoofdzakelijk om het gehalte
aan D-vitamine en niet om A-vitamine en dat
een scheikundige proef op A-vitamine niets
zegt omtrent de al of niet aanwezigheid van
D-vitamine. Het is nog veel sterker. Het is
mij bekend, dat een dergelijk laboratorium
monsters levertraan afkeurde omdat ze geen
vitaminen heette te bevatten. Ik wist echter,
dat deze traan uitstekend bereid was en uit-
stekend van qualiteit was, daar ik haar op
levende kuikens gecontroleerd had!
Men zij dus voorzichtig met z.g. gecontro-
leerde levertraan. Die geheele scheikundige
controle is voor ons doel geen cent waard. Het
verschil in vitamin A en -D blijkt ook hieruit,
dat vitamin A door verhitting snel gedood
wordt en D niet. Als men levertraan b.v. ver-
hit tot 100° Celsius of er onder verwarming
lucht door heen blaast, dan verdwijnt het ge
halte aan A-vitamin direct, doch haar gene-
zende werking ten opzichte van Engelsche
ziekte blijft zij behouden. Zeer rijk aan vita
min A zijn o.a. versche klaver, gras, sla, 3pi-
nazie, gele wortels, boter, eidooiers, lever en
levertraan ook (melk).
Vatten we nu een en ander te samen dan
zien we dat A-vitamin onmisbaar is voor den
groei en gezondheid van kuikens en kippen.
Gebrek aan A-vitamin schijnt invloed te heb
ben op bepaalde klieren in het lichaam en de
vet- en zweetklieren der huid. Daardoor wer
ken de lichaamssappen onvoldoende (geen
groei, abnormale gevoeligheid voor besmet-
ting) en de huid en slijmvliezen drogen uit
(oogziekten). Een betrouwbaar onderzoek
naar vitamin A in levertraan kan alleen ge
daan worden door proeven op jonge, groeiende
dieren (jonge ratten of kuikens). Scheikun
dig onderzoek heeft weinig waarde en in geen
geval heeft 'n onderzoek op vitamine A waar
de voor een beoordeeling van het D-vitamine.
Dr. TE HENNEPE.
die doozen