AL6EMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 8156.
Maandag 12 December 1927.
67e Jaargang
¥@z^t%alf
Een nieuwe neus
buitenlanp.
ABQNNEMENTSPRIJS;
Leden Raadscommissies.
BINNENLANB.
FBUILLKTOH.
A,S dC t'TeUU wcr^V
j !i„„ t., Nan7«n fr oost f 1 80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
vZ •Sedl.d" 2.70f !ZLSt„c7 peT'post - Abonne^fcn voor buitenland alleen M vootullbetallna.
Olt blad verschl)nt lederen Maandag-, Woensdag. en VrHdagavond.
Burgemeester en Wethouders van FEK NEl /.EN
breuge n ingerolge artikel 54 der gemeentewet ter
•pea bare kennis, dat de geraeenteraad in zijne ver-
radering va» den 8 December 1927 heeft benoemd
tot leden Tan de Commissie van Bijstarid in het
bekeer en onderhoud der plaatselijke werken en
•icendommen, de heeien:
P. VAN CADSAND, B. N. VAN DUKE en C. A.
VKHLINDE. J
tot leden der linancieele commissie, de heeren
N. A. tlAMELINK, A. DE BKU1JNE en P. F. DE
BAKKER.
Ter Neuzen, den 10 December 1927.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HU1ZINGA, Burgemeester,
B. I. ZONNEVXJLLE, Secretaris.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
Besloten wordt in avandvergadering.en
te behandelen de onderwijsbegrooting en
het wetsvoorstel-Albarda betreffende e
revenjarige leerverplichting. Donderdag
15 December zal o.m. aan de orde komen
de wijziging van de rijwielbelastmg.
Voortgezet wordt de behandeling van
de begrooting van Waterstaat.
Minister Van der Vegte betoogt, dat
d;e kwestie der dienst- en rusttijden be-
hoort bij den personeelsraad. Onderzoch
zal worden of de handrem bij trams kan
warden afgeschaft. De directie der spoor-
weqen zal armleuningen overwegenbij
a»euw materiaal in derde klasse coupe s.
Wat betreft het lichtdefect m het
Kation te Utrecht, in de toekomst zal een
vervanqingsmiddel aanwezig moeten zqa.
Naqeqaan kan worden of de maximum-
snelbeid voor auto's bij de overwegen
moet worden gewmziad. Bi] ongelukken
op onbewaakte overwegen is bijna als
regel de schuld bij de slacbtoffers. Ga-
rantie voor goede werking van seinen
bij die overwegen kan de directie niet
aauvaurden^piie^ dient de heer Boon
(v.-b.) een motie in om het vraagstuk der
♦nbewaakte overweqen in onderzoek op
te draqen aan een commissie van deskun-
«Uaen, die de middelen zal hebben aan te
•even om de veiligheid te verhoogen.
De motie wordt z. h. s. aangenomen.
Ri; de afdeelinq mijnwezen dringt de
herr Hermans (r.-k.) er op aan, een wet-
telijke basis aan de contraotcommissie te
§even.
NOMINATIE HOOGE RAAD.
De Hooge Raad heeft de volgende lijst
va» aanbeveling van zes candidaten aan
de Tweede Kamer doen toekomen voor
bet maken van de nominatie voor een
madsheersolaats in ziin college, ontstaan
door de benoeming van Mr. O. W. Sip-
ke» tot andere functien;
le. Dr. F. Kranenlburg, kantonrech-
ter te Amsterdam;
2e. Dr. A. H. M. J. van Kan, lid van
het college van curatoren van de rechts-
hoogeschool te Batavia en hoogleeraar in
Ned. Indisch burgerlljk recht (voorzitter
dei faculteit) aan die hoogeschool;
3e. Dr. R. W. J. C de Menthon
Bake, raadsheer in het Gerechtshof te
Amihem;
4e. Dr. J. A. F. van Asperen, rechter
in de rechtban'k te 's Graverihage;
Dr. J. E. van der Meulen, als vo-
ren te s Gravenhage;
6e. Dr. C. H. Beekhuis, raadsheer in
het Gerec'htshof te Leeuwarden.
VACCINATIE.
Verschenen is het voorloopig verslag
der Tweede Kamer over het wetsontwerp
tot wijziging en aanvulling der wettelijke
bepaling'en betreffende de vaccinatie.
Sommige leden spraken hun waardee-
ring uit over het beleid van den Minister j
die' voorgelicht door de medische wereld,
met groote voortvarendheid is opgetre-
den. Zij waren eohter van oordeel dat hij
verder had moeten gaan door voor te j
stellen, den indirecten vaccinatiedwang
voor goed af te schaffen. Afgescheiden
van hun principieele bezwaren waren zij
van oordeel dat de indirecte vaccine- i
dwang niet meer te handhaven is, nu zich
bij de'vaccinatie zoo schadelijike gevolgen
hebben voorgedaan en de vaccinatie niet
op wetenschappelijke gronden berust.
Verscbeidene andere leden kwamen
tegen deze besdhouwingen op. De indi-
xecte verplichting tot inenting is inge-
voerd op grond van tallooze pokken-
epidemien. Die inenting heeft zegenrijke
gevolgen opgeleverd. Nlen moet blind
zijn voor de ieiten om dit te ont'kennen.
Na dit met cijfers te hebben gedocumen-
teerd bestreden deze leden de bewering,
dat de vaccinatie, omdat zij in hoofdzaak
op empirische feiten berust, niet op een
wetenschappelijke basis zou zijn gefun-
deerd. Deze leden achtten het optreden
van den Minister tegenover de gerezen
moeilijkheden verre van gelukkig. Zij
kwamen er tegen op, dat de indirecte vac-
cinedwang gedurende drie jaren zal wor
den stopgezet. Zij zouden het ook beter
hebben geacht indien de Minister het ge-
bruik van virulente stof verboden had.
Verscheidene leden, die konden be-
grijpen dat de regeering tot de voorge-
stelde maatregelen heeft besloten nu
daartoe van deskundige zijde is geadvi-
seerd, zouden met het wetsontwerp willen
medegaan, indien de termijn van drie jaar
tot een jaar wordt verkort.
HET ZEVlENiDE LEERjAAR.
Verschenen is de Memorie van An.t-
woord op het voorloopig verslag over het
voorstel van wet van den heer Albarda
c.s. tot invoering van de leerverplichting
voor het zevende leerjaar.
De overtuiging der leden die zich van
verwexping van dit wetsvoorstel door de
Eerste Kamer verzekexd hielden en in elk
geval de bekrachtiging door de Kroon
als uitgesloten beschouwden, deelen de
voorstellers geenszins.
De meening, dat het .door de imdiening
en handhaving van dit wetsvoorstel aan
de Tweede Kamer onmogelijk zou worden
gemaakt, over het regeeringsontwerp een
beslissing te nemen moet h.i. op een mis-
verstand berusten.
Aan de vooronderstelling, dat het den
voorstellers met hun wetsvoorstel meer te
doen zou zijn om propaganda voor de
staatkundige partij, waartoe zij behooren,
dan om bevordering van de zaak zelve,
wenschen de voorstellers niet veel woor-
den te besteden. Zij aehten een zoodanige
vooronderstelling van slecht alooi en het
gebruik daarvan gevaarlijk voor de leden,
die haar uitspreken.
Over de principieele bezwaren, die brj
sommige leden tegen een bestaanden leer-
plicht 'en dus ook tegen zijn verlenging
worden gevoeld, behoeft naar het den
voorstellers voorkomt bij deze ge-
legenheid geen uitvoerig debat te worden
gevoerd.
EEN ONUITGEVOERD
TESTAMENT.
Op de vragen van het Tweede Kamer-
lid Braat, over een door wijlen J. baron
van Sytzema aan de algemeene armen
van Driessum bij testament gelegateerd
bedrag van f 20.000, welke uitvoering
van het testament totnogtoe is achter-
wege gebleven, heeft de Minister van Ju-
stitie geantwoord, dat hem is gebleken,
dat in het bedoelde testament is bepaald,
dat de renten van f 20.000 komen aan de
algemeene armen, woonachtig te Dries-
sum, indien zich een bij dat testament
omschreven omstandigheid mocht voor-
doen. Het beheer van het fonds is blijk-
baar van oordeel, dat deze bepaalde om
standigheid zich tot dusverxe niet heeft
voorgedaan. Blijkens van den Minister
van Financien ontvangen inlichtingen,
stelt deze zich met de belastingadministra-
tie sedert zij den feitelijken toestand kent,
eveneens op het standpunt dat de bepaal
de omsta-ndigheid niet is ingetreden. Dat
sprake is van een onuitgevoerd testament
staat, gelet op het vorenstaande, niet vast.
Een beslissing kan, waar het hier even-
tueel een burgerrechtelijk geschil betreft,
slecbts; door den rechter worden ge-
geven.
fNGEZONDEN MEDEDEELINGEN
25c.
ceneest kleine
door
ARTHUR GASK.
39)
Vervolg.)
Ik herinnerde mij hoe Wervelwind
feiei met mij gesprongen had, hoe Roze-
knop bij de bocht den anderen vooruit-
«uhoot, hoe Babylon mij eens over alle
kindernissen had gebracht en hoe Sea-
manda op het allerlaatste nog de eerepalm
kad weggedragen.
Het scheen dat de nacht nooit zou ein-
cligen en toen eindelijk de morgen aan-
brak, leek alles mij zoo duister en hope-
loos, dat ik den dag alleen blijde begroet-
te, omdat het een andere omgeving voor
■aijn ellende was.
A1 spoedig bleek het, dat er weer een
volmaakte winterdag zou volgen en on-
wiliekeurig strekte ik mij.n verstijfde en
pilnlijikie ledematen uit in de koesterende
varmte van de zon en kreeg ik weer wat
6oop. Ten slotte, bracht ik mij te binnen,
is het spel nimmer verloren, eer een ander
bet gewonnen heeft.
Ik ging overeind zitten en onderzocht
mijn voet. Er waren geen beenderen ge-
hroken, voor zoover ik zien kon, maar ik
lewam helaas tot de overtuiging, dat het
vele dagen zou duren eer ik weer zou
kttnnen loopen of zelfs maar een schoen
aamtrekken. Mijn enkel was sterk ge
NAAMSWI1ZIGING.
Naar men ons bexicht zal de Noorsche
stad ,,Frederikshald" vanaf 1 Januari ge-
noemd worden ,,Haldien
DE FRANSCH-ITALIAANSCHE
BETREKK1N GEN
Frankrijk en Italie hebben, behalve dat
zij beiden tegen een aansluiting van Oos-
tenrijk bij het Duitsche rijk zijn, niet zoo
heel veel algemeene politieke doeleinden
gemeen. Tusschen hen bestaat, schrijft de
N. R. Crt-, de natuurlijke wedijver van
twee groote Middellandsche-Zee-mo-
gzndheden. De Zuid-Slavische vrienden
van Frankrijk zijn op den Balkan tegen-
standers van Italie. De Italianen herin-
neren zicih met smart de stukken gebied
die zij in den loop van den tijd aan Frank-
rijk kwijt zijn geraakt. Italie werd te laat
een nation ale eenheid om nog goede ko-
lonien te kunnen krijgen, en ziet met leede
oogen, dat de» Fransc-hen voor wie het
met het bevolkingsvraagstuk precies an-
dersom is gesteld als voor de Italianen, de
beste stukken aan de overzijde van de
Middellandsche Zee onder hun koloniaal
bestuur of protectoraat hebben. Italie
zoekt overzeesche ruimte voor zijn be-
volkingsoverschot, maar staat overal in
de wereld tegenover barri'kades. Zijn
eigen kolonien zijn niet meer dan een
overschot voor hetwelk geen belangstel-
ling bestond, toen het beste verdeeld
was, en hieden geringe oeconomische
vooruitzichten voor zijn volkplanters. Het
gebaar van onlangs toen een Italiaansch
eskader een ostentatief bezoek aan Tand- j
zjer bracht, was een uiting van wrevelig-
heid over onbevredigden drang naar ex-
pansie, en heeft de Franschen een oogen-
blik schichtig gemaakt, omdat het zulk
een sprekende 'gelijkenis vertoonde met
vroegere dreigementen van het Duitsche
keizerrijk aan de Marokkaansche kust.
Tot de vele zorgen die Briand heeft,
om voor de Fransc'he politiek het even- j
wichtspunt in Europa te behouden, be-
hoort dus ook de vraag, hoe Frankrijk
op beter voet met Italie zal komen. Daar-
om heeft hij bijzondere aandacht gewijd
aan het kiezen van een nieuwen gezant j
te Rome. Zijn keus is daarvoor gevallen
op de Beaumarchais. Deze diplomaat
heeft een bijzondere bevoegdheid in
Noord-Afrikaansche problemen. Hij is in
Marokko geweest en heeft, als Fransch j
gevolmachtigde, de internationale con-
ventie over den status van Tandzjer ge-
teekend. Dan heeft hij in Tunis herhaal-
delijk te doen gehad met diplomatieke
kwesties betreffende daar gevestigde
Italiaansche onderdanen. Uit zijn benoe
ming heeft men meenen te moeten op-
maken, dat de kwesties waarbij Italie bij-
zonder belang heeft, als meezeggen^
schap in Tandzjer en de behandeling van
zijn onderdanen in Tunis, de voile aan
dacht van de Fransche regeering zullen
krijgen. In Italie zelf is de benoeming
van de Beaumarchais vriendelijk ontvan
gen. De Corriere della Sera heette hem
welkom als een diplomaat van beteeke-
nis die gewichtige en belangrijke posten
aan de Quai d'Orsay had bekleed en zag
in zijn aanstelling een teeken van en een
waarborg voor Fransche pogingen om te
Rome werkzaam te zijn voor een klaring
der betrekkingen. Zeker is, dat deze be-
trekkingen geleden hadden onider onaan-
gename perspolemieken en een politiek
van speldeprikken.
Er zijn nog andere teekenen. van een
verbetering in de verstandhouding merk-
baar. Vo6r Briand naar Geneve vertrok,
heeft hij, door middel van met den Ita-
liaanschen gezant gewisselde brieven, een
voorloopige overeenkomst be'klonken,
waarbij de twee regeeringen voor de po-
sitie van elkaars onderdanen binnen hun
grenzen waarborgen verschaften. Deze
modus vivendi moet beschouwd worden
als voorlooper van een vestigingstractaat
in alien vorm waarover nu onderhande-
lingen zullen beginnen. Het doel ervan
zal zijn, aan Fransche burgers in Italie en
aan Italiaansche burgers in Frankrijk
dergelijke rechten en voorrechten te ver-
zekeren als zij in hun eigen landen zouden
genieten. Zulk een tractaat heeft nog
nooit tusschen deze twee landen bestaan,
maar is vooral voor Italie van belang ge-
worden, sedert zich een half millioen Ita
lianen op Franschen bodem gevestigd
hehben. Frankrijk heeft dus reeds met
de onderteekening van de voorloopige
overeenkomst een bewijs van zijn goeden
wil tegenover Italie gegeven. Wanneex
ook het veiligheidsvraagstuk eens tus
schen Frankrijk en Italie geregeld werd,
zouden de twee mogendheden wier ver
standhouding na den oorlog zoo dikwijls
te wenschen heeft gelaten, zelfs op den
duur tot een entente kunnen geraken met
Engeland en Spanje als andere leden. De
Times heeft onlangs gemeld, dat er reeds
in Juni te Geneve officieus van gedachten
gewisseJd is tusschen een lid van de
fransche delegatie en een gezaghebbend
jFVGEZONDEN MEDEDEELINGHN.
ken. Deze pijn is rheumotmk.
Aspirin-tabieftcn doen het bloed
snellerdoorde spieren stroomen^|^
die weer lenig.
De verpakK'-u# der echte
- tabletten i» kenbaar
Tan a™ oranje band en het
Bayerkruis.
fiijs 75 cts.
vertegenwoordiger van de Italiaansche
regeering over de mogelijkheid van een
Middellandsche-Zee-pact, dat Frankrijk.
Italie, Engeland en Spanje zouden onder-
tccksncn voor dc handhavincf van den
status quo in het Oostelijk gedeelte van
de Middellandsche Zee.
Bij die gelegenheid zou qesproken zijn
over inwiliiging van de Italiaansche aan-
spraken in Tunis en te Tandzjer en moet
men het er over eens zijn qeworden, dat
het noodig was de verdere gedachten-
wisseling alleen te verdagen tot Frankrijk
en Spanje zich over de wijziging van het
staituut voor Tandzjer verstaan hebben.
Zoo kan er voorzichtig schot komen in
de verbetering van de verstandhouding
en de nieuwe Fransche gezant de Beau-
marchais heeft, hoe dan ook, een belang
rijke taak voor zich.
iDe hartelijke telegrammen die pas tus
schen d'Annunzio en Poincare gewisseld
zijn, naar aanleiding van de vertooning
van een stuk van den Italiaanschen schrij-
ver in Frankrijk's nationalen schouwburg,
j het Theatre Frangais te Parijs, zijn een
j nieuw gunstig omen, want d'Annunzio is
niet alleen de vertrouwieling van Musso
lini, maar in zekeren zin ook de ,,essen-
ce" van de Italiaansche ziel. Wanneer
het terrein zorgvuldig voorbereid is, zal
een ontmoeting tusschen Briand en Mus
solini niet meer tot de onmogelijkheden
behooren.
DE BIJBEL WEER TOEGELaTEN.
De Sovjet autoriteiten hebben onlangs
het drukken *an godsdienstige boeken
weer toegelaten. Daardoor kan ten eitde
komen aan het gebrek aan bijbels, g-'zang-
boeken, cateckismen enz. In de Russische
Staatsdrukkerijen wordt de Bgbel htrdrukt
en verder kan hij door bet geheele rjjk
verspreid worden. Met een nieuwe uitgave
van het Luterscbe gezangboek staan de
zaken niet zoo eenvoud g Het destijds door
zwollen en ik kon mijn voet niet laten
hangen. zonder de heftigste pijn. Het
klopte en hamerde daarbinnen, alsof mijn
hart letterlijk in mijn voet gezakt was.
Ik leunde weer acbterover en stak een
sigaret op om mijn zenuwen te kalmeeren.
Plotseling hoorde ik tot mijn schrik vlak
in de 'buurt een deuntje fluiten en een
oogenblik later verscheen een man op het
veld, net tegenover de officieele tribune.
Hij wan del de op zijn gemak naar een
schuurtje binnen het zadelterrein bij de
weegkamer en sloot de deur open, om in
het hokje te verdwijnen.
Hij was vlak langs mij gekomen en ik
wist onmiddellijk, wie hij was. Sam Piper,
de terreinknecht van de Renclub Chel-
tingham, en hij moest de baan in orde
houden. Hij moest zorgen, dat het terrein
vochtig ibleef en had op de dagen, dut er
gerend werd, het toezicht op de knechts,
die de hindernissen en de vlaggen plaat-
gten.
Ik had nog nooit een woord met hem
gewisseld, rnaar ik bedacht met schrik,
.dat hij mij zeker dikwijls mijn triomfen
had zien vieren en mij nog wel beter zou
kennen, dan ik hem.
Binnen een paar minuten kwam hij
weer naar buiten met een tuinslang, ge-
reed om het gras te gaan bespuiten vlak
voor de scheidsrechtersloge.
Mijn hart begon onstuimig te kloppen.
Hier gebeurde nu niets, wat ik niet voor-
zien had, en toch, zou het misschien mo-
gelijk fijn, vroeg ik mij zelf af, om van dit
onvoorziene voorval een voordeelig ge
bruik te maken. Maar ik was zoo moe
en uitgeput dat ik werkielijk niet meer ge
regeld kon denken en langen tijd bleef ik
maar naar den man staren als in een
droom.
Zou ik hem kunnen omkoopen? vroeg
ik mij af, maar ik deinsde weer terug voor
het groote gevaar, als mijn geheim door
een ander gedeeld werd. Ik zou op ge-
xtade of ongenade aan dezen man zijn
overgeleverd, als ik hem hulp vroeg, en
was hij iemand, dien ik vertrouwen kon?
i Met bevende handen haalde ik mijn
verrekijker te voorschijn en nam hem ter-
dege op, zooals hij daar tegen het hek
stond te leunen, Ik kon zijn gezicht uit-
stekend zien.
Hi] had den sproeier op de slang gezet
en rookte nu nadenkend zijn pijpje.
}a, hij had een goed gezicht. Hij had
een fotsche kaak, die van wilskracht en
moed sprak en er tintelde iets van humor
in zijn oogen. Een dertiger ongeveer,
dacht ik, in ieder geval oud genoeg, om
te weten, wat hij wilde. Ik aarzelde niet
langer.
Ik legde mijn binocle neer, ging rechtop
zitten en riep zacht: Hei, hei! Ik schrok
l van mijn zwakke stem.
De man nam zijn pijp uit den mond en
keek ietwat verbaasd rond. Een oogen
blik wist hij niet, waar de stem vandaan
kwam.
,,Hei", riep ik weer. ,,Kom eens hier,
gauw!" Nu zag hij mij wel en zonder een
oogenblik' te aarzelen, stak hij het gras-
veld over en liep op de tribune toe.
j ..Hallo", zeide hij, terwijl hij beneden
bleef staan en vragend naar boven keek.
,,Wat voer je daar uit?"
Een oogenblik w^s ik te ontroerd om
een woord uit te brengen en hij ging
door: ,,Een robbertje gevochten". Hij
grinnikte eens. ..Een beetje te diep in
het glaasje gekekien, he?"
Ik schudde mijn hoofd, maar zijn vraag
verbaasde mij niet, want ik moet er wel
heel gek hebben uitgezien met mijn ge
zicht geheel bedekt met bloed en modder.
Hij klom de treden op om mij eens wat
beter te bekijken en ik zag, dat hij mij
aankeek, als wist hij niet recht hoe hij het
,,Wil je vijftig pond verdienen?'
zuchtte ik,
„Dat hangt er van af zeide hij lako-
niek. ,,Om te beginnen, wie ben je eigen-
lij.k?"
Van het oogenblik, dat ik hem geroe-
pen had, wist ik, dat ik hem mijn naam
moest mededeelen en op dezen man ver
trouwen. Inderdaad was het mijn troef-
kaart, dat hij zou weten, wie ik was. Dan
was ziin belangstelling meteen gewekt.
,,Ik ben Huggins", zeide ik zwak. ,,lk
heb een ongeluk gehad op de Torrens-
avenue gisteravond en ben toen hier naar
toe gekropen".
„Huiggins", mompelde hij, op mijn toe-
komende. „Waarachtig het is zoo. Ik
dacht wel, dat ik je ken.de. Allemachtig.
wat zie je er beroerd uit. Heb je je em-
stig bezeerd?"
,,Neen, niet erg' zeide ik, ,.maar ik
ben lens voor een poosje. Ik viel van de
fiets en mijn voet doet nogal pijn. Ik heb
mijn enkel verstuikt".
Zeer ter zake kundig begon hij mijn
voet te onderzoeken.
„Ik heb een cursus voor Eerste Hulp
doorgemaakt", zeide hij, en ik geloof
niet, dat er iets kapot is", zeide hij na een
oogenblik. En toen voegde hij er wat
schuchter aan toe: ,,Maar u als dokter,
weet dat zelf ook wel".
,,Hoor eens", zeide ik met nadruk. „Ik
ben net zoo min dokter, als jij. Aliemaal
onzin, geloof daar asjeblieft niets van.
Niets dan krantenverzinsels".
Hij scheen wat verrast. ,,Nu, u moet
nu in ieder. geval verzorgd worden",
merkte hij op, ,,en ik zal onmiddellijk
hulp halen".
,,Neen, dat is het m juist zeide ik.
,,Niemand mag weten, waar ik ben. De
politie zit me achterna. Ik heb iemand
neergeslagen".
Hij floot en keek mij recht aan.
,,Dood?" vroeg hij rustig.
,,Dood? Neen!antwoordde ik. ..Was
dat maar zoo. De ellendeling zat me gis-
teren achterna en ik heb al deze narigheid
aan hem te danken. Luister eens", ging
ik voort. en ik voelde mijn stem in kracht
toenemen, nu ik hoop en moed voelde
weerkeeren. ,,Je moet mij verbergen.
Een paar dagen maar, totdat deze ellen-
dige voet weer in orde is en dan weet ik
wel, waar ik heen moet. Ik zal je vijftig
pond geven en nog meer. Kan je mij niet
in je huis verbergen, totdat we wat tij.d
gewonnen hebben? Zooals ik je zeg, het
is maar voor een paar dagen".
Hij lachte eens. „Ik lig in den kost bij
mijn tante, ginds bij het station", zeide
hij. ,,En haar zoon woont er ook in".
Hij grinnikte van pleizer. ,,Die is politie-
agent".
(Wordt vervt
ENSCHE COURANT
n tw. - - -SO S
Hacept Fa. v. d. Velde, Apotheker