Ter IT e azensche Courant Woensdag 30 Nov. 1927. No. 8150. TWEEDE BLAD. GEMEENTERAAD VAN TER NEUZEN. VAN Vergadering van Donderdag 17 November 1927, des voormiddags 10 uur. Voorzitter de heer J. Huizinga, burge- —II—ter. Tegenwoordig de leden: J. J. de Jag.er, L. J. Geelhoeidit, D. Scheele, P. van Cadsand, C. A. Verlinde, A. de Bruijne, P. F. de Bakker, B. J. Colsen, N. A. Hamelinik, L. J. van Driel, van den Bulck, D. van Aken en B. N. van (2. Vervolg.) Reisgald voor passanten en overige uitgaven der politde. f 200. 41. Beiooniing en premien aan brandmees- terts en brandspuitJieden. f 690. 4fi. Oniderhoud van brandbl us chimi ddelen en reddingsmiddelen. f 1110. 48. Onderhoud van brandweerkazernen en hrandispuitbuizen. f 250. 64. Ondenhoud der lantaamis en verdere kositen der verlichting. f 7400. 65. Eastern ter zake van verzekering, pen- skHmeering enz. van ambtenaren en beambten. f 3415. 66. Kosten van verzekering tegen brand- sdhiade. 10. 67. Rente van geldleeniimgen ten laste van Hoofdstuk III komemde. f 345. 68. Aflossing van geldleeningen ten laste van Hoofdstuk III komende. f 560. 69. Subsidie ten behoeve van een Politie- school. f 5. 76. Kosten van de burgerwacht. f 100. De heer VAN DRIEL geeft te kennen, dat zgn fraetie wensdht gestand te doen bet in de afdeelingsivergadering naar voren gebrachite denkbeeld om deze post, die zij onnoodig acht voor het aangegeven doel te sohrappen en de f 100 te bestemmen voor een Kerstgave aan de wekelijifcs door het Burgerlijk Armbestuur bedeelden, doch rechtstreeks udtgaande van de geimeente. We vragen dan beleefd aan bet Burgerlijk Armbestuur om die lijisit en bren gen die gave aan. de adiressen, waardoor het Vrede op Aarde beter tot zijn reoht zal koman dan wanneer die f 100 worden besteed voor schietoefeningen. Wanneer er menschen zijn die een cursus willein volgen in het sohieten om goed de schijven te kunnen raken, meent sprefcer, dat ze dit maar moeten doen op eigen kosten, doch niet op kosten der ge- meenschap. De heer VAN CADSAND merkt op, dat ook hij tegen dezen post bezwaar heeft gemaakt. Hjj ziet het nut daarvan niet in en zag liever dait die geheel van de begrooting werd afge- voerd. Er is evenwel principdeel verschil 'in de motieven, die hem daartoe aanleiding geven, met den vorigen spreker, die er een anderen post van wil waken De heer COLSEN geeft te kennen, indien de heer Van Driel 100 wenscht te besteden voor een Kerstgave aan de armen, hij daarvoor op zijn vol!en steun kan rekenen, doch hij kan er niet mee instemmen, dat die van dezen post zouden worden genomen. Hij wenscht die post te behouden. De gelden worden gebruikt vooi de oefendngen in het sohieten en dit is vooi de Burgerwacht noodig. Toen wij in dienst kwamen zegt spreker tot den heer Van Driel hebben wij toch ook moeten leeren echieten. Hij boopt, dat het optreden van de Burgerwacht nooit noodig zal zijn, maar als meti demand een geweer in handen geeft moet er toah ook mee kunnen omgaan, en als ieanand nooit geschoten had zou hij er niet veel mee doen. Het instituut der Vrijwiilige Bur gerwacht is om dienst te doen. in critdeke tflden. We moeten het daarom op prijs stel len, dat zioh daarvoor personen besohikbaar Bitellein, al is het te hopen, dat we ze nooit noodig zullen hebben. De heer SCHEELE verklaart aan deze reclame niet mee te willen doen. In de laat- «te jaren is van dezelfde zijde steeds tegen dezen post bezwaar gemaakt en nu heeft men er aan vastgeknoopt het voorstel om die f 100 te gaan overschirijven voor ondersteunipg aan <le arme imensdhen. Het spijt hem echter wel in deze niet in te kunnen stemmen met de meaning van den heer Van Cadsand over den post zeif, doch hij is van oordeel, dat de Bur gerwacht haar bestaansrecht nog niet verlo- ren heeft. De heer HAMELINK merkt op, dat de heer Sdheele spreekt over een reclame, die in het voorstel omtrent dezen post zou besloten lig- gern. Het kan echter toch wel niet Ibevreemden, dait de S. D. A. P.-fractie zich tegen dezen post verklaart. Het is best mogelijk, dat de heer Scheele de burgerwacht nog noodig acht, maar een anidere vraag is of deze door geble- ioen igeringe belangstelling zddhzelf niet over- bodig heeft gemaakt. Voor zoover spreker be kend is, houdt het rijk bij het toekennem van oubsidie rekening met 'het aantal leden, en als hij dan nagaat dat' de rijkssubsidie over 1926 si edits 32 heeft bedragen, dan komt het hem voor, dat het aantal leden dei; Ter Neuzensche Burgerwadht toch al zeer gering moet zijn en moet hij daaruit concludeeren,, dat deze feite- lijik haar eigen dood reeds is gestorven. Er wordt door het Rijk nog wel meer bijgedragen, maar die gelden zijn bestemd voor het houden van schietwedstrijden. Dat verhoogt dus de aantrekkelijkheid voor hen, die jaarlijks gaarne uitkomen in schietwedstrijden. De fraetie van spreker is echter van meeningy dat zij, die daarvoor liefhebberij gevoelen, daarvan zeif de kosten dragen moeten. Zij stemmen niet tegen omdat zij bang zijn van de burgerwacht, want indien een belangrijk deel der bevolking tot andere gedachten zou komen omtrent de staatsinstelling, zou daaraan wel uiting worden gegeven en zou de Burgerwacht toch wel niet doen wat men. er van verwacht. Dat zou, naar spreker verwacht, sterk tegen- vallen. Spreker wijst op de Burgerwacht te Hoek, die al een jaarvergadering houdt met bal na. Hij kan dit zich indenken. Zoodra iemand het soldatenpak heeft aangetrokken, gevoelt hij zioh een amder mensch en vooral met betrekking tot de meiisjes, die ook wel op dat bal zullen komen. Maar al was het een goede Burgerwacht, dan nog zou het werk, waarvoor men op haar rekent, vermoedelijk Hgenvalien. Uit de rekening van die vereeni- ging in Ter Neuzen, blijkt van zeer geringe amhitie. Voonts mejent spreker, dat er niet kan ge- ■egld worden, dat in het voorstel van den heer Van Driel reclame zit. Hij gelooft wel, dat het ttoadljjk zal gaan dien post op de begrooting M krijgen, maar spreker's fraetie was van meening, dat, waar zij tegen den post op de begrooting gekant is, zij aan de gelden ook een vredelievender bestemming konden geven, dat die voor iets beters konden gebruikt wor den. De iheer SCHEELE merkt op, dat het motief dat die Burgerwacht een bal zou geven, hier niet kan dienen, daarvan is hier niets geble- ken. Ware dat zoo, dan zou spreker tegenover de vereeniging missdhien ook anders staan. De VOORZITTER betoogt, dat beschouwin- gen over de Burgerwacht bijzonder in het tee- ken van dezen tijd staan. In Ter Neuzen ge- schiedt het werk dier in,stelling niet met groot militair vertoon. Hij kan wel meedeelen, dat de afdeeling alhier 116 leden telt. Slechts een klein deel hiervan neemt deel aan de oefenin- gen in den wapenhandel. Een ander deel stelt zich disponibel voor het onder,houden van be- paalde cliensten, die bij revolutie of andere omstandigheden levensdiensten zijn. voor het onderhouden der maatschappij. De subsidie bedroeg aanvankelijk f 600 en is teruggebracht tot f 100. Wat betreft de f 32 subsidie van het Rijk, die moet berekend worden viermaal f 32. Die wordt niet ieder kwartaal ontvan- gen en dan op een andere rekening verant- woord. Indien de raad eene bedeeling zou wenschen te verzekeren aan de arme menschen, dan zijn burgemeester en we.thouders van oordeel, dat dit niet moet worden verhaald op de Burger wacht. De heer HAMELINK merkt op, dat, als er van het Rijk nog 3 kwartalen subsidie moest worden ontvangen, dit in de rekening zou moe ten aangeteekend zijn als nog te ontvangen gelden. De VOORZITTER: Het is een rekening, geen balans. De heer HAMELINK wijist er op, dat uit het bedrag dat het rijk subsidieert dan toch blijkt van een gering aantal werkende leden, want hij meent, dat men de leden die niet aan de gewone oefeningen deelnemen, en, zooals de voorzitter het zegt „voor bijzondere diensten" bestemd zijn, niet voor de sterkte der afdee ling mag meetellen. Zijn opmerking betref- fende de Burgerwacht te Hoek gold als voor- beeld, dat men van alles moet aanwenden, om de deetn.eming aantrekkelijk te maken. In ver- band met versdhillenide geruehten die hem ter oore kwamen is het nog niet zoo geheel denk- beeldig, dat de leden van de Burgerwacht tegen elkaar zullen gaan moeten optreden en dan zou de geimeente hen gesubsidieerd hebben om elkaar een kopje- kleiner te maken. De heer VAN DRIEL wil, naar aanleiding van het verwijt van den heer Scheele, als zou hij met zijn voorstel reclame beoogen, opmer- ken, dat aan de S. D. A. P. altijd verweten wordt, als ze met voorstellen komen die geld moeten kosten, dat ze wel voorstellen doen om geld te voteeren, maar niet aangeven waar het vandaan moet komen. Nu meende hij voor het bereiken van zijn 'doel ook de middelen te kunnen aanwijzen, zonder dat de begrooting daardoor dus zwaarder zou worden gedrukt. Het is genoegzaam bekend, dat zijn fraetie ieder jaar tegen dezen post stemde, en dat verder zonder meer liet doorgaan. Er is nu echter weer een andere samenstelling van den raad waarom zij er weer de aandacht op ves- tigde. Hij zou gaarne wenschen, dat de Kerstgave aan de armen in verband met de tegenwoor- dige regeerperiode van het burgerlijk armbe- stuui, rechtstreeks van wege de gemeente werd verstrekt. Het Burgerlijk Armebstuur zal de lijst der 88 bedeelden daartoe wel welwillend willen afstaan, opdat aan het besluit uitvoe- ring zou kunnen worden gegeven. Tijdens het beheer van den voorzitter Van Sprang, zorgde deze er voor, dat de menschen een Kerstgave ontvingen, maar nu is spreker bang, dat bij het tegenwoordig beheer daarop vanwege het Burgerlijk Armbestuur zou gekort worden. Daarom zou hij het rechtstreeks van de ge meente willen verstrekken. Met betrekking tot de rekening van de Bur- genwaoht merkt hij op, daarop tot zijn ver- wondering te hebben gevonden uitgaven we- gens kuildiensten. Hij heeft daarop bij opvol- ging vienmaal een post van 13 voor zulke diensten gevonden. Hij vindt het vreemd, dat, als de leden zich voor plezier willen oefenen in het sohieten, de leden die kuildiensten niet gratis verrichten, ,want dat behoort toch ook bij het scbieten? Een en anider overwe- gende, meent hij, dat het toch niet zoo ver- keerd is om dlie gelden, daaraan uitgegeven, te willen bestemmen voor een Kerstgave aan de armen. Tot zijn spijt heeft dit streven de sympathie van burgemeester en wethouders niet, maar hij meent die voorstellen toch te moeten handhaven. Hij meent met zijn voor stel, om die gave vanwege de gemeente te verstrekken,, een blijk van vertrouwen te sdhenken aan burgemeester en wethouders. De heer COLSEN merkt op, dat die kuil diensten niet verrioht moeten worden door de leden van de Burgerwacht; daar wordt in het algemeen een kleinigheid voor vergoed. De VOORZITTER meent thans de zaken te moeten scheiden. Hij zal thans in stemming brengen de op de begrooting uitgetrokken post voor de Burgerwacht. Wenscht de heer Van Driel zijn voorstel betreffende een Kerst gave te handhaven, dan kan hij dat doen bij het hoofdstuk betreffende het armwezen. De heer VAN DRIEL neemt hiermede ge- noegen. De post wordt gehandhaafd met 8 tegen 5 stemmen. Voor stemmen de heeren Verlinde, De Bak ker, Colsen, Van Aken, Van Dijke, De Jager, Geelhoedt en Scheele; tegen stemmen de hee ren Van Cadisand, De Bruijne, Hamelink, Van Driel en Van den Bulck. 71. Subsidie aan de Polifdahondendresseer- vereeniging Zeeuwisch-Vlaanderen. f 5. 72. Vergoeding voor het gebruik van een rijwdel in diienst der gemeente aan, de politie- agemt te Sluiskil. f 50. De heer COLSEN herinnert, dat hij altijd tegen geweest is deze post op f 35 te ramen. De politieagent buiten de kom doet veel dien sten per rijwiel. Hij heeft nu een lijstje wat deze in 4 jaar tijd heeft uitgegeven. Daarop komt f 130 voor het tweemaal aanschaffen van een nieuw rijiwiel, en dat is nog zonder de reparatie. Hij weet nu uit ervaring, dat die politieagent veel diensten per rijwiel doet, hij moet dikwijls naar de kom der gemeente, doet ook bodediensten, waartegen. spreker geen be zwaar heeft, maar hij meent, dat het toch niet aangaat, dat de agent, die zijn rijwiel steeds gebruikt in dienst der gemeente en om meer te kunnen presteeren,, daarvan zeif nog onkos- ten moet betalen. Hij zou daarom de vergoe ding weer willen terugbrengen op f 50. Waar zou het heen moeten, als die agent zijn dienst eens uitsluitend te voet deed! De heer VAN AKEN kan voor die argu- menten wel iets voelen. Hij wijst er op, dat er bij de politic in de kom 2 rijwielen van gemeentewege verstrekt, in gebruik zijn. Kan ook worden gezegd, wat die aan onderboud kasten? De heer COLSEN merkt op, dat men daar- mede nog geen vergelijking kan maken, want het gebruik buiten geschiedt onder ongunsti- 0 j omstandigheden dan in. de kom. De VOORZITTER deelt mede, dat voor de politie twee nieuwe rijwielen zijn aangeschaft en dat nu een proef wordt genomen omtrent hetgeen deze aan onderhoud zullen kosten, of het voordeeliger zal zijn het onderhoud voor eigen rekening te houden, dan wel een abon- nement daarvoor te sluiten. Indien zou blij- ken, dat het onderhoud meer kost dan het thans voor den agent te Sluiskil uitgetrokken bedrag, dan zullen burgemeester en wethou ders zeker met andere voorstellen daaromtrent komen. De heer VAN DIJKE acht het niet gemak- kelijk om tot goede gegevens daarover te ko men; hij iheeft daarvan in de oorlogsjaren ge- durende een jaar of 3, 4 ook ervaringen opge- daan. De bedragen wegens onderhoud zullen dan het eene jaar bij het andere ook nog al uiteenioopen en zeker zal het ook verschil ma ken of een rijwiel pas nieuw, of al een paar jaar oud is. Hij gelooft ook wel, dat hij met f 35 gemiddeld niet toekomt. De heer COLSEN: Hij heeft alleen f 130 betaald voor 2 nieuwe rijwielen, en dan heeft hij nog niets voor onderhoud. Spreker had vroeger een abonnement voor 45 's jaars, maar ze willen het voor een fiets, die buiten de kom bereden wordt, al niet meer voor f 50 doen. Als men de polders in moet, valt dat niet mee. Hij moet daarvoor nu uit zijn eigen zak bijpassen. De heer VERLINDE geeft in overweging te onderzoeken wat een abonnement moet kosten en als dat convenieert voor den agent een abonnement te sluiten. Men betaalt hem dan niet te veel of te weinig, doch hij krijgt ieder jaar een nieuwe fiets te zijner beschikking. De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen dit te onderzoeken. Trouwens, er is, zoo als hij zeide, een onderzoek gaande en het kan best zijn, dat burgemeester en wethouders de volgende maand daarover al resultaten kun nen meedeelen. Hij zou in het algemeen zeg- gen: laat den post staan, die is, naar gelang van de uitkomsten van het ingestelde onder zoek, toch voor wijziging vatbaar. De heer HAMELINK merkt op, op het ge- bied van rijwielen waarmede polderwegen be reden moeten worden, ook eenige ervaring te helbben en dan is ook hij van oordeel, dat f 35 veel te weinig is. Men moet dan niet alleen rekenen op onderhoud, maar ook op vernieu- wing. Als men de polders in moet, komt men per jaar met dat bedrag op geen stuk na toe. De heer COLSEN wijst er op, dat men voor f 50 nog geen abonnement kan sluiten. De heer HAMELINK kan er wel inkomen het bedrag te laten staan; indien na eenige maanden uit den uitslag van het onderzoek blijkt, dat het bedrag te gering is, kan het verihoogd worden. De VOORZITTER: Dan komen we met be- paalde voorstellen, De heer VAN AKENDe man heeft al jaren 15 te kort gehad. Laat ons hem f 50 geven. De heer GEELHOEDT acht het geen be zwaar eerst bet resultaat van het onderzoek af te wachten. De heer HAMELINK: Dit betreft rijwielen, die gebruikt worden in de kom; dat zal met het berijdien van een rijwiel buiten de kom wel een beteekenend verschil maken. Dikwijls moet er ook mee in den donker gereden wor den. De heer GEELHOEDT: Daar kunnen we toch rekening mee houden De heer COLSEN stelt prijs op een beslis- sing bij deze begrooting. De heer VERLINDE acht uitstel in het be- lang van den agent; indien zou blijken, dat het f 55 kost, komt hij met het voorstel van den heer Colsen nog niet toe. Misschien leidt het onderzoek er wel toe, dat hijeen abonne- mentsfiets krijgt. Hij acht het niet noodig, dat de man er zeif voor betaalt. Het voorstel van den heer Colsen wordt aan- genomen met 10 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Cadsand. Ver linde, De Bruijne, De Bakker, Colsen, Hame link, Van Driel, Van den Bulck, Van Aken en Van Dijke; tegen stemmen de heeren De Jager, Geelhoedt en Scheele. 73. Huur vain Rijksgrond bestemd voor staanplaats van woonwagens. f 25. 74. Garantie electrificatie van Sluiskil Oostzijde. Memorie. 75. Vergoeding voor het gebruik van een rijwiel in daenst der gemeente aan den in- isp'ecteur van politie. f 25. De heer COLSEN verwacht te zijner tijd mededeeling van ihet 'bedrag, dat het onder houd van een rijwiel kost. De VOORZITTER zegt dit tee. Hoofdstuk IV. Volksgezondlheid. Inkomsten 76. Keur- en slachtJoonen. f 2300. 77. Verhaal van pensioensbij dragen. f 70. 78. .Storting door de Gezondheidsoomimis- sie te Ter Neuzen van de pensioensbijdragen voor den seoretaris dier commissie. f 75. Uitgaven 79. Toelage aan de gezondheidscommissie. f 205. 80. Beiooniing voor te verrichten vaccdna- tien en 1 ij'kschouwingenf 10. 81. Kosten ter voorkoming en bestrijding van epidemisehe ziekten. f 20. 82. Kosten van den keuringsdienst inge- volge de Vleeschkeurirugswet. f 2300. 83. Bijidrage aan de centrale gemeente in de kosten van den keuringsdienst ingevolge de Warenwet. f 1300. 84. Kosten ter zake van verzekering, pen- sionneening enz. van ambtenaren en beamibten. 420. 85. Subsidie aan bad- en zwemvereenigin- gen. 250. Van de Ter Neuzensche Bad- en Zwemin- richting is een adres ingekomen, waarin voor de jaren 1928 en 1929 weer een jaarlijksche subsidie wordt gevraagd van f 250. Blijkens de bij het adres overgelegde exploi- tatierekening over 1926, hehben over dat jaar de inkomsten bedragen (met inbegrip der ge- meentesuibsidie ad f 250) f 685,78 en de uit gaven f 746,84, nadeelig slot f 61,06. Voor 1928 worden de inkomsten geraamd op f 700 en de uitgaven op f 778,75, ge raamd tekort f 78,75. Burgemeester en wethouders stellen voor het verzoek in te willigen. De heer VAN CADSAND was eenigszins verwonderd, toen hij het adres van deze ver eeniging las. De bad- en zweminrichting is in- gesteld op eigen beweging, er werd subsidie gevraagd aan den gemeenteraad, welke werd geweigerd, doch de heeren zeiden,: dan richten we toch op. Wat is echter het geval gewor- den? N.u ze eenmaal tot stand kwam, zijn ze toch weer terug gekomen bij den raad om een subsidie te vragen. De raad heeft destijds op dat verzoek gunstig beschikt, in verband met de gelegenheid, die aan on- en minver- mogenden wordt gegeven om er ook gebruik van te maken. Nu vragen ze weer een subsidie voor 2 jaar. Hij vraagt zich af, hoe ze durven. Als hjj de namen ziet van de menschen, die daarbij betrokken zijn, is hjj van oordeel, re kening houdende met hun inkomen, dat ze die f 250 best zeif kunnen dekken. Hij denkt hierbij aan de woorden van den heer Van Driel, in verband met de Burger wacht, dat, als de menschen zoo schietlustig zijn, ze het zeif dienen te betalen. Zoo meent hij, dat het ook met de zwemmers is, en dat die het ook maar zeif moeten betalen. De heer VAN DRIEL acht in het algemeen wel iets te zeggen voor de stelling van den beer Van Cadsand, dat zij, die iets oprichten, dit zooveel mogelijk zeif moeten trachten te betalen. Maar hij vergeet in deze iets, en dat is, dat Ter Neuzen een waterland is en daar door zeer veel gevaar bestaat. De heer VAN CADSAND: Och, prutsen van niemendal De heer VAN DRIEL wil dat, met het in herinnering brengen van feiten, eens anders duidelij'k maken. Indien spreker's vader in- dertijd had kunnen zwemmen, zou die vermoe delijk niet verdronken zijn. Hij herinnert voorts aan h'et verdrinken van een zoontje van Gusta Duim, dat aan het baden was in het z.g. Bee- renibad, doch niet wist, dat het daar zoo diep werd, en in de diepte verdween.; hij herinnert aan een zoon van den heer S. Laurens, die in de leiding verdronik, omdat hij niet kon zwem men, een zoon van den heer De Smidt-Pot- hoven, en een van den heer Van Strien. van den bakker of den winkelier, dat weet hij niet juist. Dat was alles een gevolg, dat die kinde- ren niet konden zwemmen en dit waren gaan doen op een gevaarlijfce plaats, zonder toe- zicht. Daar in de bad- en zweminrichting kun nen de kinderen echter onder deskundige lei ding het zwemmen leeren. Ook is daar voor on- en minvermogenden gelegenheid. Hij wijst op een gelegenlheid, dat er 116 tegelijk waren. Ze komen daar eerst in het ondiepe gedeelte, waar ze niet verder dan tot aan de borst in het water gaan, en kunnen daar wat leeren krabbelen. Als ze wat verder zijn, mogen ze in een dieper gedeelte, waar ze nog geen ge vaar loopen van verdrinken, en eerst als ze de zwemkunst machtig zijn, mogen ze in het diepe gedeelte. En als de raad nu door het steunen dezer inrichting met een subsidie kan bewerken, dat als in de toekomst een dier jongens in het water valt en hij dan door het geleerde in staat is om aan den kant te krabbelen en zich voor verdrinken te vrijwaren, dan weegt die subsidie ruimsohoots op tegenover het leed, dat anders door het verdrinken van een barer leden over een gezin kan komen. De vraag of de heeren niet bij machte zijn om zeif de inrichting te bekostigen, is heel wat anders. Maar dat is mischien met de hee ren, die een bewaarschool hebben gesticht, ook wel het geval, doch die komen toch ook om subsidie. De heer VAN CADSAND: Ik heb geen be waarschool De heer VAN DRIEL: De heeren, die het initiatief namen, hebben uit hun oogpunt met de stichting iets gedaan in het belang der ge- meenschap. Jammer is het, dat hierin ook nog- bet klasseverschil moet uitkomen en van de gelegenheid voor on- en minvermogenden nog niet drukker gebruik kan worden gemaakt, doch spreker wil, op grond van het door hem aangeioerde, gaarne steun verleenen aan de subsidie van f 250. De heer SCHEELE bestrijdt de stelling van den heer Van Cadsand, dat zij, die iets op richten dat strekt in het algemeen belang, dat onder alle omstandigheden zeif geheel moeten bekostigen. Er kan aanleiding zijn om daar voor steun in te roepen bij de openbare kas en ook om die te verleenen. Zooals uit de reke ning en begrooting blijkt, zal de bad- en zwem inrichting zonder subsidie niet te houden zijn. Dat er ook door on- en minvermogenden van kan worden geprofiteerd, is van beteekenis en hij kan zijn stem ook wel geven aan de sub sidie, ofsohoon hjj wel wil opmerken niet toe te geven, dat de inrichting van zoo'n groot algemeen belang is als de heer Van Driel wil doen voorkomen. De heer VAN CADSAND merkt op, dat de heer Van Driel nu toch niet verzekeren kan, dat er geen menschen meer zullen verdrinken. De heer VERLINDE juicht het bestaan der bad- en zweminrichting toe. Hij herinnert zich nog goed, hoe hij als kwajongen moest leeren zwemmen. Ze leerden het toen ook, maar ieder op z'n eigen manier. Wanneer hij ziet hoe ze het nu leeren, is hij er bepaald jaloersch op en kan goed merken bij die jongens, die het in de inrichting leerden, heel wat tekort te komen. De heer VAN CADSAND verzoekt den voor zitter niet meer aan andere leden het woord te verleenen als hij nog niet uitgesproken is. De VOORZITTER: Ik dacht, dat u uitge sproken waart. U dronk zoo gemoedelijk uw kopje thee. De heer VAN CADSAND: Ja, maar: praten en breien. De heer COLSEN kan niet begrijpen, dat er menschen zouden zijn, die het bestaan dier in richting niet zouden op prijs stellen. Men kan daar zijn kinderen gerust naar toe laten gaan. In Sluiskil is dat heel wat anders. Hij is daarvoor jaloersch op de kom. Daar moet men geregeld langs het kanaal loopen om te zien of de kinderen zich niet in gevaar bege- ven. Dan komt er nog bij, dat men bij het zwemmen langs het kanaal of op andere plaatsen op zedelijk gebied ook nog al een en ander ziet, dat beter achterwege bleef. Indien dit met een kleine subsidie te houden is, is daar alles voor te zeggen. Hij heeft op Sluis kil ook al eens naar een plaatsje uitgezien, of daar zoo geen inrichting in het klein zou zijn te maken. Het voorstel van den heer Van Cadsand, om den post te schrappen, wordt verworpen met 11 tegen 2 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Cadsand en Van Aken; tegen stemmen de heeren Verlinde, De Bruijne, De Bakker, Colsen, Hamelink, Van Driel, Van den Bulck, Van Dijke, De Jager, Geelhoedt en Scheele. 86. Kosten van uitzending en verpleging van kinderen in gezomfheids- en vacantie- kolonies. f 10. De heer HAMELINK vraagt of hier het voorstel van den heer Colsen, betreffende schoolartisen, niet moet worden behandeld. De VOORZITTER geeft te kennen, dat in overweging wordt gegeven dit aan te houden in afwachting van nieuwe voorstellen daarom trent. 87. Subsidie aan de vereeniging „Het Groene Kruis". f 1200. Deze subsidie wordt voorgesteld overeen- komstig het ingekomen verzoek van het be- stuur der vereeniging. 88. Vergoeding aan L. Steketee voor het waarschuwen des nachts van de geneesheeren bij telefoonoproepein van buiten de kom d r gemeente. 50. De heer DE BRUIJNE merkt, naar aanlei ding der gevraagde aansluiting van de buurt Driewegen en het daarop gegeven antwoord van burgemeester en wethouders, op, dat het jammer is, dat hieromtremt nog geen defini- tief antwoord kan worden gegeven. De VOORZITTER antwoordt, dat er voor 90 kans is, dat het in onde komt. 89. Subsidie aan het Wit Gele Kruds te Sluiskil. /250. Deze subsidie wordt voorgesteld overeen- komstig het ingekomen verzoek van het be- stuur d'er vereeniging. 90. Subsidie aan het Wit Gele Kru's (kem) te Ter Neuzen. f 300. Deze subsidie wordt voorgesteld overeen- komstig het ingekomen verzoek van het be- stuur der vereeniging. 91. Subsidie aan de Vereeniging tot Zie- kenverzorgiing. f 4000. Deze subsidie wordt voorgesteld overeen- komstig het ingekomen verzoek van het be- stuur der vereeniging. De heer COLSEN merkt op, dat deze post met 1000 is verhoogd. Hij ziet daarin den invloed van den nieuw opgetreden wethouder, tevens bestuurslid van het zlekenhuis. Er blijkt dus uit, dat het ziekenhuis met een sub sidie van f 3000 nog niet rendabel is. Hoe komt dat toch Het is bekend, dat overigens alle ziekenhuizen in onze omgeving drukker bezocht zijn dan voor jaren terug, ze zijn te klein om alle patienten, die zich aanmelden, te bevatten. En hier in Ter Neuzen worstelt men met een tekort. Indien de tot nu toe ver- leende subsidie nog niet voldoende is, en men, gelet op den aigemeenen toestand der zieken huizen, hot thans nog niet zonder een tekort kan exploiteeren, blijkt daaruit, dat het niet te houden is en maar beter geliquideerd kan worden. Hij verklaart zich tegen het toestaan der gevraagde en voorgestelde verhooging. De heer HAMELINK verklaart ook nog niet genegen te zijn voor die verhoogde subsidie te stemmen, zij het dan ook niet op de mo tieven door den heer Colsen aangevoerd. De opvatting van den heer Colsen, dat het zie kenhuis winst zou moeten kunnen maken, be hoort tot de onmogelijkheden. Er zal wel in het geheele land geen er.kel ziekenhuis zijn, met uitzondering dan der confessioneele, die een belangrijken voorsprong hebben in het lagere salaris, dat ze voor de verpleegsters kunnen voteeren, dat uit de exploitatie winst kan halen. Hij wijst er op, dat bij dit voorstel weer tot uiting komt, dat burgemeester en wethou ders geen bezwaar hebben op een genomen besluit terug te komen, indien ze er zeif voor- stander van zijn. Is dat niet het geval, dan beroepen ze zich op vroeger genomen beslui- ten, maar hier hebben ze niet alleen versdiii- lende raadsbesluiten van andere strekking, maar zelfs een contractueele overeenkomst met de vereeniging, die door hun voorstel wordt overboord gegooid. Hij wil dus aannemen, dat de intrede van den heer Geelhoedt in het col lege op dit voorstel zijn invloed heeft gehad. Er blijkt uit, dat het met de vereeniging betreffende de subsidieverleening gesloten contract niet kan worden gehandhaafd. Door den heer Geelhoedt is toen beweerd, dat de vereeniging daarmede gered was, doch door spreker is toen reeds voorspeld hetgeen nu gebeurt. Hij heeft er toen op gewezen, dat die regeling met afloopende subsidie geen op- lossing was, en dat het bestuur, dat destijds accepteende, had alleen tie bedoeling de in den aanvang hoogere subsidie in de wacht te slee-. pen zonder het hoofd te moeten buigen en het eenmaal genomen besluit, betreffende verplich- te chirurgen-keuze, dat spreker steeds in strijd met de belangen der inrichting heeft ge- acht, te kunnen handhaven- En nu deelen burgemeester en wethouders mede, dat het bestuur te kennen geeft, dat het geen bezwaar heeft tegen vrije chirurgen- keuze, dat iedere ehirurg er mag opereeren, doeh onder leiding van den door haar aange- wezen ehirurg. Nu is 'spreker niet tot in het uiterste voor- stander van de vrije arisen- en chirurgen- keuze, hij kan zich indenken, dat er regelen en voorschriften moeten. worden gegeven, maar hij acht 'het toch aan twijfel onderhevig of dit ooit een inrichting is geweest, die in aan- merking kan komen om daaraan een bepaal- den ehirurg te verbinden. Z. i. behoort dit al leen thuis in heel wat beter geoutilleenle zie kenhuizen, dan het hier bestaande, dat ook op een ruimeren toevloed van patienten kan reke nen. De toestand is van dien aard, dat de des tijds getroffen maatregel steeds een nadeel is gebleken. Het bestuur speelde daarmede hoog spel. Het heeft andere chirurgen en arisen van de inrichting vervreemd, en zich aan een man gebonden. En dit is toch ook maar een mensch, die kan toch ook door de een of andere om- standigheid niet meer in staat zijn die taak te vervullen. En in dat geval zal het bestuur voor zeer groote moeilijkheden komen te staan, dan zal het niet gemakkelijk die plaats ver- vuld kunnen krijgen. Of, zou het meenen, dat andere ohirurgen, tegen wie destijds het uit- sluitrngslbesluit werd genomen, het nu maar terstond weer ter wille zouden zijn? Er zijn door het destijds genomen besluit vermoede lijk zoodanige beletselen door het bestuur op- geworpen, dat de inrichting alsdan vermoef!-:- lijk ten doode zal opgeschreven zijn. Spreker is van oordeel, dat, op grond van het destijds genomen besluit, het bezoek van patienten aan het ziekenhuis van zekere zijde nog steeds wordt tegengewerkt, en wanneer het ziekenhuis niet wordt geexploiteerd op zoodanige wijze, dat het de best mogelijke vooruitzichten opent, dan is het voor den ge meenteraad de vraag of deze maar moet voort gaan met het verleenen van subsidie. Een der bezwaren van spreker, die hij in de afdeelingen naar voren bracht, was, dat er geen gelijkheid bestaat voor het bezoeken van patienten tusschen de patienten der ver- schillende klassen. Burgemeester en wethou ders zeggen nu, dat de raad zich daarmede niet moet bemoeien, want dat dit zaken zijn van internen aard. Maar dit kan spreker in geenen deele onderschrijven. Indien de ge meenteraad overtuigd is, dat er voor het bren gen van patienten naar deze inrichting belem- meringen bestaan, indien den raad blijkt, dat de geringe gelegenheid tot het bezoeken van derde klasse patienten aanleiding is, dat deze zich elders laten verplegen, waar men in dat opizicht vrijgeviger is, wanneer de raad over tuigd is, dat zulks van nadeeligen invioed is op de inkomsten van de inrichting, dan meent I spreker, dat het wel degelijk zijn taak is om td trachten die belemmeringen op te ruimen, temeer waar zoo'n belangrijk deel der inkom sten uit de subsidie der gemeente wordt ver- kregen. De patienten, die zich wegens hun finan- cieele positie in de derde klasse moeten laten i verplegen, ontvangen even graag bezoek als de patienten der tweede en der eerste klasse, die dagelijks bezoek mogen ontvangen, terwijl voor eerstgenoeimde bepaalde dagen worden gesteld. En het is spreker bekend, dat die omstandigheitl voor sommige patienten heeft gewogen bij de keuze van het ziekenhuis. Spreker verklaart ten slotte, dat hij, zoolang nog eenige belemmermg van het vroeger ge- i namen voorstel overblijft, zich zal verzetten tegen het toekennen van de voorgestelde sub sidie. De heer GEELHOEDT zal niet in finesses i treden over de financier van het ziekenhuis; dit heeft echter den gevraagden steun noodig. I Wat de opmerking van den heer Colsen be- treft, dat het ziekenhuis, indien het niet en- dalbel kan worden geexploiteerd, maar moet liquideeren, vraagt spreker: kan deze edn ziekenhuis opnoemen, dat rendabel is? Dat hij dit dan aanwijst.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1927 | | pagina 5